FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 13 februari 2012 Gegevens onderneming : De besloten vennootschap met beperkte
aansprakelijkheid Holland Agriculture Machinery Services B.V., statutair gevestigd te Amsterdam, feitelijk gevestigd te Lelystad (8243 RB) aan de Kaapstanderweg 31, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 33155857.
Faillissementsnummer : F 11/799.
Datum uitspraak : 22 december 2011.
Curator : mr. B.J. van Dijen.
R-C : mr. drs. H. Vegter.
Activiteiten onderneming : Uit het handelsregisterinformatie valt op te maken:
"Groothandel in landbouwmachines, werktuigen en tractoren, handelsbemiddeling in machines, technische benodigdheden, schepen en vliegtuigen alsmede grondverzet".
Omzetgegevens : 2009: netto omzet € 2.508.511,-, 2010: € 1.555.865,-, 2011 tot aan datum faillissement € 933.699,-.
Personeel gemiddeld aantal : 3 volgens opgave Kamer van Koophandel.
Verslagperiode : 22 december 2011 t/m 13 februari 2012.
Bestede uren in verslagperiode : 27,24 uur.
Bestede uren Totaal : 27,24 uur.
Saldo faillissementsrekening : € 6.701,14.
Inleiding
In dit verslag rapporteert de curator over de stand van de boedel in het op het voorblad genoemde faillissement en over haar bevindingen vanaf de datum waarop het faillissement is uitgesproken.
Met nadruk zij erop gewezen dat dit faillissementsverslag is gebaseerd op de informatie die de curator de afgelopen periode heeft ontvangen. De in dit verslag opgenomen financiële en andere informatie is dan ook onderwerp van nader onderzoek. Dat brengt met zich dat nog geen uitspraak kan worden gedaan over de juistheid en volledigheid van de opgenomen gegevens. In een later stadium kan dus blijken dat de gegevens moeten worden aangepast.
Aan dit verslag kunnen dan ook geen rechten worden ontleend.
1. Inventarisatie
1.1 Directie en organisatie :
De besloten vennootschap Holland Agriculture Machinery Services B.V. (hierna: H.A.M.S.
B.V.) is opgericht op 12 maart 1979 en op deze datum ook ingeschreven in het handelsregister. Op 27 januari 2009 heeft de laatste statutenwijziging van de vennootschap plaatsgevonden. Enig aandeelhouder van de gefailleerde vennootschap is Agritraco
Enterprice Limited, gevestigd te Nicosia, Cyprus. Alleen zelfstandig bevoegd bestuurder is de heer Joris Driest.
Er is geen raad van commissarissen.
1.2 Winst en verlies :
In 2010 werd er volgens de cijfers als overgelegd door de directie van de gefailleerde vennootschap een verlies gedraaid van € 132.330,-, terwijl in 2009 een verlies van € 278.047,- werd gegenereerd. 2011 lijkt een winstsaldo te laten zien, waarbij de curator het saldo van de winst in onderzoek heeft, nu het saldo van € 249.082,- als opgemaakt op de winst en verliesrekening volgens de grootboekkaarten de curator hoog voorkomt.
1.3 Balanstotaal :
Het balanstotaal in 2010 bedroeg € 1.739.581,-, terwijl in 2009 de balanstotaal € 2.033.716,- bedroeg.
1.4 Lopende procedures :
Bij afwikkeling van het faillissement heeft de curator vooralsnog in overleg met de directie van de gefailleerde vennootschap geen procedures ontwaard. Wel zijn er de nodige posities met betrekking tot de zekerheidsdocumenten die in het internationale handelsverkeer zijn gevestigd ten gunste en ten laste van de gefailleerde vennootschap. Deze dienen nog ten gunste en ten laste van de gefailleerde vennootschap bij de diverse verzekeringsnemers en zekerheidsverstrekkers te worden afgewikkeld.
1.5 Verzekeringen :
De onderneming had diverse verzekeringen bij Delta Lloyd, Reaal en Aegon. Meer in het bijzonder ter zake de inventaris en goederen, collectieve ongevallen, gezond werkplan, ziekteverzuim en een algemeen aansprakelijkheidsverzekering. Na ontvangst van de bescheiden van de curator ter zake heeft de curator deze verzekeringen opgezegd tegen de vroegst mogelijke datum.
1.6 Huur :
De gefailleerde vennootschap was gevestigd in het pand aan de Kaapstanderweg 31 te (8243 RB) Lelystad. Curanda heeft daarvoor in de afgelopen jaar ook huur betaald. De curator heeft voor zover nodig de huurovereenkomst, met instemming van u, rechter-commissaris, van 4 januari 2012 op 5 januari 2012 tegen de vroegst mogelijke termijn opgezegd. Inmiddels heeft de curator de inventaris, welke de boedel toekwam, met instemming van u, rechter- commissaris, van 25 januari 2012, de pandhouder (voor zover nodig) en de fiscus verkocht aan de verhuurder, tevens enig aandeelhouder van de gefailleerde vennootschap, Agritraco Enterprice Limited. Hierbij is overeengekomen dat de huurpenningen vanaf 27 januari 2012 door de verhuurder niet zullen worden ingediend in het faillissement.
1.7 Oorzaak faillissement :
Volgens de heer Driest is de oorzaak van het faillissement te wijten aan feitelijke de oninbaarheid van vorderingen, meer in het bijzonder de vorderingen die uitstonden in Tanzania en Ethiopië. Reden van het oninbaar zijn van deze vorderingen is gelegen in het feit dat de lokale operatie van de debiteuren aldaar niet meer tot uitvoering kwam. De partijen die machineonderdelen kochten van H.A.M.S. B.V. hadden niet het geld om deze machineonderdelen te betalen. Als gevolg hiervan zijn zij niet in staat om te oogsten met als
gevolg dat daardoor de inkomstenstroom aan de zijde van de debiteuren nog meer vastliep.
Gevolg van dit alles is dat er een forse oninbare debiteurenportefeuille is opgebouwd.
Er zijn voorts diverse onderdelen gevestigd in Tanzania en Ethiopië waarbij de vraag is of deze nog te gelden kunnen worden gemaakt (overigens zijn deze onderdelen verpand aan de ABN AMRO Bank) terwijl ook het onderhanden werk als gegenereerd door H.A.M.S. B.V.
niet meer kon worden gerealiseerd, nu de ABN AMRO Bank als financier dit onderhanden werk niet wilde zekerstellen met zekerheidsdocumenten, zodat er ook niet meer kon worden ingekocht aan de zijde van H.A.M.S. B.V. Het opzeggen van het krediet door de ABN AMRO Bank was uiteindelijk de nekslag voor de onderneming. Voornoemde gang van zaken is feitelijk 2010 en 2011 nader tot stand gekomen.
2. Personeel
2.1 Aantal ten tijde van faill. : 4 personeelsleden, inclusief de heer J. Driest.
2.2 Aantal in jaar voor faill. : 4 personeelsleden.
2.3 Datum ontslagaanzegging :
De curator heeft het personeel op 4 januari 2012, met instemming van u, rechter- commissaris, van 4 januari 2012 ontslagen. Op 9 januari 2012 zijn met de buitendienstmedewerker van het UWV de loonvorderingsformulieren van het personeel ingevuld.
3. Activa
3.1. t/m 3.4 Onroerende zaken Niet van toepassing.
Bedrijfsmiddelen
3.5 Beschrijving :
De curator heeft de zaken zich bevindend in het pand aan de Kaapstanderweg 31 (8243 RB) Lelystad verkocht aan de verhuurder voor een bedrag van € 6.200,- inclusief BTW, voor zover van toepassing, zulks met instemming van u, rechter-commissaris. Voorts wenst de curator nog 2 telefoons te verkopen aan de heren Van der Spek en Driest voor een bedrag van in totaal € 300,-. Hiertoe heeft de curator inmiddels toestemming ontvangen van u, rechter-commissaris, terwijl de curator voor bovengenoemde rechtshandelingen toestemming heeft van de fiscus en de pandhouder.
Los van voornoemde inventaris zouden er nog voertuigen staan in Ethiopië en Sudan ter waarde van volgens de balans € 25.000,-. Deze auto's zijn evenwel vermoedelijk onvindbaar en bovendien verpand aan de ABN AMRO Bank. De ABN AMRO Bank is in overleg met Mirus doende om te kijken of er mogelijkheden zijn om de inventaris/auto's uit te winnen.
De curator hoopt op korte termijn ter zake van de pandhouder te vernemen.
3.6 Verkoopopbrengst : Zie 3.5.
3.7 Boedelbijdrage : Niet van toepassing.
3.8 Bodemvoorrecht fiscus :
De curator erkent het bodemvoorrecht van de fiscus evenals dat dit recht door de stil pandhouder in beginsel wordt erkend.
Voorraden/ onderhanden werk
3.9 t/m 3.11 :
De curator heeft de verwaarloosbare voorraden met instemming van de pandhouder verkocht voor een bedrag van € 500,-. Over de boedelbijdrage dient de curator nog nadere afspraken te maken met de stil pandhouder.
Naast genoemde voorraad is er een forse voorraad die betrekking heeft op in het buitenland, meer in het bijzonder Tanzania, gevestigde onderdelen. Deze zijn al dan niet onder eigendomsvoorbehoud geleverd aan Agritec, gevestigd te Tanzania. Deze voorraden zijn rechtsgeldig verpand aan de ABN AMRO Bank en deze is tezamen met Mirus doende om te zien of de voorraden te gelden kunnen worden gemaakt. Op basis van de boekwaarde zouden de voorraden om en nabij de € 645.000,- waard zijn. De curator is in afwachting wat de bank als pandhouder tezamen met Mirus ter zake onderneemt. De curator verwacht op korte termijn ter zake nadere informatie.
Andere activa
3.12 t/m 3.13 :
De curator heeft geconstateerd dat er een bedrag van € 1.000,- in depot is gegeven bij OMVR advocaten, welk bedrag naar de mening van de curator de boedel toekomt. De curator heeft OMVR advocaten ter zake aangeschreven. Voorts heeft de curator diverse rekening courant verhoudingen geconstateerd met een aantal partijen, waarbij na onderzoek de rekening courant verhouding met de heer Driest de enige reële inbare rekening courant verhouding is.
Dat bedrag dat volgens de heer Driest in rekening courant is opgebouwd is € 13.290,15, welk bedrag de curator tracht te verrekenen met de rechten uit hoofde van de uitkering door het UWV van de heer Driest. Hiertoe is inmiddels overleg met de heer Driest en het UWV alsook de ABN AMRO Bank als stil pandhouder op deze vordering.
4. Debiteuren
4.1 Omvang debiteuren :
Als gevolg van de verpanding aan de ABN AMRO Bank zijn alle vorderingen en toekomstige vorderingen (of gedeelte daarvan) die de ABN AMRO Bank op het moment van verpanding dan wel op enige tijd op enige natuurlijke persoon dan wel rechtspersoon of andere juridische entiteit in pand gegeven. Het een en ander maakt dat de debiteurenportefeuille van de gefailleerde vennootschap aan de ABN AMRO Bank is verpand, waarbij de curator heeft geconstateerd dat de debiteurenportefeuille sluit op in totaal een bedrag van € 1.101.089,35.
In dit verband is van belang dat al deze vorderingen betrekking hebben op buitenlandse vennootschappen, meer in het bijzonder in Tanzania, Ethiopië, Marokko, Dubai, Urganda, Sudan, Kenia, Engeland en America. De grootste vorderingen staan open in Tanzania (meer dan € 580.000,- en Sudan).
4.2 Opbrengst :
Niet inzichtelijk. De curator heeft overleg met de ABN AMRO Bank als pandhouder, zie hiervoor.
4.3 Boedelbijdrage : Niet van toepassing.
5. Bank / Zekerheden
5.1 Vordering van bank(en) :
De ABN AMRO Bank heeft als financier van de gefailleerde vennootschap haar vordering ingediend tot een bedrag van € 720.319,16. De curator is in afwachting van de uitwinning van de zekerheidsrechten om daarna de definitieve vordering van de ABN AMRO Bank te kunnen ontvangen.
5.2 t/m 5.8. :
Niet van toepassing.
6. Doorstart / voortzetten Niet van toepassing
7. Rechtmatigheid
7.1 Boekhoudplicht :
De boekhouding is vooralsnog in onderzoek.
7.2 Depot jaarrekeningen :
De laatste jaarrekening die is gedeponeerd is die over 2010.
7.3 Goedk. Verkl. Accountant : Niet verplicht.
7.4 Stortingsverpl. aandelen :
In onderzoek, de directie is aangeschreven en de eerste antwoorden zijn nog niet vervaardigd.
7.5 Onbehoorlijk bestuur : Vooralsnog in onderzoek.
7.6 Paulianeus handelen : Vooralsnog niet van toepassing.
Werkzaamheden :
Onderzoek naar de volstortingsverplichting van het bestuur.
8. Crediteuren
8.1 Boedelvorderingen : De beperkte vordering van de verhuurder
dient nog te worden ingediend evenals de
vordering van het UWV.
8.2 Pref. vord. van de fiscus : € 191.074,00 8.3 Pref. vord. van het UWV : Nog niet bekend.
8.4 Andere pref. crediteuren : Nog niet bekend.
8.5 Aantal concurrente crediteuren : 5
8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 747.136,10
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling : Vermoedelijk wegens gebrek aan baten.
9. Overig
9.1 Termijn afwikkeling faill. : 2012/2013.
9.2 Plan van aanpak :
Onderzoek naar activiteiten van de gefailleerde vennootschap, alsook afwikkeling van de verkoop van activa alsmede inventariseren van de crediteurenlast. Hiernaast dient de vordering op OMVR Advocaten, althans het depotbedrag nog te worden geïncasseerd.
9.3 Indiening volgend verslag : 13 mei 2012.
Bijlagen:
1. Tussentijds financieel verslag;
2. Uren uitdraai (vertrouwelijk);
3. Bankafschriften achterliggende faillissementsperiode.
