Project shirt en rok
Project, jaar 1, periode 1
LEERDOELEN
Tijdens deze module leer je het volgende:
• De student maakt een visueel voorstel voor een klant
• De student weet hoe hij een doorpas doet
• De student weet aanpassingen aan een basispatroon rok/broek en shirt te doen n.a.v zijn ontwerp en doorpas
• De student maakt kennis met diverse bewerking van stof
• De student naait (basis) technieken van een shirt en rok/broek
• De student naait (basis) afwerktechnieken voor een shirt en rok/broek
EINDOPDRACHT
Je gaat een outfit ontwerpen die bestaat uit een rok/broek en shirt voor een klant of je bent je eigen visitekaartje voor een werkbijeenkomst.
Hierop zit minimaal 1 stofbewerking.
De rok/broek maak je in elk geval en het shirt is een plus opdracht.
Je product wordt beoordeeld met een O/V/G.
BEOORDELING
Deadline om in te leveren is vrijdag 4 februari
De eindopdracht wordt beoordeeld op de volgende beoordelingscriteria:
• Je hebt een inspiratiebord, stofbewerkingen, ontwerpen, patronen en stofoplegging ( foto), doorpasformulier en een eindproduct.
• De juiste naadsoorten en naadbreedtes zijn toegepast
• De naden zijn goed gestikt (regelmatige steekgrootte, overal even breed en de juiste machine- spanning gebruikt.
• De naden en zomen zijn goed afgewerkt
• Alle doorgestikte naden bestaan uit één stiksel, er zijn geen zichtbare aan-en afhechtingen
• De mouw is goed ingezet
• De rits is juist ingezet
• Je toont inzicht in het op de juiste manier van in elkaar zetten
• Je hebt een stofbewerking/patroonaanpassing gebruikt
OPDRACHTEN
In de vorige periode zijn jullie aan de slag gegaan met de naaitechnieken die passen bij een shirt en rok.
Deze periode gaan we bezig met het ontwerpen en maken van een (shirt en)rok/broek voor een klant of je bent je eigen visitekaartje.
Alle opdrachten op een rijtje:
• Maken van een inspiratiebord met minimaal 3 plaatjes
• 3 materiaalproeven (op de naaimachine)
• 3 ontwerpen van een shirt (die passen bij de rok/broek)
• 3 ontwerpen van een rok/broek ( die passen bij het shirt)
• Patronen overtrekken en aanpassen aan je ontwerp en de doorpas
• Maken van de rok/broek (rits en tailleband)
• Maken van het shirt (met mouw en halsbeleg)
WEEK:48 49 LES 1 EN 2 : HET MAKEN VAN EEN INSPIRATIEBORD, STOFBEWERKING EN ONTWERPEN
Inspiratiebord
Een inspiratiebord zoomt eigenlijk in op technische ontwerp aspecten. Denk aan details, sluitingen en vormen. Je zit dus kleding op de je bord.
Je zoekt minimaal 3 plaatjes op internet van bewerkingen, shirts en rokken die je interessant vindt om te gaan maken. Mag op papier maar mag ook digitaal. Je laat dit aftekenen in de les.
Stofbewerking
Je maakt minimaal 3 stofbewerkingen, denk aan plooien, ruffels, dubbele stof enz, De bewerking is dus iets wat je met de naaimachine doet!! Of met de hand met naald en draad mag ook.
Ontwerpen
N.a.v je inspiratie en stofbewerking maak je hier minimaal 3 ontwerpen voor een outfit, dus 3 ontwerpen voor een shirt en 3 voor de rok/broek.
Je overlegt met de docent welke ontwerpen je gaat maken! Dit laat je aftekenen door de docent.
*in de 2e les is er nog een extra instructie van de broek (kruisnaad) en van de gulp!
WEEK:50 LES 3 DOORPAS PATROON AANPASSEN EN STOFOPLEGGING
Doorpas
Om zeker te weten dat de klant een goed passende rok/broek krijgt gaan we een proefmodel maken en doorpassen. Afhankelijk van je ontwerp pas je evt eerst je basispatroon nog wat aan. ( overleg met je docent)
Het proefmodel maak je van proefstof en die hoef je niet te locken. Je laat op de plek van de rits een opening.
De klant trekt de rok/broek binnenstebuiten aan omdat je dan goed de naden kan aanpassen als dat nodig is. Ben jij je eigen klant dan werk je in duo’s zodat je wel een doorpas zelf gedaan hebt!
Patroon aanpassen
Je gaat je patroon aanpassen n.a.v je gekozen ontwerp. Je overlegt met de docent of ze goed zijn. Je gaat het patroon productierijp maken, dit betekend dat je de naden aan het patroon tekent,
1cm overal en bij de rits en zomen 2cm. Ook geef je duidelijk de Recht van Draad aan. Alle knipjes, de lengte van de rits en waar je je stofbewerking gaat plaatsen. En je benoemt elk patroondeel ( voorpand , achterpand, mouw , tailleband enz)
Stofoplegging
Om voordelig patronen uit de stof te halen ga je eerst de patronen los op de stof leggen. Je puzzelt dus even hoe het het beste ligt. Je overlegt met de docent of het goed ligt! Dan spelt je de patronen op de stof, maak je een foto en ga je de patroondelen netjes langs het patroon uitknippen.
WEEK:51,1,2,3,4,5 LES 4,5,6,7,8: MAKEN VAN DE ROK/BROEK EN SHIRT
Je begint met het maken van de rok/broek (en shirt)
• Denk goed na wat je eerst gaat doen, bewerking of in elkaar zetten van je rok/shirt
• Je gaat de werkvolgorde bepalen en een planning maken welke les je wat af wilt hebben. Bijv les 5 dan heb ik de rits ingezet, les 6 maak ik de stofbewerking.
WEEK:5 LES 8 INLEVEREN VAN JE WERK
Wat lever je in:
Je map met daarin:
- Je 3 ontwerpen ( 3 shirts en 3 rokken/broeken) - Je 3 stofbewerkingen
- Je patronen ( productierijp) - Je stofoplegging ( foto) - Je doorpasforulier - Je planning
- Je rok/broek Je rok/broek ( en shirt)
Vergeet niet overal je naam op te zetten!
Wat laat je aftekenen in de les:
- je ontwerpen
- je 3x stofbewerkingen
- je patroonoplegging op de stof