• No results found

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan BRUSSEL

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan BRUSSEL"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BVH-OV – 126565 – vwo – Centrum Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming

Onderwijsinspectie

Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL

doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.be www.onderwijsinspectie.be

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van Centrum voor Basiseducatie Limburg Midden-Noord te

MAASMECHELEN

Hoofdstructuur volwassenenonderwijs

Instellingsnummer 126565

Instelling Centrum voor Basiseducatie Limburg Midden-Noord Directeur BERDEN Rohnny en HAESENDONCKX Martine

Adres Paul Nicoulaan 29 4 - 3630 MAASMECHELEN Telefoon 089-77.32.62

E-mail martine.haesendonckx@basiseducatielimino.be

Website http://www.basiseducatie.be/centrum-voor-basiseducatie- limino

Bestuur van de instelling Adres

vzw CBE Limburg Midden-Noord

Paul Nicoulaan 29 - 3630 MAASMECHELEN Dagen van het opvolgingsbezoek 13-05-2016

Einddatum van het opvolgingsbezoek 13-05-2016 Datum bespreking verslag met de instelling 13-05-2016

Samenstelling inspectieteam

Inspecteur-verslaggever Dirk LAMBRECHTS Teamleden Els MERTENS

(2)

INHOUDSTAFEL

INLEIDING ... 3

1 HISTORIEK ... 4

2 ZIJN DE TEKORT(EN) GEREMEDIEERD? ... 4

3 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG ... 5

(3)

INLEIDING

Dit verslag is het resultaat van de opvolgingsdoorlichting van de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van het centrum door de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap. Het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 geeft haar de opdracht hiertoe.

Als het centrum bij een doorlichting een beperkt gunstig advies kreeg, volgt na de periode, vermeld in het advies, een opvolgingsdoorlichting. Tijdens een opvolgingsdoorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de bij de voorgaande doorlichting vastgestelde tekortkomingen voldoende werden geremedieerd.

Het referentiekader dat de onderwijsinspectie gebruikt bij een (opvolgings)doorlichting is opgebouwd rond de componenten context, input, proces en output:

 context: de omgevingskenmerken en de kenmerken van administratieve, materiële, bestuurlijke en juridische aard die het centrum karakteriseren

 input: kenmerken van het personeel en van de leerlingen of cursisten van het centrum

 proces: initiatieven die het centrum neemt om output te realiseren, rekening houdend met haar context en input

 output: de resultaten die het centrum met haar leerlingen of cursisten bereikt.

Meer info over het CIPO-referentiekader vindt u op www.onderwijsinspectie.be.

Tijdens het opvolgingsbezoek verzamelt het inspectieteam bijkomende informatie via observaties, gesprekken en analyse van documenten.

De opvolgingsdoorlichting resulteert in een opvolgingsverslag dat bestaat uit een concluderend gedeelte en een advies.

Het concluderende gedeelte omvat de conclusies van de opvolging.

Het opvolgingsverslag eindigt met een advies dat betrekking heeft op de volledige organisatie. De onderwijsinspectie kan twee adviezen uitbrengen:

 een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van het centrum.

 een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van het centrum op te starten.

Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of het centrum de vastgestelde tekort(en) zelfstandig kan wegwerken.

Binnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve opvolgingsverslag informeert de directeur van het centrum de cursisten over de mogelijkheid tot inzage.

Binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst moet de directeur van het centrum het verslag volledig bespreken tijdens een personeelsvergadering. Het bestuur van het centrum of zijn gemandateerde tekent het verslag voor gezien. Het bestuur stuurt het binnen dertig kalenderdagen na ontvangst terug naar de onderwijsinspectie en maakt eventueel melding van zijn opmerkingen.

Het centrum mag het verslag niet gebruiken voor publicitaire doeleinden.

Meer informatie?

www.onderwijsinspectie.be en www.doorlichtingsverslagen.be

(4)

1 HISTORIEK

Het vorige doorlichtingsbezoek van de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne vond plaats van 22-06-2012 tot 22-06-2012 en werd afgesloten met een beperkt gunstig advies.

Vanaf 01-06-2015 moet het centrum kunnen aantonen dat de tekort(en) die aan de basis lagen van dit advies, in voldoende mate werden geremedieerd. Dit verslag beschrijft in welke mate het centrum daarin is geslaagd.

2 ZIJN DE TEKORT(EN) GEREMEDIEERD?

Tijdens de doorlichting van juni 2012 stelde de inspectie vast dat er geen jaarlijkse rondgang gebeurde in de lesplaatsen. Tijdens de opvolgingsdoorlichting van mei 2016 stelt de onderwijsinspectie vast dat het

centrum op dat vlak initiatieven heeft genomen. Op het moment van de opvolgingsdoorlichting organiseert het centrum onderwijs in 63 lesplaatsen. Het centrum ontwikkelde een checklist voor de controle van de bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne op deze lesplaatsen. Initieel is het de IPA of een staflid die op basis van deze checklist groen licht geeft voor het gebruik van de lesplaats. De IPA/het staflid doet verder jaarlijks een rondgang in functie van veiligheid en welzijn. Gezien het groot aantal lesplaatsen hecht het centrum veel belang aan de sensibilisering van alle medewerkers voor BVH. De lesgevers op de lesplaatsen wordt op regelmatige basis gevraagd een checklist in te vullen specifiek gericht op veiligheid. De IPA verzamelt deze checklists en volgt mogelijke risico's verder op. Deze risicoanalyses vormen een belangrijk element voor de organisatie van BVH in het centrum.

Tijdens de doorlichting van juni 2012 stelde de inspectie eveneens vast dat er geen evacuatiescenario's waren voor elke lesplaats. Het centrum heeft daarom een 'Draaiboek Oefening Evacuatie' ontwikkeld. In dit draaiboek wordt de procedure beschreven die de leraar moet volgen wanneer de lesplaats wordt

geëvacueerd. Tijdens één van de eerste lessen krijgen de cursisten uitleg wat ze moeten doen in geval van brand/evacuatie. De leraar organiseert vervolgens een evacuatiewandeling met de cursisten zodat ze de afspraken kennen. Op basis van een checklist 'Veiligheid Oefening Brandevacuatie' volgt de IPA de brandveiligheid in de lesplaatsen verder op.

Een derde vaststelling tijdens de doorlichting van juni 2012 betrof de EHBO-risicoanalyses voor elke lesplaats. Het centrum volgt dit verder op via de bezoeken van de IPA/een staflid aan de lesplaatsen.

Daarbij wordt nagegaan of er EHBO-materiaal aanwezig is en of de noodnummers onmiddellijk beschikbaar zijn.

De inspectie stelde tijdens de doorlichting van juni 2012 ook vast dat de opvolging van de

keuringsverslagen niet voldoet. Het centrum verzamelt nu de gegevens op een online platform voor informatie-uitwisseling. Op de manier houdt het centrum een overzicht bij van de keuringsverslagen en wordt duidelijk waar er nog keuringsverslagen ontbreken. Voor de lesplaatsen in eigen beheer volgt het centrum de opmerkingen in de keuringsverslagen nauwkeurig op. Voor de gehuurde lesplaatsen houdt de IPA in de mate van het mogelijke contact met de verhuurder of de verantwoordelijke voor BVH. Op deze manier probeert het centrum om gekende risico's te beheersen.

Tot slot werd in juni 2012 ook vastgesteld dat het centrum niet beschikte over een milieuvergunning.

Tijdens de opvolgingsdoorlichting kan het centrum een milieuvergunning klasse 3 voorleggen. Tijdens de zitting van donderdag 15 januari 2015 heeft het college van burgemeester en schepenen akte genomen van deze milieuvergunning.

(5)

Gezien het groot aantal lesplaatsen opteert het centrum voor een dynamisch risicobeheersingsbeleid waarbij zowel de stafleden, de interne preventieadviseur als de leraren sterk betrokken worden. De sensibilisering van alle medewerkers voor bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne vormt de kern van het risicobeheersingsbeleid. Taken en verantwoordelijkheden in verband met BVH worden duidelijk

gecommuniceerd naar de leraren. De interne preventieadviseur neemt haar taken op een gestructureerde en doelgerichte manier op en zorgt ervoor dat alle medewerkers alert blijven voor bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne. Wanneer er lesplaatsen gehuurd worden is de IPA het aanspreekpunt voor de melding en opvolging van risico's.

Op basis van het dynamisch beleid op het vlak van BVH dat het centrum heeft ontwikkeld, geeft de onderwijsinspectie een gunstig advies.

3 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de tekort(en) zoals vermeld in dit verslag:

GUNSTIG

voor de erkenningsvoorwaarde 'bewoonbaarheid en hygiëne'.

Namens het inspectieteam Voor kennisname namens het bestuur

Dirk LAMBRECHTS

de inspecteur-verslaggever

BERDEN Rohnny en HAESENDONCKX Martine de directeur

Datum van verzending aan de directie en het bestuur van het centrum

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarden bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid en hygiëne van Centrum voor Volwassenenonderwijs VIVA Oost-Vlaanderen

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van Vrije Basisschool voor Buitengewoon Onderwijs - Sint-Idesbald..

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarden bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de