• No results found

TIJDSCHRIFT VAN DE VEREENIGING VOOR STUDIE VAN KOLONIAAL-

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "TIJDSCHRIFT VAN DE VEREENIGING VOOR STUDIE VAN KOLONIAAL-"

Copied!
516
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

msBm

(3)
(4)
(5)

KOLONIALE STUDIËN

TIJDSCHRIFT VAN DE VEREENIGING VOOR STUDIE VAN KOLONIAAL-

MAATSCHAPPELIJKE VRAAGSTUKKEN

1920

V i e r d e J a a r g a n g EERSTE DEEL

\

Albrecht & Co., — Weltevreden 1920

(6)
(7)

I N H O U D

van den 4d en Jaargang (Eerste halfjaar)

Blz.

O. P. Besseling. + 1

N e d e r l a n d s e n - I n d i s c h e h a v e n r a d e n , door Wonter Cool C l . • • • • 3

H e t B a l i s c h e h u w e l i j k s r e c h t , door P. de Kat Angelino 2 7 V a n V o l l e n h o v e n s j o n g s t e . A g r a r i s c h G e s c h r i f t , door Mr.

G. J. Nolst Trenité 5 4

Jaarverslag 1918 — 1919 der Javasche Bank en de hanteering

van Indië's Financiën, door E. Helfferich 88 Gouvernements Keuring van Wildhout en een Informatie-

Bureau voor Wildhout-exploitanten, door J. C. Lamster.... 104

Persoverzicht 149

Belangstelling van vreemd kapitaal voor Nederlandsch-Indië (blz. 149) Een leerstoel voor Koloniale economie (blz. 152)..

Kroniek 154 Wetgevende Kroniek 154

De grondslagen onzer agrarische wetge\ ing (blz. 154).

Financieel-Economische Kroniek 162

De Poenale Sanctie (blz. 162) — Organisatie van verbruiksvereenigingen ,,De Coöperator" en de „Nederlandsch-Indische Coöperatie Bond"

(blz. 171).

B o e k b e s p r e k i n g . . . . , 174

Jaarverslag, 1918 van de Postspaarbank (blz. 174) —Pest en Pest- bestrijding, door F . H . van Loon o. b. e. (blz- 180).

Eenige Indische Muntquaesties, door Mr. J. Westerman Holstijn. 183 Het Balische Huwelijksrecht (slot), door P. de Kat Angelino • •. 221 Lichamelijke Opvoeding en Onderwijshervorming in Ned.-

I n d i ë , door Dr. G. J. Nieuwcnhuis 2 4 9

De Belastingplannen der Regeering in verband met de Positie

der Suikerindustrie op Java, door L. de Brcc 278

Gedachten-wisseling 346 Het grondhuur-vraagstuk op Java. 346

Persoverzicht 348

Staatkundige hervormingen in Britsch-Indië (blz. 378) — De Indonesiër en zijn grond (blz. 352) — Bescherming van het Inlandsen grondbezit in de Filippijnen (blz. 362).

(8)

!1

K r o n i e k 3 , - o W e t g e v e n d e K r o n i e k 3 ^ 3

De zelfbestuursordonnantie (blz. 363) — Uit het staatsblad (blz. 374)

Economische Kroniek 377

Duurtebestrijding (blz. 377).

Mededeeling der Vereeniging 38 j Mr. Jan Gerritzen (voorplaat)

Over het onderzoek der Javaansche en daarmede verwante

m u z i e k door J. S. Brandts Buys 4 5 5

Lichamelijke opvoeding en onderwijshervorming in Ned.-Indië

door Dr. J. J. Nieuwenhuis 4 8 2

Eenige Beschouwingen over de „ W h i t e Australia policy"

door P. E. Teppema 5 3 7

Persoverzicht 558

Organisatie van een Economischcn Raad' (blz. 558).

Kroniek „ 552

Economische Kroniek (De Poenale'sanctie (blz. 562).

B o e k b e s p r e k i n g . (Ned.-ïndische havens) 5 7 0

Mededeeling uit de Vereeniging 575

(9)

O. P. BESSELING f

Onze vereeniging heeft voor het eerst een verlies te betreuren in het overlijden van haar bestuurslid O. P. BESSELING. Niets liet verwachten dat dit aanstaande was. Wij kunnen zelfs nog niet gissen welk plotseling gebeuren hem den dood heeft gebracht.

T o t voor kort nog vol activiteit, nu reeds niet meer dan een herinnering.

En van het karakterbeeld dat die herinnering ons geeft, willen wij hier slechts die ééne kenmerkende eigenschap vermelden, die den overledene voor onze vereeniging bovenal waarde gaf, de warmte van zijn belangstelling voor wat naar hij meende nut had.

Besseling is van onze vereeniging ongetwijfeld een van de ijverigste propagandisten geweest. Bescheiden waar het de appreciatie van zijn eigen kundigheden betrof, diende hij de zaak zonder zijn persoon er in. te mengen.

Naar zijn beste krachten heeft hij haar gediend en daarvoor willen wij hem hier onze dankbaarheid be- tuigen.

Bestuur en redactie van de Veree- niging voor studie van Koloniaal Maatschappelijke Vraagstukken.

(10)
(11)

Nederlandsen-Indische Ha venraden

door

WOUTER COOL C. I.

Havens vormen kruispunten van land- en waterbanen, waarbij het verkeer, teneinde een vlotten gang te behouden en om op- stoppingen, botsingen en ongevallen te voorkomen, door een re- gelende hand moet worden bestuurd.

Aan welk lichaam zal die hand moeten toebehooren?

Deze vraag is reeds herhaalde malen opgeworpen, zonder dat in bepaalden zin een eenstemmig of afdoend antwoord werd verkregen.

Zoo waren in dit opzicht zeer' belangwekkend de uitvoerige desbetreffende beschouwingen op het 10e internationale Scheep- vaartcongres, dat in 1905 te Milaan werd gehouden.

Het onderwerp: „Overzicht der verschillende wijzen van ex- ploitatie en administratie der zeehavens, haar invloed op de ont- wikkeling van het verkeer" gaf aanleiding tot langdurige beraad- Bovenstaand onderwerp zal, zij het in eenigszins meer algemcenen vorm en in vragenden stijl, een punt van beraadslaging uitmaken op het ui Mei 1920 te Weltevreden te houden Algemeen Ingenieurs Congres.

Kan men dan in dezen overwegend technischen kring eene bespreking verwachten, welke liet vraagpunt, waarschijnlijk in het bijzonder, van die zijde zal belichten; de belangrijkheid van het onderwerp komt schrijver dezes van zoodanigen aard voor, dat ook in ruimer omgeving voor het instituut van Indische havenraden belangstelling mag worden ge- vraagd.

Wellicht leidt de publicatie tot ecu wensch aangaande behandeling in een der studieclubs van de Vereeniging, in welker orgaan thans gastvrij- heid wordt genoten.

Indien zuks het geval mocht wezen, is steller dezes gaarne bereid, voor zoover de omstandigheden dit toelaten, die bespreking in te leiden of daaraan deel te nemen.

(12)

4 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

slagingen, terwijl de conclusie luidde: „ Elk systeem van admini- tratie, dat den voorspoed van een haven en de ontwikkeling van het verkeer bevordert, is goed, als de beheersleiding op zich zelf ook deugt.

Het zal niemand verwonderen in het daaromtrent verschenen officiëele verslag te lezen: „ De vorm van deze conclusie geeft aanleiding tot zekere hilariteit".

Nadien treft men in de havenliteratuur nog verschillende m a - len het bedoelde onderwerp aangeroerd en vooral gedurende de oorlogsjaren werd de beantwoording wederom zeer urgent ge- noemd, in hoofdzaak om hetgeen na den oorlog op economisch gebied te verrichten stond.

Het bestek gedoogt niet de verschillende bestaande stelsels -. an havenbeheer gedetailleerd uiteen te zetten; toch heeft het zijn nut zich te herinneren, welke vier hoofdsystemen men onderschei- den kan.

Zij zijn:

I. Het havenbestuur geschiedt door eene Maatschappij of Naamlooze Vennootschap.

Deze instituten werden meestal gevormd met het oog op de exploitatie van door particuliere ondernemingen zelf aangelegde havens, die gesticht waren op die plaatseri, welke gunstige voor- waarden voor de ontwikkeling van het verkeer aanboden.

Men onderscheidt hierbij:

c. een verkeers (kanaal- of spoorweg) maatschappij, b. een afzonderlijke havenmaatschappij.

Een goed voorbeeld op groote schaal van de eerste groep levert bijv. Manchester, waar in 1885 de Manchester-Ship-Canal Com- pany geboren werd uit de omstandigheid, dat de haven van Liverpool, die oók de gelijksoortige belangen van de haven der genoemde zusterstad te behartigen had, deze verwaarloosde. De Kanaal-maatschappij is in het bezit van alle onderdeden der door haar aangelegde haveninrichting en verzorgt de volle exploitatie.

Hoewel het laden en lossen der schepen mede toegestaan is aan de eigenaars der goederen, gebeurt dit in den regel door het be- stuur, dat o.m. ook zorg draagt voor goede arbeids-verhoudingen in het havengebied.

(13)

• N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N 5

Voor verduidelijking der tweede groep kan verwezen worden naar de haven van Sabang, oorspronkelijk het eigendom der op- richtster, de N V . Zeehaven- en Kolenstation Sabang. In Novem- ber 1909 nam het Gouvernement de werken over, maar bleven

deze door genoemde Vennootschap beheerd, zij het onder een ietwat beperkt staatstoezicht.

Het denkbeeld om door een afzonderlijke maatschappij een ha- ven, eigendom van het Gouvernement, te laten exploiteeren was in Neder]andsch-Indië niet nieuw, getuige het verzoek, dat in 1882 door den toenmaligen President der Javasche Bank, den Heer Mr. N. P. van den Berg, tot de Regeering werd gericht om met derden de exploitatie van de haven Tandjoeng Priok in haar ge- heelen omvang op zich te mogen nemen.

Op die vraag is afwijzend beschikt.

\Tan helder inzicht, vooral in het licht van dien tijd, getuigt de zinsnede, waarmede Mr. Van. den Berg het voordeel van de door hem gewenschte toestanden kenschetst, n.l. „Een doelmatig en aan alle eischen van het verkeer beantwoordende havendienst 's alleen denkbaar, wanneer die dienst in al zijne onderdeden be- heerscht wordt door een centrale macht, die met alle omstandig- heden behoorlijk rekening kan houden."

II. Het havenbestuur geschiedt door een afzonderlijk ingesteld Autonoom Lichaam.

Dit soort van havenbeheer kan men splitsen in die met een :

«. overwegenden invloed van particulieren (Eng-elsch systeem, Port Authority) ;

b. overwegenden invloed van den Staat met de onderverdeeling:

1. Britsch-indisch systeem (Port Trust) ; 2. Italiaansch systeem (Consorzio autonomo);

3. Fransch systeem (Conseil d'administration du port).

Het havenbeheer door een afzonderlijk ingesteld autonoom lichaam geniet tegenwoordig in vele gevallen de voorkeur boven de behandelde naamlooze vennootschappen. Vooral de vorm van een Port Authority trok in Engeland de bijzondere belangstelling

•onder den invloed van de gunstige resultaten, die op de Tyne en op de Clyde bereikt waren door de Commissie, die deze rivieren en

(14)

6 NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN

i

aanliggende havens nu sedert 60 jaren bcheeren, zoomede dooi- de energie, ten toon gespreid door den Harbour Board van Liver- pool, welk lichaam deze belangrijke haven in staat stelde om aan de steeds groeiende scheepvaarteischen op goede wijze te vol- doen.

In alle kosten van eersten aanleg en onderhoud der werken wordt op eigen verantwoording door de Port Authority voorzien, zonder dat de Staat anderen steun verleent dan een wet, die de Port Authority hare bevoegdheden schenkt.

Ook voor de reorganisatie der haven van London is men in 1908 tot dit stelsel overgegaan, daartoe werden o.m. alle in ver- schillende handen berustende havenobjecten opgekocht.

Evenzeer buiten Engeland, zooals in de havens van Bilbao en Barcelona, hebben soortgelijke lichamen voldaan.

Het Britsch-Indische systeem, dat der Port Trusts, waarvan men voorbeelden vindt in Bombay, Calcutta, Rangoon en Singa- pore, steunt op de in de oostersche landen van zoo groote betee- kenis zijnde decentralisatie-politiek.

De actie tot dien bestuursvorm ging uit van de bij het haven- bedrijf geïnteresseerde personen, die hunne belangen gaarne zelf wilden regelen en met ambtenaren van het Gouvernement alle tot de haven behoorende roerende en onroerende goederen in be- heer ontvingen. De baten vormen de borgstelling voor de aflossing van de aangegane leeningen en voor de te verrichten uitgaven.

Mede voor Nederlandsch-Oost-Indië is van belang de opmerking, die men aangaande deze soort van trusts vindt in het, in 1918 ver- schenen, rapport van den bekenden Sir George Buchanan, over de haven van Chittagong, n.l. dat er zoowel veel vóór als tegen het systeem te zeggen valt, maar dat het nadeel verergerd wordt door speciale Indische omstandigheden, zijnde het chronisch ger brek aan deskundige raadgevers en de voortdurende wisseling- van personen, waarbij het zeldzaam is, dat een persoon of een groep v an personen de vruchten ziet van het door haar gevoerde beleid.

Het grootste aantal leden van een Indische Port trust, vervolgt Sir Buchanan, weet weinig af van havenwerken en de Europe- anen, die zitting hebben zijn óf op weg naar hun pensioen of stel- len weinig belang in plannen, welke eerst verwezenlijkt worden, wanneer zij het land verlaten zullen hebben. Vooral de kleinere havens zullen hierdoor het sterkst in de verdrukking komen.

(15)

NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN 7 Tot zoo ver de aanhaling.

Het Ttaliaansche systeem kan men bestudeeren bij de haven van Genua, waar sinds 1903 een Consorzio bestaat, waarvan de leden, die de plaatselijke belangen vertegenwoordigen, in de min- derheid zijn tegenover het aantal ambtenaren of leden, benoemd door de Regeering. Deze organisatie, welke een staatsbeheer met eigen bevoegdheden nadert, schijnt zeer geschikt voor een haven, welker ontwikkeling het geheele land ten goede moet komen en waar bijgevolg de gemeenschapsbelangen geheel en al overheer- schend zijn. De ondervinding zal moeten uitmaken of het in gang , gebrachte raderwerk, waarvan de gecompliceerdheid niet te loo-

chenen valt, stroefheid zal vertoonen.

De haven heeft onder haar oude beheer voorspoed gekend.

Haar snelle ontwikkeling werd begunstigd door de groote werken, uitgevoerd van 1877 tot 1890, maar is bovenal te danken aan de schepping van nieuwe toegangswegen, in het bijzonder aan de opening van den Sint Gothardbaan, die Genua in directe verbin- ding gesteld heeft met een deel van Zwitserland en Zuid-Duitsch-

!and.

Ten opzichte van het Fransche systeem, moet op den voor- grond gesteld worden, dat de Fransche havens, afgescheiden van den oorlog, slechts een bescheiden aandeel hadden in de groote ontwikkeling van den overzeehandel in de laatste vijfentwintig jaren. Alleen Marseille heeft haar vefkeer in vrij belangrijke mate zien ontwikkelen, echter toch nog achterblijvend bij de concurree- rende haven van Genua. De tonnenmaat van de haven van Duin- kerken, van Le Havre en van Bordeaux is van 1900 tot 1914 bijna stationair gebleven.

Deze betrekkelijk geringe bloei moet toegeschreven worden aan economische oorzaken, die in het bijzonder in Frankrijk heerschen.

Het sedert 1892 geldende streng protectionistisch régime, dat den landbouw en enkele binnenlandsche industrieën heeft kunnen begunstigen, is nadeelig geweest voor de havens, bovendien on- dergaat de handelsvloot sedert lang een gevaarlijke malaise.

Mede is de opmerking niet ongegrond, dat de belangrijke som- men, door den Staat van 1878 tot 1890 besteed voor de verbete- ring der havens, over te vele verdeeld zijn, waaronder verschei- dene zonder toekomst. Men had beter gedaan de gelden uitsluï-

(16)

8 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

tend te benutten voor die objecten, welke geschikt waren het internationale verkeer tot zich te trekken. Nu heeft deze laatste categorie niet alle verbeteringen ontvangen, noodig om haar in staat te stellen tegen de ïiaijverige vreemde havens te strijden, waar men in dezelfde periode geweldige werken uitvoerde.

Als onmiddellijk gevolg van den oorlog steeg het verkeer in alle Fransche havens enorm; het beperkte zich echter hoofd- zakelijk tot het vervoer en de approviandeering van troepen.

In het beheerssysteem der Fransche havens onderscheidde men tot de wet van 1912 twee machten, den Staat en de plaatselijke Kamer van Koophandel. De werken van aanleg en onderhoud werden door den Staat uitgevoerd en bekostigd, terwijl zijn plaat- selijke vertegenwoordigers ook zorgden voor de toepassing der reglementen. De uitrusting of outillage der haven werd echter aangeschaft en beheerd door de Kamer van Koophandel. Tot haar zorg en bevoegdheden behoorde het tot stand brengen van den loodsenbouw, het aanschaffen der hefwerktuigen. de inning der havengelden, enz.

Aangezien de Kamers van Koophandel zich meer met het algemeene beheer gingen bemoeien en dat door den Staat zeer gecritiseerd werd, rezen allengs luide stemmen op, die voor decentralisatie- pleitten en voor het overdragen van een groot deel der macht en verantwoordelijkheid op de vertegenwoor- digers der verschillende plaatselijke belangen, vereenigd in een autonoom lichaam. Het gevolg hiervan was de wet van 5 Januari 1912 waarvan het uitvoeringsbesluit pas den lOden Maart 1918 afgekondigd is. Het beheer van elke haven wordt hierbij, indien men dit wenscht, in handen gegeven van een afzonderlij- ken raad onder controle van den Staat.

De verwezenlijking van genoemde wet en van het uitvoerings- besluit is ten gevolge van de oorlogsmaatregelen tot dusver een doode letter gebleven.

Gedurende den oorlog toch heeft men, los van de ontworpen plannen, in de wijze van beheer en exploitatie van de Fransche havens door den drang der omstandigheden ingrijpende veran- deringen gebracht.

Tot aan de oorlogsverklaring was de exploitatie van de havens gekenmerkt door een bijna volkomen vrijheid, welke slechts door eenige politie-voorschriften aan banden gelegd was.

(17)

N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N 9

Deze toestand kon niet gehandhaafd blijven. Evenwel waren gedurende den vredestijd geen maatregelen getroffen voor den oorlogstoestand, zooals dat wel gebeurd was voor de spoorwegen en de binnenscheepvaart, terwijl de havens toch een gelijksoortige rol te vervullen hebben.

Uit die overweging was het begrijpelijk, dat ook op de havens van toepassing verklaard werd het voor de waterwegen aange- nomen systeem, vastgelegd in de wet van 1877 op de requisities.

In het eerste kwartaal van 1915 werd voor alle zeehavens een militaire commissie ingesteld van vijf leden met onder haar or- ders ambtenaren, belast met de uitvoering, eene havencommissie vormend. Deze commissies richtten meer het oog op het gebruik der zeehavens voor militairen dienst; de werken, tot den eigen- lijken handel behoorende, bleven buiten hare bemoeienis.

Maar ten slotte drong de noodzakelijkheid om alle verantwoor- delijkheid te concentreeren en eenheid van handeling tot stand te brengen.

Een inter-ministerieel besluit van 31 December 1916 vereenigde alle bevoegdheden in het Hoofd der militaire exploitatie van de havens en zijne ambtenaren, terwijl de Centrale Commissie en de havencommissies opgeheven werden.

Een volgend inter-ministerieel besluit van 16 Januari 1917 gaf aanvulling en verleende den chefs van exploitatie alle gezag, zoowel over het militaire, als over het burgerlijke personeel, dat aan de haven verbonden was.

De centrale chef van exploitatie kreeg de algemeene leiding over de gezamenlijke diensten en de bevoegdheid alle maatregelen Ie nemen, die hij voor de goede exploitatie der haven noodig achtte.

Tot de taak van den plaatselijken chef van exploitatie behoorde nu de afzonderlijke voorschriften te ontwerpen en uit te voeren, te waken over de verdeeling- der kaderuimten, over het gebruik der arbeidskrachten, over de benutting van de outillage en het transportmaterieel te land en te water, ten einde het beste ren- dement te verkrijgen.

Deze aanhaling van hetgeen in oorlogstijd in Frankrijk ge- schiedde, is opzettelijk uitvoerig geweest, omdat men in het verloop der gebeurtenissen ongetwijfeld de moderne Ameri- kaansche richting van havenbestuur kan onderkennen en wijl zij

(18)

10 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

aantoont, en dit is.de hoofdzaak, hoe proefondervindelijk bewezen is, dat eenheid en slechts eenheid van bestuur de havengestie tot het hoogste resultaat kan voere».

Zij, die het wel meenden met de Fransche havens of daar be- lang bij hadden, gewoonlijk gaat dit samen, en buiten de mili- taire autoriteiten stonden, bleven niet werkeloos. Gedurende den oorlog groeide allerwege het verzet tegen de overmacht van de Kamers van Koophandel, die, ondanks de wet van 1912, welke men een „Loi de Facade" noemde, en het besluit van 1916 mo- gelijk bleef.

Men heeft hierbij zelfs de hulp ingeroepen van de delegatie van Amerikaanschc ingenieurs, die van 16 December 1918 tot 18 Januari 1919 in Frankrijk toefde, ten einde het Congres Ge- neral du Génie Civil voor te lichten omtrent den opbouwenden arbeid, die op velerlei gebied in het zwaar geteisterde land moet worden verricht.

De Amerikaansche commissie gaf in algemeene trekken hare instemming met de geschetste actie te kennen, maar behield zich r o g voor in een uitvoerig rapport daarop terug te komen.

III. Het havenbestuur geschiedt door een Gemeente of deel eener Federatie.

Tot deze groep mogen gerekend worden havens als H a m b u r g en Bremen, die eigendom zijn van zelfstandige staten en door deze zelve worden beheerd. Ook vallen hieronder Amsterdam, Rotterdam, Antwerpen, e.a., welke havens geheel of voor het grootste gedeelte aan de gemeente toebehooren.

De omstandigheid, dat de havens tusschen Elbe en Schelde ten innigste samenhangen met een uitgebreid net van water- land- en ijzerenwegen, dwingt de verschillende, betrokken ge- meenten hare inrichtingen up to date te houden, want, verwaar- loozen gene een. oogenblik haar taak, dan is het achterland vol- doende machtig en krachtig om zijn stem te doen hooren ter verkrijging van verbetering en, zoo men voor de geuite wenschen doof mocht blijven, staan machtige concurrenten gereed de ge- vraagde of andere lokkende voordeden te bieden.

Bovendien is het havenbestuur in die plaatsen niet een plot- seling der Gemeente opgelegde taak geweest, maar steunt dat

(19)

NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN 11 gezag op een historische eeuwenoude ontwikkeling, die der ge-

meente rijp heeft doen worden voor haar werk. Bleef of werd men onbekwaam voor de taak dan ging de haven in den meest letterlijken zin ten gronde.

Het is een opvallend feit, dat in de laatste jaren het aantal .van hen, die tegen zoodanige gemeente-exploitatie gekant zijn, zelfs ondanks de hier en daar bereikte gunstige resultaten, aan- groeit. De gemeenteraden immers, verkrijgen hoe langer hoe meer politieke kleur en bij de verkiezingen staan de havenbelangen op den achtergrond. De huidige samenstelling dezer colleges biedt niet meer den waarborg, dat over een voldoende aantal terzake bekwame deskundigen of algemeen ontwikkelden beschikt kan worden, ten einde uit hun midden de benoodigde leden te kiezen, die namens den Gemeenteraad het direct bestuur van de haven leiden of daarop invloed uitoefenen. De bestuursvorm direct door de Gemeente heeft den terugtocht aanvaard.

IV. Het havenbestuur geschiedt door den Staat.

Merkwaardigerwijze koestert men in de Nieuwe Wereld een groot wantrouwen tegenover de Boards, gevormd door een aan- tal vertegenwoordigers van gemeentelijke-, handels- en scheep- vaartbelangen, die allen een locaal karakter dragen.

Het streven is er veel meer op gericht om het beheer in al zijn uitgebreidheid te concentreeren in een klein aantal ambtena- ren, bij voorkeur zelfs in de handen van één persoon, „one man's control", benoemd door en verantwoordelijk aan het Gouverne- ment.

Typische voorbeelden hiervan vindt men in Montreal en Quebec, waar drie commissarissen, aangewezen door d e ' R e g e e - ring, de verantwoordelijke personen zijn, buiten Gemeente, Ka- mer van Koophandel en plaatselijke belanghebbenden.

Voor 1906 werden beide havens beheerd door een instituut van commissarissen in den geest van het Ttaliaanschc systeem, doch de wensch naar verbetering was te krachtig.

Niet alleen het bestuur van enkele havens, ook dat van het ge- heele gebied van het Panama-kanaal is volgens dit beginsel van

„benevolent despotism" ingericht. Daar vond men het niet noo- dig en niet goed om meer dan één, persoon het bestuur op te

(20)

12 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

dragen. Men ging terecht uit van de beproefde grondgedachte, dat, indien de chef de juiste man is, hij zich eventueel kan laten voorlichten door wien hij wil, maar dat hij zelf beslissen moet, wat hij van anderer advies moet overnemen. Een meerhoofdig bestuur is, zooals men toch weet, voor zwakkere krachten een uitkomst, maar principieel niet in het belang' van de zaak, die men bevorderen wil.

Trekt men uit het bovenstaande overzicht de voor de hand liggende conclusies, dan komt men van zelf tot ongeveer het- zelfde resultaat, als het Congres te Milaan, hetwelk men als volgt kan omschrijven:

In de voornaamste havens van de wereld treft men zeer ver- schillende wijzen van havenbestuur- en beheer aan; onder elk dier systemen kan een haven tot voorspoed geraken, als het stelsel maar past bij de omstandigheden, welke in de haven over- heerschen.

Bij het bepalen van het beste systeem moet men rekening hou- den met de omstandigheden, waarin de havens en de landen, waartoe die havens behooren, verkeeren.

In ieder geval moet het beheer aan enkele overeenstemmende factoren voldoen. Het is noodzakelijk, dat het zich beijvert tege- lijkertijd aan het schip en aan de goederen de meest voordeelige behandeling te verzekeren door de operaties te vergemakkelijken, de formaliteiten te vereenvoudigen, de kosten te verminderen, de beschikking te hebben over voldoende ruime kaden en de meest volmaakte uitrusting, door de stichting en uitbreiding van regel- matige stoomvaartlijnen te bevorderen.

Het beheer moet zich voortdurend op de hoogte houden van eiken vooruitgang, die zich op het gebied van scheepvaart en havensexploitatie voordoet; het moet de toekomstige behoeften van de haven lang vooraf voorzien en maatregelen nemen, dat daaraan tijdig voldaan wordt zonder zich door concurreerende havens te laten voorbij streven; het moet de ontwikkeling en vol- making van de toegangswegen te land en te water naar de haven trachten te verzekeren en de verlaging van de tarieven langs deze wegen trachten te verkrijgen.

Na deze meer algemeene behandeling van het onderwerp, in

(21)

NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN 13 hoofde vermeld, vinde plaats de v r a a g : Wat behoeven de Neder-

Iandsch-Indische havens?

Feitelijk werd het antwoord hierop reeds in 1916 gegeven door Mr. A. II. van Ophuysen, die op het 6e Decentralisatie Congres, 11 en 12 j u n i van dat jaar te Bandoeng gehouden, een gedocu- menteerd prae-advies uitbracht, naar aanleiding van de volgende drie punten:

1. Behoort in de havensteden het beheer der haven door de Gemeente te geschieden, dan wel.op andere wijze, en zoo ja op welke wijze?

2. Is uitsluiting of beperking van de bevoegdheden der ge- meenteraden ten aanzien van de haven (emplacement en terrein) al dan niet gepaard met grenswijziging der gemeente gewenscht, en zoo ja in welken zin?

3. Op welke wijze ware de gewenscht geachte regeling in het leven te roepen?

Ondanks den te loven breeden opzet van het prae-advies en de door allen erkende talentvolle verdediging kon de inleider, die zooals de Voorzitter, Mr. Chr. P. van Wijngaarden, dit uitdrukte, de bewondering verdiende „voor den moed, waarmede deze verdediger van een ander dan gemeentelijk havenbeheer zich in het hol van den leeuw had gewaagd", niet verhinderen, dat met terzijdestelling van het prae-advies het debat voornamelijk liep over de vraag gemeentelijk of niet gemeentelijk beheer.

De uitslag van het pleit was toen niet twijfelachtig; de ge- meentevlag werd in top geheschen.

Men is thans bijna vier jaren verder en ongetwijfeld zal de tijd ook hier weer raad gebracht hebben, vooral nu het Indische bavenwezen zich meer heeft afgeteekend, de fundeeringen en de opgaande wanden van het havengebouw opgetrokken zijn tot zoodanige hoogte, dat men over het onder dak brengen kan gaan denken.

Men weet, dat tot vóór een tiental jaren van een eigenlijk ha- venbeheer hier te lande niet gesproken kon worden; de voor- schriften stempelden de haveninrichtingen tot douane-emplace- menten. De goederen, die met de stoomers waren aangebracht, werden in enkele havens direct aan kaden of steigers gelost, doch meestal in prauwen overgeladen en in de van Gouvernements- wege gebouwde z.g. boomlocalen gevisiteerd. Waren de douane^

(22)

t-l NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN

formaliteiten vervuld, dan kon verder vervoer naar de plaats van bestemming geschieden.

De exportgoederen volgden uiteraard den omgekeerden weg.

De overige openbare diensten, die met de haven in verband stonden en zij waren velen (marine, leger, spoorwegen, water- staat, binnenlandsch bestuur, justitie, hygiëne, e.a.), zorgden elk zelf, dat zooveel mogelijk de door hen behartigde belangen tot hun recht kwamen.

Het spreekt, dat deze chaotische toestand niet alleen klach- ten van handel en scheepvaart opwekten, maar evenzeer

iedere rationeele uitbreiding in den weg stonden. Toen eindelijk te Soerabaja de plannen tot vergrooting der haveninrichtingen

<cn niet te stillen strijd van meeningen in het leven riep, noodigde in 1910 de Regeering de heeren G. J. de Jongh, Directeur der Ge-, meentewerken te Rotterdam en Prof. Dr. T. Kraus, te 's Graven- hagc, uit Haar van voorlichting te dienen. Niet alleen Soerabaja,' maar evenzeer Makassar, Tandjong Priok, Semarang en Bclawan- Deli werden in de beschouwingen der beide experts betrokken.

Naast de technische oplossingen werd ook het toekomstig be- heer der Nederlandsch-Indische havens een onderwerp van be- spreking.

Ingrijpend was het grondbeginsel, uit Holland overgenomen, dat de goederen niet meer naar de kantoren der douane zouden moeten worden gebracht, doch omgekeerd deze ambtenaren de goederen zouden onderzoeken, daar waar men ze op het haven- terrein had opgeschuurd.

Ten opzichte van den algemeen gang van zaken, luidde het advies, dat bij het beheer en de dagelijksche leiding van het ha- venbedrijf zooveel mogelijk naar continuatie zou moeten worden gestreefd en dat de haven met al wat daarmede samenhangt, administratief en financieel zou moeten komen te berusten bij een college van beheer, staande onder het oppertoezicht der Regeering en correspondeerendc met den Directeur der Burger- lijke Openbare Werken. Voorzitter van dat college zou moeten zijn de Directeur der havenwerken, met het uitvoerend gezag bekleed, terwijl daarin zitting zouden dienen te hebben uit hoofde van hunne betrekking ambtenaren van de Douane, van de Spoorwegen, voorts de havenmeester en drie leden, door de Re- geering uit de handelskringen aangewezen.

(23)

NEDERLANDSCH-INDJSCHE HAVENRADEN IS De Nederlandsen-Indische Regcering aanvaardde den verstrek-

ten raad ; een nieuwe aera voor de Indische havens werd geopend!

In 1912 kwam de eerste adviseerende havencommissie te Tandjong Priok tot stand, met de bedoeling, dat deze haven verder aan de spits zou blijven der hervormingsplannen, en deze aldaar hun eerste toepassing zouden vinden.

Hiertoe moest de jeugdige havencommissie aanvangen met arbeid aan zich zelf te verrichten, n.l. zich intensief doordringen van het, in Oostersche landen in het algemeen traag ingang vin- dend besef dat, niet alleen tijd geld is, doch dat Indië op haven- gebied au fond niet anders moet worden beschouwd, dan het Moederland.

Willen de Nederlandsch-Indische havens de rol vervullen in het internationale verkeer, welke haar geografisch toekomt, en welke haar plicht is om te bereiken en in stand te houden, dan mogen hier de inrichtingen op havengebied niet achterstaan bij de beste in AYestersch-Europa of in modern Amerika.

De opvatting, dat men onder den evenaar met minder tevreden kan wezen, dat lichter-(prauw) havens niet tot de lapmiddelen behooren, dat de heel groote schepen slechts op den Atlantischen Oceaan zullen blijven en niet den steven wenden naar de landen om den Pacific, dat men hier in veel opzichten zoo geheel af- wijkende toestanden heeft, dat directe vergelijkingen scheef gaan, dat alles houdt geen steek, wat de havens en haar bestuur betreft.

Zelfs de arbeidsverhoudingen, waarop, men zich zoo menig maal beroept, veranderen met verrassende snelheid in de richting, zooals die zich in Nederland en omgeving in de laatste tijden ontwikkelen. Niet minder noodig dan in de oudere landen is dus ook in de Indische havens een uitnemende mechanische outillage.

Nooit kan het een nadeel wezen de gebeurtenissen voor te zijn;

de meeste havens hebben te vaak geleden onder het euvel, dat.

zij bij den wedloop achter geraakten. Het is niet immer gemak- kelijk om deze meeningen vlug ingang te doen vinden, en toch is zulks zoo hoog noodig. Men denke slechts aan het tekort in schecpstonnenmaat en aan het feit, dat, zij het binnen zekere limieten, stoomers van reusachtige afmetingen en grooten diep- gang de meest economische zijn, zoowel voor het vervoer der goederen, als voor het varen met groote snelheid.

(24)

16 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

Indien een haven niet dat soort schepen van het heden en de toekomst kan ontvangen en behandelen, zoodra deze zich aan- melden, is die haven onmiddellijk op den tweeden rang' geplaatst, wordt dientengevolge het bijbehoorend achterland en de Staat, waarin die haven gelegen is, omlaag getrokken.

Behalve de opvoeding in havenkennis en het vroegtijdig leeren verstaan van de betreffende teekenen des tijds, bracht de nieuwe wijze van havenbeheer o.m. mede een pioniersarbeid op het ge- bied van reglementen, geldend voor alle bij de haven betrokken belangen en openbare diensten. Hiertoe was noodzakelijk een serie van verschuivingen en nevenschikkingen van machtsbe- voegdheden, waarvan verschillende tot dusver aan anderen waren toegekend.

Het zijn niet steeds de slechtst georganiseerde diensten geweest, die zich het meest hardnekkig tegen de bedoelde overgave ver- zetten, zoodat omtrent verschillende onderwerpen langdurige onderhandelingen gevoerd zijn, alvorens overeenstemming bereikt werd of ten slotte het eindoordeel der Regeering moest worden ingeroepen.

Nog in deze strijd, die van een opgewekt innerlijk leven ge- tuigt, niet op alle fronten beslist, ondanks dat de voorwaar- den voor een wapenstilstand of bij voorkeur voor een gezonden vrede feitelijk zoo uiterst eenvoudig zijn.

De haven, ingericht op de basis van een commercieele onder- neming, behoeft niet verder te gaan in haar verlangens dan slechts die rechten te bezitten of zich te zien toegekend, welke strikt noodig zijn om haar goed bestaan te verzekeren binnen de grenzen van haar bcdrijfsgebied.

Het is daarbij mogelijk, dat in verband met belangen van hoo- ger orde, der haven op sommige punten niet gegeven kan worden, wat principieel haar rechtens zou toekomen, doch over die onder- werpen en hunne regeling blijve het eindoordeel aan de Regeering.

Voorts is het toevertrouwen van het laatste woord aan het Opperbestuur in deze gewesten nog in het bijzonder noodig, waar men te doen heeft met een zeer verscheiden eilandenrijk, zoodat angstvallig gewaakt moet worden, dat de schaarscher producee- lende of minder afnemende streken te veel achtergesteld worden.

Bovendien vormen havens en ook juist weer in een archipel meer dan in een aaneengesloten land, niet alleen objecten van

(25)

NEDERLANDSCH-INDISCHE HAVENRADEN 17 nationale, maar ook van internationale beteekenis; aanmerkelijke

staatsinvloed is derhalve onmisbaar. Deze kan mede voorkomen, dat een haven nalatig blijft in het verzorgen van algemeene plich- ten, door gebrek aan concurrentie insluimert of door geldver- spilling een financieel gevaar oplevert.

De controle a priori, die vaak tot stroefheid aanleiding geeft, behoeft de Regeering niet te bezitten, wel die a posteriori; daar- mede is zij voldoende gewapend om hare verantwoordelijkheid tegenover de Volksvertegenwoordiging te dragen.

Sinds 1912 hebben de havencommissie's en zij, die met haar naar beneden en naar boven samenwerkten, goeden arbeid ge- leverd, is ervaring opgedaan, die rechtmatige verwachtingen voor de toekomst geeft, motiveert, dat met stevigen tred op den ingeslagen weg wordt voortgeschreden en dat deze instituten, die tot heden uitsluitend raadgevend werk verrichten, tot meer daadwerkelijken arbeid worden geroepen.

Medio 1919 kwam dienaangaande op het Departement der Burgerlijke Openbare Werken, afdeeling Havenwezen, een uit- voerig voorloopig voorstel gereed, dat aan de naaste belangheb- benden ter eerste beoordeeling werd toegezonden.

Ofschoon niet vaststaat, dat de artikelen van dat ontwerp, zij het in ecnigszins gewijzigden vorm, het Staatsblad weldra zullen bereiken, acht steller van dit schrijven, die uit hoofde van zijn ambt aan deze materie zijn aandeel had, het passend in het raam van deze studie, de in het oog gevatte algemeene beginselen uiteen te zetten. l)

Zooals gezegd, is bij het havenbeheer tweeërlei hoofdbelang betrokken, eenerzijds het algemeene belang van het Land, van de gewesten en van de genieenten, waarvoor de haven een econo- misch orgaan is, anderzijds het bijzonder belang van handel, ver- keer, landbouw, nijverheid, enz., welke van dat orgaan gebruik maken om particuliere voordeden na te streven.

Het feit, dat in de havencommissie's (in analogie met de be- sturen van gemeenten, gewesten e.d. mettertijd „havenraden" te

1) Eventuccle besprekingen, als in de eerste noot genoemd, krijgen hierdoor tevens een grondslag en het debat een richtsnoer, dat tot vrucht-

dragender resultaat zal kunnen leiden, dan bij een teugelloos vrij laten der verschillende meeningen.

(26)

lis NEDERLANDSCH-INDTSCHE H A V E N R A D E N

n o e m e n ) de p a r t i c u l i e r e b e l a n g e n s t e r k v e r t e g e n w o o r d i g d m o e t e n zijlij b r e n g t m e d e , dat aan d a t college n i e t volledige b e s t u u r s b e - v o e g d h e i d , a u t o n o m i e , g e g e v e n k a n w o r d e n , doch eene t a a k in z e l f b e s t u u r , w a a r v a n de g r e n z e n in h e t a l g e m e e n b e l a n g zijn ge-

steld, doch b i n n e n w e l k e b e p e r k i n g d a n ook de h a v e n r a d e n vrij .rijn h u n n e a a n g e l e g e n h e d e n te r e g e l e n .

H e t a l g e m e e n b e l a n g w o r d t u i t den a a r d der z a a k b e h a r t i g d d o o r de R e g e e r i n g die als H a a r v e r t e g e n w o o r d i g e r in h o o g s t e i n s t a n t i e l a a t o p t r e d e n h e t H o o f d v a n h e t D e p a r t e m e n t , w a a r b i j h e t havenbedrijf is o n d e r g e b r a c h t .

O v e r e e n k o m s t i g h e t d e c e n t r a l i s a t i e - b e g r i p zullen R e g e e r i n g en D e p a r t e m e n t s c h e f zich alleen b e m o e i e n m e t de hoofdlijnen, doch Oen a l g e m e e n e n g a n g der w e r k z a a m h e d e n o v e r l a t e n aan een dienstchef, Hoofd v a n h e t FTavenwezen, die z o r g t in n a u w c o n - t a c t m e t alle h a v e n s te blijven.

Hoe g e s c h o o l d e r de h a v e n r a d e n o p t r e d e n , hoe s l a p p e r de k o o r d e n g e s p a n n e n zullen zijn, die de z e l f b e s t u r e n d e l i c h a m e n v e r b i n d e n m e t de c e n t r a l i s e e r e n d e leiding, w e l k e zich zelve t o t g e d r a g s s p r e u k kieze h e t b e k e n d e w o o r d v a n P a u l u s : „Hij m o e t w a s s e n , m a a r ik m i n d e r w o r d e n " .

Deze c o n s t e l l a t i e b r e n g t m e d e , dat de h a v e n r a d e n in z a k e n van a l g e m e e n b e l a n g s l e c h t s a d v i e s k u n n e n u i t b r e n g e n , m e t als o n - middellijk logisch g e v o l g , d a t h e t , zooals ook elders l) g e b r u i k e - lijk is, e v e n t u e e l mogelijk m o e t zijn o m w e r k e n uit te doen v o e r e n of r e g e l i n g e n v a n k r a c h t te doen w o r d e n z o n d e r de m e d e w e r k i n g , d e s n o o d s t e g e n de m e e n i n g v a n den H a v e n r a a d in.

E r m o e t dus e.en o r g a a n b e s t a a n van het a l g e m e e n b e l a n g , w a a r a a n dergelijke z a k e n k u n n e n w o r d e n o p g e d r a g e n .

D e h a v e n d i r e c t e u r is h i e r v o o r de a a n g e w e z e n p e r s o o n .

D e z e functionaris, hetzij d a t hij al of geen s t e m h e b b e n d lid van den h a v e n r a a d is, b e k l e e d t d a a r i n een positie, w e l k e m e n zou k u n - n e n vergelijken m e t die van den B u r g e m e e s t e r eener N e d e r - l a n d s c h - I n d i s c h e g e m e e n t e , die ecnerzijds o p t r e e d t als v o o r z i t t e r van den R a a d . anderzijds als r e g e e r i n g s a m b t e n a a r .

!) Men denke slechts aan het in liet Vaderland door hooger hand brengen op de gemeente-begrootingen van tractementen voor Burge- meesters, van uitgaven voor de Politie, enz., soms tegen het uitdruk- kelijk votum van den Gemeenteraad in.

(27)

N EI) E R 1 .ANUSCH-] NDISCHE HAVEN RADEN 19 De verdere samenstelling van den havenraad hangt samen met

den vorm van het bedrijf, dat in de haven wordt toegepast.

Bij de organisatie, gevolgd na het bekende bezoek der inge- nieurs Kraus en de Jongh, heeft men zich op het standpunt ge-- steld, dat het particulier initiatief in de haven moet worden toege- laten en aangemoedigd en dat het van groot belang is om de havengebruikers zich zooveel mogelijk bij het bedrijf te laten in- teresseeren. Wel worden de gronden nergens aan gegadigden ver- kocht, doch slechts verhuurd, en bestaan er andere beperkingen, doch over het geheel genomen kan binnen het raam van alge- meenen aanleg, een ieder verkrijgen hetgeen hij voor zijn werk- zaamheden behoeft.

Teneinde eene gewisse uniformiteit te behouden, een geregelde exploitatie mogelijk te maken of om andere afdoende redenen worden sommige objecten slechts door het havenbestuur gele- verd, zooals kademuren met hunne outillage, steigers, spoorver- bindingen, voorzieningen in water, electrische energie, enz., voor het overige kan iedereen pakhuizen, hangars, kranen enz. bouwen, zooals die het best met eigen wenschen overeenkomen.

Om trustvorming' te belemmeren, minder krachtige firma's in den aanvang te steunen en aan te moedigen, nieuwe relaties met open armen te ontvangen, zorgt daarnaast het havenbestuur ook zelf loodsen, opslagterreinen, sleepbooten en andere havenzaken te bezitten, welke door derden voor korteren of langeren termijn in huur kunnen worden aangevraagd.

Alen kan tegen dit gemengde Stelsel van bedrijf aanvoeren, dat, indien alles op het haventerrein, wat met het verkeer der goe- deren te maken heeft, in eigendom aan het havenbestuur be- hoorde, dit zorgen kon voor een zoo hoog mogelijk opgevoerd rendement en daardoor voor minimale onkosten. Doch men loopt dan het gevaar, dat bij verplaatsing van handelsbelangen de tot dusverre van de havenobjecten gebruik makende personen en bchamen zich naar den nieuwen toestand wenden en de oude inrichtingen in den steek laten. Interesseert men de havengebrui- kers o]) ruime schaal in al hetgeen totaal de haven vormt, dan zullen de eersten geprikkeld worden om krachtig mede te werken ten einde de haven, waarin zij zelf met veel geld geïnteresseerd zijn, cm hoog peil te brengen en te houden.

Deze bedrijfsmethode vereischt echter billijkheidshalve een

(28)

20 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

o v e r w e g e n d a a n d e e l v a n p a r t i c u l i e r e n in h e t beleid v a n de h a v e n . D e h a v e n r a a d is d i e n o v e r e e n k o m s t i g g e d a c h t t e b e s t a a n u i t een m i n d e r h e i d v a n ambtelijke leden, z i t t i n g h e b b e n d u i t hoofde v a n h u n b e r o e p en een m e e r d e r h e i d v a n a a n g e w e z e n en g e k o z e n p a r t i c u l i e r e n .

Gezien de i e t w a t b e p e r k t e b e s t u u r s b e v o e g d h e i d v a n den r a a d , zou er zelfs g e e n o v e r w e g e n d b e z w a a r b e s t a a n o m dezen u i t - sluitend uit g e k o z e n e n te v o r m e n , de a a n w e z i g h e i d in d a t college echter v a n e e n i g e ambtelijke leden, hoofden d e r bij de h a v e n d i - r e c t b e t r o k k e n v o o r n a m e o p e n b a r e d i e n s t e n , l e v e r t e v e n w e l h e t voordeel d a t die l a n d s d i e n a r e n d e h u n g e b i e d r a k e n d e a d v i e z e n d i r e c t k u n n e n u i t b r e n g e n , h e t g e e n bevorderlijk is v o o r de v r u c h t - b a a r h e i d d e r b e s p r e k i n g e n , d e u i t v o e r b a a r h e i d d e r b e s l u i t e n en de snelle a f d o e n i n g d e r z a k e n .

V o o r d e ambtelijke leden k o m e n in n o r m a l e g e v a l l e n in a a n - m e r k i n g :

1. de havenmeester, inzake het wateroppervlak van het haven- gebied. Volgens de in deze gewesten geldende bepalingen zijn aan den havenmeester opgedragen behalve de maatre- gelen voor de handhaving van orde en veiligheid te water, welke bij een goede regeling aan het havenbestuur zouden moeten zijn toevertrouwd evenals de loodsdienst der haven, ook nog de uitvoering van de voorschriften der quarantaine, immigratie en van andere wetten welke het havenbestuur niet tot zijn onmiddellijker! invloedskring behoeft te trekken.

2. een ambtenaar der douane, teneinde zorg te dragen, dat de belangen van den fiscus op practische wijze behartigd worden ; 3. de havenarts, die als hygiënisch adviseur deelneemt aan de

beraadslagingen:

4. een ambtenaar van de spoor- en tramweg-maatschappijen, die met de haven verbonden zijn: 1)

*) De meest rationeelc oplossing is die waarbij het spoorwegverkeer op de haventerreinen uitgeoefend wordt door het havenbestuur, dat bij de grenzen van zijn verzorgingsgebied aan de spoor- en tramwegmaat- schappijen van het achterland de goederen afgeeft of ontvangt, al of niet h< eigen spoorwagens. Ten einde de taak van het havenbestuur niet on- noodig te verzwaren, zal men met een der bij de haven betrokken ver- voersmaatschappijen kunnen overeenkomen, dat zij de goederenbeweging per ijzeren baan in verrekening met het havenbestuur doet plaats vinden.

(29)

NEDERLANDSCH-ÏNDISCHE HAVENRADEN 21 5. een vertegenwoordiger van de gemeente, waarin de haven ge-

legen is. In den hüidigen bestuursvorm zal daartoe de Bur- gemeester de voorkeur moeten genieten.

Naast de ambtelijke tref f e men de volgende particuliere leden aan.

Door de havengebruikers zijn. te benoemen;

6. een vertegenwoordiger van de groote scheepvaart;

7. een vertegenwoordiger van de kustvaart;

8. een vertegenwoordiger van de prauwenveren ; 9. een vertegenwoordiger van den invoerhandel ; 10. een vertegenwoordiger van den uitvoerhandel;

11. een vertegenwoordiger van de nijverheid;

12. een vertegenwoordiger van de veemen ;

13. één of meer vertegenwoordigers van de havenbewoners.

Voor de havenraadlcden, met uitzondering van den laatste, zullen kiezers zijn alle havengebruikers, niet behoorende tot tak- ken van openbaren dienst, die in het kalenderjaar, voorafgaande aan de verkiezing, een voor elke haven afzonderlijk te bepalen som als aandeel in de havenlasten hebben betaald.

De vertegenwoordiging van de bevolking, zal moeten worden gekozen door hen, die binnen het havengebied wonen of daar huil bestaan vinden.

Ontwikkelen zich bij den havenarbeid vakverecnigingen, dan zal ook een werknemer in den havenraad die organisaties kunnen vertegenwoordigen.

Men zou evenzoo in den havenraad nog kunnen plaatsen een vertegenwoordiger van het gewest of de gewesten, die tot het achterland van de haven gerekend worden. Op zichzelf is dit ge- wenschter te achten dan den invloed van den gemeenteraad te vergrooten, zooals reeds vaak gevraagd is. Voor de beslissing bedenke men toch dat op den duur de dominecrende invloed in een bestuur niet afhangt van het aantal personen dat aan een stemming deelneemt, doch van het karakter en het aanzien dat de persoon die een voorstel aanbeveelt, zich bij zijn medeleden heeft weten te verwerven.

Bovendien wonen vele der ambtelijke en gekozen leden binnen het gebied van de gemeente, waarin de haven gelegen is en •zul- le n die leden als rechtgeaarde gemeentenaren het belang van hun- ne gemeente nimmer uit het oog verliezen, al vormen zij geen

(30)

22 N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N

deel v a n den g e m e e n t e r a a d en al h e b b e n zij geen b e p a a l d m a n d a a t .

W a t de gewestelijke ( p r o v i n c i a l e ) v e r t e g e n w o o r d i g i n g b e t r e f t , b e s t a a t d a a r t e g e n g e e n principieel b e z w a a r , doch de h a v e n c o m - m i s s i e is d o o r b o v e n s t a a n d e c a t e g o r i e n van b e l a n g e n reeds vrij g r o o t g e w o r d e n en m e n d i e n t zich e e n i g s z i n s te b e p e r k e n .

V a n zeer v e r l i c h t e zijde is de o p m e r k i n g g e m a a k t en volkomen t e r e c h t , dat op e c o n o m i s c h gebied „ t h e c o n s u m e r is the m o s t f o r g o t t e n m a n " en dat m e n goed doet bij h e t instellen van de h a v e n r a d e n op dien . , c o n s u m e r " te l e t t e n . Alen zou u i t e r a a r d h e t - zelfde a r g u m e n t als hier onmiddellijk b o v e n g e n o e m d k u n n e n t e - g e n w e r p e n n.l. d a t alle leden v a n den h a v e n r a a d g e b r u i k e r s zijn van de g e ï m p o r t e e r d e g o e d e r e n en geen afzonderlijke p e r s o n e n te dezen o p z i c h t e b e h o e v e n op te t r e d e n .

M a a r bij de t e g e n w o o r d i g e e c o n o m i s c h e v e r h o u d i n g e n w o r d e n alle o n g e l d e n in r u i m e m a t e v e r h a a l d op h e t a f n e m e n d e p u b l i e k , h e t w e l k b e s t a a t , zoowel uit de E u r o p e e s c h e als de n i e t - E u r o - p e e s c h e m a a t s c h a p p i j , een z w i j g e n d e m a s s a , aan w e l k e r l e v e n s - b e l a n g e n wel eens in h e t bijzonder m a g w o r d e n g e d a c h t . A l d u s o v e r w e g e n d k o m t men tot lid.

14. de a l g e m e e n e v e r t e g e n w o o r d i g e r van de c o n s u m e n t e n . H i e r - v o o r w a r e een h o o g s t a a n d p e r s o o n , aan te wijzen door den G o u v e r n e u r - G e n e r a a l , te b e n o e m e n .

V o o r eene c o u l a n t e a f d o e n i n g v a n zaken zal de h a v e n r a a d zich v o o r de m e e s t g e w i c h t i g e o n d e r w e r p e n splitsen in k l e i n e r e c o m m i s s i e ' s , v o o r g e z e t e n d o o r den D i r e c t e u r der h a v e n en bij- g e s t a a n d o o r de ter z a k e d e s k u n d i g e r a a d s l e d e n .

A a n dien d i r e c t e u r kan de h a v e n r a a d b o v e n d i e n , b e h a l v e h e t dagelijksch b e s t u u r , n o g v e r s c h i l l e n d e g e d e e l t e n v a n zijn b e v o e g d - heid d c l e g e e r e n .

D i e b e v o e g d h e i d van den' h a v e n r a a d o m v a t de z o r g van alle a a n g e l e g e n h e d e n van uitdrukkelijk havenbelang te land en te w-a- Ier, b i n n e n de g r e n z e n v a n h e t h a v e n g e b i e d . D e h a v e n r a a d v e r - krijgt de b e z i t t i n g e n en e i g e n d o m m e n van het Land, v o o r z o o v e r d a a r o m t r e n t n i e t afzonderlijk a n d e r s is b e p a a l d , o n d e r zijn b e - h e e r ; o o k de t o t s t a n d g e k o m e n n i e u w e w e r k e n , g e b o u w e n , in- richtingen, m a t e r i a l e n , e n z .

D a t b e h e e r sluit in. d a t de h a v e n r a a d in de e e r s t e p l a a t s m o e t w a k e n v o o r h e t g o e d e o n d e r h o u d der h a v e n w e r k e n , der w e g e n ,

(31)

N E D E R L A N D S C H - I N D I S C H E H A V E N R A D E N 23

p l a n t s o e n e n , w a t e r o p p e r v l a k k e n enz. b i n n e n h e t h a v e n g e b i e d en v o o r t s z o r g m o e t d r a g e n v o o r de j u i s t e e x p l o i t a t i e d e r h a v e n - o b j e c t e n en d e r afzonderlijke o n d e r b e d r i j v e n , bijv. l e v e r i n g v a n w a t e r , g a s , electriciteit, in het b e l a n g v a n alle b e t r o k k e n e n , als s c h e e p v a a r t , s p o o r w e g , h a n d e l en nijverheid.

D e h a v e n r a a d m o e t dus de m a c h t h e b b e n t o t h e t v a s t s t e l l e n van r e g l e m e n t e n , het treffen v a n r e g e l i n g e n en het v e r l e e n e n v a n v e r g u n n i n g e n v o o r de r i c h t i g e u i t o e f e n i n g v a n zijn t a a k . W a a r deze v e r g u n n i n g e n enz. o n d e r w e r p e n r a k e n , w e l k e m e d e het ve'r- o r d e n i n g s r e c h t van de locale g e b i e d s d c e l e n betreffen, w a a r b i n n e n cie h a v e n is g e l e g e n , zooals rooilijnen, v e r k e e r s r e g e l i n g e n , p a s - sers, l o g e m e n t e n , b i o s c o p e n , v e r k o o p v a n eet- en d r i n k w a r c n , zal de h a v e n r a a d , h e t zij t o t e e n t o n i g w o r d e n t o e h e r h a a l d , b i n n e n zijn gebied, u i t s l u i t e n d de b e v o e g d h e i d h e b b e n v a n de afkondi- g i n g d e r betreffende r e g l e m e n t e n (nl. als h e t h a v e n b e l a n g d a a r - v o o r o v e r w e g e n d is) dan wel zich o n t h o u d e n van h e t stellen v a n v o o r s c h r i f t e n indien het h a v e n b e l a n g s l e c h t s op o n d e r g e s c h i k t e wijze d a a r m e d e g e m o e i d is, of als d e r d e mogelijkheid, zooveel doenlijk in o v e r e e n s t e m m i n g blijven m e t de r e g e l i n g e n der o m - l i g g e n d e l a n d s g e b i e d e n en alleen afwijkende b e p a l i n g e n m a k e n , indien deze d o o r bijzondere h a v e n b c l a n g e n b e p a a l d g e b o d e n w o r d e n .

De h a v e n r a a d heeft h e t r e c h t v o l g e n s d o o r de R e g e e r i n g te

\ e r s t r e k k e n hoofdlijnen, de t a r i e v e n en v-oorwaarden zijner eigen bedrijven te b e p a l e n , zooals v a n het e n t r e p o t - en opslagbedrijf, v a n de v e r s t r e k k i n g v a n w a t e r , g a s en e l e c t r i s c h e e n e r g i e en m o e t bij l e v e r i n g van deze l a a t s t e z a k e n d o o r een g e m e e n t e l i j k of p a r - ticulier bedrijf de d e s b e t r e f f e n d e o v e r e e n k o m s t e n g o e d k e u r e n , een en a n d e r m e t i n a c h t n e m i n g v a n r e e d s b e k r a c h t i g d e c o n c e s s i e ' s .

T e n o p z i c h t e van de t a r i e v e n v o o r h e t g e b r u i k v a n l o o d s e n en h a n g a r s zal het h a v e n b e s t u u r den eisch van r e n d a b i l i t e i t der h a v e n w e r k e n v o o r o o g e n m o e t e n h o u d e n , m e t i n b e g r i p v a n de w a a r d e b e p a l i n g van den g r o n d . T e v e n s zal m e n zich u i t p r a c t i s c h e o v e r w e g i n g e n m o e t e n v o e g e n n a a r de b e d r a g e n , d o o r p a r t i c u l i e - r e n v o o r g e l i j k s o o r t i g e o b j e c t e n in de n a a s t e o m g e v i n g b e d o n g e n , l i e t v e r d i e n t daarbij a a n b e v e l i n g , d a t de c e n t r a l e l e i d i n g v a n een en a n d e r niet o n k u n d i g g e l a t e n w o r d t , t e n b e h o e v e der v o o r de h a v e n s b i n n e n b e p a a l d e m a t e n n o o d i g e u n i f o r m i t e i t .

(32)

24 N E D Ê R L A N D S C H - I N D Ï S C H E H A V E N R A D E N

I n de v o o r g a a n d e z i n s n e d e is h e t w o o r d r e n d a b i l i t e i t g e n o e m d , w a a r o m t r e n t h e t v o l g e n d e is a a n te t e e k e n e n .

D e v r o e g e r e a d v i s e u r s der N c d e r l a n d s c h - I n d i s c h e R e g e e r i n g h e b b e n in o v e r w e g i n g g e g e v e n te b e p a l e n , flat een h a v e n in h a a r geheel m o e t zijn een r e n d a b e l object, d.w.z. dat h e t a d m i n i s t r a - tief b e h e e r der I n d i s c h e h a v e n s w o r d t g e v o e r d v o l g e n s h a n d e l s - b e g r i p p e n e c h t e r . . . . z o n d e r h e t m a k e n van w i n s t t e b e o o g e n . D e h a v e n g e b r u i k c r s m o e t e n d e r h a l v e de r e n t e en aflossing v a n de aan de h a v e n b e s t e d e kapitale?!, z o o m e d e de jaarlijks t e r u g - k e e r e n d e k o s t e n v a n o n d e r h o u d en b e h e e r op den d u u r v e r g o e d e n .

W a n n e e r m e n den k l e m t o o n l e g t op de w o o r d e n „ o p den d u u r " , d a n is v a s t h o u d i n g a a n h e t r e n d a b i l i t e i t s b e g i n s e l o m v e r s c h i l - l e n d e r e d e n e n bepaaldelijk aan t e b e v e l e n .

T e g e n een te r i g o u r e u s t ' t o e p a s s i n g e c h t e r m o e t u i t d r u k k e l i j k g e w a a r s c h u w d w o r d e n , zij zou de h a v e n v e r m o o r d e n en h e t a c h t e r l a n d doodelijk k w e t s e n ; zulks heeft t r o u w e n s a l l e r m i n s t in de b e d o e l i n g g e l e g e n v a n d e g e n e n , die dit r e n d a b i l i t e i t s b e g i n - sel op h e t tapijt b r a c h t e n .

Die r a a d g e v e r s h e b b e n ook v o o r g e s t e l d in elke h a v e n in te v o e r e n het z.g. h a v e n g e l d , dat v a n de schepen g e h e v e n w o r d t , die

\;an het w a t e r o p p e r v l a k b i n n e n h e t h a v e n g e b i e d g e b r u i k m a k e n , w-elk h a v e n g e l d de p o s t m o e t v o r m e n o m de verlies- en w i n s t - r e k e n i n g v a n h e t havenbedrijf te doen s l u i t e n .

Gezien h e t feit, d a t de I n d i s c h e h a v e n s bijzondere schakels v o r m e n in h e t a l g e m e e n v e r k e e r , zou de heffing van een te h o o g h a v e n g e l d een b e p a a l d e h a v e n b u i t e n h e t a l g e m e e n v e r k e e r k u n - n e n b r e n g e n . H e t is b e k e n d , d a t h o o g e h a v e n g e l d e n o.a. een b e - z w a a r v o r m e n t o t a a n l o o p e n d o o r v e r s c h i l l e n d e v r a c h t z o e k e n d c s t o o m e r s , n i e t - r e g e l m a t i g e h a v e n b e z o e k e r s , indien zij n i e t v a n g e n o e g z a m e h o e v e e l h e i d l a d i n g v e r z e k e r d zijn, terwijl j u i s t deze b o o t e n de g e z o n d e c o n c u r r e n t i e t e g e n o v e r de g e r e g e l d e lijnen be- t e e k e n e n . H e t a l g e m e e n b e l a n g b r e n g t m e d e lage h a v e n g e l d e n , terwijl h e t bijzonder b e l a n g v a n s o m m i g e g e b r u i k e r s , v o o r a l van h a v e n t e r r e i n e n , e r t o e zou k u n n e n leiden, dat h u n n e r z i j d s in eene r i c h t i n g v a n l a g e p c r c e e l h u r e n en h o o g e h a v e n g e l d e n w e r d g e - s t u u r d .

V o o r d e n w e t g e v e r b e s t a a t w e l i s w a a r i m m e r de g e l e g e n h e i d om bij de b e g r o o t i n g v a n i n k o m s t e n en u i t g a v e n , elk j a a r in te grijpen, m a a r a a n g e z i e n de uitgifte v a n t e r r e i n e n v a a k op zeer lan-

(33)

NEDERLANDSCH-INDISCH E HAVENRADEN 25 gen termijn moet geschieden (tot 75 jaar toe), en het ook niet wenschelijk is, dat tarieven vaak veranderen, moet vooraf voor de heffing van havengeld en alsmede voor de algemeene schaal, waartegen terreinen op langen termijn zullen worden- verhuurd, de instemming van het centraal gezag verzekerd zijn.

Elk jaar zal, er is reeds op geduid, door den havenraad bijtijds een begrooting van inkomsten en uitgaven worden ingediend, benevens een balans, alsmede verlies- en winstrekening, welke bescheiden met het advies van het Departement, waartoe het havenbedrijf behoort en vergezeld van eventueele voorstellen om- trent schrapping of toevoeging, aan de Regeering zal worden opgezonden.

Zoodra de jaarlijksche begrooting door den wetgever vastge- steld is. vergunne men den havenraad de uitgetrokken gelden voor de aangegeven doeleinden te besteden, met dien verstande, dat ten opzichte van kostbare of moeilijke technische werken, overleg moet plaats vinden met de centrale leiding, teneinde de aldaar geconcentreerde ervaring en deskundigheid, voor groote- ren kring van nut te doen worden.

Volledigheidshalve zij medegedeeld, dat volgens hetzelfde gronddenkbeeld, doch op eenvoudiger leest geschoeid, de regeling van het beheer der kleinere havens zal worden voorgedragen.

Groeien die kleinere havens allengs zoodanig in beteekenis en .omvang, dat zij achtereenvolgens meer geëmancipeerd kunnen

worden, dan zal een overgang naar een gelijkgerechtigde plaats naast de grootere eenvoudig wezen.

Het behoeft geen betoog, dat in tijden van oorlog of oorlogs- gevaar of bij slechte functioneering van een havenraad, de Re- geering het recht moet bezitten van schorsing der toegekende bevoegdheden en deze geheel of gedeeltelijk moet kunnen toe- vertrouwen aan door Haar aan te wijzen autoriteiten of lichamen.

Tot zoover de uiteenzetting van de algemeene beginselen, welke besloten moge worden met het uitspreken der verwachting, dat ongetwijfeld allen, die het reëel wel meenen met het haven- bedrijf, of daarbij groote belangen bezitten, onder het voorbehoud van enkele details, zullen instemmen met de ontwikkelde orga-

(34)

26 NEDERLANDSCH-INDISCH E H A V E N R A D E N

nisatie, die in de b e s t a a n d e o m s t a n d i g h e d e n op g r o n d van e r v a r i n g den meester, w a a r b o r g voor den g e r e g e l d e n bloei der h a v e n s biedt.

In het bijzonder w o r d t in s a m e n h a n g m e t de d e b a t t e n op h e t a a n g e h a a l d e p r a e - a d v i e s v a n Air. van O p h u y s e n g e v o l g d , n o g de o p m e r k i n g in h e t m i d d e n g e b r a c h t , dat de b e s t u r e n d e r g e m e e n - ten, w a a r b i n n e n g r o o t e h a v e n s zijn g e l e g e n , bij h e t i n n e m e n v a n h u n s t a n d p u n t t e g e n o v e r de h a v e n r a d e n , zich eigen a f k o m s t zullen d i e n e n te h e r i n n e r e n ; zij zijn zelf k i n d e r e n der d e c e n t r a l i s a t i e en k u n n e n dus niet a n d e r s dan j u i c h e n , als het d e c e n t r a l i s a t i e - g e z i n zich u i t b r e i d t , d.w.z. als n a a s t hen, z u s t e r s en b r o e d e r s g e b o r e n w o r d e n , die o p g r o e i e n d , zeker niet n a l a t e n zullen a a n z i e n te s c h e n k e n aan het ouderlijk h u i s , w a a r t o e ook de g e m e e n t e n b e - hooren en w a a r v o o r allen v o l d o e n d e p l a a t s a a n w e z i g i s ; een a a n z i e n , h e t w e l k op de leden van h e t g r o o t e gezin b e u r t e l i n g s t e r u g v a l t . M e n m a g zich i m m e r s vleien, dat ook hier in X'eder- l a n d s c h - I n d i ë m e t t e r t i j d b e w a a r h e i d zal w o r d e n , h e t g e e n u i t Liverpool m e e g e d e e l d w o r d t o m t r e n t de F o r t A u t h o r i t y :

„ D e leden in die w e r e l d h a v e n w o r d e n g e r e k e n d t o t de m e e s t w a k k e r e en b e k w a m e k o o p l i e d e n ; zij zijn m e n s c h e n , die h e t als een bijzondere o n d e r s c h e i d i n g b e s c h o u w e n o m t o t deel van h e t h a v e n b e s t u u r te w o r d e n g e k o z e n . Die eer zoo zeer b e g e e r d , d a t een w e i - o n d e r l e g d e j o n g e m a n vanaf den e e r s t e n d a g , dat hij zijn i n t r e d e in de z a k e n w e r e l d doet, bij al zijn daden z o r g d r a a g t , d a t mettertijd geen vlek zijn v e r k i e z i n g in d e n w e g zal s t a a n , en d a t alles, ofschoon aan h e t l i d m a a t s c h a p geen enkele geldelijke ver- g o e d i n g d i r e c t of i n d i r e c t v e r b o n d e n i s " .

K e r s t m i s , 1919.

(35)

WW9WWWW9WWWPWWWWW9^WW9'&

Het Balische Huwelijksrecht

door

P. DE KAT ANGELINO.

Voor een degelijke studie van het Balische huwelijk en huwe- lijksrecht geeft de bestaande litteratuur niet voldoende, waarom ik de daarop betrekking hebbende aantcekeningen, gedurende mijn diensttijd verzameld, in dit artikel wil samenvatten.

Het meest overzichtelijk leek mij een verdeeling in de volgende hoofdstukken :

liet sluiten van een huwelijk;

De verschillende huwelijksvormen ; De rechtsgevolgen van het huwelijk;

De ontbinding van het huwelijk.

Het sluiten van een huwelijk.

Het Balische huwelijk is vaderrechtelijk en polygaam; de man mag dus meerdere vrouwen huwen, terwijl de vrouw als het eigendom des mans (koophuwelijk) zich nooit ongestraft een der- gelijke weelde kan veroorlooven, integendeel aan een anderen man kan worden overgedaan.

Voor het sluiten van een huwelijk is noodig de toestemming van beide partijen; toch wordt de vrouw maar al te dikwijls met meerderen of minderen dwang tot een huwelijk genoopt: vrees der ouders of naaste familieleden, dat het jonge meisje een onge- wenscht huwelijk zou kunnen doen, brengt hen er toe, hun pupil te dwingen tot een huwelijk met iemand uit hun eigen familie, van hun kaste of stand; het gevolg is een ongelukkig huwelijk, eindigend met echtscheiding op verzoek van de vrouw, of on- trouw in het huwelijk gevolgd door een veroordeeling wegens

overspel, een op Bali nog al eens voorkomend adats'misdrijf.

(36)

28 HET BALISCHE HUWELIJKSRECHT

in de Hindoe-wetboeken wordt reeds tegen het dwanghuwelijk gewaarschuwd; het wetboek Khoetara Menawa wijst niet alleen op de straf, die Sanghijang Manoeaba oplegt aan hen die dat gebod overtreden, maar ook op de bevoegdheid van den wereld- lijken rechter, die een boete van 4900 kepeng kan eischen (Ha- madol semara).

Voorschriften omtrent den leeftijd waarop een huwelijk mag worden gesloten bestaan ook.

De man moet volwassen of „troena" zijn, dus ongeveer den zestienjarigen leeftijd hebben bereikt; het al of niet troena zijn wordt evenwel niet naar den leeftijd bepaald, maar naar de lichaamsafmetingen, zooals dat in de inlandsche maatschappij gebruikelijk i s ; als de stem zich gezet heeft en het jongmensch niet meer de baard in de keel heeft, is de puberteitsperiode voorbij.

De jonge vrouw moet maagd (dehe) zijn; zij mag niet trou- wen, zoolang de menses niet. zijn ingetreden; aangezien na het intreden der menses bij de vrouw pas de tanden mogen worden gevijld en een jonge vrouw wier tanden nog niet gevijld zijn verondersteld wordt nog niet den maagdelijkcn leeftijd te hebben bereikt, is het huwen van een man met een vrouw wier tanden nog niet gevijld zijn strafbaar gesteld met een boete die vroeger in de negrikas en nu in de districtskas vloeit; in de bundel Lands- verordeningen van Bali en Lombok, in dit artikel aangehaald als L. V. B. en L. V. L., komen diergelijke strafbepalingen geldende in bijna alle rijkjes, voor.

In de Landsverordeningen van den A'orst van Tabanan komt ook heel wat voor over het huwelijk; aangezien deze peswara's niet in voornoemde bundels zijn opgenomen, wordt het hoofd-

stuk over huwelijksaangelegenheden hier ingelascht.

Artikel een.

Al wie een v r o u w t r o u w t , wier t a n d e n not;' niet gevijld zijn, w o r d t gestraft m e t een boete van 4500 k e p e n g , welke b o e t e aan h e t hoofd der v r o u w v e r v a l t , te betalen b i n n e n v e e r t i g dagen na d a t o v o n n i s ; -;

als de b o e t e dan n o g niet b e t a a l d is, zal de schuldige gestraft w o r d e n n a a r de v o o r s c h r i f t e n van h e t w e t b o e k A g a m a (vergelijk ook p e s w a r a N o . 128 L. V. B.)-

B e t a a l t de v e r o o r d e e l d e de b o e t e , dan is de vader van de b r u i d verplicht zijn d o c h t e r uit te huwelijken tegen b e t a l i n g van een k o o p s o m zooals gebruikelijk is. •

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

deuren, en thans staat het in het brandpunt der belangstelling. Beziet men nu de kaart van dit werelddeel, dan valt het op, hoe gunstig Nederlandsch-Indië ligt ten opzichte van

naar het oordeel van schrijver dezes reeds een heele stap in de goede richting zijn, wanneer de beoordeeling van bus-aangelegen- heden in den ruimsten zin des woords slechts

De cijfers voor de beginsterkte der eerste klasse zijn mij alleen voor de jaren 1925 t/m 1927, die voor de verbeterde beginsterkte der 2de en 3de klassen (S 2 , S 3 ) voor geen

danen zijn. Weer even later kwam de vertegenwoordiger van Polen aan het woord en zeide: in ons land wonen zooveel Israëlie- ten, laat Engeland in de eerste plaats de Joden

besturen onttrokken zijn krachtens opperheerschappij dan wel krachtens uitdrukkelijk beding in contract of Zelfbestuursregelen 1927, vgl. het de schetsteekeningetje op b!z. 2,

!) l.l.. looze wever wordt landbouwer elders. In hoofdzaak alleen de boeren, vast aan hun grond, blijven achter. Maar hun leven heeft aan inhoud ingeboet. De rentelast neemt ook

Het arbeidstempo nu kan opgevoerd worden door drang van buiten af (streng toezicht b.v.) echter ook kan de arbeidsvreugde bij den arbeider dusdanig zijn, dat hij zonder dezen

het onderwijs. Het bovenstaande brengt mee, dat de Zending een zekere vrijheid zal moeten hebben om zich voor vrijwillige bij- dragen tot de bevolking te wenden, bv. ten aanzien