- C O N C E P T -
VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE FYSIEKE INFRASTRUCTUUR, GEHOUDEN OP DINSDAG 21 OKTOBER 2008 OM 19.30 UUR IN DE RAADZAAL VAN HET GEMEENTEHUIS IN ZEVENBERGEN
Aanwezig: J.M. Moerland, voorzitter C. Huijssoon, lid (tot 23.00 uur) P.J. Jongbloed, lid
J. Oskam, lid
C.M. Peters-van de Weijgaert, lid (tot 22.30 uur) W.M. de Pijper, plaatsvervangend lid
H.M.J. Rubbens, lid K. van Schenk Brill, lid
C.L.P. Verschuuren, plaatsvervangend lid G. de Vos, lid
J.A.M. Hereijgers, griffier
Verder aanwezig: A. Grootenboer-Dubbelman, wethouder (bij agendapunt 5, 9.1 en 9.5) L.M. Koevoets, wethouder (bij agendapunt 6.01, 9.2, 9.3 en 9.6) M.G. de Wit-Greuter, wethouder (bij agendapunt 7.01 en 9.10) M. Braat, afdeling S&A (bij agendapunt 9.2)
M. Gijzen, afdeling S&A (bij agendapunt 9.6) C. Mol, afdeling S&A (bij agendapunt 9.10) M. Simons, afdeling P&G (bij agendapunt 9.1) L. Willems, afdeling P&G (bij agendapunt 9.5) H.M. Vonk-Schenkel, verslaglegging
Afwezig: J.A. Ooijen, lid (met kennisgeving) E. de Visser, lid (met kennisgeving) C. Punt, lid (met kennisgeving)
A. van de Wetering, lid (met kennisgeving).
1. Opening
De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom, in het bijzonder het aanwezige publiek. Bericht van verhindering is ontvangen van de heren Ooijen, De Visser, Punt en Van de Wetering. Als plaatsvervangende leden zijn aanwezig de heren De Pijper en Verschuuren.
2. Vaststelling van de agenda
De voorzitter deelt mee dat agendapunt 9.9 vervalt omdat hiervoor geen stukken zijn. Bij agendapunt 9.10 heeft zich een inspreker gemeld, spreker stelt voor dit agendapunt te behandelen na agendapunt 8. De commissie gaat hiermee akkoord.
De agenda wordt, met inachtneming van bovenstaande wijzigingen, vastgesteld.
3. Vaststelling van de verslagen van de vergaderingen d.d. 9 september 2008 en 23 september 2008
De verslagen worden zonder op- of aanmerkingen vastgesteld.
4. Mededelingen
4.1 Door de voorzitter
Er zijn geen mededelingen.
4.2 Vanuit het college Er zijn geen mededelingen.
5. Mogelijkheid tot vragen van inlichtingen aan leden van het college van burgemeester en wethouders, alsmede vragen naar aanleiding van beantwoording artikel 37 vragen
De voorzitter zegt dat door de heer Verschuuren vragen zijn ingediend inzake Fort de Hel.
De heer Verschuuren zegt dat de heer Kastelein bij brief van 23 september 2008 verzoekt om medewerking teneinde Fort de Hel vanaf de Maltaweg te kunnen ontsluiten zoals is opgenomen in de Zuiderfrontier van West-Brabant, te zien op een door de Grontmij gemaakte tekening die deel uitmaakt van het dossier Fort de Hel. Is het college bereid hieraan mee te werken? Tevens vraagt de heer Kastelein expliciet om hem snel op de hoogte te brengen van de handelingen die hij moet verrichten om vergunning te krijgen voor het inrichten van parkeerplaatsen op eigen grond. Is het college bereid om hierover zo spoedig mogelijk met de heer Kastelein in overleg te treden? Spreker ziet het verzoek als een goede opening om tot een betere samenwerking te komen en om de verkeersoverlast en het wild parkeren aan de Helsedijk tegen te gaan. Hij wil graag van het college weten of men dit standpunt deelt en als dat niet zo is, wil spreker graag daarvan de redenen vernemen. Wil en kan het college aangeven binnen welke tijd een dergelijk gesprek met de heer Kastelein kan worden gehouden? Is het college bereid toe te zeggen dat in deze commissie tweemaandelijks verslag wordt uitgebracht van de stand van zaken van dit verzoek?
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt over de ontsluiting van Fort de Hel dat uit de brief van de heer Kastelein blijkt dat het verzoek geen ontsluiting van het fort betreft, maar een ontsluiting van gronden die de heer Kastelein zelf in eigendom heeft. Deze gronden zijn geen eigendom van Fort de Hel en kunnen dat ook niet zijn, omdat Fort de Hel geen rechtspersoon is en het eigenlijke fort eigendom is van de gemeente. Uit de brief van de heer Kastelein blijkt niet duidelijk of deze moet worden gelezen als een daadwerkelijk verzoek om aansluiting van het terrein of als een verzoek om informatie. Het terrein ligt in het bestemmingsplan Buitengebied en heeft de gebiedsbestemming “gebied met verweving van natuur-, recreatie- en landschapswaarden”. Binnen deze zone is het niet mogelijk om kavelpaden aan te leggen. Het aanleggen van een inrit is dan ook niet mogelijk.
Een ontsluiting van het fort via het huidige fietspad is niet wenselijk. Hierbij spelen verschillende overwegingen een rol:
- De huidige inrichting van het fietspad is technisch niet berekend op autoverkeer en vraagt dan ook een ingrijpende aanpassing.
- De toegangsroute tot de Maltaweg is bewust afgesloten en alleen door fietsers te gebruiken omdat een doorgaande verkeersroute voor auto’s te veel sluipverkeer met zich meebrengt.
Het realiseren van een aansluiting op de Maltaweg voor auto’s zal gecombineerd moeten worden met een afsluiting van de Helsedijk op een andere locatie zodat geen doorgaande route ontstaat en de percelen aan de Helsedijk 10 en de Westdijk 2,4 en 6 goed ontsloten blijven en het fort goed bereikbaar blijft voor verkeer ten behoeve van het laden en lossen van goederen.
- De huidige weg (fietspad) zal verbreed moeten worden om tweerichtingsverkeer mogelijk te maken en een goede fietsroute te garanderen.
- De veiligheid van de fietsroute moet gewaarborgd worden, het is onduidelijk wat de gevolgen zullen zijn voor de veiligheid omdat er geen duidelijkheid bestaat over het soort verkeer en de verkeersaantallen, welke naast fietsers gebruik zullen maken van de nieuwe route.
- De dijk is aangemerkt als een primaire waterkering in het bestemmingsplan Buitengebied, door het waterschap wordt de dijk aangemerkt als een secundaire waterkering; dit betekent dat overleg met het waterschap noodzakelijk is voor werkzaamheden die hier plaatsvinden.
- De verkeersveiligheid van een aansluiting op de Maltaweg zal moeten worden aangetoond, gezien de directe nabijheid van de afrit van de snelweg en de huidige oversteekplaats.
Uit de laatste overweging blijkt dat het wenselijk wordt geacht om, op grond van de uitkomsten van het lopende onderzoek, in samenspraak met de heer Kastelein en andere betrokken partijen te werken aan de oplossingen welke door het onderzoek worden aangedragen voor het parkeer- en verkeersprobleem. Van belang hierbij is dat een goede onderbouwing wordt geleverd.
Hiervoor zullen verschillende deelrapporten moeten worden opgesteld, zoals een parkeerbalans.
Met betrekking tot de vraag over de parkeerplaatsen op eigen grond zegt spreekster dat het binnen de zone in het bestemmingsplan Buitengebied “gebied met verweving van natuur-, recreatie- en landschapswaarden” niet mogelijk is om parkeerplaatsen aan te leggen. In het onderzoek naar de toekomstige mogelijkheden voor het fort zal een eventuele inrichting van het terrein worden meegenomen. Het is van belang om rekening te houden met de waarden in het gebied en hierover overleg te voeren met de provincie.
In de visie van het college is een goede samenwerking mogelijk, gezien het feit dat een voortvarende start is gemaakt met het onderzoek naar de toekomstige invulling van het fort. Bij de start van dit onderzoek is de heer Kastelein nauw betrokken, naar tevredenheid van de betrokkenen. Het betrekken van de genoemde oplossingsmogelijkheden voor parkeren en ontsluiting van het fort bij het onderzoek, zal zeker bijdragen aan de goede verstandhouding tussen de gemeente en de heer Kastelein. Spreekster merkt op dat beide mogelijkheden al zijn meegenomen in het onderzoek. Het lopende onderzoek maakt een tussentijds gesprek over de voorgestelde oplossingsrichtingen overbodig. Van belang hierbij is de overweging dat een tussentijdse oplossing voor het parkeren niet wordt toegelaten door het bestemmingsplan en dat een ontsluiting van het fort langs het huidige fietspad op te veel bezwaren stuit om deze mogelijkheid, voordat de uitkomsten van het onderzoek bekend zijn, uit te voeren. Het feit dat het onderzoek naar verwachting halverwege 2009 gereed zal zijn speelt hierin een belangrijke rol. Het college streeft naar een integrale verbetering voor het fort en de omgeving en wenst dan ook niet in te zetten op tijdelijke maatregelen, omdat dit vanwege de complexiteit onevenredig veel ambtelijke capaciteit zal vergen en de veranderingen mogelijkerwijs in de nabije toekomst volledig aangepast zullen moeten worden. Vanwege het onderzoek worden contacten onderhouden met de heer Kastelein. Spreekster sluit af met de toezegging dat op het moment dat het college besluiten neemt inzake Fort de Hel, de gemeenteraad hierover zal worden geïnformeerd.
De heer Verschuuren is redelijk tevreden met deze beantwoording. Spreker is echter van mening dat er geen doorgaande route ontstaat. Het veranderen van het fietspad gaat misschien maar om een meter of tien.
6. Ingekomen stukken
01, brief d.d. 22 september 2008 van diverse gebruikers van het seniorenbankje in het centrum van Zevenbergen inzake verzoek om het in juni 2008 verplaatste bankje op de oude plaats terug te zetten.
In eerste termijn
De heer De Pijper zegt dat er wat verwarring is ontstaan over deze bankjes. Eerst stonden ze naast elkaar, toen het ene bankje vernield is en gerepareerd was, is het op een andere plaats teruggezet. Het zou dan ook mogelijk zijn er met een scootmobiel te staan. Spreker wil het college meegeven de situatie in de oude staat te herstellen, het begint op deze manier langzamerhand een dramaverhaal te worden. Spreker pleit voor een snelle oplossing.
De heer Van Schenk Brill zegt dat het te gek voor woorden is dat de raad zich bezig moet houden met de plaats van een bankje. Het is echter wel zo dat er problemen zijn ontstaan bij de gebruikers van het bankje. Spreker wil van de wethouder weten wanneer het bankje teruggezet zal gaan worden.
De heer De Vos sluit zich aan bij de woorden van de heer Van Schenk Brill.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert zegt dat het te gek voor woorden is dat zoveel mensen zich over zoiets eenvoudigs moeten buigen. Dat kost ook veel geld. Het CDA zou graag willen dat er een extra bankje komt, zodat iedereen tevreden is.
De heer Huijssoon wijst op de geschiedenis zoals die is gegaan. De heer Verschuuren heeft over dit onderwerp al twee keer vragen gesteld aan het college. Blijkbaar is op advies van de politie en de gebruikers de bankjes op deze manier neergezet, vanwege de overlast door hangjongeren. De vraag is dus of men aan het advies van de politie voorbij wil gaan. Verder wijst spreker erop dat op de handtekeningenlijst ook iemand uit Prinsenbeek staat vermeld, wellicht een toerist. Tenslotte merkt spreker op dat het er voor de raad om gaat te besturen op hoofdlijnen.
De heer Verschuuren zegt dat er niets gezegd is over plaats voor een scootmobiel. Met betrekking tot de politie zegt spreker dat de wijkagenten van niets wisten. Op een bepaalde avond was er veel overlast van hangjongeren en werd één van de wijkagenten opgeroepen om te komen handhaven. Zonder overleg met de gebruikers zijn daarna de bankjes verplaatst. Later is gebleken dat een handhaver van de gemeente gesproken heeft met iemand op een scootmobiel, die echter nooit gebruik maakt van de bankjes. Deze persoon heeft aangegeven dat de plaats van de bankjes hem niet uitmaakte. De overlast van hangjongeren valt best mee, er was één omwonende die daar last van had maar die is inmiddels verhuisd. Verder merkt spreker op dat de handtekening van iemand uit Prinsenbeek afkomstig is van een persoon die in de nabijheid van de bankjes werkt. Spreker pleit ervoor het bankje zo snel mogelijk op de oude plek terug te zetten.
Wethouder Koevoets zegt dat tot mei 2008 de twee bankjes bij de Entree stonden. Hier moesten veel vrachtwagens langs en er was daar grote overlast van jeugd. Het bankje is door een vrachtwagen beschadigd en vervolgens gerepareerd. Op verzoek van de politie is het bankje zes meter verderop teruggeplaatst.
De heer Verschuuren zegt dat het op de bedoelde plek verboden is voor auto’s.
Wethouder Koevoets zegt dat door de politie overlast van auto’s en scooters is geconstateerd.
Om bij het terugplaatsen ook meteen de overlast van hangjeugd de kop in te drukken, is op 2 juni 2008 in overleg met senioren en de wijkagent een nieuwe locatie gekozen. Daarom is het bankje zes meter verderop teruggezet. Daar is dus niets verkeerd gegaan, er is goed gekeken naar wat belangrijk was. Spreker vraagt zich af waarom het bankje nu weer teruggezet moet worden, daardoor zal weer overlast ontstaan. Dat is een keuze. Spreker vindt dat juist is gehandeld. Deze hele kwestie wordt opgeblazen.
In tweede termijn
De heer De Pijper zegt dat als de politie van mening is dat er overlast is, zij moeten handhaven.
Spreker vindt dat het bankje teruggezet moet worden.
De heer Van Schenk Brill vindt niet dat de zaak opgeblazen wordt. Door de huidige plaats van het bankje wordt de gebruikers hun plezier ontnomen. Het is dan een kleine moeite om het bankje terug te zetten. Als dat tot overlast leidt door jongeren moet de politie handhaven.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert sluit zich daarbij aan.
De heer Huijssoon vindt dat de raad niet zomaar het advies van de politie naast zich neer kan leggen. Hij ziet liever dat de politie verzocht wordt de zaak nog eens goed te bekijken. Spreker wil wel van dit gezeur af. Als alle adviezen echter zomaar in de wind geslagen worden, hoeft er geen raad meer te zijn.
De heer Van Schenk Brill merkt op dat hij de heer Huijssoon hier bij de andere voorstellen graag aan zal herinneren.
De heer Verschuuren vindt dat het bankje teruggezet moet worden. Hij heeft het advies van de politie nooit gezien. Er is maar met één man gesproken en die maakt nooit gebruik van de bankjes. De overlast werd door één omwonende gemeld, die inmiddels is verhuisd.
Wethouder Koevoets gaat er nog steeds vanuit dat in overleg tussen de veiligheidsambtenaar, de senioren en de wijkagent het bankje is verplaatst. Het college zal meenemen wat hier vanavond is besproken en zal daarnaar handelen.
02, afschrift schrijven d.d. september 2008 aan de klachtencommissie inzake wateroverlast, beschadiging erfafscheiding en verzakking/verhoging terras perceel Molenstraat te Fijnaart De heer Huijssoon spreekt van een vreemde gang van zaken, namelijk een brief naar de klachtencommissie die bij de raad terechtkomt. Het schijnt zo te zijn dat de Sportwijk in Fijnaart 40 cm. te laag is aangelegd. Daarom ontstaat er wateroverlast. Er zullen dus ook nog wel meer klachten binnenkomen. Spreker vindt het zeer jammer dat dit zo gelopen is.
De heer De Vos vindt het onjuist dat deze brief op de commissieagenda staat. Hij wil deze brief voor kennisgeving aannemen. De raad kan pas iets vinden als de klachtencommissie uitspraak heeft gedaan.
De heer De Pijper sluit zich daarbij aan.
De heer Verschuuren zegt dat deze klacht al was ingediend bij de aanleg van de Sportwijk. Hier is nooit adequaat op gereageerd.
De voorzitter stelt vast dat deze brief voor kennisgeving aangenomen wordt.
7. Raadsinformatiebrieven
01, overzicht stand van zaken verwachte woningbouwproductie in relatie tot toegestane bouwcapaciteit
Wethouder De Wit-Greuter beantwoordt de vragen die vooraf door de heer Rubbens zijn gesteld.
Hoeveel extra te bouwen starterswoningen zijn er al gerealiseerd? Er zijn 14 woningen in het goedkope segment opgeleverd, waarvan 12 in Fijnaart en 2 in Standdaarbuiten.
Welke plannen zijn er al gemaakt door strategisch en gedifferentieerd te bouwen waardoor de doorstroming beter wordt en waar met name de starter van zou profiteren? In de afgelopen 2,5 jaar zijn er een heleboel nieuwe projecten opgestart. Ook zijn projecten voortgezet waarmee men al begonnen was. In die projecten worden afspraken gemaakt om gedifferentieerd te bouwen. Een voorbeeld hiervan is Bosselaar-Zuid. Met de ontwikkelaar zijn afspraken gemaakt over verschillende soorten woningen die daar moeten komen. Strategisch bouwen is goed te zien aan projecten zoals de seniorenwoningen in Noordhoek, Standdaarbuiten en Fijnaart waardoor de doorstroming op gang wordt gebracht. Spreekster noemt verder nog Kloosterblokje VI, het evenemententerrein Klundert, de Rozenhof, de Greenery, de Bandenmarkt, Fendertshof.
Ook zijn er op strategisch gebied in Klundert en Zevenbergen nog een aantal voorbeelden.
Hoeveel van de 50 extra woningen van het pilotproject van de provincie zijn al gerealiseerd en waar en voor welke doelgroep? Dit aantal is genoemd in de raadsinformatiebrief. Destijds zijn 25 extra contingenten gekregen, als die snel werden gebouwd mochten die verdubbeld worden. Het gaat er dan om 10 in de kern Moerdijk en in de kern Fijnaart. Deze 50 woningen zijn dus allemaal gebouwd.
Welke oplossingen heeft men al gemaakt om goedkope woningen te realiseren waarvan de starter gebruik kan maken? Hiervoor is een aantal middelen ingezet, waaronder de starterslening. Verder is er de gronduitifteregeling van de gemeente waarin specifieke mogelijkheden voor starters zijn opgenomen. Spreekster wijst op de stimuleringsregeling Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) van de provincie. In overleg met de corporaties wordt zoveel mogelijk het Maatschappelijk Gebonden Eigendom (MGE) toegepast, hierbij gaat het vaak om verkoop van huurwoningen aan starters. Ook zijn er mogelijkheden voor koopsubsidie door het rijk.
Kunt u verklaren en uitleggen hoe het komt dat de cijfers van de woningbouwverenigingen totaal anders zijn dan de vastgestelde woonvisie? Dit zijn toch de cijfers waar het allemaal om draait en waar ook naar gehandeld dient te worden, of voert het college een ander beleid uit? Het college voert het beleid uit dat in de woonvisie is vastgelegd. Daarbij is uitgegaan van het woningbehoefteonderzoek van de gemeente Moerdijk. De cijfers die de heer Rubbens aandraagt duiden op de wachtenden op de lijsten voor huurwoningen. Dat is appels en peren vergelijken.
Het college voert het door de raad vastgestelde beleid uit.
Welke stappen zijn ondernomen om gebruik te maken van het CPO zoals in de notitie huisvesting starters staat? Het CPO is voortvarend ingezet, maar men loopt tegen een aantal moeilijkheden aan. CPO is in Moerdijk nog niet gerealiseerd, het college wil dat wel graag en wil ook graag dat de corporaties daarin een rol spelen. Het blijkt echter veel moeilijker om CPO te realiseren op inbreidingslocaties omdat die over het algemeen veel duurder zijn, dan op uitbreidingslocaties. Hierover is met de corporatiedirecteuren al gesproken, afgesproken is dat dit verder onderzocht zal gaan worden. Spreekster zegt dat de praktijk in deze weerbarstiger is dan aanvankelijk op papier was gedacht. De raad zal op de hoogte worden gebracht als blijkt dat zaken afwijken van wat is vastgelegd.
In het overzicht van de te verwachten woningproductie in de raadsinformatiebrief staat dat tot 2015 minimaal 1104 woningen gebouwd kunnen/moeten worden. Volgens de planning zouden dit er 1969 moeten zijn. Wat is de reden dat de planning niet gehaald wordt? In 2015 moeten minimaal 1104 woningen gebouwd worden. Met alle projecten die er zijn, staan er 1969 woningen in de planning. Dit betekent dat er een overcapaciteit is gepland van 78%. Het is dus niet zo dat de gemeente achter loopt op de planning, er is meer gepland dan de gemeente mag omdat het soms tegenzit.
De gemeente is de baas en niet de projectontwikkelaars. Is het college de mening toegedaan dat de gemeente de regie moet nemen zonder de projectontwikkelaars, wat voor de gemeente diverse miljoenen euro’s extra oplevert. Welke strategie of plannen zijn er om met de gemeente in de regierol de vastgestelde woonvisie te realiseren, zodat de doelstellingen gehaald kunnen worden? De gemeente neemt de regie heel duidelijk. Spreekster begrijpt niet waar de genoemde miljoenen vandaan komen. De strategie is vastgelegd in de woonvisie, de rol van de gemeente is veranderd van uitvoerder naar regisseur. Draagvlak is hierbij cruciaal, dit ontstaat door samenwerken met de corporaties, de zorginstellingen, de buurtbewoners en de projectontwikkelaars. Er wordt dus gestuurd op de uitvoering door samenwerking. Een voorbeeld hiervan is Bosselaar-Zuid. Er is geen grond van de gemeente bij, toch komen er de woningen, de school, de veiligheidsmaatregelen, de wegstructuur en het groen volgens de voorwaarden van de gemeente. Dat is een goed voorbeeld van regisseren.
De heer Rubbens is zeer tevreden met de beantwoording.
De heer Oskam vraagt of de wethouder verwacht dat de planning voor 2008 nog wordt gehaald.
De planning spreekt van een netto aantal van 32 woningen, tot 1 juli zijn er 18 netto opgeleverd.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert zegt dat het CDA voor de volgende raadsvergadering met een motie zal komen om de bouw van woningen in Klundert te bespoedigen.
De heer Van Schenk Brill zegt dat de raadsinformatiebrief is opgesteld omdat bij de behandeling van de Bestuursrapportage en de Kadernota verschillende getallen met betrekking tot de woningbouwproductie circuleerden. Spreker is met de gegeven informatie heel tevreden.
De heer De Pijper sluit zich hierbij aan.
Wethouder De Wit-Greuter zegt dat in de Bestuursrapportage en de Jaarrekening geprobeerd wordt deze systematiek vast te houden. In de 2e Bestuursrapportage staat de huidige stand van zaken opgenomen. In de richting van het CDA zegt spreekster dat men rekening moet houden met het feit dat men in de Krugerstraat binnenkort start met de bouw van 20 appartementen.
Verder loopt het proces van het evenemententerrein, ongeveer 100 woningen, als een trein. Als er geen zienswijzen worden ingediend is er in juli of augustus 2009 een onherroepelijk bestemmingsplan. De verplaatsing van de sportactiviteiten is in volle gang. Op de locatie Oosterstraat/Van Drimmelen start binnen een aantal maanden de bouw van 12 appartementen.
Met betrekking tot de Bult van Pars zegt spreekster dat er een nieuw haalbaarheidsonderzoek loopt, zij is hierover zeer positief gestemd. De raad zal hierover op de hoogte worden gehouden.
8. Stukken ter bespreking
Er zijn geen stukken ter bespreking.
9. Collegevoorstellen voor de raadsvergadering van 13 november 2008 ter advisering van de gemeenteraad
9.10 Fiets- en wandelpadennetwerk
De heer Verbaan spreekt in namens de Stadsraad Hart voor Willemstad (zie bijlage I).
Aan alle commissieleden is een set met foto’s uitgereikt, spreker loopt deze foto’s langs.
De Oostdijk is een hele smalle weg die ook nog zeer glad. Links bevindt zich een betonnen rand die gevaarlijk is voor fietsers die hierdoor niet kunnen uitwijken voor auto’s.
In deze tijd van het jaar is de Oostdijk nogal glibberig. In oktober 1996 zijn door mevrouw In ’t Veld, destijds wethouder van de toenmalige gemeente Willemstad, in het kader van het Toerisme Recreatie Ontwikkelingsplan (TROP) met het Waterschap afspraken gemaakt over het geschikt maken en openstellen voor fietsers van het inspectiepad langs de Oostdijk. Beide partijen zouden 50% van de kosten betalen. Bestek en tekeningen waren klaar. In oktober 2008 heeft de heer Boertjes bij het Waterschap Brabantse Delta gepeild hoe men tegenover de aanleg van het inspectiepad stond. Zij zijn namelijk eigenaar van het pad. Gebleken is dat men hier positief tegenover staat, hoe het financieel geregeld moet worden is echter nog onduidelijk. De derde partij is Staatsbosbeheer, hiervan is nog onduidelijk hoe zij hier tegenover staan. Spreker is hier positief over, In de omgeving zijn de nodige precedenten, spreker noemt Tholen en de Oosterschelde. De Stadsraad vraagt de gemeente nu eerst af te maken wat door de voorgangers in de steigers is gezet.
Spreker noemt nog andere argumenten. In het verkeersveiligheidsplan van 1995 wordt er vanuit gegaan dat de Oostdijk slechts bedoeld is voor bestemmingsverkeer. In werkelijkheid is het echter een druk gebruikte sluiproute tussen Willemstad en Klundert.
Ook wordt er hard gereden. Handhaven door de politie gebeurt niet. Het verkeersveiligheidsplan is dus theorie, de praktijk is nadrukkelijk anders. De Oostdijk is smal met een betonnen borstwering, de dijk is glad en gevaarlijk. In het fiets- en wandelpadenplan wordt gesproken over het versterken van de band met het water. De foto’s spreken wat dat betreft voor zich. Het toeristisch recreatief benutten van de cultuurhistorische waarden is ook een duidelijk punt. Het benutten van groene kwaliteiten van het buitengebied voor toeristisch recreatieve functies is voor spreker ook belangrijk.
Hier zullen veel mensen door worden aangetrokken.
Spreker wijst erop dat veel scholieren over de Oostdijk fietsen van en naar school.
Jarenlang wordt al gepleit voor een veiliger fietsroute. De scholieren zijn gebaat bij een andere oplossing. In het raadsvoorstel wordt gesproken over “zowel bestemmingen voor woon- werksituaties als voor toeristisch recreatieve bestemmingen”. Toerisme en recreatie zijn speerpunten van de gemeente en de provincie. Voor wat betreft de financiën zegt spreker dat de ondergrond van het inspectiepad reeds verhard is. Dit zal daarom schelen in de kosten van aanleg van een asfaltlaag. Voordeel daarvan is tevens dat deze asfaltlaag in onderhoud een stuk voordeliger is dan andere mogelijke oplossingen. De Stadsraad wil graag onderzoeken of Waterschap Brabantse Delta 50% van de kosten voor zijn rekening wil nemen, als de raad positief besluit over dit punt. Spreker heeft verder vernomen dat de provincie enkele jaren geleden een kant en klaar plan had liggen voor de aanleg van het inspectiepad. Hier is echter nog niets mee gedaan. De Oostdijk is een locatie die perfect past in het kader van de geformuleerde doelstellingen van het fiets- en wandelpadennetwerk. Omdat het nodige voorwerk is verricht is de aanleg bovendien relatief snel te realiseren. Naar verwachting is ook de investering per kilometer gunstig.
De heer Huijssoon zegt dat de inspreker een goede pleitbezorger is. Kan prioriteit worden aangegeven voor een fietspad of een wandelpad?
De heer Verbaan zegt dat de Stadsraad graag een asfaltstrook ziet die voor beide doeleinden te gebruiken is. Het accent ligt op de schoolgaande jeugd. Met een goede inrichting moet die combinatie mogelijk zijn. In 1996 waren het bestek en de tekeningen al klaar, deze zijn waarschijnlijk bij Brabantse Delta nog beschikbaar.
De heer Huijssoon vraagt of het plan van de provincie ook naar de gemeente Moerdijk is gestuurd.
De heer Verbaan is daar niet van op de hoogte.
De heer Oskam vraagt hoe lang het pad is.
De heer Verbaan antwoordt dat het gaat om 5,5 kilometer.
De voorzitter vraagt de commissieleden om bij elk agendapunt aan te geven of zij dit als sterstuk behandeld willen zien. Zo niet, dan wordt de commissieleden verzocht aan te geven of zij het onderwerp in de raadsvergadering van 13 november dan wel 18 december 2008 behandeld willen zien. Dit in verband met de drukke agenda voor de raadsvergadering van 13 november aanstaande.
De heer De Vos vraagt of het college dan ook aan kan geven of uitstel eventueel voor problemen in de planning zou kunnen zorgen.
In eerste termijn
De heer Verschuuren zegt dat de afspraak is dat vragen die schriftelijk vooraf gesteld worden, ook schriftelijk beantwoord worden.
De voorzitter wijst erop dat dit geldt voor technische vragen, niet voor politieke vragen.
De heer Verschuuren leest de door hem vooraf gestelde vragen voor.
1. De 1e Kruisweg in Fijnaart is een drukke wandel- en fietsroute. Waarom is deze niet opgenomen in het plan?
2. Zowel de Volkerakweg als de Sabinaweg zijn dit jaar gereconstrueerd. Het opnemen van fietspaden langs die wegen in het plan suggereert dat het college dit ooit van plan is. Waarom is dat niet meegenomen in de opdracht?
3. Heeft het college zich gerealiseerd, of is het college er van op de hoogte dat in het nabije verleden diverse vormen van snelheidsremmers in het buitengebied zijn aangelegd maar dat deze soms even snel weer werden afgebroken omdat deze een grote belemmering zijn voor het landbouwverkeer?
4. Dit is gebeurd op de Boerendijk, de Oude Heijningsedijk en de Oudendijk. Dit jaar is nog één snelheidsremmer verwijderd op de Stadsedijk. Spreker geeft het college graag het spreekwoord “een ezel stoot zich in het gemeen geen twee keer aan dezelfde steen” mee als men onverhoopt van plan is verkeersbelemmeringen aan te brengen in het buitengebied. Is het college het met de SP eens dat er geen obstakels opgeworpen moeten worden voor de hardwerkende landbouwers?
5. Als het college dit wel wil gaan doen, wat is daarvoor dan de reden?
6. Wat gaat het college doen met het openbaar vervoer, dat fikse overlast heeft ondervonden van de toenmalige snelheidsremmers op de Boerendijk en dit bij uitvoering van het voorliggende plan weer gaat krijgen?
7. De Kraaiendijk is meer gebaat bij het verbreden van het geasfalteerde gedeelte aan beide zijden waardoor de bermen niet meer enkele malen per jaar opgehoogd hoeven te worden.
8. Is het college bereid dit uit te voeren in plaats van het aanbrengen van totaal overbodige verkeersremmers op deze smalle dijk?
9. Graag wil de SP van het college vernemen waarom bij de oversteekvoorziening viaduct Noordhoek snelheidsremmers moeten komen. Er wordt in ieder geval al niet hard gereden omdat het een haakse bocht is in de op- en afrit van een viaduct en ook is het daar niet zo druk dat fietsers langer dan twee minuten moeten wachten met oversteken.
10. Het is het college misschien ontgaan maar een verbinding tussen de Zwingelspaansedijk en de Noordhoeksedijk is onmogelijk want de Noordhoeksedijk ligt aan de andere kant van Noordhoek, tussen de St.
Josephstraat en het viaduct over de A17. Weet het college dan toch echt niet de weg in de gemeente?
11. Op meer plekken is spreker soortgelijke zaken tegengekomen. Als die niet zijn voorgekomen uit de opdracht maar meer spelerei is van de opstellers, wil spreker graag weten waarom dit stuk is goedgekeurd door het college als opdrachtgever.
De heer De Pijper zegt dat GroenLinks in de vorige vergadering al akkoord ging met het plan. Naar aanleiding van de inbreng van de inspreker wil spreker van het college weten of hiervoor nog ruimte is in het voorliggende plan.
De heer Van Schenk Brill zegt dat de VVD veel waarde hecht aan een veilige fietsverbinding voor alle schoolgaande jeugd. Spreker is in de voorgaande commissievergadering ook ingegaan op het fietspad langs de Oostdijk. Hij is dan ook blij met de inbreng van de inspreker. Uit het voorwerk blijkt dat de realisatie minder complex is dan werd gedacht. Spreker is een voorstander van het uitbreiden van het fiets- en wandelpadenplan met de bedoelde verbinding. Met betrekking tot de verbinding tussen Zevenbergschen Hoek en Zevenbergen via de Hoge Zeedijk zegt spreker dat uit de actiepuntenlijst blijkt dat het regionaal netwerk is vastgesteld, daarvan kan niet worden afgeweken. De VVD gaat er vanuit dat in de toekomst in overleg geprobeerd zal worden dit te wijzigen. Spreker pleit ervoor om de fietsverbinding via de Hoge Zeedijk mogelijk te maken door een doorgang in het doodlopende stuk.
De heer Huijssoon zegt dat als alle wensen van alle fracties gehonoreerd moeten worden, alle polderwegen gescheiden fietspaden zouden moeten krijgen.
De heer Van Schenk Brill merkt op dat dit niet is gezegd in de commissievergadering.
De heer Huijssoon vindt dat elke fractie zijn eigen lijstje heeft. Over het geven van prioriteit aan het fietspad tussen Moerdijk en Zevenbergen is iedereen het inmiddels eens. De nadruk ligt op het utilitaire en niet op het toeristische element. Spreker is van mening dat als het Waterschap meebetaalt hiervan zeker gebruik gemaakt moet worden. Als het fiets- en wandelpadennetwerk wordt vastgesteld door de raad, vindt spreker dat er altijd mogelijkheden moeten blijven om dit te wijzigen. Met betrekking tot het fietspad langs de Generaal Allenweg zegt spreker dat de aanleg daarvan meegenomen moet worden in het bestemmingsplan Bosselaar-Zuid. Hij wil niet zo ver gaan dat bepaalde ideeën onmogelijk zijn.
De heer Verschuuren zegt dat in het plan staat van Zwingelspaan naar de Noordhoeksedijk. Deze ligt echter aan de kant van Standdaarbuiten en niet aan de kant van Klundert.
De heer Huijssoon vindt dat muggenzifterij.
De heer Verschuuren zegt dat er in het plan nogal wat van zulke fouten staan.
De heer Huijssoon wil aan dit stuk geen ster geven. Hij heeft er geen moeite mee het plan in de raadsvergadering van 18 december 2008 te behandelen.
De heer De Vos zegt dat als er meer geld beschikbaar wordt gesteld, het plan sneller uitgevoerd zal worden, minder geld betekent dat het plan langzamer wordt uitgevoerd. Dit verandert niets aan de inhoud van het plan.
De heer Jongbloed wil de vragen die aan de wethouder gesteld zijn graag beantwoord zien.
Wethouder De Wit-Greuter zegt dat een aantal zaken ingehaald wordt door de tijd. Het plan is door het college voor de zomervakantie vastgesteld. Inmiddels is ook het regionale fietsnetwerk vastgesteld, spreekster zegt toe dit ter inzage te zullen leggen voor de raad.
Een aantal punten van het regionale netwerk zou moeten passen in het lokale netwerk, dit loopt echter op enkele punten niet helemaal synchroon. Dit geldt onder andere voor de Eerste Kruisweg. Deze weg is in het regionale netwerk wel opgenomen, in het lokale netwerk niet. Dit zal alsnog gebeuren. Met betrekking tot de Volkerakweg en de Sabinaweg zegt spreekster dat het college graag het verkeer over deze twee wegen wil hebben, onder andere richting Dintelmond. Daarom is een aanpassing gedaan middels een fietssuggestiestrook. Spreekster wil echter met name vanuit toeristisch recreatief oogpunt een nieuw stuk fietspad over de dijk langs het water realiseren. Daardoor kan ook de band met het water worden versterkt.
De heer Verschuuren zegt dat het er nu dubbelop in staat.
Wethouder De Wit-Greuter zegt dat als hier nog vragen over zijn, de commissieleden langs kunnen komen voor nadere uitleg als zij dit aangeven. De bedoeling is dat er een nieuw stuk fietspad langs het water komt. Inzake de snelheidsremmers zegt spreekster dat over de wegen heel veel soorten verkeer gaan. Al die weggebruikers moeten zoveel mogelijk bediend worden. Er is echter sprake van conflicterende belangen. Het is wellicht mogelijk om op enkele plekken geen obstakels te creëren voor het landbouwverkeer, maar waar het fietsverkeer in het gedrang komt stelt het college maatregelen voor waardoor het landbouwverkeer wordt gedwongen om langzamer te rijden. Dat geldt ook voor het gemotoriseerd verkeer en het openbaar vervoer. Alle snelheidsremmers die worden aangelegd, worden voorgelegd aan Veolia met de vraag om een advies.
Inderdaad zijn er in het verleden snelheidsremmers weggehaald, soms pakte de situatie anders uit dan werd verwacht. Iedere keer moet dan ook gezocht worden naar maatwerk per traject. Voor wat betreft de Kraaiendijk is het zo dat als deze verbreed wordt, er onmiddellijk snelheidsverhoging plaats zal vinden. Het college wil deze dijk behouden voor recreatieve doeleinden. De bedoeling is dat het vrachtverkeer over de Volkerakweg en de Sabinaweg gaat, zodat de Kraaiendijk voor bestemmingsverkeer en recreatief verkeer gebruikt kan worden met aansluiting op de netwerken. De Kraaiendijk is ook opgenomen in het wandelroutesysteem. Spreekster is het niet eens met de kwalificatie totaal overbodige verkeersremmers, er wordt altijd geprobeerd deze zo functioneel mogelijk te laten zijn.
Mevrouw Mol zegt dat de oversteekvoorzieningen Noordhoek zijn opgenomen in het Lokaal Mobiliteitsplan van 2007. Het gaat dan om de totale route van Noordhoek tot aan Standdaarbuiten. Deze slingerweg is onveilig voor fietsers. De maatregelen die in het fiets- en wandelpadennetwerk zijn opgenomen hebben tot doel de veiligheid voor de fietsers te garanderen. Het wordt dan een 60 km route die busvriendelijk en landbouwvriendelijk is en veilig voor fietsers.
De heer De Pijper zegt dat het al een 60 km gebied is.
Mevrouw Mol bevestigt dit. Het gaat haar echter in dit geval om de hellingspercentages van de drempels, die voor 60 km wegen anders zijn.
Wethouder De Wit-Greuter zegt dat de SP gelijk heeft voor wat betreft de Noordhoeksedijk, het moet de Klundertsedijk zijn. Inzake het fietspad langs de Oostdijk in Willemstad zegt spreekster dat zij niet weet dat er een vastgesteld plan gelegen zou hebben dat al aanbestedingsklaar was. Zij zou dat plan graag zien, wellicht is het mogelijk terug te komen op de afspraken die toen zijn gemaakt over de financiering. Het lijkt eenvoudig om een vrijliggend fiets- en wandelpad te realiseren. Naar aanleiding van de motie van de VVD is hier een aantal jaren geleden onderzoek naar gedaan en zijn hier gesprekken over gevoerd. Het standpunt was toen dat het niet bespreekbaar was om het inspectiepad om te bouwen tot een fietspad vanwege de habitatvogelrichtlijn. Spreekster vindt het wel interessant om te bekijken of het mogelijk is.
Wel wil zij een aantal zaken meegeven. Er is in de afgelopen 7 jaar op het hele traject geen enkel ongeval gebeurd.
De heer Van Schenk Brill zegt dat er objectieve en subjectieve veiligheid bestaat. Het is van groot belang dat de schoolgaande kinderen zich ook veilig voelen.
Wethouder De Wit-Greuter wil daarbij ook nog de sociale veiligheid betrekken. Als er een fietspad zou komen ligt dat achter de dijk, daar woont helemaal niemand. Verlichting van het fietspad kan ook problemen opleveren in verband met de habitatrichtlijn. Spreekster zegt dat dit overwegingen zijn waarover goed moet worden nagedacht. Gesteld werd dat het hier om een drukke weg zou gaan: in 2004 war4en er 500 verkeersbewegingen per dag en was de gemiddelde snelheid 66 km per uur. Als het gaat om de prioriteitsstelling moeten deze zaken daarin worden betrokken. In het regionale fietsnetwerk is vastgesteld dat de route over de Noordlangeweg zal gaan, omdat het stukje van de Boerendijk naar de Klundertsedijk aangelegd zal gaan worden. Dat is dan een kortere route naar Zevenbergen voor het utilitaire fietsverkeer. Spreekster is zeker bereid een aantal zaken hieromtrent op een rij te zetten, zoals de standpunten van Staatsbosbeheer en de Brabantse Delta. Met betrekking tot de financiële situatie zegt spreekster dat de provincie alleen via regionale samenwerking trajecten financiert die zijn opgenomen in het regionale netwerk. Een vrijliggend fietspad langs de Oostdijk zal daarom nooit door de provincie worden ondersteund door middel van co-financiering vanuit verkeers- en vervoersoverwegingen.
De heer Huijssoon heeft niet gezegd dat de aanleg van het fietspad afhankelijk moet zijn van provinciale subsidies. Als een situatie niet veilig is, moet de gemeente daar ook zelf geld voor over hebben.
Wethouder De Wit-Greuter zegt over het traject Zevenbergschen Hoek – Zevenbergen via de Hoge Zeedijk dat dit opgenomen is in het regionale netwerk. Door het verschil in tijd is dit niet eerder aan de raad kenbaar gemaakt. Omdat er nu nog koeien lopen is het spreekster nog niet helemaal duidelijk of dit doorgetrokken kan worden, dit wordt echter zeker onderzocht. Cofinanciering is in dit geval wel mogelijk. Spreekster is het met Onafhankelijk Moerdijk eens dat het netwerk kan wijzigen en dat dit een dynamisch plan moet blijven. Tenslotte merkt spreekster op dat er in dit plan geen fatale termijnen zitten.
Doorschuiven naar de raadsvergadering van december levert dus geen problemen op.
In tweede termijn
De heer Van Schenk Brill vraagt of als behandeling doorgeschoven wordt naar december, de wethouder kans ziet een uitvoeringsplan op te stellen over wanneer wat aangepakt zal gaan worden.
De heer Jongbloed is tevreden over de totstandkoming van dit plan. Men moet zich echter bewust blijven van de situatie: de veiligheid van de schoolgaande kinderen staat voorop.
Er moet een goed raamwerk liggen en er moeten waar nodig prioriteiten worden gesteld.
Het gaat tenslotte om een meerjarenplan. Spreker wil zorgvuldig kijken waar de knelpunten zitten. Hij vraagt aandacht voor de Zwingelspaansedijk waar wellicht een doorsteek gerealiseerd zou kunnen worden. Verder zegt hij over de Niervaert dat daar waar de sportvoorzieningen komen, direct een fietspad aangelegd zou kunnen worden.
Wethouder De Wit-Greuter zegt dat een uitvoeringsplan op zo’n korte termijn niet mogelijk is. Er moet met een heel aantal partijen worden gesproken, zoals Waterschap Brabantse Delta, Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat, de Domeinen en particulieren. Mevrouw Mol gaat daar in de eerste helft van 2009 mee aan de slag. Soms is het mogelijk zaken te combineren, maar spreekster kan hierover nog geen toezeggingen doen. Wel zegt zij toe middels een raadsinformatiebrief in het eerste kwartaal van 2009 de stand van zaken aan de raad te melden. Voor wat betreft de Niervaert zegt spreekster dat er rekening gehouden is met een fietspad, zij zal deze vraag doorspelen aan de projectleider.
Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling in de raadsvergadering van 18 december 2008 (zonder voorafgaande verdere commissiebehandeling).
Steraanduiding raadsagenda: Nee
De voorzitter schorst de vergadering om 21.20 uur.
De voorzitter heropent de vergadering om 21.30 uur.
9.1 Vervolgtraject restauratie en exploitatie Fort Sabina en polder
De heer Stutvoet van het Monumentenfonds houdt een korte presentatie (zie bijlage II).
Het Monumentenfonds houdt zich bezig met behoud van monumenten door herbestemming. Dit betekent niet automatisch dat het fonds alles wil behouden, dat is namelijk niet met alle monumenten mogelijk. Het fonds probeert mensen enthousiast te maken voor het behoud van het cultureel erfgoed. Voor herbestemming is veel creativiteit nodig, veel inspiratie en er moet met alle betrokken partijen goed over gesproken worden.
Er zal altijd een historisch verantwoorde oplossing gevonden moeten worden. Het gaat erom te behouden wat er is, maar men moet ook durven met moderne materialen te werken om te zorgen dat de verhalen niet verstommen. De aanpak van Fort Sabina zou hetzelfde moeten zijn. De quickscan is al gedaan, er zou een haalbaarheidsonderzoek moeten plaatsvinden, de financiële kaders moeten worden ingevuld en er moeten kaders worden gesteld met de diverse belangengroeperingen.
De heer Huijssoon vraagt of het Monumentenfonds de Annastede heeft gekocht.
De heer Stutvoet zegt dat het fonds 13 objecten in eigendom heeft: 6 kerken, 2 kastelen, een religieus ziekenhuis, een boerderij en een aantal woningen.
De heer Van Schenk Brill zegt dat er veel geld nodig is voor restauratie. In hoeverre is het Monumentenfonds afhankelijk van subsidies?
De heer Stutvoet zegt dat er financiële middelen worden ingebracht door aandeelhouders van de NV, een aantal gemeenten, CZ Zorgverzekeringen maar ook door Van Lanschot Bankiers. Verder heeft de provincie een achtergestelde lening verstrekt, waarmee optimaal gebruik wordt gemaakt van de financiële mogelijkheden die er zijn. Als NV is het fonds vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Verder wordt er zoveel mogelijk gebruik gemaakt van netwerken en subsidiemogelijkheden.
In eerste termijn
De heer Van Schenk Brill zegt dat in het voorstel wordt gevraagd om in te stemmen met de inschakeling van het Monumentenfonds voor wat betreft de haalbaarheid van het vervolgtraject. Het Monumentenfonds moet een quickscan doen, hiervoor zijn nog middelen beschikbaar. Spreker wil weten of de constructie met Staatsbosbeheer inhoudt dat Fort Sabina eigendom wordt van de gemeente Moerdijk, of betekent het aangaan van het opstalrecht dat Staatsbosbeheer eigenaar blijft. De mogelijkheid bestaat dat het Monumentenfonds eigenaar zou worden van Fort Sabina, hier wordt echter niet voor gekozen omdat de gemeente de regie wil houden. Wat zijn de consequenties als wel overdracht aan het fonds zou plaatsvinden waarbij er nog voldoende zekerheden geschapen zouden worden voor de gemeente om zeggenschap te behouden? Is een dergelijke constructie een redelijk alternatief of niet?
De heer De Vos zegt dat het verhaal van Staatsbosbeheer de rode draad rond Fort Sabina blijft. Spreker heeft het gevoel dat alles al rond is, het taalgebruik in het voorstel is nogal voorzichtig. Is een en ander nu geregeld of niet? Er wordt nog niet veel gevraagd om over te besluiten. De PvdA kan instemmen met het afwijken van de aanbestedingsprocedure, vanwege het specifieke karakter van dit onderwerp.
De heer Huijssoon zegt dat Onafhankelijk Moerdijk niet instemt met het voorstel. Het bedrag van € 700.000 was voor de fractie de financiële deadline. Na de presentatie is spreker nog niet gerustgesteld. Het Monumentenfonds is financieel niet draagkrachtig genoeg, er zijn dus nogal wat twijfels. Het gaat om 5,5 miljoen euro en 4,5 miljoen euro voor de polder. Met die 10 miljoen euro zouden in de 11 kernen mooie dingen gedaan kunnen worden. Spreker vraagt zich af of de kosten niet naast de opbrengsten gezet zouden moeten worden. Het is jammer dat er nog steeds geen zekerheden zijn over subsidies. Voor wat betreft de quickscan zegt spreker dat het vreemd is dat het Monumentenfonds aangeeft dat de kosten daarvan door hen betaald zullen worden als de gemeente met hen een overeenkomst sluit. Het voorstel is een quickscan te doen en daarna het go or no go signaal af te geven. Onafhankelijk Moerdijk wil het no go signaal nu al afgeven, de fractie wil het pad van Fort Sabina verlaten.
De heer De Vos vraagt wat Onafhankelijk Moerdijk dan met het fort wil gaan doen.
De heer Huijssoon zegt dat dit nu nog niet aan de orde is.
De heer De Vos zegt dat als er niets gedaan wordt, de fractie van Onafhankelijk Moerdijk die beslissing wel neemt. De vragen van de heer Huijssoon over kosten en opbrengsten worden door middel van de quickscan beantwoord. Spreker vindt dat verhaal heel tegenstrijdig.
De heer Huijssoon zegt dat dit niet tegenstrijdig is. Er zijn meer monumenten in de gemeente. Onafhankelijk Moerdijk heeft zeker oog voor cultureel erfgoed, maar de culturele bomen groeien wat spreker betreft niet tot in de hemel. Dat is een legitieme keuze. Hij gelooft ook niet dat Fort Sabina volop gebruikt zal worden.
De heer Van Schenk Brill zegt dat het net zo legitiem is om wel een quickscan te houden om te bekijken wat de mogelijkheden zijn.
De heer Oskam is blij met de inschakeling van het Monumentenfonds, omdat het hier om een langdurig traject gaat. Hij spreekt van een verstandige stap om expertise binnen te halen die de gemeente zelf niet heeft. De ChristenUnie is blij met het voorstel. Wel benadrukt spreker dat het fort zoveel mogelijk voor de hele gemeente bestemd moet kunnen worden. Voor de ChristenUnie kan dit een sterstuk zijn.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert zegt dat het voor het CDA belangrijk is dat Fort Sabina behouden blijft. Met het inschakelen van het Monumentenfonds heeft spreekster het gevoel dat een passende bestemming gevonden zal worden zodat veel mensen van het fort kunnen blijven genieten. Spreekster citeert uit het voorstel “Staatsbosbeheer blijft eigenaar van de ondergrond(en) maar is wel bereid tegen voor de gemeente geen ongunstige voorwaarden mee te denken in de regierol die de gemeente in de planontwikkeling en planuitvoering wil behouden”. Zij gaat er vanuit dat met “geen ongunstige” gewoon gunstige wordt bedoeld. Spreekster wil graag van de wethouder horen wat die voorwaarden dan zijn. Verder merkt zij op dat er drie windmolens gepland zijn in de nabijheid van het fort. Wat betekent deze vooruitgang voor de plannen rondom die windmolens?
De heer De Pijper sluit zich aan bij de vragen van de VVD en de PvdA. Bij de verbeteringen uit de eerste fase heeft spreker nog wel wat bedenkingen. Het verschil in kleuren in het mortelcement is schandalig, spreker is ervan overtuigd dat dit niet meer goed zal komen. Wat gaat de wethouder hiermee doen? De brandweerwagen kan niet meer door de poort, hoe zit het met de brandveiligheid? Verder is het fort besmeerd met cement terwijl er mooie en dure ijsselsteentjes, hij vindt dit heel erg zonde. In de schootgaten is perplex aangebracht, dit getuigt niet van kwaliteit en het ziet er schandalig uit. GroenLinks is een voorstander van het behoud van het cultureel erfgoed. Voor Onafhankelijk Moerdijk blijkt dit steeds minder te gelden, dit bleek al bij het opknappen van het beeld van de Watersnood. GroenLinks is een voorstander van de quickscan.
Spreker vraagt of de wethouder wil bekijken of voor alle forten een compleet verhaal gemaakt kan worden.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt dat dit project inderdaad al heel lang loopt. Er is ook veel geld mee gemoeid. Spreekster is blij met de opmerkingen dat dit project heel belangrijk is, ook voor de lange termijn. Zij is het daar mee eens. In het voorstel wordt voor dit moment niet zo heel veel gevraagd. In een eerder stadium is door verschillende fracties aangegeven dat het college pas bij de raad terug kon komen als de subsidiemogelijkheden in beeld gebracht zouden zijn en als bekend zou zijn hoe de eigendomsconstructie in elkaar zat. Met Staatsbosbeheer is intensief bestuurlijk overleg gevoerd, dit is steeds constructief verlopen. Staatsbosbeheer kan het Fort overdragen, waarbij door middel van het recht van opstal het Fort eigendom wordt van de gemeente.
De ondergrond kan Staatsbosbeheer volgens een richtlijn van het ministerie niet vervreemden. Naast de eigendomsoverdracht van het Fort zal de gemeente dus een erfpachtconstructie moeten aangaan voor de ondergrond. Met het schrijven van 9 juni jl. is hierover bestuurlijk een akkoord gesloten. Staatsbosbeheer moet dit nog voorleggen aan het Ministerie van Financiën, het wachten is nu op het akkoord daarvan.
De heer Van Schenk Brill vraagt of de overdracht aan de gemeente om niet of voo rene symbolisch bedrag zal zijn.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt dat het niet om niet zal zijn maar ook niet marktconform. Het zal ergens tussenin uitkomen. Partijen zijn het daarover nog niet eens, maar spreekster heeft er vertrouwen in dat dit goed zal komen.
De heer Van Schenk Brill zegt dat het Fort dan in de huidige staat getaxeerd zou moeten worden.
De heer Oskam vraagt of al bekend is wat de erfpachtconstructie zal gaan kosten.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt dat dit verband houdt met de niet ongunstige voorwaarden voor de gemeente waarover in het voorstel gesproken wordt. Aangedrongen is op een langdurige erfpachtconstructie voor een termijn van 50 jaar. Een bedrag kan spreekster echter nog niet noemen.
Theoretisch is het mogelijk om het Monumentenfonds eigenaar te laten worden van het Fort. De gemeente moet echter eerst eigenaar zijn om dit verder te kunnen uitzoeken. Het voorstel is nu om te bekijken of een en ander haalbaar is, als die kans niet zou worden benut wordt hiermee dus aangegeven dat men met het Fort niets wil. Spreekster respecteert uiteraard de fracties die deze keuze willen maken. Het achterstallig onderhoud van het Fort is afgewerkt. Voor wat betreft de financiën zegt spreekster dat men in het voorstel van het maximale bedrag is uitgegaan. Met betrekking tot de omgeving zegt spreekster dat met name Onafhankelijk Moerdijk er sterk op heeft aangedrongen contact op te nemen met de grondeigenaren om hen te betrekken in de totaalontwikkeling.
Inmiddels zijn verschillende gesprekken gevoerd met de grondeigenaar, die heeft een projectontwikkelaar in de arm genomen. Gezegd is daarbij dat men ontwikkelingen gezamenlijk ter hand wil nemen, het gaat dan met name om toeristisch recreatieve ontwikkelingen. De Grontmij heeft dit globaal in beeld gebracht, het gaat dan om kanoroutes, fietsroutes, wandelroutes enz. Dit gaat niet onmiddellijk worden uitgevoerd, het gaat om een indicatie. Hoe dit gefinancierd zal gaan worden is dan de nadere uitwerking. Voor wat betreft de subsidies zegt spreekster dan van de RACM een bedrag van € 350.000 is ontvangen, subsidie in het vervolgtraject wordt door hen niet uitgesloten.
Bij de afdeling Projecten en Gebiedsontwikkeling is een medewerker een dag per week bezig om de subsidiemogelijkheden in beeld te brengen. Spreekster merkt hierbij op dat subsidie in veel gevallen op basis van co-financiering is. Er zijn goede gesprekken gevoerd met de gemeente ’s Hertogenbosch om te bekijken of subsidie in het kader van Interreg kan worden verkregen. Hierover zal in het voorjaar meer duidelijkheid zijn. De kosten en opbrengsten zullen door middel van een quickscan in beeld worden gebracht.
Onafhankelijk Moerdijk zegt dat het Fort toch niet gebruikt zal worden, spreekster wil dit echter zeker een kans geven. Er is heel veel voorwerk gedaan.
Spreekster is het ermee eens dat de hele gemeente profijt moet kunnen hebben van het Fort. Met Staatsbosbeheer en andere betrokken partijen is een Programma van Eisen opgesteld, waarin dit punt één van de voorwaarden is. Inzake de windmolens zegt spreekster dat er sprake is van een dilemma. Het college wil ontwikkelingen in de polder, maar er is ook de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de windmolens waarover in 2005 al een besluit genomen. Er zijn gesprekken gevoerd met Agro Wind, zij zijn al tien jaar bezig en het is dus een zeer langdurig proces. Tot een oplossing is men echter nog niet gekomen. Afgesproken is dat men het proces laat lopen en dat geprobeerd wordt creatief om te gaan met beide ontwikkelingen in dit gebied, maar het is niet ideaal.
De heer Verschuuren vraagt of de wethouder ervan op de hoogte is dat de windmolens onder de provincie Zuid-Holland vallen.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman is daarvan op de hoogte, het gaat dan met name om de vergunningen in het kader van de natuurbeschermingswet. Spreekster is blij met de opmerking van GroenLinks over het betrekken van deskundigen. Inzake de verschillende kleuren mortel zegt spreekster dat dit nog bij zal gaan kleuren. Dit kan wel een jaar duren.
De heer De Pijper wil dit graag zwart op wit zien van de deskundigen, hij gelooft daar namelijk niet in.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zal dit nog navragen. De toegangspoort is niet te bereiken met het normale materieel, dit was eerder ook het geval. Als de gemeenteraad het besluit neemt over de toeristisch recreatieve invulling en na afronding van het haalbaarheidsonderzoek, zal vanuit de afdeling Vergunningen en Handhaving worden bezoek hoe vluchtwegen en brandweertoegangen gerealiseerd kunnen worden. De brandweer is hiervan op de hoogte en zal met klein materieel komen als dat nodig is. Het is ook om die reden dat het Fort nu niet toegankelijk is voor grote groepen. Spreekster zegt dat de restauratie in de eerste fase betekent dat het Fort wordt teruggebracht in de staat zoals die in 1880 was. Toen zaten er geen ijsselsteentjes op. De perplexplaten zijn een tijdelijke maatregel, bij de tweede fase kan gekozen worden voor glas. Bij de oplevering van vandaag zijn de lelijke zettingen verwijderd en vervangen. Er zijn verschillende forten met visies: Fort de Hel, Fort Sabina, in het actieprogramma van het beleidsplan Economie is vastgesteld dat een actieprogramma wordt opgesteld voor de vesting Willemstad. Het college heeft afgesproken dat er een bredere visie op de vestingen en forten zal worden gemaakt. Hierin zullen ook Fort Bovensluis en Fort Oranje worden betrokken. De vraag is wel of dit qua capaciteit naar voren gehaald kan worden, in het actieprogramma staat dit pas voor 2010 gepland. Er zal creatief worden gekeken hoe dit eerder opgepakt kan worden. De raad zal hiervan op de hoogte worden gebracht.
In tweede termijn
De heer Van Schenk Brill wil graag in het haalbaarheidsonderzoek twee alternatieve situaties opgenomen zien, namelijk enerzijds het Fort in handen van de gemeente en anderzijds het Fort in handen van het Monumentenfonds. Spreker heeft sterk de indruk dat de mogelijkheden voor financiering van de restauratie in beide gevallen verschillend zullen zijn.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert zegt dat uiterlijk in maart 2009 een definitief voorstel naar de raad komt. Zij vraagt hierbij de toelichting over de windmolens en de gevolgen daarvan hierbij te betrekken.
De heer Verschuuren stemt in met het voorstel.
De heer Huijssoon geeft aan dat dit voor Onafhankelijk Moerdijk geen sterstuk is.
De heer Oskam zegt dat het onderzoek dat door de VVD wordt voorgesteld voor de ChristenUnie wel binnen het budget moet passen, anders heeft zijn fractie hier grote moeite mee. Voor spreker is het eigendom van de gemeente op termijn de gunstigste mogelijkheid.
De heer Van Schenk Brill zegt dat de vraag juist is of dit op termijn het gunstigst zal zijn.
De voorzitter vraagt de wethouder aan te geven of het bezwaarlijk is dit agendapunt door te schuiven naar de raadsvergadering van 18 december aanstaande.
De heer De Pijper zegt dat als alle agendapunten naar december worden doorgeschoven, deze agenda ook overvol wordt. Hij wil dit agendapunt in november behandeld zien.
De voorzitter zegt dat het presidium, waar de heer De Pijper deel van uitmaakt, aan de commissievoorzitters heeft gevraagd er zoveel mogelijk aan te werken de vergadering van 13 november aanstaande leeg te houden. Dat is wat spreker doet, hij heeft dan ook grote moeite met de opmerking van de heer De Pijper.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt dat doorschuiven naar december niet handig zou zijn omdat dan de planning van het voorstel in maart of april in gevaar komt. De suggestie van de VVD neemt spreekster mee, evenals de opmerking van het CDA.
Spreekster is blij dat ook de SP instemt met het voorstel.
De heer Verschuuren zegt dat de SP het haalbaarheidsonderzoek opvat als het in beeld brengen van alle mogelijkheden. Zo staat het in het voorstel.
Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt dat dit juist is.
Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling in de vergadering van 13 november aanstaande.
Steraanduiding raadsagenda: Nee.
9.2 Waterplan gemeente Moerdijk
De heer Verschuuren zegt dat dit voor de SP een sterstuk is.
De heer Huijssoon zegt dat hij het rondgedeelde memo liever eerder ontvangen had. Er is een bedrag beschikbaar gesteld van € 710.000, nu gaat het om € 505.000. Hoe zit het nu precies?
Wethouder Koevoets zegt dat er veranderingen zijn in de wetgeving, hij heeft daarom gevraagd om een en ander op papier toe te lichten.
De heer Huijssoon zegt met betrekking tot de ecologische verbindingszones dat het gaat om € 300.000, de provincie subsidieert dat in zijn geheel. Gesproken wordt van extra kosten voor grondverwerving. Spreker gaat er echter vanuit dat er niet meer grond gekocht wordt dan nodig is. Het bedrag van € 300.000 zou kunnen vervallen vanwege de subsidie. In de blauwe visie over de Roode Vaart is ook het onderzoeken van het ontkluizen van de Roode Vaart opgenomen. Spreker denkt dat als straks het Zoommeer zout wordt, er een groot probleem ontstaat voor de landbouw waardoor er gespoeld moet worden vanuit het Hollandsch Diep door de Roode Vaart. Spreker heeft begrepen dat het Waterschap heeft vastgesteld dat alle compenserende maatregelen voor rekening zijn van het rijk. Moerdijk moet zich ook zo opstellen, het gaat straks dan immers om een semi- nationaal zo niet van een nationaal belang. Spreker heeft daarom moeite met het bedrag van € 100.000.
De heer Oskam zegt dat het voor de ChristenUnie een sterstuk is.
Mevrouw Peters-van de Weijgaert zegt dat de belangrijkste zin uit het plan is, dat het voorstel wordt gedaan om zoveel capaciteit in te huren zodat kan worden voldaan aan alle wettelijke waterverplichtingen. Het CDA vindt dat een goede zaak en heeft een goed gevoel bij de genoemde acht aandachtspunten. Het is goed dat het waterpanel weer nieuw leven in wordt geblazen in een flexibele vorm. Voor het CDA is dit een sterstuk.
De heer De Vos zegt dat het voor de PvdA ook een sterstuk is. Spreker heeft zich afgevraagd of een aantal taken dat bij de gemeente hoort, in samenwerking met andere gemeenten kan worden opgepakt waardoor de personele inzet beperkt kan worden. Als voorbeeld noemt hij het waterloket. Hij vraagt de wethouder dit mee te nemen.
De heer Van Schenk Brill zegt dat het voor de VVD een sterstuk is. Hij is blij met de aanvullende memo inzake de financiële onderbouwing. Voorlopig zit er nog ruimte in het budget. Inzake de kosten op pagina 3, de extra financiële jaarlast van € 100.000, gaat spreker er vanuit dat deze niet zijn opgenomen in het financiële overzicht van het memo maar dat deze bij de begroting worden meegenomen middels een extra heffing. Met betrekking tot het onderzoek mogelijkheden ontkluizing Roode Vaart zegt spreker dat het duidelijk is dat er een grote relatie is met het Volkerak, of dat nu zout wordt of niet. Hij vraagt zich af of het verstandig is om voordat het onderzoek wordt gestart, de besluitvorming rond het Volkerak af te wachten. Als blijkt dat het belangrijk is een doorvoerroute voor zoet water te hebben, is de rijksoverheid de veroorzaker. Verder is het dan goed te kijken naar zowel de mogelijkheden voor ontkluizing van de Roode Vaart en naar eventuele alternatieven.
De heer De Pijper zegt dat dit voor GroenLinks een sterstuk is.
Wethouder Koevoets zegt dat het niet sjiek is dit onderwerp nogmaals door te schuiven, hij pleit ervoor dit als sterstuk te behandelen in de raadsvergadering van 13 november aanstaande. Het stuk is samen opgesteld met Brabantse Delta. Met betrekking tot de ecologische verbindingszones zegt spreker dat het met de agrariërs niet precies per meter is af te spreken. Niet alles is subsidiabel. Over het zoet/zoutprobleem is langdurig gesproken. Door het bestuurlijk overleg Krammer Volkerak, waarin het college met Zuid- Holland en Zeeland is vertegenwoordigd, is aan de staatssecretaris aangegeven wat men wil, namelijk het zout worden van het Zoommeer en het Volkerak. Daardoor ontstaat een zoetwaterprobleem in Tholen en West-Brabant. Nu moet het probleem in beeld worden gebracht zodat straks duidelijk is wat dit gaat kosten en wat de veroorzaker dus zal moeten betalen. Het is daarom verstandig die besluitvorming af te wachten. Dat neemt niet weg dat wel bekeken kan worden wat met het totale centrum van Zevenbergen mogelijk is.
De heer Van Schenk Brill zegt dat de VVD het project herinrichting centrum Zevenbergen niet wil uitstellen. Bekeken moet worden hoe het beste omgegaan kan worden met het centrum en de mogelijke rol van het water hierin. De functie van de Roode Vaart als doorvoerroute van zoet water kan in een later stadium.
De heer Huijssoon heeft begrepen dat het Waterschap heeft gezegd dat zij niets betalen als er gespoeld moet worden. Spreker is van mening dat Moerdijk dan ook niets moet betalen.
Wethouder Koevoets zegt dat het college de wettelijke waterverplichting wil uitvoeren en het liefst nog meer. De suggestie om te onderzoeken wat er in samenwerking met andere gemeenten mogelijk is, neemt hij mee.
De heer De Vos zegt dat Brabantse Delta hier ook bij betrokken kan worden.
Wethouder Koevoets is het daarmee eens. Hij zegt dat het inderdaad mogelijk is om tussentijds te bekijken wat er mogelijk is met het centrum van Zevenbergen.
De heer Braat zegt dat het bedrag van € 710.000 is bepaald toen de beeldvormende vergadering over het Waterplan heeft plaatsgevonden. Op basis van dat stuk is inzichtelijk gemaakt wat er nodig zou zijn voor de uitvoering van het Waterplan. Dit schema is in het memo opgenomen. Inmiddels zijn die gegevens ingehaald door ontwikkelingen.
Gedeputeerde Staten heeft besloten het gemeentelijk deel van de Ecologische Verbindingszones bij grondaankoop en inrichtingmaatregelen voor 100% te subsidiëren.
Daarmee is een taak weggelegd voor de gemeente, er moet in deze bestuursperiode zoveel mogelijk worden geïnvesteerd in de Ecologische Verbindingszones. Er zullen samen met het Waterschap grondaankopen moeten worden gedaan. Er is in de € 300.000 nog ruimte om de agrariërs tegemoet te komen. Daarnaast zijn er ook fysieke maatregelen aan infrastructuur, de ecoduikers die niet in de inrichtingsmaatregelen zitten.
In het memo zijn verdere alle acht maatregelen verder uitgewerkt. Maatregel 1: personeel, een apart onderdeel bij de integrale afweging, gekoppeld aan het GRP en de rioolheffing.
Maatregelen 2 en 3 kunnen worden gefinancierd uit het regulier waterbeleid, een product op de begroting. De € 710.000 die eerder zijn gevoteerd kunnen worden ingezet voor de maatregelen 4, 5, 6 en 7. Daarnaast is er een heel aantal maatregelen die niet als het meest urgent zijn aangemerkt maar wel in de komende bestuursperiode moeten worden opgepakt. Dit zijn voorlichting, maatregelen ten aanzien van integrale gebiedsanalyses, het toepassen van duurzaam onkruidbeheer, onderhoudsplannen voor de kernen.
Exclusief de PM posten komt men uit op een bedrag van € 505.000. Spreker hoopt ook dat er bij de afrekening € 200.000 teruggegeven kan worden.
De heer Huijssoon vraagt of punt 4 van het besluit dan wel zo moet blijven staan.
De heer Van Schenk Brill wijst erop dat de voorgestelde inzet tot nog toe het bedrag van
€ 505.000 is, er is dus nog speling voor de PM posten.
Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling . Steraanduiding raadsagenda: Ja.
9.3 Vaststelling artikel 30 WRO herziening bestemmingsplan Bedrijventerrein De Schans te Klundert
De heer Van Schenk Brill zegt dat het met betrekking tot de nota van zienswijzen niet duidelijk is of deze door een onafhankelijke commissie is opgesteld. Hij wil hier graag duidelijkheid over. In de brief van de familie De Visser wordt aangegeven dat in eerdere bijeenkomsten was aangegeven dat de bedrijfswoning de status private woning zou krijgen. Deze toezegging is blijkbaar niet nagekomen. Hoe zit dat?
De heer De Pijper zegt dat het voor GroenLinks een sterstuk is.
Wethouder Koevoets zegt dat er geen hoorzittingen hebben plaatsgevonden. Bij de vorige vaststelling was er wel een officiële hoorzitting. Daarbij zijn dezelfde zaken aan de orde geweest. Inzake de woning van de familie De Visser zegt spreker dat verkoop geen invloed heeft op de bestemming. Op een bedrijventerrein moet de bestemming blijven zoals die altijd is geweest. Waar de heer Van Schenk Brill op doelt, is door de vakambtenaar beoordeeld op basis van beleid.
De heer Van Schenk Brill vraagt of er geen andere toezeggingen gedaan zijn.
Wethouder Koevoets zegt dat er nooit andere toezeggingen zijn gedaan.
Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling.
Steraanduiding raadsagenda: Ja.
9.4 Voorstel tot het in voorbereiding verklaren van een herziening van het bestemmingsplan voor het bedrijventerrein Huizersdijk in Zevenbergen
De heer Van Schenk Brill zegt dat er een tweede voorbereidingsbesluit is genomen. Wordt nu binnen de looptijd het bestemmingsplan op de rails gezet? Zijn er in het afgelopen jaar aanvragen binnengekomen die op basis van het vigerend bestemmingsplan afgewikkeld moeten worden?
Wethouder Koevoets zegt dat er geen verzoeken zijn binnengekomen in het afgelopen jaar. In maart zal er ongeveer duidelijkheid zijn over de totale afronding en de onderhandelingen met alle bedrijven. Spreker is er zeker van dat eind dit jaar begonnen zal worden met de planprocedure.
Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling.
Steraanduiding raadsagenda: Ja.
9.5 Voorstel tot vaststelling richtlijnen voor milieueffectrapportage golfbaan Zevenbergen
In eerste termijn
De heer Van Schenk Brill zegt dat dit voor de VVD geen sterstuk is. Er zit geen notitie met richtlijnen bij, alleen een advies van de commissie voor de richtlijnen. De gebruikelijke procedure dat er een startnotitie wordt opgesteld. Deze is er blijkens het stuk ook geweest, maar spreker heeft niet terug kunnen vinden dat deze ooit door de raad is vastgesteld.
De heer De Vos zegt dat het voorstel wordt gedaan de richtlijnen op te gaan stellen.
De heer Van Schenk Brill zegt dat de formulering van het besluit dan anders zou moeten zijn, er zou dan gesproken moeten worden van het opstellen van de richtlijnen.
