, www.havovwo.nl
Buitenboordmotor
9.
Omdat v >> f geldt b . f
B 0,021
Voor de lineaire vergroting (beeld op negatief) geldt: N
lin=
)=
))))= 3,23 @ 10
– 3V 6,5
b f 80 @ 10
– 3Tevens geldt: N
lin=
).
)! 3,32 @ 10
– 3=
))))))! v = 25 m
v v v
10.
v
boor= 8,5 m/s in de genoemde tijd van
1/
60s verplaatst de boot zich over een afstand x waarvoor geldt:
x = v @ t = 8,5 @
1/
60= 0,14 m
Schat de arm van de stuurman op zo'n 14 cm dik, bij een sluitertijd van
1/
60sec zou deze dus zeer onscherp (tweemaal zo breed !) op de foto moeten staan. Hij is echter redelijk scherp.
De sluitertijd zal dus aanzienlijk korter geweest zijn dan
1/
60sec, de fotograaf heeft derhalve gelijk.
11.
Met P = F @ v volgt 8,1 @ 10
3= F
h@ 8,5 ! F
h= 953 N.
Deze F
his echter slechts de horizontale component van de gevraagde kracht.
953
Er geldt: cos 14 o = ))) ! F = 9,8 @ 10 2 N F
12. Er geldt: W
tot= F
v@ s
totBij een grotere snelheid is de wrijvingskracht groter dus ook de voortstuwingskracht F
v. Omdat het rendement niet is veranderd, zal de totaal geleverde energie en dus ook de totaal geleverde arbeid W
totniet veranderd zijn. Bij een grotere F
vleidt dat tot een kleinere s
totwaarmee de conclusie luidt dat bij een hogere snelheid een kortere afstand kan worden afgelegd.
Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2003-I
© havovwo.nl