H.J. Schimmel, Joan Woutersz. · dbnl
Hele tekst
GERELATEERDE DOCUMENTEN
1:13-15
Ik heb mij - en eigenlijk is dat het bitterste in deze heele ervaring, zei hij plotseling in een groote oprechtheid, terwijl zijn gezicht een pijnlijken trek kreeg - ik heb
George werd tusschen Sir Henry en diens wederhelft in geplaatst; daar naast ging Charles zitten. Aan weerszijdden der tafel bleef er toen eene plaats open, als grensscheiding
De Jong's onderstelling, dat Joan Derk zijn auteurschap van Aan het Volk van Nederland ‘zelfs tegenover zijn beste vrienden’ verborgen zou hebben willen houden, berust op een
Daarmede komt hem als bij openbaring den zin van het leven duidelijk voor: alles wat hem zoo belangrijk en noodzakelijk scheen, heeft nu zijne waarde verloren, - al die jaren heeft
De oudvader Augustinus bad tijdens zijn ziekte: 'O Heere, Gij hebt de dood niet geschapen, zo bid ik U dan, laat toch niet toe, dat wat Gij niet gemaakt hebt, zou
Daar ben ik het niet mee eens.' Aan het woord is moraalfilosoof Etienne Vermeersch, die door de krant De Morgen naar zijn mening werd gevraagd over de uitspraak van
‘Een oog voor een oog en een tand voor een tand.’ Maar Ik zeg jullie: verzet je niet tegen wie je kwaad doet.. Slaat iemand op je rechterwang, keer hem dan ook je