• No results found

Raadsvoorstel gemeente Coevorden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Raadsvoorstel gemeente Coevorden"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Raadsvoorstel gemeente Coevorden

Datum commissievergadering 30 oktober 2018

Versie 1

Agendapunt 15

Naam rapporteur F. de Boer

Rv.nr.

Openbaar Ja

Portefeuillehouder J. Zwiers

Onderwerp Belastingverordeningen 2019

Voorgesteld besluit Vaststelling belastingverordeningen 2019

Aan de raad, Inleiding

Hierbij worden de nieuwe belastingverordeningen voor het belastingjaar 2019 aan u voorgelegd. Uitzondering hierop is de verordening toeristenbelasting. Het tarief voor de

toeristenbelasting is bij raadsbesluit op 10 juli 2018 door de raad vastgesteld op € 1,25. Dit tarief geldt voor het belastingjaar 2019.

De Gemeentewet bepaalt dat, om de belastingverordeningen rechtskracht te geven in 2019, deze voor aanvang van dit jaar moeten worden vastgesteld door de gemeenteraad.

Op onderdelen is een aantal redactionele formele wijzigingen doorgevoerd (overeenkomstig de modelverordening van de VNG). De belangrijkste wijzigingen zijn afzonderlijk vermeld. De tarieven worden verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 1,6,% met uitzondering van de tarieven onroerende-zaakbelastingen (-2% voor woningen en 0 % voor niet-woningen), de

afvalstoffenheffing (+2,5% adviesscenario) en de rioolheffing (+ 2%). In de legesverordening zijn op enkele, hieronder vermelde onderdelen, de tarieven 100% kostendekkend gemaakt. De

belastingverordeningen worden gewijzigd conform de begrotingsvoorstellen voor 2019.

Verordening onroerende-zaakbelastingen

In het kader van de WOZ-herwaardering krijgen alle onroerende zaken in de gemeente Coevorden een nieuwe WOZ-waarde. Er wordt een gemiddelde waardestijging verwacht van 4% voor woningen en een waardestijging voor niet-woningen van 2%. Factoren zoals bezwaar, beroep, mutaties, nieuwbouw en sloop leiden er toe dat de totale WOZ-waarde in onze gemeente continu aan veranderingen onderhevig is.

Bij de berekening van de ozb-tarieven is rekening gehouden met verwachte waardeontwikkelingen ten gevolge van de WOZ-herwaardering per 1 januari 2019 (waardepeildatum 1 januari 2018). De afronding van de taxatiewerkzaamheden voor deze herwaardering is halverwege december.

Tariefberekening

Uitgangspunt is, net als bij vorige taxatieronden, dat de herwaardering geen invloed heeft op de totale te realiseren opbrengst. Voor de ozb-tarieven zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd:

- de geïndexeerde opbrengst van de belastingen is leidend bij het berekenen van de tarieven;

- de tarieven worden zodanig aangepast dat de begrote opbrengst wordt gerealiseerd;

- de tarieven voor de woningeigenaar dalen met 2,0%;

- de tarieven voor eigendom en gebruik van de niet-woningen gelijk blijven aan 2018.

Tariefdifferentiatie

(2)

In 2017 is in het kader van artikel 213a Gemeentewet een onderzoek verricht naar de

mogelijkheden voor de benutting van het gemeentelijk belastinggebied. Eén van de aanbevelingen in dat onderzoek had betrekking op de mogelijkheid van nadere tariefdifferentiatie binnen de ozb.

Deze aanbeveling is gebaseerd op de conclusie dat wij als gemeente een bovengemiddeld ozb- tarief voor woningen en een relatief laag ozb-tarief niet-woningen hebben. Met de

voornoemde uitgangspunten willen wij uitvoering geven aan de verdere differentiatie van de tarieven. Voorheen hanteerder wij voor eigenaren van woningen en niet-woningen één tarief. Vanaf 2019 zijn de tarieven voor eigenaren van woningen en niet-woningen niet meer aan elkaar gelijk.

Adviesscenario: tarief voor woningen daalt -2,0% en tarief niet-woningen blijft gelijk (0%).

Met deze uitgangspunten is er sprake van een verdergaande tariefdifferentie. In het huidige beleid wordt voor eigenaren van woningen en niet-woningen een gelijk tarief gehanteerd. In het

adviesscenario zijn de tarieven voor eigenaren van woningen en niet-woningen niet meer aan elkaar gelijk.

De tarieven voor de woningeigenaar dalen met-2,0% en de tarieven voor eigendom en gebruik van de niet-woningen gelijk blijven aan 2018.

Het tarief is als volgt:

Onroerende zaakbelastingen 2018 2019

Eigenaren woningen % van de WOZ waarde

Eigenaren niet-woningen % van de WOZ waarde 0,1891%

0,1891% 0,1853%

0,1891%

Gebruikers % van de WOZ waarde 0,1576% 0,1576%

Verordening forensenbelasting

De forensenbelasting wordt, conform de begrotingsvoorstellen, verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 1,6%.

Forensenbelasting 2018 2019

Forensenbelasting < Woz-waarde € 120.000 315,74 320,79 Forensenbelasting > Woz- waarde € 120.000 378,62 384,68 Legesverordening met tarieventabel

De totale opbrengst van de tarieven van de legesverordening mag op begrotingsbasis niet uitgaan boven de geraamde uitgaven. De leges zijn per 1 januari 2019 verhoogd met het gemiddelde inflatiepercentage van 1,6%. De legesverordening bestaat uit een drietal titels, waarbij de eerste Titel een algemeen deel is. De tweede titel handelt over de dienstverlening met betrekking tot de Wet Algemene bepalingen Omgevingsvergunning (Wabo) en de derde over dienstverlening, vallend onder de Europese dienstenrichtlijn.

Algemene wijzigingen leges

De legesverordening is als volgt gewijzigd:

In artikel 10 vervalt de overdracht van bevoegdheden met betrekking tot de Wet bescherming persoonsgegevens.

Algemene wijzigingen tarieventabel leges

In de tarieventabel worden de volgende wijzigingen aangebracht:

- In titel 1 vervallen hoofdstuk 10 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming

persoonsgegevens, hoofdstuk 12 Marktstandplaatsen en hoofdstuk 13 Winkeltijdenwet.

- In titel 3 wordt, hoofdstuk 5 Marktstandplaatsen en hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet toegevoegd.

Het (vervallen hoofdstuk 10) houdt verband met de inwerkingtreding op 25 mei 2018 van de Algemene verordening gegevensbescherming en de intrekking van de Wet bescherming persoonsgegevens.

De (vervallen hoofdstukken 12 en 13) en (nieuwe hoofdstukken 5 en 6 in titel 3) houden verband met het arrest van het Europese Hof van Justitie van 30 januari 2018, HvJ EU 30-01-2018,

C-31/16 (Visser Vastgoed/Appingedam), ECLI:EU:C:2018:44, waarin het Hof oordeelt dat detailhandel in goederen een dienst vormt in de zin van de Dienstenrichtlijn.

(3)

Titel 1 Algemene dienstverlening

In deze Legesverordening zijn de nieuwe maximumtarieven voor reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart verwerkt. Uitgangspunt is de hantering van het voorgeschreven landelijk

maximumbedrag, afgerond op een veelvoud van € 0,05 naar beneden.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning De uitgangspunten voor het legesstelsel van de omgevingsvergunning zijn:

• degressiviteit;

• transparantie;

• een maximumtarief in de hoogste staffel;

• 100% kostendekkendheid.

Nieuwe bepaling in Titel 2:

2.1.1.3 (met vernummering van huidige 2.1.1.3 naar 2.1.1.4) zonnepark:

een vorm van energieopwekking waarbij, in veldopstelling op de grond, zonnepanelen worden geplaatst. Een zonneweide of zonneakker wordt gelijkgesteld aan een zonnepark.

Hieronder treft u vervangende bepaling aan en een toelichting hierop:

2.3.1.2

In afwijking van het bepaalde in artikel 2.1.1.2 bedragen de bouwkosten bij de berekening van het tarief van artikel 2.3.1 € 500.000,- per hectare projectgebied indien de aanvraag betrekking heeft op een zonnepark als bedoeld in artikel 2.1.1.3.

- De korting van 10% voor oude bestemmingsplannen komt te vervallen.

Toelichting op de nieuwe en vervangende bepaling:

Aanvragers zijn verplicht om in de aanvraag omgevingsvergunning een opgave van de bouwkosten te doen. Na controle van de opgave wordt het toepasselijke legestarief vastgesteld aan de hand van de bouwkosten. In het bijzonder bij zonneparken is voor aanvragers vaak niet duidelijk welke kosten betrokken moeten worden bij de opgave van de bouwkosten. Dit heeft tot gevolg dat de afhandeling van aanvragen vertraagd wordt, omdat er meer tijd nodig is voor overleg met aanvragers en omdat aanvragen aangevuld moeten worden met onderbouwingen van de bouwkosten.

Met de wijziging wordt de vaststelling van de bouwkosten van zonneparken vereenvoudigd voor de aanvragers. Voor alle aanvragen komt een uniforme, reële berekening van alle bouwkosten voor het project.

Verder wordt met de wijziging ook tegemoetgekomen aan de wens van (potentiële) initiatiefnemers om in een vroeg stadium duidelijkheid te kunnen geven hoeveel leges verschuldigd zullen zijn voor de behandeling van een eventuele aanvraag omgevingsvergunning.

Verordening liggelden in de passantenhaven

De liggelden worden, conform de begrotingsvoorstellen, verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 1,6%.

Verordening lijkbezorgingsrechten met tarieventabel

De lijkbezorgingsrechten worden, conform de begrotingsvoorstellen, verhoogd met 1,6%. De kostendekkendheid bedraagt 75%.

Motie nr. 2018-10 begraafplaatsen

De Raad van Coevorden, in vergadering bijeen op 10 juli 2018, verzoekt het college:

- Te komen tot nieuw beleid met betrekking tot de tarieven voor grafrechten. Waarbij kostendekkendheid niet langer het uitgangspunt is, maar een redelijk tarief gesteld wordt, wat jaarlijks geïndexeerd wordt.

- De tekorten op de begroting ten aanzien van het onderhoud op de begraafplaatsen van structurele dekking te voorzien.

Voorgesteld wordt om met concrete voorstellen te komen en nieuw beleid te maken. In verband met de haalbaarheid hiervan wordt de beantwoording van de motie verplaatst naar 2019.

Onderzocht wordt: mogelijkheden grafruiming, Islamitisch begraven, kostendekkendheid tarieven, onderhoudsniveau kunnen handhaven op niveau A, schudden, plaatsen extra urnenmuren, digitalisering m.b.t. grafkaarten in systeem en mogelijkheden moderniseren begraafplaatsen.

(4)

Mogelijke wijzigingen worden aangepast in de beheersverordening, beleidsregels en de verordening lijkbezorgingsrechten.

Verordening marktgelden

De marktgelden worden verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 1,6%.

Verordening afvalstoffenheffing met tarieventabel

De afvalstoffenheffing is een heffing ter bestrijding van kosten van beheer van huishoudelijke afvalstoffen. De heffing komt ten laste van gebruikers van percelen waarvoor de gemeente een inzamelverplichting voor huishoudelijk afval heeft. De heffing is afhankelijk van de omvang van het betreffende huishouden.

Op Prinsjesdag is bekend geworden dat de landelijke afvalstoffenbelasting op restafval fors gaat stijgen vanaf 1 januari 2019. Het kabinet wil namelijk dat Nederland meer grondstoffen gaat hergebruiken en minder afval gaat verbranden. Daarom gaan de tarieven voor de

afvalstoffenbelasting omhoog. Het tarief voor het storten en verbranden van afvalstoffen binnen Nederland gaat omhoog van € 13,21 naar € 31,39 per 1000 kilogram. Dit heeft een behoorlijk effect op onze kosten voor afvalverwijdering en –verwerking, namelijk een stijging van ongeveer

€ 175.000. Area Reiniging heeft de productbegroting hier op aangepast.

Door het verhogen van de rijksbelasting die de gemeenten in rekening wordt gebracht, zullen de kosten voor de afvalstoffenheffing stijgen.

Adviesscenario:

Het uitgangspunt voor de afvalstoffenheffing is dat deze 100% kostendekkend is. Daarvoor baseren wij ons op de productbegroting van Area Reiniging N.V (hierna: ‘Area’). Vervolgens hebben wij de interne kostentoerekening en de toe te rekenen BTW geactualiseerd.

Als gevolg van het amendement van 7-11-2017 waarin de raad vraagt om de afvalstoffenheffing slechts beperkt te laten stijgen, is een besparing op de afvalstoffen inzameling van € 65.000 op de begroting van 2018 nodig. Voor 2018 wordt deze besparing nog niet gerealiseerd.

Samen met Area is begin dit jaar gekeken naar de mogelijkheden om deze besparing te bereiken.

Area heeft hiervoor meerdere opties geschetst waarbij onderstaande optie wordt geadviseerd:

Wijziging inzamelfrequentie rest- en PMD: Restafval naar eens in de 4 weken (op dit moment 1x per 2 weken) en PMD naar eens in de 2 weken (op dit moment 1x in de 4 weken) en GFT blijft

ongewijzigd (1x per 2 weken).

Op jaarbasis wordt de besparing t.o.v. de huidige inzamelfrequentie geschat op € 242.000.

Deze besparing wordt gerealiseerd door lagere verwerkingskosten van restafval en de aanvullende inkomsten uit de PMD stroom. Deze optie draagt het meest bij aan het behalen van onze

doelstellingen.

In het adviesscenario gaan wij uit van ingangsdatum 1 april 2019. Hierbij hebben wij de geraamde besparingen bijgesteld naar 75% (9/12e) van de geraamde besparing op jaarbasis. Dit leidt tot een scenario waarbij de tarieven met 2,5% worden verhoogd. Dit betreft 1,6% prijsindex en 0,9%

overige effecten waaronder de stijging van de verbrandingsbelasting per 1-1-2019. Met dit scenario is tevens de besparing uit het amendement van 7-11-2017, van € 65.000 gerealiseerd.

De afvalstoffenheffing wordt met 2,5% verhoogd ten opzichte van voorgaand jaar. De kostendekkendheid is 100%.

De berekening vindt u terug in de paragraaf lokale heffingen, deze is onderdeel van de begroting.

Afvalstoffenheffing 2018 2019

Eenpersoonshuishouden € 229,74 € 235,48

Meerpersoonshuishouden € 276,74 € 283,66

Extra restafval container Extra GFT container Extra PMD container

€ 132,28

€ 66,14

€ 66,14

€ 135,59

€ 67,79

€ 67,79

Verordening rioolheffing

(5)

De rioolheffing wordt conform de begrotingsvoorstellen, verhoogd met 2%. De totale inkomsten uit de rioolheffing bedragen € 3.632.549. De kostendekkendheid bedraagt 95,7%. Omdat we als uitgangspunt 100% kostendekkendheid hanteren, wordt er € 161.945,- onttrokken uit de

voorziening riolering, dit is nodig om de schommelingen in het investeringsvolume op te vangen.

De tarieven zijn als volgt:

2018 2019

Gebruikers:

Indien het aantal kubieke meters geloosd afvalwater valt in de categorie:

van 0 tot en met 500 m € 105,72 van 50 tot en met 15.000 m³ € 701,33 van 15.001 tot en met 25.000 m³€ 7.582,48 groter dan 25.001 m³ € 20.040,96 Eigenaren

a. Vastrecht: vast bedrag per perceel € 61,07 b. Percentage van de OZB-waarde 0,0193%

Gebruikers:

Indien het aantal kubieke meters geloosd afvalwater valt in de categorie:

van 0 tot en met 500 m € 107,83 van 50 tot en met 15.000 m³ € 715,36 van 15.001 tot en met 25.000 m³ € 7.734,13 groter dan 25.001 m³ € 20.441,78 Eigenaren

a. Vastrecht: vast bedrag per perceel € 62,29 b. Percentage van de OZB-waarde 0,0197%

Verordening reclamebelasting

De reclamebelasting wordt, conform de begrotingsvoorstellen, verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 1,6%. De tarieven zijn als volgt:

Reclamebelasting 2018 2019

1 t/m 3 openbare aankondigingen € 447,90 € 455,07

4 en meer openbare aankondigen € 615,59 € 625,44

Mogelijke invoering Bedrijveninvesteringszone (BIZ) Coevorden-Centrum 2019-2023.

In november vindt er een verkiezing plaats onder de bijdrageplichtingen voor mogelijke invoering van de BIZ bijdrage Coevorden Centrum. Als na stemming blijkt dat de BIZ doorgaat, dan volgt er een intrekkingsbesluit van de reclamebelasting voor het centrumgebied. Als blijk dat de BIZ heffing geen doorgang vindt, dan blijft de verordening reclamebelasting voor het centrumgebied van toepassing.

De verordening BIZ Coevorden Centrum 2019-2023 is meegenomen als bijlage in het voorstel van de afdeling leefomgeving.

Opmerkingen Niet van toepassing.

Kosten, baten, dekking Conform begroting.

Aanpak/uitvoering

Na vaststelling maakt u deze bekend via het elektronisch gemeenteblad

officielebekendmakingen.nl en neemt deze op in het verordeningenregister, de CVRD (overheid.nl) en onze website.

Communicatie

Bekendmaking vindt plaats via het elektronisch gemeenteblad. Aanvullend wordt een verwijzing daarnaar geplaatst in de Krant van Coevorden. De belastingverordeningen liggen voor de duur van 6 weken ter inzage in het gemeentehuis, Kasteel 1.

Opmerkingen

(6)

Niet van toepassing.

Bijlagen:

Belastingverordeningen 2019

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het is goed om geen last van tocht te hebben en de warmte binnen te houden, maar… als er geen spleten en kieren in huis zijn, wordt er ook niet meer vanzelf geventileerd.. Voor

Indien er vóór 1 maart 2013 deelfacturen met toepassing van het algemene btw-tarief zijn uitgereikt en de dienst wordt afgerond in de periode ná 28 februari 2013 tot 1 maart 2014,

Er is geen sprake van dat de wegvallende capaciteit van de NAM wordt verhaald op de woningeigenaren... Er is geen sprake van dat de wegvallende capaciteit van de NAM wordt verhaald

Van de groep die de € 2.000,- zou besteden aan woningisolatie heeft een deel ook al plannen gemaakt om de eigen woning (verder) te isoleren: dit geldt voor 17 procent van de

Bouwplan BBI voor v/m Texacolocatie: bouw 23 woningen waarvan 16 worden toegevoegd Bouwplan Mulder Obdam voor Palermo: bouw 11 woningen waarvan 11 worden toegevoegd In totaal

Deze verklaring wordt medeondertekend door de verkrijger van het gebouw en dient te vermelden dat het gebouw dat de bouwpromotor heeft laten afbreken en heroprichten

versie AV/HH gebruikers

Consequentie voor de Bronnen is dat omvang en fasering nader bezien zal moeten worden... Deel 2: Concept