• No results found

Handel bloeit ook buiten de veiling

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Handel bloeit ook buiten de veiling"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nummer 5 | december 2007

Handel bloeit ook

buiten de veiling

Europees betalen komt eraan

Programmamanagers:

(2)

En verder

| 6 |

Nieuwe bevoegdheden NMa

| 12 |

Het Argument

| 14 |

Nieuws

| 16 |

Persoonlijk

| 7 |

Europees betalen komt er aan

Volgend jaar is er één Europese betaalmarkt

voor bankpassen, overschrijvingen en incasso’s

| 8 |

Programmamanagers: ogen

en oren van de NMa

Sectoren met een verhoogd risico op verboden gedrag,

houdt de NMa extra in de gaten

| 10 |

Groeiend vertrouwen in energiemarkt

Con­

sumenten zijn beter te spreken over de administratieve dienstverlening, klachtaf­

handeling en betrouwbaarheid van informatie

| 11 |

‘Openbaar vervoer naar hoger

niveau getild’

| 13 |

Schiphol verlaagt luchtvaarttarieven

12

6

9

Concurrentiebeleid levert grote voordelen op voor consumenten. Het totale directe economische effect van het optreden van de NMa in 2006 bedroeg bijvoorbeeld 800 miljoen euro.

Het meten van de economische effecten van de uitvoering en handhaving van mededingingsbeleid staat de laatste jaren steeds meer in de belangstelling. Half oktober hebben wij hierover een congres gehouden met experts en praktijk mensen uit 24 landen.

De belangrijkste conclusie van het con­ gres? Door het effect van je optreden te meten, kun je je optreden rechtvaardigen en je richten op het voortdurend verbete­ ren daarvan. Niet alleen vooraf overigens. Want ook het na aloop analyseren van een concrete zaak kan zeer nuttig zijn. Het maakt daarbij niet uit of het gaat om het beoordelen van een fusie of om het aan­ pakken van een kartel.

Heeft de toezichthouder met zijn gekozen aanpak het concurrentieprobleem opge­ lost? Heeft de boete effect gehad of had alternatieve handhaving wellicht meer effect gesorteerd? Dit vraagt om een gede­ gen analyse van een aantal zaken, waaron­ der: wat is er met de prijzen gebeurd, hoe zit het met de variatie in het productaan­ bod en welke innovatieve ontwikkelingen heeft het optreden uitgelokt? Met de infor­ matie uit deze analyse wordt het toezicht effectiever en komen toezichthouders in de toekomst tot betere besluiten.

We wisten al dat de NMa de samenleving meer oplevert dan dat ze kost. Met goede effectmeting wordt dat nóg zichtbaarder voor de consument.

Pieter Kalbleisch,

Voorzitter Raad van Bestuur NMa

Effectmeting

Fotograie: T

(3)

FuSiE FlorA HollAND EN BloEMENVEiliNg AAlSMEEr

Handel bloeit

ook buiten

de veiling

Hoe dominant is een bloemenveiling met een

marktaandeel van 98 procent in Nederland?

Kan de sector om zo’n veiling heen?

(4)

Veilingbestuurder Timo

Huges: de tijd gebruikt om

draagvlak te creëren

Timo Huges is directie voorzitter van de Bloemen veiling Aalsmeer en straks ook algemeen directeur van de nieuwe veilingcombinatie. Hij noemt als hoofd redenen om te fuseren de con cen tratiegolf in de sector en de door zettende globalisering.

“De helft van de grote kwekers en exporteurs maakte al gebruik van beide veilingen. De globalisering komt onder meer doordat veel Nederlandse rozen kwekers naar landen rond de evenaar zijn getrokken (zoals Kenia en Ethiopië) om daar tegen lagere productiekosten te gaan telen. Dat zijn grote bedrijven geworden, die zelf de internationale retailmarkten heel gemakkelijk kunnen bereiken. Dat vraagt om een andere vorm van dienstverlening.”

Het eerste fusievoorstel is in december 2006 bij de NMa neergelegd. Half augustus van dit jaar kwam het groene licht. Huges: “Wij hebben die periode gebruikt om draagvlak bij onze leden te creëren en de vereiste tweederde meer­ derheid voor het fusiebesluit te krijgen. Dat is een enorm intensief proces ge weest. uiteindelijk heeft ongeveer 50 procent van de leden gestemd. Bij de veiling Aalsmeer was 85 procent voor de fusie en bij FloraHolland 79 procent.”

Van de totale veilingomzet gaat onge­ veer 70 procent via de klok. De rest is bemiddeling voor de rechtstreekse levering aan onder meer de retailmarkt. Dit laatste zal volgens Huges nog aan­ zienlijk toenemen. “overigens ver­ wachten wij dat van alle producten die via de veiling worden verkocht, binnen tien jaar tachtig procent al een eindbe­ stemming heeft op het moment dat ze de kwekerij verlaat.”

“Het onderzoek heeft onze vertrek­ punten voor de fusie bevestigd. Dat dit de NMa moeite en tijd heeft gekost is niet zo gek. Want het is niet gemakke­ lijk te doorgronden hoe een markt­ plaats als de onze functioneert.”

VGB­voorzitter Herman de

Boon: voordelen benutten en

nadelen vermijden

“We hadden al met een soort duopolie te maken”, zegt Herman de Boon, voorzitter van de Vereniging van groothandelaren in Bloemen en Planten (VgB). “Dan is de stap naar een monopolie niet zo groot.”

Zijn vereniging stelde als belangrijkste voorwaarden voor de fusie dat er goede afspraken moeten worden gemaakt over tarieven, over de kwaliteit van de dienst ­ verlening en de waarborg dat de veiling niet zelf als marktpartij gaat optreden.

“om te voorkomen dat we straks met een grote nieuwe concurrent te maken krijgen, moet de rolverdeling in de keten duidelijk omschreven zijn en juridisch worden getoetst. ook het toezicht daarop en de arbitrage­ mogelijk heden zullen worden vastgelegd.”

Drie veilingdiensten

De bloemenveiling biedt haar leden drie verschillende diensten: verkoop via de klok, actieve bemiddeling en passieve

(5)

Teamleider Pascal Broers:

15.000 telers en handelaren

ondervraagd

“in eerste instantie kwam de NMa tot de voorlopige conclusie dat het in deze zaak uitsluitend om veilingdiensten in Nederland ging. op die markt zouden er voor telers en handelaren na de fusie te weinig alternatieven overblijven.” Aldus Pascal Broers, programmamanager Food & Agri van de NMa. “De veilingen moesten een vergunning voor de fusie aanvragen en de NMa heeft vervolgens een diepgaand onderzoek ingesteld.”

“Centraal in het onderzoek stond een brede enquête onder circa 15.000 telers en handelaren van sierteeltproducten. Wij wilden voornamelijk weten of zij de rechtstreekse handel als voldoende alternatief zien voor de veiling. En of, als de veilingen bijvoorbeeld hun provi­ sies zouden verhogen, er voldoende telers en handelaren zouden weglopen om dat niet rendabel te maken.” Naast de enquête is ook informatie ingewonnen bij andere partijen, zoals de VgB (Vereniging van groothande­ laren in Bloemen en Planten), sector­ experts en veilingen in het buitenland. ook het Economisch Bureau van de NMa heeft een belangrijke inbreng in de opzet en uitvoering van het onder­ zoek gehad.

uit het onderzoek blijkt dat veilingen als tweezijdige markt moeten worden gezien. Dat betekent dat als telers weg­ lopen ook een deel van de hande laren de veiling zal verlaten, omdat het aanbod op de veiling dan vermindert. “Deze tweezijdigheid speelde een belang rijke rol in ons onderzoek”, aldus Broers. “Dit heeft een extra disci pline­ rend effect op het gedrag van de veiling.” uiteindelijk bleek de rechtstreekse handel een reëel alternatief voor de veiling. Daarnaast is ook de geo gra­ ische markt veel ruimer dan Nederland. op de Europese markt handelen de veilingen slechts 30 tot 40 procent van de verhandelde bloemen af. Dit was mede de reden om voor deze fusie een vergunning te verlenen. “Telers en kopers blijken elkaar ook op de inter­ nationale markt steeds makkelijker te kunnen vinden. Wat de veilingen ons hierover hadden voor gehouden, werd door de enquête en andere bronnen bevestigd.”

Rozenteler Cor Zuurbier: niet bang voor tariefsverhoging

“Die fusie had al veel eerder moeten gebeuren”, vindt Cor Zuurbier, rozenteler te Heerhugowaard en met kwekerijen in Kenia en Ethiopië. “Dan hadden we misschien minder markt verloren.”

“Bovendien zouden er ook meer telers in Zuidelijk Afrika bij de veiling gebleven zijn. Daar zie je toch nog dat een aantal grote kwekerijen op zoek is naar andere wegen. Met de fusie krijgt de sierteelt in Nederland een sterkere uitstraling.” Zuurbier doet al zijn verkoop via de veiling. “Dat verzekert je tegen wanbetalers en je producten worden altijd afgenomen. ook bij onverwachte prijsdalingen. ik ken voorbeelden van Afrikaanse telers die dan snel naar alternatieven hebben gezocht en bij partijen terechtkwamen, die uiteindelijk niet al te betrouwbaar bleken. Dat is een circuit waar je niet in terecht wilt komen.”

Hij is er niet bang voor dat de nieuwe veilingcombinatie zijn tarieven gaat verhogen. “in het fusievoorstel staat dat de vestigingen onderling moeten kunnen blijven concurreren. Mochten de veilingtarieven toch teveel verhoogd worden, dan kan er voor de inanciële afhandeling ook buiten de veiling een oplossing worden gevonden, via een kredietverzekering”, aldus Zuurbier.

is De Boon niet bang voor tariefs­ verhogingen door de veiling? “Nee, maar zeg nooit nooit. Daarom willen wij wel de verzekering hebben dat de veiling dat niet zomaar kan doen.” Hij ziet als een belangrijk voordeel van de fusie dat er een enorme eficiency ­ slag gemaakt kan worden om de internationale concurrentiepositie te verbeteren. “Steeds minder

(6)

Nieuwe bevoegdheden NMa

ondernemers die concurrentieregels aan

hun laars lappen, kunnen sinds 1 oktober

ook een persoonlijke boete krijgen. Zelfs

hun privéwoning is niet meer veilig voor de

rechercheurs van de NMa. De belangrijkste

wijzigingen van de Mededingingswet betreffen

boetes en clementie voor personen, het

betreden van woningen en hogere boetes voor

het niet melden van voorgenomen fusies.

De NMa mag een boete opleggen aan iemand die tot overtredingen van de Mededingingswet opdracht heeft gegeven of daaraan feitelijk leiding heeft gegeven. iedereen die opdracht tot of leiding aan een kartel heeft gegeven – van bestuurder tot medewerker – kan hiervoor worden beboet.

Clementie voor personen

in lijn hiermee kunnen niet alleen ondernemingen, maar ook natuurlijke personen in aanmerking komen voor boete­ vermindering of ­immuniteit door hun betrokkenheid bij een kartel zelf te melden bij de NMa. Hiervoor geldt wel als voorwaarde dat zij zich melden bij het Clementie bureau van de NMa en hun volledige medewerking verlenen.

De eerste clementieverzoeker, of het nu een bedrijf is of een persoon, kan hierdoor een boete ontlopen.

De drempel voor het verstrekken van informatie is

verlaagd. Zo kunnen ondernemingen en personen anoniem feiten aan de NMa voorleggen. Daarnaast kunnen

advocaten aftasten of hun cliënt er met betrekking tot een kartel zonder boete vanaf komen. indien de NMa dit bevestigt, moet de advocaat op dat zelfde moment een clementieverzoek indienen. Het Clementiebureau van de NMa is te bereiken op telefoonnummer 070­330 1710. Woningen betreden

De ambtenaren van de NMa zijn bevoegd een woning zonder toestemming van de bewoner te betreden, zonodig met behulp van de politie. Hierdoor wordt het moeilijker om documenten te verbergen voor de NMa. Voor het betreden van een woning is toestemming van de rechter­ commissaris nodig.

Hogere boetes voor niet melden voorgenomen fusies De NMa kan hogere boetes opleggen voor het niet melden van een voorgenomen fusie, tot maximaal € 450.000 of 10 procent van de jaaromzet als deze meer is dan € 4.500.000.

De NMa heeft dus meer en ruimere handhavingsbevoegd­ heden gekregen, waardoor zij nu ook meer in de pas loopt met Europa. uit deze wijzigingen volgt concreet dat bestuurders van ondernemingen persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gehouden voor het niet naleven van de Mededingingswet. Denk hierbij aan het niet melden van een concentratie wanneer dat verplicht is. inzicht in de gedragingen van ondergeschikten die vallen binnen de Mededingingswet is, gezien het gewijzigde sanctieregime, eveneens noodzakelijk. in dit kader kan een compliance­ programma de kennis bij de werknemers vergroten en tegelijkertijd het boeterisico voor en de aansprakelijkheid van de bestuurders verkleinen.

Meer informatie?

Het bovenstaande is slechts een selectie van alle

wijzigingen. op de NMa­website (www.nmanet.nl) vindt u alle wijzigingen overzichtelijk op een rij (Wijzigingen toezicht NMa).

(7)

europa

De NMa denkt en werkt in Europa mee aan het in kaart brengen van de risico’s voor de concurrentie bij de tot­ stand koming van een Europese betaalmarkt. om de gevolgen voor Nederland te kunnen beoordelen, is de NMa daarnaast een consultatie gestart bij alle betrokken partijen in Nederland.

op den duur gaan nieuwe Europese betaalsystemen mogelijk de huidige nationale systemen vervangen. De Europese banken bedenken op dit moment via zelfregulering hoe dit proces vorm moet krijgen. De NMa bewaakt de doelstelling dat de overgang naar een Europese betaalmarkt moet voldoen aan de wettelijke spelregels voor concurrentie. Zij baseert zich daarbij op het door de Nederlandse banken opgestelde migratieplan. De NMa kijkt ook naar de ontwikkeling van de markt verhoudingen in het betalingsverkeer in Nederland.

Risico’s voor Nederland

De NMa ziet risico’s op een aantal vlakken. Allereerst moet de overgang naar een Europese betaalmarkt vraaggestuurd gebeuren, op basis van de wensen van de detailhandel en consumenten. Voor het instandhouden van de huidige Nederlandse betaalproducten, willen de banken volgens hun migratieplan bij voorbaat einddata vaststellen.

Daarin schuilt een risico voor gezonde concurrentie. Het zijn immers afspraken tussen concurrenten. Het productaanbod wordt hiermee op elkaar afgestemd of beperkt.

Een ander risico heeft te maken met toetreding. Het huidige betalingsverkeer in Nederland is zodanig georganiseerd, dat nieuwe partijen kunnen toetreden tot betaalstandaarden en eventuele aanvullende diensten. Deze nieuwe toetreders worden nu nog doorgelicht door Currence. Dit is een organisatie die speciaal is opgericht om onder meer te zorgen voor objectieve en transparante toetredingsvoorwaarden en de toepassing daarvan. Mogelijk bepalen straks de banken zelf wie mag toetreden. Dat is voor de concurrentie niet wenselijk.

De NMa blijft de ontwikkelingen in 2008 aandachtig volgen.

Albert Scholten | Concurrentietoezicht NMa

in alle eurolanden kun je met dezelfde munten en biljetten betalen. Met de komst volgend jaar

van een Europese betaalmarkt kun je daar ook uit de voeten met bankpassen, overschrijvingen

en incasso’s. Blijft het Nederlandse betaalmerk PiN wel bestaan? Wordt dat dan duurder of

goedkoper? En wat zijn de mogelijke gevolgen voor de concurrentie in Nederland?

Europees betalen komt eraan

Meer concurrentie en lagere kosten

(8)

gedrag dat de concurrentie al dan niet bewust belemmert, kan overal in de Nederlandse economie opduiken. De NMa heeft speciale aandacht voor sectoren met een verhoogd risico op verboden gedrag. Die sectoren worden

geïdentiiceerd door markten gestructureerd in kaart te brengen via analyses van marktgedrag en economische indicatoren. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van tips, signalen, klachten en clementieverzoeken om kartels op te sporen. goed inzicht in sectoren helpt de NMa om sneller en slagvaardiger te opereren. Het stelt de NMa in staat de kartels aan te pakken die de meeste schade veroorzaken. Sectorkennis

Programmamanagers van de NMa weten wat er speelt in een branche, onder meer door contacten met het bedrijfsleven. ook praten zij met brancheverenigingen, advocaten en tipgevers en ontmoeten ze vertegen­ woordigers uit de verschillende sectoren op congressen. Zo krijgen zij een goed beeld van mogelijke concurrentie­ problemen. ondernemers kunnen grote hinder onder­ vinden van verboden afspraken in de sector waarin zij werken of waarvan zij producten of diensten afnemen. Het is van belang dat de programma managers van dit soort gedrag op de hoogte zijn, zodat de NMa waar nodig kan optreden. informatie die op het oog onschuldig is, kan voor de NMa interessante gegevens bevatten. Hoe meer de NMa thuis is in een sector, hoe gerichter zij ook kan optreden bij schending van concurrentieregels. u kunt de programmamanagers bereiken via het bedrijvenloket van de NMa: info@nmanet.nl.

Programmamanagers:

ogen en oren van de NMa

NMa treedt steeds

meer handhavend op

in de zorgsector

goede marktwerking bevordert innovatie en stimuleert gezonde concurrentie. Als ondernemers

bewust of onbewust afspraken maken over bijvoorbeeld prijzen of onderling de markt verdelen,

brengt dit econo mische schade toe aan de consument. ondernemers die niet betrok ken zijn bij

de afspraken, lijden eveneens schade.

(9)

Food & agri

Diverse markten in de food­ & agri­ sector kennen een hoge concentratie­ graad, onder meer door het grote aan­ tal fusies en overnames. in deze sector zijn traditioneel veel samenwerkings­ verbanden. De marktstructuur verhoogt het risico op concurrentie­ beperkende afspraken. De signalen die tipgevers voortdurend geven, wijzen op concurrentie­beperkend gedrag in deze sector.

Programmamanager: Pascal Broers

Energie & transport

in de energiesector en delen van de transportsector (inclusief de post­ markt) zijn deelmarkten met slechts één of weinig spelers. Die kunnen dominant zijn en concurrentie beperken. Andere delen van de trans­ port sector kennen gefragmenteerde deelmarkten met veel samenwerkings­ verbanden. De NMa volgt de ontwikke­ lingen op de voet en onderneemt waar nodig actie.

Programmamanager: Tineke Serlie-Stolze

Bouw

De bouwfraudeaffaire heeft het bestaan van kartels in de bouwsector aan het licht gebracht. Daar zijn zware boetes voor uitgedeeld, maar er zijn ook initiatieven gestart om een cultuur omslag te realiseren. Dit moet tot meer concurrentie leiden. Naast het blijvend opsporen van kartels wordt vanuit het programma bijgedragen aan de cultuuromslag.

Programmamanager: vacature

Farmacie en

vrije beroepen

Bij de vrije beroepsgroepen is sprake van een deregulering. Binnen het programma vallen onder meer accountants en advocaten, maar ook huisartsen, fysiotherapeuten en chirurgen. En gelet op de belang­ rijke band met de apothekers ook de farmaciekolom.

Programmamanager: vacature

Bank­ &

effectenbedrijf

Het Nederlandse bank­ en effecten­ bedrijf wordt gekenmerkt door het grote economische belang, de bijzondere marktstructuur die het risico op kartelvorming verhoogt en het ondoorzichtige, complexe karakter van veel producten.

De sector staat aan de vooravond van grote veranderingen, zoals de invoering van een Europese betaal­ markt in 2008 en een verdere consolidatieslag.

Programmamanager: Natalie Breen-Aartsen

Media &

telecommunicatie

De markten voor media en

telecommunicatie ontwikkelen zich razendsnel. Als er sprake is van mededingingsbeperkende

gedragingen, dan moet de NMa snel kunnen ingrijpen. De NMa volgt de ontwikkelingen met een handhavings­ programma – gericht op zowel oude als nieuwe media – op de voet.

Programmamanager: José Buis

Verzekeringen

Verzekeraars werken veel samen. Dit ligt in de aard van het verzekeringsvak, maar het is ook traditie. De grens tussen wat wel en niet is toegestaan, is in deze economisch belangrijke sector soms dun. De NMa volgt deze sector al enkele jaren, doet doorlopend onderzoek en onderhoudt een actieve dialoog met de verzekeringswereld.

Programmamanager: Geert Moelker

Zorg

in steeds meer zorgsectoren, zoals de thuiszorg, is ruimte voor concurrentie. Fusies en overnames zorgen voor schaalvergroting en er is een sterke toename van het aantal samen­ werkings verbanden. Vanwege

aanwijzingen over verboden afspraken treedt de NMa steeds meer hand­ havend op. Want zulke afspraken beperken de keuzevrijheid van patiënten en de toetredings moge­ lijkheden voor nieuwe aanbieders.

Programmamanager: Judith van Tartwijk

industrie

Veel industriële sectoren hebben marktstructuren met homogene producten van slechts enkele ondernemers. Dus bestaat het risico dat ondernemingen afspraken maken over prijzen en hoeveelheden. De Europese Commissie heeft verboden afspraken in diverse sectoren van de industrie aangetoond, zoals het in 2006 aangepakte bitumenkartel.

(10)

Een en ander blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van de NMa onder consumenten over de in 2004 geliberaliseerde energiemarkt. De aspecten waar de toezichthouder zich de afgelopen jaren op heeft gericht, laten verbetering zien. Maar er is nog een wereld te winnen als het gaat om de mate waarin de consument de beschikbare informatie als overzichtelijk ervaart. Mede door het gebrek aan goede, vergelijkbare informatie stappen consumenten de komende twee jaar niet snel over naar een andere leveran­ cier. Slechts 27 procent zegt

dit te overwegen. ook speelt mee dat ze over hun huidige leverancier tevreden zijn. Op orde

Na de liberalisering van de energiemarkt in 2004 is het vertrouwen van de consument danig op de proef gesteld.

Dat kwam vooral door grote administratieve problemen. om een herstel van het consumentenvertrouwen te realiseren, heeft de NMa ingezet op het op orde krijgen en houden van de energiemarkt.

De afgelopen jaren heeft de sector veel gedaan om de administratieve processen op orde te krijgen. Mede hierdoor is het vertrouwen van de consumenten licht gestegen, net als het vertrouwen in de effecten van de liberalisering op de lange termijn. Dit herstel gaat echter langzaam, wat ook blijkt uit de lage overstapbereidheid. Dit gegeven is weer een erg hoge drempel voor eventuele nieuwe energieleveranciers. En er zijn meer drempels waar

nieuwe spelers tegenaan lopen en die de concurrentie bemoeilijken. onderzoeksbureau SEo Economisch onderzoek heeft deze in kaart gebracht. De NMa bepaalt de komende tijd welke toetredingsdrempels er worden afgebroken.

Vertrouwen vasthouden

De NMa blijft zich richten op een grotere transparantie van de energiemarkt. Cruciaal hierbij is dat de informatie

van de verschillende energiebedrijven onderling vergelijkbaar moet zijn, zodat de consument een goed afgewogen keuze kan maken wat betreft zijn leverancier. Zo hecht de toezichthouder veel waarde aan uniforme prijsvermelding. ook zal de NMa de prestaties van de energiebedrijven in de overgangsfase naar een aantal belangrijke marktontwikkelingen nauwlettend volgen en waar nodig bijsturen. Denk daarbij aan de splitsing van energie bedrijven, wijzigingen in de metermarkt en de invoering van het leveranciersmodel. Het goed doorlopen van deze ontwikkelingsfase is cruciaal voor het vasthouden en verbeteren van het vertrouwen van de energieconsument.

Beide rapporten zijn te vinden op www.nmanet.nl. Consumenten die energiebedrijven willen vergelijken, kunnen voor praktische tips kijken op www.consuwijzer.nl.

Consumenten hebben het afgelopen jaar meer vertrouwen gekregen in de energiemarkt. Zij zijn

beter te spreken over de administratieve dienstverlening en klachtafhandeling. ook vinden zij de

betrouwbaarheid van de informatie van energiebedrijven verbeterd.

groeiend vertrouwen

in energiemarkt

(11)

Parallelle trein­ en busverbindingen en slecht

aansluitende dienstregelingen zorgden in de

gelderse Achterhoek voor dramatische dalingen

van de reizigersaantallen in het openbaar

vervoer in de periode voorafgaand aan 1999.

Diverse studies van Verkeer en Waterstaat

leerden dat een geïntegreerd netwerk en één

vervoerder voor trein en bus het tij zou kunnen

keren. Het in 1999 opgerichte openbaarvervoer­

bedrijf Syntus verwierf hiervoor de 10­jarige

concessie.

Syntus werkt volgens het visgraatmodel: één hoofdlijn – de trein – met daar goed op aansluitende buslijnen. Bovendien werden de frequenties aanzienlijk verhoogd. Dit resulteerde onder meer in een reizigersgroei van 25 procent op de lijn Arnhem­Winterswijk. Tussen Doetinchem en Arnhem (vroeger een uurdienst) rijdt nu in de ochtend­ en middagspits elk kwartier een volle trein. En Zevenaar­ Arnhem is het drukste regionale baanvak van Nederland. Beperkte marktwerking

Marketing­ en verkoopmanager remko ten Brinke is trots op deze successen, ondanks de zijns inziens beperkte marktwerking in het openbaar vervoer. “Voor nieuwe productformules is toestemming van de opdrachtgever nodig. Bovendien kunnen wij ons aanbod niet

concentreren op plaatsen waar de vraag het grootst is. Dan zou je het ongewenste verschijnsel krijgen dat bepaalde kernen geen openbaarvervoersmogelijkheden hebben.”

Marketingafdeling

Wat is de basis van het succes? Ten Brinke: “De integratie van het trein­ en busvervoer. Doordat deze geen concurren­ ten meer van elkaar zijn, hebben wij het aantal reizigers per openbaar vervoer in de Achterhoek sinds 1999

verdubbeld van zes naar twaalf miljoen. Daarnaast geloven wij sterk in de effecten van marketing en communicatie in het openbaar vervoer, waarvoor wij een omvangrijke marketingafdeling hebben ingericht. Diverse sales­acties en innovatieve projecten hebben uiteindelijk geleid tot een grote groep ambassadeurs (tevreden klanten) voor het openbaar vervoer.”

Mobiliteitsonderzoek

“Afgelopen jaar hebben wij, samen met de provincie gelderland en rivierenland, een mobiliteitsonderzoek gehouden onder ongeveer 2.300 mensen binnen een straal van 5 kilometer van onze stations. De deelnemers kregen, op basis van een prijs­ en reistijdvergelijking tussen hun huidige vervoermiddel en het openbaar vervoer, een advies over hoe zij in het vervolg het beste zouden kunnen reizen. Dat heeft, behalve een aantal jaarabonnementen, vooral ook veel reizigers opgeleverd die het openbaar vervoer voortaan veel eerder in hun overweging zullen meenemen.” Geloof

over het succes van Syntus zegt Ten Brinke: “Met ons geloof in marktwerking én marketing hebben wij het openbaar vervoer in de Achterhoek naar een veel hoger niveau getild. En we hebben hiervoor geen speciieke eisen van een opdrachtgever opgelegd gekregen.”

‘openbaar

vervoer naar

hoger niveau

getild’

(12)

Hoogleraar economie Hans Schenk beweert in een artikel in het Financieele Dagblad van 13 augustus 2007 dat de overheid moet ingrijpen. Vooropgesteld: ik neem de onder­ zoeken die zijn gedaan naar het slagen en mislukken van fusies zeer serieus. En het is terecht dat er een probleem wordt gesignaleerd. Maar als je stelt dat je het fusietoe­ zicht moet ombouwen om voorgenomen fusies op hun slaagkans te beoordelen en eventueel te verbieden, dan zeg ik nee.

Het toezicht van de NMa is, net als dat van de Europese Commissie, gericht op de bescherming van afnemers en consumenten. Fusies interesseren ons wel, maar vooral in het licht van de vraag of er wel voldoende mededinging overblijft. Wij zijn er niet om de gevolgen daarvan voor de ondernemingen zelf te beoordelen.

Ruimte voor risico’s

Als je de kwaliteit van fusiebeslissingen tussen beursgeno­ teerde bedrijven per geval en vooraf door de overheid laat beoordelen, plaats je de overheid op de stoel van de onder­ nemer. Dat is niet de bedoeling. ook al leveren fusiegolven problemen op, de overheid is geen ondernemer. Een fusie is een typische ondernemersbeslissing. En ondernemen is nu eenmaal een combinatie van goede en slechte beslissin­ gen. De overheid is per deinitie risicomijdend en zal dus veelal ‘nee’ verkopen. ik ben sceptisch over de vraag of de overheid dit beter kan beoordelen dan ondernemers. Er moet immers ruimte blijven voor risico’s en ja, ook voor mislukkingen. Als je de overheid deze rol toebedeelt, breng je ons dicht bij een planeconomie – en daarvan heeft de wereld nog nooit een geslaagd voorbeeld gezien.

Daar komt bij dat onafhankelijk overheidstoezicht onver­ mijdelijk rechterlijke toetsing van dat toezicht met zich meebrengt. Zo’n toezicht zou tot gevolg hebben dat het uiteindelijk de rechter is, die de maatstaven moet aanleg­ gen voor de juiste ondernemingsbeslissing. Dit zie ik als een fundamenteel bezwaar. Het past ook slecht in onze economische ordening.

Voorkomen

De vraag is dan natuurlijk: hoe voorkom je de negatieve economische gevolgen van al die mislukte fusies? Een makkelijke oplossing is er volgens mij niet. Maar ik kijk toch naar de raden van Commissarissen. Er is in het recente verleden al meer accent op hun toezicht gelegd. Zij kunnen bijvoorbeeld persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. Toch heeft dat onvoldoende effect gehad, als je kijkt naar de kwaliteit van fusie­ en overnamebeslissingen. Commissarissen gaan namelijk vaak mee als er weer een fusiekoorts de kop opsteekt. ondanks het feit dat er al lang een toenemende aandacht is voor corporate governance en dat zelfregulering via de Code Tabaksblatt bijdraagt aan de goede reputatie van bedrijven.

We moeten dus van de commissarissen een kritischer attitude verlangen. Juist zij moeten bij fusiekoorts het tegenwicht vormen. Als daar in de praktijk te weinig van terecht komt, zou de wetgever de rol van het interne toe­ zicht binnen ondernemingen verder moeten versterken. overigens mogen we bij dit alles ook niet voorbijgaan aan de zelfherstellende dynamiek van markten.

Hans Schönau | jurist en adviseur NMa

Fusies tussen beursgenoteerde bedrijven mislukken vaker dan dat ze slagen. Dat is slecht voor

de betrokken bedrijven, maar ook voor de economie. Mogelijk kunnen fusiegolven op die manier

recessies veroorzaken. Moeten fusies daarom vooraf worden beoordeeld op hun kansen op

succes – en zo ja, door wie?

Fusies niet vooraf

beoordelen op

(13)

Sinds juli 2006 houdt de NMa toezicht op de tarieven en voorwaarden voor de luchtvaartactiviteiten die Schiphol aan luchtvaartmaatschappijen aanbiedt. Het gaat hierbij onder andere om de tarieven voor het landen, opstijgen en parkeren van vliegtuigen, bagageafhandeling en de beveiliging. De NMa ziet erop toe dat tarieven op daad­ werkelijk te maken kosten zijn gebaseerd en dat deze tarieven niet onredelijk of discriminerend zijn.

in april 2007 heeft de NMa het door Schiphol voorgestelde toerekeningsysteem van kosten en opbrengsten voor de komende vier jaar deinitief goedgekeurd. De KlM heeft na de bekendmaking van deze tarieven bij de NMa een klacht ingediend. Naar aanleiding van die klacht heeft de NMa geconcludeerd dat de tarieven die Schiphol heeft vast­ gesteld te hoog zijn.

luchthaven Schiphol heeft in verschillende luchthaven­ tarieven ten onrechte een aantal te verrekenen kosten­ posten (mee­ en tegenvallers) over 2005 en 2006 niet doorgevoerd. Dit betekent dat Schiphol voor het tariefjaar

van 1 november 2007 tot 1 november 2008 € 36,8 miljoen minder in rekening mag brengen aan luchtvaartmaatschap­ pijen die gebruik maken van Schiphol.

De KlM had ook bezwaren geuit tegen de hoogte van het tarief voor overstappende passagiers, het zogenaamde transfertarief. Daarnaast plaatste de luchtvaartmaatschap­ pij vraagtekens bij het verloop van de verplichte procedure waarbij luchtvaartmaatschappijen geraadpleegd worden bij de vaststelling van de tarieven. op deze punten stelt de NMa de KlM in het ongelijk.

Schiphol heeft haar tarieven voor luchtvaart­

maatschappijen verlaagd met bijna € 37 miljoen.

Dit gebeurde naar aanleiding van een besluit

van de NMa op een klacht van de KlM.

Schiphol verlaagt

luchtvaarttarieven

Klachten BARIN en SAOC afgewezen

(14)

Uitgevers werken

aan naleving

Mededingingswet

De Telegraaf Media groep, PCM uitgevers en Nationale regiopers Dagbladen hebben elk afzonderlijk een compliance­programma opgezet. Zij zijn de drie grootste spelers op het gebied van de verkoop van advertentie­ ruimte in dagbladen aan landelijke adverteerders in Nederland. De NMa verwelkomt dit initiatief, omdat het de kans op overtredingen van de wet verkleint. Een compliance­ programma vervangt niet het reguliere toezicht van de NMa. Het is een pakket van maatregelen en procedures om naleving van de Mededingingswet te verankeren in de bedrijfsvoering. De uitgevers stellen onder meer elk afzonderlijk een zogeheten ‘compliance oficer’ aan. Deze opereert onafhan­ kelijk van de verkoopafdelingen en vervult een proactieve rol bij het voorkomen, onderzoeken en beëin­ digen van mogelijke concurrentie­ beperkingen.

Zegels na inval

verbroken: aangifte

onbekenden hebben de zegels verbroken die de NMa na een bedrijfs bezoek in augustus in de zorgsector had aangebracht. De NMa heeft hiervan aangifte bij de politie gedaan.

De ochtend na de verzegeling is de verbreking opgemerkt. ruimtes worden tijdens een bezoek verzegeld als onderzoek naar een mogelijke overtreding van de Mededingingswet nog niet is afgerond.

De NMa neemt het verbreken van de verzegeling hoog op. Hiermee kan namelijk bewijs zijn verdwenen dat relevant is voor haar onderzoek. De politie onderzoekt de kwestie. Vanaf 1 oktober heeft de NMa de politie niet meer nodig. Dan kan de NMa, door een aanpassing van de Mededingingswet, zelf boetes opleggen wanneer zegels van ruimtes verbroken zijn. De boete voor deze overtreding bedraagt maximaal € 450.000 of 1 procent van de omzet van de betrokken onderneming.

Kosten makelaar

en consument

niet omhoog

(15)

tips, signalen

of klachten?

Heeft u een tip, een klacht, een vraag of een signaal over een mogelijke overtreding van de Mededingingswet?

Bent u ondernemer? Neem dan contact op met de informatielijn van de NMa, tel. 0800­0231 885 of mail naar info@nmanet.nl. Bent u consument? Neem dan contact op met ConsuWijzer, tel. 088­0707070 of kijk op www.consuwijzer.nl.

colofon

NMagazine is een platform voor discussies en informatie over gezonde concurrentie en wordt vijf keer per jaar gratis onder relaties verspreid.

Redactie

Mike Muires (hoofdredacteur), Pascal Broers, Debbie van Steenpaal, Winnie van Heesch, Hilbert Klok, Barbara van der rest­roest en Martijn van Woerkom

Redactieadres

NMa Afdeling Strategie en Communicatie, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag

m.muires@nmanet.nl

Concept & realisatie

De Tekstgroep, www.tekstgroep.nl interviews: Hans Dalmeijer Art direction: VormVijf, Den Haag www.vormvijf.nl

Fotograie: Bas Kijzers, VormVijf illustratie: Stang

Druk: PlantijnCasparie, www.plantijncasparie.nl

Aan de inhoud van deze uitgave kunnen geen rechten en/of verantwoordelijk­ heden worden ontleend. overname van artikelen of illustraties kan alleen na schriftelijke toestemming van de redactie. Wilt u NMagazine gratis ontvangen? ga dan naar www.nmanet.nl

Speeches en

lezingen NMa

Prioritering

Wanneer 5 december 2007 Wat round table conference

BiCl ClF

Waar londen Wie rené Jansen,

lid raad van Bestuur NMa Vereniging Mededingingsrecht

Wanneer 17 december 2007 Wat Kerstlunch­speech Waar Den Haag Wie Pieter Kalbleisch,

voorzitter raad van Bestuur NMa Economische onderbouwing mededingingszaken

Wanneer 17 januari 2008 Wat Case by case

10th anniversary NMa

Waar rBB Economics, Den Haag Wie Pieter Kalbleisch,

voorzitter raad van Bestuur NMa Voor meer informatie: www.nmanet.nl. Speeches, lezingen en discussies zijn onder voorbehoud.

Plannen NMa 2008

De NMa maakt op 10 januari haar deinitieve plannen voor 2008 bekend. Jaarlijks bepaalt de NMa, onder meer aan de hand van economische analyses, welke sectoren speciieke aandacht nodig hebben. Daarbij vraagt zij ondernemingen, consumenten­ organisaties, de wetenschap en de advocatuur om te reageren op haar voorlopige plannen. Wat het algemene mededingingstoezicht betreft, is de NMa van plan om zich het komende jaar speciiek te richten op de zorg­ sector, de inanciële dienstverlening, de food­ en agri­industrie, de energie­ markt en de postmarkt, die in 2008 geliberaliseerd wordt. Daarnaast blijft de NMa zich uiteraard bezighouden met sectorspeciiek toezicht op de energie­ en vervoersector.

(16)

sluitingen. Vooral bij het goederenvervoer zie je echte concurrentie ontstaan én linke groei. Ik houd toezicht op een eerlijke verdeling van de capaciteit op het spoor. Daarbij is intensief contact met de markt heel belangrijk. Omdat de vervoersmarkt steeds internationaler wordt, ben ik ook regelmatig op bezoek bij de Europese Commissie in Brussel en bij mijn Europese collega­toezichthouders. De Vervoerkamer houdt toezicht op de spoormarkt, een markt die al 170 jaar bestaat. Wij zijn krap drie jaar oud, dus we pionieren nog volop. En dat maakt het werk hier geweldig leuk!”

Coen Timmerman | senior medewerker NMa | Vervoerkamer

Geïnteresseerd in het werk van de NMa?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

voor 1 oktober 2015 een samenhangend ICT-transitieplan BUCH (inclusief de financiële consequenties) op te stellen en aan de respectievelijke gemeenteraden aan te bieden, waarmee

Ik beschouw het vriend-vijandonderscheid echter niet als de kern van het politieke, want het gaat er in mijn opvatting juist om polarisatie in de samenleving zoveel mogelijk tegen

De organisator is aansprakelijk voor alle schade veroorzaakt aan het materiaal en de ruimten die ter beschikking worden gesteld door de

De leidinggevende stimuleert en faciliteert, bijvoorbeeld door de medewerker zelf met voorstellen te laten komen om zijn/haar talenten optimaal in te zetten, met voorstellen voor

Deze ambitieniveaus bieden een terugvaloptie Het verdient aanbeveling om het ambitieniveau naar beneden bij te stellen als onvoldoende voldaan kan worden aan de voorwaarden voor

De uitslagen van referenda en verkiezingen worden niet alleen geanalyseerd op hun directe betekenis voor het land zelf en voor andere landen (zoals de Brexit en de overwinning

Maar ook de continuering van centrale verantwoordelijkheid is belangrijk, omdat er een minimale bodem voor decentrale verschijnselen binnen het systeem dient te zijn, een beeld

Wat het Kabinet (als antwoord op deze kritiek?) lijkt te doen is de werking van de Wob (burgers en bedrijven verzoeken de overheid om iets openbaar te maken) en het vraagstuk