• No results found

Vraag nr. 74 van 11 januari 2001 van de heer CHRIS VANDENBROEKE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 74 van 11 januari 2001 van de heer CHRIS VANDENBROEKE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 74 van 11 januari 2001

van de heer CHRIS VANDENBROEKE Export Vlaanderen – Vacatures

Dat Export Vlaanderen als belangenbehartiger van de buitenlandse handel in volle uitbouw is, k a n enkel worden toegejuicht. Gegeven de zeer hoge openheidscoëfficiënt van de Vlaamse economie, i s het alvast aangewezen om deze troef verder ter harte te blijven nemen.

In een recente doorlichting (1999) werd er dan ook op gewezen dat een personeelsaanpassing en -u i t-breiding aangewezen is. Een geapprecieerde ge-dachtewisseling in het Vlaams Parlement (novem-ber 2000) met de algemeen directeur van Export Vlaanderen kan dit enkel bevestigen (Stuk 490 ( 2 0 0 0-2001) – Nr. 1 – red.). Niet anders zal het zijn wanneer de buitenlandsehandelspolitiek bin-nenkort zo goed als volledig wordt geregionali-seerd.

Het brengt ons tot het formuleren van enkele con-crete vragen.

1. Eind 2000 waren er op een bestand van 51 VLEV's (Vlaamse economische vertegenwoor-digers) liefst acht posten (15,7 %) vacant, n a a s t zeven voor handelssecretaris op een bestand van twintig (35 %).

Zijn deze vacatures intussen reeds ingevuld ? 2. Hoe is het te verklaren dat binnen een

perfor-mante dienst als Export Vlaanderen een derge-lijk hoog aantal vacatures wordt genoteerd ? 3. Binnen welke (van de 86) kantoren is er sprake

van een tijdelijke onderbezetting en waaraan met name is dit toe te schrijven ?

4. Kunnen verdere preciseringen worden meege-deeld omtrent de "aanwezigheidsduur", en dit per kantoor van de VLEV's en handelssecreta-rissen ?

5. Waarom en in welke mate is daarbij sprake van mutaties tussen de diverse kantoren, of gaat het veeleer om stopzettingen van carrières (waaruit volgt dat meteen een pak expertise verloren gaat) ?

6. Welke specifieke criteria zijn bepalend bij het in dienst nemen van economische vertegenwoordi-gers en/of handelssecretarissen ?

7. Verwacht wordt dat door de afschaffing van de BDBH (Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel) het personeelsbestand van Export Vlaanderen verder zal toenemen, dit overeen-komstig de uitbreiding van de verantwoordelijk-heden.

Kan de mogelijke uitbreiding van het perso-neelsbestand nu reeds nader worden omschre-ven ?

Wat zullen hiervan de gevolgen zijn voor de v e r-dere uitbouw van het buitenlandse netwerk ?

Antwoord

1. De selectieprocedure voor de invulling van de acht bedoelde vacatures is inmiddels afgerond. Een ontwerpbesluit van de Vlaamse regering tot benoeming van acht nieuwe Vlaamse econo-mische vertegenwoordigers staat op de agenda van de vergadering van de Vlaamse regering van 16 februari eerstkomende.

2. De recente vacatures kunnen worden verklaard door (a) de gestage uitbreiding van het buiten-landse netwerk, waarbij meerdere nieuwe standplaatsen werden gecreëerd, en (b) het ver-vallen van de vorige wervingsreserve voor Vlaamse economische vertegenwoordigers op 3 1 december 1998. Daardoor werden tussen ja-nuari 1999 en juli 2000 geen nieuwe vertegen-woordigers meer aangeworven.

Gedurende de voorbije twee jaar zijn ook enke-le economische vertegenwoordigers gepensio-neerd en zijn er ook enkele die de stap hebben gezet naar de privé-sector.

Met de benoeming van twee Vlaamse economi-sche vertegenwoordigers in China in juli 2000 en de benoeming van acht bijkomende econo-mische vertegenwoordigers, wordt deze lacune aangevuld.

(2)

starten en dus momenteel niet als onderbezet te beschouwen.

Elk van de thans vacante posten is echter steeds bemand gebleven door het ondersteunend per-s o n e e l , of werd waargenomen door een collega economisch vertegenwoordiger. Rekening hou-dende met de lokale kantooruren, zijn er steeds personeelsleden ter beschikking gebleven om ondernemingen wegwijs te maken en individu-ele vragen op te lossen.

Als b i j l a g e vindt de Vlaamse volksvertegen-woordiger een overzicht van de standplaatsen van de economische vertegenwoordigers en de aanvangsdatum van tewerkstelling op hun hui-dige post.

4. De mutatiebeweging wordt gezien als een ele-ment ter voorkoming van verstarring en ter cre-atie van een blijvend dynamisme bij het perso-neelslid.

Als algemene regel wordt gesteld dat een ver-blijfsduur op eenzelfde post tussen de vier en acht jaar ligt.

Inzake de mutatie wordt rekening gehouden met de gespecialiseerde kennis die de betrokke-ne heeft verworven en de lasten veroorzaakt door de levensomstandigheden van de verblijfs-s t a a t . Tevenverblijfs-s worden onder andere volgende be-grippen als objectieve criteria bij mutatie ge-bruikt : jaren op post, "hardship" inzake de s t a n d p l a a t s, huidige en vorige standplaatsen, evaluaties, ervaring en interesse.

Uitzonderlijk kan hiervan worden afgeweken om familiale of medische redenen.

6. De jongste selectieprocedure voor Vlaamse eco-nomische vertegenwoordigers geschiedde via Jobpunt V l a a n d e r e n , dat op zijn beurt een be-roep deed op Deloitte & Touche voor screening van de kandidaten.

De selectie verliep op grond van volgende veeiste kerncompetenties : analytisch inzicht, v e r-a n t w o o r d e l i j k h e i d s z i n , zelfstandig werken, nemen van initiatief, r e s u l t a a t g e r i c h t h e i d , r e l a-tiebekwaam voor de uitbouw van een netwerk, c o m m u n i c a t i e v a a r d i g, o n d e r h a n d e l i n g s v a a r d i g-h e d e n , organisatie- en planningsvaardigg-heden, r e p r e s e n t a t i v i t e i t , mogelijkheid tot het verwer-ven van nieuwe kennis, kennis van de V l a a m s e economische context, kennis van de politieke instellingen, taalkennis.

7. Ingeval het Lambermont-bis-akkoord al dan niet geamendeerd zou worden goedgekeurd in het federale parlement, wordt inderdaad een substantiële personeelsoverdracht van de BDBH naar de gewesten verwacht. De impact daarvan op het personeelsbestand van Export Vlaanderen kan vandaag nog niet in detail wor-den omschreven.

Gelet op het feit dat de BDBH sinds een kleine tien jaar niet meer beschikt over een buiten-lands netwerk, gaat het uitsluitend om perso-neel dat het afgelopen decennium in het bin-nenland is tewerkgesteld geweest.

Van de mogelijke overheveling van dat perso-neel wordt daarom geen directe impact ver-wacht op de evolutie van het buitenlands net-werk van Export Vlaanderen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bestaat er reeds duidelijkheid omtrent de toekom- stige bestemming van de grenspost enerzijds en omtrent het tijdstip waarop voor een nieuwe be- stemming wordt

Het is nog steeds de bedoe- ling om beide rotondes dit jaar aan te besteden, zodat er op dit ogenblik nog geen sprake kan zijn van uitstel van

De aannemer werd erop gewezen dat de boete we- gens laattijdige uitvoering zal worden toegepast en d a t , na het einde van de werken, een negatief dos- sier zou worden ingediend bij

Kan de minister voor het jaar 2000 een over- zicht op maandbasis verschaffen van enerzijds het aantal toekenningen en anderzijds de toege- kende expansiesteun aan middelgrote en

Naar verluidt houdt men zich thans bij de afdeling Wegen en Verkeer bezig met het opstellen van een prioritaire lijst van leuningen van het kunstwerkpa- trimonium van We s t-V l a a

Wat is de stand van zaken op datum van 1 okto- ber van het leerkrachtentekort en -overschot in de vervangingspools van de arrondissementen Kortrijk-Roeselare-Tielt1. Kan de minister

– leerkrachten met een diploma voor het secun- dair onderwijs beschikken over meer alternatie- ven voor een job buiten het onderwijs, dan kleu- teronderwijzers en onderwijzers..

In plaats van het aantal deelnemersuren van deze centra te verhogen tot 18.000, kan het probleem van de kleine centra ook opgelost worden door fu- sies tussen de kleine centra