1/3
Advies nr. 15/2008 van 9 april 2008
Betreft: adviesaanvraag m.b.t. het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de 12 jaar (A/2008/009)
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (hierna de "Commissie);
Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna "WVP"), inzonderheid artikel 29;
Gelet op het verzoek om advies van de FOD Binnenlandse Zaken, ontvangen op 12/02/2008;
Gelet op het verslag van de heer Serge MERTENS de WILMART;
Brengt op 09/04/2008 het volgend advies uit:
AD 15/2008 - 2/3
I. VOORWERP VAN DE AANVRAAG
1. Het koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar, bepaalt, zoals de titel aangeeft, welke identiteitsdocumenten in België aan kinderen onder de twaalf jaar kunnen verstrekt worden.
2. Dit besluit werd ingrijpend gewijzigd door het koninklijk besluit van 18 oktober 2006 betreffende het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar. Ingevolge de aangebrachte wijzigingen kan voortaan aan een Belgisch kind onder de twaalf jaar een elektronisch identiteitsdocument verstrekt worden. De principes met betrekking tot de EID, die aan Belgen ouder dan 12 jaar wordt verleend, werden doorgetrokken.
3. Het voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe om de mogelijkheid om een elektronisch identiteitsdocument1 af te leveren uit te breiden tot kinderen die niet de Belgische nationaliteit hebben. Deze aanpassing situeert zich in het verlengde van de veralgemeende uitreiking van de elektronische vreemdelingenkaarten.
II. ONDERZOEK VAN DE ONTWERPTEKST
4. Lectuur van het ontwerp leert dat de voorgenomen aanpassingen louter technisch van aard zijn.
Zij zijn er enerzijds op gericht de toepassingssfeer van het elektronisch identiteitsdocument uit te breiden tot kinderen die niet de Belgische nationaliteit hebben. Anderzijds worden er terminologische aanpassingen aangebracht in het licht van internationale bepalingen ter zake.
5. De Commissie stelt vast dat ingevolge de voorgenomen wijziging de bepalingen met betrekking tot het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen ook van toepassing worden op kinderen met een andere nationaliteit. In haar advies nr. 33/2006 van 6 september 2006 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit betreffende het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar, formuleerde de Commissie reeds haar opmerkingen en bedenkingen dienaangaande.
6. Vermits zij daar niets aan toe te voegen heeft, verwijst zij inzake naar haar advies nr. 33/2006.
1 Voortaan zal voor kinderen die niet de Belgische nationaliteit hebben niet meer van een "identiteitsdocument" gesproken worden maar van een "document".
AD 15/2008 - 3/3
OM DEZE REDENEN, de Commissie
verwijst naar haar advies nr. 33/2006
Voor de Administrateur m.v., De Voorzitter
Het Afdelingshoofd O&RM
(get.) Patrick Van Wouwe (get.) Willem Debeuckelaere