• No results found

richtlijn Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie voor kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "richtlijn Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie voor kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

248

OVERZICHTSARTIKELEN

2

54

RICHTLIJNEN

Guideline ‘Rehabilitation medicine in oncology’: modules for frail, (most) elderly patients with cancer

drs. N.H. Klaassens1 en dr. M.J. Velthuis2, namens de werkgroep modulaire revisie kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker van de richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie 2017’

Richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’: modules voor kwetsbare (veelal) oudere

patiënten met kanker

SAMENVATTING

Onlangs verschenen herziene en nieuwe modules bij de ‘evidence-based’ richtlijn ‘Oncologische revalida- tie’. Bij de modulaire herziening is de naamgeving van de richtlijn ‘Oncologische revalidatie’ in overleg met Zorginstituut Nederland gewijzigd in ‘Me- disch-specialistische revalidatie bij oncologie’. De richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij on- cologie’ beschrijft het proces van signalering en hoe tot goede verwijzing naar medisch-specialistische revalidatie bij oncologie te komen (www.oncoline.nl, Van de Berg en Velthuis 2017), aangevuld met infor- matie over voorspellende factoren voor een gezonde leefstijl. Daarnaast beschrijft de richtlijn de inhoud van de interdisciplinaire medisch-specialistische re- validatie tijdens en na de in opzet curatieve behan- deling van kanker en in de palliatieve fase.

De groep kwetsbare, veelal oudere, patiënten met kanker viel tot op heden buiten de scope van de richtlijn. Onder kwetsbare patiënten verstaan wij mensen die door een opeenstapeling van, soms klei- ne, lichamelijke, psychische en/of sociale beperkin- gen vatbaarder zijn voor ernstige gezondheidspro- blemen en een hogere kans op complicaties hebben tijdens en na kankerbehandeling. Verenso, de we-

tenschappelijke en beroepsvereniging van specialis- ten ouderengeneeskunde, heeft het voortouw geno- men tot de ontwikkeling van twee modules specifiek voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of be- handeld voor kanker, over 1) het meest geschikte signaleringsinstrument voor het signaleren van pro- blemen op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal gebied en 2) de beschikbaarheid en ge- schiktheid van nazorg/revalidatiezorg.

De nieuwe modules over de signalering en nazorg en revalidatiezorg specifiek voor kwetsbare en (veelal) oudere patiënten met kanker adviseren:

1) De Lastmeter met aanvullingen ook voor kwetsba- re, veelal oudere, patiënten met of behandeld voor kanker als het meest geschikte signaleringsinstru- ment voor problemen op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal gebied.

2) Voor de meer kwetsbare groep, veelal oudere, pa- tiënten met kanker, die onvoldoende in staat is om tijdens of na oncologische behandeling thuis te func- tioneren, de mogelijkheid om, aansluitend aan zie- kenhuisopname, intramuraal te revalideren in een zorginstelling (voorheen verpleeghuis) voor geriatri- sche revalidatiezorg.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2018;15:54-9)

1voorzitter, (zelfstandig) specialist ouderengeneeskunde en kaderarts GRZ, namens Verenso, 2adviseur Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) en procesbegeleider van deze richtlijn. Correspondentie graag richten aan mw. dr. M.J. Velthuis, adviseur Integraal Kankercentrum Neder- land (IKNL) en procesbegeleider van deze richtlijn, IKNL, locatie Utrecht, Postbus 19079, 3501 DB Utrecht, tel.: 088 234 60 00, e-mailadres:

m.velthuis@iknl.nl

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.

Trefwoorden: geriatrische revalidatie, kanker, kwetsbaarheid, signalering en verwijzing Keywords: cancer, detection and referral, frailty, geriatric rehabilitation

(2)

55

INLEIDING

De aanvullende modules voor kwetsbare (veelal) oudere pa- tiënten met kanker bij de richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ (voorheen richtlijn ‘Oncologische revalidatie’) zijn (in aanvulling op eerder herziene modules), onlangs gepubliceerd op www.oncoline.nl. Verenso, de vereni- ging voor specialisten ouderengeneeskunde, heeft in afstem- ming met de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA, eigenaar van de richtlijn), het voortouw genomen bij het ontwikkelen van deze modules. Integraal Kankercen- trum Nederland (IKNL) verzorgde de procesbegeleiding.

Voor de ontwikkeling werd een werkgroep samengesteld be- staande uit vertegenwoordigers van vier psychosociale en (para)medische wetenschappelijke of beroepsverenigingen en twee vertegenwoordigers van de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK). De betrokken ver- enigingen bij de ontwikkeling van de richtlijn, autoriseerden de richtlijn of stemden daarmee in (zie kader).

Het betreft de ontwikkeling van nieuwe modules over:

1) het meest geschikte signaleringsinstrument voor het sig- naleren van problemen op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal gebied bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker, en

2) de beschikbaarheid en geschiktheid van nazorg/revalida- tiezorg voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of be- handeld voor kanker.

BESPREKING INHOUD

De huidige richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ beschrijft het proces van signalering en hoe tot goede verwijzing naar medisch-specialistische revalidatie bij oncologie te komen (www.oncoline.nl, Van de Berg en Velt- huis 2017), aangevuld met informatie over voorspellende factoren voor een gezonde leefstijl. Daarnaast beschrijft de richtlijn de inhoud van de interdisciplinaire medisch-speci- alistische revalidatie tijdens en na de in opzet curatieve be- handeling van kanker en in de palliatieve fase.

De groep kwetsbare, veelal oudere, patiënten met kanker viel tot op heden buiten de scope van de richtlijn. Onder kwets- bare patiënten verstaan wij mensen die door een opeenstape- ling van, soms kleine, lichamelijke, psychische en/of sociale beperkingen vatbaarder zijn voor ernstige gezondheidspro- blemen en een hogere kans hebben op complicaties tijdens en na kankerbehandeling. Deze problemen kunnen leiden tot beperkingen in het dagelijks functioneren en een vermin- derde algehele lichamelijke en geestelijke gezondheid.

Het is opvallend dat de groep kwetsbare, veelal oudere, pa- tiënten met kanker tot op heden buiten de scope viel, terwijl we weten dat kanker vooral ouderen treft. In 2016 was bijna 49% van alle nieuwe patiënten tussen 60 en 75 jaar oud, terwijl 30% 75 jaar of ouder was (Nederlandse Kankerregis- tratie). Het aantal ouderen dat leeft met kanker of de gevol- gen daarvan zal de komende jaren verder stijgen als gevolg SUMMARY

Recently, revised and new modules in addition to the guideline ‘Cancer rehabilitation’ have been publis- hed. During the modular revision – in close consulta- tion with the National Healthcare Institute - the name of de guideline has been changed in ‘Rehabilitation medicine in oncology’. The guideline ‘Rehabilitation medicine in oncology’ describes the process of de- tection of complaints and referral to specialised in- terdisciplinary rehabilitation care (www.oncoline.nl, Van de Berg en Velthuis 2017). Information about predictors for a healthy lifestyle was added. Additio- nally, the guideline describes the interdisciplinary specialised rehabilitation care for the phases of on- cological diagnosis, treatment and follow-up, cura- tive, as well as palliative.

Until now, frail, (most) elderly patients with cancer were excluded from the scope of the guideline ‘Re- habilitation medicine in oncology’. Frail patients are defined as people more susceptible for serious health problems due to accumulation of physical,

psychological and/or social limitations. They have a higher risk of developing complications during and after cancer treatment. Verenso took the lead in the development of two modules specifically for frail (most elderly) patients with or treated for cancer, concerning 1) the most appropriate instrument to identify physical, functional, physiological and social problems, and 2) the availability and suitability of af- tercare/rehabilitation care.

The new modules about screening and aftercare and rehabilitation care specifically for frail (most elderly) patients with or treated for cancer, recommend:

1) The Distress thermometer, with additions for frail (most elderly) patients with or treated for cancer, as instrument to identify physical, functional, physiolo- gical and social problems.

2) The possibility to rehabilitate in a care institution (formerly nursing home) for geriatric rehabilitation care for frail (most elderly) patients with or treated for cancer who are not able to function at home during or after cancer treatment.

(3)

2

56

van de vergrijzing en nieuwe verbeterde behandelmogelijk- heden. Ook door langdurig en intensief behandelen neemt het aantal kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of na kanker toe. Kwetsbaarheid als gevolg van de ziekte en/of de behandeling kan soms ook onverwacht bij een jongere pati- entenpopulatie optreden.

Aandacht voor de problemen van deze groep kwetsbare (veelal oudere) patiënten op fysiek, psychisch en/of sociaal vlak en in het dagelijks functioneren is derhalve van groot belang. Dit werd ook bevestigd in de uitgevoerde knelpunten- inventarisaties bij patiënten en professionals. Op basis van deze inventarisatie besloot de werkgroep in de richtlijnmo- dules aandacht te besteden aan het signaleren van proble- men op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal ge- bied bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker met behulp van het meest geschikte signale-

ringsinstrument. Tevens wilde de werkgroep inzicht geven in de beschikbaarheid van nazorg/revalidatiezorg voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker en beschrijven welke patiënten voor welke vorm van nazorg in aanmerking komen.

AANBEVELINGEN

De aanvullende modules voor kwetsbare (veelal) oudere pa- tiënten met kanker bij de richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ geven aanbevelingen over 1) het meest geschikte signaleringsinstrument voor problemen op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal gebied bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker, en 2) beschikbare vormen van nazorg/revalidatie voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker en welke patiënten hiervoor in aanmerking ko- Werkgroepleden/auteurs (in alfabetische volgorde) modules voor kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker bij richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ (voorheen

‘Oncologische revalidatie’)

mw. drs. N.H. Klaassens, voorzitter, namens Verenso

mw. drs. S.C. Agasi-Idenburg, fysiotherapeut, namens het KNGF mw. M.C.M. Baas, gespecialiseerd verpleegkundige, namens de V&VN

mw. M. Bronsgeest, ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties mw. drs. M.W.H. Peters-Sips, ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties dr. J.P. van den Berg, revalidatiearts, namens de VRA en als voorzitter van de richtlijn ‘Medisch-specialistische revali- datie bij oncologie’

dr. J. Vlayen, onafhankelijke onderzoeker/epidemioloog mw. dr. M.J. Velthuis, adviseur en procesbegeleider, IKNL

Deelnemende en autoriserende verenigingen Autoriserende verenigingen

Verenso

Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA)

Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN)

Met de inhoud instemmende vereniging

Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK)

Op het moment van schrijven van dit artikel hebben de volgende wetenschappelijke en beroepsverenigingen de herziene modules geautoriseerd: Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA) en Verenso. De Nederlandse Federatie van Kankerpatiënten- organisaties (NFK) heeft ingestemd met de herziene modules.

De richtlijn ligt nog ter autorisatie bij het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) en Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland Oncologie (V&VN Oncologie).

RICHTLIJNEN

(4)

57

men. De aanbevelingen staan per uitgangsvraag samengevat in Tabel 1. Hieronder beschrijven we de belangrijkste aan- dachtspunten uit de richtlijnmodules.

Signaleringsinstrument

Uit het onderliggende literatuuronderzoek kwam geen spe- cifiek geschikt instrument naar voren om problematiek op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal vlak ten ge- volge van kanker bij een kwetsbare, veelal oudere patiënten- populatie te signaleren. Bij gebrek aan een specifiek signale-

ringsinstrument voor deze doelgroep, heeft de werkgroep besloten na te gaan of de werkwijze, zoals beschreven in de module Signalering, bespreking en verwijzing van de richt- lijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ toe- pasbaar is. Deze module sluit aan bij de herziene richtlijn

‘Detecteren behoefte psychosociale zorg’ (2017). In deze richtlijn wordt geadviseerd om voor het screenen en signale- ren van ‘distress’ en het bepalen van de zorgbehoefte de Lastmeter te gebruiken. Voor het monitoren adviseert de richtlijn van de versie van de Lastmeter gebruik te maken TABEL 1. Aanbevelingen per module voor kwetsbare (veelal) oudere patiënten met kanker bij de richtlijn

‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’ (voorheen ‘Oncologische revalidatie’).

Module Aanbeveling

1. Signalerings- instrument problemen op somatisch, functioneel, psychisch en/of sociaal gebied bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker (nieuw)

De werkgroep is van mening dat er momenteel geen geschikt signaleringsinstrument is specifiek voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker.

De werkgroep is van mening dat er geen reden is om voor het signaleren van behoefte psycho- sociale zorg bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker af te wijken van de aanbeveling in de richtlijn ‘Detecteren behoefte psychosociale zorg’ om te signaleren met de Lastmeter.

De werkgroep is van mening dat signalering met de Lastmeter bij kwetsbare (veelal oudere) pa- tiënten met of behandeld voor kanker bij voorkeur zou moeten worden uitgebreid met specifieke vragen. De specifieke vragen hebben betrekking op de functionele, fysieke, psychische en sociale problemen verbonden met kanker bij een kwetsbare (veelal oudere) patiëntenpopulatie.

De werkgroep is van mening dat de Lastmeter, aangevuld met specifieke vragen, bij voorkeur samen met de kwetsbare (veelal oudere) patiënt met of behandeld voor kanker moet worden inge- vuld en besproken.

De werkgroep is van mening dat meer onderzoek nodig is naar een valide, betrouwbaar en bruik- baar signaleringsinstrument in aanvulling op de Lastmeter om de problematiek bij de populatie kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker in kaart te brengen.

2. Beschikbare vormen van na- zorg/revalidatie voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker en welke patiënten komen hiervoor in aan- merking (nieuw)

De werkgroep is van mening dat meer onderzoek nodig is naar nazorg/revalidatiezorg bij de popu- latie kwetsbare, veelal oudere, patiënten met of behandeld voor kanker.

De werkgroep is van mening dat indien de kwetsbare, veelal oudere patiënt tijdens of na de behandeling van kanker met ontslag naar huis kan gaan, zo nodig en gewenst, wordt verwezen naar één of meerdere zorgverleners van psychosociale en/of (para)medische disciplines of naar gespecialiseerde medisch-specialistische revalidatie. Dit is analoog aan hetgeen beschreven staat in de module Signalering, bespreking en verwijzing voor medisch-specialistische revalidatie bij oncologie. Verwijzing vindt plaats door de behandelend arts/oncoloog.

De werkgroep is van mening dat een patiënt met kanker, die te kwetsbaar is om met ontslag naar huis te gaan, in aanmerking komt voor een klinisch multidisciplinair (oncologisch) revalidatietraject in de geriatrische revalidatiezorg (GRZ). Verwijzing vindt plaats door de behandelend arts vanuit de kliniek en na triage door een specialist ouderengeneeskunde. Tegenwoordig kan ook vanaf de polikliniek of de spoedeisende hulp naar GRZ worden verwezen na een geriatrisch assessment door de geriater, gevolgd door triage door de specialist ouderengeneeskunde.

De werkgroep is van mening dat de vorming van samenwerkingsverbanden tussen de verschillen- de zorgaanbieders van groot belang is om optimale zorg op maat te bieden zo dicht mogelijk bij huis als het kan en verder weg als het nodig is.

(5)

2

58

waarin patiënten, als zij bij een probleem ‘ja’ hebben aan ge- geven, de ernst daarvan op een schaal van 1-10 kunnen aan- geven óf de EORTC-QLQ-C30 te gebruiken. Het afkappunt voor de Lastmeter voor het signaleren van ‘distress’/behoefte aan zorg is bij volwassenen met kanker van ≥5 naar ≥4 bijge- steld. Dit afkappunt is een belangrijke indicatie voor de ver- wijswens van de patiënt. De kans dat een patiënt met een score boven een afkappunt een wens heeft om te worden ver- wezen is namelijk drie keer hoger dan bij een patiënt met een score onder het afkappunt. Maar er zijn ook patiënten met een score onder het afkappunt die een verwijswens hebben.

De richtlijnwerkgroep ziet geen reden om voor het signale- ren van behoefte aan psychosociale en/of (para)medische zorg bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behan- deld voor kanker af te wijken van de aanbevelingen uit de richtlijn ‘Detecteren behoefte psychosociale zorg’. Zij is ech- ter wel van mening dat de signalering met de Lastmeter bij zorg bij kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behan- deld voor kanker bij voorkeur zou moeten worden uitgebreid met specifieke vragen. Enkele voorbeelden van toe te voegen vragen zijn:

Praktische problemen

• Zorg voor partner en/of (klein)kinderen.

• Dagbesteding (N.B. werk/school/studie wordt als minder belangrijk ervaren).

Gezins- en sociale problemen

• Alleen- of samenwonend.

• Aanwezigheid sociaal netwerk.

• Aanwezigheid mantelzorg(mogelijkheden).

Emotionele problemen

• Het geheugen en ook andere cognitiegerelateerde proble- men, zoals moeite met plannen en organiseren.

• Eerder doorgemaakt delier of geheugenverlies van voorbij- gaande aard tijdens ziekte of een behandeling.

• Neerslachtigheid/somberheid (ook relatie leggen met eventuele sensorische klachten (horen, zien, mobiliteits- klachten) en/of eenzaamheid (ook in relatie tot hiervoor genoemde punten).

Lichamelijke problemen

• Aanpalende problemen zoals vallen en bewaren van het evenwicht.

• Problemen met het zelfstandig voortbewegen, transfers en mobiliteit.

Er dient tevens inzicht te worden verkregen in eventueel aanwezige comorbiditeit en polyfarmacie.

Het zelfstandig invullen van de Lastmeter zal voor sommige kwetsbare (veelal oudere) patiënten lastig zijn. Daarom advi- seert de werkgroep de zorgverlener om (indien nodig) sa- men met de patiënt de Lastmeter in te vullen. Hieruit volgt dan het gesprek over de behoefte aan aanvullende zorg. We- gens de extra belasting wordt het standaard gebruik van EORTC-QLQ-C30, zoals geadviseerd in de richtlijn ‘Detec- teren behoefte psychosociale zorg’ voor monitoring, voor deze kwetsbare, veelal oudere, groep afgeraden.

Vormen van nazorg/revalidatie

Voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker, die aansluitend aan de behandeling van kanker met ontslag naar huis gaan, zijn er verschillende ambulante mogelijkheden om mobiliteit en zelfredzaamheid te behou- den en/of te bevorderen. Zij komen in aanmerking voor het brede aanbod zoals beschreven in de module Signalering, bespreking en verwijzing. Medisch-specialistische revalida- tie bij oncologie wordt geadviseerd voor patiënten met on- derling samenhangende functioneringsproblemen op ver- scheidene vlakken die interdisciplinaire behandeling door een revalidatieteam vragen. Als er geen onderlinge samen- hang tussen de functioneringsproblemen is en de noodzaak voor een interdisciplinaire behandeling ontbreekt, adviseert de richtlijn om naar een of meerdere monodisciplinaire be- handelaars, zoals bijvoorbeeld een fysiotherapeut en/of een psycholoog te verwijzen.

Voor de meer kwetsbare groep patiënten met kanker, die onvoldoende in staat is om tijdens of na oncologische be- handeling thuis te functioneren, is er de mogelijkheid om, aansluitend aan ziekenhuisopname, intramuraal te revalide- ren in een zorginstelling (voorheen verpleeghuis) voor geria- trische revalidatiezorg (GRZ). De oncologische geriatrische revalidatie, onderdeel van de GRZ, is multidisciplinaire re- validatie gericht op het verminderen van de functionele be- perkingen en op cognitief herstel, met als doel en intentie terugkeer naar huis. Er dient een multidisciplinaire revalida- tiedoelstelling te bestaan. Na terugkeer naar huis kan de behandeling ambulant worden vervolgd in de GRZ-instel- ling of vindt overdracht plaats naar de eerste lijn.

Verwijzing naar GRZ vindt plaats door de behandelend arts en wordt geïndiceerd (via triage) door een specialist oude- rengeneeskunde. Tegenwoordig kan ook vanaf de polikli- niek of de spoedeisende hulp naar GRZ worden verwezen na een geriatrisch assessment door de geriater, gevolgd door triage door de specialist ouderengeneeskunde. Tijdens de triage voor de (oncologische) GRZ wordt onder andere gelet op de multidisciplinaire revalidatiedoelstellingen, aanwezi- ge comorbiditeit, belastbaarheid, motivatie, psychosociale context en cognitie (zie Verenso triage-instrument).

A.

B.

RICHTLIJNEN

(6)

59

Voor toegang tot de (oncologische) GRZ zijn er twee scree- ningsvragen:

1. Zijn er een of meer aandoeningen die (na ziekenhuisopna- me) (blijvende) beperkingen opleveren?

2. Heeft de patiënt voor het opheffen/verminderen van de beperkingen meer hulp nodig dan basis monodisciplinai- re behandeling en/of basis verpleegkundige zorg?

Het betreft in het algemeen (door aandoeningen en/of be- handeling) kwetsbare patiënten met multidisciplinaire be- handeldoelen, waarbij revalidatie is gericht op terugkeer naar (verzorgings)huis. Daarbij zal de patiënt gemotiveerd en leerbaar moeten zijn voor de revalidatie.

Wordt screeningsvraag 2 met nee beantwoordt, dan is er sprake van herstelzorg bestaande uit basis monodisciplinai- re behandeling en basis verpleegkundige zorg. De basis mo- nodisciplinaire behandeling kan worden geleverd door een huisarts. Deze verwijst zo nodig door naar bijvoorbeeld de (geriatrie)fysiotherapeut. Als bij screeningsvraag 1 of 2 twij- fel bestaat en ‘weet niet’ wordt ingevuld, dan wordt een re- validatiearts of specialist ouderengeneeskunde in consult geroepen. In geval van twijfel wordt overlegd tussen revali- datiearts en specialist ouderengeneeskunde welke revalida- tiemogelijkheid het beste is voor de patiënt. Revalidatiearts en specialist ouderengeneeskunde maken hierover onder- ling afspraken.

Ook is er een aantal exclusiecriteria voor GRZ, zoals bijvoor- beeld de reeds bekende onmogelijkheid om na revalidatie terug te keren naar huis. Na positieve triage voor GRZ, kan men tot een week na ontslag naar huis alsnog toegang krij- gen tot (respijt) GRZ.

De methode van GRZ verschilt niet principieel van die van de medisch-specialistische revalidatie (MSR). De veelal kwetsbare (oncologische) revalidanten zijn door de gevolgen van langer bestaande en/of nieuw ontstane aandoeningen vaak minder belastbaar, minder trainbaar en verminderd in staat tot het volgen van intensieve revalidatieprogramma’s.

Zij zijn medisch vaak instabiel en maken tijdens de revalida- tieperiode veelal meerdere intercurrente ziekten en/of com- plicaties door. Alhoewel de naam anders doet vermoeden, is de oncologische GRZ ook toegankelijk voor kwetsbare jon- gere oncologiepatiënten met een multidisciplinaire revalida- tievraag.

Daarnaast bestaat er een onderscheid in de medische eind- verantwoordelijkheid. Voor de GRZ ligt deze bij de specialist ouderengeneeskunde en voor de MSR bij de revalidatiearts.

Beide vormen van revalidatie worden gefinancierd vanuit de Zorgverzekeringswet (basispakket).

Het belangrijkste verschil tussen GRZ en MSR is de behan- deldoelstelling. De doelstelling binnen de GRZ is gericht op het weer thuis kunnen functioneren en het zichzelf kunnen verplaatsen en verzorgen, eventueel met hulp van (geplan- de) thuiszorg. Voor de reguliere MSR bij oncologie, die veelal poliklinisch/ambulant wordt gevolgd, staan veelal de door de patiënt zelf geformuleerde doelen gericht op autonomie en participatie centraal, zoals het oppakken van gezinsta- ken, terugkeer neer werksituatie enzovoort.

CONCLUSIE

De nieuwe modules over de signalering en nazorg en revali- datiezorg specifiek voor kwetsbare en (veelal) oudere patiën- ten met kanker adviseren:

1) De Lastmeter ook voor kwetsbare (veelal oudere)patiën- ten met of behandeld voor kanker als het meest geschikte signaleringsinstrument voor problemen op somatisch, func- tioneel, psychisch en/of sociaal gebied. De Lastmeter moet dan wel worden aangevuld met vragen voor deze specifieke doelgroep. De zorgverlener wordt geadviseerd om de Last- meter samen met de patiënt (en/of familie) in te vullen en daarna te bespreken.

2) Vormen van nazorg/revalidatie specifiek voor kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker.

Voor de meer kwetsbare groep patiënten met kanker, die onvoldoende in staat is om tijdens of na oncologische be- handeling thuis te functioneren, is er de mogelijkheid om, aansluitend aan ziekenhuisopname, intramuraal te revalide- ren in een zorginstelling (voorheen verpleeghuis) voor geria- trische revalidatiezorg. Kwetsbare (veelal oudere) patiënten met of behandeld voor kanker, die aansluitend aan de be- handeling van kanker met ontslag naar huis gaan, komen in aanmerking voor het reguliere brede aanbod zoals beschre- ven in de module Signalering, bespreking en verwijzing.

REFERENTIES

De gereviseerde versie van de richtlijn (inclusief bijbehorende referenties en ove- rige onderbouwing) is terug te vinden op Oncoline (www.oncoline.nl).

Van den Berg JP, Velthuis MJ. Richtlijn ‘Medisch-specialistische revalidatie bij oncologie’: modulaire revisie 2017. Ned Tijdschr Oncol 2017;14(6):231-6.

ONTVANGEN 30 JANUARI 2018, GEACCEPTEERD 2 FEBRUARI 2018.

RICHTLIJNEN

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

 Naar welke zorgaanbieders kunnen patiënten uit deze patiëntengroep overstappen als ze niet meer naar de fusieziekenhuizen willen.  Welke mogelijkheden hebben andere

ziekenhuizen herkent deze clusters, al dan niet aan de hand van de specifieke DBC’s die binnen deze clusters vallen. Een ander deel vindt deze clusters lastiger te herkennen. Voor

Als de oorzaak van de pijn een goed bereikbare tumor is, dan kan deze soms worden weggenomen door een operatie.. Zo kan de pijn verminderen die ontstond door druk van de tumor

Veel patiënten van wie medisch specialistische zorg is uitgesteld, hebben vragen over wanneer en hoe ze geholpen gaan worden?.

Kragtens artikel 44(2)(a) van die Inligtingswet kan ’n versoek om toegang tot ’n rekord geweier word indien openbaarmaking van die rekord die doeltreffendheid van ’n

Zorgaanbieders die in 2021 geen overeenkomst (medisch specialistische zorg) met ons hebben, beschouwen wij als nieuwe aanbieders.. In 2022 willen we de overeenkomst met bestaande

The external water footprint of a country is defined as the annual volume of water resources used in other countries to produce goods and services imported into and consumed in the

Wanneer het vermoeden bestaat dat de klachten kunnen passen bij een in termen van de DSM te classificeren stoornis, kunnen de patiënt en/of zijn naasten, indien zij dit wensen,