Taal actief 3 | Handleiding | groep 5 | Mijn Malmberg
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 1 van 2
Ontdek de tekenaar
Maak het verhaal en de tekening af
Deze les vervangt les 13 van thema 2 in de Kinderboekenweek, maar kan ook op een ander moment worden gebruikt.
Tijdsduur 20 minuten
Doelen
Taalbeschouwing
• De kinderen kunnen aangeven welk woord niet in een reeks hoort op basis van bepaalde eigenschappen.
• De kinderen kunnen eigenschappen van verschillende soorten illustraties benoemen.
Materiaal
• Werkblad ‘Ontdek de tekenaar’
• Het taalboek van TA3
Werkwijze
Vraag de kinderen ter introductie of ze vinden dat er illustraties in een kinderboek horen.
Vertel: De Kinderboekenweek gaat over de illustraties in kinderboeken. Een illustratie is een plaatje. Het kan een foto zijn, een tekening, een schilderij, een collage enzovoort. Bespreek met de kinderen wat de eigenschappen van een tekening zijn. Vraag bijvoorbeeld: waarvan maak je een tekening? Welke materialen kun je gebruiken? Schrijf de eigenschappen die ze noemen op. (Bijvoorbeeld pen, stift of potlood, op papier, lijntjes, zwart-wit of kleur.)
Bekijk samen de collage bij het ankerverhaal op bladzijde 20 en 21 van dit thema. Laat de kinderen in tweetallen vier eigenschappen van een collage opschrijven. (Bijvoorbeeld allerlei materialen, kleien, scheuren, plakken, stukjes foto en papier.) Verzamel alle eigenschappen op het bord.
Vergelijk de rijtjes met eigenschappen van een tekening en van een collage. Welke dingen zijn hetzelfde? Welke dingen zijn verschillend?
Welke eigenschap van een collage hoort niet bij een tekening? (Bijvoorbeeld plakken, kleien.) Laat de kinderen naar de illustratie op bladzijde 55 kijken. Vergelijk de tekening samen met de eigenschappen van een tekening en die van een collage. Welke eigenschappen van een collage horen er niet bij? Is het meer een tekening of meer een collage?
Laat de kinderen naar pagina 2 van het taalboek kijken. Hier staan de mensen die het boek gemaakt hebben. Vraag wie de collages heeft gemaakt. Vraag: Tel snel hoeveel mensen er in totaal de illustraties van dit boek hebben gemaakt. (15)
Deel hierna het werkblad uit. Vertel dat ze op het werkblad rijtjes met eigenschappen gaan bekijken. Eén hoort er steeds niet bij. Bij vraag 6 t/m 10 moeten ze opschrijven wat er juist wel bij hoort.
Aandachtspunt
Laat de kinderen de eerste vijf items doen.
Bekijk dan samen de illustratie. Laat de kinderen benoemen wat voor soort illustraties ze zien (tekening, collage, schilderij).
Geef een tip: bij 9 gaat het over de voorkant van een boek.
Antwoorden
1. inkt; papier; karton; tekst; huisschilder 2. streepjes; plakken; papier; uitgever;
illustratoren
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 2 van 2 1. Welk woord hoort er niet bij?
Zet een kring om dat woord.
Doe het zo:
rood – inkt – paars – groen papier – lijm – nietjes – paperclip stiften – karton – kleurpotlood – verf foto – tekening – tekst – collage
illustrator – striptekenaar – kunstschilder – huisschilder 2. Welk woord hoort erbij?
Kijk naar de drie woorden achter het rijtje. Welk woord hoort bij het eerste rijtje? Zet daar een kring om.
tekenpen – inkt – stippeltjes streepjes/propjes/kwasten zoeken – knippen – schuiven frommelen/plakken/weggooien
karton – hout – linnen steen/papier/plastic
titel – schrijver – illustratie uitgever/eigenaar/stift Yvonne van de Ven – Alice Feenstra – Hans Kievit illustratoren/collage/schilder
Klaar?
Bekijk de illustraties op bladzijde 10, 35, 41, 91, 126 en 163 in je taalboek.
Kies degene die je het leukst of mooist vindt.
Schrijf vijf eigenschappen van deze illustratie op. Kan een ander raden welke illustratie je koos?
Maak het moeilijk door ook een paar eigenschappen te nemen die jouw illustratie deelt met andere illustraties.
...
...
...
...
Ontdek de tekenaar
Taal actief 3 | Werkblad | groep 5 | Mijn Malmberg