• No results found

Factsheet grondwaterlichaam: Zout Rijn-West

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Factsheet grondwaterlichaam: Zout Rijn-West"

Copied!
22
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Factsheet grondwaterlichaam:

Zout Rijn-West

Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven Toestand 2020 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2016-2021 zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2021 zullen deze onderdelen

worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens.

Dit onderdeel beschrijft de kenmerken van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben.

1. Basisgegevens

Waterlichaamcode: NLGW0011 Deelstroomgebied: Rijn West

Waterbeheerder: Provincie Zuid-Holland, Provincie Noord-Holland, Provincie Utrecht Wateronttrekking tbv menselijke consumptie: Nee

(2)

Karakterschets

Het GWL bevindt zich voor het grootste deel in het Westelijke deel van het Rijn-West stroomgebied tussen het GWL Duin Rijn-West en het GWL deklaag Rijn-West. In dit grondwaterlichaam, het brak/zoute GWL van laag Nederland treedt overwegend kwel op in diepe polders en in drainerende waterlopen langs de stuwwallen. De ondergrond wordt voornamelijk gevormd door de fluviatiele (sedimentaire rivier afzetting) Pleistocene afzettingen van de Rijn en Oostelijke en Noordelijke riviercomponenten, glaciale afzettingen van de Peelo en Drente

Formaties en mariene Eem lagen. Boven deze afzettingen liggen voornamelijk de Formaties van Naaldwijk (marien) en Nieuwkoop(veen) van Holocene ouderdom die de deklaag vormen. Regionale zoete

grondwaterstromingen dringen vanaf de Utrechtse Heuvelrug in westelijke richting en vanuit de kustduinen in oostelijke richting het verzilte gebied binnen. Deze zoete grondwaterstromingen eindigen in de diepe polders.

Daarnaast zijn regionale stroomsystemen in gang gezet zijn door de ontwikkeling van de polders, waarbij verzoeting vanuit relatief hooggelegen gebieden en meren optreedt, en verzilting door diepere stromingen die onder diepe droogmakerijen brakke kwel leveren.

In het zuidwestelijk deel van het grondwaterlichaam bevindt zich een grote industriële onttrekking van verzilt grondwater, dat op de Noordzee wordt geloosd. Deze bepaalt in hoge mate het grondwaterniveau in dit gebied en heeft de laatste 100 jaar geleid tot verlaging van het maaiveld in de directe - stedelijke - omgeving. Hoewel dit grondwater niet langer wordt benut zal deze grotendeels in stand dienen te blijven om grondwateroverlast in de toekomst te voorkomen.

Het GWL bevat aquatische of terrestrische ecosystemen die afhankelijk zijn van het grondwater.

Voor een meer uitgebreide beschrijving van het grondwaterlichaam met aanvullende gegevens over de belasting, de monitoring en de toestand wordt verwezen naar het Ambtelijk technisch achtergronddocument Rijn-West RHDHV (groeidocument BC7928 2014).

De Conceptuele modellen van de Grondwaterlichamen inclusief de detailschetsen zijn beschikbaar op:

https://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/wetgeving-beleid/kaderrichtlijn-water/grondwater/grondwater-krw/conc eptuele-modellen/

Hydrogeologische kenmerken

Horizont: 1 Substraat: Zand

Gemiddelde diepte: 0 m Gemiddelde dikte: 180 m Volume: 537,000,000,000 m3 Meerdere watervoerende pakketten: Nee

Aquifer type: Poreus - gemiddeld

Lateral oriëntatie: Horizontaal - kleinere watervoerende pakketten

(3)

Conceptueel Model

(4)
(5)
(6)

Beschermde gebieden

De volgende beschermde gebieden liggen in dit waterlichaam.

Vogelrichtlijngebied

Naam Code

Abtskolk & De Putten NL_VOG_162

De Wilck NL_VOG_102

Duinen en Lage Land Texel NL_VOG_2

Eemmeer & Gooimeer Zuidoever NL_VOG_77

Eilandspolder NL_VOG_89

Haringvliet NL_VOG_109

Hollands Diep NL_VOG_111

IJsselmeer NL_VOG_72

Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske NL_VOG_92

Markermeer & IJmeer NL_VOG_73

Naardermeer NL_VOG_94

Oostelijke Vechtplassen NL_VOG_95

Oudeland van Strijen NL_VOG_110

Polder Zeevang NL_VOG_93

Voordelta NL_VOG_113

Waddenzee NL_VOG_1

Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder NL_VOG_90 Zwanenwater & Pettemerduinen NL_VOG_85

Habitatrichtlijn gebied

Naam Code

Botshol NL_HAB_83

Coepelduynen NL_HAB_96

Duinen Den Helder-Callantsoog NL_HAB_84

Duinen en Lage Land Texel NL_HAB_2

Eilandspolder NL_HAB_89

Haringvliet NL_HAB_109

Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske NL_HAB_92

Markermeer & IJmeer NL_HAB_73

Meijendel & Berkheide NL_HAB_97

Naardermeer NL_HAB_94

Oostelijke Vechtplassen NL_HAB_95

Oude Maas NL_HAB_108

Polder Westzaan NL_HAB_91

Schoorlse Duinen NL_HAB_86

Solleveld & Kapittelduinen NL_HAB_99

Voordelta NL_HAB_113

Voornes Duin NL_HAB_100

Waddenzee NL_HAB_1

Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder NL_HAB_90 Zwanenwater & Pettemerduinen NL_HAB_85

(7)

2. Toestand

In dit hoofdstuk wordt in zowel in tabellen als in een kaartbeeld de toestand weergegeven. In de tabellen worden eerst per onderdeel de totaaloordelen en de prognose weergegeven. In de daarop volgende tabellen wordt nader ingegaan op de toestand van de onderliggende onderdelen. Hiermee wordt invulling geven aan het onderdeel S(tatus) van de DPSIR-methodiek.

Doelbereik 2027 is een inschatting van de waarschijnlijkheid dat de doelen worden bereikt in 2027, waarbij wordt uitgegaan van de volledige uitvoering van het maatregelenpakket, zoals beschreven in hoofdstuk 4 van deze factsheet.

* = Deze toestandsbeoordeling betreft een expertoordeel of is een oordeel samengesteld uit één of meer beheerdersoordelen.

A = Er is sprake van achteruitgang van de toestand ten opzichte van de vorige planperiode.

2

Totaaloordeel 2

(op basis van de 3 testen voor het hele waterlichaam) * Toestand

2020 2009 2015

*

Voor rapportage aan de EU worden de oordelen geaggregeerd tot één oordeel voor kwaliteit en één voor kwantiteit. Daarbij wordt een “one-out-all-out” systematiek gehanteerd.

Onderstaande tabellen geven het resultaat van de onderliggende tests opgesplitst naar generieke tests en regionale tests.

2

2

2

3

3

4

Testen voor het gehele waterlichaam (generieke tests)

2 2

1. Waterbalans (3.1.1. grondwatervoorraad + 3.1.2.

trends stijghoogten

Doelbereik 2027

Regionale testen

2

4. Grondwaterafhankelijke 2

oppervlaktewaterlichamen (4.1.1. kwantiteit + 4.1.2. kwaliteit)

4

6. Drinkwaterbron (4.3) 4

2 3

5. Grondwaterafhankelijke terrestrische

ecosystemen (4.2-a. kwantiteit + 4.2-b. kwaliteit)

2 2

2 2

3. Chemische toestand (3.2)

2. Intrusies (3.3-a. kwantiteit + 3.3-b. kwaliteit)

Doelbereik 2027

*

*

*

*

*

*

*

*

*

Toestand Toestand

2009 2015 2020

vrijwel zeker

vrijwel zeker vrijwel zeker

vrijwel zeker

redelijk zeker 2009 2015 2020

*

*

*

*

(8)

Kaartbeeld toestand 2021

Navolgende kaart geeft een ruimtelijk beeld van de beoordeling van de regionale testen grondwater.

Legenda Groen: voldoet

Gearceerd geel vlak: Relatie terrestrische ecosystemen kwalitatief niet in orde Gearceerd rood vlak: Relatie terrestrische ecosystemen kwantitatief niet in orde

Gearceerd paars vlak: Relatie terrestrische ecosystemen kwalitatief en kwantitatief niet in orde Lijn/vlak geel: Relatie oppervlaktewater kwalitatief niet in orde

Lijn/vlak rood: Relatie oppervlaktewater kwantitatief niet in orde

Lijn/vlak paars: Relatie oppervlaktewater kwalitatief en kwantitatief niet in orde Zwarte stip: Waterwinning kwalitatief niet in orde

(Witte stip: Waterwinning kwantitatief niet in orde, komt niet voor)

(9)

Motivering kwantiteit 3.1 Oordeel waterbalans

3.1.1: Rapport "Tijdstijghoogte-analyse West-, Noord-, en Oost-Nederland & Scheldestroomgebied" (KWR 2020.003 | Maart 2020) & "Waterbalanstest tbv KRW toestandsoordeel grondwaterkwantiteit" (Deltares - Van Ek | 2012)

3.1.2: Rapport "Tijdstijghoogte-analyse West-, Noord-, en Oost-Nederland & Scheldestroomgebied" (KWR 2020.003 | Maart 2020) & "Waterbalanstest tbv KRW toestandsoordeel grondwaterkwantiteit" (Deltares - Van Ek | 2012)

3.3 Oordeel intrusie

3.3-a: Rapport "Monitoring zoutwaterintrusie naar aanleiding van de Kaderrichtlijn Water “verzilting door zoutwaterintrusie en chloridevervuiling” (TNO | 2006)

4.1 Oordeel oppervlaktewater

4.1.1: Op basis van overleg met de waterbeheerders 4.2 Oordeel terrestrisch

4.2-a: Op basis van overleg met de waterbeheerders

4.2-a Natura 2000 gebieden die door onvoldoende grondwatertoevoer vanuit het grondwaterlichaam worden gehinderd in het realiseren van de KRW-doelen: Botshol

Beoordeling trends grondwaterkwaliteit (niet van invloed op totaaloordeel)

Is er sprake van een significant stijgende trend van concentraties van verontreinigende

stoffen? nee

Motivering chemische trendanalyse 3.2 Oordeel chemie

3.2-b: Rapport "KRW Trendanalyse Grondwaterkwaliteit - Analyse voor de grondwaterlichamen Eems, Rijn-Noord,

Rijn-Oost, Rijn-West en Schelde" (HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. | 2020)

Motivering kwaliteit 3.2 Oordeel chemie

3.2-a: Aquokit o.b.v. monitoring 3.3 Oordeel intrusie

3.3-b: Op basis van zoutwachtergegevens van drinkwaterbedrijven. zie bijlage achtergronddocument Rijn West (XXXXX)

4.1 Oordeel oppervlaktewater

4.1.2: Op basis van overleg met de waterbeheerders 4.2 Oordeel terrestrisch

4.2-b: Op basis van overleg met de waterbeheerders

N2000 gebied Botshol voldoet nog niet aan de doelen, aanvullende hydrologische maatregelen nodig 4.3 Oordeel drinkwater

Rapport "Trendanalyse grondwaterkwaliteit van drinkwaterwinningen" (RIVM - 2018) Er zijn geen drinkwaterwinningen in dit grondwaterlichaam

(10)

Dit onderdeel geeft invulling aan de onderdelen D(river), P(ressure) en (I)mpact van de DPSIR-methodiek. Het geeft de significante belastingen (pressures) en achterliggende functie (drivers) weer en geeft aan welke parameters worden beïnvloed (impact). Onder significant wordt verstaan dat dit leidt tot het niet bereiken van de goede toestand, dan wel dat (preventieve) maatregelen nodig zijn om die goede toestand te bereiken. Ook

effecten die nu nog niet de toestand beïnvloeden, maar waarvan verwacht wordt dat dat op termijn wel het geval is worden als significant beschouwd. Deze krijgen in de laatste kolom de status potentieel.

3. Belastingen

Overige belastingen

Functie Belasting Effect Beïnvloede Status

parameter Anders overige belastingen Schade aan afhankelijke

terrestrische ecosystemen vanwege chemische en/of kwantitatieve redenen

4.2 terrestrisch actueel

Toelichting

De benoemde belastingen zijn aanwezig maar niet significant, spelen op lokaal niveau.

4. Maatregelen

[KRW art. 11]

Samen met het volgende hoofdstuk (5. Uitzonderingen) geeft dit hoofdstuk invulling aan het aspect R(esponse) van de DPSIR-systematiek. De tabellen geven aan welke maatregelen zijn uitgevoerd in de afgelopen

planperioden en de maatregelen die nog genomen gaan worden teneinde de goede toestand te bereiken. Het betreft hier de gebiedsgerichte maatregelen aanvullend op generiek beleid dat bestaat uit basismaatregelen (art 11.3) en aanvullende maatregelen (art 11.5). Basismaatregelen en aanvullende maatregelen zijn overal van toepassing. Ze worden beschreven in het maatregelenprogramma bij het SGBP.

Maatregelen uitgevoerd in de periode 2010 t/m 2015

Maatregel: Omvang:

1 stuks anti-verdrogingsmaatregelen N2000 Botshol: natuurlijker peilbeheer

1 stuks anti-verdrogingsmaatregelen N2000 Botshol: Uitgraven petgaten

1 stuks Monitoring grondwaterverontreiniging Rotterdams havengebied

1 stuks N2000 Naardermeer: Flexibel peilbeheer

1 ha N2000 Wormer en Jisperveld: Waterconservering en flexibel peilbeheer

*) maatregel heeft betrekking op meerdere waterlichamen Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m 2015

Er zijn geen overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m 2015

(11)

Maatregelen opgevoerd in SGBP voor de periode 2016 t/m 2021

Maatregel Aanpak Spoedlocaties bodemverontreining Omvang: 2 stuks (verspreidingsrisico)

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 2

Toelichting: Saneren c.q. beheersen van alle ernstig verontreinigde bodemlocaties met verspreidingsrisico (Midterm Review 2013) cf landelijke afspraken aanpak (potentiële) spoedlocaties Wbb ten behoeve van kwaliteitsverbetering en/of de bescherming van de grondwaterkwaliteit bij de winningen

Maatregel Bufferzone Naardermeer Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

In uitvoering: 1

Toelichting: Rond het Naardermeer wordt een bufferzone aangelegd met een hoger waterpeil.

Door deze bufferzone wordt er minder water uit het Naardermeer weg gezogen en hoeft er minder gebiedsvreemd water te worden ingelaten.

Maatregel Gebiedsgericht Grondwaterbeheer Rotterdamse Haven Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

In uitvoering: 1

Toelichting: In het SGBP Rijndelta 2009-2015 is aangegeven dat onderzocht zou worden op welke wijze gebiedsgericht grondwaterbeheer in de Rotterdamse Haven gestalte kon krijgen. In 2011 heeft Rotterdam besloten de eerste fase tot een

gebiedsgerichte aanpak te starten. Gestart is met een pilot in het Botlekgebied om beheer en sanering van de verontreinigingen vorm te geven en te komen tot een gemeenschappelijke aanpak. Op basis van een in 2014 opgesteld begrenzingen- en grenswaardenplan wordt de gebiedsgerichte aanpak verder ingevuld. Dit moet in 2016 leiden tot een Plan van Aanpak. Op basis en afhankelijk van de ervaringen zal vanaf 2017 het gebiedsgericht beheer worden opgeschaald naar andere

deelgebieden in havengebied. In 2018 zal, afhankelijk van de situatie, een Plan van Aanpak zijn opgesteld voor die gebieden in de periode 2018 t/m 2021. Uiterlijk 2021 zal er één beheerplan zijn voor de gebieden waarvoor een beheerplan is ontwikkeld.

Het doel van de gebiedsgerichte aanpak is het realiseren van een kosteneffectief, gecontroleerd beheer van de grondwaterverontreiniging binnen vastgestelde gebiedsgrenzen. Gecontroleerd beheer vindt plaats op basis van bronmaatregelen, monitoring en beheersmaatregelen.

Monitoring van de verontreiniging vindt plaats nabij en op de rand van het

beheergebied en de plaatsen waar het grondwatermodel een overschrijding van het beheergebied voorspelt (compliance monitoring) en onder terreinen van

deelnemende bedrijven (trend- en procesmonitoring). Op basis van de uitkomsten wordt het grondwatermodel doorontwikkeld en effecten en maatregelen beter afgestemd. De te verwachten kosten zijn exclusief de investeringen van de bedrijven voor het treffen van bronmaatregelen en trend- en procesmonitoring en exclusief de maatregelen vanuit de rijksmiddelen voor beheer van verontreinigingen waarvoor juridisch niemand aanspreekbaar is maar die wel kunnen worden opgenomen in het gebiedsgerichte grondwaterbeheer.

Maatregel Herstel veenmosrietlanden Wormer- en Jisperveld & Omvang: 1 stuks Kalverpolder

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: Onderzoek naar verbetering van de kwaliteit van veenmosrietlanden. Hierbij wordt onder andere gekeken naar waterconservering (isolatie) en verbetering van de

(12)

Toelichting: Onderzoeken en beoordelen van de daadwerkelijke risico's van verdachte bodemverontreinigingslocaties voor kwetsbare objecten (winningen menselijke consumptie, N2000-gebieden, oppervlaktewater)

Maatregel Ontwikkeling veenmosrietlanden Westzaan Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: De kwaliteit van veenmosrietlanden wordt verbeterd door hydrologische isolatie en verbetering van de waterkwaliteit.

Maatregel Ontwikkleing kemphaan en watersnip biotoop Ilperveld en Omvang: 1 stuks omgeving

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: Door verhoging van het waterpeil ontstaan plas-dras percelen in Ilperveld, Varkensland en Oostzanerveld die geschikt zijn voor kemphaan en watersnip.

Maatregel Ontwikkleing kwelmilieus oostflank Naardermeer Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

In uitvoering: 1

Toelichting: Onderzoek naar de mogelijkheden om kwel aan de oostzijde van het Naardermeer beter te benutten en om in samenhang hiermee blauwgraslanden te ontwikkelen.

Maatregel Ontwikkleing roerdomp- en kemphaanecotopen Wormer- Omvang: 1 stuks en Jisperveld

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: In het Wormer- en Jisperveld wordt een aantal plas-dras percelen aangelegd, die geschikt zijn voor roerdomp en kemphaan.

Maatregel Opstellen GGOR Eilandspolder oost Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: Voor het oostelijk deel van de Eilandspolder zal onderzoek worden gedaan naar het gewenste grond- en oppervlaktewater regime, GGOR. Dit gebeurt o.a. ten behoeve van het in stand houden van veenmosrietlanden

Maatregel signaleringsonderzoek kwetsbare objecten binnen 100 Omvang: 38 stuks m. KRW-beschermd gebied

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 38

Toelichting: Voor deze onderzoeksmaatregel is aangesloten op een landelijk uitgevoerde studie naar locaties met (mogelijke) grondwaterverontreiniging op een korte afstand van een kwetsbaar gebied, waarbij deze verontreiniging mogelijk een nadelige invloed kan hebben op de KRW-dolestellingen van deze beschermde gebieden.

Vanwege dit belang wordt in de 2e SGBP-periode een onderzoeksmaatregel opgevoerd, om te onderzoeken of er feitelijk sprake is van een negatieve invloed op de KRW-doelstelling welke leiden tot noodzakelijke sanerings/beheersmaatregelen.

Aantallen worden per GW-lichaam gegeven hierbij uitgesplitst per afzonderlijke soort kwestbaar object: industriële waterwinning voor consumptie: 18; zwemwater:

5; Overige natuur EHS: 15. totaal 38

Generiek eerste historisch onderzoek kost €1500 per locatie dus bij 33 veronderstelde lokaties tot. € 49.500,-

Uitgegaan wordt van 50% doorloop naar noodzakelijk 2e onderzoek á € 5000,- per locatie dus tot. € 80.000,- Tot. € 129.500,-

Maatregel Verbetering veenmosrietlanden Ilperveld en omgeving Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

(13)

Maatregel Verbetering waterkwaliteit de Putten Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: Achter de Hondsbossche Zeewering bevindt zich het natuurgebied de Putten. Door de wateren in dit gebied te baggeren neemt de kwel vanuit de Noordzee toe en worden brakke milieus hersteld.

Maatregel Verbrakking Westzaan Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Ingetrokken: 1 Maatregel beperkt tot oppervlaktewater

Toelichting: Na afsluiting van de Zuiderzee zijn brakke ecosystemen in grote delen van Noord-Holland verdwenen. In Westzaan bevinden zich nog relicten die worden behouden en uitgebreid door aanvoer van brak water uit het Noordzee Kanaal.

Maatregel Vervolgaanpak spoedlokaties Wbb Omvang: 121 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

In uitvoering: 14 (betreft alleen de locaties waar de provincie bevoegd gezag is). Stavaza 2019 door pzh gereed 1, 14 in uitvoering

Uitgevoerd: 107

Toelichting: Saneren c.q.beheersen van alle ernstig verontreinigde bodemlocaties (z.g.

spoedlocaties met verspreidingsrisico) cf. landelijke afspraken (potentiële) spoedlokaties Wbb.op basis van de onderzoeken (56 provincie, 65 overige bevoegde gezagen, totaal 121 in GWL Deklaag Rijn-West) in planperiode 1

(14)

Overige maatregelen uitgevoerd in de periode 2016 t/m 2021

Maatregel Hydrologische herstelmaatregelen N2000 Botshol Omvang: 1 stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1

Toelichting: Uitvoeren PAS maatregelen (hydrologisch herstel)

Maatregel Alternatieven grondontsmetting Omvang: **) stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Ingetrokken: 1 In de nadere prioritering is dit onderzoek afgevallen wegens geldgebrek.

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Door toenemende wettelijke restricties op de toepassing van

grondontsmettingsmiddelen in de bloembollenteelt dreigen er problemen met de bestrijding van quarantaine-organismen in de bollenteelt, zoals het stengelaaltje en knolcyperus te ontstaan. Daarvoor is onderzoek naar alternatieve

bestrijdingsmethoden nodig. Dat kan nieuw onderzoek betekenen, combinatie van bestaande bestrijdingsmethoden of een mix van beide.

Met name onderzoek voor het stengelaaltje zijn kostbaar, tijdrovend en complex.

Daarbij zijn, vanwege de quarantaine, ook speciale voorzorgsmaatregelen nodig, die ook weer kostbaar zijn.

Maatregel In beeld brengen relatie grondwater/oppervlaktewater voor Omvang: **) stuks fosfaat in Bollenstreek ZH

Voortgang: stuks Motivering:

Planvoorbereiding: 1 In afwachting van zekerheid over financiering met betrokken partijen vooralsnog niet in SGBPII opgenomen.

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Bij de beoordeling van de chemische toestand van het grondwaterlichaam Duin-RijnWest voor 2012 bleek dat in meer dan 20% van de monitoringpunten de drempelwaarde voor fosfaat is overschreden. Nadere inventarisatie daarvan gaf aan dat dit voornamelijk wordt veroorzaakt door overschrijding van de normen op bedrijven met bloembollenteelt. De meeste monitoringpunten op dergelijke bedrijven liggen in de Bollenstreek in Zuid-Holland.In de beoordelingsprocedure dient bij overschrijding van de normen met meer dan 20% van de monitoringpunten het mogelijke effect daarvan op de gehalten nabijgelegen oppervlaktewaterlichamen te worden nagegaan. In het oppervlaktewaterlichaam Trekvaart in de Bollenstreek komen fosfaatgehalten van meer dan 4,0 mg/l voor. Het is echter onduidelijk of er, en zoja hoe groot, een relatie is tussen deze hoge gehalten in dit

oppervlaktewaterlichaam en het grondwater in dit deel van het grondwaterlichaam Duin in Rijn West. Om dat welhelder in beeld te krijgen wordt een hydrologisch model opgesteld door de provincie en het Hoogheemraadschap van Rijnland om deze relatie zo helder mogelijk kwantitatief in beeld te krijgen. Dat is nuttig omdat daarmee het effect van te nemen maatregelen om de concentratie van fosfaat in grond- en oppervlaktewater te vernminderen in beeld kan worden gebracht en zo mogelijk maatregelen tegen elkaar kunnen worden afgewogen. Op kleine schaal is dit voor de Klinkenbergerplas in 2013 reeds in beeld gebracht. Daar kwamen toen meetbare maatregelen voor vermindering van de toevoer van fosfaat naar het oppervlaktewater uit naar voren.

Maatregel Innovatieve waterkering voor inundatie Omvang: **) stuks bloembollengronden op zand

Voortgang: stuks Motivering:

Ingetrokken: 1 Bij nadere prioritering afgevallen wegens geldgebrek.

(15)

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Inundatie is een niet-chemische manier om het stengelaaltje te bestrijden. Deze kan op vlakliggende zandgronden goed worden toegepast. De grond onder de dijk van grond, die een breedte tot 7 m kan omvatten wordt op die manier echter niet ontsmet. Daarvoor is alsnog chemische ontsmetting nodig. Om dit zoveel mogelijk te beperken worden in dit project enkele alternatieven voor dijkaanleg die minder ruimte in beslag nemen onderzocht, zoals tijdelijke damwanden.

Dit onderzoek richt zich op concrete toepassing daarvan op praktijkbedrijven, waarbij tijdens en na de uitvoering testen van de concentraties aan stengelaaltjes nodig zijn. Deze zijn echter kostbaar. Vandaar de relatief hoge kosten voor dit project.

Maatregel Praktijkgroep goede organische stof- en fosfaatbalans Omvang: **) stuks bloembollenteelt op zand

Voortgang: stuks Motivering:

In uitvoering: 2 Aanvraag gehonoreerd. maatregel Ontwikkelen en toepassen bodembalansen bollenteelt (A6) is hieraan toegevoegd. (2 projecten, heten nu: beter organisch bemesten).

2019: KAVB heeft Visie Vitale Teelt 2030 geïnitieerd. Met name communicatie met de sector werpt vruchten af. Hierin zijn diverse sporen beschreven. Loopt door naar SGBP3.

Toelichting: **) in totaal 2 stuks voor meerdere waterlichamen.

Wettelijk zijn er steeds strengere gebruiksnormen voor bemesting met fosfaat van kracht. In de bloembollenteelt op zandgrond is het gebruik om in de hyacintenteelt stalmest als organische stofleverancier te benutten. Dat bevat echter relatief zoveel fosfaat, dat het een probleem voor een goede fosfaatbalans in de bollenteelt op zandgrond met hyacinten vormt.

In de 1e SGBP-periode zijn er fosfaatarme alternatieve organische stoffen onderzocht naar hun toepasbaarheid in de bollenteelt op zandgrond.

Dit project is bedoeld om op praktijkbedrijven een goede balans te vinden tussen de toepassing van organische stof en bemesting van fosfaat. Er zal tevens gekeken worden naar de mogelijke effecten op de kwantiteit en kwaliteit van de geoogste bollen. Aangezien de effecten van de toepassing van organische stoffen pas na enkele jaren goed in beeld te brengen zijn, heeft dit project een looptijd van 3 jaar.

De nadruk ligt sterk op een goede communicatie met de doelgroep van

bloembollentelers op zandgrond. De projectduur loopt van 2015 tot en met 2018, waarna de resultaten ervan opgeschaald kunnen worden.

De maatregel "Ontwikkelen en toepassen bodembalansen bollenteelt" (A6) is aan deze maatregel toegevoegd. Derhalve 2 maatregelen.

Maatregel Praktijktoepassing fosfaatbinding rond drainbuizen Omvang: **) stuks

Voortgang: stuks Motivering:

(16)

Uitgevoerd: 1 Praktijkpilots afvangen fosfaat uit drainwater

In de periode tot en met 2017 zijn verschillende onderzoeken uitgevoerd naar het afvangen van fosfaat uit drainwater van

bloembollenteeltbedrijven. Op basis van deze onderzoeken is gebleken dat er verschillende perspectiefvolle uitvoeringsvormen zijn om fosfaat uit drainwater af te vangen in de bloembollenteelt.

In 2018 hebben twee bedrijven in de Duin- en Bollenstreek in vervolg op de onderzoeken gedraineerd met ijzerzand omhulde drains. Waarbij ze gebruik hebben gemaakt van POP3-subsidie. De bedrijven hebben in overleg met adviseurs gekozen voor één van de onderzochte

uitvoeringsvormen, die tevens kostentechnisch het meest interessant was voor de bedrijven.

In de zomer van 2019 heeft Deltares meerdere metingen uitgevoerd bij de percelen om de effectiviteit van het ijzerzand in het afvangen van fosfaat te bepalen. Analyse van de resultaten toonde aan dat het

‘afvangrendement’ aanzienlijk lager was dan in de onderzoeken.

Afgesproken is dat, onder leiding van Hoogheemraadschap van Rijnland, er een monitoringsprogramma wordt opgezet om de reden van het lagere rendement te bepalen en om het rendement te verhogen. Deze monitoring zal in maart 2020 starten

Daarnaast heeft de projectgroep van het LMB in haar vergadering van 28 oktober 2019 bepaald het opnemen van ijzerzand om fosfaat als

maatregel in het kader van de derde generatie

stroomgebiedsbeheersplannen in afwachting van de resultaten van de aanvullende monitoring niet door te zetten.

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

In de 1e SGBP-periode is ondezoek gedaan door de Hoogheemraadschappen van Rijnland en Noordhollands Noorderkwartier, de KAVB, de provincie Noord-Holland de WUR en PPO Bloembollen naar het effect van binding van fosfaat uit oude bollengronden door ijzerzand rond drains. Deze effecten leveren uitkomsten van beperking van de emissie naar de drains op tot 90%. Dit project richt zich op het in beeld brengen van de bedrijfseconomische, teeltkundige en miliekundige

perspectieven van grootschalige(r) toepassing van deze techniek bij het aanbrengen vna nieuwe drainage op bloembollenpercelen op zandgrond. Bij gebleken voldoende toepassingsperspectieven zal er een traject naar bredere uitrol van deze techniek in de sector worden ontwikkeld en zal daar een concrete start mee worden gemaakt.

Maatregel Schoon Erf, Schoon Grondwater Omvang: **) stuks

Voortgang: stuks Motivering:

Uitgevoerd: 1 Uitgevoerd in periode 2016-2018, is afgerond: Resultaat kon niet worden bepaald door omvang analysepakket

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Het project Schoon Erf, uitgevoerd in de 1e SGBP-periode heeft geresulteerd in een voorlichtingsbrochure voor bollentelers. Uit monitoring van grondwater op

bloembollenbedrijven in de Bollenstreek van ZH zijn op enkele locateis meerdere bestrijdingsmiddelen boven de norm aangetroffen in het grondwater. Deze kunen veroorzaakt worden door specifieke handelingen op specifieke bollenbedrijvne, met name bollenspoelbedrijven. Dit project richt zich op het samen met dergelijke bedrijven en bollentoeleverende bedrijven in beeld brengen van de exacte emissieroutes van bestrijdingsmiddelen naar de bodem en het grondwater onder deze bedrijven.

Het 1e jaar zal besteed worden aan het onderzoeken van de emissieroutes, het 2e jaar aan het toepassen van manieren om deze te verminderen/te voorkomen. In het 3e jaar zullen de resultaten worden samengevat in een brocure voor specifiek dit type bedrijven. Het project is gedeeltelijk te beschouwen als een aanvulling op het project Schoon Erf. Schone Sloot.

2017 gestart met eigen financiering door waterschap en provincie, met 12 kwekers.

(17)

Voortgang: stuks Motivering:

Ingetrokken: 1 Vanwege complexiteit van het project is deze definitief ingetrokken.

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Er is in de 1e SGBP-periode landelijk onderzoek gedaan naar bollenteelten los van de grond, om emissies naar het oppervlaktewater en bodem/grondwater te

verminderen c.q. te voorkomen. Daaruit bleek dat voor de lelie en delen van de teeltcyclus van de hyacint er teeltkundig voldoende perspectieven waren om die nader in beeld te brengen. In dit project zal op semi-praktijkschaal onderzoek worden gedaan naar de bijdrage aan vermindering van de emissie naar oppervlakte- en grondwater door teelt los van de grond van lelie en een deel van de teeltcyclus van hyacint.

(18)

Maatregelen opgevoerd in SGBP 2021 voor de periode 2022 t/m 2027

In het onderdeel "Toestand" is bij Toestand2021 aangegeven op welke onderdelen nog niet de

goede toestand hebben bereikt. Hier wordt aangegeven welke maatregelen worden genomen om alsnog de goede toestand te bereiken, dan wel om achteruitgang te voorkomen.

Oorspronkelijke naam: Hoge Temperatuur Opslag Omvang: 1 stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: Onderzoek naar de mogelijkheden van Hoge Temperatuur Opslag en de effecten hiervan.

Testonderdeel: 3.1 waterbalans

Oorspronkelijke naam: Onderzoek aanvullende hydrologische maatregelen Omvang: 1 stuks N2000 Botshol

SGBP categorie: uitvoeren onderzoek Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: Onderzoek naar effectieve aanvullende hydrologische maatregelen N2000 Botshol waardoor de knelpunten worden opgelost.

Testonderdeel: 4.2 terrestrisch

Oorspronkelijke naam: Aanpak verontreinigingen met verspreidingsrisico Omvang: **) stuks SGBP categorie: saneren verontreinigde landbodem en/of grondwater

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Verontreinigingen met verspreidingsrisico worden gesaneerd.

Testonderdeel: 3.2 chemie

Oorspronkelijke naam: Inrichten ondiepe monitoring grondwaterkwaliteit Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Een van de belangrijkste constateringen uit de provinciale grondwater meetrondes is dat het grondwater in Nederland langzaamaan vergrijst door diverse stoffen.

Hoewel de KRW normen niet direct worden bedreigd, worden er met regelmaat

‘nieuwe’ stoffen aangetroffen. Daarnaast treden er veranderingen op in het gebruik van middelen.

Wat we de afgelopen jaren hebben geleerd van het KRW monitoringsprogramma, is dat we te diep monitoren om nieuwe bedreigingen vroegtijdig te signaleren. De monitoringdieptes van onze KRW meetnetten zijn over het algemeen 10 meter en 25 meter onder maaiveld. De stoffen die we in onze KRW meetnetten vinden zijn, door de langzame stroming van grondwater, vaak de middelen (en

afbraakproducten) uit het verdere verleden. Daarmee weten we wel wat er ongeveer 10 jaar geleden is gebeurd, maar kunnen we onvoldoende inspelen op de

actualiteit. Bedreigingen voor het grondwater willen we zo vroeg mogelijk ontdekken.

Om invulling te kunnen geven aan het uitgangspunt om eerder meer te weten, wil Provincie Noord-Holland een ondiep grondwatermeetnet inrichten. Bij voorkeur op basis van een weloverwogen selectie van bestaande provinciale meetpunten met reeds beschikbare ondiepe filters. Na inrichting van dit ondiepe meetnet, zal het fungeren als early warning meetnet voor nieuwe stoffen om zodoende de bedreigingen van morgen zo vroeg mogelijk in beeld te brengen.

Testonderdeel: 3.2 chemie

(19)

SGBP categorie: uitvoeren onderzoek Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Onttrekkingen, grondwaterstanden en zoutgehaltes worden gemeten om tijdig maatregelen te kunnen nemen als dat nodig is.

Testonderdeel: 3.1 waterbalans

Oorspronkelijke naam: Onderzoek stortplaatsen Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Water uit stortplaatsen kan via het grondwater percoleren naar het

oppervlaktewater. Met name hoge ammoniumconcentraties lijken van invloed te zijn op de oppervlaktewaterkwaliteit. Onderzocht wordt wat de gevolgen zijn voor de kwaliteit van oppervlaktewateren, en welke maatregelen eventueel genomen kunnen worden.

Testonderdeel: 4.1 oppervlaktewater

Oorspronkelijke naam: Ontwikkelen strategische drinkwatergebieden Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Gebieden die in de toekomst van belang kunnen zijn voor de drinkwatervoorziening worden geïdentificeerd en beschermd.

Testonderdeel: 4.3 drinkwater

Oorspronkelijke naam: Opstellen bodemenergieplannen Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Met behulp van bodemenergieplannen kan de ondergrond optimaal worden gebruikt.

De plannen worden samen met gemeenten opgesteld.

Testonderdeel: 3.1 waterbalans

Oorspronkelijke naam: Optimalisatie provinciaal monitoringsmeetnet Omvang: **) stuks grondwaterkwaliteit

SGBP categorie: uitvoeren onderzoek Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Bestaand provinciaal monitoringsmeetnet optimaliseren. Ondiepe filters en freatische meetpunten eventueel ook Inzetten als early warning

(bestrijdingsmiddelen, nutriënten, PFAS etc. ) Voor diffuse en nieuwe stoffen.

Daarnaast hebben de drinkwaterwinningen eigen early warning meetnetten.

Testonderdeel: 3.2 chemie

Oorspronkelijke naam: Rendementverhoging bodemenergiesystemen Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

(20)

Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Opstellen plan van aanpak Waterbesparing: richting particuleren en bedrijven (agrarisch en industrie) zuinig omgaan met drinkwater. Samen met partners (drinkwaterbedrijven, gemeenten, omgevingsdiensten, waterschappen).

Testonderdeel: 3.1 waterbalans

Oorspronkelijke naam: Stimuleren landbouwsector gericht op voorkomen Omvang: **) stuks achteruitgang grondwaterkwaliteit (nutriënten)

SGBP categorie: verminderen emissie nutrienten landbouw Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Via Europees, nationaal en provinciaal landbouwbeleid; Stimuleren landbouwsector om het verlies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen e.a. naar de bodem te beperken om kringloop te sluiten. Provinciale instrumenten: Programma

Landbouw en bodemdaling, Samenwerkingsagenda landbouw, Programma kringlooplandbouw, subsidieverlening GLB/NSP..

Testonderdeel: 3.2 chemie, 4.1 oppervlaktewater

Oorspronkelijke naam: Stimuleren landbouwsector voorkomen achteruitgang Omvang: **) stuks grondwaterkwaliteit (gewasbeschermingsmiddelen)

SGBP categorie: verminderen emissie gewasbeschermingsmiddelen landbouw

Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Stimuleren landbouwsector om het verlies van nutriënten,

gewasbeschermingsmiddelen en veterinaire middelen naar de bodem te beperken om kringloop te sluiten. Provinciale instrumenten: Programma Landbouw en bodemdaling, Samenwerkingsagenda landbouw, Programma kringlooplandbouw, subsidieverlening GLB/NSP..Via Europees, nationaal en provinciaal

landbouwbeleid;

Testonderdeel: 3.2 chemie, 4.1 oppervlaktewater

Oorspronkelijke naam: Vergunningverlening Omvang: **) stuks

SGBP categorie: overige beheersmaatregelen Initiatiefnemer: Provincie Noord-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Via vergunningverlening wordt getoetst of er bij grondwateronttrekking geen negatieve effecten optreden zoals uitputting of verzilting. Waar nodig worden maatregelen voorgeschreven.

Testonderdeel: 3.1 waterbalans

Oorspronkelijke naam: Verkennen aanpak resterende opgave Omvang: **) stuks grondwaterkwaliteit, na wegvallen Wbb

SGBP categorie: overige instrumentele maatregelen Initiatiefnemer: Provincie Utrecht

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor meerdere waterlichamen.

Samen met gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven verkennen van aanpak van de grondwaterkwaliteitsopgaven (resterende historische

(bodem)verontreinigingen) die mede als gevolg van wegvallen Wbb een bedreiging kunnen vormen voor de KRW-doelen

Testonderdeel: 3.2 chemie, 4.2 terrestrisch, 4.3 drinkwater

Oorspronkelijke naam: Inrichten ondiepe monitoring grondwaterkwaliteit Omvang: **) stuks SGBP categorie: uitvoeren onderzoek

Initiatiefnemer: Provincie Zuid-Holland

(21)

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor het beheergebied waterbeheerder.

Een van de belangrijkste constateringen uit de provinciale grondwater meetrondes is dat het grondwater in Nederland langzaamaan vergrijst door diverse stoffen.

Hoewel de KRW normen niet direct worden bedreigd, worden er met regelmaat

‘nieuwe’ stoffen aangetroffen. Daarnaast treden er veranderingen op in het gebruik van middelen.

Wat we de afgelopen jaren hebben geleerd van het KRW monitoringsprogramma, is dat we te diep monitoren om nieuwe bedreigingen vroegtijdig te signaleren. De monitoringdieptes van onze KRW meetnetten zijn over het algemeen 10 meter en 25 meter onder maaiveld. De stoffen die we in onze KRW meetnetten vinden zijn, door de langzame stroming van grondwater, vaak de middelen (en

afbraakproducten) uit het verdere verleden. Daarmee weten we wel wat er ongeveer 10 jaar geleden is gebeurd, maar kunnen we onvoldoende inspelen op de

actualiteit. Bedreigingen voor het grondwater willen we zo vroeg mogelijk ontdekken.

Om invulling te kunnen geven aan het uitgangspunt om eerder meer te weten, wil Provincie Zuid-Holland een ondiep grondwatermeetnet inrichten. Bij voorkeur op basis van een weloverwogen selectie van bestaande provinciale meetpunten met reeds beschikbare ondiepe filters. Na inrichting van dit ondiepe meetnet, zal het fungeren als early warning meetnet voor nieuwe stoffen om zodoende de bedreigingen van morgen zo vroeg mogelijk in beeld te brengen.

Planning uitvoering: 2020 – 2021

Beoogd budget: circa €0 tot €30.000 (ontwerp) Testonderdeel: 3.2 chemie

Oorspronkelijke naam: Naar een toekomstbestendig bollenlandschap in de Omvang: **) stuks Hogeveensepolder

SGBP categorie: uitvoeren onderzoek Initiatiefnemer: Provincie Zuid-Holland

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor het beheergebied waterbeheerder.

In de Duin- en Bollenstreek spelen een aantal vraagstukken die om een toekomstbestendige oplossing vragen. Dat zijn op economisch gebied een versnipperde verkaveling, op ecologisch gebied te hoge gehalten van fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen in het water en achteruitgang van typische

bollenvogelpopulaties en wat beleving betreft een - sluipende - verdichting van het open landschap. Door diverse partijen is de laatste jaren gewerkt aan elk van deze afzonderlijke vraagstukken, zoals een betere verkavelingstructuur en ruimtelijke kwaliteitsverbetering (Greenport -gemeenten), verbetering van de waterkwaliteit (provincie, Hoogheemraadschap en Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur KAVB) en de bescherming van de bollenvogels (Agrarische Natuur- en Landschaps Vereniging ANLV Geestgrond). Om een beter effect te kunnen bereiken is de komende jaren een samenhangende aanpak én opschaling van activiteiten noodzakelijk.

Testonderdeel: 3.2 chemie, 4.2 terrestrisch

Oorspronkelijke naam: Onderzoek herkomst fosfaatoverschrijding Duin Omvang: **) stuks Rijn-West

SGBP categorie: uitvoeren onderzoek Initiatiefnemer: Provincie Zuid-Holland

(22)

Toelichting: **) in totaal 1 stuks voor het beheergebied waterbeheerder.

De 2018 KRW toetsing voor grondwaterlichaam Duin Rijn-West heeft uitgewezen dat de drempelwaarde voor fosfaat (P-totaal) in 22,8% van de meetpunten wordt overschreden. Bij de KRW meetronden van 2015 en 2012 zijn vergelijkbare overschrijdingen van de drempelwaarde verkregen.

Het essentieel om de bron/herkomst van de verhoogde fosfaatgehalten te herleiden om te bepalen of er maatregelen zijn die fosfaatgehalten in het grondwater effectief kunnen verlagen. En zo ja, welke maatregelen dit dan zijn? Door zowel de

samenstelling als de leeftijd van het grondwater te bepalen, kunnen de

drempelwaardeoverschrijdingen voor fosfaat per meetpunt worden geduid. Op basis van de samenstelling kan o.a. worden bepaald of het kwelwater, grondwater of infiltrerend oppervlaktewater betreft. De leeftijdsbepaling kan uitwijzen of de verhoogde gehalten een actueel probleem zijn of dat het een ‘erfenis’ uit het

verleden betreft. Kortom betreft deze maatregel het uitvoeren van onderzoek naar de bron/herkomst van het grondwater met verhoogde fosfaatgehalten, op basis van leeftijd en samenstellingsonderzoek. Indien er effectief maatregelen te treffen zijn vloeit hier mogelijk een nieuwe KRW maatregel uit voort.

Planning uitvoering: 2021 - 2022 Beoogd budget: circa €50.000 Testonderdeel: 3.2 chemie

Samen met het hoofdstuk Maatregelen geeft Toepassing uitzonderingen invulling aan het aspect R(esponse) van de DPSIR-systematiek. Als de toestand in 2021 niet aan de doelen voldoet moet beroep worden gedaan op één van de uitzonderingsbepalingen van de KRW.

Dit hoofdstuk geeft aan op welke uitzonderingsbepalingen een beroep wordt gedaan en wat daarbij de motivering is.

5. Toepassing uitzonderingen

Fasering van doelbereik tot na 2021

Fasering is aan de orde voor de indicatoren uit de 6 tests waarvoor bij onderdeel 3 de prognose voor 'toestand 2021' niet gelijk is aan "goed".

Er zijn geen motiveringsgronden gegeven.

Doelverlaging

Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging.

Tijdelijke achteruitgang

Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang?

Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW.

Nieuwe ontwikkelingen

Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam?

Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

A qualitative descriptive design was used to explore early adolescents’ experiences of their challenging behaviour in a Child and Youth Care Centre (CYCC).. Twelve

inclusive education (schools) in the South African context ; 3) inclusive schools as full-service schools; 4) inclusive schools compared with special schools and integrated schools;

The purpose of this form of research is that the combination of both qualitative and quantitative research provides a better understanding of a research problem or

Daarna onthulde wethouder Henk Kok van natuur en milieu de mooie ring rond de boom en benadrukte hij de rol van bomen voor het stadskli- maat en vooral in de buurt waar deze boom

The total cost of all the elements/ components or parts of the unit That factor by which "S.P\U." costs must be multiplied to a llow for those outside influences~. wh ich

- vooraf bekend is volgens welke richtlijnen, bij voorkeur Europese, farmaco-economisch onderzoek moet worden uitgevoerd, opdat de resultaten ervan gebruikt kunnen wor- den bij

i) The breeding lines PC254K1 and CG7 were identified as resistant to Ditylenchus africanus. The resistance expressed by these two genotypes is sustainable under field conditions.

This study therefore explored the costs of implementing and providing services at two community-based NGO-led HIV testing modalities, stand-alone and mobile, in Cape Town,