• No results found

Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf

Citation for published version (APA):

Est, van, R. (2009). Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf. In Proceedings of the Nanopodium

werkconferentie, May 27-28, 2009 (pp. 3-5).

Document status and date:

Published: 01/01/2009

Document Version:

Publisher’s PDF, also known as Version of Record (includes final page, issue and volume numbers)

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be

important differences between the submitted version and the official published version of record. People

interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the

DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page

numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at:

openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

M e m o | 3

4. Luisteren vanuit de bron. Dit niveau van dialoog is het “genererend luisteren vanuit de toekomst die zich ontvouwt”. Het gaat om luisteren vanuit een “open wil” dat is gericht op het toekomstige geheel. Er is een verschuiving van identiteit naar het authentieke zelf.

Het “U-proces” loopt via deze niveaus. Het begint op het eerste niveau en gaat via de diepere niveaus weer terug naar het eerste niveau. Het begint met het gezamenlijk waarnemen (“co-perceiving”), via het wederzijds inspireren (“co-inspiring”) naar het gezamenlijk creëren (“co-creating”).

Theory U biedt een praktische aanpak voor het gezamenlijk creëren van een toekomst (volgens de stappen co-initiating, co-sensing, co-inspiring, co-creating, en co-evolving).

“In his book, Otto Scharmer invites us to see the world in new ways—and to learn from the future as it emerges. It all hinges on our attention. "If I attend this way, it emerges that way." But what often keeps us from "attending" is what Scharmer calls our blind spot": the inner place from which each of us operates. Unless we become aware of that blind spot—both as individuals and as communities and larger systems—we won't be able to successfully address the pressing issues and challenges of our time.

Theory U explores a whole new territory of scientific research and personal leadership. By moving through the "U" we learn to connect to our originating Self. We travel down the left side of the "U" to find ourselves in the realm of presencing, where we learn to sense the future that is seeking to emerge. At that level of operating, we experience the opening of our minds, our hearts and our wills.”

(http://www.presencing.com/presencing-theoryu/theoryu.shtml)

3a. Agenda voor de maatschappelijke dialoog over

nanotechnologie

“Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf”

Rinie van Est van het Rathenau Instituut geeft een presentatie over “Nanotechnologie en de nieuwe technologische golf”. Het Rathenau Instituut is een onafhankelijke organisatie die zich bezighoudt met vraagstukken op het snijvlak van wetenschap, technologie en samenleving en die de politiek daarover informeert. Een van de kerntaken is het bestuderen van de effecten van wetenschap en technologie op de samenleving vanuit een publieke invalshoek. Sinds 2003 stimuleert het Rathenau Instituut een open dialoog over nanotechnologie tussen wetenschap, overheid, bedrijfsleven en samenleving. (Zie de website)

Het Rathenau Instituut ziet nanotechnologie als een parapluterm voor een brede

technologische trend waarbinnen diverse ontwikkelingen plaatsvinden. Bijvoorbeeld in de elektronica en informatie- en communicatietechnologieën, de levenswetenschappen, geneeskunde en voeding. Op dit moment vinden er reeds forse investeringen plaats in nanotechnologie ($18,2 miljard wereldwijd).

In 2004 publiceerde het Rathenau Instituut een oriënterende studie “Om het kleine te waarderen” waarin tal van relevante toepassingsgebieden van nanotechnologie, zoals ICT en geneeskunde worden beschreven. Per toepassingsdomein worden maatschappelijke

aandachtsgebieden genoemd. De studie laat verder zien hoe het (internationale) publieke

(3)

M e m o | 4

nanotechnologie als inzet voor een maatschappelijk debat en doet een oproep tot het werken aan een breed gedragen publieksagenda. In vervolg op de publicatie is in een serie workshops een groot deel van de terreinen in kaart gebracht waarop nanotechnologie mogelijk van betekenis zal zijn. Ter afsluiting van het project is op woensdag 13 oktober 2004 in de Tweede Kamer de bijeenkomst ‘Kleine technologie – Grote gevolgen’ georganiseerd, in samenwerking met de Themacommissie Technologiebeleid van de Tweede Kamer. (Klik hier voor het verslag.) Uit de bijeenkomst bleek dat de discussie over nanotechnologie beter gevoerd kan worden aan de hand van concrete toepassingen. In 2005 is het Rathenau Instituut daarom gestart met het project Nano in Focus.

Uit de activiteiten van het Rathenau Instituut blijkt dat de ontwikkelingen in de nanotechnologie

verschillende soorten vragen oproepen. In de eerste plaats is er grote onzekerheid over de mogelijke risico’s van synthetische nanodeeltjes voor gezondheid en milieu. De maatschappelijke vragen die hiermee gepaard gaan zijn urgent, maar verschillen niet veel van bekende vraagstukken. In de tweede plaats heeft de opkomst van nanotechnologie ook een veel grotere beweging in wetenschap en technologie zichtbaar gemaakt. Het inzicht groeit dat nanotechnologie, biotechnologie, informatietechnologie en cognitieve wetenschappen elkaars ontwikkeling stimuleren. Op het grensvlak van deze sleuteltechnologieën ontstaan allerlei nieuwe technologieën. Het samenkomen van deze vier gebieden wordt aangeduid met technologische convergentie, of specifieker: NBIC-convergentie. Het bijzondere aan deze convergentie is dat technologieën en wetenschappen die zich met dode materie bezighouden (computers, robots) versmelten met die over levende materie (cellen, genen). “Nanotechnologie” biedt zicht op een nieuwe “technologische golf”.

Rinie van Est eindigt zijn presentatie daarom met de conclusie: “Nano bedankt!”. Juist omdat

nanotechnologie zicht biedt op een breed front aan nieuwe ontwikkelingen in wetenschap en technologie, biedt nanotechnologie een kans om over de maatschappelijke betekenis van de nieuwe technologische golf te praten (de “nanodialoog”). Het debat is nog volop in ontwikkeling, zowel voor wat betreft de inhoud als de deelnemers aan het debat. Het Rathenau Instituut heeft daarbij gemerkt dat betrokkenheid van verschillende partijen en burgers niet vanzelfsprekend is. Het Rathenau Instituut pleit daarom voor een combinatie van een debat over actuele toepassingen met een debat over actuele visies. Daarbij moet het gaan om een speelse combinatie tussen onderzoek, discussie en visievorming.

Overleg in werkgroepen

Naar aanleiding van de presentatie van Rinie van Est wordt in drie ronden in subgroepen verder

gediscussieerd over wat interessante en nieuwe elementen zijn die kunnen worden gebruikt bij het opstellen van een publieksagenda.

Vragen die bij de deelnemers naar voren komen, zijn bijvoorbeeld hoe om te gaan met de breedte van nanotechnologie. Nanotechnologie kent immers vele verschillende toepassingsgebieden en de issues verschillen per domein. Hoe kunnen we voorkomen dat alles op een hoop wordt gegooid? Hoe geven we aandacht aan de diversiteit die schuil gaat onder de vlag van nanotechnologie? Is het nanodebat in feite een debat over de brede technologische ontwikkeling? Waarom gebruiken we “nano” als noemer voor de

discussie, als het om een bredere technologische ontwikkeling gaat? Hoe breed of smal moet de maatschappelijke dialoog gevoerd worden?

Er is bovendien nog veel onbekend over de risico’s en mogelijkheden van nanotechnologie. Het is nog onduidelijk hoe nanotechnologie de maatschappij gaat veranderen. Deelnemers zien veel kansen, zoals

(4)

M e m o | 5

bijdragen van nanotechnologie aan duurzaamheid. Maar deelnemers zien ook ethische kwesties rondom human enhancement, militaire toepassingen en het gebruik van nanotechnologie in de voedselketen. Er zijn ook risico’s van nanodeeltjes voor de gezondheid van mensen (al of niet op de werkplek) en het milieu. Een belangrijk thema is dus hoe we de kansen en risico’s van nanotechnologie kunnen inschatten en wegen. En in hoeverre risico’s (op dit moment) gemeten kunnen worden.

Hieraan gerelateerd speelt de vraag of we aparte regelgeving voor nanotechnologie nodig hebben. En als zulke regelgeving nodig is, hoe we kunnen komen tot goede regelgeving. Hoe kan het voorzorgprincipe geoperationaliseerd worden zonder de beloften van nanotechnologie in de kiem te smoren? Wie is er aanspreekbaar op de effecten van nanotechnologie?

Zolang er nog weinig bekend is over de risico’s en er nog geen goede regelgeving is, zal het niet gemakkelijk zijn om een maatschappelijke dialoog te voeren die verder gaat dan een debat over risico’s (van nanodeeltjes).

Bij de deelnemers leeft het besef dat het organiseren en faciliteren van een maatschappelijke dialoog allesbehalve eenvoudig is. In het verleden zijn maatschappelijke discussies over nieuwe technologieën niet altijd goed verlopen, zoals bij genetisch gemanipuleerd voedsel in de jaren ’90. De uitdaging is om bij het debat over nanotechnologie niet weer dezelfde fouten te maken en het dit keer beter te doen. Het debat moet dus niet teveel voorgestructureerd worden. Zoveel mogelijk geïnteresseerden zullen moeten worden betrokken bij het debat. Daarom moet aan de mogelijke deelnemers ook duidelijk worden gemaakt wat de bedoeling van de dialoog is. Het is immers niet voor iedereen evident dat een maatschappelijke dialoog (op dit moment) zinvol is. Het doel van de dialoog moet helder worden gemaakt. Voor deelnemers moet duidelijk zijn waarom ze er tijd en energie in zouden moeten steken. Het doel van de dialoog kan worden gesteld in termen van het effect dat het zal hebben op het beleid en op de ontwikkelingen in de wetenschap en technologie. Het zal ook bijdragen aan een beter begrip in de maatschappij over de kansen en risico’s van nanotechnologie.

Het zorgen voor een genuanceerde discussie over nanotechnologie met aandacht voor zowel risico’s als kansen zal niet eenvoudig zijn. Er is bovendien nog veel onzekerheid en onwetendheid over (gevolgen van) nanotechnologie, dat maakt een discussie sowieso lastig. Nanotechnologie is bovendien erg breed. Voor een zinvolle discussie is het wellicht nodig om het debat per toepassingsdomein te voeren.

Deelnemers aan het maatschappelijk debat zullen de nodige kennis moeten hebben om zinvol mee te kunnen praten. Welke kennis over nanotechnologie zullen deelnemers nodig hebben om een goede bijdrage aan het maatschappelijke debat te kunnen leveren? Hoe zorg je voor een goede, onbevooroordeelde informatievoorziening aan burgers? In hoeverre kan ook kennis van buiten de moderne wetenschappen hierbij betrokken worden?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

the change in stress state in a situation of bending over a tool radius caused by a normal stress at the contact must not be ignored in an analysis. Nevertheless, more research is

“37D (6) Despite sections (b) of the definition of “pension interest” in section 1 (1) of the Divorce Act, 1979, the portion of the pension interest of a member of a pension

33 Rathenau Instituut: Verslaglegging Workshop Kansen en Risico’s van Nanodeeltjes (17 februari 2004)... delijk betrokken moeten worden bij de discussie over de maatschappelijke voors

Figure shows the CO 2 -emission per square meter produced by the production and transport of the construction and insulation materials except for the electricity use of the tools

Vraagenaanbod.nl - Nanotechnologie biedt mkb-metaal kansen - Nieuws..

 To investigate the effect of synthesis temperature and molar concentration of lead acetate on the structure, morphology and optical properties of PbS

disputed that the majority of mineworkers have little to no access to the South African justice system as they are all impoverished or indigent and are living in

Would you have any objections to change some of your institution’s unique organisational characteristics to that of the merged / incorporated