• No results found

DOSSIER SIGNALISATIE VAN WERKEN EN VERKEERSBELEMMERINGEN OP DE OPENBARE WEG BUNDEL 106 2/2005

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DOSSIER SIGNALISATIE VAN WERKEN EN VERKEERSBELEMMERINGEN OP DE OPENBARE WEG BUNDEL 106 2/2005"

Copied!
24
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

SIGNALISATIE VAN WERKEN EN VERKEERSBELEMMERINGEN OP DE OPENBARE WEG

BUNDEL 106

2/2005

DOSSIER

(2)

Signalisatie van werken en

verkeersbelemmeringen op de openbare weg

Bundel 106

De Constructiv dossiers zijn driemaandelijkse uitgaven van Constructiv. In dezelfde reeks zijn nog andere dossiers beschikbaar (vroeger navb dossiers genoemd). De Constructiv dossiers bestaan ook in het Frans.

REDACTIE

Raymond Brems, Virginie Caverneels, Christian Depue, Patrick Franceus, Geoffrey Goblet, Carl Heyrman, Véronique le Paige, Isabelle Maesfranckx, Arlette Moonens, Hans Raes, Christelle Schmitz, Isabelle Urbain, Nicolaas Van Leeuwen, Bart Verstraete.

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Bruno Vandenwijngaert - Constructiv Koningsstraat 132/1 • 1000 Brussel t +32 2 209 65 65

f +32 2 209 65 00 E-mail: info@constructiv.be Website: www.constructiv.be AANSPRAKELIJKHEID

Het redactiecomité van de Constructiv dossiers streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek.

Noch het redactiecomité, noch Constructiv kunnen echter aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze publicatie ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven.

BESTELLINGEN EN TARIEVEN Via www.constructiv.be en gratis downloadbaar via www.buildingyourlearning.be OPMAAK EN DRUKWERK Friso Claesen

www.psp.be Constructiv 2005

Deze publicatie is beschikbaar onder de licentie Creative Commons:

Naamsvermelding-NietCommercieel- GelijkDelen. Deze licentie laat toe het werk te kopiëren, distribueren, vertonen, op te voeren, en om afgeleid materiaal te maken, zolang Constructiv vermeld wordt als maker van het werk, het werk niet commercieel gebruikt wordt en afgeleide werken onder

VOORWOORD . . . .3

INLEIDING . . . .3

Wat is verkeersveiligheid? . . . .3

Huidige situatie . . . .3

Het belang van signalisatie . . . .4

Snelheid van het verkeer . . . .4

WETTELIJKE BEPALINGEN . . . .4

Vergunning . . . .4

Signalisatie van de werken per categorie . . . .5

VERKEERSBORDEN EN SIGNALISATIE-ELEMENTEN . . . .5

Verkeersborden en elementen voor de wegsignalisatie . . . .5

Verkeersborden en elementen voor de bouwplaatssignalisatie . . . .11

SIGNALISATIEPLAN . . . .14

Vier stappen . . . .14

Veiligheid van de werknemers op bouwplaatsen . . . .14

Voorbeelden van signalisatieplannen . . . . 14

Bijzonderheden bij werken van zesde categorie. . . .14

ALGEMENE VOORSCHRIFTEN IN DE PRAKTIJK . . . .18

Plaatsing en verwijdering van de wegsignalisatie . . . .18

Onderhoud, schoonmaak en opslag . . . .18

GESCHIKTE PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN . . . .19

Wanneer PBM voorzien? . . . .19

Gebruik van de standaard-PBM . . . .19

Signaalkledij . . . .19

INHOUD

CONSTRUCTIV DOSSIER

2/2005

(3)

Met dit NAVB dossier willen we in grote lijnen de situatie schetsen inzake de signalisatie van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg. Binnenkort ver-

schijnt er een meer gedetailleerd en geüpdatet vademecum waarin de verplichtingen staan, de re- gels van goede praktijk enzo- voort inzake de signalisatie van

werken en verkeersbelemmerin- gen, rekening houdend met de verschillende regelgevingen in de verschillende gewesten.

navbdossier

Voorwoord

Wat is

verkeersveiligheid?

Verkeersveiligheid is een ruim begrip en beperkt zich niet tot repressie. De meeste weggebrui- kers denken enkel aan radars, be- keuringen van politieagenten, parkeermeters enz.

In zo'n context wordt gevaarlijk rijgedrag, uit onbegrip, be- schouwd als een sport.

Verkeersveiligheid is nochtans een begrip dat heel wat gedach- ten kan oproepen (continue brain- storming door wetenschappers).

Gedragsspecialisten verdiepen zich in psychologie, psychiatrie en zelfs psychopathologie wan- neer ze het hebben over de ge- moedstoestand van sommige weggebruikers.

Wie meer interesse heeft voor omgevingsfactoren, gaat vaak heel sterk het accent leggen op de stedenbouwkundige organisa- tie, die het gedrag van de wegge- bruiker kan bepalen.

Huidige situatie

Tijdens de maand november 2005 bezochten de adviseurs van het NAVB 168 werven die op of langs de openbare weg gele- gen waren en een grote invloed hadden op andere weggebrui- kers. 69 van deze werven waren niet op voorhand gemeld. Op 79 werven beschikten de werkne- mers niet over de voorgeschre- ven sociale voorzieningen (ref- ter, kleedkamer, WC) en op 71 werven werden de werken door meerdere aannemers tegelijker- tijd uitgevoerd.

Bij 42 projecten was er geen vei- ligheidscoördinator betrokken bij het ontwerp en op 29 projecten was de aangestelde veiligheids- coördinator-verwezenlijking op de werf niet gekend.

De verdeling van de bezochte werken volgens type van de werkzaamheden, de beheerder van de weg en het aantal werkne- mers op de bouwplaats ziet er als volgt uit:

Inleiding

13,92 % 8,44 %

21,52 %

18,14 % 5,06 % 8,02 %

24,89 %

13,92 % 8,44 %

21,52 %

18,14 % 5,06 % 8,02 %

24,89 %

Verdeling volgens type werkzaamheden

Wegenwerken Wegen- en rioleringswerken Wegen-, riolerings- en kabelwerken Fiets- en voetpaden, bestrijkingswerken

Kabelwerken

Signalisatiewerken

Andere

13,19 %

17,58 % 57,69 %

13,19 %

17,58 % 57,69 %

Verdeling volgens wegbeheerder

Gemeente

Provincie

Staat

Privé

70,24 %

4,76 % 1,79 %

0,60 % 22,62 %

70,24 %

Verdeling volgens aantal aanwezige werknemers

0 - 9

10 - 19

20 - 49

50 - 99

> 99

(4)

navbdossier

Tijdens deze bouwplaatsbezoeken werden de volgende vaststellin- gen gedaan:

• Op 44 werven waren de borden die de werken aangeven niet aangebracht. Op 57 werven was de werkvergunning van de op- drachtgever niet beschikbaar.

• Op 85 werven was er geen sig- nalisatieplan en op 52 werven werd de signalisatie niet vol- gens het opgestelde signalisa- tieplan uitgevoerd. Op 71 wer- ven was de aangebrachte signalisatie niet conform de wetgeving. Het betreft hier vooral het gebruik van niet- reflecterende borden, borden die niet of zeer slecht werden onderhouden, permanente bor- den die niet werden afgedekt enz.

• Op 75 werven ontbrak het bord met de naam van de verant- woordelijke voor de signalisa- tie. Op 68 werven werd nie- mand van de werf aangeduid om de signalisatie dagelijks na te zien en de omleidingen die op 9 werven werden voorzien werden slecht gesignaleerd.

• Op 13 van de 37 containers die op of langs de openbare weg waren opgesteld, ontbrak de no- dige voorgeschreven signalisatie.

• Op 70 projecten werd er geen rekening gehouden met de vei- ligheid van de omwonende en/of andere weggebruikers.

• Op 42 projecten droeg niet ie- dereen de voorgeschreven signa- lisatiekledij en op 21 projecten was de signalisatiekledij niet aangepast aan de klasse van de uit te voeren werkzaamheden.

Besluit:

De toestand van de werfsignali- satie op de openbare wegen laat veel te wensen over en is op de helft van de werven gewoon slecht. Signalisatiekledij wordt nog te weinig gedragen en is soms niet aangepast aan de uit te voeren werkzaamheden.

Het belang van signalisatie

De signalisatie van bouwplaat- sen is een instrument voor ver- keerscommunicatie. Het gaat erom de weggebruikers te infor- meren, te oriënteren en te leiden bij werken op het wegennet, met de bedoeling om bepaalde onge- vallenrisico's uit te schakelen, zowel voor de werknemers als voor de autobestuurders. Dat vraagt om striktheid, samenhang en duidelijkheid.

Verkeersveiligheid is gebaseerd op duidelijke, volledige en pre- cieze signalisatie.

Aangezien bouwplaatsen een tij- delijke wijziging van een be- staande situatie betekenen, vra- gen ze om speciale aandacht van de weggebruikers. De wegsignali- satie van bouwplaatsen moet zó uitgekiend worden dat ze effici- ënt is en nageleefd wordt.

Snelheid van het verkeer

Het valt gemakkelijk te begrijpen dat hoe hoger de snelheid van het verkeer is, hoe groter het ri- sico op een ongeval is.

Om een wagen te doen stilstaan, moeten we twee factoren in aan- merking nemen:

• de reactietijd van de bestuurder;

• de remafstand.

De reactietijd

Dit is de tijd die verloopt tussen het moment waarop de bestuurder zich rekenschap geeft van het ge- vaar en het moment waarop hij re- ageert zoals hij denkt te moeten reageren. Vaak remt de bestuurder.

De remafstand

Die komt overeen met de afstand die de wagen aflegt tijdens het

remmen, tot hij volledig stilstaat.

De remafstand wordt berekend aan de hand van deze formule:

• In normale omstandigheden:

Df = Voorbeelden:

- Een auto rijdt aan 50 km/u;

hij heeft: = 25 m nodig om te stoppen.

- Een auto rijdt aan 90 km/u;

hij heeft: = 81 m nodig om te stoppen.

• In moeilijke omstandigheden:

Df = + 0,1 x (Snelheid)

Voorbeelden:

- Een auto rijdt aan 50 km/u;

hij heeft:

+ 0,1 x (50) = 30 m nodig om te stoppen.

- Een auto rijdt aan 90 km/u;

hij heeft:

+ 0,1 x (90)= 90 m nodig om te stoppen.

(90)2 100 (50)2

100 (Snelheid)2

100 (90)2

100 (50)2

100 (Snelheid)2

100

Vergunning

Signalisatieplan

Het signaleren van de op de openbare weg aangebrachte wer- ken valt ten laste van diegene die de werken uitvoert.

Wanneer verkeersborden betref- fende de voorrang, verbodsbor- den, gebodsborden, verkeersbor- den betreffende het stilstaan en parkeren of voorlopige markerin- gen die de rijstroken aanduiden moeten worden aangewend, mag deze signalisatie slechts worden aangebracht op voorwaarde dat daartoe toelating is gegeven:

• door de Minister tot wiens be- voegdheid het beheer van de autosnelwegen behoort of door zijn gemachtigde, zo het een autosnelweg betreft;

• door de burgemeester of zijn gemachtigde, zo het een andere openbare weg betreft.

Deze toelating bepaalt in elk ge- val de verkeerstekens die zullen gebruikt worden (art. 78.1.1 van het Verkeersreglement).

Om de vergunning te verkrijgen, moet een bouwplaatssignalisa- tieplan opgemaakt worden.

Om de veiligheid van de arbeiders en de weggebruikers maximaal te waarborgen, kan een bijko- mende signalisatie geëist worden met verplichte voorschriften uit het Ministerieel Besluit van 7 mei 1999.

De vergunning moet zich op de werf bevinden en moet voorge- legd worden telkens wanneer de bevoegde overheid ze opeist.

De werken mogen pas beginnen wanneer de noodzakelijke voor- bereidingen getroffen werden en de nodige signalisatie ge- plaatst is.

De verkeerstekens moeten weg- genomen worden door diegene die de werken uitvoert zodra deze beëindigd zijn (art 78.1.2 van het Verkeersreglement).

Voertuigenverkeer - verkeersplan

Onafhankelijk van het feit of er een omleiding is, moet er ge- dacht worden aan alle wegge- bruikers in het verkeer. Daarom:

1. moet de aannemer de nodige schikkingen treffen om de toe- gang tot plaatselijke eigen- dommen en de doorgang van voetgangers te verzekeren;

2. mag de aannemer pas starten met de werken na goedkeuring van de maatregelen m.b.t. het verkeer en de signalisatie door de bevoegde overheden.

Als er een omleiding voorzien wordt, moet er een verkeersplan opgesteld worden dat daarna

wordt goedgekeurd door de poli- tie of door de leidinggevende ambtenaar. Ook het openbaar vervoer, de hulpdiensten (brand- weer, ambulances, politie, gas- maatschappij…) moeten op de hoogte worden gebracht van de omleiding. De signalisatie van de omleiding moet als eerste wor- den geplaatst, vóór eender welke andere signalisatie.

Het signalisatie- en het verkeers- plan geven ook de inplanting en de aard aan van de verkeerste- kens die in de onmiddellijke om- geving en binnen de zone van de bouwplaats geplaatst moeten worden, en dit voor elke ver- keersfase.

Deze bepalingen mogen door de Leidende Ambtenaar aangepast, gewijzigd of aangevuld worden in overleg met de territoriaal be- trokken politiedienst(en).

Wettelijke bepalingen

(5)

navbdossier

Containers

Voor het plaatsen van een con- tainer op de openbare weg is de toelating vereist van de ge- meentelijke overheid. En elke gemeente heeft zijn eigen pro- cedure qua te ondernemen stappen, termijn, betaling van de taks… Voor wat de eigen- lijke signalisatie van de contai- ner betreft, verwijzen we naar artikel 8 van het MB van 7 mei 1999.

Signalisatie van de werken per categorie

Voorafgaande opmerking

Als op de openbare weg ver- schillende snelheidsbeperkin- gen gelden, wordt rekening gehouden met de hoogste toe- gelaten maximumsnelheid om de categorie van de werken te bepalen.

Eerste categorie

Vmax > 90 km/u Werken op de autosnelweg en op openbare wegen waar de toege- laten maximumsnelheid hoger is dan 90 km/u.

Opmerking: alle werken op de auto- snelweg zijn van eerste categorie, zelfs als de toegelaten maximum- snelheid lager ligt dan 90 km/u.

Tweede categorie

90 km/u ≥ Vmax>50 km/u Werken op openbare wegen waar de toegelaten maximumsnelheid hoger is dan 50 km/u en lager dan of gelijk aan 90 km/u.

Derde categorie

Vmax≤50 km/u Werken op openbare wegen waar de toegelaten maximumsnelheid lager dan of gelijk aan 50 km/u is.

Vierde categorie

Werken buiten de rijbaan, maar die een gevaar betekenen voor voet- gangers en bestuurders van fietsen en tweewielige bromfietsen.

Vijfde categorie

Werken die uitgevoerd worden tus- sen het aanbreken van de dag en het vallen van de avond en waar- bij de zichtbaarheid goed is tot op een afstand van ongeveer 200 m.

Zesde categorie

Mobiele werken die het verkeer kortstondig belemmeren door hun lage verplaatsingssnelheid of om- dat ze veelvuldig stilstaan om werken uit te voeren.

De eerste drie categorieën wor- den elk nog eens opgesplitst in twee, naargelang de bouwplaats weinig of veel hinder veroorzaakt voor het verkeer:

Verkeersborden en elementen voor de wegsignalisatie

Vooraf

De beschikkingen m.b.t. de afme- tingen en de plaatsing van ver- keerstekens en onderborden die in het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de mini- mum afmetingen en de bijzon- dere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden be- paald staan, zijn van toepassing.

Bijgevolg moet de bouwplaats- signalisatie minstens dezelfde af- metingen hebben als de be- staande verkeerstekens en als de normale signalisatie dubbel is, dan moet de bouwplaatssignali- satie dat (verplicht) ook zijn.

Om gerespecteerd te worden, moet de signalisatie zelf “respec- tabel” zijn.

Bijvoorbeeld:

• de verkeerstekens moeten van dezelfde soort zijn.

• de tekens worden allemaal,

zelfde hoogte geplaatst: buiten de bebouwde kom moet de on- derste rand van de tekens 1,50 meter boven het niveau van de rijbaan uitsteken (aanbevolen hoogte). Afhankelijk van het aantal borden mogen ze op een lagere hoogte worden ge- plaatst, op voorwaarde dat de minimumhoogte van 1 meter onder het verkeersteken wordt nageleefd. Binnen de be- bouwde kom moet de onderste rand van de verkeerstekens zich op 2,10 meter boven het trot- toir of de berm bevinden.

• de netheid, de leesbaarheid en de retroreflecterende eigen- schappen van de borden moe- ten worden gevrijwaard, zodat ze steeds eenduidig herkend kunnen worden.

• de tekens moeten bekleed wor- den met retroreflecterende la- gen van type 3.

• de tekens moeten worden aan- gebracht op metalen dragers;

houten dragers zijn verboden.

De dragers staan verticaal op-

• de tekens moeten ongeveer op dezelfde afstand van de rand van de rijbaan af staan.

• de afbakeningsvoorzieningen moeten perfect op een lijn staan, op regelmatige afstand van elkaar.

• behalve in uitzonderlijke om- standigheden moet de zijde- lingse afbakening volledig uit eenzelfde type bakens bestaan.

• 's nachts moet op het afbake- ningsmaterieel de voorgeschre- ven verlichting staan: er staan oranjegele lampen op 1 baken op 2 bij de signalisatie op af- stand en op alle bakens bij de zijdelingse signalisatie.

Als er een verlichtingsinrichting voorzien is, moet die werken tus- sen valavond en het aanbreken van de dag en in alle omstan- digheden waarin het niet meer mogelijk is om goed te zien tot op een afstand van ongeveer 200m.

Bij helder weer moet de verlich- ting ervoor zorgen dat de signa- lisatie zichtbaar is op minstens

Driekleurige verkeerslichten

De driekleurige lichtinstallaties moeten voorzien zijn van veilig- heidsinrichtingen die de werking van de driekleurige lichten in alle richtingen onderbreken van zo- dra, door een ontregeling, twee verkeersstromen elkaar kunnen snijden of van zodra, tengevolge van een defect, een rood ver- keerslicht niet meer brandt terwijl het dat wel zou moeten doen.

In het Vlaams Gewest is het zo dat als er voorlopige driekleurige verkeerslichten staan, de borden B19 en B21 er ook moeten staan, om een eventuele panne van de verkeerslichten op te vangen.

Het betreft werken die op een- der welke plaats zo breed zijn dat ten minste één rijstrook of de breedte van één rijstrook niet kan worden gebruikt door het verkeer op de rijbaan.

Het betreft enerzijds werken die op eender welke plaats zo breed zijn dat minder dan één rijstrook of minder dan de breedte van één rijstrook niet kan worden gebruikt door het verkeer op de rijbaan en ander- zijds werken buiten de rijbaan, maar die het verkeer op die rij- baan beïnvloeden.

1e 2e 3e

Cate- Werken die het verkeer Werken die het verkeer

gorie sterk hinderen weinig hinderen

Verkeersborden

en signalisatie-elementen

(6)

navbdossier

Rijbaanversmalling

Wordt gebruikt voor een wegversmalling van minimum 1 m, maar minder dan een rijstrook en die gevaarlijk is voor het verkeer.

Gevaarsborden

Kiezelprojectie

Werken

Opmerking: het gebruik van dit bord is niet vastgelegd in het Verkeersreglement. In het MB van 7 mei 1999 wordt dit bord enkel gebruikt op een afstand van 150 m van de werken.

Verkeerslichten

Wordt gebruikt als de verkeerslichten niet zichtbaar zijn voor de weggebruikers op een afstand van ongeveer 150 m.

Gevaar dat niet door een

speciaal symbool wordt aangeduid

Verkeersbord A7a

Verkeersbord A17

Verkeersbord A31

Verkeersbord A33

Verkeersbord A51

Verkeersbord B1

Verkeersbord B9

Verkeersbord B15

Verkeersbord A7b Verkeersbord A7c

Verkeersborden betreffende de voorrang

Voorrang verlenen

Dit bord wordt in de onmiddellijke nabijheid geplaatst van de plaats waar de bestuurder voorrang moet verlenen.

Voorrangsweg

Voorrang op het kruispunt

(7)

navbdossier

Verbodsborden

Verboden richting voor iedere bestuurder die in deze richting rijdt

Verboden toegang voor iedere bestuurder in beide richtingen

Opmerking: Het bord C3 wordt bij wegwerkzaamheden vaak gebruikt in combinatie met een onderbord:

“UITGEZONDERD PLAATSELIJK VERKEER”.

Verboden op het volgende kruispunt af te slaan in de richting die de pijl aangeeft

Inhaalverbod voor alle voertuigen

Einde van het inhaalverbod aangegeven door verkeersbord C35

Inhaalverbod voor alle voertuigen gebruikt voor het vervoer van zaken met een maximale toegelaten massa ≥ 3,5T

Nauwe doorgang

Verleen voorrang aan bestuurders die uit de andere richting komen.

Nauwe doorgang

U hebt voorrang op bestuurders die uit de andere richting komen.

Verkeersbord B19

Verkeersbord B21

Verkeersbord C1

Verkeersbord C3

Verkeersbord C31

Verkeersbord C35

Verkeersbord C37

Verkeersbord C39

Opmerking: De borden B19 en 21 komen altijd samen voor. Bovendien zijn deze borden in het Vlaams Gewest verplicht als er driekleurige verkeerslichten worden gebruikt.

(8)

navbdossier

Einde van het verbod aangegeven door verkeersbord C39

Vanaf dit verkeersbord tot aan het volgende kruispunt is het verboden sneller te rijden dan aangegeven wordt

Opmerking: Voor de signalisatie van werken of van verkeersbelemmeringen, worden gewoonlijk enkel de volgende be- perkingen gebruikt: 120 - 90 - 70 - 50 - 30.

Einde van de snelheidsbeperking

Einde van alle plaatselijke verbodsbepalingen opgelegd aan de voertuigen in beweging

Opmerking: Als op een rijksweg (normale maximumsnelheid 90 km/u) de toegelaten maximumsnelheid verlaagd is naar 70 km/u, moet het bord C43/70 herhaald worden na het plaatsen van het bord C46.

Verkeersbord C41

50

km

Verkeersbord C43

50 km

Verkeersbord C45

Verkeersbord C46

Gebodsborden

Verplichting de richting te volgen die de pijl aanduidt

Opmerking: De plaatsing van de pijl (45° naar de grond gericht of gewoon horizontaal) zorgt voor een volledig andere boodschap.

Verkeersbord D1

Aanwijzingsborden

Begin van de bebouwde kom

Einde van de bebouwde kom

Opmerking: Vergeet niet dat deze borden een intrinsieke snelheidsbeperking inhouden.

LIEGE

Verkeersbord F1

LIEGE

Verkeersbord F3

(9)

navbdossier

Voorwegwijzer die een doorsteek van de middenberm aankondigt

Verkeer toegelaten in beide richtingen op een deel van de rijbaan met eenrichtingsverkeer

Einde van de werken

Voorwegwijzer die de vermindering van het aantal rijstroken aankondigt

Voorwegwijzer die een uitwijking aankondigt Voorwegwijzers die wijzigingen op de weg aankondigen ten gevolge van werken

Deze verkeersborden mogen slechts worden gebruikt om voorlopige aanwijzingen te geven bij werken.

Het aantal pijlen moet overeenstemmen met het werkelijke aantal rijstroken.

De symbolen moeten precies overeenkomen met de plaatsgesteldheid.

1500 m

Verkeersbord F79

1500 m

Verkeersbord F79

1500 m

Verkeersbord F81

1500 m

Verkeersbord F81

1500 m

Verkeersbord F83

Verkeersbord F85

Verkeersbord F47

Onderborden

Een onderbord vertelt enkel iets over het verkeersbord erboven.

De verkeersborden en de onderborden moeten dus oordeelkundig worden gekozen, rekening houdend met de situatie ter plaatse.

Verkeersborden F79 tot F85

(10)

navbdossier

Nieuwe borden

File mogelijk

Werken + file mogelijk

Verboden de 'cruise control' te gebruiken

Snelheidsaanduiding met radar

Kan als basis voor een bekeuring dienen.

Elektronische borden die aangepast kunnen worden aan de situatie CRUISE

CONTROL

Deinze

Gent

Brussel

Verkeersbord F39

Déviation

Verkeersbord F41

Omleiding

Een omleiding moet duidelijk en vooral volledig zijn. Als er een omleiding voorzien is, moet er daarom bij het opstellen van het signalisa- tieplan van de werf ook een verkeersplan worden opgesteld. Op dat plan moeten de afgesloten straten en de omleidingswegen duidelijk aangegeven staan, met de juiste verkeerstekens.

Voorwegwijzer die een omleiding aankondigt

Wegwijzer die een omleidingsweg aankondigt

(11)

navbdossier

Overlangse voorlopige markeringen die de rijstroken aanduiden

Voorlopige markeringen om bij werken het verkeer te kanaliseren wor- den ofwel gevormd door oranje doorlopende of onderbroken strepen, ofwel door oranje spijkers.

De voorlopige markeringen maken de andere witte overlangse marke- ringen die op dezelfde plaats zijn aangebracht waardeloos.

Andere markeringen

Witte opschriften op de rijbaan mogen de door verkeersborden gege- ven aanwijzingen herhalen. De verschillende richtingen mogen op de rijstroken aangeduid worden. De grootte van de markeringen op de grond hangt af de toegelaten maximumsnelheid.

Markeringen

Ononderbroken streep

Pijlen die de richting aangeven

Verkeersbord C35 Verkeersbord C39

Verkeersbord D1 Verkeersbord D3

50

km

Verkeersbord C43

10

km

Verkeersbord C43

Aanduiding van de toegelaten maximumsnelheid

300

45 45

1100450

210

210

210 210

300

45

1100450

140 140

Verkeersborden en elementen voor de bouwplaatssignalisatie

Type Ia.1 Type Ib.1 Type Ic Type Ia.2 Type Ib.2

Afbakeningselementen en kegels

Type I: Bakens voor signalisatie op afstand

De bakens voor signalisatie op afstand dienen om de bouwplaats aan te kondigen van op een zekere afstand. Ze kunnen gebruikt worden om aan te geven dat er rijstroken verlegd of afgesloten worden voor de werken. De lijn(en) van de bakens van type Ia.1, Ib.1 en Ic die naar beneden gericht is (zijn) - in een hoek van 45°, net als bij het verkeersbord van type D1 - geven aan langs welke kant de weggebrui- ker moet passeren. Bij het baken van type Ia.1 passeert de wegge- bruiker dus links van de bouwplaats. De pijl op de bakens van type Ia.2 en Ib.2 geeft ook aan langs welke kant de weggebruiker moet passeren. Deze bakens worden echter gebruikt wanneer er bijvoor- beeld een rijstrook wordt verlegd of afgesloten in een bocht.

Voor de wegen die onder de bevoegdheid vallen van het Waalse Ministère de l'Equipement et des Transports (RW 99), zijn enkel de bakens van type Ia.2, Ib.2 toegelaten, de zo- genaamde 'pijlbakens'.

(12)

navbdossier

300

70

1000 200 1000

300

1000

185 185

150 750

300

70

1000 200 1000

300

1000

185 185

150 750

300

70

1000 200 1000

300

1000

185 185

150 750

200

+/- 800 450

200

+/- 800 450

200

+/- 800 450

200

+/- 800 450

Type II: Bakens voor zijdelingse signalisatie - verkeerskegels

Deze bakens worden naast de werken geplaatst. Ze vormen een grens tussen de werken en de rijweg. De betekenis van de bakens van type IIa en IIb is dezelfde als die van bakens voor signalisatie op afstand.

Type III: Bakens voor een fysieke afscheiding

Het voetstuk van deze bakens is in beton, metaal of plastic. Deze ba- kens worden voornamelijk gebruikt wanneer een eenrichtingsweg wordt ingericht als tweerichtingsweg.

Type IIa Type IIb Type IIc Type IId

Type IIIa Type IIIb

De bedoeling van de schuine geleiding is het aantal beschikbare rijstroken geleidelijk te ver- minderen.

Plaatsing

De afstand waarop de schuine geleiding be- gint, hangt af van de categorie van de werken.

De schuine geleiding gebeurt niet volgens een rechte maar volgens een kromme, zodat de weggebruikers zonder bruuske bewegingen hun richting kunnen aanpassen.

500 500 500

100200 500

Reflectoren Reflektoren

500 MIN 800––––– 1000

50 – 100

Type I Type II

Schuine geleiding

Hekken

Het begin van een bouwplaats wordt altijd geconcretiseerd door een fysiek element. Meestal gebeurt dat met een hek.

(13)

navbdossier

Geïntegreerde borden = Minimax

+/- 2250

3000 3500

Ø 150 300

300

+/- 1000

+/- 1000

Ø 150 300

Ø 150 300 A31 (700)

D1d (Ø 900)

3000 3500

1500 2000

+/- 2250 300

Type II Type I

Het begin van een bouwplaats kan aangeduid worden met een geïnte- greerd bord.

Voor de keuze voor het gebruik van type I of type II wordt rekening ge- houden met de plaatsgesteldheid en de categorie van de werken.

Verkeersbord A31 is niet altijd ver- plicht in geïntegreerde borden van type II. Het gebruik ervan hangt af van de categorie van de werken en van het gebruik van het geïnte- greerde bord zelf.

Bord van de signalisatieverantwoordelijke

Op het bord staat de naam en het telefoonnummer van de signalisatieverantwoordelijke. Het is een zwart bord met gele letters.

De grootte van de letters hangt af van de categorie van de werken.

De signalisatieverantwoordelijke moet 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 bereikbaar zijn.

Le Bestek 250 legt strikte regels op aan de signalisatieverantwoordelijke (b.v. aan- wezig kunnen zijn op de plaats van de werken binnen een welbepaalde termijn…).

(14)

navbdossier

Signalisatieplan

Bij de signalisatie van de werken wordt rekening gehouden met de categorie van de werken, met de vraag of de werken het verkeer weinig of sterk hinderen, of de plaatsgesteldheid verkeersgelei- ding mogelijk maakt…

Voor elke categorie is er een ge- detailleerd schema opgemaakt waarin de verplichtingen van het MB zijn opgenomen, eventueel aangevuld met de verplichtingen, aanbevelingen… van het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Het is dus belangrijk om steeds de bevoegde overheid te kennen van de weg waar de bouwplaats zich bevindt. De verplichtingen van het Waalse Ministère de l´Équipement et des Transports (MET) zijn bijvoorbeeld niet van toepassing op een gemeenteweg in het Waals Gewest.

Vier stappen

De verschillende categorieën zul- len altijd volgens het schema hieronder gesignaleerd worden:

• Signalisatie op afstand: voor- wegwijzers, verkeersbord A31, snelheidsbeperkingen

• Signalisatie van het begin van de bouwplaats: hek of geïnte- greerd systeem van het type II

• Zijdelingse signalisatie

• Signalisatie van het einde van de bouwplaats

Veiligheid van de werknemers op bouwplaatsen

De veiligheid van de werknemers op de bouwplaats wordt gewaar- borgd door veiligheidszones die minstens 0,50 m breed zijn, door

“bufferzones” waarvan de lengte afhangt van de categorie van de werken, van de fysieke aard van de bouwplaatsgrenzen en van het dragen van persoonlijke bescher- mingsmiddelen.

Veiligheidszone

Het gaat om een verplichte strook, minstens 0,50 m breed, tussen de afbakeningsinrichtingen en de werkzone op bouwplaatsen van 1e categorie en op bouwplaatsen van

5ecategorie waar de toegelaten maximumsnelheid hoger ligt dan 90 km/u (autosnelwegen en we- gen met 2 x 2 rijstroken of meer).

Voor de veiligheid van de werkne- mers op de bouwplaats wordt er - voor zover mogelijk - ook op bouwplaatsen van andere catego- rieën een veiligheidszone voorzien van 0,50 m tussen de zijdelingse bebakening en de werkzone.

Bufferzone

Deze zone bevindt zich na de rijstrookvermindering of -ver- smalling en/of onmiddellijk voor de werkzone. De lengte ervan wordt bepaald door de categorie van de werken, die zelf wordt be- paald door de snelheid die van toepassing is.

In deze zone mag geen materieel worden opgeslagen, geen materi- aal en dus zeker geen bouwplaats- installatie (bureaus, werkplaat- sen, sociale voorzieningen enz.).

Het is een bijkomende veilig- heidszone voor de werknemers op de bouwplaats die echter geen gevaar mag inhouden voor een weggebruiker in de problemen.

Voorbeelden van signalisatieplannen

Hierna vindt u 3 voorbeelden van schema's van werken van 2ecate- gorie met veel verkeershinder. Op het eerste schema staat enkel wat verplicht is volgens het MB van 7 mei 1999; op het tweede en derde staat wat verplicht is volgens het Waals en volgens het Vlaams Gewest.

Bijzonderheden bij werken van zesde categorie

Het gaat om mobiele werken die door hun relatief lage verplaat- singssnelheid of door hun veel- vuldig stilstaan voor het uit- voeren van werken slechts kortstondig het verkeer hinderen.

De signalisatie van bouwplaatsen van 6ecategorie berust vooral op de uitrusting van het voertuig, namelijk:

• een oppervlakte van 1m2reflec- terende rode en witte strepen

• het bord A31

• het bord D1 of F21

• twee oranjegele knipperlichten.

Het gebruik van deze borden hangt af van de toegelaten maximumsnelheid en van de last die de werken veroorzaken.

Als het voertuig niet uitgerust kan worden zoals het hoort of indien het voertuig niet tijdig zichtbaar is voor de weggebruiker, wordt er een voorsignalisatievoertuig ge- bruikt, eventueel uitgerust met een botsabsorbeerder.

De gewesten leggen bepaalde bijkomende eisen op, vooral bij werken van 6e categorie op de autosnelweg.

De RW 99 en het Bestek 250 be- vatten voorbeelden van signali- satieplannen.

VOORKANT ACHTERKANT

ORANJEGELE KNIPPERLICHTEN AFSCHERMPANELEN

F21 (doorgang toegelaten links of rechts) D1 (verplichting de richting te volgen, aangeduld door de pijl).

A31

A31

F21 ou D1 0,70 m

min. 0,60 m D1 =

Ø min 0,70 m

45° 45°

min. 0,10 m

min. 1,5 m min. 0,40 m min. 1,5 m min. 1,5 m

min. 0,10 m

(15)

navbdossier

op 150 m 0 m

op 350 m

50km

50km

C45 Einde

snelheidsbeperking Verantwoordelijke signalisatie (naam - telefoon) (hoogte van de letters: 12 cm)

F47 Einde werken

A31 Werken

C43 Snelheidsbeperking (50 km/u)

op 400 m van het begin van de bouwplaats

tussen 50 en 100 m

150 m 25 m 150 m200 m50 m

Einde van de bouwplaats Begin van de bouwplaats Signalisatie op afstand

Begin van de bouwplaats

Bouwplaats Einde

van de bouwplaats

Zijdelingse signalisatie Staanders, kegels of bakens om de 30 m + verlichting (zie bijlage 1)

NOTA (facultatief)

De verkeersborden moeten worden herhaald aan de linkerzijde van de rijweg voor werken van lange duur

en indien het verkeer dit vereist.

Signalisatieschema 5B

W erken van 2 e categorie (ma x im u m toegelaten snelheid hoger dan 50 km/u en lager dan of gelijk aan 9 0 km /u ) Bouwplaatsen met sterke verkeers hinder (één rijstr ook) E é n enkele rijstr ook voor verkeer in twee richtingen

Geïntegreerd bord

"Type I"

50km

200 m

400 m Excepté circulation locale

of

D1 Pijl volgen

C1 Toegang verboden C3 Verkeer verboden + onderbord

"uitgezonderd plaatselijk verkeer"

A31 Werken Aangepast gevaarsbord C43 Snelheidsbeperking 50 km/u

Geïntegreerd bord

"Type II"

en/of B21

of

Verkeersrichting

of NOOT

Werken van 2 e categorie overeenkomstig de regelgeving van het MB van 7 mei 1999

Weg met 2 rijstroken: maximum toegelaten snelheid hoger dan 50 km/u en lager dan of gelijk aan 90 km/u Bouwplaatsen met sterke verkeershinder (één rijstrook)

Eén enkele rijstrook voor verkeer in de twee richtingen

Einde van de bouwplaats

Zijdelingse signalisatie

Begin van de bouwplaats

Signalisatie of afstand

(16)

navbdossier

Werken van 2 e categorie overeenkomstig de regelgeving van het Waals Gewest (RW 99)

Weg met 2 rijstroken: maximum toegelaten snelheid hoger dan 50 km/u en lager dan of gelijk aan 90 km/u Bouwplaatsen met sterke verkeershinder (één rijstrook)

Eén enkele rijstrook voor verkeer in de twee richtingen

(17)

navbdossier

Werken van 2 e categorie overeenkomstig de regelgeving van het Vlaams Gewest (Bestek 250)

Weg met 2 rijstroken: maximum toegelaten snelheid hoger dan 50 km/u en lager dan of gelijk aan 90 km/u Bouwplaatsen met sterke verkeershinder (één rijstrook)

Eén enkele rijstrook voor verkeer in de twee richtingen

verkeerslichten B19-B21

(18)

Plaatsing en verwijdering van de wegsignalisatie

Algemene voorschriften

Bij het plaatsen en verwijderen van wegsignalisatie moeten en- kele eenvoudige veiligheidsvoor- schriften toegepast worden:

• Hou rekening met de snelheid en de dichtheid van het verkeer.

• Vraag ook de steun van de politie.

• Werk met een signalisatie- voertuig.

• Draag de gepaste signaalkledij (verplicht). Ze mag niet ver- huld worden door een andere uitrusting.

• Sta - voor zover mogelijk - in de veiligheidszone om de sig- nalisatie te plaatsen.

• Begin vooraan bij het plaatsen van de signalisatie en achter- aan wanneer je ze verwijdert, zodat je altijd met je gezicht naar het verkeer staat.

• Speciale aandacht is vereist wanneer de zichtbaarheid be- perkt is (mist, regen, gepar- keerde voertuigen…).

Stabiliteit van de signalisatie

Hoe moet je de signalisatiebor- den plaatsen?

• Vastmaken aan bestaande borden

• Voetstukken gebruiken

• In de grond plaatsen

Om de stabiliteit van de signali- satie te waarborgen, houden we rekening met:

• De afmeting van de borden

• De grond, de ondergrond (sta- biel, vlak, zonder obstakels…)

• De snelheid van het verkeer

• De grote borden worden vast- gezet met spanners en/of bij- komende stabilisatoren, zoals zandzakken, voetstukken met dubbele lengte…

• …

Onderhoud,

schoonmaak en opslag

Een inspectie die enkel overdag plaatsvindt, kan een fout beeld geven van de staat van de bor- den, vooral wat hun reflecterend vermogen betreft.

Let er ook op dat de borden zó opgeslagen worden dat ze niet beschadigd raken.

navbdossier

Algemene voorschriften in de praktijk

(19)

navbdossier

Wanneer PBM voorzien?

Wanneer de risico's niet kunnen worden uitgeschakeld aan de bron of voldoende beperkt door andere maatregelen, moeten PBM worden gebruikt.

Gebruik van de standaard-PBM

We verwijzen naar de risicoana- lyse van de werkpost op basis van het indicatief schema voor de in- ventaris van de risico's met het oog op het gebruik van PBM (cf.

bijlage I van Titel VII: Individu- ele uitrusting uit de Codex over het welzijn op het werk).

Signaalkledij

Algemeen

Signaalkledij is van toepassing voor werknemers tewerkgesteld aan werkzaamheden op en langs de openbare weg waarbij het ver- keer tijdens de duur van de werk- zaamheden niet wordt verboden.

Dit geldt onder meer voor her- stellingswerken, het onderhoud van bermen, onderhoudswerken,

het plaatsen, controleren en onderhouden van nutsvoorzie- ningen zoals leidingen voor gas, water, telecommunicatie, elektri- citeit enz.

De materialen die signa- lisatiekledij zijn speci- fieke kenmerken geven

Signalisatiekledij moet de werk- nemer zichtbaar maken voor de autobestuurders en andere weg- gebruikers in alle weersomstan- digheden (zon, regen, mist…), zowel overdag als 's nachts.

Signaalkledij die in overeenstem- ming is met de nieuwe Europese norm EN 471, is samengesteld uit zowel fluorescerend als retrore- flecterend materiaal.

Het retroreflecterend gedeelte weerkaatst het invallende licht in de richting van de lichtbron. In de praktijk zorgt dit materiaal er- voor dat het licht van een voer- tuig dat op de signalisatiekledij valt naar de bestuurder wordt teruggestuurd. Ideaal dus om bij duisternis of bij nacht te worden gezien.

Soorten klassen

De zichtbaarheid van de signali- satiekledij en dus ook de klasse zal stijgen naarmate het ge- deelte fluorescerend en retrore- flecterend materiaal groter zal worden.

De norm EN471 voorziet drie klassen.

In de praktijk behoren enkel jas- sen en overalls tot klasse 3. Gi- lets, kazuifels en broeken met borststuk behoren tot klasse 2.

Schouder- en lendenbanden vor- men de klasse 1-groep.

Keuze van de klasse bij wegenwerken

Daar het bij wegwerkzaamheden van levensbelang is gezien te worden, is het verplicht om daar signalisatiekledij van klasse 2 of klasse 3 te gebruiken, afhankelijk van de uit te voeren werken en de weersomstandigheden.

Geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen

EN 471 wetgeving retroreflectief materiaal (m2)

Klasse 1 Klasse 2 Klasse 3

Reflecterend Materiaal (m2)

(20)
(21)
(22)
(23)

De dossiers zijn tot stand gekomen dankzij de bijdrage van de volgende organisaties:

Constructiv

Koningsstraat 132 bus 1, 1000 Brussel

t +32 2 209 65 65 • f +32 2 209 65 00

www.constructiv.be • info@constructiv.be

(24)

DOSSIER 106 -

SIGNALISATIE VAN WERKEN EN

BUILDING your LEARNING

de digitale bibliotheek

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN