• No results found

De kostendeclaraties van bestuurders: voorkomen is beter dan genezen!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De kostendeclaraties van bestuurders: voorkomen is beter dan genezen!"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De kostendeclaraties van

bestuurders: voorkomen is

beter dan genezen!

Oscar van Leeuwen

De afgelopen maanden zijn we via de krant en televisie regelmatig gecon­ fronteerd met

vermeende fraude­ gevallen van be­ stuurders. De kostendeclaraties van Minister Peper - inmiddels voor iedereen te vinden op het internet - zijn daarvan wel het meest pregnante voorbeeld. Nog voor het onderzoek

naar zijn onkostendeclaraties volledig is afge­ rond, ziet de Minister al reden om op te stappen teneinde zijn handen vrij te kunnen hebben de vermeende onterechte aantijgingen in zijn rich­ ting met kracht te kunnen weerleggen. Zijn politieke partij geeft te kennen dit zeer spijtig te

vinden aangezien hierdoor een van de beste politici die zij hebben voor de politiek verloren gaat.

Vee! mensen hebben het gevoel dat ‘waar rook is ook wel vuur zal zijn en zullen denken dat zo iemand als Minister Peper dan maar beter had moeten opletten. Ik denk echter dat de situatie waar Minister Peper in verzeild is geraakt voor vele bestuurders (en hun toezicht­ houders) reden is zich eens achter de oren te krabben. Als er namelijk vragen naar hun

kosten-Prof. Dr. O.C. van Leeuwen RA is werkzaam als hoogleraar Bestuurlijke Informatieverzorging Administratieve Organisatie aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is hij werkzaam bij KPMG Mangement Consulting.

declaraties worden gesteld, zouden zij wel eens in dezelfde situatie als de Minister verzeild kunnen raken. Dit heeft te maken met de wijze waarop wij in Nederland met het fenomeen interne controle omgaan.

Volgens Starreveld (R. W. Starreveld, H.B. de Mare, E.J. Joels, Bestuurlijke informatieverzor­ ging deel 1 1994, p. 261) maakt de feilbaarheid van mensen en apparatuur het noodzakelijk dat controle wordt uitgeoefend op de uitkomsten van hetgeen door mensen en apparatuur wordt verricht. Deze controle kan op drie manieren plaatsvinden. Het is mogelijk jezelf te controleren

(zelfcontrole), een externe persoon te laten controleren o f het goed is gegaan (externe controle) o f intern controle te laten uitoefenen. En daar zit hem nu net het probleem.

Als iemand van zichzelf zegt dat hij/zij het goed heeft gedaan (zelfcontrole), dan hebben wij de neiging hem/haar niet op voorhand te geloven. Immers ‘niets menselijks is ons vreemd’ en ook als je het zelf niet helemaal goed hebt gedaan is de verleiding groot te zeggen dat het wel goed is gegaan, aangezien niemand het leuk vindt een fout te moeten toegeven.

De meest voorkomende vorm van externe controle - een verklaring bij de jaarrekening afgegeven door een externe accountant - is in het algemeen ook geen afdoende controlemaatregel om veilig te stellen dat de kostendeclaraties van bestuurders correct zijn. De bedragen van de kostendeclaraties zijn ten opzichte van de bedra­ gen die in de jaarrekening voorkomen namelijk in het algemeen niet van voldoende omvang (ac­ countants spreken van materieel belang) om een

(2)

diepgaande controle van deze declaraties in het kader van de jaarrekeningcontrole te rechtvaar­ digen.

Blijft over de interne controle. Interne contro­ le is gedefinieerd als de controle op de oordeels­ vorming en de activiteiten van anderen voorzover die controle ten behoeve van de leiding van de betrokken huishouding door o f namens die leiding wordt uitgeoefend (R.W. Starreveld, H.B. de Mare, E.J. Joels, Bestuurlijke informatiever­ zorging deel I. 1994. hoofdstuk 10, paragraaf 5).

Uit deze definitie blijkt dat de bestuurder zelf dus geen object van interne controle is. Dit op het eerste gezicht wat vreemde uitgangspunt is op zich ook niet zo verwonderlijk, want interne controle is er immers voor bedoeld de directie de zekerheid te geven dat de informatie die zijzelf ontvangen betrouwbaar is. Van hun eigen decla­ raties weten zij op basis van de door hen uitge­ voerde zelfcontrole wel dat dit het geval is.

Kortom: tenzij er speciaal iets geregeld is, zijn er in de meeste organisaties geen systemen

voorhanden om onafhankelijk van de bestuurder te waarborgen dat de onkostendeclaraties op voorhand correct zijn. Onze bestuurders functio­ neren derhalve in het algemeen in een situatie waarbij hun gelegenheid wordt geboden zelf te bepalen hoever zij met hun onkostendeclaraties kunnen gaan. Ik vind dit een slechte zaak, aange­ zien zoals iedereen weet, je de kat niet op het spek moet binden, het eenzaam is aan de top. wie appelen vaart die appelen eet, alsmede 'power corrupts' - om maar eens enkele bekende gezeg­ den aan te halen. Naar mijn mening is het beter bestuurders tegen zichzelf in bescherming te

nemen en te voorkomen dat zij in de verleiding komen zichzelf te bevoordelen ten nadele van de organisatie waarvoor zij als bestuurder verant­ woordelijk zijn (lees fraude o f diefstal te plegen). Het is de verantwoordelijkheid van de toezicht­ houders hiervoor zorg te dragen.

Er kan hier een parallel worden getrokken met de Wet computercriminaliteit. Volgens deze wet is er pas sprake van een strafbaar feit wan­ neer ‘enige beveiliging aanwezig' was. De wet legt dus de eis dat er sprake moet zijn van bevei­ liging! Op dezelfde wijze zouden toezichthouders zich van het risico bewust moeten zijn dat de bestuurders van de aan hun toezicht toevertrouw­ de organisaties lopen en er zorg voor moeten dragen dat er een minimale beveiliging tegen het indienen van onjuiste onkostendeclaraties door bestuurders is. Het uitoefenen van dergelijk toezicht kan slechts de verantwoordelijkheid van de toezichthouder zijn.

Dit toezicht kan in de praktijk overigens op betrekkelijk eenvoudige wijze geregeld worden. Het accorderen van de onkostendeclaraties door de toezichthouder gecombineerd met een specifie­ ke vraag aan de externe accountant speciaal op de onkostendeclaraties van bestuurders te letten, is hiervoor een afdoende maatregel.

Omgekeerd pleit het ontbreken hiervan bestuurders uiteraard niet vrij. Controle is immers niet alleen een plicht maar ook een recht. Zij zouden er bij hun toezichthouder op aan moeten dringen maatregelen te treffen die waar­ borgen dat er voldoende controle wordt uitgeoe­ fend op hun kostendeclaraties!

[fflAB

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tegelijkertijd heeft de externe accountant een eigen verantwoordelijkheid en zal meer gedaan moeten worden dan alleen een review op de werkzaamheden van de internal auditor..

De resultaten hiervan zijn gepubliceerd in het rapport ‘Bondgenoten in Governance 2.0’ en gepresenteerd tijdens het tweede Commissarissen Symposium, op dinsdag

• Voorstellen Commissie van Manen om corporate governance code aan te passen en benadrukt hierbij: ‘de internal audit functie en de externe accountant zijn complementair aan

Het IIA is voorstander van een sterke positionering en taakomschrijving van de internal auditfunctie, zodanig dat raden van bestuur en commissarissen binnen hun interne

John Mollon van de universiteit van Cambridge heeft in een onderzoek aangetoond, dat mensen die lijden aan rood-groen kleurenblindheid, andere kleurnuances beter kunnen

We zien dat we binnen dit kader te maken hebben met grofweg drie verschillende groepen bewoners: bewoners die geen financiële vragen hebben omdat zij zich niet bewust zijn van

De verwachting is dat door het project jongeren zich meer bewust zijn van- en meer inzicht hebben gekregen in hun financiële gedrag, dat hun huidige financiële situatie is verbe-

Een deel van de problemen moet bestuurlijk/politiek opgelost worden, maar de wetenschap zou een bijdrage kunnen leveren door met oplossingen te komen voor nieuwe,