• No results found

\~. ~: APR. ~007- ' J',

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "\~. ~: APR. ~007- ' J',"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

~: . 1..3 APR. ~ 007-·

'J' ,

\ ~

.

h aar openbare terechtzitting van 05 maart 2007 het hierna- volgend VONNIS gewezen :

Not. nr. 66.LC.123076/03/26

Griffie nr.

IN DE ZAAK VAN HET OPENBAAR MINISTERIE TEGEN:

1. '., zaakvoerder, geboren te

wonende te

2. 1 ; met ondernemingsnummer 4 , oprichting , met maatschappelijke zetel te

Verdacht van : Te

door het wanbedrijf rechtstreeks te hebben uitgevoerd of aan de uitvoering te hebben meegewerkt, of door enige daad tot de uitvoering zodanige hulp te hebben verleend dat het wanbedrijf niet had kunnen worden gepleegd, of door giften, beloften, bedreigingen, misbruik van gezag of van macht, misdadige kuiperijen of arglistigheden of het wanbedrijf rechtstreeks te hebben uitgelokt, als dader of mededader in de zin van artikel 66 van het straf wetboek

- bij inbreuk op artikel 44 § 1-1., 64, eerste, tweede, derde en laatste lid en 65 van de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedebouw (feiten tot en met 24 maart 1997)

- en vanaf 25 maart 1997 geformuleerd in de artikelen 42 § 1-1°, 66 eerste, tweede, derde en laatste lid en 68 van het decreet betreffende de ruimtelijke orde- ning, gecoördineerd op 22 oktober 1996 (feiten vanaf 25 maart 1997 tot en met 30 april 2000)

door het uitvoeren van werken, het in stand houden ervan, door het verkavelen van grondeigendom of hoe dan ook, inbreuk te hebben gemaakt op de voorschriften der bijzondere plannen van aanleg, op de bepalingen van de titels Il en III of op die van de verordeningen, vastgesteld ter uitvoering van titel III en van het eerste hoofdstuk van titel IV van voormelde wet en voormeld decreet,

namelijk door zonder vooraf gaande schriftelijke en uitdrukkelijke vergunning van het college van burgemeester en schepenen gebouwd te hebben, een grond gebruikt te hebben voor het plaatsen van een of meer vaste inrichtingen, te hebben af gebro- ken, herbouwd of een bestaande woning te hebben verbouwd (instandhoudings- of onderhoudswerken uitgezonderd)

PEi>. DE 1

(2)

UJ Cl

ês s;

à: w Cl z

lil Cl (.'J lLl z

:'!:

llJ

bi 0:

w w

z ~

,,::

z <(

lll I- I 0 w u:

2

- feiten vanaf 1 mei 2000 stratbaar gesteld bij inbreuk op de artikelen 2, 99 § 1-1 °, 146 al. 1-1 °, 14 7, 149 en 204 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organ- isatie van de ruimtelijke ordening de bij artikel 99 § 1, 1 ° bepaalde handelingen, werken of wijzigingen hetzij zonder voorafgaande vergunning hetzij in strijd met de vergunning hetzij na verval, vernietiging of het verstrijken van de termijn van de vergunning hetzij in geval van schorsing van de vergunning te hebben uitgevoerd, voortgezet of in stand gehouden,

door zonder stedenbouwkundige vergunning te hebben gebouwd, op een grond één of meer vaste inrichtingen te hebben geplaatst, een bestaande vaste inrichting of bestaand bouwwerk te hebben afgebroken, herbouwd, verbouwd of uitgebreid, met uitzondering van instandhoudings- of onderhoudwerken die geen betrekking hebben op de stabiliteit.

De strafsanctie voor het instandhouden van inbreuken, bedoeld in het eerste lid, 1 ·, 2°, 3°, 6° en

r

van artikel 146 van voormeld decreet, geldt niet voorzover de han- delingen, werken, wijzigingen of het strijdige gebruik niet gelegen zijn in de ruimtelijk kwetsbare gebieden.

In casu:

A. de eerste op niet nader te bepalen data, in de periode van 1 januari 1992 tot en met 31 december 1992 (stuk 7)

het bouwen van een metalen boogloods van 20 meter op 13 meter

B. de eerste vanaf niet nader te bepalen datum in de periode van 1 januari 1992 tot en met 31 december 1992 (uitvoeren wederrechteljjke werken) tot en met datum der dagvaarding (17 januari 2007)

de tweede vanaf 2 juli 1999 (namelijk de inwerkingtreding van de wet tot invoering van de strafrechterlijke aansprakelijkheid van rechtspersonen) tot en met datum der dagvaarding (stuk 39) (17 januari 2007)

het instandhouden van de onder A omschreven wederrechtelijke werken

gelegen in ruimtelijke kwetsbaar gebied, meer bepaald in parkgebied volgens het gewestplan d.d. 30 mei 1978 (stuk 2 en 32).

Met de omstandigheid voor de tenlasteleggingen A en B dat de eerste en de tweede personen zijn die wegens hun beroep of activiteit, goederen kopen, verkavelen, te koop of te huur zetten, verkopen, of in huur hebben, bouwen of vaste of verplaats- bare inrichtingen opstellen of die bij die verrichtingen als tussenpersoon optreden in de zin van artikel 64 3de lid van de bovenvermelde wet van 29 maart 1962 en artikel 66 3de lid van het bovenvermelde decreet, gecoördineerd op 22 oktober

1996 (feiten tot en met 30 april 2000).

Met de omstandigheid voor de eerste en de tweede dat de tenlasteleggingen A en B gepleegd werden door instrumenterende ambtenaren, vastgoedmakelaars en andere personen die in de uitoefening van hun beroep of activiteit onroerende goederen verkopen, verkavelen, te koop, te huur zetten, verkopen of verhuren, bou- wen of vaste of verplaatsbare inrichtingen ontwerpen en/of opstellen of personen die bij die verrichtingen als tussen personen optreden bij de uitoefening van hun beroep in de zin van art. 146 laatste lid van het decreet van 18 mei 1999 (feiten vanaf 1 mei 2000). (stuk 39)

Met de omstandigheid dat de feiten omschreven onder de tenlasteleggingen A en B de opeenvolgende en voortgezette uitvoering zijn van een zelfde misdadig opzet zodat de verjaring van de strafvordering slechts een aanvang neemt op de

REh r:.s 2

(3)

datum van het laatst gepleegde feit, namelijk de dag der dagvaarding ( 17 januari 2007).

De kadastrale omschrijving van het onroerend goed dat het voorwerp van het mis- drijf is, zijnde:

ligging:

aard en oppervlakte:

wijk en nummer van het kadaster:

,

en de eigenaars ervan geïdentificeerd zijnde als: , geboren te

, oi: , wonende te ,

die de eigendomstitel hebben verkregen krachtens de akte van verdeling verleden op 13/04/2001 geregistreerd op 25/04/2001.

De rechtbank nam kennis van:

-De dagvaarding waarmee de zaak rechtsgeldig werd aanhangig gemaakt, tevens houdende dagstelling voor de openbare terechtzitting d.d. 5 maart 2007, datum waarop de zaak werd behandeld en in beraad genomen.

-De overschrijving van deze dagvaarding op het eerste hypotheekkantoor te Dendermonde op 29 januari 2007, zodat voldaan is aan de voorwaarde gesteld door artikel 160 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de orga- nisatie van de ruimtelijke ordening ;

-De processen-verbaal en de overige stukken van de rechtspleging;

De rechtbank aanhoorde:

-Het openbaar ministerie, waargenomen door J. Kerkhofs, substituut-pro- cureur des Konings, werd gehoord in zijn middelen en eis.

-De beklaagde . en

verdediging, voorgedragen door hun raadsman mr.

Verbeterin2 van de da,:vaardine

in hun antwoorden en ., advocaat te

De Rechtbank verbetert de dagvaarding als volgt dat de beklaagde geen "zaakvoerder" is, maar wel "gedelegeerd bestuurder" is.

De Rechtbank bracht de verbetering ter kennis aan de partijen en nodigde hen uit hiervoor te verschijnen en zich te verdedigen.

De partijen verschenen voor de verbetering en verdedigden zich hierover.

REA OE 3

(4)

4

Aanstelling van

een

lasthebber

ad

hoc

1.

Zowel a]~ : worden strafrechtelijk vervolgd

wegens de tenlasteleggingen, zoals in de rechtstreekse dagvaarding venneld.

2.

Artikel 2bis van de vooraf gaande titel bij het wetboek van strafvordering bepaalt dat zo de straf vordering tegen een rechtspersoon en tegen degene die bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen, wordt ingesteld wegens dezelfde of samenhangende feiten, de rechtbank die bevoegd is om kennis te nemen van de strafvordering tegen de rechtspersoon, ·ambtshalve of op verzoekschrift een

lasthebber ad hoc aanwijst om de rechtspersoon te vertegenwoordigen. Deze tekst is duidelijk en verplicht de rechter tot het aanwijzen van een lasthebber ad hoc. De rechter dient dit te doen desgevallend op verzoek en in elk geval ambtshalve.

3.

De wetgever had met deze bepaling de bedoeling het belangenconflict tussen de rechtspersoon en het orgaan dat de rechtspersoon vertegenwoordigt op te vangen.

Dit eventueel belangenconflict is het gevolg van de wettelijke mogelijkheid tot decumulatie van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid tussen natuurlijke en rechtspersoon en is ook steeds aanwezig. Immers ingevolge artikel 5 van het straf- wetboek is een rechtspersoon strafrechtelijk verantwoordeJijk voor misdrijven die hetzij een intrinsiek verband hebben met de verwezenlijking van zijn doel of de waarneming van zijn belangen, of die, naar blijkt uit de concrete omstandigheden, voor zijn rekening zijn gepleegd. Echter wanneer de rechtspersoon verant- woordelijk wordt gesteld uitsluitend wegens het optreden van een geïdentificeerde natuurlijke persoon kan enkel diegene die de zwaarste fout heeft begaan worden veroordeeld. Indien de geïdentificeerde natuurlijke persoon het misdrijf wetens en willens heeft gepleegd, dan kan hij samen met de rechtspersoon worden ver- oordeeld.

4.

Door zo te handelen waakt de rechter erover dat de rechten van verdediging van de rechtspersoon op onafhankelijke wijze worden gewaarborgd. Het behoort immers tot de taak van de rechter toezicht te houden op de naleving van regels van open- bare orde die het verdedigen van tegenstrijdige belangen verbieden (vgl. Arbitrage- hof, 2 april 1992, nr. 24/92, R. W, 1991-92, 1362).

Deze ambtshalve aanstelling ontneemt de rechtspersoon niet op discriminerende wijze het recht om voor de strafrechter te verschijnen en te worden verdedigd door een advocaat van zijn keuze (cfr Arbiragehof, 5 december 2006, nr. 3836/2006, www. arbitrage.be). De lasthebber ad hoc kan immers nog de verdediging van de belangen van de rechtspersoon toevertrouwen aan de door de vertegenwoordigende natuurlijke personen gekozen raadsman/advocaat.

(5)

5.

In deze zaak staan zowel de natuurlijke persoon die bevoegd is om de rechtsper- soon te vertegenwoordigen }, als de rechtspersoon zelf ( ) terecht wegens dezelfde feiten (cf. rechtstreekse dagvaarding) . Het is dan ook noodzakelijk om een lasthebber ad hoc aan te stellen om de rechtspersoon te vertegenwoordigen in de lastens hem ingestelde strafvordering, zoals hierna bepaald.

6.

Teneinde de aangestelde lasthebber ad hoc toe te laten kennis te nemen van het strafdossier wordt de zaak uitgesteld om te worden behandeld op de hierna ver- melde openbare terechtzitting. Het openbaar ministerie wordt verzocht de lastheb- ber ad hoc een afschrift van dit vonnis ter kennis te brengen.

7.

De ervaring leert dat de aangestelde lasthebbers vaak moeilijkheden ondervinden bij het uitvoeren van hun opdrachten doordat zij niet steeds in het bezit worden gesteld van de stukken die nodig zijn voor de uitvoering van hun mandaat (vgl. D.

MATRAY en J. OVERATH, "Le mandataire ad hoc dans la responsabilité pénal des personnes morales", in Liber Amicorum Jean-Pierre De Bandt, Brussel, Bruy- lant, 2004, 478). Er moet dan ook een bevel tot overhandiging worden gegeven. De rechtsgrond daarvoor is impliciet begrepen in artikel 2bis van de vooraf gaande titel bij het wetboek van strafvordering. De naleving van dit bevel wordt verzekerd door artikel 495bis van het strafwetboek.

8.

Aan de lasthebber ad hoc wordt lastens de respectievelijk rechtspersoon de hierna bepaalde provisie toegekend. Zo een aanvuJlende provisie noodzakelijk mocht blijken zal de lasthebber ad hoc daartoe een verzoek aan de rechtbank richten. De lasthebber ad hoc zal bij het beëindigen van zijn opdracht een staat van kosten en ereloon ter begroting neerleggen.

9.

Dit vonnis is er geen van veroordeling, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging noch een over de burgerlijke vordering. Het is noodzakelijk dat de verdere afhan- deling van deze strafvordering niet nodeloos wordt vertraagd zodat dit vonnis uitvoerbaar wordt verklaard bij voorraad niettegenstaande iedere voorziening of borgstelling.

Gezien de hierna vermelde artikelen :

Wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, art. 11, 12, 14, 21 tot en met 23, 31 tot en met 37, 40 en 41 ;

Strafwetboek, art. 5 ;

Wet van 17 april 1878 houdende voorafgaande titel bij het wetboek van strafvor-

REA DE 5

(6)

w 0

5 :::

0:

UJ 0 z

l!l

C) w

i

~ ffi w z ~

"'

1

a:

6

<lering, art. 2bis ;

Wetboek van strafvordering, art. 162, 179, 182, 184, 185, 189, 190, 190ter, 194, 203 § 3 en 407 al. 2;

OM DEZE REDENEN, DE RECHTBANK OP TEGENSPRAAK,

Stelt aan als lasthebber ad hoc over met ondernemingsnummer , oprichting 29.6.1987, met maatschappelijke zetel te .,

, mr. :, advocaat te

teneinde deze te vertegenwoordigen in de lastens haar ingestelde strafvorde- nng.

Beveelt dat en haar organen aan de lasthebber ad hoc de stuk.ken zullen overhandigen die nodig zijn voor de uitvoering van zijn mandaat.

Kent aan de lasthebber ad hoc lastens de vertegenwoordigde vennootschap een provisie van 600,00 EUR toe.

Zegt dat zo een aanvullende provisie noodzakelijk mocht blijken de lasthebber ad hoc daartoe een verzoek aan de rechtbank zal richten.

Zegt dat de lasthebber ad hoc bij het beëindigen van zijn opdracht een staat van kosten en ereloon ter begroting zal neerleggen.

Stelt de behandeling van de zaak uit naar de openbare terechtzitting van

4

juni 2007 te 09.00 uur:

Verzoekt het openbaar ministerie een afschrift van dit vonnis aan de lasthebber ad hoc ter kennis te brengen.

Houdt de beslissing over de kosten aan.

Verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad niettegenstaande iedere voorziening en zonder borgstelling.

Aldus uitgesproken in openbare terechtzitting van VIJF MAART TWEEDUIZEND EN ZEVEN.

Aanwezig:

:, alleenrechtsprekend rechter in strafzaken;

., substituut-procureur des Konings;

griffier.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De informatie omtrent voormeld onroerend goed is met zorg samengesteld, maar voor de juistheid ervan kan door GW Batenburg Bedrijfshuisvesting geen aansprakelijkheid worden

Grondstoffen ontgonnen binnen Vlaanderen (productieperspectief) en door de Vlaamse consumptie (consumptieperspectief) in 2016 volgens het Vlaamse IO-model... MOBILITEIT,

Ferm Thuiszorg is er voor jou met dagopvang, kraamzorg, gezinszorg, poetshulp, nachtzorg, gastopvang, karweihulp, woningaanpassing en de opleiding tot verzorgende en

Waarom heeft Gartner in zijn onderzoek niet naar de kwaliteit van de broncode gekeken, waarom heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken hier niet naar gevraagd en waarom is het

Wanneer een programma of een project moeilijk in tussentijdse producten kan worden opgedeeld, dan moet bekeken worden hoe dat in beheersbare stappen uitgevoerd kan worden.. Zoals

verantwoordelijk is voor de middelen waarmee de kiezer zijn keuze maakt (de stemprinter) en waarmee de stembiljetten elektronisch worden geteld (de stemmenteller) wordt

Met zes vestigingen in de regio heeft Midden Nederland Makelaars een prachtig netwerk waardoor we perfect alle ontwikkelingen voor u kunnen volgen. Elke vestiging wordt bemand

Wanneer u voor een gekleurde ISO- of ALU sectionaal-deur met een geïntegreerde loopdeur kiest is het niet zo dat de loopdeurprofielen standaard worden mee gespoten in