A+O fonds Gemeenten Postbus 30435 2500 GK Den Haag
STIMULERINGSREGELINGEN
A+O FONDS GEMEENTEN
Inleiding
met het A+O fonds gemeenten bevorderen en ondersteunen de Sociale Partners vernieuwende activiteiten in de sector gemeenten op het gebied van arbeidsmarkt en Hrm-beleid. de activiteiten zijn erop gericht organisaties en personen in de sector optimaal te laten functioneren.
de projecten van het A+O fonds vertalen zich over het algemeen in drie invalshoeken:
• Kennis verzamelen: onderzoek en/of toegankelijk maken van elders verricht onderzoek
• Kennis verspreiden: verworven kennis ter beschikking stellen aan alle gemeenten door publicaties, workshops e.d.
• Kennis toepasbaar maken: stimuleringsregelingen om gemeenten te stimuleren kennis daadwerkelijk toe te passen en te verankeren in de praktijk.
deze brochure gaat over het laatste onderdeel, de stimuleringsregelingen.
in het eerste jaar van de beleidsperiode 2007-2010 is een aantal stimuleringsregelingen ontwikkeld.
regelingen variërend van eenvoudig tot complex en van aanvragen on line tot aanvragen op de gebruike- lijke papieren wijze. Het doel van deze regelingen is u te ondersteunen bij het verbeteren van het perso- neelsbeleid in uw gemeente.
uitgangspunt bij alle regelingen is dat de admini- stratieve last voor de aanvrager beperkt is. enige verantwoording van geplande activiteiten in de vorm van een plan van aanpak aan het begin en een inhoudelijke en financiële verantwoording aan het eind is natuurlijk niet te vermijden.
Hieronder volgt per thema een overzicht van de regelingen in de volgorde zoals ze in deze brochure zijn opgenomen. de regeling meer weten met uw netwerk komt terug bij elk thema, maar wordt uiter- aard maar één keer beschreven. Ook de regeling Vernieuwende projecten neemt een uitzonderingspo- sitie en zal niet onder een thema worden beschreven.
gemeenten hebben voor de subsidieregelingen die online afgehandeld kunnen worden een inlogcode gekregen. Het betreft de Scholingsregeling inzet- baarheid, de regeling Preventiemaatregelen en aanpak verzuim en de regeling Stages een kans! Het is aan uw concernafdeling P&O om die inlogcode door te geven aan de diensten, stadsdelen en deel- gemeenten zodat zij – net als in de vorige beleids- periode – zelfstandig subsidie kunnen aanvragen,
Regelingen Inzetbaarheid
• meer weten met uw netwerk
• impulsregeling inzetbaarheid
• duurzame inzetbaarheid
• Scholingsregeling inzetbaarheid
• duizendmAX 2007*
• loopbaanbeleid brandweer
Regelingen Gezond Werk
• meer weten met uw netwerk
• Starten van een regionaal netwerk voor reïntegratie
• Preventiemaatregelen en aanpak verzuim
• WiA-instroom (in ontwikkeling)
Regelingen Gemeentelijke Arbeidsmarkt
• meer weten met uw netwerk
• Stages, een kans!
Regeling Vernieuwende Projecten
Voor de volledigheid wijzen wij u op de regelingen uit de voorgaande beleidsperiode die nog kortdurend openstaan:
• ruim baan voor jong talent, aanvragen tot 17 december 2007
• Werk maken voor jong talent, aanvragen tot 1 januari 2008
* deze regeling kan alleen rechtstreeks door medewerkers worden aangevraagd. de regeling sluit zodra het budget is uitgeput, maar uiterlijk op 1 oktober 2008. de duizendmAX 2007
Meer weten met uw netwerk Impulsregeling inzetbaarheid Duurzame inzetbaarheid Scholingsregeling inzetbaarheid Loopbaanbeleid brandweer Starten van eenregionaal netwerk voor reïntegratie Preventiemaat-regelen en aanpak verzuim Stages, een kans!VernieProje Meer weten met uw netwerk
Colofon
Opdrachtgever
Stichting A+O fonds gemeenten Projectmanager: erik Bornkamp eindredactie: esther loozen Vormgeving: Puur Ontwerp drukwerk: Artoos
Oplage: 5.000 uitgave:
© Stichting Arbeidsmarkt- en
Opleidingsfonds gemeenten, den Haag Oktober 2007
Stichting A+O fonds gemeenten bevordert en ondersteunt vernieuwende activiteiten op het gebied van arbeidsmarkt en Hrm-beleid.
Actuele informatie over de verschillende projecten treft u aan op www.aeno.nl
rechten
Alle rechten voorbehouden. niets uit deze uitgave mag worden
vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enigerwijze, hetzij
elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de Stichting A+O fonds gemeenten.
Hoewel aan deze uitgave de grootst mogelijke zorg is besteed, kunnen de samenstellers niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele onjuistheden, noch kunnen aan de inhoud rechten worden ontleend.
1. Waarom
de regeling Meer weten met uw netwerk?
de stimuleringsregeling meer weten met uw netwerk biedt gemeenten de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor het organiseren van een bijeenkomst (workshop, werkconferentie, e.d.) met gemeenten uit de regio ter bevordering van de eigen deskundig- heid. de onderwerpen die aan bod kunnen komen, moeten aansluiten bij de thema’s van het A+O fonds gemeenten, namelijk inzetbaarheid, gemeentelijke arbeidsmarkt, en gezond werk (zie Beleidsplan 2007-2010).
u nodigt een bureau of externe deskundige uit die op één van de genoemde terreinen weet wat er speelt.
de samenstelling van de deelnemende groep gemeenten hoeft niet per se aan te sluiten op bestaande netwerken. Van belang is dat de deelne- mers met elkaar winst halen uit zo’n bijeenkomst.
doel is naast het bevorderen van deskundigheid, de kansen te benutten die een nauwere samenwerking in regionaal verband biedt. Het zou mooi zijn als er een sneeuwbaleffect in de regio ontstaat uit zo’n bijeenkomst.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen. in deze regeling is per defi nitie sprake van een samenwerkingsproject van meerdere gemeenten. Één gemeente treedt op als penvoerder.
3. Waarvoor krijgt u subsidie ?
u krijgt 100% subsidie voor de kosten van het inhuren van de externe deskundige die u betrekt bij de uitvoering van de bijeenkomst. Aan de bijeenkomst nemen minimaal drie gemeenten deel (of bij de g4 minimaal drie diensten, deelgemeenten of stadsde- len). Het aantal deelnemers is minimaal 8.
Niet-subsidiabele kosten
u krijgt géén subsidie voor de volgende kosten:
• loon- of verletkosten van personeel dat de bijeen- komst, workshop e.d. volgt.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• locatie- en cateringkosten.
• Aanschaf materiaal (computers, kopieermachines, lcd-schermen, software, fl ipover e.d.).
• BtW, omdat de gemeente deze in aftrek kan brengen via het BtW-compensatiefonds.
• Kosten gemaakt voor netwerkbijeenkomst vóór de
Stimuleringsregeling
Meer weten met uw netwerk
4. Hoe hoog is de subsidie?
Het A+O fonds beoordeelt de afzonderlijke aanvragen en de daarbij behorende kosten (offerte externe deskundige) op doeltreffendheid en doelmatigheid.
5. Hoe subsidie aanvragen?
de gemeente die optreedt als penvoerder stuurt:
• een ingevuld aanvraagformulier met een korte beschrijving van doel en inhoud van de bijeenkomst.
• de offerte van de uitgenodigde deskundige of het bureau waar zij/hij toebehoort.
u dient subsidie aan te vragen voordat de activiteit start.
6. Wanneer
subsidie aanvragen?
Aanvragen kunnen worden ingediend gedurende de beleidsperiode 2007-2010.
de bijeenkomst moet in ieder geval hebben plaats gehad vóór 1 januari 2011.
7. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidieaan- vragen in volgorde van schriftelijke
binnenkomst, bepalend hierbij is de geregi- streerde ontvangstdatum bij het A+O fonds.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de
verwezenlijking van het doel van deze regeling.
8. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich om:
• de deelnemers mee te delen dat deze netwerkbij- eenkomst is gerealiseerd met subsidie van het A+O fonds gemeenten.
• na afloop mee te werken aan het delen van uw ervaringen en het bekendmaken ervan in bijeenkomsten en publicaties zodat de gehele
gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimule- ringsregeling door het A+O fonds gemeenten.
9. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken of teruggevorderd. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht subsidieaanvragen binnen deze regeling niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
10. Hoe verloopt het subsidieproces?
u dient een subsidieaanvraag in op de hierboven beschreven wijze. Het A+O fonds gemeenten regi- streert uw aanvraag op datum van binnenkomst. u krijgt een ontvangstbevestiging.
Check
Vervolgens gaat het A+O fonds gemeenten na of u alle benodigde gegevens heeft verstrekt. deze controle is primair gericht op de vaststelling van de juistheid van de aangeleverde gegevens. Als gegevens ontbreken, of er twijfel is over de ingediende offerte, nemen wij contact met u op. u krijgt eenmalig de gelegenheid om de gegevens bij te stellen.
Blijft uw aanvraag onvolledig of onduidelijk, ook nadat gevraagd is ontbrekende gegevens te verstrekken of vragen te beantwoorden, dan neemt het A+O fonds gemeenten uw aanvraag niet in behandeling. u ontvangt hiervan een bericht (afwijzingsbeschikking).
Meer weten met uw netwerk
Voorlopige beschikking
uiterlijk vier weken na ontvangst van uw aanvraag ontvangt u bericht van het A+O fonds gemeenten of de subsidie al dan niet wordt toegekend. Bij een positief besluit ontvangt u een voorlopige beschikking met daarin genoemd het gereserveerde bedrag gebaseerd op de ingediende offerte en een declaratie- formulier.
Definitieve beschikking
na de bijeenkomst stuurt u het ingevulde declaratie- formulier samen met een kopie van de factuur van de externe deskundige en een bewijs van betaling en de deelnemerslijst naar het A+O fonds gemeenten. Als de factuur correspondeert met de ingediende offerte, wordt het gereserveerde bedrag overgemaakt.
u ontvangt een definitieve beschikking.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen – binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
11. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten erik Bornkamp Postbus 30435 2500 gK den Haag 070-3738744
erik.bornkamp@aeno.nl www.aeno.nl
1. Waarom
de Impulsregeling Inzetbaarheid?
de impulsregeling inzetbaarheid is bedoeld om gemeenten te ondersteunen bij het duurzaam inzetbaar houden van hun medewerkers. de regeling wil bevorderen dat gemeenten zich samen met een externe deskundige verdiepen in de maatregelen die zij kunnen nemen om de inzetbaarheid van medewer- kers van alle leeftijden te garanderen.
de aanleiding kan uiteenlopend zijn, zoals de oneven- wichtige leeftijdsopbouw van het personeel, de samenwerking met andere gemeenten en afdelingen en invoering van nieuwe dienstverlenings-concepten.
functies veranderen en daarmee de gevraagde competenties van medewerkers.
met de impulsregeling kunnen gemeenten verdiepen wat voor gevolgen dit heeft voor de inzetbaarheid van medewerkers en welke oplossingsrichtingen mogelijk zijn.
met de impulsregeling kunt u als gemeente een externe deskundige inhuren, die adviseert bij het vergroten van de inzetbaarheid van medewerkers.
de impulsregeling vergoedt de kosten van een externe deskundige van maximaal drie dagdelen.
Het resultaat van de inzet van de externe deskundige is een document, waarin staat beschreven hoe de gemeente de vergroting van de inzetbaarheid gaat vormgeven. Het schriftelijk document kan zijn een plan
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen.
3. Waarvoor
krijgt u subsidie ?
u krijgt uitsluitend subsidie voor de kosten van het inhuren van de externe deskundige om de duurzame inzetbaarheid van medewerkers op een hoger plan te brengen.
Niet-subsidiabele kosten
u krijgt géén subsidie voor de volgende kosten:
• loon- of verletkosten van het eigen personeel.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• locatie- en cateringkosten.
• Aanschaf materiaal (computers, kopieermachines, lcd-schermen, software, fl ipover e.d.).
• BtW, omdat de gemeente deze in aftrek kan brengen via het BtW-compensatiefonds.
• Kosten gemaakt voor projectactiviteiten vóór de ontvangstdatum van de subsidieaanvraag.
Stimuleringsregeling
Impulsregeling Inzetbaarheid 1 september 2007-1 januari 2009
Impulsregeling inzetbaarheid
4. Hoe hoog is de subsidie?
u krijgt 100% subsidie voor het inhuren van een extern deskundige voor maximaal drie dagdelen.
elke gemeente mag in totaal drie keer een aanvraag indienen, mits elke aanvraag betrekking heeft op een andere afdeling of dienst van de gemeente.
5. Hoe subsidie aanvragen?
Het aanvraagformulier vindt u op www.aeno.nl.
Op het aanvraagformulier vult u de volgende rubrieken in:
• gegevens van de aanvrager.
• Korte beschrijving van de opdracht voor het externe bureau.
• de nAW-gegevens van het externe bureau.
de aanvraag print u uit en u plaatst de gevraagde handtekening. u voegt een kopie van de offerte van het externe bureau toe en u stuurt deze beide documenten naar het A+O fonds gemeenten.
6. Hoe wordt de
aanvraag beoordeeld?
Het A+O fonds beoordeelt uw aanvraag en de daarbij behorende kosten (offerte van de externe deskundige). Het A+O fonds toetst de aanvraag op de volgende punten:
• is er sprake van een heldere opdracht voor het externe bureau (vraagstelling, planning en resultaat in de vorm van een plan van aanpak, actie- en/of stappenplan)?
• is de offerte van het externe bureau marktcon- form?
7. Wanneer
subsidie aanvragen?
Het bestuur van het A+O fonds gemeenten stelt het subsidiebedrag voor deze regeling in twee tranches beschikbaar. de eerste tranche start op 1 september 2007 en loopt tot 1 januari 2009 en de tweede tranche vanaf 1 januari 2009 tot 1 januari 2011. Op basis van de ervaringen gedurende de eerste tranche kan het bestuur besluiten tot bijstelling van deze stimule- ringsregeling.
u dient subsidie aan te vragen voordat de activiteit start.
8. Wat zijn verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidieaan- vragen in volgorde van binnenkomst. Bepalend hierbij is de geregistreerde ontvangstdatum van de aanvraag bij het A+O fonds.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn. Op de website kunt u zien of er nog budget beschikbaar is voor de regeling.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de verwezenlijking van het doel van deze regeling.
9. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich om:
• gedurende en na afloop van uw project mee te werken aan het delen van uw ervaringen en het bekendmaken ervan in bijeenkomsten en publica- ties zodat de gehele gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimule- ringsregeling door het A+O fonds gemeenten.
• Het rapport (digitaal en per post) dat is gemaakt op basis van het advies, naar het A+O fonds gemeenten te sturen.
10. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken of teruggevorderd. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht subsidieaanvragen binnen deze regeling niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
11. Hoe verloopt het subsidieproces?
u dient een subsidieaanvraag in op de hierboven beschreven wijze. Het A+O fonds gemeenten regi- streert
uw papieren aanvraag op datum van binnenkomst.
u krijgt een ontvangstbevestiging van uw aanvraag.
Check
Vervolgens gaat het A+O fonds gemeenten na of u alle benodigde gegevens heeft verstrekt. deze controle is primair gericht op de vaststelling van de juistheid van de aangeleverde gegevens. Als gege- vens ontbreken, of er twijfel is over de ingediende offerte, nemen wij contact met u op. u krijgt eenma- lig de gelegenheid om de gegevens bij te stellen.
Blijft uw aanvraag onvolledig of onduidelijk, ook nadat gevraagd is ontbrekende gegevens te verstrek- ken of vragen te beantwoorden, dan neemt het A+O fonds gemeenten uw aanvraag niet in behandeling. u ontvangt hiervan een bericht (afwijzingsbeschikking).
Voorlopige beschikking
uiterlijk vier weken na ontvangst van uw vol- ledige aanvraag ontvangt u bericht van het A+O fonds gemeenten of de subsidie al dan niet wordt toegekend. Bij een positief besluit ontvangt u een voorlopige beschikking met daarin genoemd het gereserveerde bedrag gebaseerd op de ingediende offerte.
Definitieve beschikking
Als uw project is afgerond, dient u binnen acht weken een verzoek in tot definitieve vaststelling van de sub- sidie aan A+O fonds gemeenten t.a.v. george evers.
Het A+O fonds gemeenten honoreert uw verzoek alleen als uw project voor 1 mei 2009 is afgerond én het A+O fonds de volgende stukken heeft ontvangen:
• Het schriftelijk rapport (plan van aanpak, een actieplan en/of stappenplan) dat het resultaat is van de advisering.
• de factuur van het externe bureau en het beta- lingsbewijs.
Binnen acht weken na ontvangst van de hiervoor genoemde stukken, stelt het A+O fonds de definitieve subsidietoekenning vast. Het A+O fonds stuurt een definitieve beschikking waarin het subsidiebedrag staat dat uw gemeente ontvangt. uitbetaling volgt daarna.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen – binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
12. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten george evers
Postbus 30435 2500 gK den Haag 070-3738836
george.evers@aeno.nl www.aeno.nl
Impulsregeling inzetbaarheid
1.
Waarom
de regeling Duurzame inzetbaarheid?
de stimuleringsregeling duurzame inzetbaarheid is bedoeld gemeenten te ondersteunen om hun personeel duurzaam inzetbaar te houden. met de stimuleringsregeling duurzame inzetbaarheid kunnen gemeenten een beroep doen op subsidie voor het uitvoeren van activiteiten gericht op het scheppen en behoud van duurzame loopbanen voor hun medewerkers.
Voorbeelden van te subsidiëren activiteiten zijn:
• Opzetten van een gemeentelijk mobiliteitscentrum.
• uitvoering van eVC-trajecten gericht op het vast- stellen en erkennen van verworven competenties en ervaring van medewerkers.
• uitvoering van projecten gericht op vergroting van inzetbaarheid in relatie tot organisatievernieuwing en –verandering.
• uitvoering van een personeelsbeleid, dat is afge- stemd op inzetbaarheid van medewerkers naar leeftijd en/of levensfase.
• uitvoering van een loopbaanbeleid voor medewer- kers in risicoberoepen (voorkomen van uitval door arbeidsongeschiktheid).
• uitvoering van projecten om kennis tussen
gemeenten uit te wisselen door intergemeentelijke intervisietrajecten.
Scholing is van deze regeling uitgesloten omdat daarvoor een beroep kan worden gedaan op de
‘Scholingsregeling inzetbaarheid van het A+O fonds gemeenten.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen. indien er sprake is van een samenwerkings project van drie of meer gemeenten, benoemen deze gemeenten één gemeente die optreedt als penvoerder.
3. Waarvoor
krijgt u subsidie ?
u krijgt subsidie voor de uitvoeringskosten van activiteiten gericht op duurzame inzetbaarheid van medewerkers.
Subsidiabele kosten zijn:
1. Het inhuren van een intern bureau.
2. Het inhuren van een extern bureau.
3. locatiekosten en catering.
4. de accountantskosten bij een einddeclaratie met een subsidiebedrag van meer dan € 25.000.
Stimuleringsregeling
Duurzame inzetbaarheid 1 september 2007-1 januari 2009
5. Verletkosten voor het vrijmaken van één mede- werker, maximaal 20% van de subsidiabele kosten. Bij aanvragen van een samenwerkings- project van minstens drie gemeenten gaat het om de verletkosten voor het vrijmaken van één medewerker tot maximaal 50% van de subsidiabele kosten.
Ad 5) is er sprake van verletkosten dan geeft de gemeente/het samenwerkingsverband aan welke medewerker wordt vrijgemaakt (maximaal een medewerker), het aantal benodigde dagen (maximaal 1 fte), de periode (maximaal tot 1 januari 2009) en de inschaling op die datum.
Vervolgens worden de verletkosten begroot op basis van de uurloontabel van het A+O fonds gemeenten (zie www.aeno.nl). de directeur van de organisatie of dienst parafeert dit document.
Bij de eindverantwoording verklaart de betref- fende medewerker hoeveel dagen/dagdelen/
uren daadwerkelijk voor het project zijn ingezet.
Ook hier ondertekent de directeur van de organisatie of dienst. tevens wordt een kopie van de salarisstrook bijgevoegd.
U krijgt géén subsidie voor de volgende kosten:
• Scholingskosten (dit valt onder de Scholingsregeling inzetbaarheid).
• loon- of verletkosten van ander personeel van de gemeente of het gemeentelijk
samenwerkingsverband.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• Aanschaf materiaal (bijvoorbeeld computers, kopieermachines, lcd-schermen, software, flipover e.d.).
• BtW, omdat de gemeente deze in aftrek kan brengen via het BtW-compensatiefonds.
• Kosten gemaakt voor projectactiviteiten vóór de ontvangstdatum van de subsidieaanvraag.
4. Hoe hoog is de subsidie?
u krijgt subsidie voor maximaal 50% van de subsi- diabele kosten zolang er budget voor deze regeling beschikbaar is. u kunt in de periode tot 1 januari 2009 driemaal een aanvraag indienen, per aanvraag kan maximaal € 50.000 subsidie worden aangevraagd.
Binnen het beschikbare budget is er per gemeente een maximum toe te kennen subsidiebedrag vastge- steld voor de regeling duurzame inzetbaarheid, op basis van het aantal werknemers (fte’s) (zie de tabel).
Aantal fte’s maximaal in dienst bij de gemeente bedrag in euro’s
meer dan 3500 150.000
1001 t/m 3500 100.000
501 t/m 1000 75.000 101 t/m 500 50.000 1 t/m 100 25.000
Bij aanvragen door een samenwerkingsproject van meerdere gemeenten (minimaal drie) kan maximaal
€ 100.000 subsidie worden aangevraagd. Per samen- werkingsproject kan maximaal één aanvraag worden ingediend.
5. Hoe subsidie aanvragen?
Het aanvraagformulier vindt u op www.aeno.nl.
Op het aanvraagformulier vult u de volgende rubrie- ken in:
• gegevens van de aanvrager.
• Beschrijving van het project, waaronder doel, soort activiteiten, doelgroep, beoogd resultaat, de rollen van de verschillende actoren etc.
de aanvraag print u uit. Om het draagvlak voor het project aan te tonen moet dit formulier ondertekend worden door de gemeentesecretaris of de portefeuil- lehouder P&O van de gemeente.
u voegt een kopie van het plan van aanpak en de instemmingsverklaring van de Or toe en u stuurt deze documenten naar het A+O fonds gemeenten.
Het A+O fonds wil de aanvraag ook digitaal ontvangen omdat het inhoudelijke deel van de rapportage wordt opgenomen in de (openbare) projectencatalogus.
Duurzame inzetbaarheid
6. Hoe wordt
de aanvraag beoordeeld?
Het A+O fonds beoordeelt de afzonderlijke aanvragen en de daarbij behorende kosten. Het A+O fonds beoordeelt de aanvraag op de volgende punten:
• is er sprake van een plan van aanpak (vraagstel ling, planning, begroting en resultaat)?
• is de offerte van het intern of extern bureau marktconform?
• is het uurtarief van de interne medewerkers conform het Verantwoordingsprotocol financiën 2007-2010?
7. Wanneer
subsidie aanvragen?
de aanvragen voor de 1e tranche kunt u indienen tussen 1 september 2007 en 1 januari 2009. u dient subsidie aan te vragen voordat de activiteit start.
Het bestuur van het A+O fonds gemeenten stelt het subsidiebedrag voor deze regeling in twee tranches beschikbaar. de eerste tranche start op 1 september 2007 en loopt tot 1 januari 2009 en de tweede tranche vanaf 1 januari 2009 tot 1 januari 2011. Op basis van de ervaringen gedurende de eerste tranche kan het bestuur besluiten tot bijstelling van deze stimule- ringsregeling.
8. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidieaan- vragen in volgorde van binnenkomst. Bepalend hierbij is de geregistreerde ontvangstdatum van de aanvraag bij het A+O fonds.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de verwezenlijking van het doel van deze regeling.
9. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich om:
• gedurende en na afloop van uw project mee te werken aan het delen van uw ervaringen en het bekendmaken ervan in bijeenkomsten en publica- ties zodat de gehele gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimule- ringsregeling door het A+O fonds gemeenten.
• tussentijdse veranderingen in het plan van aanpak schriftelijk door te geven aan het A+O fonds.
10. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken of teruggevorderd. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht subsidieaanvragen binnen deze regeling niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
11. Hoe verloopt het subsidieproces?
u dient een subsidieaanvraag in op de hierboven beschreven wijze. Het A+O fonds gemeenten registreert uw aanvraag op datum van binnenkomst.
u krijgt een ontvangstbevestiging van uw aanvraag, hierin staat de datum waarop uw aanvraag door ons is ontvangen.
Check
Vervolgens gaat het A+O fonds gemeenten na of u alle benodigde gegevens heeft verstrekt. deze controle is primair gericht op de vaststelling van de juistheid van de aangeleverde gegevens. Zijn er twijfels bij uw aanvraag dan wordt er contact met u opgenomen. u krijgt eenmalig de gelegenheid om de gegevens bij te stellen.
Blijft uw aanvraag onvolledig of onduidelijk, ook nadat gevraagd is ontbrekende gegevens te verstrek- ken of vragen te beantwoorden, dan neemt het A+O fonds gemeenten uw aanvraag niet in behandeling. u ontvangt hiervan een bericht (afwijzingsbeschikking).
Voorlopige beschikking
uiterlijk acht weken na ontvangst van uw volledige aanvraag ontvangt u bericht van het A+O fonds gemeenten of de subsidie al dan niet wordt toegekend.
Bij een positief besluit ontvangt u een voorlopige beschikking met daarin genoemd het gereserveerde bedrag gebaseerd op het ingediende plan van aanpak. Bij een beschikking van meer dan € 25.000 ontvangt u een voorschot van 50 % van de voorlopige beschikking.
Definitieve beschikking
Als uw project is afgerond, dient u binnen acht weken een verzoek in tot definitieve vaststelling van de sub- sidie aan A+O fonds gemeenten t.a.v. Kees Koning, Postbus 30435, 2500 gK den Haag. uw project moet afgerond zijn vóór 1 januari 2010.
Bij uw verzoek tot definitieve vaststelling ontvangt het A+O fonds de volgende stukken:
• een inhoudelijke rapportage van de uitvoering van het project conform het plan van aanpak dat u heeft ingediend. de rapportage wordt opgenomen in de openbare projectencatalogus.
• de einddeclaratie conform het
Verantwoordingsprotocol financiën 2007-2010.
• een accountantsverklaring indien het subsidie- bedrag hoger is dan € 25.000.
• een verklaring van de Ondernemingsraad dat het project is uitgevoerd conform de rapportage.
Binnen acht weken na ontvangst van de hiervoor genoemde stukken, stelt het A+O fonds de definitieve subsidietoekenning vast. Het A+O fonds stuurt een definitieve beschikking waarin het subsidiebedrag staat dat uw gemeente ontvangt. uitbetaling volgt daarna.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen – binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
12. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten Kees Koning
Postbus 30435 2500 gK den Haag 070-3738053 kees.koning@aeno.nl www.aeno.nl
Duurzame inzetbaarheid
1. Waarom
de Scholingsregeling inzetbaarheid?
de Scholingsregeling inzetbaarheid is bedoeld om gemeenten te stimuleren om personeel tot en met mBO niveau op- of om te scholen waardoor zij langer en breder ingezet kunnen worden op de gemeente- lijke arbeidsmarkt.
met opscholing beoogt het A+O fonds gemeenten dat gemeenteambtenaren met een opleidingsniveau van mBO of lager worden opgeschoold naar een hoger opleidingsniveau. de omscholing van HBO naar WO valt buiten deze regeling. met opscholing wil het A+O fonds stimuleren dat gemeenteambtenaren met ten hoogste een mBO opleiding door deelname aan een opleiding of cursus een andere functie binnen gemeenten of eventueel daar buiten kunnen gaan uitvoeren.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen.
3. Waarvoor
krijgt u subsidie ?
Subsidiabele kosten zijn:
• de kosten van afgeronde cursussen en opleidingen van 20 en meer opleidingsdagen (40 dagdelen)
Niet-subsidiabele kosten zijn:
• loon- of verletkosten van personeel van de gemeente of het gemeentelijk
samenwerkingsverband.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• Aanschaf materiaal (bijvoorbeeld computers, kopi- eermachines, lcd-schermen, soft ware, fi pover e.d.).
• BtW, omdat de gemeente deze in aftrek kan brengen via het BtW-compensatiefonds.
• Kosten gemaakt voor de ontvangst van de subsi- dieaanvraag zijn niet subsidiabel. nB tot 1 decem- ber 2007 kunnen aanvragen worden ingediend voor opleidingen die in de drie daaraan voorafgaande maanden zijn gestart.
4. Hoe hoog is de subsidie?
u krijgt 50% subsidie van de subsidiabele kosten zolang er budget voor deze regeling beschikbaar is. u kunt tot 1 januari 2009 een subsidieaanvraag indienen. een aanvraag kan betrekking hebben op dezelfde cursussen en opleidingen voor alle deel- nemers, maar ook op per deelnemer uiteenlopende cursussen of opleidingen.
Stimuleringsregeling
Scholingsregeling Inzetbaarheid 1 september 2007-1 januari 2009
Stimuleringsregeling
Scholingsregeling Inzetbaarheid 1 september 2007-1 januari 2009
Per gemeente is er een maximum toe te kennen subsidiebedrag vanuit deze stimuleringsregeling vastgesteld op basis van het aantal medewerkers (fte’s) (zie de tabel).
Aantal fte’s maximaal in dienst bij de gemeente bedrag in euro’s
meer dan 3500 150.000
1001 t/m 3500 100.000
501 t/m 1000 75.000
101 t/m 500 50.000 1 t/m 100 25.000
5. Hoe vraagt u subsidie aan?
de aanvraag kan digitaal worden ingediend via www.aeno.nl. Op het aanvraagformulier vult u de volgende rubrieken in:
• gegevens van de contactpersoon.
Per deelnemer:
• naam, geslacht en leeftijd
• functie en hoogst genoten opleiding
• Start- en einddatum van de cursus/opleiding
• Het aantal opleidingsdagen/dagdelen (minimaal 20 opleidingsdagen/ 40 dagdelen)
• Kosten van de cursus/opleiding exclusief BtW.
Het aanvraagformulier print u uit en u draagt zorg voor de gevraagde handtekening. u stuurt het formulier naar het A+O fonds gemeenten.
6. Hoe wordt
de aanvraag beoordeeld?
Het A+O fonds beoordeelt de afzonderlijke aanvra- gen en de daarbij behorende kosten. Het A+O fonds toetst de aanvraag op de volgende punten:
• Zijn de gegevens van de deelnemers en de aanvrager volledig en duidelijk ingevuld?
• Hanteert het scholingsinstituut een marktconform tarief?
er wordt alleen subsidie toegekend voor succesvol afgeronde scholingstrajecten. dit dient u aan te tonen door middel van (deel)certificaten of een
worden aangetoond met cijferlijsten per schooljaar met daarbij een vermelding van overgang naar een volgend schooljaar.
7. Wanneer
subsidie aanvragen?
u kunt aanvragen indienen voor cursussen en opleidingen die starten tussen 1 september 2007 en 1 januari 2009.
Het bestuur van het A+O fonds gemeenten stelt het subsidiebedrag voor deze regeling in twee tranches beschikbaar. de eerste tranche start op 1 september 2007 en loopt tot 1 januari 2009 en de tweede tran- che vanaf 1 januari 2009 tot 1 januari 2011. Op basis van de ervaringen gedurende de eerste tranche kan het bestuur besluiten tot bijstelling van deze stimuleringsregeling.
8. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidieaan- vragen op volgorde van binnenkomst. Bepalend hierbij is de geregistreerde ontvangstdatum van de papieren aanvraag bij het A+O fonds.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de verwezenlijking van het doel van deze regeling.
9. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich om:
• gedurende en na afloop van uw aanvraag mee te werken aan het delen van uw ervaringen en het bekendmaken ervan in bijeenkomsten en publi caties zodat de gehele gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimule ringsregeling door het A+O fonds gemeenten.
Scholingsregeling inzetbaarheid
10. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken of teruggevorderd. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht subsidieaanvragen binnen deze regeling niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
11. Hoe verloopt het subsidieproces?
u dient een subsidieaanvraag in op de hierboven beschreven wijze. Het A+O fonds gemeenten regi- streert uw aanvraag op datum van binnenkomst per post.
Check
Vervolgens gaat het A+O fonds gemeenten na of u alle benodigde gegevens heeft verstrekt. deze controle is primair gericht op de vaststelling van de juistheid van de aangeleverde gegevens. Als gegevens ontbreken, of er twijfel is over de inhoud van de aanvraag, nemen wij contact met u op. u krijgt eenmalig de gelegenheid om de gegevens bij te stellen.
Blijft uw aanvraag onvolledig of onduidelijk, ook nadat gevraagd is ontbrekende gegevens te verstrek- ken of vragen te beantwoorden, dan neemt het A+O fonds gemeenten uw aanvraag niet in behandeling. u ontvangt hiervan een bericht (afwijzingsbeschikking).
Voorlopige beschikking
uiterlijk zes weken na ontvangst van uw aanvraag ontvangt u bericht van het A+O fonds gemeenten of de subsidie al dan niet wordt toegekend. Bij een positief besluit ontvangt u een voorlopige beschik- king met daarin genoemd het gereserveerde bedrag gebaseerd op de door u ingediende kostenbegroting.
Definitieve beschikking
Bij het declareren vult u via de aanvraagmodule op www.aeno.nl de declaratie in. u print het declaratie- formulier en stuurt deze op met
• kopieën van certificaten, diploma’s en cijferlijsten van de deelnemers waaruit blijkt dat de
scholing succesvol afgerond is.
• de facturen behorend bij de scholing en het bewijs dat deze facturen daadwerkelijk betaald zijn.
u stuurt de declaratie naar A+O fonds gemeenten, t.a.v. rachida Soussi.
tot uiterlijk 31 december 2009 kunt u uw eind- declaratie indienen. Aan de einddeclaratie voegt u de kopieën van de certificaten en diploma’s toe, alsmede de cijferlijsten van langlopende mBO- en HBO-opleidingen, inclusief de verklaring van over- gang naar een volgend schooljaar. Binnen zes weken na het indienen van de einddeclaratie ontvangt u een eindafrekening.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen – binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
12. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten rachida Soussi Postbus 30435 2500 gK den Haag 070-3738385 subsidies@aeno.nl www.aeno.nl
1. Waarom
de stimuleringsregeling Loopbaanbeleid
brandweer?
de Sociale Partners in de gemeentelijke sector - het College voor Arbeidszaken, ABVAKABO fnV, CnV Publieke Zaak en CmHf - willen brandweerkorpsen en hun medewerkers ondersteunen bij de uitvoering van de CAO-afspraken over loopbaanbeleid voor medewerkers in bezwarende functies. de brand- weer heeft beperkte ervaring met loopbaanbeleid.
daarom ondersteunt het A+O fonds gemeenten op verzoek van de Sociale Partners deze omslag in werken en denken in een landelijk programma. de stimuleringsregeling loopbaanbeleid brandweer is onderdeel van dit programma.
Het doel van deze regeling is gemeenten en brand- weerkorpsen te stimuleren actief mee te werken aan de ontwikkeling en invoering van loopbaanbeleid voor medewerkers in bezwarende functies bij de brandweer.
Onder een bezwarende functie verstaan de Sociale Partners een functie waarvoor de betreffende gemeente het functioneel leeftijdsontslag had vastgesteld en die ook daadwerkelijk bezwarend is (Onderhandelingsakkoord CAO gemeenten 2005- 2007). een bezwarende functie defi niëren zij als: “een betrekking met een hoge belasting door het
frequent draaien van piket of het werken in rooster diensten en deelname aan daaruit voortvloeiende werkzaamheden in de uitruk met als gevolg een verhoogde kans op gezondheidsklachten”.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr-uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen. Brandweerkorpsen kunnen als onderdeel van een gemeentelijke organisatie en/of gemeentelijk samenwerkingverband ook een aanvraag indienen. indien er sprake is van een samenwerkingsproject van meerdere gemeenten of korpsen, benoemen zij één gemeente of korps die optreedt als penvoerder. Ook de nVBr kan een aanvraag indienen.
3. Waarvoor
krijgt u subsidie ?
u kunt subsidie aanvragen voor projecten die bijdra- gen aan de ontwikkeling en invoering van loopbaan- beleid voor medewerkers in bezwarende functies bij de brandweer. er is een toetsingscommissie die alle aanvragen beoordeelt.
Stimuleringsregeling Loopbaanbeleid brandweer
Loopbaanbeleid brandweer
De toetsingscommissie let daarbij vooral op de volgende criteria:
• draagt het project bij aan de ontwikkeling van loopbaanbeleid voor bezwarende medewerkers bij de brandweer?
• is het project vernieuwend? is de aanpak niet of beperkt in de brandweersector geïmplementeerd en is het nieuw ten opzichte van eerder toegewezen subsidieaanvragen?
• is de aanpak in het project overdraagbaar? Kunnen andere korpsen het ook toepassen?
• Heeft het project voldoende draagvlak binnen de aanvragende organisatie(s)?
Voorbeelden van te subsidiëren projecten zijn:
• Het ontwikkelen en starten van een uitwisselings- of stageprogramma waarbij brandweermedewerkers bijvoorbeeld stage lopen bij andere gemeentelijke diensten of regionale werkgevers en vice versa.
• de opzet en startfase van een regionaal mobiliteits- centrum voor brandweermedewerkers.
• de ontwikkeling en uitvoering van een diensten- pakket voor brandweermedewerkers door een gemeentelijk mobiliteit-of loopbaancentrum.
• de ontwikkeling 2e-loopbaantrajecten waarbij door middel van eVC-, opscholings- en omscholings- programma’s brandweermedewerkers toewerken naar een niet-bezwarende functie.
• Het ontwikkelen en starten van regionale samen- werkingsverbanden met regionale werkgevers en opleidingsinstituten om 2e-loopbaantrajecten te realiseren.
Subsidiabele kosten
in deze regeling komen de volgende kostensoorten voor subsidie in aanmerking:
1 inhuren van een extern bureau.
2 inhuren van een intern bureau.
3 Overdraagbare iCt-programma’s waarbij het eigendomsrecht bij de aanvrager of het A+O fonds ligt. Voor andere gemeenten of de sociale partners zijn de kosten laag als zij ook met dit programma aan de slag willen.
4 locatiekosten en catering voor trainingen, work- shops e.d.
5 Verletkosten voor het vrijmaken van één medewer- ker. dit bedrag mag maximaal 50% van de subsidi- abele kosten van 1 t/m 6 beslaan.
6 de accountantskosten bij een einddeclaratie van
Ad 5) is er sprake van verletkosten dan geeft de aanvrager aan welke medewerker wordt vrijge- maakt (maximaal één medewerker),
het aantal benodigde dagen (maximaal 1 fte), de periode (maximaal 2 jaar) en de inschaling op die datum. Vervolgens worden de verletkosten begroot op basis van de uurloontabel van het A+O fonds gemeenten (zie www.aeno.nl).
de directeur van de organisatie of dienst parafeert dit document.
Bij de eindverantwoording verklaart de betreffende medewerker hoeveel dagen/
dagdelen/uren daadwerkelijk voor het project zijn ingezet. Ook hier ondertekent de directeur van de organisatie of dienst. tevens wordt een kopie van de salarisstrook bijgevoegd.
Niet-subsidiabele kosten
de regeling biedt géén subsidie voor de volgende kostensoorten:
• loon- of verletkosten van personeel dat de trainin- gen, workshops e.d. volgt.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• Aanschaf materiaal (computers, kopieermachines, lcd-schermen, flipover e.d.).
• BtW (de gemeente kan deze in aftrek brengen via het BtW-compensatiefonds).
• Kosten gemaakt voor projectactiviteiten vóór de ontvangstdatum van de subsidieaanvraag.
4. Hoe hoog is de subsidie?
de maximale subsidie bedraagt 50% van de aan- toonbare subsidiabele kosten van het project tot een maximum van € 50.000. Voor een project dat € 70.000 kost, waarvan € 50.000 aan subsidiabele kosten, kunt u maximaal € 25.000 subsidie ontvangen. Voor een project dat € 200.000 kost, waarvan 150.000 subsidia- bele kosten, ontvangt u € 50.000 aan subsidie. u kunt voor maximaal drie verschillende projecten subsidie aanvragen.
Bij een samenwerkingsproject van minimaal drie gemeenten of korpsen is de maximale subsidie
€ 100.000.
5. Hoe vraagt u subsidie aan?
een subsidieaanvraag bestaat uit een aanvraag- formulier, een projectvoorstel en een begroting.
Het aanvraagformulier vindt u op www.aeno.nl.
Het bevat vragen over uw organisatie en het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd. dit ingevulde formulier wordt ondertekend door de portefeuillehou- der P&O van de gemeente of de gemeentesecretaris én de brandweercommandant van de aanvragende gemeente. Bij de aanvraag vanuit een veiligheidsregio ondertekenen de brandweercommandant en de voorzitter van het regiobestuur de aanvraag.
Verder geeft de Or een instemmingsverklaring af.
Het projectvoorstel bevat een plan van aanpak, met in ieder geval:
• de aanleiding voor het project.
• Het doel.
• de beoogde resultaten voor de organisatie én de medewerkers (kwantitatief resultaat en proces- resultaat).
• de projectorganisatie.
• eventuele samenwerkingspartners.
• de planning.
• de wijze van evaluatie.
de begroting maakt duidelijk voor welke activiteiten u welke kosten verwacht te gaan maken. indien er offertes zijn aangevraagd, stuurt u een kopie mee.
Verletkosten onderbouwt u met de uurloontabel van het A+O fonds gemeenten (zie www.aeno.nl).
Het ingevulde en ondertekende aanvraagformulier stuurt u samen met het projectvoorstel en de begro- ting op naar het A+O fonds gemeenten. u doet dat bij voorkeur zowel per post als per mail.
6. Wanneer kunt
u subsidie aanvragen?
u kunt subsidie aanvragen in twee perioden.
de eerste periode loopt van 1 juli 2007 tot 29 februari 2008. de tweede aanvraagperiode loopt van 1 maart
Het A+O fonds gemeenten behoudt zich het recht voor om de regeling bij te stellen in de tweede aanvraagperiode. deze bijstelling meldt het A+O fonds via de digitale nieuwsbrief en op www.aeno.nl.
Bij al onze regelingen geldt dat aanvragen in behan- deling worden genomen zolang er budget is. Als het budget van deze regeling uitgeput raakt, sluit het A+O fonds de regeling. Het A+O fonds meldt dit tijdig via de digitale nieuwsbrief en de website.
7. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds registreert de ontvangstdatum van subsidieaanvragen bij binnenkomst. die datum is bepalend.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de verwezenlijking van het doel van deze regeling.
• Als aanvragen voldoen aan de screening van het A+O fonds gemeenten, worden ze op volgorde van binnenkomst beoordeeld door de toetsingscommis- sie. deze komt een aantal keer per jaar bij elkaar.
8. Wat zijn uw plichten?
• tijdens en na afloop van uw project werkt u mee aan het delen en bekendmaken van uw
ervaringen in bijeenkomsten of publicaties zodat de gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• u werkt mee aan de evaluatie van de stimulerings- regeling door het A+O fonds gemeenten.
• u meldt wijzigingen in het project direct schriftelijk aan het A+O fonds.
9. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken of teruggevorderd. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht subsidieaanvragen binnen deze regeling niet te accepteren. dit zal altijd met redenen
Loopbaanbeleid brandweer
10. Hoe verloopt het subsidieproces?
u dient een subsidieaanvraag in op de hiervoor beschreven wijze. Het A+O fonds gemeenten regi- streert uw aanvraag op datum van binnenkomst en stuurt een ontvangstbevestiging waarin deze datum wordt vermeld.
Check
uw aanvraag wordt bekeken door medewerkers van het A+O fonds gemeenten. is de aanvraag volledig, duidelijk en voldoet deze aan de criteria dan gaat de aanvraag naar de toetsingscommissie. Zijn er twijfels bij uw aanvraag, dan neemt het A+O fonds contact met u op. u krijgt eenmalig de gelegenheid om de aanvraag bij te stellen.
Blijft uw aanvraag onvolledig of onduidelijk, dan neemt het A+O fonds gemeenten uw aanvraag niet in behandeling. u ontvangt hiervan een bericht (afwij- zingsbeschikking).
Voorlopige beschikking
een toetsingscommissie beoordeelt uw aanvraag.
deze bestaat uit twee werkgeversvertegenwoordi- gers en twee werknemersvertegenwoordigers uit de stuurgroep loopbaanbeleid brandweer plus de projectleider. in 2007 komt de toetsingscommissie in september en november bij elkaar om de ingediende voorstellen te beoordelen. in 2008 komt de commis- sie zes keer bijeen. Op www.aeno.nl vindt u de data.
Aanvragen moeten uiterlijk drie weken vóór deze data worden ingediend om meegenomen te kunnen worden.
uiterlijk twee weken nadat uw aanvraag is behandeld in de toetsingscommissie, ontvangt u bericht. Bij een positief besluit ontvangt u een voorlopige beschik- king. daarin wordt het bedrag genoemd dat het A+O fonds reserveert ten behoeve van uw aanvraag. Bij een beschikking van meer dan € 25.000 ontvangt u een voorschot van 50 % van de voorlopige beschik- king. Bij een negatief besluit ontvangt u een afwij- zingsbeschikking met de reden van afwijzing.
Definitieve beschikking
Als uw project is afgerond, dient u binnen acht weken een verzoek bij het A+O fonds gemeenten in tot
definitieve vaststelling van de subsidie. dit kan tot uiterlijk 1 augustus 2009.
Bij uw verzoek tot definitieve vaststelling ontvangt het A+O fonds de volgende stukken:
• een inhoudelijke rapportage van de uitvoering van het project.
• de einddeclaratie conform het
Verantwoordingsprotocol financiën 2007-2010.
• een accountantsverklaring indien het subsidiebe- drag hoger is dan € 25.000.
• een verklaring van de Ondernemingsraad dat het project is uitgevoerd conform de rapportage.
Binnen acht weken na ontvangst van de volledige eindverantwoording stelt het A+O fonds de definitieve subsidietoekenning vast. Het A+O fonds stuurt een definitieve beschikking waarin het subsidiebedrag staat dat uw gemeente ontvangt. uitbetaling volgt daarna.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen – binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten. de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
11. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten marieke de feyter Postbus 30435 2500 gK den Haag 070 – 373834
mariekedefeyter@aeno.nl www.aeno.nl
1. Waarom de regeling Starten van een regionaal netwerk voor reïntegratie?
in het kader van het Aanvullend Arboconvenant gemeenten zijn in 2006 drie regionale pilot-projecten afgerond gericht op regionale samenwerking van gemeenten bij reïntegratie. deze
pilotprojecten lieten zien dat regionale samenwerk- ing veel oplevert: uitplaatsingsmogelijkheden (reïntegratie 2e spoor) of een tijdelijke uitplaatsing van een medewerker als onderdeel van
reïntegratie worden eenvoudiger. Kennisuitwisseling en deskundigheidsbevordering leiden tot
verbetering van het eigen verzuim- en reïntegratie- beleid. de regionale samenwerking draagt bij aan verzuimreductie en kostenbesparingen voor gemeenten. en voor medewerkers ontstaan er meer mogelijkheden om langdurig verzuim en arbeidsongeschiktheid te voorkomen. daarnaast liet een kosten-batenanalyse van de pilotprojecten zien dat een regionaal reïntegratienetwerk
voor deelnemende gemeenten rendabel is. Kortom, het is lonend om een regionaal netwerk voor reïntegratie te starten.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen. indien er sprake is van een samenwerkingsproject van meerdere gemeenten, benoemen deze gemeenten één gemeente die optreedt als penvoerder.
3. Waarvoor krijgt u subsidie ?
u kunt subsidie aanvragen voor:
• Ondersteuning door een ervaren adviseur bij het starten van een regionaal netwerk
voor reïntegratie.
• interne projectleiderskosten voor de eerste stap- pen.
• Startbijeenkomsten en verzuimanalyses.
• Het ontwikkelen van een projectplan.
Stimuleringsregeling
Starten van een regionaal netwerk voor reïntegratie
Starten van eenregionaal netwerk voor reïntegratie
4. Hoe hoog is de subsidie?
Het A+O fonds ondersteunt regio’s bij de opzet van een regionaal netwerk voor reïntegratie door een subsidiebudget van maximaal € 50.000 beschik- baar te stellen. de kosten voor activiteiten
genoemd onder 3 worden volledig gesubsidieerd door het A+O fonds gemeenten om de start van een regionaal netwerk voor reïntegratie mogelijk te maken. Hierna dient het netwerk gefinancierd te worden door de deelnemende gemeenten.
5. Hoe vraagt u subsidie aan?
Wilt u aan de slag gaan met een regionaal netwerk voor reïntegratie en wilt u hiervoor subsidie benutten, neem dan telefonisch of per mail contact op met het projectteam gezond Werk van het A+O fonds. een startplan is nodig voor het kunnen toekennen van subsidie. Zie verder ook de handreik- ing ‘de kracht van samenwerken’ en overige onders- teuningsmogelijkheden op www.aeno.nl.
6. Wanneer kunt u subsidie aanvragen?
u kunt subsidie aanvragen vanaf 1 mei 2007.
Het subsidieprogramma heeft een looptijd tot 1 januari 2011. tussentijdse evaluaties kunnen leiden tot bijstellingen van de stimuleringsregeling.
7. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidie- aanvragen in volgorde van binnenkomst, bepalend hierbij is de geregistreerde ontvangstdatum bij het A+O fonds gemeenten.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de
verwezenlijking van het doel van deze regeling.
8. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich:
• Wijzigingen in het project direct schriftelijk aan ons te melden.
• na afloop mee te werken aan het delen van uw ervaringen met anderen en het bekendmaken ervan zodat de gehele gemeentelijke sector hier- van kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimuler- ingsregeling door het A+O fonds gemeenten.
9. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht declaraties niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
10. Hoe verloopt het subsidieproces?
Check
na binnenkomst van uw aanvraag stuurt het A+O fonds gemeenten u een ontvangstbevestiging.
Het A+O fonds controleert uw aanvraag en neemt alleen complete aanvragen in behandeling. u krijgt eenmalig de gelegenheid om eventueel ontbrekende gegevens aan te vullen en/of eentoelichting te geven.
Blijft uw aanvraag toch onvolledig of onduidelijk, dan neemt het A+O fonds die niet in behandeling en krijgt u een afwijzingsbeschikking.
Voorlopige beschikking
Binnen acht weken na ontvangst van uw volledige aanvraag ontvangt u bericht of uw subsidie voorlopig wordt toegekend, en om welk bedrag het gaat.
Definitieve beschikking
Binnen acht weken na afronding van uw project stuurt u het A+O fonds een verzoek tot definitieve vaststelling van de subsidie. Hierbij horen:
• een declaratieformulier
• een einddeclaratie conform het
Verantwoordingsprotocol financiën 2007-2010
• Kopieën van facturen of, als de declarabele kosten meer dan € 25.000 bedragen, een
accountantsverklaring.
• Betalingsbewijs (bankafschrift of bewijs van ontvangstbetaling van het betreffende bureau).
uiterlijk acht weken nadat deze informatie compleet ontvangen is, stuurt het A+O fonds u een definitieve beschikking met het subsidiebedrag dat uw gemeente krijgt. uitbetaling volgt daarna.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen– binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan.
daarna staat er geen rechtsgang meer open.
11. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten Projectteam gezond Werk renz davits, esther loozen Postbus 30435
2500 gK den Haag 070 – 3738392 gezondwerk@aeno.nl www.aeno.nl
Starten van eenregionaal netwerk voor reïntegratie
1. Waarom de regeling preventiemaatregelen en aanpak verzuim?
gezonde arbeidsomstandigheden en laag ziektever- zuim blijven belangrijke thema’s voor gemeenten.
medewerkers die worden geconfronteerd met agres- sie, signalen over een hoge werkdruk, het belang van langer doorwerken en gezond oud kunnen worden in het werk vragen om een goed preventiebeleid. Ook de nieuwe WiA-wetgeving maakt blijvende aandacht voor verzuim- en reïntegratiebeleid noodzakelijk. Het A+O fonds gemeenten ondersteunt u hierbij met een nieuw subsidieprogramma.
2. Wie
kan subsidie aanvragen ?
gemeentelijke overheidswerkgevers en/of gemeen- telijke samenwerkingsverbanden (instellingen die onder de CAr of de CAr/uWO vallen) kunnen subsidie aanvragen. indien er sprake is van een samenwerkingsproject van meerdere gemeenten, benoemen deze gemeenten één gemeente die optreedt als penvoerder.
3. Waarvoor
krijgt u subsidie ?
u kunt subsidie ontvangen voor maatregelen uit uw plan van aanpak arbo of voor het terugdringen van het ziekteverzuim. Bijvoorbeeld:
• Advies en ontwikkelen preventiebeleid, zoals het opstellen van een agressiebeleid.
• Voorlichting en training van medewerkers gericht op arbeidsrisico’s zoals omgaan met agressie, tilcursussen, cursussen omgaan met werkdruk/
werkstress en VCA-cursussen.
• maatregelen gericht op de aanpak van werkdruk.
• Verdiepend of vervolgonderzoek naar arbeidsrisi- co’s en gebruik van de Arbomonitor gemeenten (de arbobenchmark voor gemeenten; zie www.aeno.nl).
• (Bij)scholing van medewerkers met preventietaken en/of de preventiemedewerker.
• trajecten gericht op de aanpak van hoog verzuim met bijvoorbeeld een verzuimanalyse of quick scan, consensusbijeenkomst, training en coaching.
Verder:
• Kosten van externe en interne opleidingsbureaus zijn subsidiabel.
• locatie- en cateringkosten bij trainingen en workshops komen eveneens in aanmerking voor subsidie.
• Bij een einddeclaratie met een subsidiabel bedrag hoger dan € 25.000 is een accountantsverklaring verplicht. deze accountantskosten zijn eveneens subsidiabel.
Stimuleringsregeling
Preventiemaatregelen en aanpak verzuim
met behulp van de Berekenaar Verzuimtargets op www.aeno.nl kunt u nagaan wat het laagst haalbare verzuim in uw gemeente is.
Het A+O fonds ondersteunt trajecten om uw verzuimdoelstellingen te kunnen halen.
Waarvoor kunt u géén subsidie krijgen?
• uitvoering van de risico-inventarisatie en -evalu- atie, preventief medisch onderzoek en kosten verbonden aan bedrijfshulpverlening.
• Activiteiten die verplicht zijn volgens de Wet verbetering Poortwachter.
• Activiteiten gericht op algemene gezondheidsrisi- co’s ten gevolge van de levensstijl. Subsidie dient gericht te zijn op de aanpak van arbeidsrisico’s, waarbij zoveel mogelijk naar een bronaanpak wordt gestreefd.
• loonkosten van medewerkers.
• loon- of verletkosten van personeel dat trainin- gen, workshops, cursussen en dergelijke volgt.
• Kosten gemaakt voor projectactiviteiten vóór de ontvangstdatum van de subsidieaanvraag.
• reis- en verblijfkosten van personeel.
• Aanschafkosten van materiële zaken (zoals ergonomisch verantwoord meubilair, pc’s, kopiee- machines, lcd-schermen, software, flipovers).
• BtW omdat de gemeente deze reeds in aftrek kan brengen via het BtW-compensatiefonds.
4. Hoe hoog is de subsidie?
Voor preventiemaatregelen en de aanpak van verzuim kunt u per jaar een basisbedrag krijgen van
€ 3.000 en daarbovenop per fte een bedrag van € 8.
Hierbij geldt een cofinanciering van 50%: u betaalt dus (ten minste) de helft van de gesubsidieerde activiteiten zelf. u kunt per jaar subsidie aanvragen (dus voor 2007 en daarna opnieuw voor 2008, 2009 en 2010).
Rekenvoorbeelden
Uw gemeente heeft 200 fte.
Hoeveel subsidie krijgt u?
1. Voor een project dat € 9.500 kost, krijgt u:
€ 3.000 + (200 x € 8,00 = € 1.600) = totaal € 4.600.
u betaalt dan € 4.900 zelf.
2. Voor een activiteit die € 4.500 kost, is de subsidie niet € 4.600 maar (50% x € 4.500 =) € 2.250, omdat de regel geldt dat u ten minste de helft zelf betaalt. Het resterende subsidiebedrag dat u nog in dit jaar voor een andere activiteit kunt benutten bedraagt € 2.350,-.
Om de subsidie gelijkmatig te kunnen verdelen over gemeenten van verschillende grootteklassen is de subsidie aan de g4-gemeenten jaarlijks gelimiteerd. Voor Amsterdam en rotterdam is de jaarlijkse subsidie maximaal € 45.000 en voor utrecht en den Haag maximaal € 25.000.
5. Hoe vraagt u subsidie aan?
Voor een subsidieaanvraag vult u het bij de regeling behorende aanvraagformulier, te vinden op www.
aeno.nl, volledig digitaal in. u print deze uit en zorgt ervoor dat de Or en de aanvrager hun handtekenin- gen plaatsen. u voegt een kopie van de offerte van de uitvoerende instantie toe. en indien aanwezig het projectplan. deze documenten stuurt u naar het A+O fonds gemeenten.
Preventiemaat-regelen en aanpak verzuim
6. Wanneer kunt u subsidie aanvragen?
Het bestuur van het A+O fonds gemeenten stelt het subsidiebedrag voor deze regeling in vier tranches beschikbaar. Het jaarbudget van € 350.000 is gekop- peld aan activiteiten die in dat jaar uitgevoerd wor- den. de eerste tranche start op 1 mei 2007 en loopt tot en met 31 december 2007, de regeling is per 1 juni online beschikbaar. Alleen in dit eerste jaar kunnen aanvragen in de eerste maand met terugwerkende kracht tot 1 mei 2007 worden ingediend. daarna geldt de standaard regel: geen vergoeding voor activiteiten die hebben plaatsgevonden voor de ontvangstdatum van de subsidieaanvraag bij het A+O fonds.
u kunt gedurende de looptijd van deze stimulerings- regeling maximaal drie aanvragen per jaar indienen totdat het maximaal toe te kennen subsidiebedrag voor uw gemeente in de tranche is bereikt of het beschikbare budget voor deze regeling is uitgeput.
7. Wat zijn
verdere spelregels?
• Het A+O fonds gemeenten behandelt subsidieaan- vragen in volgorde van binnenkomst,
bepalend hierbij is de geregistreerde ontvangst- datum bij het A+O fonds gemeenten.
• Subsidies worden toegekend zolang er middelen voor deze regeling beschikbaar zijn.
• Alleen volledig ingevulde en complete aanvragen worden in behandeling genomen.
• Het A+O fonds gemeenten honoreert slechts die aanvragen die bijdragen aan de
verwezenlijking van het doel van deze regeling.
8. Wat zijn uw plichten?
Als u subsidie ontvangt, verplicht u zich:
• Wijzigingen in het project direct schriftelijk aan ons te melden.
• gedurende en na afloop van uw project mee te werken aan het delen van uw ervaringen met anderen en het bekendmaken ervan zodat de gehele gemeentelijke sector hiervan kan leren.
• mee te werken aan de evaluatie van de stimule- ringsregeling door het A+O fonds gemeenten.
9. Wat bij misbruik?
Als een aanvrager aantoonbaar onrechtmatig gebruik maakt van een subsidie, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken. in dat geval heeft het A+O fonds gemeenten het recht declaraties niet te accepteren. dit zal altijd met redenen worden omkleed.
10. Hoe verloopt het subsidieproces?
na binnenkomst van uw aanvraag stuurt het A+O fonds gemeenten u een ontvangstbevestiging.
Check
Het A+O fonds controleert uw aanvraag en neemt alleen complete aanvragen in behandeling. u krijgt eenmalig de gelegenheid om eventueel ontbrekende gegevens aan te vullen en/of een toelichting te geven.
Blijft uw aanvraag toch onvolledig of onduidelijk, dan neemt het A+O fonds die niet in behandeling en krijgt u een afwijzingsbeschikking.
Voorlopige beschikking
Binnen acht weken na ontvangst van uw volledige aanvraag ontvangt u bericht of uw subsidie voorlopig wordt toegekend, en om welk bedrag het gaat.
Definitieve beschikking
Binnen acht weken na afronding van uw project stuurt u het A+O fonds een verzoek tot definitieve vaststelling van de subsidie. Hierbij horen:
• een declaratieformulier.
• een einddeclaratie conform het
Verantwoordingsprotocol financiën 2007-2010
• Kopieën van facturen of, als het subsidiebedrag hoger is dan € 25.000, een accountantsverklaring.
• Betalingsbewijs (bankafschrift of bewijs van ontvangstbetaling van het betreffende bureau).
uiterlijk acht weken nadat deze informatie compleet ontvangen is, stuurt het A+O fonds u een
definitieve beschikking met het subsidiebedrag dat uw gemeente krijgt. uitbetaling volgt daarna.
Beroepsprocedure
indien u zich niet kunt vinden in een besluit van het A+O fonds gemeenten kunt u hiertegen
– binnen 6 weken – schriftelijk in beroep gaan bij het bestuur van het A+O fonds gemeenten.
de beroepsprocedure is de enige mogelijkheid om tegen een beschikking in beroep te gaan. daarna staat er geen rechtsgang meer open.
11. Meer informatie over deze regeling?
A+O fonds gemeenten Projectteam gezond Werk esther loozen en renz davits Postbus 30435
2500 gK den Haag 070 – 3738822 gezondwerk@aeno.nl www.aeno.nl
Preventiemaat-regelen en aanpak verzuim
te veel mensen doen door omstandigheden niet mee aan het arbeidsproces. Vooral minder kansrijke jongeren en gedeeltelijk arbeidsgeschikten dreigen noodgedwongen aan de kant te blijven staan. maar hoe kun je je talent tonen als je daarvoor geen tweede kans krijgt?
de stimuleringsregeling Stages, een kans! van het A+O fonds gemeenten subsidieert daarom gemeen- ten die specifi eke aandachtsgroepen een kans bieden werkervaring op te doen binnen hun gemeentelijke organisatie. met (werk)stages en werkervarings- plaatsen binnen uw gemeente draagt u bij aan de vergroting van kansen op de arbeidsmarkt.
de regeling Stages, een kans! ondersteunt ook de afspraken tussen werkgevers en werknemers in de gemeentelijke sector over stimulering van de inzet van gedeeltelijk arbeidsgeschikten, het bevorderen van mobiliteit en het bevorderen van instroom van allochtonen.
Wij vertrouwen erop dat u kansen biedt in uw gemeentelijke organisatie.
1. Waarom de regeling Stages, een kans!
de lOgA-partijen (het College voor Arbeidszaken, ABVAKABO fnV, CnV Publieke Zaak en CmHf) vinden het belangrijk dat gemeenten stageplaatsen aanbieden. gemeenten doen dit al in grote mate voor jongeren in opleiding. Voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt blijkt echter extra inspanning noodzakelijk. Juist voor hen is een stage of werkervaringsplaats van wezenlijk belang om (nieuwe) werkervaring op te doen. Het A+O fonds gemeenten wil met deze regeling met name stages bestemd voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten en allochtonen een extra impuls geven.
maar ook voor het eigen mobiliteitsbeleid is het instrument ‘stage’ nuttig: tijdelijk werken bij een andere organisatie - in de vorm van een stage – blijkt horizon verruimend. Of het nu gaat om een korte oriënterende stage of een wat langere reïntegratie- stage, de nieuwe omgeving geeft veelal een impuls aan de individuele loopbaanoriëntatie.
