• No results found

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-II

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-II"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Muntenrij

8. P (KKKKK) = ( ½ ) 5 = 1/32 P (KMMKM) = ( ½ ) 5 = 1/32 De kansen zijn dus gelijk.

9. Aantal mogelijkheden 5

2 10

 =

10. De eerste worp doet niet ter zake.

De tweede worp moet kop zijn.

De derde t/m de vijfde worp moet munt zijn.

Deze kans is 1 @ ½ @ (½) 3 = 1/16

11. Tom wint als MMM verschijnt, maar als er eerst kop is gegooid moet er dan dus KMMM verschijnen Herma wint echter met KMM en is daarmee eerder dan Tom met MMM.

12. P ( Tom wint) = (½) 3 = 1/8

P ( Herma wint) = 1 – P ( Tom wint ) = 7/8

De kans dat Herma wint is dus 7 keer zo groot. ( 7 @ 1/8 = 7/8)

 www.havovwo.nl

Eindexamen wiskunde A1-2 havo 2006-II

© havovwo.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Daarom gebruikt men voor deze camera’s batterijen met een grotere gebruikstijd, meestal Lithium-batterijen of NiMH-batterijen (NiMH staat voor Nikkel Metaal Hydride)..

De grafiek van TK is afnemend stijgend en toenemend stijgend en dus geeft diagram A het juiste

[r]

[r]

[r]

Heeft ze die niet, dan moet ze net zo vaak een nieuwe steen van de stapel op tafel pakken tot ze een steen heeft waar wel een 6 of een 3 op staat.. Die steen mag ze dan tegen de 6–3

QC laat de machine opnieuw instellen wanneer bij die tien stukken zeep er minstens één is waarvan het gewicht meer dan drie keer de standaardafwijking afwijkt van het