• No results found

KapitaalArbeidNatuurOndernemerschapWinstPachtLoonRente en huurProduceren = het voortbrengen van economische goederen (stoffelijk en onstoffelijk) met behulp van productiefactoren

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "KapitaalArbeidNatuurOndernemerschapWinstPachtLoonRente en huurProduceren = het voortbrengen van economische goederen (stoffelijk en onstoffelijk) met behulp van productiefactoren"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kapitaal

Arbeid

Natuur

Ondernem erschap

Winst Pacht Loon

Rente en huur

Produceren = het voortbrengen van economische

goederen (stoffelijk en onstoffelijk) met behulp van

productiefactoren

(2)

Productie is afhankelijk van de Kwaliteit van de

productiefactoren

Kwaliteit van Arbeid

Kwaliteit van kapitaal

Kwaliteit van de natuur

Ongeschoold / geschoold

Arbeidsintensief / kapitaal-

intensief

Onvruchtbare grond / vruchtbaar

(3)

 Hangt af van arbeidsproductiviteit en loonkosten 

 Zowel arbeidsproductiviteit (productie per werknemer) en de loonkosten bepalen de loonkosten per product. 

 Als jouw productie verdubbelt, mag je 2x zo veel verdienen

 Hoe hoger de loonkosten per product des te kapitaalintensiever de productie

Arbeidsintensief - kapitaalintensief

(4)

Kapitaal

Arbeid K

1

K 2

A

1 A

2 I

II

Twee

productietechnieken

Techniek 1 - Kapitaalintensief

Techniek 2 - Arbeidsintensief 1.000

Productiefunctie Y = f(A, K)

(5)

Getallenvoorbeeld

De productie in Reeland (Y) € 350 mild

De arbeidsproductiviteit (a) = € 100.000

De beroepsbevolking (Aa) = 5 mln Kapitaalgoederenvoorraad = € 400 mld

Kapitaalproductiviteit = 1,1

Ya = a x Aa (=Yvw)

Ya = € 100.000 x 5 mln = € 500 mld

Yk = k x K (PC)

Yk = € 400 mld x 1,1 = € 440 mld

Maximale productie = productie capaciteit (PC) = € 440 miljard Kapitaal = knelpuntfactor

50 0

4 40 0

2 0 30 0 20 0

6 10 0

Kapitaal

Arbeid

Productie 40

0 30

0 20

0 10

0

50 0

PC

=44 0

4,4 5

Conjunctuur werkloosheid 3,5

31 8

Werkgelegenheid (Av) = Y / a Av = € 350 mld / € 100.000 = 3,5 mln

Y

= 350

Ya Yk

Yvw

Structuurwerklooshei d

(6)

Aa = 5 miljoen

Us = 0,6 miljoen Av* = 4,4

miljoen PC =

440

Y = 350 Av = 3,5 mln

Uc = 0,9 miljoen

Werkloosheid U = Uc + Us = 0,9 + 0,6 = 1,5 (miljoen)

Getallenvoorbeeld in

schema

(7)

Fysieke meeropbrengsten (producten)

Arbeid Producti

e Arbeid Producti

e 1

4 3

7 5 6 2 0

1

4 3

7 5 6 2 0 10

40 30

70 50 60 20 0

10

100 50

15 0 13 0 15 0 25 0 Constante fysieke

meeropbrengsten

Toe- en afnemende fysieke meeropbr.

10

10 10

10 10 10 10 Margina le

Producti e

Margina le

Producti e

10

50 25

0 30 20 15

(8)

Arbeid Producti e

1

4 3

7 5 6 2 0

10

40 30

70 50 60 20 0

Constante fysieke fysieke meeropbrangsten

Proportioneel variabele kosten

Productie

Arbeid Variabele kosten

0 1 2 3 4 5 6 7

10 40

30 70

50 60

20

100

400 300

700 50

0 600

200

(9)

Producti e

Variabele kosten (loon)

10

40 30

70 50 60 20 0

10 0

40 0

300

700 50 0 60 0 20 0 0

(10)

Arbeid Producti e

1

4 3

7 5 6 2 0

10

100 50

15 0 13 0 15 0

25 0

Toe- en afnemende fysieke meeropbrangsten

Productie

Arbeid Variabele kosten

0 1 2 3 4 5 6 7

20 80

60 14 0

100

12 0

40

100

400 300

700 50

0 600

200

Variabele kosten zijn bij toe- en afnemende meeropbrengsten niet meer Propotioneel. We komen daar in een volgend filmpje op terug

(11)

Kostenfuncties bij constante fysieke meeropbrengsten

Variabele kosten (VK) Constante kosten (CK) Totale kosten (TK)

Gemiddelde variabele kosten = GVK

= VK/Q

Gemiddelde constante kosten = GCK

= CK/Q

Gemiddelde totale kosten = GTK = TK/Q

Marginale kosten = dTK/dQ

Variabele kosten = kosten die afhankelijk zijn van de

omvang van de productie (loon, materiaal)

Constante (of vaste) kosten = kosten die niet afhankelijk zijn van de omvang van de

productie (huur, pacht,

afschrijvingen , rentelasten) 0 0 500 500 -- -- --

--

30 300 500 800 10 16,7 26,7 10

20 200 500 700 10 25 35 10

10 100 500 600 10 50 60 10

40 400 500 900 10 12,5 22,5 10 50 500 500 1.000 10 10 20 10 60 600 500 1.100 10 8,3 18,3 70 700 500 1.200 10 7,1 17,1 10 10

Q VK CK TK GVK GCK GTK MK

0 10 20 30 40 50 60 70 80

0 10 20 30 40 50 60 70 80

1.20 0 1.00 0 800 600 400 200

TK VK CK

30 20 10

GTK MK = GVK GCK

(12)

= extra kosten als er één extra product gemaakt wordt

Marginale kosten

bij proportioneel var.kst.

TCK TVK

productie in stuks

euro’s

20 40 60 80 100

2 4 6 8 10

TK

De Marginale kosten zijn dus steeds € 10

Waar komen die

extra kosten vandaan?

Constante kosten nemen niet toe wanneer je meer gaat produceren.

De stijging van de totale kosten wordt dus veroorzaakt door de variabele kosten!

(13)

Van een bedrijf is het volgende gegeven:

 constante kosten bedragen € 180.000,- per periode

 variabele kosten zijn € 10,- per product

 de productiecapaciteit per periode is 45.000 producten

Verwerkingsopdracht

Teken:

 totale constante kosten

 totale variabele kosten

 totale kosten

Totaalbedrag Bedrag per product

Teken:

 gemiddelde constante kosten

 gemiddelde variabele kosten

 gemiddelde totale kosten

productie (x 1.000)

euro’s (x 10.000)

10 20 30 40 50

10 20 30 40 50 TCK

TVK TK

productie (x 1.000)

euro’s

5 10 15 20 25

10 20 30 40 50 GCK

GVK = MK

GTK

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om de winst W te berekenen, moeten de totale kosten voor het produceren van de teddyberen TK van de totale opbrengst TO worden afgetrokken: W = TO – TK.. De totale kosten die

De gemeente kiest voor het verlenen van een concessie voor een periode van vijf jaar, wetende dat daarbij een jaarlijks subsidiebedrag nodig zal zijni. Busondernemingen kunnen een

Nopkens voegt de Toulouse aan het assortiment toe indien uit de verkoop van de Toulouse, naast de extra constante kosten, ook 12% van de al bestaande constante kosten van de

De voorziening als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Verordening financiële en materiële gelijkstelling onderwijs gemeente Albrandswaard bestaat uit een voorziening, die

Ten aanzien van de ontwerpbegroting 2022 van de gemeenschappelijke regeling SVHW geen aanleiding te zien voor het plaatsen van opmerkingen en het DB van het SVHW hiervan in kennis te

 Formule: Het is een vast bedrag, wat bij elke productie gelijk blijft (constant)..  Variabele kosten  kosten die wel afhankelijk zijn van de productie van goederen en

 Als je de totale kosten deelt door het aantal geproduceerde goederen, krijg je de kosten per eenheid product (de kostprijs).  Als de productie stijgt, blijven de totale

De indexering van de gemeentelijke bijdrage wordt berekend op basis van de prijs overheidsconsumptie beloning werknemers en de prijs netto materiele