• No results found

vraag aantal punten categorie vraag

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "vraag aantal punten categorie vraag"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Beste leerling,

Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak aardrijkskunde vwo, tweede tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende vraag: In hoeverre was het examen te maken met behulp van de op de cursus behandelde kennis & vaardigheden?

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

I. Algemene (niet vak gerelateerde) kennis & vaardigheden II. Alleen-kennis/aanpak-uit-de-cursus-vraag

III. Een-stapje-extra-vraag.

IV. Niet voorgekomen in de cursus

De eerste categorie doet een beroep op algemene basisvaardigheden, welke we bekend veronderstellen. Categorie II en III zijn vragen die op te lossen zijn met de kennis en vaardigheden die je op de cursus geleerd hebt. De laatste categorie vragen is op de cursus niet aan bod gekomen. In bijlage 1, achteraan dit document, vind je een nadere toelichting van deze categorieën.

Het is belangrijk om te beseffen dat deze categorieën niets zeggen over de moeilijkheidsgraad van een vraag. Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens de cursus (categorie IV).

Mocht je vragen of opmerkingen hebben naar aanleiding van dit examenverslag, dan horen we dit uiteraard heel graag! Je mag ons hier altijd over mailen op info@sslleiden.nl.

Met vriendelijke groet,

Hans Huibregtse

(2)

vraag aantal punten categorie vraag

toelichting categorie keuze:

1

1 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Zuidoost-Azië' hebben we besproken welke landen in de triade zitten. In de uitleg 'Wereldsysteem' hebben we het begrip 'global shift' besproken. Met je bronvaardigheden kon je deze begrippen in de bron terugzoeken.

2 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsysteem' hebben we besproken dat China een opkomende economie heeft en daardoor grondstoffen nodig heeft.

3

1 III Wat was/waren de extra denkstap(pen)? Met je bronvaardigheden kon je zien dat Walmart in levensmiddelen handelt. De extra denkstap die je hier moest zetten was dit gegeven koppelen aan een omzetrijke toekomst.

1 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsysteem' hebben we besproken dat de grootste omzet in centrumlanden voorkomt en dat die gebieden veel geld of een grote afzetmarkt hebben.

4

1 I Welke algemene kennis & vaardigheden kon je gebruiken? In de cursus is niet expliciet stilgestaan bij het overstappen naar groene of duurzame energie, omdat het Cito dit als algemene kennis beschouwt. In opgave 22 uit de bundel is wel het begrip 'fossiel' voorgekomen en in de voorbereidende opgaven is het begrip 'duurzaam' behandeld.

1 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsysteem' is besproken dat landen met een economische groei grondstoffen en dus brandstoffen nodig hebben.

2

5 3 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsysteem' zijn kenmerken van het centrum-periferiemodel behandeld. In de uitleg 'Landen vergelijken' zijn kenmerken van het demografisch transitiemodel gekoppeld aan de ontwikkeling van een land.

6 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Zuidoost-Azië' zijn dezelfde liggings- en natuurkenmerken besproken die bij deze vraag van toepassing waren. In de uitleg 'Wereldsysteem' is besproken dat de relatieve ligging binnen handelsnetwerken belangrijk is en dat veel landen grondstoffen nodig hebben.

7 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsteden' is besproken hoe je een spreidingspatroon kunt verklaren. In opgave 43 uit de bundel is hetzelfde nationale spreidingspatroon bij Zuid-Amerika voorgekomen, wat je in deze bron ook kon herkennen.

2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Wereldsteden' en 'NL steden' is besproken dat ruimtelijke segregatie ontstaat door inkomensverschillen (sociaal-economisch) en dat vooral het centrum van een stad dure huizen en dus rijke inwoners heeft.

3

8 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met het 'stappenplan neerslag' uit de uitleg 'Klimaat' kon je de stuwingsneerslag bij gebergten met behulp van de windrichting verklaren.

9 2 IV Niet voorgekomen op de cursus: Het begrip 'neerslagintensiteit' is niet expliciet op de cursus voorgekomen, omdat dat grotebakstof is.

(3)

10 2 III Wat was/waren de extra denkstap(pen)? Met je bron- en atlasvaardigheden kon je aflezen dat de tuinbouwproducten uit Spanje in heel Europa verkocht kunnen worden en dat de handel daarvan is toegenomen. In de uitleg 'Wereldsysteem' is besproken dat bij economische groei meer grondstoffen (en in dit geval dus meer water) nodig is. De extra denkstap die je moest zetten was hieruit afleiden dat de waterschaarste nog groter zal worden.

11 2 I Welke algemene kennis & vaardigheden kon je gebruiken? Dat zeewater een eindeloos hernieuwbare waterbron is en dat je zonne-energie kunt gebruiken voor de ontzilting van zeewater, is algemene kennis.

1 III Wat was/waren de extra denkstap(pen)? In de uitleg 'Landschappen' is besproken op welke manieren zoet water aangevoerd kan worden, bijvoorbeeld grondwater. Omdat er in dit gebied geen echte rivieren zijn, moest je hier een extra denkstap zetten dat water dus uit andere stuwmeren of uit andere gebieden moest komen.

4

12

1 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met je atlasvaardigheden kon je de naam van de plooiingsfase aflezen.

1 IV Niet voorgekomen op de cursus: In de cursus is de vorming van ertsen door vulkanisme niet behandeld, omdat dat grotebakstof is. Met behulp van je atlasvaardigheden kon je eventueel zien dat in de omgeving van het Ertsgebergte vulkanen liggen, dus dat dit gebergte mede door vulkanisme ontstaan is.

13 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Landschappen' zijn de hoofdgroepen gesteenten behandeld. Achterin de bundel hebben we een overzicht opgenomen met de belangrijkste steensoorten per hoofdgroep.

14 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Landschappen' is besproken hoe sedimentgesteente ontstaat.

15 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met je bron- en atlasvaardigheden in combinatie met je kennis over erosie uit de uitleg 'Landschappen' kon je bepalen welk landschap ouder of jonger was.

5

16 1 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Zuidoost-Azië' is besproken welke politieke transitie Zuidoost-Azië heeft doorgemaakt. In opgave 8, 99 en 245 uit de bundel is voorgekomen dat bij 'politieke oorzaak' vaak 'conflicten of onrust' bedoeld wordt.

17 3 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? De verschillende dimensies zijn besproken in de uitleg 'Atlas' met verschillende kenmerken per dimensie. Met behulp van je atlas- en beredeneervaardigheden kon je per dimensie een oorzaak zoeken.

18 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de bron kon je lezen dat met 'karstverschijnselen' het oplossen van gesteente bedoeld wordt. In de uitleg 'Landschappen' hebben we de oorzaken hiervan besproken (chemische verwering door warmte en vocht) en kalksteen als voorbeeld genoemd waarbij dit plaats kan vinden.

19 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met het 'stappenplan neerslag' uit de uitleg 'Klimaat' kon je alle punten halen.

6

20 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met je atlasvaardigheden kon je elke stelling aan een land koppelen.

21 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Zuidoost-Azië' is besproken dat de meeste export naar de Triade gaat en dat China economisch aan het groeien is. In opgave 249 en 250 uit de bundel werd precies hetzelfde gevraagd.

22 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'Zuidoost-Azië' is besproken dat Singapore binnen Zuidoost-Azië het meest ontwikkeld is. De andere landen kon je met behulp van je atlasvaardigheden en bronvaardigheden aflezen.

23 3 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Met je atlasvaardigheden kon je hier alle punten halen.

(4)

7

24 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'NL water' is besproken dat klimaatverandering bijdraagt aan een onregelmatiger regiem. Met je atlasvaardigheden had je de antwoorden op stellingen a en c kunnen opzoeken.

25 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? In de uitleg 'NL water' is het effect van kribben en de drietrapsstrategie besproken. In opgave 278 uit de bundel is behandeld wat er gebeurt als kribben worden verwijderd.

26 2 IV Niet voorgekomen op de cursus: In de cursus is het verschil tussen een binnenbocht en buitenbocht niet expliciet naar voren gekomen, omdat dat grotebakstof is.

27 2 IV Niet voorgekomen op de cursus: In de cursus zijn de andere doelen van het Ruimte voor de rivier-beleid niet expliciet behandeld, omdat dat grotebakstof is.

8

28 2 II Welke stof uit de cursus kon je gebruiken? Hoewel 'megasteden' niet expliciet zijn behandeld tijdens de cursus, is in de uitleg 'Wereldsteden' wel besproken wat de specifieke kenmerken van wereldsteden zijn.

29 1 I Welke algemene kennis & vaardigheden kon je gebruiken? Dat de randstad geen bestuurlijke eenheid is, is algemene kennis. Het Cito ging ervan uit dat je dit zelf als nadeel ten opzichte van Londen of Parijs kon bestempelen

30 2 III Wat was/waren de extra denkstap(pen)? Met je bronvaardigheden kon je zien hoe de Randstad werd afgebeeld. De extra denkstap die je hier had moeten zetten is bedenken hoe deze afbeelding tot promotie van het gebied leidt.

31 2 III Wat was/waren de extra denkstap(pen)? De verschillende dimensies zijn besproken in de uitleg 'Atlas' met verschillende kenmerken per dimensie. De extra denkstap die je hier moest zetten was het bepalen welke kenmerken er bij dit model nadelig zijn.

66

(5)

verdeling per categorie:

categorie aantal punten percentage

I 4 6%

II 47 71%

III 8 12%

IV 7 11%

66 100%

In hoeverre was het examen te maken met behulp van de op de cursus opgedane kennis & vaardigheden?

Dit gold voor: 89% van de vragen (namelijk categorie I, II en III).

(6)

Bijlage 1: Toelichting categorieën

Categorie I: Algemene (niet vak gerelateerde) kennis & vaardigheden

Dit betreft de volgende vragen: vragen waarbij een beroep wordt gedaan op algemene kennis & vaardigheden. Dit zijn kennis & vaardigheden die niet zijn opgenomen in de eindtermen in de syllabus en niet in Samengevat staan (zo ja: dan behoren de vragen tot één van de drie andere categorieën).

Categorie II: alleen-kennis/aanpak-uit-de-cursus-vraag Dit betreft de volgende vragen:

• Vragen die letterlijk voorkomen in de uitleg (in de uitleg of in een klassikaal voorbeeld);

• Vragen die letterlijk met een stappenplan op te lossen zijn;

• Vragen die vergelijkbaar zijn met opgaven uit de opgavenbundel die vrijwel altijd worden opgegeven door de hoofddocent;

• Theorievragen die niet worden behandeld op de cursus, maar die we je van tevoren via de vakkenpagina geadviseerd hebben te leren (uit bijv.

Samengevat);

• Vragen die vergelijkbaar zijn met vragen uit de voorbereidende opgaven.

Categorie III: een-stapje-extra-vraag

Dit betreffen vragen waarbij je, de naam zegt het al, een stapje extra moet zetten. Oftewel: je moest je kennis en vaardigheden behandeld tijdens de cursus combineren met een stukje ‘inzicht’. Bijvoorbeeld:

• Je moet net even buiten het stappenplan om denken;

• Je moet informatie uit de tekst halen om een bepaalde variabele voor een formule of berekening uit te rekenen.

Categorie IV: niet voorgekomen op de cursus Dit betreft de volgende vragen:

• Vragen over begrippen die niet voorkomen in de uitleg, de standaard opgegeven opgaven door de hoofddocent, en waarbij het woordenboek ook geen soelaas biedt;

• Vragen over grotebakstof die niet voorkomen in standaard opgegeven opgaven door de hoofddocent, de voorbereidende opgaven of opgegeven stof op de vakkenpagina.

• Vragen waarvan je redelijkerwijs niet kon vaststellen dat het om een (op de cursus behandeld) concept in een andere context gaat.

 

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

Een vraag die rechtstreeks op te lossen valt met kennis en vaardigheden uit de cursus (categorie II) kan best een pittigere opgave zijn dan een vraag die niet is voorgekomen tijdens

(3) deze gebeurtenis (A) kon je koppelen aan het kenmerkende aspect 'verzet tegen westerse imperialisme' of 'het voeren van twee wereldoorlogen' (B), deze hebben we