Onderwerp : Toelichting op de wijzigingen Registratienummer : at16003400
Registratiecode : *at16003400*
Auteur : Evita Suradi
Status : Openbaar
Wijzigen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen lid b
beheerder: een door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar belast met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of diens gemachtigde;
IN:
lid b
beheerder: degene die door het college met de dagelijkse leiding van de begraafplaats is belast of degene die hem vervangt;
Toelichting
De aanduiding ‘aangewezen ambtenaar’ kan in de praktijk te beperkt zijn. Het moet mogelijk zijn om ook externen met het beheer van de begraafplaats te kunnen belasten die geen ‘ambtenaar’ zijn in de zin van de Ambtenarenwet. Voorts is met de gewijzigde formulering vastgelegd dat de bevoegdheden van de
beheerder ook toekomen aan degene die de beheerder vervangt.
Toevoegen lid c
college: het college van burgemeester en wethouders van Beuningen
Toelichting
In de oude Beheersverordening was nog geen omschrijving opgenomen van dit begrip. Dienovereenkomstig wordt in de overige tekst van de nieuwe Beheersverordening de verwijzing naar ‘het college’ gehanteerd.
Vernummeren en wijzigen lid c
grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;
IN:
lid d
grafkelder: een constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet;
grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;
Toelichting
De specifieke aanduiding van ‘betonnen of gemetselde constructie’ is verwijderd, omdat tegenwoordig een grafkelder ook uit kunststof kan bestaan.
Vernummeren
lid d tot en met lid o in: lid e tot en met lid p
2 Wijzigen
Artikel 5 Opgravingen en ruimen
Het opgraven van lijken en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbij geen andere personen aanwezig zijn dan degenen die met deze werkzaamheden en het toezicht daarop zijn belast.
IN:
Artikel 5 Opgravingen en ruimen
Bij het opgraven van lijken en de ruiming van graven zijn geen andere personen aanwezig dan degenen die met deze werkzaamheden en het toezicht daarop zijn belast.
Toelichting
Vereenvoudiging van de omschrijving.
Wijzigen
Artikel 8 Categorieën
1. Op de begraafplaats worden de volgende categorieën onderscheiden:
a. algemeen;
b. katholiek;
c. protestants;
2. Burgemeester en wethouders kunnen de hierboven vermelde categorieën, aanvullen met andere categorieën.
3. Burgemeester en wethouders bepalen voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
IN:
Artikel 8 Categorieën
1. Het college kan bij nader vast te stellen regels de algemene en particuliere graven onderverdelen in categorieën indien dat uit religieuze overwegingen wenselijk is.
2. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Toelichting
De huidige indeling naar categorieën worden in de praktijk niet gehanteerd. Het blijkt dat daaraan geen behoefte meer is. Het college behoudt wel de mogelijkheid om een dergelijke indeling vast te stellen in verband met eventuele toekomstige wensen vanuit de samenleving.
Wijzigen
Artikel 10 Termijnen van graven
1. Burgemeester en wethouders verlenen op schriftelijke aanvraag voor de tijd van twintig jaar, het recht op een graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het graf is uitgegeven.
2. Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd telkens met een termijn van tien jaren.
3. Een recht als in dit artikel bedoeld, kan slechts aan één rechthebbende worden verleend ten behoeve van zichzelf en voor de personen genoemd in artikel 12, eerste lid. Verlening van het recht ten behoeve van een ander is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
IN:
Artikel 10 Termijnen van graven
1. Het college verleent op schriftelijke aanvraag voor de tijd van twintig jaar, het recht op een graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het graf is uitgegeven.
2. Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd.
3. Een recht als in dit artikel bedoeld, kan slechts aan één rechthebbende worden verleend ten behoeve van zichzelf en voor de personen genoemd in artikel 12, eerste lid. Verlening van het recht ten behoeve van een ander is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
3 Toelichting
Het opnemen van een vaste termijn van verlenging wordt in de praktijk als te dwingend ervaren.
Daarom wordt voorgesteld om het onderdeel in lid 2 dat verlenging telkens met een termijn van 10 jaren plaatsvindt, te laten vervallen. Dat brengt mee dat verlenging ook voor een jaar of voor 20 jaar mogelijk is.
De wijziging leidt tot meer keuzevrijheid voor nabestaanden.
Wijzigen
Artikel 20 Vergunning voor grafbedekking vereist
1. Voor het aanbrengen van een gedenkteken, niet zijnde beplanting of tijdelijke versiering is vergunning vereist van burgemeester en wethouders.
2. Burgemeester en wethouders kunnen in geval door de plaatsing van een gedenkteken de eerbaarheid naar hun oordeel in het gedrang komt, de plaatsing van zo’n gedenkteken weigeren.
IN:
Artikel 20 Melding vereist voor gedenkteken
1. Het plaatsen van een gedenkteken, niet zijnde beplanting of tijdelijke versiering is uitsluitend toegestaan na een voorafgaande schriftelijke melding bij de beheerder.
2. De melding dient ten minste een week voorafgaand aan de melding te worden ingediend.
Toelichting
De vereiste vergunning voor een gedenkteken is in de nieuwe verordening gewijzigd in een melding. Reden daarvoor is de wens tot versoepeling van de voorschriften. Deze meldingplicht is enkel bedoeld om de plaatsing te kunnen afstemmen met de beheerder. Denk aan het openen van de poort, het voorkomen van een eventuele samenloop met een uitvaart en dergelijke. Een gedenkteken moet wel voldoen aan de toegestane afmetingen voor een gedenkteken opgenomen in artikel 18 van de Beheersverordening.