2011
HANDBOEK VEILIGHEID
OP SCHOOL
1 Inhoudsopgave
Inleiding
Fysieke veiligheid
1. Inspectie van accommodatie 1.1. RI & E
1.2. BHV
1.3. Controle speeltoestellen 1.4. Controle speellokaal 1.5. Alarm Fair
1.6. Brandveiligheid 2. Regels van de school 2.1. Algemeen
2.1.1. Afspraken over wapens 2.1.2. Ongevallen rapportage 2.1.3. Mobiele telefoons
2.1.4. Computergebruik en internet
2.1.5. Zorg met betrekking tot schoolomgeving 2.2. Buiten
2.2.1. Afspraken over fietsen 2.2.2. Gebruik in- en uitgangen 2.2.3. Naar binnen en buiten gaan 2.2.4. Speelplaats
2.2.5. Gebruik en opruimen van (spel)materialen 2.2.6. Gebruik van skateboards e.d.
2.2.7. (Onbekende) personen op de speelplaats 2.3. Binnen
2.3.1. Naar binnen en buiten gaan bij slecht weer 2.3.2. (Onbekende) personen in school
2.3.3. Waar mogen kinderen komen 2.3.4. Gebruik van gangen
2.3.5. Gymzaal
2.3.6. Kledingvoorschriften 2.3.7. Afwezigheid
2.3.8. Besmettelijke ziekten en aandoeningen 2.3.9. Overblijf
2.4. Binnen en buitenschoolse activiteiten 2.4.1 bibliotheek(bus)
2.4.2 schoolreisje 2.4.3 schoolkamp
2.4.4 excursies en andere activiteiten buiten het gebouw
Begeleiding (leerkrachten, stagiaires, ouders/verzorgers en overigen) 2.4.4.1 vervoer per bus
2.4.4.2 vervoer per openbaar vervoer 2.4.4.3 vervoer per auto
2.4.4.4 vervoer per fiets 2.4.4.5 vervoer te voet
2 2.5 sportactiviteiten
2.5.1 sportdagen 2.5.2 zwemmen
2.5.3 schaatsen (op natuurijs) 2.5.4 (sport)toernooien
2.6 interne activiteiten 2.6.1 activiteiten met ouders - rapportavonden
- informatieavonden - tentoonstellingen - musical
- weeksluiting 2.6.2 festiviteiten - spelletjesmiddagen - boekenweek
- Sinterklaas - Kerst - Pasen
Sociale veiligheid 1. Omgangsregels
1.1. Vertrouwenspersoon 2. Kom op voor jezelf (KOVJ) 3. Protocollen
- bijlage 1 Protocol leerlingenvervoer en veiligheid - bijlage 2 Protocol echtscheiding ouders
- bijlage 3 Protocol anti-pesten
- bijlage 4 Protocol omgaan met agressie en geweld - bijlage 5 Protocol calamiteiten
- bijlage 6 Protocol schoolzwemmen - bijlage 7 Protocol omgang met dieten - bijlage 8 Protocol omgang met internet - bijlage 9 Protocol rouwverwerking - bijlage 10 Protocol medisch handelen - bijlage 11 Protocol communicatie
- bijlage 12 Protocol ongewenste intimiteiten 4. Sociaal emotionele ontwikkeling
Enquete veiligheidsbeleving
3 Overige protocollen en procedures:
- Bijlage 13 protocol veilig klimaat - Bijlage 14 protocol brandveiligheid - Bijlage 15 brandveiligheid bij feestdagen - Bijlage 16 schoolregels
- Bijlage 17 taken van de bedrijfshulpverlener - Bijlage 18 handboek MZ
- Bijlage 19 schademeldprocedure gemeente Enschede - Bijlage 20 hoeveel bhv’ers en taken
4 Inleiding
In dit ‘handboek veiligheid op school’ staat alles beschreven betreffende de
veiligheid op school. Veiligheid is een onderwerp waar constant aan gewerkt wordt:
voor, tijdens en na schooltijd. En je doet het samen: collega’s, leerlingen en
ouders/verzorgers. Veiligheid is een onderwerp waar niet alleen aan gewerkt moet worden als er iets mis gaat, maar een onderwerp waar continu bewust aan gewerkt moet worden.
Een veilig en leefbaar schoolklimaat rust op drie pijlers:
1. Zorg voor een goede omgang met elkaar; onder andere door het vergroten van de sociale competentie van leerlingen.
2. Zorg voor het voorkomen en oplossen van calamiteiten.
3. Zorg voor veilige voorzieningen binnen en buiten de school en voor veilig gebruik daarvan.
In dit handboek zijn de bovenstaande punten onderverdeeld in fysieke veiligheid en sociale veiligheid. Onder fysieke veiligheid valt bijvoorbeeld de veiligheid van
speeltoestellen, brandveiligheid, bedrijf hulpverleners (BHV) en RI & E. Onder sociale veiligheid valt omgaan met pesten, omgaan met agressie en omgaan met
ongewenste intimiteiten.
In dit handboek zullen bepaalde punten uitgewerkt worden en daarbij zullen er verwijzingen zijn naar andere literatuur.
5
2011
FYSIEKE VEILIGHEID
1. Inspectie van accommodatie 2. Regels van de school
2.1. Algemeen 2.2. Buiten 2.3. Binnen
2.4. Binnen en buitenschoolse activiteiten
2.5. Sportactiviteiten 2.6. Interne activiteiten
6 1. Inspectie van accommodatie
1.1. RI & E
Risico-Inventarisatie en Evaluatie, ofwel RI&E. Een RI&E bestaat uit twee onderdelen:
een lijst met alle risico’s en een plan voor het oplossen daarvan. De overheid heeft een RI&E verplicht gesteld voor vrijwel alle ondernemers met personeel.
Extra informatie http://www.rie.nl/
Scholen voegen hier zelf het RI&E toe of verwijzen ernaar.
7 1.2. BHV
Bedrijfshulpverlening (BHV) is de hulp die wordt verleend bij ongewenste gebeurtenissen in een organisatie, die de veiligheid en/of gezondheid van de werknemers, kinderen en andere aanwezigen bedreigen.
De werkgever van een bedrijf dient een BHV beleid te worden geformuleerd, zodat het bedrijf in noodsituaties in staat is adequaat te handelen.
Binnen onze school hebben de volgende werknemers een diploma voor bedrijfshulpverlening:
1.
2.
3.
4.
Op onze school zitten ….. leerlingen en werken ….. werknemers. Per 50 mensen is er altijd tenminste 1 BHV’er op school aanwezig.
Extra informatie Taken BHV’ers
Hoeveel BHV‘ers en taken
Scholen voegen hier zelf het BHV beleid toe of verwijzen ernaar. (duidelijk beschreven functies van BHV’ers)
Scholen voegen hier zelf een kopie van de diploma’s van de bedrijf hulpverleners binnen de school toe of verwijzen ernaar.
8 1.3. Controle speeltoestellen (zie ook handboek MZ)
De speeltoestellen op onze school worden regelmatig gecontroleerd door …….
Wij ontvangen dan een controlebewijs. Bij tekortkomingen en dus afkeuring van een speeltoestel wordt het toestel gerepareerd of verwijderd. Bij reparatie wordt het toestel opnieuw gecontroleerd.
- Voor die controlebewijzen verwijs ik naar ………
- De controlebewijzen zijn op de volgende pagina’s te vinden.
Extra informatie
www.vwa.nl/txmpub/files/?p_file_id=44782 http://www.speeltopveilig.nl/
www.abos.nl
Controlelijst schoolplein
Controlelijst schoolplein achtergrondinformatie
In hoeverre kan volstaan worden met een verwijzing naar het handboek MZ?
Scholen voegen hier zelf de laatste controlebewijzen van de speeltoestellen toe of verwijzen ernaar.
Bij tekortkomingen en dus afkeuring van een toestel dient het toestel gerepareerd of verwijderd te worden. Bij reparatie dient het toestel opnieuw te worden gekeurd en dient het nieuwe controlebewijs hier toegevoegd te worden.
9 1.4. Controle speellokaal (zie ook handboek MZ)
Het speellokaal in ons gebouw wordt regelmatig gecontroleerd. Wij ontvangen dan een controlebewijs. Bij tekortkomingen en dus afkeuring van het toestel wordt het toestel gerepareerd of verwijderd. Bij reparatie wordt het toestel opnieuw
gecontroleerd en ook van die controle ontvangen wij een controlebewijs.
- Voor die controlebewijzen verwijs ik naar ………
- De controlebewijzen zijn op de volgende pagina’s te vinden.
Extra informatie
www.vwa.nl/txmpub/files/?p_file_id=44782 http://www.speeltopveilig.nl/
www.abos.nl
In hoeverre kan volstaan worden met een verwijzing naar het handboek MZ?
Scholen voegen hier zelf de laatste controlebewijzen van het speellokaal toe of verwijzen ernaar.
Bij tekortkomingen en dus afkeuring van een toestel dient het toestel gerepareerd of verwijderd te worden. Bij reparatie dient het toestel opnieuw te worden
gekeurd en dient het nieuwe controlebewijs hier toegevoegd te worden.
10 1.5. Fair Bewaking
Fair Bewaking heeft op de school een beveiligingssysteem geplaatst. Namelijk:
………
………
………
………
………
………
Voor verdere informatie hierover verwijs ik naar de map van de bewakingsinstallatie.
Extra informatie
http://www.fairbewakingtwente.nl/
In hoeverre kan volstaan worden met een verwijzing naar het handboek MZ?
Scholen vermelden hier zelf welke systemen zij hebben van Fair Bewaking (denk aan inbraakbeveiliging, brandbeveiliging, video-observatiesystemen,
alarmcentrale service, onderhoud en service). Er wordt weergegeven wanneer het voor de laatste keer is onderhouden en indien er contracten zijn getekend met Fair bewaking worden die hier toegevoegd.
11 1.6. Brandveiligheid
Bij ons op school wordt het volgende gedaan aan brandveiligheid:
………
………
………
………
………
………
We hebben een ontruimingsplan opgesteld.
Daarvoor verwijs ik naar ………
Dat plan is te vinden op de volgende pagina’s Ook hebben we een logboek brandmeldinstallatie.
Daarvoor verwijs ik naar ………
Extra informatie
Brandveiligheid scholen
Brandveiligheid tijdens de feestdagen en festiviteiten
Scholen vermelden wat zij doen aan brandveiligheid. Het ontruimingsplan wordt toegevoegd of er wordt naar verwezen.
Elke school heeft een logboek brandmeldinstallatie. Voeg dat hier toe of verwijs ernaar.
12 2. Regels van de school
2.1. Algemeen
De algemene regels wat betreft veiligheid op onze school zijn de volgende:
………
………
………
………
………
………
Staat dit in het kwaliteitshandboek? Verwijzing is dan voldoende
Extra informatie
Hoe luiden de schoolregels? Goede schoolregels voldoen aan de volgende criteria:
* De regels maken duidelijk waar je samen als school voor staat.
* De regels zijn kort en eenvoudig
* De regels zijn makkelijk te onthouden
* De regels zijn makkelijk te handhaven
* De regels zijn samen met de leerlingen gemaakt
* Afspraken met het team
- Maak met het team duidelijke regels, bespreek die regels tijdens een teamoverleg. Vraag bij elke regel wat het team er van vindt:
* Zinvol?
* Begrijpelijk?
* Consequent?
* Uitvoerbaar?
* Controleerbaar?
* Volledig?
- Pas de huisregels aan naar aanleiding van reacties. Zorg dat elke medewerker een kopie van de definitieve lijst in bezit krijgt.
- Geef hulpouders/helpers in de school ook een kopie van de lijst.
- Eventueel kunnen er leskaarten gebruikt worden (zie map ‘ veiligheid op de basisschool’).
* Afspraken met de leerlingen
- Introduceer de huisregels bij voorkeur wanneer ze actueel zijn. Neem er voldoende tijd voor.
Eventueel leskaarten gebruiken. (zie map ‘ veiligheid op de basisschool’)
- Hang posters met de regels op in de bijbehorende lokalen (in het klaslokaal regels die daar gelden, in de gangen regels over het gebruik van de gangen, in de gymzaal regels die daar
Scholen voegen hier zelf de algemene schoolregels toe of verwijzen ernaar.
13 gelden).
- informeer ouders over de geldende huisregels, bijvoorbeeld door publicatie in de schoolgids.
2.1.1. Afspraken over wapens
Bij ons op school hebben wij de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid en wapens:
………
………
………
………
………
………
Schoolveiligheidsbeleid
Bij het opnemen van wapenbezit in het veiligheidsbeleid kunnen onderstaande tips helpen:
1. Schoolregels om bezit en gebruik van wapens te verbieden in woord en beeld.
2. Goede voorlichting: docenten, leerlingen en ouders op de hoogte stellen van schoolregels, wapencontroles, het doel ervan en de verplichting.
3. Handhaving: wie handhaaft de regels, wie registreert incidenten, wie voert sancties uit, et cetera.
4. Effectief sanctiebeleid: door de school, justitie of bureau Halt.
5. Samenwerking tussen school en politie: afspraken over voorlichting en controles, draaiboek, training personeel, et cetera.
Convenant met politie
Wapens en wapenbezit is vooral een zaak van politie en justitie. Scholen kunnen samenwerken met de politie door middel van een convenant waardoor er een brede aanpak van de veiligheid in en rond school komt. De school is
verantwoordelijk voor de veiligheid ín school en politie en justitie voor de veiligheid óm school. Binnen het convenant worden afspraken en procedures vastgelegd over wie voor wat verantwoordelijk is.
Scholen voegen hier zelf de schoolregels wat betreft wapens toe of verwijzen ernaar.
14 2.1.2. Ongevallen rapportage
Op last van de arbeidsinspectie dient het formulier ‘ongevallen rapportage’
ingevuld te worden zodra een ongeval leidt tot verzuim, dokters- of
ziekenhuisbezoek. Het formulier blijft bewaard in de administratie van de school. Als het een dodelijk ongeval betreft of indien het gaat om blijvende invaliditeit, wordt er contact opgenomen met de arbeidsinspectie.
Op de volgende pagina is het formulier ‘ongevallen rapportage’ toegevoegd.
Volstaan kan worden met een verwijzing naar het MIS?
In dat geval kan het formulier ongevallenrapportage vervallen!
15
NAAM SCHOOL Ongevallenrapportage
(Springen van veld naar veld met de F11 toets. Terug met de “Shift+F11”.)
Op last van de Arbeidsinspectie dient dit formulier te worden ingevuld zodra een ongeval leidt tot verzuim, dokters- of ziekenhuisbezoek. Dit formulier moet bewaard blijven in de administratie van de school. Als het een dodelijk ongeval betreft of indien het gaat om blijvende invaliditeit, dient bericht te worden gezonden aan de Arbeidsinspectie. Adres: Janspoort 2, 6811 GE Arnhem
Datum: xx-xx-xxxx Aard van de rapportage: - Ongeval - Bijna ongeval
Algemeen:
Naam getroffene(n) Datum/tijd ongeval Plaats van het ongeval
Getuige(n)
Datum/tijd hulpverlening Aard van het letsel/incident Ernst letsel/schade
Toedracht van het ongeval(evt. tekening als bijlage)
Welke preventieve maatregelen werden vooraf genomen?
Directe en indirecte oorzaken/aanleiding van het ongeval
Heeft het ongeval geleid tot verzuim? Zo ja dit verzuim graag beschrijven.
Aanbeveling om herhaling te voorkomen
Opgemaakt door:
Naam:
Handtekening:
Akkoord getuige(n) Naam:
Handtekening:
Akkoord ouder/verzorger getroffene(n):
Naam:
Handtekening:
16 2.1.3. Mobiele telefoons (voorbeeldtekst)
Het in bezit zijn van een mobiele telefoon is voor de leerlingen onder schooltijd in principe niet toegestaan. Voor uitzonderingen op deze regel dient men bij de directie een goed onderbouwd schriftelijk verzoek in te dienen, waaruit de
noodzaak van het hebben van de mobiele telefoon duidelijk naar voren komt. De directie zal naar aanleiding hiervan beslissen tot het wel / niet toestaan van de mobiele telefoon.
Bij overtreding zal
………
………
………
………
Verlies, diefstal of schade van / aan een mobiele telefoon zijn voor eigen risico. Voor leerkrachten, onderwijs ondersteunend personeel en stagiaires gelden dezelfde regels als voor de leerlingen. Een verzoek om van deze regel af te wijken dient besproken te worden met de directeur.
17 2.1.4. Computergebruik en internet
De kinderen van onze school kunnen gebruik maken van het internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, contacten te leggen met andere leerlingen (van andere scholen) en deskundigen te kunnen raadplegen.
Internetactiviteiten worden hiermee steeds meer onderdeel van onderwijsmethoden en leergangen. Sinds de school televisie, video en internetfaciliteiten heeft, kunnen er beelden en programma´s de school binnenkomen, die wij ongeschikt achten voor de leerlingen. Te denken valt aan bepaalde uitingen van geweld, seks en racisme.
Met name door de gemakkelijke toegang tot internet, is het risico op het binnenhalen van ongewenst en niet respectvol materiaal groot. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen hebben wij een internetprotocol opgesteld.
Het protocol internetgebruik is toegevoegd in deze map.
18 2.1.5. Zorg met betrekking tot schoolomgeving
- verplaatsen van meubilair (in het lokaal, binnen de school, tussen dependances) - opstellen en verplaatsen van gymtoestellen
Welke afspraken zijn er op school wat betreft het verplaatsen van meubilair
(bijvoorbeeld bij ontruiming van het gebouw; verplaatsen kinderen hun eigen tafels?
Geef je kinderen de opdracht om wat te verplaatsen? Wie zet de gymtoestellen op?)
19 2.2. Buiten
2.2.1. Afspraken over fietsen
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over fietsen:
………
………
………
………
………
………
Een aantal tips over het fietsgebruik op school:
- De kinderen die in de straten die om de school heen liggen wonen nemen geen fiets mee naar school en komen lopend naar school.
- De fietsen worden neergezet op de daarvoor bestemde plekken.
- Op het schoolplein mag niet worden gefietst.
2.2.2. Gebruik in- en uitgangen
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het gebruik van in- en uitgangen:
………
………
………
………
………
………
Een aantal tips over het gebruik van in- en uitgangen:
- Kinderen maken gebruik van een bepaalde in- en uitgang.
- De school denkt erover na over welke in- en uitgang wordt gebruikt door welke kinderen. Hierbij kun je denken aan onderscheidt in groepen
(bijvoorbeeld groep 1/2 neemt de ene uitgang en de rest van de school de andere uitgang) maar ook aan onderscheidt in de ligging van de klaslokalen (bijvoorbeeld de 4 klaslokalen het dichtst bij ingang ‘A’ maken hier gebruik van, de andere lokalen maken gebruik van ingang ‘B’.
- Er wordt niet gerend wanneer de kinderen de school binnen komen of uitlopen.
- Er staan altijd leerkrachten klaar om kinderen en ouders te verwelkomen en om de hiervoor genoemde regel te hanteren.
- De school denkt na over het op slot gaan na aanvang van de lessen.
Afhankelijk van verschillende factoren, zoals het gevoel van veiligheid van personeel en kinderen, de schoolligging, toezicht en de schoolcultuur, kan de directie besluiten om de deuren op slot te doen wanneer er les wordt
gegeven. Mensen die op deze tijden de school binnen willen komen dienen aan te bellen.
20 2.2.3. Naar binnen en buiten gaan
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het naar binnen en buiten gaan:
Overdracht door en aan ouders:
………
………
Overdracht door en aan tussenschoolse opvang:
………
………
Overdracht door en aan buitenschoolse opvang:
………
………
Een aantal tips over het naar binnen en naar buiten gaan:
Overdracht door en aan ouders:
- Na de ochtend en na de middag is het de verantwoordelijkheid van de ouders om kinderen te laten ophalen of niet.
- Kinderen uit de kleutergroepen worden begeleidt naar de ouders toe door de groepsleerkracht.
- Als een kind moet worden opgehaald maar er niemand is gaat het kind niet alleen naar huis maar keert terug naar de klas. De leerkracht zal dan eerst naar huis telefoneren.
Overdracht door en aan tussenschoolse opvang:
- Kinderen die tussen de middag moeten overblijven gaan zelf naar de overblijfmoeders toe, van deze wordt dus verwacht op tijd aanwezig te zijn.
- Kinderen die op vaste dagen overblijven moeten wel afgemeld worden als zij niet komen. Ook als ze vrij zijn i.v.m. werkmiddagen, bij ziekte of andere
redenen.
- Graag alle meegenomen spullen van naam voorzien (beker, broodtrommel, e.d.). Geef de kinderen liever geen snoep mee.
- Kinderen uit groep 7 en 8 komen wel eens met de mededeling dat ze tussen de middag nog een boodschap moeten doen voor hun ouders. De
overblijfkrachten kunnen niet controleren of dit werkelijk zo is.
Overdracht door en aan buitenschoolse opvang:
- Ouders hebben zelf de keuze om een buitenschoolse opvang te kiezen, de school draagt een aantal mogelijkheden aan.
- Als de school niet vlakbij een BSO ligt wordt het kind met een taxi naar locatie gebracht. Een leerkracht zal dan zorgen voor de overdracht van het kind.
21 2.2.4. Speelplaats
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het gebruik van de speelplaats:
………
………
………
………
………
………
………
Tips voor het gebruik van de speelplaats:
- ’s Ochtends voor school en ’s middags voor school is er minimaal een pleinwacht aanwezig.
- Voor de veiligheid van de kinderen moeten er in de ochtendpauze minimaal twee pleinwachten zijn.
- Als er een bal het schoolterrein afrolt dan vragen de kinderen eerst aan de pleinwacht om permissie om het schoolterrein te verlaten.
- De groepen zijn ingedeeld en hebben allemaal hun eigen dag om te voetballen. Andere groepen mogen dan niet voetballen op het plein.
- ’s Ochtends en ’s middags voor school wordt er vanaf een kwartier voordat de bel gaat niet meer gevoetbald op het schoolplein.
- Na schooltijd mag er niet worden gevoetbald op het schoolplein.
- ’s Ochtends voordat de kinderen op school komen wordt het schoolplein even geïnspecteerd door een leerkracht of de conciërge op voorwerpen die er niet horen te liggen.
Tips voor het gebruik van de speeltoestellen:
- De speeltoestellen worden onderhouden door bijv. de conciërge. Tijdens het onderhoud wordt er gelet op de veiligheid van de toestellen: is er niks kapot, verrot het hout niet, kunnen de kinderen er geen splinters van krijgen, etc.
- De kinderen worden in de klas geïnstrueerd over het veilig gebruik van de speeltoestellen.
- De pleinwacht houdt een oogje in het zeil wanneer er kinderen op de speeltoestellen spelen.
22 2.2.5. Gebruik en opruimen van (spel)materialen
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het gebruik van spelmaterialen:
………
………
………
………
………
Tips over het gebruik van (spel)materialen:
- De kinderen gaan met een respectvolle manier om met eigendommen van de school. Wanneer de kinderen iets willen gebruiken moet daar altijd toestemming van de leerkracht voor zijn.
- De leerkracht is er verantwoordelijk voor dat al het gebruikte materiaal weer wordt opgeborgen op de daarvoor bestemde plek.
- Voor skateboards, waveboards, skeelers etc. is er een aparte plek op het schoolplein.
- Voor voetbal is een schema opgesteld, een groep per dag mag voetballen, de andere groepen mogen niet voetballen.
- Voor kleutermateriaal is er een aparte ruimte, de leerkracht zorgt ervoor dat materiaal er uit wordt gehaald en er weer in wordt gezet. Na het gebruik wordt de ruimte altijd met sleutel afgesloten door de leerkracht.
- Het onderhoud van de spelmaterialen kan worden gedaan door bijv. de conciërge. Er kan worden afgesproken dat bijvoorbeeld twee keer in het jaar al het materiaal wordt geïnspecteerd.
2.2.6. Gebruik van skateboards e.d.
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het gebruik van skateboards e.d.:
………
………
………
………
Een aantal tips over het gebruik van skateboards e.d.:
- als er voldoende ruimte is op de speelplaats, zorg dan voor een vaste plek waar kinderen gebruik mogen maken van skateboards e.d.
- Leerlingen lopen met het skateboard e.d. naar de plek die hiervoor gereserveerd is.
- Maak met de leerlingen duidelijke afspraken over wat wel en niet mag zodat er geen misverstanden ontstaan.
23 2.2.7. (Onbekende) personen op de speelplaats
Wanneer er onbekende personen op de speelplaats worden waargenomen, dienen de leerlingen dit door te geven aan een leerkracht die op dat moment buiten loopt.
Een van de twee leerkrachten die buitenbeurt heeft zal deze persoon aanspreken.
De andere docent heeft op dat moment toezicht op het gehele schoolplein. Mocht de situatie verdere problemen met zich mee hebben, dan zal dit gemeld worden bij de directie of het management team.
24 2.3. Binnen
2.3.1. Naar binnen en buiten gaan bij slecht weer
We hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het naar binnen en buiten gaan bij slecht weer:
………
………
………
Leerkrachten beoordelen zelf wanneer het weer te slecht is om naar buiten te gaan.
Als de leerlingen binnen blijven, lopen de leerkrachten die buiten zouden moeten lopen in school en houden toezicht op de klassen. (Eventueel zou je leerlingen van groep 7-8 toezicht kunnen laten houden in de onderbouwklassen). Leerlingen blijven in de eigen klas.
Als de leerlingen al buiten zijn en het weer wordt slecht, gelden de normale regels van het ‘naar binnen gaan’.
2.3.2. (Onbekende) personen in school
Wanneer er onbekende personen in de school worden waargenomen, dienen de leerlingen dit door te geven aan de docent. Indien een docent een onbekend persoon in de school waarneemt, dient deze onbekende persoon direct
aangesproken te worden. Mocht de situatie verdere problemen met zich mee hebben, dan dient dit direct gemeld te worden bij de directie of het management team.
25 2.3.3. Waar mogen kinderen komen
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over waar kinderen mogen komen:
………
………
………
………
………
………
2.3.4. Gebruik van gangen.
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het gebruik van gangen.
………
………
………
………
………
………
26 2.3.5. Gymzaal
Onze school maakt gebruik van de gymzaal………..
De gymzaal wordt regelmatig gecontroleerd op veiligheid.
De gemeente controleert jaarlijks de gymzalen op veiligheid en op de legionallabacterie.
2.3.6. Kledingvoorschriften
We hebben de volgende kledingvoorschriften op school:
………
………
………
………
………
………
Tips voor kledingsvoorschriften:
- Van leerkrachten wordt verwacht gepaste kleding te dragen binnen de school. Hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan geen minirokjes, geen teenslippers en geen broeken met een laag kruis. Leerkracht dekken ondergoed ook goed af. Ook tatoeages en lichaamspiercings worden afgedekt.
- Tijdens de gymlessen wordt van kinderen verwacht te gymmen in sportkleding.
27 2.3.7. Afwezigheid
Hier kun je volstaan met een verwijzing naar de kalender etc.
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over afwezigheid van leerkrachten en leerlingen:
………
………
………
………
………
………
Tips voor afwezigheid van kinderen:
- Als een kind afwezig is wordt er door de leerkracht het absentieformulier ingevuld.
- Als een kind verlof wil moet hiervoor een verzoek worden ingediend bij de directie, de leerkracht is hier niet tot bevoegd.
- Van de ouders wordt verwacht bij ziekte of andere vormen van afwezigheid altijd tijdig contact te zoeken met de school.
- Wanneer er een kind afwezig is zonder aangegeven reden vermeldt de leerkracht dit zo spoedig mogelijk aan de directie, deze zoekt meteen contact met de familie.
Meer informatie te vinden in: Handboek scholen leerplicht/rmc 2.3.8. Hygiëne en besmettelijke ziekten en aandoeningen
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over hygiëne en besmettelijke ziekten en aandoeningen:
………
………
………
………
………
………
Voor meer informatie over dit onderwerp verwijs ik naar: ‘informatiemap basisscholen GGD regio Twente’
28 2.3.9. Overblijf
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het overblijven van leerlingen:
………
………
………
………
………
………
29 2.4. Binnen en buitenschoolse activiteiten
2.4.1 bibliotheek(bus)
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het bezoeken van de bibliotheek:
………
………
………
………
………
………
2.4.2 schoolreisje
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het schoolreisje:
………
………
………
………
………
………
30 2.4.3 schoolkamp
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over het schoolkamp:
………
………
………
………
………
………
2.4.4 excursies en andere activiteiten buiten het gebouw
begeleiding (leerkrachten, stagiaires, ouders/verzorgers en overigen)
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over begeleiding bij excursies en andere activiteiten:
………
………
………
………
………
………
Toevoegen KOE-afspraak dat er minimaal twee volwassenen nodig zijn bij het
‘verplaatsen’ van leerlingen buiten het gebouw m.u.v. gymzaal in de buurt.
31 2.4.4.1 vervoer per bus
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over vervoer per bus:
………
………
………
………
………
………
- De busmaatschappij waarmee wordt gereisd dient een veiligheidskeurmerk te hebben.
- In een touringcar mogen niet meer leerlingen zitten dan er zitplaatsen voor volwassenen zijn. Hoeveel zitplaatsen de touringcar telt, is te vinden op het keuringsbewijs
dat aanwezig moet zijn in de touringcar. Aanwezige gordels worden gedragen.
- Het verdient de voorkeur in een touringcar te beschikken over tenminste één begeleider
per tien leerlingen, waaronder minimaal 1 leerkracht.
- Begeleiders dienen tijdens de reis verspreid in de touringcar te zitten.
- Alle leerlingen blijven zitten tijdens de rit. Iedereen houdt zich aan de regels zoals deze
door de chauffeur worden aangegeven.
- De leerkracht is verantwoordelijk voor het in en uitstappen van de leerlingen en het tellen het aantal leerlingen in de bus voor het vertrek.
2.4.4.2 vervoer per openbaar vervoer
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over vervoer per openbaar vervoer:
………
………
………
………
………
………
- De leerkracht is verantwoordelijk voor de plaatsbewijzen.
- Het aantal begeleiders is minimaal 1 volwassene op 6 leerlingen waaronder 1 leerkracht.
- De leerlingen gaan zoveel mogelijk zitten tijdens de rit.
- Er worden duidelijke instructies gegevens over het uitstappen; waar wordt uitgestapt,
goed uitkijken, waar wachten etc.
- De leerkracht ziet toe op het (in) uitstappen van alle leerlingen.
32 2.4.4.3 vervoer per auto
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over vervoer per auto:
………
………
………
………
………
………
- De bestuurder heeft een geldig rijbewijs en een inzittendenverzekering
- Het aantal aanwezige gordels is bepalend voor het aantal te vervoeren leerlingen.
Uiteraard
worden de gordels tijdens de rit gedragen. Alleen leerlingen die 12 jaar of ouder zijn en minimaal 1.50 m. lang mogen voorin zitten.
Leerlingen kleiner dan 1.35 m. en tot een gewicht van 36 kilo dienen naast de gordel ook in een goedgekeurd zitje plaats te nemen. Het aantal te plaatsen zitjes op de achterbank
(2 of 3) is bepalend voor het maximum aantal te voervoeren leerlingen. Er worden geen leerlingen in de gordel tussen de zitjes in vervoerd. Het is wel toegestaan
om 1 leerling in een goedgekeurd zitje op de voorbank te plaatsen met de rijrichting mee.
Uitzondering op het vervoer per auto zonder zitjes is alleen toegestaan over een korte
afstand in het geval van een noodsituatie
- Indien nodig zorgt de school voor een routebeschrijving.
2.4.4.4 vervoer per fiets
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over vervoer per fiets:
………
………
………
………
………
………
- Alleen de leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 gaan op een door de leerkracht in orde bevonden fiets op excursie/ schoolreis.
- Er gaat minimaal 1 begeleider per 10 leerlingen mee. De begeleiders fietsen tussen de groep. De leerkracht fietst voorop en een ouder sluit de groep af.
- Als er moet worden overgestoken blokkeren ouders en/ of leerkrachten de weg.
- Het leerlingenaantal wordt bij elk rustpunt gecontroleerd.
- Alle deelnemers dragen veiligheidshesjes.
- Leerlingen gaan niet bij elkaar achterop/ voorop de fiets.
- Een bezemwagen met fietsenrek wordt sterk aangeraden bij lange tochten
33 2.4.4.5 vervoer te voet (zie ook 2.4.4)
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over vervoer per voet:
………
………
………
………
………
………
- Leerlingen lopen twee aan twee.
- De leerkracht loopt voorop en een andere volwassene sluit de rij. De totale begeleiding bestaat uit
minimaal 1 volwassene per 10 leerlingen, waaronder 1 leerkracht.
- Er zijn duidelijke afspraken waar gestopt wordt.
- Bij het oversteken zetten ouders/ begeleiders/leerkracht de weg af en wordt er als een groep overgestoken.
- Voor het lopen over korte afstand ( naar de gymzaal, dependance etc.) gelden de bovenstaande regels niet.
34 2.5 sportactiviteiten
2.5.1 sportdagen
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over sportdagen:
………
………
………
………
………
………
2.5.2 zwemmen
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over zwemmen:
………
………
………
………
………
………
Zwemprotocol gemeente Enschede en het zwemprotocol St. KOE.
35 2.5.3 schaatsen (op natuurijs)
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over schaatsen:
………
………
………
………
………
………
36 2.6 interne activiteiten
2.6.1 activiteiten met ouders
Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over activiteiten met ouders:
Rapportavonden:………
………
Informatieavonden:………
………
Tentoonstellingen:………
………
Musical:………
………
Weeksluiting:………
………..
2.6.2 festiviteiten (spelletjesmiddagen, Boekenweek, Sinterklaas, Kerst, Pasen, etc.) Wij hebben de volgende afspraken/regels wat betreft veiligheid over festiviteiten:
Brandveiligheid:………
………
………
Begeleiding:………
………
………
………
- brandveiligheid
Voor meer informatie over brandveiligheid verwijs ik naar: ………
37
2011
SOCIALE VEILIGHEID
1. Omgangsregels 2. Kom op voor jezelf
3. Protocollen
4. Sociaal emotionele ontwikkeling
38 Pas op voor overlap met de schoolgids. Indien er overlap is, dan verwijzen naar de schoolgids, om te voorkomen dat dingen op twee plekken geactualiseerd moeten worden.
Sociale veiligheid 1. Omgangsregels
Wij hebben de volgende omgangsregels wat betreft veiligheid:
………
………
………
………
………
………
1.1. Vertrouwenspersoon
Voor kleine en grote klachten moet er in school altijd iemand zijn die je kunt vertrouwen. Iemand die goed naar je luistert en advies geeft. Voor leerlingen en ouders is dat meestal in eerste instantie de groepsleerkracht of de directeur.
Sommige klachten liggen heel gevoelig, bijvoorbeeld die over racisme, discriminatie, pesten en seksueel geweld. Voor de klager is het moeilijk daarover te praten, maar voor een leerkracht of schoolleider is het vaak ook lastig. Daarom moet er altijd iemand zijn die weet hoe je zulke gevoelige klachten behandelt: een
vertrouwenspersoon.
Interne en externe vertrouwenspersoon
Elke school moet een vertrouwenspersoon hebben. Als een leerkracht vertrouwenspersoon is, dan is die snel te bereiken. Maar een nadeel is de
betrokkenheid bij school. Als de klacht bijvoorbeeld over een leerkracht gaat, hoe kun je als teamlid dan onpartijdig blijven? Daarom is het goed ook een
vertrouwenspersoon buiten school achter de hand te hebben. De interne
vertrouwenspersoon is dan meer een contactpersoon: via hem/haar krijgt de klager contact met de externe vertrouwenspersoon, als dat nodig is.
Je kunt als vertrouwenspersoon nooit absolute geheimhouding toezeggen als je iets aan een klacht wilt doen. Een klacht die geheim blijft, wordt meestal ook niet
opgelost. De vraag is dus vooral: hoe kun je het voor de klager zo veilig mogelijk maken terwijl je toch iets met de klacht doet? Dat doe je in elk geval door de klager (en de ouders) bij alle stappen te betrekken en niet overhaast aan het werk te gaan.
De interne vertrouwenspersoon van Basisschool ……. is: ……….. Hij/zij is te bereiken op de volgende manier:
De externe vertrouwenspersoon van Basisschool …….. is: ……….. . Hij/zij is te bereiken op de volgende manier:
39 2. Kom op voor jezelf
Op school werken wij met ‘Kom Op Voor Jezelf’. Wij werken op de volgende manier:
………
………
………
………
………
………
40 3. Protocollen
Om een veilig klimaat op school te realiseren en te behouden hebben wij een aantal protocollen opgesteld wat betreft veiligheid:
- bijlage 1 Protocol leerlingen vervoer en veiligheid - bijlage 2 Protocol echtscheiding ouders
- bijlage 3 Protocol anti-pesten
- bijlage 4 Protocol omgaan met agressie en geweld - bijlage 5 Protocol calamiteiten
- bijlage 6 Protocol schoolzwemmen - bijlage 7 Protocol omgang met dieten - bijlage 8 Protocol omgang met internet - bijlage 9 Protocol rouwverwerking - bijlage 10 Protocol medisch handelen - bijlage 11 Protocol communicatie
- bijlage 12 Protocol ongewenste intimiteiten Deze protocollen zijn toegevoegd in deze map.
http://www.leraar24.nl/video/697/omgaan-met-agressie-op-school Protocol pesten
Pesten is een wezenlijk en groot probleem. Veel leerlingen in Nederland zijn slachtoffer van pestgedrag. Pestgedrag is schadelijk tot zeer schadelijk voor kinderen zowel voor de slachtoffers als voor de pester. De omvang en zwaarte van het probleem leiden tot de noodzaak van een aanpak door alle opvoeders van jongeren, in het bijzonder door de ouders en door de leerkrachten.
De school moet daarom een beleid ontwikkelen, dat het pestprobleem een halt toeroept, en wel op zo'n manier dat alle geledingen op één lijn komen en elkaar steunen, want samenwerking is van doorslaggevende betekenis voor een succesvolle aanpak.
Ook situaties waarbij het pesten niet direct in het schoolgebouw of tijdens de schooltijden plaatsvindt, vallen onder de verantwoordelijkheid van de school, zoals het overblijven o.l.v. overblijfouders en als de kinderen op weg zijn van school naar huis en omgekeerd.
Protocol rouwverwerking
Leerlingen, ouders, leerkrachten, directie en onderwijsondersteunend personeel vormen met elkaar een 'schoolgemeenschap'. Als iemand uit die schoolgemeenschap plotseling en onverwacht overlijdt, is dat in de meeste gevallen een gebeurtenis die de hele
gemeenschap raakt. Er moet door de school op gereageerd worden: tactvol, snel en weloverwogen. In dit hoofdstuk zijn de nodige acties en aandachtspunten in een
41 stappenplan op een rijtje gezet. De stappen zijn zo veel mogelijk op volgorde uitgewerkt, toch zullen sommige stappen tegelijkertijd moeten worden uitgevoerd.
4. Sociaal emotionele ontwikkeling
Kinderen kunnen zich pas sociaal emotioneel ontwikkelen als er sprake is van een veilige omgeving. Bij ons op school zijn wij hier op de volgende manier mee bezig:
………
………
………
………
………
………
* Verwijzing schoolgids
* Scholen voegen zelf informatie toe.
* Gebruik methoden
* Algemeen verhaal over sociaal emotionele ontwikkeling kinderen
* zorg advies team
* Schoolmaatschappelijk werk 5. enquetes veiligheidsbeleving Zie bijlage
