• No results found

cent een kilo wortels. Je geeft een

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "cent een kilo wortels. Je geeft een"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

„Je raadt nooit wat ik voor je heb meegebracht, mama,”

zegt papa. „Het is een verrassing. Pak het maar uit” „Tjon- __„maar wat moet ik met een rekenmachientje. Ik doe toch ge,” zegt mama, „dat had je nou niet moeten doen. Ik ben nooit wat met cijfertjes?” „Jawel,’ zegt papa, „huisvrouwen

niet eens jarig.”

„Bij de groenteboer koop je voor 65 cent een kilo wortels. Je geeft een gulden. Wat krijg je terug?” „35 cent,” zegt mama. „Klopt, roept papa.

19-2

hebben veel met cijfers te maken. Let maar op!”

De volgende dag, als mama met „Misschien heeft de meneer van de boodschappen thuiskomt, zegt ze: supermarkt niet goed opgeteld,

„Wat wordt alles toch duur, Bobo! zegt Bobo. Hij gaat alles narekenen Deze boodschappen kosten f 20.” met het rekenmachieptje en dan…

(3)

U had wel f 45,80 moeten betalen! „Dat kan niet,’ zegt mama. „Kom, tik maar op het apparaatje. Deze wortelen kosten f 0,85!’ „En dit pak waspoeder f 4,95! roept Boemsi.

U MN

Volgens Boemsi kosten de boodschappen drie gulden en volgens Krabbel wel duizend en volgens mama maar twintig en als papa thuiskomt, weten ze het nog niet. „Oh,”

snikt mama, „is het al zo laat? Ik heb niet eens gekookt!”

Als Bobo alles heeft opgeteld, kosten de boodschappen ineens f 336,76! „Ik word er naar van,’ roept Bobo. „Dat ding is niet goed,” roept Krabbel. Ze gaat alles gewoon op

een papiertje natellen. Boemsi doet het ook.

„Ik wil nooit meer zó'n kadootje, papa,’ snikt mama. „Er komt alleen maar narigieid van.” „Dan heb ik een verras- sing,” zegt papa. „We gaan allemaal in het Chinese restau- rant eten, dan hoef jij niet te koken en niet te rekenen!”

19-3

(4)

Het is lente. En Jip heeft gele sokken aan.

Net zo geel als de krokussen. Net zo geel als de boterbloemen. En Janneke heeft blote be- nen.

We gaan heel ver weg, zegt Jip. We gaan heel ver wandelen.

Niet te ver hoor, zegt moeder.

Daar gaan zij. We doen wie het eerst bij de wilgeboom is, zegt Jip. En hij holt. Hij holt zo hard! En Janneke rent achter hem aan. Zij kan niet zo hard als Jip. Zij hijgt. Zij roept: Wacht nou even, Jip. Daar staat Jip al in de wei. Bij de wilgeboom en hij zegt: Ik was lekker eerst.

Zullen we. bloemetjes plukken? vraagt Jan- neke. Ik pluk madeliefjes.

En ik pluk deze, zegt Jip, die gele.

Bah, dat zijn paardebloemen, zegt Janneke.

Niet waar, zegt Jip. Het zijn geen paarde- bloemen. Het zijn Het zijn… Hij weet het niet goed. Het zijn rozen. Het zijn gele rozen.

Ha, ha, lacht Janneke. Het zijn geen rozen, gekkerd.

Wel waar en Jip plukt maar door. En dan zijn ze op. Hij ziet er geen een meer.

Daar is er nog één, roept Janneke. Daar bij het slootje.

O ja. Jip ziet ze ook. Wel tien. Hij gaat er gauw naar toe, maar er staan ook brandnetels.

Hij moet heel voorzichtig zijn.

19-4

Bloemen plukken

Au, roept Jip. Au, au… Hij heeft zich geprikt.

En hij wordt heel boos.

Lelijke brandnetel, roept hij. Lelijke, gemene brandnetel!

En hij trapt erop. En nog eens en nog eens.

En dan doet Jip een stap achteruit. En hij stapt pardoes in het slootje.

Oh, oh! Daar staat hij. Met twee voetjes in de sloot.

Hij is zo geschrokken. Hij vergeet te huilen.

Van de schrik. Gelukkig is het niet diep.

Kom gauw, roept Janneke. Ik geef je een hand.

En Janneke sjort en trekt.

Pssss, zegt de modder in het slootje. Hè, hè,

Jip is aan de kant.

Je sokken, zegt Janneke. Oh, je mooie, gele sokken. Helemaal vies. Ze zijn groen gewor- den. Groen van het kroos.

Jip en Janneke gaan naar huis. En moeder zegt: Wat heb je nou toch weer gedaan, Jip?

Je schoenen, je sokken.

Ik kon het niet helpen, zegt Jip.

Nee, hij kon het niet helpen, zegt Janneke.

Het kwam door de paardebloemen.

Het zijn geen paardebloemen, zegt Jip. Als- jeblieft, moeder, gele rozen.

En dan is moeder zo blij. Ze vergeet hele- maal de gele sokken.

(5)

verteld door Annie M.G. Schmidt

getekend door Fiep Westendorp

(6)

19-6

„Hee, daar zwemt een kikker,’ zegt Bril- beer. Hij zet zijn brilletje recht en bukt, om de kikker beter te kunnen zien. Maar... de bok, die achter hem staat, ziet hij niet…

Ga nooit gebukt voor een bok staan, want wat dan gebeurt, zie je op dit plaatje. BOEM! Daar gaat A, Brilbeer

Maar kijk nou eens… de bril van Brilbeer is op de neus van de bok terecht gekomen! De bok kijkt er helemaal scheel van!

(7)

De bok probeert de bril kwijt te raken. Hij draait in het rond en schudt met zijn kop. Maar de bril zit stevig op zijn neus geklemd.

Dat maakt hem erg boos

De bok wil Brilbeer nog eens een por met zijn ho- rens geven, maar nu zit hij er helemaal naast! Door die vergrootglazen op zijn neus denkt hij, dat Bril- beer vlak bij hem staat. Hij buigt zijn kop, stoot toe en… valt pardoes zelf ook in de sloot! — Net goed!

Brilbeer kijkt ook scheel, maar dat komt juist, omdat hij géén bril op heeft. Want zonder zijn bril kan hij niet goed zien. „Stoute bok!” roept hij, „geef mijn bril terug! Meteen springt de boze bok op hem af.…

En kijk nou eens… de bril is weer over- gewipt op de neus van Brilbeer! Die kan nu weer goed zien en zegt: „je verdien- de loon, technisch gesproken.”

19-7

(8)

Ting. ting. hé, daar is de

ijscoman in de straat. Daar word je wel wakker van.

Een hittegolf komt alleen in de

zomer voor. Het heeft niks met een golf te maken, hoor. Neegeen

hittegolf is heel warm weer dat wel

vogeltjes vinden het

aren Omste zingen. De mensen

zijn ook stil en niks aardig. Er zit ten allemaal zweetdruppeltjes op hun voorhoofd. En zelfs deftige

“mensen maken hun stropdas los.

De hele wereld zit te puffen. Het

} is dan maar goed dat er ijs bestaat

“en koude limonade! :

's Middags is het op zn heetst.

Dan krijg jij het ook zo warm en je wordt een beetje moe. Alles is zo

stil en er is niemand om mee te spelen.

En ’s avonds, alsje weer naar bed moet, is het nog zo warm

en het blijft heel lang

licht. Je hoort merels fluiten en een grasmachine ratelen. Ga jij dan ook stiekem naar buiten kijke

vaat

(9)

‘Kijk daar nou es!’

schreeuwde Gregorius op- gewonden,

‘Karrekas is d'r vandoor met een terrelewoverboek van Eukeldinges!’

‘Warempel, schrok Paulus.

‘Maar dat gaat niet door, dan wordt het hier nòg gevaarlijker.”

Meteen rende hij achter Krakras aan en juist toen hij een geweldige sprong

maakte en al blij ‘hebbes’

riep, maakte ook Gregorius een geweldige sprong en riep ook blij ‘hebbes!

Alleen miste Paulus toen Krakras. En Gregorius greep Krakras ook niet, want die greep Paulus.

‘Domoor, riep de boska- bouter, ‘ik had haar bijna.’

‘Ik ook,” beweerde

Gregorius, ‘alleen heb ik me vergipst.”

Zonder verder naar die on- handige das te luisteren, liep Paulus nog even heel hard en toen kreeg hij

Krakras toch echt te pakken.

Die kon ook niet zo snel vooruit komen omdat het boek haar voor de ogen flapperde.

Paulus

de boskabouter

Krakras pikt een toverboek

Verteld en getekend door Jean Dulieu

Paulus nam haar het boek af en zei streng: ‘Geef dat maar hier.’

‘ik had het nou juist zo leuk gevonden om ook es wat te toveren.

‘Daar komt niks van in, zei Paulus, die met het boek stevig onder de arm al op weg was naar de heksenhut, met een mopperende

Gregorius en een jammeren- de Krakras achter zich aan.

Eucalypta keek wèl vreemd op toen Paulus daar zo op- eens voor haar neus stond.

'Moet je iets van me?’

vroeg ze boos.

‘Helemaal niet, zei Paulus.

‘Ik kom je iets brengen.

Mis je niets?

Toen begreep Eucalypta het.

‘Een boekje, zei ze haastig.

‘Een van mijn toverboekjes is gepikt. Heb jij dat gedaan?’

‘Nee, zei Paulus, ‘iemand

anders heeft het gestolen.

Maar ík breng het je terug.

Alsjeblieft, hier is het.

Ongelovig keek de heks naar haar toverboekje. ‘Als ik vragen mag, waarom ben jij zo vriendelijk voor me?’

'Ik weet het zelf niet

precies, zei Paulus verlegen.

‘Het is al erg genoeg dat jij kunt toveren, Als anderen dat nou ook nog gaan pro- beren wordt het hier.

helemáál een ratjetoe.’

‘En had jijzelf niet een klein beetje willen toveren?’

vroeg Eucalypta verbaasd.

‘Dank je hartelijk, zei

Paulus. 'Ik blijf liever mezelf

en bovendien. .. hm. . …

‘Het is niet netjes om te stelen’ piepte Krakras vanachter het hakblok.

‘Juist ja, zei Paulus, ‘zo denk ik er

(10)

steeds iets vergeten; een oor, een staart of iets anders. Wil jij het erbij tekenen? Zo mag je ook de varkens, de eenden en de uilen aftekenen.

(11)

Pak je schaar en een kwast, en plak dit op je poppenkast

We gaan een poppenkast maken! Een poppenkast voor vingerpopjes. Hoe we die gaan maken zie je als je deze bladzijde omslaat. Lees het eerst allemaal goed en knip dan deze figuurtjes uit.

Wat zal dat een mooie poppenkast worden!

19-13

(12)

ser 9-14e

Poppenkast ì voor je vingerpopjes

Wat heb je allemaal nodig? Een doos, een schaar,

een potje lijm en verf. Knip eerst de flappen van de doos af, net als op plaatje 2. Daarna knip je er een raampje uit. Verf de doos in een leuk kleurtje en laat het goed drogen. Knip nu de figuurtjes op de vorige bladzijde uit en plak ze op je doos. Wel eerst goed kijken of de verf droog is, hoor! Je poppenkast is klaar! Nu de vingerpopjes nog. Hoe je die moet maken zie je op de bladzijde hiernaast.

En dan maar fijn poppenkast spelen!

(13)

Vingerpopjes kunnen van restjes stof gemaakt worden maar de mooiste maakt u van vilt. Teken eerst het hoofd op de stof en knip dit, dubbel, uit, ij vervolgens ogen, neus, wenkbrauwen, mond, oren En N en haren. Naai nu de 2 helften, met daartussen k, oren en haren, in één keer vast. Vergeet niet om de onderkant voor de vinger open te laten. Als de ogen, neus, mond en wenkbrauwen erop genaaid zijn, is het popje klaar.

Vingerpopjes van vilt

nn.

Volgende week in loes»:

Tekenaar The Tjong Khing heeft nieuwe mid- denplaten voor Bobo getekend. Echte kijkpla- ten waar veel op te zien is maar waar ook veel om te lachen valt. Nog een weekje geduld.

adreswijzigingen: drie weken van tevoren op- abonnementsprijzen: 85 cent per week off 11,05 geven aan de bladenman/wederverkoper of de afd. per kwartaal (13 weken) losse nummers f 1,—.

postabonnementen (zie inlichtingen, klachten enz.). abonnementsopgaven: schrijf naar postbus verdeler voor belgië: n.v. tijdschriften uitgevers 6298, Haarlem of bel 023-319420.

mij, jan blockxstraat 7, 2000-antwerpen, tel. inlichtingen klachten enz. abonnees die het blad

Red : 031-382380 p.r. 000-0083405-82. via de bladenman/wederverkoper ontvangen:

Be nr. 19-13 mei 1977 prijs per nummer 16 f, verkrijgbaar bij de verkoper bobo, postbus 6298, Haarlem, tel. 023-319Â420.

BE en in de boek- en dagbladenhandel. voor abonnees die het blad per post ontvangen:

Peen uitgave van oberon b.v. postbus 6003 éeylon- _ (c) oberon 1977 nederland. afdeling postabonnementen bobo, postbus 299,

P poort 5-25, haarlem, tel. 023-339040. C.T.W. haarlem, tel. 023-339040.

ne

Be Weet u een nieuw abonneetje?

£ Vul dan de antwoordbon in en stuur ’m 5 naar Bobo. Dan krijgt u een

cadeau van Bobo

Cadeau van Bobo: 3 eierdopjes !

B bobo | |

Dm

b552 bäcmdl

Sop

‚_Als u niet in het blad wilt knippen, schrijf dan de gegevens van de F5 __bon over op een stuk papier B en stuur dit in een ongefrankeerde Ee envelop naar het Bobo-adres.

(14)

ï Het is 6 uur.

Het klokje rond Mama heeft spruitjes voor het avondeten

met Basje gekookt. Basje houdt niet van spruitjes!

Na het eten mag hij nog eventjes naar de t.v. kijken, maar dan is het bedtijd!

tekeningen: Ellis Post Uiterweer

e

ek vei

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

De wederzijdse beïnvloeding en afhankelijk- heid van de landen van de Europese Unie (EU) groeien gestaag. Het ligt dan ook in de rede om de lusten en de lasten

De werkgever die het voomemen heeft de arbeidsovereenkomst op te zeggen deelt dit schriftelijk aan de werknemer mede onder ver- .melding van de grond van de voorgenomen opzegging en

Daarbij moet bedacht worden dat voor opzegging door de werknemer de hoorpro- cedure van artikel 669a niet geldt en derhalve evenmin de sanctie van vemietiging van een

Aan- leiding is dat veel innovaties in de zorg niet geschikt zijn voor mensen met een verstandelijke beperking.. ‘Digitale hulpmiddelen zijn bijvoor- beeld heel vaak gericht

Dat zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat maar 3 van de 100 leerlingen de vraag volledig goed had (je kon namelijk maximaal drie punten voor deze vraag behalen), of dat slechts 9

Autoriteit daarentegen berust op een driele- dige structuur, waarbij iemand gezag heeft over iemand anders omdat beiden geloven in een derde gegeven: een grond voor of een bron

Het enkelbandje van Sproutling doet nog meer: het meet temperatuur, licht en geluid in de babykamer, stuurt een waarschuwing naar de ouders vlak voor het kind ont- waakt en