• No results found

“Meer mogelijk maken…in minder tijd”

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "“Meer mogelijk maken…in minder tijd”"

Copied!
54
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

“Meer mogelijk maken…in minder tijd”

Onderzoek naar de time-to-market van nieuwe ABN AMRO producten

- Bijlagen -

Daniël Stregels

Amsterdam, april 2007

(2)

“Meer mogelijk maken…in minder tijd”

Onderzoek naar de time-to-market van nieuwe ABN AMRO producten

Afstudeeronderzoek Business Development

In opdracht van: ABN AMRO Bank

Business Solutions

PBBS/ Development

Rijksuniversiteit Groningen

Faculteit Bedrijfskunde

Datum: April 2007

Plaats: Amsterdam 1

e

Begeleider RuG: Dr. P.C. Muller 2

e

Begeleider RuG: Dr. J. Kratzer Bedrijfsbegeleider: Drs. T. Jung

Auteur: D.W.J. Stregels

Studentnummer: 1274309

De auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van het afstudeerverslag;

het auteursrecht van het afstudeerverslag berust bij de auteur.

(3)

Inhoudsopgave

Bijlage 1 Projectaanpak 4

Bijlage 2 Definitiebepaling 5

Bijlage 3 Factoren uit literatuur en praktijk 6

Bijlage 4 Veronderstellingen 7

Bijlage 5 Fasen van het onderzoeksproces 10

Bijlage 6 Vragenlijst SurveyMonkey 11

Bijlage 7 Operationalisering factoren 19

Bijlage 8 Begeleidende e-mail 20

Bijlage 9 Resultaten SurveyMonkey 21

Bijlage 10 SPSS Output gemiddelde scores 33

Bijlage 11 SPSS Output cumulatieve scores 34

Bijlage 12 Competenties Solution Engineer 42

Bijlage 13 Inhoud Project Start Up 43

Bijlage 14 Leidraad Belbin teamrollen 44

Bijlage 15 Overzicht aanbevelingen knelpunten 46 Bijlage 16 Overzicht aanbevelingen aandachtspunten 48

Bijlage 17 Literatuurlijst 50

(4)

Bijlage 1 Projectaanpak

AFRONDEN

Aanleiding / Idee

Implementatieplan Project Management Fases

Wijzigingsvoorstel

Voortgangsrapportage

Geld Organisatie Kwaliteit Informatie Tijd Risico

Management aspecten Architecture Development

Architecture Map

Architecture Management

Quick

Scan

Werk plan

Post project evaluatie

PPG Proces

Overdracht Eind evaluatie

Risico Logboek

Project

voorstel

Timebox plan

Timebox plan

Increment Review doc.

Routemap CBD JAVA

Routemap COBOL-Telon for mainframe Routemap Package Solution Routemap COOL:Gen classic DSDM fases

Pre-Project

Feasi bility Study

Business Study

Functional Model iter.

Design &

Build iter.

Implemen tatie

Post project

BEWAKEN & BIJSTUREN

VOORBEREIDEN

Routemap Peoplesoft

(5)

Bijlage 2 Definitiebepaling

Time-to-market: de tijd uitgedrukt in maanden, die een product nodig heeft het productontwikkelingsproces te doorlopen.

Productontwikkelingsproces: het traject van een idee voor een nieuw product tot het moment dat dit nieuwe product voor de klant beschikbaar is. In dit onderzoek ligt de focus op het ontwikkelen van het nieuwe product.

Product: producten van financiële instellingen zijn zelden tastbaar, hebben een hoog ICT gehalte en hebben veel weg van diensten. In dit onderzoek wordt zodoende onder een product verstaan; een ICT gerelateerde dienst.

Project: een project is een samenhangend geheel van tijdelijke activiteiten, die binnen een afgebakende tijdsperiode en voor een vastgesteld budget, moeten leiden tot een vooraf omschreven eindresultaat, in opdracht van de sponsor

1

.

Het ontwikkelen van een nieuw product gebeurt in projectvorm. Onderscheid wordt gemaakt tussen projecten en ‘releases’. Releases zijn kleine wijzigingen aan bestaande producten/ systemen en worden in dit onderzoek niet bij het

productontwikkelingsproces betrokken. De focus ligt op projecten; projecten hebben wel als doel een nieuw product op te leveren.

Projectmanager: is verantwoordelijk voor het bereiken van het resultaat van het project en de juiste, volledige en tijdige uitvoering van de aan hem verstrekte projectopdracht (tijd, kwaliteit, inhoud en geld). De projectmanager kan (delen van) zijn taken delegeren aan de projectleider

2

.

1

De opdrachtgever van het project, hij is degene van wie het probleem is en die daarvoor een oplossing wil.

2

De projectleider is verantwoordelijk voor de uitvoering (inclusief oplevering van de eindproducten) uit het ontwikkeltraject. Hij stuurt alle betrokken resources aan en rapporteert over de tijdlijnen en de budgetrealisatie aan de projectmanager. In grotere projecten kunnen meerdere projectleiders in het project werkzaam zijn.

Projectleiders kunnen dan voor specifieke aandachtsgebieden worden ingezet.

(6)

Bijlage 3 Factoren uit literatuur en praktijk Literatuur:

Productontwikkelingteams Coöperatie Project Portfolio Management Support

Teamgrootte Samenwerking met

derden

Aantal projecten Materiële steun management Toewijding van de

teamleden

Communicatie tussen de afdelingen

Aantal beschikbare resources

Niet-materiële steun management

Teamlocatie Overeenstemming tussen de afdelingen

Projectselectie Betrokkenheid management

Teamleidereigenschappen Teamsamenstelling Communicatie tussen de

teamleden

Praktijk:

Productontwikkeling- teams

Coöperatie Project Importantie

Management Support

Complexiteit Eindresultaat

Software Architectuur

Motivatie teamleden Samenwerking met

derden

Prioriteit Project

Betrokkenheid management

Aantal requirements

Huidige Architectiuur Standaard

Projectaanpak

Communicatie tussen de afdelingen

Urgentie Project

Soort requirements

Overeenstemming tussen de afdelingen

Consistentie requirements Communicatie

betrokkenen

Aantal betrokkenen

Verantwoordelijkheden

& Bevoegdheden

(7)

Bijlage 4 Veronderstellingen

1. Een hogere team performance leidt tot een kortere duur van het productontwikkelingsproces.

Productontwikkeling bij Business Solutions gebeurt door middel van het gebruik van

projectteams. Ook Wijnen e.a. (2004: 24) zien productontwikkeling als een vruchtbaar gebied voor het toepassen van projectmatig werken in teams. Team performance wordt in Kratzer (2001: 58) gedefinieerd door Hoegle en Gemuenden (1996) en Schrader en Goepfert (1998) als

‘de mate waarin het team in staat is de kwaliteits-, kosten-, en tijdsdoelen te realiseren’. In dit onderzoek is het belangrijkste onderdeel hiervan het realiseren van de tijdsdoelen.

In deze context zal wanneer de team performance stijgt, tijdsdoelen beter gerealiseerd worden en de duur van het productontwikkelingsproces verkort worden.

2. Een hogere project importantie leidt tot een hogere team performance.

Uit het praktijkonderzoek (paragraaf 4.2.2) is gebleken dat de prioriteit dat een project

toegekend krijgt binnen de organisatie en de urgentie ervan, een positieve relatie heeft met de onderliggende factor ‘motivatie van de teamleden’ van het onderwerp team performance.

Aardig voorbeeld wordt gegeven in Smith en Reinertsen (1991: 245) hoe een teamleider de importantie van het project voor de organisatie probeerde aan te geven aan de projectteamleden om ze te motiveren; “I ran into the president in the rest room and he asked me how the project was going”.

3. Een hogere project importantie leidt tot een betere coöperatie.

Uit het praktijkonderzoek (paragraaf 4.2.2) is gebleken dat de prioriteit dat een project

toegekend krijgt binnen de organisatie en de urgentie ervan, een positieve relatie heeft met de onderliggende factor ‘overeenstemming tussen de afdelingen’ van het onderwerp coöperatie.

Smith en Reinertsen (1991: 244) stellen dat het essentieel is dat signalen worden gegeven, zodat de importantie van snelle ontwikkeling binnen de organisatie bekend en erkend wordt.

4. Een betere coöperatie leidt tot een kortere duur van het productontwikkelingsproces.

Uit de literatuur blijkt dat bij samenwerking binnen productontwikkeling een contingency benadering de meest geschikte is, volgens Hillebrand (2001: 287). De mate van samenwerking die nodig is hangt af van de omstandigheden. De hoogte van de kwaliteit ervan is niet

afhankelijk van de omstandigheden. Aangenomen wordt dat hoge kwaliteit van coöperatie

gewenst is, om de duur van het productontwikkelingsproces te verkorten. De kwaliteit van

coöperatie komt in dit onderzoek tot uiting in de kwaliteit van de onderliggende factoren ervan.

(8)

Zo stellen Griffin en Hauser (1992: 361) dat de communicatie tussen de betrokken partijen belangrijk is en het productontwikkelingsproces verbeterd.

5. Hoe meer de project portfolio onderbedeeld of in balans is (benodigd aantal resources voor projecten ≤ aantal beschikbare resources), hoe korter de duur van het

productontwikkelingsproces.

Het juist en efficiënt verdelen van de (schaarse) resources over de verschillende projecten is één van de belangrijkste redenen waarom portfolio management zo van belang is voor een organisatie. Cooper e.a. (2001b: 365) stellen dit en vullen hierop aan dat producten

tegenwoordig nog sneller ontwikkeld en geïntroduceerd moeten worden en dat een efficiënte resourceverdeling hier als bepalende factor optreedt. Ook Wheelwright en Clark (1992: 71) merken op dat een overvolle portfolio vertraging in de ontwikkeling met zich meebrengt.

6. Hogere management support leidt tot een hogere project importantie.

Smith en Reinertsen (1991: 241) en Gomes (2001: 234) zien support van het management als cruciaal, om aanzienlijke verbeteringen in de duur van het ontwikkelingsproces te

bewerkstelligen. Smith en Reinertsen (1991: 243) stellen dat het management de importantie van time-to-market communiceert door bepaalde acties te ondernemen en signalen te geven.

Wanneer het management duidelijk heeft wat bereikt moet worden door middel van snelle productontwikkeling, zal de importantie ervan verspreid moeten worden in de hele organisatie (Smith en Reinertsen, 1991: 243). In Gomes (2001: 235) benadrukken Jassawalla en Sashittal (1998), bijgestaan door Dvir (1998) en Hobday (1998) in Gomes (2001), dat support van het management voor alle typen projecten belangrijk is, om ‘the sense of urgency about product innovation and the priority conveyed by the organization to new product development’ te bewerkstelligen. De support die hier de boventoon voert is de niet-materiële steun van het management.

7. Hogere management support kan leiden tot een portfolio die onderbedeeld of in balans is.

Volgens Emmanuelides (1993) in Gomes (2001: 235) is een project sterk afhankelijk van het

management voor de acquisitie van benodigde resources. Ook bij Business Solutions is dit het

geval, het management van de Value Centers en Business Solutions bepalen welke en hoeveel

resources toebedeeld worden aan welke projecten. Het aantal projecten en de selectie ervan

worden bepaald door het management. Zodoende heeft het management invloed op de portfolio

aan projecten, door middel van materiële steun.

(9)

8. Een hogere complexiteit van het op te leveren eindresultaat leidt tot een langere duur van het productontwikkelingsproces.

De factoren betreffende de requirements van het te ontwikkelen product (soort, aantal en consistentie ervan gedurende het project), maken het product eenvoudiger of complexer te ontwikkelen. Uit het praktijkonderzoek is gebleken dat de complexiteit van het op te leveren eindresultaat invloed heeft op de duur van het productontwikkelingsproces.

9. De huidige software architectuur verhoogt de complexiteit van het eindresultaat.

De implementatie van nieuwe producten moet passen in de huidige architectuur. Hierdoor moet het product aan een aantal eisen voldoen. Dit maakt de soort requirements waar het

eindresultaat aan moet voldoen complexer en heeft op die manier invloed op de complexiteit

van het eindresultaat.

(10)

Bijlage 5 Fasen in het onderzoeksproces

De fasen in het onderzoeksproces waarbij SPSS voor ondersteuning kan zorgen (Huizingh, 1999: 12):

1. Opstellen en afnemen vragenlijst

2. Maken gegevensbestand

3. Controleren gegevens

4. Bewerken gegevens

5. Analyseren gegevens

6. Interpreteren analyseresultaten

7. Maken onderzoeksverslag

Nieuwe vragen?

(11)

Bijlage 6 Vragenlijst SurveyMonkey

TTM Onderzoek Inleiding

Ik heb 27 stellingen geformuleerd die u moet beantwoorden in welke mate u er eens of oneens mee bent.

De stellingen gaan voor het grootste deel over projecten, dus wanneer u nooit in

projectvorm mee hebt gewerkt aan het ontwikkelen van een product/dienst vraag ik u de vragenlijst niet in te vullen maar de volgende vraag met ‘nee’ te beantwoorden.

Dit is van groot belang om te kunnen zien welke respons bereikt is met de enquête.

* 1. Heeft u in een projectteam meegewerkt?

ja nee

Vervolg Inleiding

U kunt nu verder met de vragenlijst.

Denkt u bij het invullen van de vragenlijst aan uw laatste project(en) waaraan u deelnam.

Wanneer er over projectteam wordt gesproken, wordt het kernteam bedoeld waarin u plaats had.

Daarnaast wil ik u vragen om de stellingen vanuit een tijdsperspectief te beantwoorden, aangezien het onderzoek zich juist hier op richt.

Er zijn geen goed of fout antwoorden dus kiest u alstublieft één antwoord dat het beste past bij uw persoonlijke mening.

Alvast bedankt voor uw medewerking!

Team performance

* 2. Het projectteam bestaat uit de juiste hoeveelheid mensen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens (ga door naar

vraag 4)

geheel mee

eens (ga door

naar vraag 4)

(12)

3. Het team was te...

klein groot

* 4. Het projectteam is goed samengesteld op basis van specialismen en competenties.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 5. Binnen het projectteam communiceren we op een goede manier.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 6. Binnen het projectteam begrijpen we elkaar snel als we wat uit proberen te leggen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 7. De projectmanager beschikt over de juiste competenties om een project te leiden.

geheel mee mee oneens gedeeltelijk mee eens geheel mee

(13)

oneens mee oneens / gedeeltelijk

mee eens

eens

* 8. De projectmanager heeft de juiste positie binnen de organisatie om het project in goede banen te leiden.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 9. De fysieke locatie van de projectteamleden heeft een positieve invloed op de uitvoering van het project.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 10. De tijd die ik besteed aan een project is juist voor het project.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens (ga door naar vraag 12)

geheel mee eens (ga door

naar vraag 12)

11. Ik had te ... tijd voor het project.

weinig veel

(14)

* 12. Ik ben altijd erg gedreven projecten snel tot een goed einde te brengen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 13. De OnTrack projectaanpak is de juiste manier het project uit te voeren.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

Coöperatie

14. De samenwerking met andere organisaties (indien betrokken) in het project is goed.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 15. De communicatie tussen de betrokken afdelingen verloopt

(15)

goed.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 16. De betrokken afdelingen zijn er snel over uit hoe het eindresultaat er uit moet komen te zien.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 17. Er worden concessies gedaan door de betrokken afdelingen om problemen snel te verhelpen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 18. De communicatie tussen alle betrokken personen verloopt goed.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 19. Het aantal betrokken personen bij het project is van de juiste

grootte.

(16)

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens (ga door naar vraag 21)

geheel mee eens (ga door

naar vraag 21)

20. Er zijn te ... personen betrokken bij het project.

weinig veel

* 21. De verantwoordelijkheid binnen het project ligt bij de juiste personen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 22. De bevoegdheid beslissingen te nemen ligt bij de juiste personen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 23. Het projectteam moet meer verantwoordelijkheid krijgen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee

eens

(17)

* 24. Het projectteam moet meer bevoegdheid krijgen beslissingen te nemen.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens /

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

Support van het management*

* Onder management wordt niet het projectmanagement bedoeld, maar het management van de afdeling.

* 25. Het management stelt geschikte middelen beschikbaar voor het project.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens/

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

* 26. Het management geeft gedurende het project genoeg ondersteuning wanneer dit nodig is.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens/

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

(18)

* 27. Het management is actief betrokken bij het project.

geheel mee

oneens mee oneens

gedeeltelijk mee oneens/

gedeeltelijk mee eens

mee eens geheel mee eens

Afsluiting

Hartelijk dank voor uw medewerking! Mocht u geïnteresseerd zijn in de resultaten dan kan ik u hier naderhand informatie over verstrekken.

Met vriendelijke groet,

Daniël Stregels

(19)

Bijlage 7 Operationalisering factoren

Begrip Factor Stelling Team Performance Grootte Het projectteam bestaat uit de juiste

hoeveelheid mensen.

Het team was te klein/ groot

Toewijding De tijd die ik besteed aan een project is juist voor het project.

Ik had te weinig/ veel tijd voor het project.

Locatie De fysieke locatie van de

projectteamleden heeft een positieve invloed op de uitvoering van het project.

Teamleidereigenschappen - De projectmanager beschikt over de juiste competenties om een project te leiden.

- De projectmanager heeft de juiste positie binnen de organisatie om het project in goede banen te leiden.

Samenstelling Het projectteam is goed samengesteld op basis van specialismen en competenties.

Communicatie - Binnen het projectteam communiceren we op een goede manier.

- Binnen het projectteam begrijpen we elkaar snel als we wat uit proberen te leggen.

Motivatie teamleden Ik ben altijd erg gedreven projecten snel tot een goed einde te brengen.

Standaard Projectaanpak De OnTrack projectaanpak is de juiste manier het project uit te voeren.

Coöperatie Samenwerking met derden De samenwerking met andere organisaties (indien betrokken) in het project is goed.

Communicatie afdelingen De communicatie tussen de betrokken afdelingen verloopt goed.

Overeenstemming afdelingen - De betrokken afdelingen zijn er snel over uit hoe het eindresultaat er uit moet komen te zien.

- Er worden concessies gedaan door de betrokken afdelingen om problemen snel te verhelpen.

Communicatie betrokkenen De communicatie tussen alle betrokken personen verloopt goed.

Aantal betrokkenen Het aantal betrokken personen bij het project is van de juiste grootte.

Er zijn te weinig/ veel personen betrokken bij het project.

Verantwoordelijkheden & Bevoegdheden - De verantwoordelijkheid binnen het project ligt bij de juiste personen.

- De bevoegdheid beslissingen te nemen ligt bij de juiste personen.

- Het projectteam moet meer verantwoordelijkheid krijgen.

- Het projectteam moet meer bevoegdheid krijgen beslissingen te nemen.

Management Support Materiële Steun Het management stelt geschikte middelen beschikbaar voor het project.

Niet-materiële Steun Het management geeft gedurende het project genoeg ondersteuning wanneer dit nodig is.

Betrokkenheid Management Het management is actief betrokken bij het project

(20)

Bijlage 8 Begeleidende e-mail

Beste Business Solutioneer,

Voor mijn studie Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen ben ik bezig met mijn afstudeeronderzoek bij Business Solutions, PBBS Development.

Het onderzoek richt zich op de time-to-market van nieuw te ontwikkelen producten/diensten.

Mijn onderzoek poogt aanbevelingen te geven dit proces te verkorten en om mij in dit onderzoek te helpen vraag ik u enkele minuten van uw tijd.

Via onderstaande link komt u bij een vragenlijst met stellingen, waarvan ik het erg zou waarderen wanneer u deze zo spoedig mogelijk zou willen invullen. De resultaten worden anoniem verwerkt.

http://www.surveymonkey.com/s.asp?u=668943069550

Alvast vriendelijk bedankt voor uw medewerking.

Met vriendelijke groet,

Daniël Stregels

(21)

Bijlage 9 Resultaten SurveyMonkey 1. Inleiding

1. Heeft u in een projectteam meegewerkt?

Response Percent Response Total

ja

65.5% 169

nee

34.5% 89

Total Respondents 258 (skipped this question) 0

3. Team performance

2. Het projectteam bestaat uit de juiste hoeveelheid mensen.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 2.2% 3

oneensmee 21.5% 29

gedeeltelijk oneens /mee gedeeltelijk mee eens

25.2% 34

mee eens (ga door naar vraag 4)

49.6% 67

geheel mee eens (ga door naar vraag 4)

1.5% 2

Total Respondents 135 (skipped this question) 123

3. Het team was te...

Response Percent Response Total

klein 57.4% 39

(22)

groot

42.6% 29 Total Respondents 68 (skipped this question) 190

4. Het projectteam is goed samengesteld op basis van specialismen en competenties.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 4.4% 6

oneensmee 14.1% 19

gedeeltelijk oneens /mee gedeeltelijk mee eens

34.1% 46

mee eens 45.2% 61

mee eensgeheel 2.2% 3

Total Respondents 135 (skipped this question) 123

5. Binnen het projectteam communiceren we op een goede manier.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 1.5% 2

oneensmee 18.5% 25

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

31.9% 43

mee eens 42.2% 57

mee eensgeheel 5.9% 8

Total Respondents 135 (skipped this question) 123

(23)

6. Binnen het projectteam begrijpen we elkaar snel als we wat uit proberen te leggen.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 2.2% 3

oneensmee 17.2% 23

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

31.3% 42

mee eens

43.3% 58

mee eensgeheel 6% 8

Total Respondents 134 (skipped this question) 124

7. De projectmanager beschikt over de juiste competenties om een project te leiden.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 0.8% 1

oneensmee 9.8% 13

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

33.1% 44

mee eens 42.9% 57

mee eensgeheel 13.5% 18

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

8. De projectmanager heeft de juiste positie binnen de organisatie om het project in goede banen te leiden.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 0.8% 1

(24)

oneensmee 11.3% 15

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

29.3% 39

mee eens 45.9% 61

mee eensgeheel 12.8% 17

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

9. De fysieke locatie van de projectteamleden heeft een positieve invloed op de uitvoering van het project.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 3.8% 5

oneensmee 22.6% 30

gedeeltelijk oneens /mee gedeeltelijk mee eens

17.3% 23

mee eens 42.1% 56

mee eensgeheel 14.3% 19

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

10. De tijd die ik besteed aan een project is juist voor het project.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 1.5% 2

oneensmee 19.5% 26

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

20.3% 27

mee eens (ga door

naar 54.9% 73

(25)

vraag 12)

geheel mee eens (ga door naar vraag 12)

3.8% 5

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

11. Ik had te ... tijd voor het project.

Response Percent Response Total

weinig

86.9% 53

veel

13.1% 8

Total Respondents 61 (skipped this question) 197

12. Ik ben altijd erg gedreven projecten snel tot een goed einde te brengen.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 0% 0

oneensmee 4.5% 6

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

12% 16

mee eens 58.6% 78

mee eensgeheel 24.8% 33

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

13. De OnTrack projectaanpak is de juiste manier het project uit te voeren.

Response Percent Response Total

(26)

geheel mee

oneens 4.5% 6

mee oneens 17.3% 23

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

58.6% 78

mee eens

18.8% 25

geheel mee

eens 1.5% 2

Total Respondents 133 (skipped this question) 125

4. Coöperatie

14. De samenwerking met andere organisaties (indien betrokken) in het project is goed.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 2.4% 3

mee oneens 21.4% 27

gedeeltelijk oneens / mee gedeeltelijk mee eens

42.9% 54

mee eens 31% 39

geheel mee

eens 2.4% 3

Total Respondents 126 (skipped this question) 132

15. De communicatie tussen de betrokken afdelingen verloopt goed.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 2.3% 3

mee oneens 25.6% 33

gedeeltelijk oneens / mee gedeeltelijk mee eens

49.6% 64

(27)

mee eens 22.5% 29

geheel mee

eens 0% 0

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

16. De betrokken afdelingen zijn er snel over uit hoe het eindresultaat er uit moet komen te zien.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 8.5% 11

oneensmee 49.6% 64

gedeeltelijk oneens /mee gedeeltelijk mee eens

30.2% 39

mee eens 10.9% 14

mee eensgeheel 0.8% 1

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

17. Er worden concessies gedaan door de betrokken afdelingen om problemen snel te verhelpen.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 3.1% 4

mee oneens 26.4% 34

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

38.8% 50

mee eens 30.2% 39

geheel mee

eens 1.6% 2

(28)

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

18. De communicatie tussen alle betrokken personen verloopt goed.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 1.6% 2

mee oneens 26.4% 34

gedeeltelijk oneens / mee gedeeltelijk mee eens

42.6% 55

mee eens 29.5% 38

geheel mee

eens 0% 0

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

19. Het aantal betrokken personen bij het project is van de juiste grootte.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 6.2% 8

oneensmee 30.2% 39

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

21.7% 28

mee eens (ga door naar vraag 21)

40.3% 52

geheel mee eens (ga door naar vraag 21)

1.6% 2

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

(29)

20. Er zijn te ... personen betrokken bij het project.

Response Percent Response Total

weinig 32.9% 25

veel

67.1% 51

Total Respondents 76 (skipped this question) 182

21. De verantwoordelijkheid binnen het project ligt bij de juiste personen.

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 0.8% 1

oneensmee 18.6% 24

gedeeltelijk oneens /mee gedeeltelijk mee eens

29.5% 38

mee eens

43.4% 56

mee eensgeheel 7.8% 10

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

22. De bevoegdheid beslissingen te nemen ligt bij de juiste personen.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 0.8% 1

mee oneens 21.7% 28

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

36.4% 47

mee eens 35.7% 46

geheel mee

eens 5.4% 7

(30)

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

23. Het projectteam moet meer verantwoordelijkheid krijgen.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 3.9% 5

oneensmee 18.6% 24

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

32.6% 42

mee eens 36.4% 47

mee eensgeheel 8.5% 11

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

24. Het projectteam moet meer bevoegdheid krijgen beslissingen te nemen.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 1.6% 2

oneensmee 20.9% 27

gedeeltelijk mee oneens / gedeeltelijk mee eens

27.1% 35

mee eens 38.8% 50

mee eensgeheel 11.6% 15

Total Respondents 129 (skipped this question) 129

5. Support van het management*

25. Het management stelt geschikte middelen beschikbaar voor het project.

(31)

Response Percent Response Total

geheel

oneensmee 1.6% 2

oneensmee 13.4% 17

gedeeltelijk oneens/mee gedeeltelijk mee eens

29.1% 37

mee eens 51.2% 65

mee eensgeheel 4.7% 6

Total Respondents 127 (skipped this question) 131

26. Het management geeft gedurende het project genoeg ondersteuning wanneer dit nodig is.

Response Percent Response Total

geheel mee

oneens 1.6% 2

oneensmee 15.7% 20

gedeeltelijk mee oneens/

gedeeltelijk mee eens

36.2% 46

mee eens 41.7% 53

mee eensgeheel 4.7% 6

Total Respondents 127 (skipped this question) 131

27. Het management is actief betrokken bij het project.

Response

Percent Response Total

geheel

oneensmee 0.8% 1

oneensmee 28.3% 36

gedeeltelijk

mee 32.3% 41

(32)

oneens/

gedeeltelijk mee eens

mee eens 36.2% 46

mee eensgeheel 2.4% 3

Total Respondents 127 (skipped this question) 131

(33)

Bijlage 10 SPSS Output gemiddelde scores Team Performance:

Descriptive Statistics

135 1,00 5,00 3,2667 ,89108

135 1,00 5,00 3,2667 ,89108

135 1,00 5,00 3,3259 ,89634

134 1,00 5,00 3,3358 ,90897

133 1,00 5,00 3,5865 ,87150

133 1,00 5,00 3,5865 ,88015

133 1,00 5,00 3,4060 1,10122

133 1,00 5,00 3,3985 ,89561

133 2,00 5,00 4,0376 ,74270

133 1,00 5,00 2,9474 ,77181

133 Teamgrootte

Teamsamenstelling CommunicatieA CommunicatieB Teamleidereigensc happenA

Teamleidereigensc happenB

Teamlocatie Toewijding Motivatie Projectaanpak Valid N (listwise)

N Minimum Maximum Mean Std. Deviation

Coöperatie:

Descriptive Statistics

126 1,00 5,00 3,0952 ,84312

129 1,00 4,00 2,9225 ,75635

129 1,00 5,00 2,4574 ,82923

129 1,00 5,00 3,0078 ,87049

129 1,00 4,00 3,0000 ,79057

129 1,00 5,00 3,0078 1,01162

129 1,00 5,00 3,3876 ,90407

129 1,00 5,00 3,2326 ,87956

129 1,00 5,00 3,2713 ,99020

129 1,00 5,00 3,3798 ,99368

126 Derdensamenwerking

Communicatieafdelingen Overeenstemmingafdelin gA

Overeenstemmingafdelin gB

Communicatiebetrokken en

Aantalbetrokkenen VerantwoordelijkheidA BevoegdheidA VerantwoordelijkheidB BevoegdheidB Valid N (listwise)

N Minimum Maximum Mean Std. Deviation

Management Support:

Descriptive Statistics

127 1,00 5,00 3,4409 ,84189

127 1,00 5,00 3,3228 ,85340

127 1,00 5,00 3,1102 ,87495

127 Materieelsteun

Nietmaterieelsteun Betrokkenheid Valid N (listwise)

N Minimum Maximum Mean Std. Deviation

(34)

Bijlage 11: SPSS output cumulatieve scores Team Performance:

Teamgrootte

3 2,2 2,2 2,2

29 21,2 21,5 23,7

34 24,8 25,2 48,9

67 48,9 49,6 98,5

2 1,5 1,5 100,0

135 98,5 100,0

2 1,5

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Teamsamenstelling

6 4,4 4,4 4,4

19 13,9 14,1 18,5

46 33,6 34,1 52,6

61 44,5 45,2 97,8

3 2,2 2,2 100,0

135 98,5 100,0

2 1,5

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

CommunicatieA

2 1,5 1,5 1,5

25 18,2 18,5 20,0

43 31,4 31,9 51,9

57 41,6 42,2 94,1

8 5,8 5,9 100,0

135 98,5 100,0

2 1,5

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(35)

CommunicatieB

3 2,2 2,2 2,2

23 16,8 17,2 19,4

42 30,7 31,3 50,7

58 42,3 43,3 94,0

8 5,8 6,0 100,0

134 97,8 100,0

3 2,2

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

TeamleidereigenschappenA

1 ,7 ,8 ,8

13 9,5 9,8 10,5

44 32,1 33,1 43,6

57 41,6 42,9 86,5

18 13,1 13,5 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

TeamleidereigenschappenB

1 ,7 ,8 ,8

15 10,9 11,3 12,0

39 28,5 29,3 41,4

61 44,5 45,9 87,2

17 12,4 12,8 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(36)

Teamlocatie

5 3,6 3,8 3,8

30 21,9 22,6 26,3

23 16,8 17,3 43,6

56 40,9 42,1 85,7

19 13,9 14,3 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Toewijding

2 1,5 1,5 1,5

26 19,0 19,5 21,1

27 19,7 20,3 41,4

73 53,3 54,9 96,2

5 3,6 3,8 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Motivatie

6 4,4 4,5 4,5

16 11,7 12,0 16,5

78 56,9 58,6 75,2

33 24,1 24,8 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(37)

Projectaanpak

6 4,4 4,5 4,5

23 16,8 17,3 21,8

78 56,9 58,6 80,5

24 17,5 18,0 98,5

2 1,5 1,5 100,0

133 97,1 100,0

4 2,9

137 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Coöperatie:

Derdensamenwerking

3 2,3 2,4 2,4

27 20,3 21,4 23,8

54 40,6 42,9 66,7

39 29,3 31,0 97,6

3 2,3 2,4 100,0

126 94,7 100,0

7 5,3

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Communicatieafdelingen

3 2,3 2,3 2,3

33 24,8 25,6 27,9

64 48,1 49,6 77,5

29 21,8 22,5 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(38)

OvereenstemmingafdelingA

11 8,3 8,5 8,5

64 48,1 49,6 58,1

39 29,3 30,2 88,4

14 10,5 10,9 99,2

1 ,8 ,8 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

OvereenstemmingafdelingB

4 3,0 3,1 3,1

34 25,6 26,4 29,5

50 37,6 38,8 68,2

39 29,3 30,2 98,4

2 1,5 1,6 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Communicatiebetrokkenen

2 1,5 1,6 1,6

34 25,6 26,4 27,9

55 41,4 42,6 70,5

38 28,6 29,5 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(39)

Aantalbetrokkenen

8 6,0 6,2 6,2

39 29,3 30,2 36,4

28 21,1 21,7 58,1

52 39,1 40,3 98,4

2 1,5 1,6 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

VerantwoordelijkheidA

1 ,8 ,8 ,8

24 18,0 18,6 19,4

38 28,6 29,5 48,8

56 42,1 43,4 92,2

10 7,5 7,8 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

BevoegdheidA

1 ,8 ,8 ,8

28 21,1 21,7 22,5

47 35,3 36,4 58,9

46 34,6 35,7 94,6

7 5,3 5,4 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(40)

VerantwoordelijkheidB

5 3,8 3,9 3,9

24 18,0 18,6 22,5

42 31,6 32,6 55,0

47 35,3 36,4 91,5

11 8,3 8,5 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

BevoegdheidB

2 1,5 1,6 1,6

27 20,3 20,9 22,5

35 26,3 27,1 49,6

50 37,6 38,8 88,4

15 11,3 11,6 100,0

129 97,0 100,0

4 3,0

133 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Management Support:

Materieelsteun

2 1,6 1,6 1,6

17 13,3 13,4 15,0

37 28,9 29,1 44,1

65 50,8 51,2 95,3

6 4,7 4,7 100,0

127 99,2 100,0

1 ,8

128 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(41)

Nietmaterieelsteun

2 1,6 1,6 1,6

20 15,6 15,7 17,3

46 35,9 36,2 53,5

53 41,4 41,7 95,3

6 4,7 4,7 100,0

127 99,2 100,0

1 ,8

128 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative Percent

Betrokkenheid

1 ,8 ,8 ,8

36 28,1 28,3 29,1

41 32,0 32,3 61,4

46 35,9 36,2 97,6

3 2,3 2,4 100,0

127 99,2 100,0

1 ,8

128 100,0

1,00 2,00 3,00 4,00 5,00 Total Valid

System Missing

Total

Frequency Percent Valid Percent

Cumulative

Percent

(42)

Bijlage 12 Competenties Solution Engineer

• Communicatief vaardig; ideeën en informatie, zowel mondeling als schriftelijk helder en duidelijk kunnen interpreteren en overbrengen, zodanig dat de essentie wordt begrepen.

• Resultaatgericht; gericht zijn op het vertalen, concretiseren, van doelen en het realiseren van resultaten conform tijdpad, normen en afspraken.

• Sterk analytisch vermogen; het signaleren van problemen, verbanden zien, gegronde conclusies trekken en consequenties inschatten.

• Onafhankelijk; op basis van beschikbare informatie komen tot realistische, onderbouwde en bruikbare conclusies over mogelijke alternatieve handelwijzen.

• Inlevingsvermogen; luisteren naar en meedenken met anderen, onderkennen van

gevoelens en behoeften van anderen, zich verplaatsen in anderen en bewust omgaan met verschillende achtergronden en belangen

• Kwaliteitsgericht; hoge eisen stellen aan de kwaliteit en zorgvuldigheid van het op te leveren resultaat.

• Omgevingsbewust; volgt relevante ontwikkelingen in de omgeving van de organisatie

en benut deze kennis ten behoeve van de organisatie en/of het vakgebied. Dit betekent

dat de Solution Engineer weet wat er speelt bij het Value Center om het concretiseren

van de wens sneller en beter te laten verlopen.

(43)

Bijlage 13 Inhoud Project Start Up

• Introductie van het project; in het bijzijn van de opdrachtgever;

• Bespreking van het op te leveren resultaat;

• Structurering van het project en projectplanning;

• Risicoanalyse en krachtenveld rondom het project;

• Projectorganisatie; informatie over taakverdeling, verantwoordelijkheden en bevoegdheden;

• Communicatie en informatie; onder andere het afstemmen van overlegstructuren en het vaststellen van de behoefte aan communicatie binnen en buiten het project;

• Teambuilding; de betrokkenheid en motivatie van de verschillende teamleden wordt aan de

orde gesteld. Ook komen zaken aan de orde als visie op samenwerking, kernkwaliteiten

(aan de hand van de persoonstypen van Belbin) en achtergrond van de teamleden.

(44)

Bijlage 14 Leidraad Belbin teamrollen

3

a. Het teamlid met de hoogste Voorzitterscore moet de rol van teamleider op zich nemen, ook al heeft hij niet noodzakelijkerwijs de hoogst formele status in de groep. Indien een Vormer gekozen wordt in plaats van een Voorzitter, krijgt hij de rol toegewezen om de

activiteiten van de groep in banen te leiden. Een Voorzitter en een Vormer samen in een groep kan aanleiding zijn tot problemen. Meestal valt het te verkiezen slechts een van de beide teamrollen in aanmerking te nemen, afhankelijk van de groepstaak, tenzij de Vormer en de Voorzitter er in slagen op basis van erkenning voor elkaars sterkten, tot een taakdifferentiatie te komen. Hoe eenduidiger hun beider opvatting is over het te bereiken doel, hoe makkelijker dat zal gaan.

b. De Plant krijgt een initiërende of strategische rol. Twee mensen met hoge Plant-scores kunnen aanleiding zijn tot moeilijkheden binnen de groep.

c. De Bedrijfsman krijgt een rol toegewezen, waarin een grote mate van directe

verantwoordelijkheid is vervat. Hij krijgt de voornaamste acties te ondernemen waar het het uitwerken van beslissingen in de groep betreft.

d. De Waarschuwer dient alle plannen te keuren. Zorgvuldige overweging dient te worden gegeven aan die plannen, waarmee men verder wil gaan en waarop zijn goedkeuring niet rust.

e. Groepswerkers krijgen ondersteunende rollen toegewezen. Meerdere groepswerkers in een groep kan een goede zaak zijn, vooral met betrekking tot de groepsmoraal.

f. De Afmaker dient er door de Voorzitter toe worden uitgenodigd na te gaan of de plannen van de groep correct en tot in de details worden uitgevoerd. Hij kan een zeer bijzondere rol vervullen in noodsituaties.

g. De Brononderzoeker moet nuttige contacten aanknopen en onderhouden buiten de groep;

hij moet ideeën en informatie inbrengen en deze voorleggen aan de beoordeling van de Waarschuwer.

3

Bron: www.tue.nl

(45)

h. De Specialist kan worden gezien als een belangrijke hulpbron voor de groep, maar van zijn bijdrage buiten zijn specialistenrol dient men geen verwachtingen te hebben.

i. Het kan zijn, dat sommige leden van de groep zeer gespreide scores hebben, terwijl enkele andere leden een ‘uitgesproken’, hoge score hebben op een enkele categorie. Dit kan wijzen op een onevenwichtige groepssamenstelling en dus op de behoefte aan een ‘ingreep’.

Echter, het behoeft helemaal niet zo erg te zijn als een rol wordt toegewezen aan iemand die niet in absolute zin eerste is in zijn roltype, zolang hij maar in relatieve zin vanuit zijn

persoonlijke scores tot een goede rolinvulling kan komen. Teveel duplicatie is geen goede zaak.

Het creëert een ‘cultuur’, waarin enkele rollen wel moeten verkommeren, behalve in het geval van de Groepswerker en –tot op zekere hoogte – van de Bedrijfsman, waar duplicering

waarschijnlijk minder schadelijk is.

j. Indien een persoon gevraagd wordt een rol in te nemen die anders is dan zijn ‘ideale’

rol, dan is het zaak, dat hij een goede briefing krijgt voor hij zijn rol inneemt. Vooral als zijn eigen rolinschatting in strijd is met zijn ‘beste’ rol, zoals die door anderen wordt gezien.

k. Indien zij juist worden vervuld moeten deze rollen de weg banen voor een evenwichtig

stuk werk binnen het typische managementteam of projectteam. In sommige gevallen kan de

taak, waar de groep voor staat, echter een totaal andere teambalans vereisen, waarin sommige

rollen vervallen en andere toegevoegd zijn. Er zal dan enige herschikking moeten plaatsvinden

om in zulke gevallen het team aan zijn bestemming te laten beantwoorden, hoewel dezelfde

algemene beginselen van kracht blijven.

(46)

Bijlage 15 Overzicht aanbevelingen knelpunten

Knelpunt Onderliggend Probleem Aanbeveling Standaard Projectaanpak • Generieke en seriële

aanpak

• Niet volledig kunnen voldoen aan de DSDM principes

• Lange

voorbereidingsfase

o Onderzoek naar de kennis en kunde van projectmanagers, omtrent het gebruik van de projectaanpak.

o Aanbevelingen uit eerder intern onderzoek implementeren.

o Door middel van de aanbevelingen omtrent verantwoordelijkheden en bevoegdheden en coöperatie, trachten te voldoen aan deze principes.

o Door middel van de aanbevelingen omtrent communicatie en overeenstemming tussen de afdelingen, trachten de duur van de voorbereidingsfase in te korten.

Communicatie tussen de afdelingen

• A) VC’s hebben moeite het idee helder te beschrijven aan BS, B) de afdelingen hebben moeite het idee te vertalen in een duidelijke

probleemdefinitie, C) er bestaat verschil in interpretatie tussen de afdelingen

• Te weinig

kennisdeling tussen projectteams

o Intensieve rol instellen voor de Solution Engineer in de voorbereidingsfase.

o Solution Engineer als centraal persoon van de afdeling.

Overeenstemming tussen de afdelingen

• Discrepantie tussen de visies van beide afdelingen

o Taak van Solution Engineer, gesteund door het management één gezamenlijke visie te creëren wat betreft het eindresultaat.

o

(47)

• Concessies maken duurt lang

o Hogere project importantie bereiken, door openlijke steun van het management.

Verantwoordelijkheden en bevoegdheden

• Geen eenduidige besluitvorming

• Projectteam te weinig verantwoordelijkheid en beslissingsbevoegd- heid

o Intensieve Project Start Up laten plaatsvinden, die duidelijkheid biedt over de betrokkenen bij besluitvorming.

o ‘Self organizing

project teams’ instellen met subtiele controle van het management.

Projectselectie • Project portfolio overbezet

o BS moet meer invloed

verkrijgen in de

projectselectie, door

middel van het

opstellen van ‘risk-

reward bubble

diagrams’.

(48)

Bijlage 16 Overzicht aanbevelingen aandachtspunten

Aandachtspunt Onderliggend Probleem Aanbeveling Teamsamenstelling • Geen focus op

competenties en persoonlijkheden

o BS medewerkers online Belbin test laten invullen.

o Teams samenstellen op basis van

persoonstypen naar Belbin.

Communicatie tussen de teamleden

• A) Ineffectieve communicatie binnen projectteams B) Weinig aandacht voor sociale

groepsprocessen en teambuilding

o Intensieve Project Start Up laten plaatsvinden, waarin informatie met betrekking tot

communicatie, sociale groepsprocessen en teambuilding in behandeld wordt.

Samenwerking met derden • Medewerkers van andere organisaties moeten zich aanpassen

• Lange

onderhandelingen over het contract

o Medewerkers

betrekken bij Project Start Up.

o Medewerkers van derden met ervaring bij ABN AMRO proberen in te schakelen.

o Partner uit eerder (succesvol) samenwerkings- verband inschakelen.

Communicatie tussen de betrokkenen

• Veel tijd gemoeid met communicatie, door diversiteit van het aantal betrokkenen

o Communicatiestructuur instellen:

ƒ Projectmanager als ‘linking pin’;

ƒ Project leider als ‘heavy- weight manager’

ƒ Gebruik maken van informele communicatie.

Aantal betrokkenen • Trage besluitvorming door het grote aantal betrokkenen

o Probeer projecten klein te houden.

o Wijzigingen in het eindresultaat zien te voorkomen (zie aanbeveling bij

‘consistentie van de

(49)

requirements’).

o Verantwoordelijkheid omtrent communicatie ten behoeve van snelle besluitvorming aan projectmanager en projectleider geven.

Prioriteit project • Verschil in beleving en besef van project importantie binnen de organisatie

o Intensieve Project Start Up laten plaatsvinden.

o Openlijke steun van het management.

Niet-materiële steun van het management

• Verschil in steun voor projecten vanuit het management

o Niet-materiële steun van het management voor alle projecten, niet slechts voor prestigieuze projecten.

Betrokkenheid van het management

• Lage betrokkenheid leidt tot trage besluitvorming

o Subtiele controle over de ‘self organizing project teams’ met gefaseerde

checkpunten en

oprechte communicatie van de projectmanager.

Consistentie van de requirements

• Wisselende

requirements van het eindresultaat leiden tot vertraging in het project

o Wijzigingen in het eindresultaat zien te voorkomen, door:

ƒ Zorgvuldige risicoanalyse;

ƒ Open

communicatie;

ƒ Heldere

besluitvorming;

in de voorbereidingsfase.

Huidige architectuur • Huidige situatie is niet ideaal

o Vervolg onderzoek

door specialist.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een zelfde gebrek aan politieke richtinggeving ken- merkte de opdracht die de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken in mei 1981 hun ambtenaren ga- ven om onderzoek in

Het hierboven beschreven productieproces wordt gecoördineerd door productiebeheersing. De productiebeheersing dient ervoor te zorgen dat alle installaties bezet zijn en dat de

Hoewel de business unit controller onderdeel van de business unit uitmaakt en daardoor beïnvloed wordt door de management karakteristieken, zijn er maar weinig onderzoeken

Aangezien gemeenteraadsverslaggeving een aparte – en zeker voor regionale bladen heel belangrijke – tak van sport is, zou het naar mijn mening goed zijn om hier iets uitgebreider

In deze paragraaf wordt de deelvraag “Welke factoren die van invloed zijn op de duur van het productontwikkelingsproces worden binnen Business Solutions genoemd?” beantwoord.. Na

Hoewel dit aandeel iets hoger lijkt onder klanten van KPN dan onder klanten van Ziggo is dit verschil niet significant. Klanten van Ziggo hebben een alternatief en geven vaker

In dit verband kan men stellen dat, indien en voor zover het bestuur van een dochter een autonome positie inneemt binnen de vennoot­ schap (dat wil zeggen tegenover de

Schematische weergave van de determinanten die van invloed zijn op de eigen- effectiviteitsverwachting Eigen- effectiviteitsverwachting Omgevingsfactoren Familie Stimuleren