• No results found

Transitievisie Warmte Valkenswaard

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Transitievisie Warmte Valkenswaard"

Copied!
62
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De WarmteTransitieMakers. – Atoomweg 50, 3542 AB Utrecht – info@dwtm.nl KVK 71166645 - BTW NL85606227B01 - NL60TRIO0338946349

Transitievisie Warmte Valkenswaard

Een product van:

(2)

De WarmteTransitieMakers. – Atoomweg 50, 3542 AB Utrecht – info@dwtm.nl KVK 71166645 - BTW NL85606227B01 - NL60TRIO0338946349 Opdrachtgever: Gemeente Valkenswaard

Projectnummer: DWTM21008-GVA

Auteurs: De WarmteTransitieMakers

Christiaan van Soest Saskia Dane

Gemeente Valkenswaard Geert-Jan van Schijndel Linda van Hees

Koen Verkoijen

Datum: 21 oktober 2021

Transitievisie Warmte Valkenswaard

(3)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 3

Inhoud

Voorwoord ... 4

1 Inleiding ... 5

1.1 Waarom een transitievisie warmte?... 5

1.2 Doel van dit plan ... 5

1.3 Wie heeft dit plan gemaakt? ... 5

1.4 Hoe gaat het hierna verder? ... 6

2 Wat verandert er als aardgas verdwijnt? ... 8

3 Hoe maken we keuzes? ... 10

3.1 Algemene uitgangspunten ... 10

3.2 Hoe kiezen we de verkenningsbuurten? ... 11

3.3 Hoe kiezen we de aardgasvrije techniek? ... 11

4 Warmtevraag en warmtebronnen ... 12

4.1 Warmtevraag ... 12

4.2 Warmtebronnen ... 19

5 Kansrijke warmtevoorziening per buurt ... 24

5.1 Toets op betaalbaarheid ... 24

5.2 Visie Woonwijken ... 24

5.3 Visie bedrijventerreinen ... 28

5.4 Warmtevisie 2050 ... 30

6 Wanneer worden de buurten aardgasvrij? . 32 6.1 Verkenningsbuurten Valkenswaard ... 34

6.2 Natuurlijk tempo (2022-2050) ... 39

6.3 Middellange termijn (2025-2040) ... 39

6.4 Lange termijn (2040-2050) ... 39

6.5 Bedrijventerreinen ... 40

6.6 Snelheid van de lokale warmtetransitie ... 40

7 Stap voor stap aan de slag met aardgasvrij 41 7.1 Inzetten op energie besparen en isoleren ... 41

7.2 Aanpak verkenningen en bedrijven ... 42

7.3 Regionale afstemming en updaten TvW ... 42

7.4 Communicatie ... 42

Nawoord ... 46

Bijlage A. Elektrische oplossingen ... 47

Bijlage B. Grootschalige warmtebronnen ... 48

Bijlage C. Groen gas oplossingen ... 51

Bijlage D. Gemeentelijke overzichtskaarten ...53

Bijlage E. Toelichting bij impact op de energie infrastructuur ...57

Bijlage F. Toelichting andere rekenmodellen ...60

(4)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 4

Voorwoord

Valkenswaard is een gemeente om trots op te zijn! En terecht; we hebben prachtige sportvoorzieningen, levendige kernen die bruisen van initiatieven, een geweldig verenigingsleven in zowel Valkenswaard, Dommelen als Borkel en Schaft en tal van evenementen het hele jaar door. Bovendien zijn we omgeven met prachtige natuur waaronder o.a. De Malpie, T Heike en de Groote heide. Een bruisende gemeente midden in het groen, die ook nog eens nadrukkelijk kiest voor jongeren en jonge gezinnen, heeft ook een bijzondere verantwoordelijkheid. Een verantwoordelijkheid om onze aarde beter achter te laten dan we deze hebben aangetroffen. Helaas staat onze leefomgeving onder druk door bijvoorbeeld klimaatverandering. De gevolgen hiervan worden ook steeds beter voelbaar. Hevigere neerslag, hittestress en extreme droogte. Een van de dingen die we doen om de CO2-uitstoot terug te dringen en daarmee verdere klimaatverandering tegen te gaan, is het transformeren naar een aardgasvrije gemeente.

Voor de transitie stellen we duidelijke kaders om op termijn onze doelen te behalen; een aardgasvrije gemeente in 2050. De komende dertig jaar werken we hard aan de overstap van aardgas naar een duurzame manier van verwarmen van onze woningen. Die overstap maken we dus niet in één keer, maar stap voor stap en buurt voor buurt, zodat we in 2050 geen aardgas meer nodig hebben voor de verwarming van onze gebouwen. De eerste stappen die we daarvoor moeten zetten hebben we beschreven in deze eerste Transitievisie Warmte. Een aantal andere stappen werken we de komende jaren verder uit. Dat doen we samen met onze inwoners, instellingen en bedrijven. Want werken aan een aardgasvrij Valkenswaard kunnen we als gemeente niet alleen. Daarom kiezen we voor een warmtetransitie waarbij we zorgen dat lusten en lasten eerlijk worden gedeeld, zodat iedereen kan meedoen.

Veel mensen hebben meegedacht en meegeholpen aan de voorliggende Transitievisie Warmte. Ik wil ze als wethouder graag bedanken voor hun inzet en creativiteit. Samen kunnen we zeggen dat wij in Valkenswaard de eerste stap hebben gezet zodat onze huidige, maar zeker ook onze toekomstige inwoners, in een gezonde en duurzame leefomgeving kunnen leven. Onze generatie is de eerste die de gevolgen van klimaatverandering merkt en de laatste generatie die er iets aan kan doen. Laten we die verantwoordelijkheid nemen. We zetten nu de eerste stappen en versnellen daarna waar dat verantwoord mogelijk is. Valkenswaard, een duurzame gemeente voor jongeren en jonge gezinnen midden in het groen. Een gemeente om nog jaren trots op te zijn!

Theo Geldens,

Wethouder Duurzaamheid Gemeente Valkenswaard, 2021

(5)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 5

1 Inleiding

In Nederland gaan we stoppen met het gebruik van aardgas. Ook in Valkenswaard zullen we tussen nu en 2050 het aardgas vervangen door duurzame warmte. Dat doen we buurt voor buurt. Samen met inwoners, bedrijven en maatschappelijke partners gaan we als gemeente op zoek naar de beste oplossingen voor een duurzaam Valkenswaard. Dit is een Valkenswaard waar onze én volgende generaties een prettige en leefbare toekomst hebben. In deze Transitievisie Warmte stippelen we het pad uit naar een duurzame warmtevoorziening.

1.1 Waarom een transitievisie warmte?

Tientallen jaren heeft de aardgasvoorraad in Groningen Nederland voorzien van een goedkope manier om onze huizen te verwarmen, te douchen en te koken. Maar aardbevingen dwingen ons de gaswinning in Groningen af te bouwen. De Nederlandse regering wil ook niet afhankelijk worden van Russisch gas.

Daarnaast verandert ons klimaat. De negatieve gevolgen hiervan worden steeds zichtbaarder. Het is daarom noodzakelijk ons verbruik van fossiele energie zoals aardgas te verminderen.

In 2015 hebben bijna 200 landen in Parijs een klimaatakkoord gesloten. Afgesproken is dat de opwarming van de aarde beperkt moet worden. Vervolgens ondertekenden in Nederland, in 2019, meer dan 100 partijen ons landelijke Klimaatakkoord. Er zijn ingrijpende veranderingen in allerlei sectoren nodig. Denk bijvoorbeeld aan de industrie, landbouw, mobiliteit, de productie van elektriciteit en het verwarmen van onze gebouwen.

Om de klimaatdoelen te behalen moeten we uiterlijk in 2050 afscheid nemen van fossiele brandstoffen.

Dat is dus ook van het gebruik van aardgas voor koken, verwarming en warm water. In het klimaatakkoord is bepaald dat elke gemeente uiterlijk in 2021 een plan moet hebben voor de overstap van aardgas op duurzame warmtebronnen. In de Transitievisie Warmte beschrijven we hoe Valkenswaard de komende dertig jaar toewerkt naar een aardgasvrije gemeente.

Naast de klimaatopgave wil Valkenswaard een gemeente voor jongeren en jonge gezinnen zijn. Een gemeente die kiest voor jongeren en jonge gezinnen heeft ook de verantwoordelijkheid om onze aarde beter achter te laten dan we deze hebben aangetroffen. We hebben dus de verantwoordelijkheid om onze gebouwde omgeving te verduurzamen. Daarmee brengen we geleidelijk de uitstoot van broeikasgassen naar nul, zodat we de gevolgen van klimaatverandering beperken. Op deze manier houden we Valkenswaard schoon en leefbaar, ook voor toekomstige generaties.

1.2 Doel van dit plan

De Transitievisie Warmte heeft tot doel om de route naar een aardgasvrij Valkenswaard in 2050 uit te stippelen. We gaan in op drie hoofdvragen:

● Welk alternatief voor aardgas is geschikt voor onze buurten ?

● Wanneer gaan onze buurten van het aardgas af?

● Welke stappen gaan we de komende jaren zetten?

We streven ernaar om de warmtetransitie zoveel mogelijk samen met inwoners, maatschappelijke partners en bedrijven uit te voeren. De Transitievisie Warmte is dan ook geen dichtgetimmerd plan. Het geeft kaders waarbinnen de komende jaren projecten kunnen worden opgestart. Het uiteindelijke resultaat is een Transitievisie Warmte die begrepen en gedragen wordt en die goed onderbouwt welke warmteopties interessant zijn.

1.3 Wie heeft dit plan gemaakt?

De gemeente heeft dit plan niet alleen opgesteld. We spraken met allerlei partijen om hun mogelijkheden en wensen in kaart te brengen. We werkten intensief samen met een werkgroep met daarin:

(6)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 6

• Gemeente

• Woningcorporatie Woningbelang

• Woningcorporatie Woonbedrijf

• Enexis Netbeheer

• Drinkwaterbedrijf Brabant Water en

• Waterschap De Dommel.

Ideeën en zorgen van bewoners en ondernemers haalden we op door een enquête, inwonersavonden, en brainstormsessies. Dit combineerden we met onderzoeken, en technische en sociale informatie over de buurten.

1.4 Hoe gaat het hierna verder?

Deze transitievisie geeft een doorkijk naar wat er voor de warmtetransitie in Valkenswaard gaat gebeuren.

Bewoners weten daardoor waar ze aan toe zijn, en kunnen beslissingen over hun woning hierop afstemmen.

We kijken in deze transitievisie of er nu al interessante ‘verkenningsbuurten’ in Valkenswaard zijn. Dit zijn buurten die kansrijk zijn om als eerste van het aardgas af te gaan. Voor deze verkenningsbuurten worden de komende jaren ‘buurtuitvoeringsplannen’ gemaakt. Hierin worden de plannen concreter, en zal per buurt of zelfs per huishouden worden gekeken wat er mogelijk is. De buurtuitvoeringsplannen maken we samen met bewoners en andere betrokkenen. Als het aardgas in een buurt wordt afgesloten, krijgen bewoners dat ruim van tevoren te horen1.

Belangrijk: Het besluit om daadwerkelijk over te stappen wordt pas genomen als bekend is wat de consequenties zijn voor bewoners en ondernemers. Haalbaarheid en draagvlak staan centraal.

Figuur 1. Na de Transitievisie Warmte (TvW) volgen buurtuitvoeringsplannen. Voorzien is dat de Transitievisie Warmte iedere 5 jaar wordt bijgewerkt.

De transitievisie zal eens in de vijf jaar worden bijgewerkt. In de loop van de tijd wordt steeds duidelijker welke warmteoplossing het beste past per buurt. Ook is de gemeente bezig met het opstellen van een Omgevingsvisie. De tijdspaden van de Transitievisie Warmte en de Omgevingsvisie lopen gelijk aan elkaar.

Uiteindelijk zal moeten worden geborgd dat beide visies elkaar aanvullen. De Transitievisie Warmte wordt onderdeel van de Omgevingsvisie.

1 Het voorlopig klimaatakkoord noemt een termijn van maximaal 8 jaar. De gemeente dient maximaal 8 jaar vooraf aan te kondigen wanneer de warmtetransitie in een buurt wordt gerealiseerd.

(7)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 7

Internationale en regionale samenhang

In het Klimaatakkoord van Parijs is in 2015 afgesproken de opwarming van de aarde te beperken tot minder dan twee graden Celsius. In 2019 heeft Nederland het Nationaal Klimaatakkoord vastgesteld waarin het doel is gesteld om de CO2-uitstoot met 95% te verminderen. Dit doel dient in 2050 gerealiseerd te zijn.

In 2019 is de duurzaamheidsvisie vastgesteld door de gemeenteraad van Valkenswaard. In deze visie zijn op verschillende duurzaamheidsthema’s ambities bepaald.

Uiteraard kijken we ook verder dan onze gemeentegrenzen. De puzzel van warmte-opwek, -opslag en -gebruik maken we samen met andere gemeenten in de regio. Op regionaal niveau wordt ook een Regionale Structuur Warmte (RSW) en Regionale Energiestrategie (RES) uitgewerkt.

Valkenswaard is daarin onderdeel van de Metropoolregio Eindhoven (MRE). In de RES MRE werken provincie, waterschappen en 21 gemeenten samen.

(8)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 8

2 Wat verandert er als aardgas verdwijnt?

Het omschakelen van aardgas naar een duurzame bron is complex. Vrijwel alle huishoudens en bedrijven in Valkenswaard krijgen ermee te maken. In dit hoofdstuk omschrijven we kort welke technische mogelijkheden er zijn. Ook geven we aan wat die technieken betekenen in het dagelijks leven van bewoners en ondernemers.

Bijna alle huizen in de gemeente gebruiken aardgas. Het wordt gebruikt om te verwarmen, om te koken, en voor warm water uit de kraan. Ook bedrijven gebruiken aardgas. Soms alleen voor verwarming, soms ook in het bedrijfsproces. De belangrijkste aanpassingen die in gebouwen nodig zijn om over te stappen op een duurzame warmtebron, zijn hieronder kort toegelicht.

Koken

Duurzaam koken kan met een inductieplaat, elektrische kookplaat of keramische kookplaat. De meeste mensen kiezen voor inductie. Dat verbruikt minder stroom dan andere elektrische kookplaten, en het lijkt op koken op gas: je kunt de temperatuur snel regelen. Niet alle pannen zijn geschikt voor koken op inductie, hier moet rekening mee worden gehouden.

Isoleren

Om aan het uiteindelijk doel te voldoen, is energie besparen een belangrijke eerste stap. Veel duurzame warmtebronnen zijn schaars. Het is daarom goed om eerst ons energiegebruik terug te dringen. Daarom is het belangrijk om huizen beter te isoleren. Dat is niet alleen goed voor het milieu. Betere isolatie verlaagt ook de energierekening. En het verbetert het comfort in de woning.

Voorbeelden zijn het isoleren van de buitenmuur, dak en vloer en het plaatsen van goed isolerend glas.

Daarna kan ook de temperatuur van het water dat door onze verwarmingen stroomt worden verlaagd.

Met het isoleren van huizen en bedrijfspanden kan nu al worden gestart. De gemeente ondersteunt gebouweigenaren met het isoleren van panden.

Verwarming en warm water

De oplossingen die er zijn in plaats van aardgas, zijn in te delen in drie groepen:

- Individueel: een oplossing per woning, gebouw of woonblok. Dit is meestal een warmtepomp.

- Warmtenet: een collectieve oplossing voor de hele buurt. Warm water stroomt door leidingen onder de grond naar de huizen en kan daar direct worden ingezet voor verwarming of warm tapwater.

- Duurzaam gas: een ander type gas, zoals biogas of waterstof. We gebruiken zoveel mogelijk de bestaande gasleidingen. Deze oplossing kan worden gecombineerd met een warmtepomp.

De meest geschikte oplossing hangt van het type woning en het type buurt af. Welke aanpassingen in de woning nodig zijn zal verschillen per oplossing. In de figuur op de volgende pagina is dit schematisch weergegeven. In hoofdstukken 4 en 5 komt aan bod welke oplossing het beste past bij de verschillende buurten in Valkenswaard.

(9)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 9

(10)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 10

3 Hoe maken we keuzes?

We hebben ons in Nederland tot doel gesteld om in 2050 aardgasvrij te zijn. Nieuwe mogelijkheden moeten betaalbaar, betrouwbaar en duurzame zijn. Dit betekent dat we keuzes moeten maken.

Waar gaan we starten en waarom? Voor welke mogelijkheden kiezen we? Om deze beslissingen goed te maken, benoemen we in deze transitievisie een aantal belangrijke uitgangspunten.

We gebruiken drie soorten uitgangspunten:

1. Algemene uitgangspunten voor de warmtetransitie;

2. Criteria voor het bepalen van de verkenningsbuurten;

3. Criteria voor het kiezen van aardgasvrije technieken.

3.1 Algemene uitgangspunten

Elke buurt is anders als het gaat om bewoners, gebouwen, omgeving en warmtebronnen. De benadering per buurt moet dus goed passen. Toch streven we in de hele gemeente hetzelfde doel na. We willen overal met veel aandacht omgaan met de belangen van alle partijen. In overleg zijn een aantal uitgangspunten benoemd die centraal staan:

Toekomstig beleid en de toekomstige plannen voor de warmtetransitie zullen we steeds toetsen aan deze uitgangspunten.

Deze transitie moet voor iedereen betaalbaar, haalbaar en begrijpelijk zijn.

Iedereen moet mee kunnen doen

We streven naar de laagste totale (nationale) kosten voor de

warmteoplossing en daarmee ook naar de laagste kosten voor bewoners en bedrijven

De laagste kosten

Denk aan vervangingsmomenten van de aardgasleidingen,

onderhoudsplannen aan gebouwen of grootschalige werkzaamheden.

Logische momenten

Belangrijk om de vraag naar energie in 2050 te beperken en de CO2-uitstoot te minimaliseren. Hierbij is niet alleen oog voor techniek, maar ook voor gedrag.

Energiebesparing

Een zorgvuldig proces dat duidelijk, eerlijk en begrijpelijk is. Dit is een randvoorwaarde om tot draagvlak te komen en de belangen van bewoners en bedrijven in Valkenswaard goed te dienen.

Transparantie

Naast energie en klimaat is er ook aandacht voor bredere milieu-impact en de volksgezondheid (zoals een gezond binnenklimaat) en milieuvriendelijke oplossingen.

Bredere impact

We staan open voor nieuwe ontwikkelingen en inzichten Nieuwe inzichten

(11)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 11

3.2 Hoe kiezen we de verkenningsbuurten?

In deze transitievisie benoemen we mogelijke ‘verkenningsbuurten’. Dit zijn buurten waar de gemeente kansen ziet om vóór 2030 te starten met een verdere verkenning van de mogelijkheden. In verkenningsbuurten onderzoeken we eerst de haalbaarheid. Daarna wordt pas bepaald wanneer verkenningsbuurten van het aardgas af gaan.

Betrokken partijen is gevraagd hoe we eventuele verkenningsbuurten kunnen kiezen. De volgende principes kregen hierbij de voorkeur:

- Laaghangend fruit: Buurten nabij een warmtebron zijn mogelijk makkelijker aardgasvrij te maken.

Door deze gebieden eerst op te pakken kunnen we meer aandacht besteden aan het proces en de lokale inwoners.

- Eenvoud aanpak: Voor buurten met veel dezelfde woningen is het makkelijker een aanpak op te stellen. Is er aanwezigheid van maatschappelijk vastgoed? Dan kan dit een extra reden zijn om eerder met een buurt of bedrijventerrein aan de slag te gaan.

- Slim combineren: Als we werkzaamheden kunnen combineren moeten we dat vooral doen. We kijken naar de planning van woningbouwcorporaties en werkzaamheden aan de openbare ruimte. Dit noemen we koppelkansen. Een verbetering van de sociale verbinding of veiligheid in een buurt wordt ook als een koppelkans gezien.

3.3 Hoe kiezen we de aardgasvrije techniek?

In de transitievisie geven we per buurt aan welke aardgasvrije techniek de voorkeur heeft. Tijdens het opstellen van het buurtuitvoeringsplan wordt de haalbaarheid van deze techniek in meer detail bekeken.

Er wegen dan allerlei aspecten mee. Denk aan kosten, duurzaamheid, betrouwbaarheid en draagvlak onder bewoners en bedrijven. Maar ook hoeveel overlast het geeft om de techniek aan te leggen en wat de ruimtelijke impact is. We maken in buurtuitvoeringsplannen de keuze voor een techniek op grond van de criteria in Figuur 2.

Figuur 2. Eisen waar we een techniek aan toetsen voordat we deze selecteren.

(12)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 12

4 Warmtevraag en warmtebronnen

Dit hoofdstuk beschrijft de warmtevraag van woningen en bedrijven, nu en in de toekomst. Daarbij kijken we naar de hoeveelheid warmte die in een gebied nodig is. Ook kijken we naar de temperatuur die nodig is. Daarna beschrijven we het aanbod van duurzame warmte in Valkenswaard.

De reden om warmtevraag en aanbod in kaart te brengen is om de totale opgave en kansen duidelijk te maken. De inzichten zoals hier omschreven zijn de basis voor:

- De warmtevisie Valkenswaard hoofdstuk 5 - De fasering en planning hoofdstuk 6 - Handvatten bij de uitvoering hoofdstuk 7

Gegevens over de gebouwde omgeving zijn grotendeels afkomstig uit openbare data en deels uit kengetallen van De WarmteTransitieMakers. De Startanalyse van het Planbureau voor de Leefomgeving is gebruikt om inzicht te krijgen in de kosten voor verschillende oplossingen.

4.1 Warmtevraag

In deze paragraaf kijken we eerst naar de warmtebehoefte in Valkenswaard. Dit geeft ons een beeld van de omvang van de opgave in Valkenswaard. Ook bepalen we temperatuurprofielen, daarmee geven we aan welke ‘temperatuur’ nodig is om comfort te bieden in het gebouw. En we analyseren waar de warmtevraag het meest is geconcentreerd, zodat we zien waar een collectieve oplossing overwogen kan worden.

4.1.1 Huidig aardgasverbruik

In Valkenswaard zijn in totaal 14.825 woningen en 1.231 bedrijfspanden.2 Woningbouwcorporaties Woningbelang en Woonbedrijf bezitten een aanzienlijk deel (29%) van de woningen in de gemeente3. Het totale aardgasverbruik in Valkenswaard in 2018 was 975 TJ4. Twee derde van het gasgebruik (650 TJ) werd gebruikt in woningen, de rest (250 TJ) ging naar bedrijven en industrie. Zie Figuur 3.

Het overgrote deel van de woningen en de bedrijven is aangesloten op het aardgasnet. Huishoudens verbruiken aanzienlijk meer energie uit aardgas dan uit elektriciteit (zie Figuur 3). Het stoppen met aardgas is daarom cruciaal in de energietransitie.

Huishoudens gebruiken het aardgas hoofdzakelijk voor:

- Verwarming (~75%) - Warm water (~20%) - Koken (~5%)

2 Bron: BAG

3 Bron: CBS, 2020

4 Bron: Klimaatmonitor, 2018

Een “terajoule” (TJ) is een hoeveelheid energie

1 TJ is gelijk aan de energie van ongeveer 31.600 m3 aardgas Ofwel, 1 TJ is gelijk aan het jaarlijks aardgasverbruik van 21 gemiddelde

woningen

(13)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 13

Figuur 3. Totaal energieverbruik in Valkenswaard in 2018.5

Bij bedrijven hangt het aardgasverbruik sterk af van het type bedrijf. Sommige bedrijven gebruiken aardgas namelijk niet alleen voor verwarming, maar ook in het bedrijfsproces. In Valkenswaard is een groot deel van het gasverbruik van bedrijven toe te kennen aan de industrie en dienstverlening sectoren, zie Figuur 3.

4.1.2 Verdeling van bouwjaren en energielabels

De mogelijkheden voor energiebesparing en voor een nieuwe warmtevoorziening hangen af van het bouwjaar en het energielabel. Figuur 4 toont de pandeigenschappen zoals gevonden voor Valkenswaard.

Het merendeel van de woningen in Valkenswaard is gebouwd tussen 1941-1974. Ongeveer 10% van de woningen zijn vooroorlogse panden. Oudere panden zijn vaak lastig te isoleren en maken het zoeken naar een warmtealternatief extra uitdagend.

Figuur 4 Verdeling van woningeigenschappen in Valkenswaard.

4.1.3 Energiebesparing

Energiebesparing is de eerste en belangrijkste stap. Daarmee verkleinen we onze CO2-uitstoot. Ook is het daarna makkelijker om woningen van het aardgas af te halen. Voor woningcorporaties en eigenaren van kantoorpanden gelden strenge isolatie-eisen: deze panden zullen, waar nodig, in de komende jaren grondig aangepakt worden.

5 Bron: Klimaatmonitor, 2018.

(14)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 14

De verwachting is dat de komende jaren veel woningeigenaren met isolatie aan de slag gaan. Voor woningeigenaren zijn er verschillende redenen om te isoleren:

- Een lagere energierekening - Een lagere CO2-uitstoot

- Meer comfort en een prettig binnenklimaat

De verwachting is dat de overheid actief zal blijven benadrukken dat beter isoleren een voorwaarde is om de nationale energie ambities te realiseren. Als onderwerp zal isoleren dus continu onder de aandacht worden gebracht. Dit kan huizenbezitters motiveren om op een zeker moment de stap te maken, aangezien men zich dan geen ‘achterblijver’ voelt.

4.1.4 Toekomstige warmtevraag

Een gevolg van het beter isoleren van woningen en panden is dat de warmtevraag in de toekomst lager kan worden. Het is dan ook belangrijk om een inschatting te maken van de toekomstige warmtevraag.

De toekomstige warmtevraag is geschat op basis van verwachte energielabelsprongen. Daarbij zijn we uitgegaan van isolatiemaatregelen die economisch rendabel zijn. Figuur 5 laat zien wat landelijk gezien de verwachte energiebesparing is voor een woning. Voor alle woningen in Valkenswaard verwachten we dat de warmtevraag in de toekomst ongeveer 22% lager is dan de huidige warmtevraag.

Voor bedrijfspanden schatten we in dat de warmtevraag in de toekomst ongeveer 30% lager is. Het verbruik van deze panden is meer divers dan huizen. De toekomstige warmtevraag van deze overige panden heeft daardoor een grotere onzekerheid.

Tabel 1. Overzicht van huidige en (verwachte) toekomstige jaarlijkse warmtebehoefte in Valkenswaard.

Huidige warmtevraag (TJ) Toekomstige warmtevraag (TJ)

Woningen 650 500

Bedrijven 180 130

Totaal 830 630

Potentie voor isoleren

Niet elke woning heeft dezelfde potentie voor isolatie:

- Woningen gebouwd voor 1930 en monumenten zijn over het algemeen slecht geïsoleerd.

Bouwtechnisch is het moeilijk en kostbaar om deze woningen ingrijpend te isoleren. Eigenaren mogen of willen niet het aangezicht van dit type woningen aanpassen. Hiermee zijn wel een aantal labelstappen op gebouwschilniveau te behalen, maar een nieuwbouwniveau wordt niet behaald.

- In naoorlogse woningen is vaak al met spouwmuur gebouwd welke eenvoudig geïsoleerd kan worden. In sommige gevallen is het wenselijk om de isolatie in dit type woning flink te verbeteren.

Afhankelijk van de bouwstijl is in woningen gebouwd tussen 1940 en 1975 een grote slag te slaan.

- Woningen die vanaf de jaren ’80 zijn gebouwd hebben tijdens de bouw al een zekere mate van isolatie meegekregen. Hierdoor kan extra-isoleren minder rendabel zijn, aangezien er een minder grote stap te behalen is.

- Woningen van na 2005 zijn dusdanig goed geïsoleerd dat het doorgaans niet zinvol is om extra isolatie toe te voegen.

(15)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 15

Figuur 5. Voorspelde energiebesparing en verbetering van het energielabel door economisch rendabele isolatiemaatregelen.

4.1.5 Hogere, midden of lagere temperatuur

Het is van belang op welke temperatuur warmte beschikbaar moet zijn om comfort te bieden. Dit noemen we het warmteprofiel. De temperatuur waarop de warmte in de woning wordt verspreid moet wel passen.

Een oudere radiator heeft bijvoorbeeld een hogere temperatuur nodig dan vloerverwarming.

Tabel 2 geeft een beknopte toelichting bij de verschillende warmteprofiel temperaturen.

Tabel 2 Toelichting bij verschillende warmteprofielen.

Warmteprofiel Toelichting Hogere

temperatuur

Slecht geïsoleerde woningen (energielabel G of F) met een typisch bouwjaar van voor 1940 hebben een beperkte isolatiemogelijkheden. Het kan bijvoorbeeld zijn dat er geen spouwmuur aanwezig is. Of dat het pand een beschermd aangezicht of monumentenstatus heeft.

Met betaalbare isolatiemaatregelen verwachten we een maximaal energielabel van D of C. Voor deze panden is daarom ook in de toekomst waarschijnlijk een hogere temperatuur nodig. Dit is een temperatuur vanaf ca 70°C.

Midden temperatuur

Woningen met gemiddeld isolatieniveau (energielabel B t/m E) met een typisch bouwjaar tussen 1940 en 2005 kunnen na isolatie goed verwarmd worden met een afgifte-temperatuur van 55 tot 70°C. Dit noemen we ‘midden-temperatuur’.

Lagere temperatuur

Goed geïsoleerde woningen (energielabel A of beter) met een typisch bouwjaar na 2005 kunnen meestal zonder verdere isolatie verwarmd worden met lage temperatuur warmte (<55°C). Er kan wel nog een aanpassing aan de radiatoren of ventilatiesysteem nodig zijn. Een voorbeeld hiervan is een kleine ventilator om lucht langs de verwarming te blazen.

Bedrijfspanden

Voor kantoorpanden gelden vanaf 2023 strengere energie-eisen. Label C is vanaf dan minimaal vereist voor grotere kantoren (>100 m2). Voor kleinere kantoren gelden deze regels niet. De verwachting is dat de eisen voor bedrijfspanden binnen de EU en binnen Nederland verder aangescherpt worden.

Onze verwachting is dat het merendeel van de bedrijfspanden in 2050 geschikt is voor lagere of midden temperatuur warmte. Voor bedrijfspanden moet per pand worden gekeken welke warmtevoorziening volstaat.

(16)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 16

Sommige industrie verbruikt aardgas in productieprocessen. Dit zijn vaak processen op hoge temperatuur waarvoor duurzame warmtebronnen geen direct alternatief zijn6. Het verbruik van proceswarmte is dan ook niet meegenomen in de warmteprofielen in Tabel 3.

Tabel 3 Voorspelde warmteprofielen bedrijfspanden (exclusief industrie).

In Figuur 6 en Figuur 7 zijn voor clusters van woningen, kantoren en overige utiliteit de warmteprofielen voor de woonkernen in Valkenswaard weergegeven. We voorzien dus dat deze temperaturen nodig zijn om comfortabel te kunnen voorzien in de lokale warmtebehoefte.

Figuur 6. Detailweergave van de warmteprofielen van Valkenswaard. Zie Bijlage A voor de totale overzichtskaarten van de gemeente Valkenswaard.

6 Merk op dat bij het verbruik van veel proceswarmte ook kansen kunnen ontstaan voor het hergebruik van restwarmte uit die processen. Het hergebruik van deze restwarmte in een collectief warmtenet kan als duurzaam worden aangemerkt, aangezien deze warmte ander verloren zou gaan.

(17)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 17

Figuur 7 Detailweergave van de warmteprofielen van Borkel & Schaft. Zie Bijlage A voor de totale overzichtskaarten van de gemeente Valkenswaard.

4.1.6 Concentratie van de warmtevraag

Naast de warmteprofielen hebben we de warmtevraagdichtheid in kaart gebracht. De warmtevraagdichtheid geeft aan hoe groot de jaarlijkse warmtebehoefte is in een bepaald gebied. Dit drukken we uit in het aantal gigajoules per hectare (GJ/ha).

Als er in een klein gebied veel behoefte is aan warmte kan een warmtenet worden overwogen. Als er weinig warmtevraag is in een gebied liggen individuele oplossingen (zoals een warmtepomp) of duurzaam gas meer voor de hand.

Figuur 8 laat duidelijk zien dat het centrum van Valkenswaard de hoogste warmtevraagdichtheid kent. De hoge warmtevraagdichtheid voor bedrijventerreinen zoals ten zuidoosten van Valkenswaard is minder betrouwbaar. Dit komt omdat warmtevraagkentallen die gebruikt worden voor utiliteitsfuncties een hogere onzekerheid hebben.

In Figuur 9 is duidelijk te zien dat de warmtevraagdichtheid in Borkel en Schaft een stuk lager is.

(18)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 18

Figuur 8. Detailweergave van de voorspelde warmtevraagdichtheid in Valkenswaard. Zie Bijlage A voor de totale overzichtskaarten van de gemeente Valkenswaard.

Figuur 9. Detailweergave van de voorspelde warmtevraagdichtheid in Borkel en Schaft. Zie Bijlage A voor de totale overzichtskaarten van de gemeente Valkenswaard.

(19)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 19

4.2 Warmtebronnen

In deze paragraaf verleggen we de focus naar mogelijke warmtebronnen en de daarbij behorende warmteoplossing. Zoals eerder genoemd onderscheiden we drie mogelijkheden:

• Individuele oplossingen Warmtepompen

• Collectieve oplossingen Warmtenet

• Duurzaam gas Groen gas, waterstof

Figuur 10 toont een kaart van de gemeente Valkenswaard met daarop locaties van warmtebronnen binnen onze gemeentegrenzen. Een uitgebreide toelichting bij de verschillende bronnen en warmtevoorziening is opgenomen in Bijlage A, Bijlage B en Bijlage C.

Figuur 10. Kaartweergave van de gemeente Valkenswaard met daarop aangegeven de indicatieve locaties voor collectieve warmtebronnen.

(20)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 20

Geconcludeerd wordt dat grootschalige warmtebronnen binnen de gemeente Valkenswaard nu (nog) beperkt beschikbaar zijn. Het meest interessant lijken:

- Thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) uit rivier de Dommel - Restwarmte van de Dommelsch brouwerij

- Warmte uit de ondergrond (diepe of ondiepe geothermie)

Lokaal geproduceerde biomassa en biogas lijken niet voldoende om in onze totale warmtebehoefte te voorzien. Deze bronnen van energie zullen we dus selectief moeten inzetten. Daarbij moeten we ook rekening houden met de publieke perceptie. De Gemeenteraad van Valkenswaard is daarnaast kritisch over de inzet van geothermie.

Waterstof en zonthermie zijn voor de bronnenanalyse ook bekeken.

Beide lijken beperkt haalbaar.

Zonthermie is relatief duur en vraagt veel ruimte (zonneweides).

En voor de (lokale) productie van waterstof is veel duurzame elektriciteit opwek nodig, zie kaders.

Er zijn ook individuele of hybride oplossingen denkbaar.

Voorbeelden zijn warmtepompen.

Een hybride warmtepomp kan zowel elektriciteit als aardgas gebruiken, deze systemen kunnen een interessante tussenstap zijn richting volledig aardgasvrij. Bij

hybride warmtepompen hoeft er minder in de woning te worden aangepast.

4.2.1 Individueel elektrische oplossingen

Individuele oplossingen maken meestal gebruik van elektriciteit.

De komende jaren zal een steeds groter deel van onze elektriciteit duurzaam worden opgewekt. Een voordeel van elektriciteit is dat we het makkelijk kunnen vervoeren.

Als we meer elektriciteit gaan verbruiken, dan moet ons elektriciteitsnet meer kunnen vervoeren. Een uitbreiding van het elektriciteitsnet noemen we

‘verzwaren’. Als we sterk inzetten op individueel elektrische oplossingen, dan moeten we ons elektriciteitsnet dus flink verzwaren. Hiervoor zullen werkzaamheden nodig zijn.

Energiedragers

Onze warmtebehoefte is een behoefte aan energie. Die energie zetten we in voor ons comfort. Voorbeelden zijn ruimteverwarming en warm douchewater. Energie kunnen we in verschillende vormen vervoeren:

Energiedrager Infrastructuur Elektriciteit Elektriciteitsnet Aardgas, waterstofgas Gasnet

Warm water Warmtenet

Het is makkelijk om elektriciteit in warmte om te zetten.

Andersom is helaas minder makkelijk. Van warmte in een warmtenet kunnen we niet weer elektriciteit maken.

Warmtenetten hebben daarom een lokaal karakter.

Elektriciteit voor warmtepompen

Een warmtepomp verbruikt elektriciteit. Het is logisch om deze elektriciteit voor warmtepompen zoveel mogelijk lokaal en duurzaam te produceren. Want als heel Nederland vindt dat windmolens en zonneweides vooral ergens anders moeten komen, dan lukt de energietransitie nooit.

Het elektrisch verbruik van een warmtepomp wordt uitgedrukt met een ‘Coëfficiënt of Performance’ (COP). Een typische COP is 3. Dat getal geeft aan dat de warmtepomp één deel elektriciteit verbruikt om 3 delen warmte te produceren.

Om heel Valkenswaard met warmtepompen te verwarmen is 630 TJ nodig (zie Tabel 1). Dat vraagt dus om ongeveer 210 TJ duurzame elektriciteit. Om dat te maken zijn nodig:

Of ongeveer 6 windmolens

Of ongeveer 163 voetbalvelden met zonneweide

(21)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 21

Een omschrijving bij verschillende individueel elektrische oplossingen is opgenomen in Bijlage A.

Voorbeelden zijn warmtepompen en een elektrische boiler.

4.2.2 Warmtenetten

Het is ook een optie om meerdere woningen op een gedeelde warmtebron aan te sluiten. Hiervoor is een warmtenet nodig. Daarin wordt warm water via leidingen vervoerd tussen bron en afnemer. Leidingen zijn duur, een warmtenet is dus alleen een optie in dorpen en steden met voldoende afnemers. Ook moeten er voldoende warmtebronnen zijn om het warmtenet te voorzien van warmte.

Een warmtenet heeft vaak een lokaal karakter. De hele keten is meestal in handen van één warmtebedrijf. Het warmtebedrijf is dus eigenaar van zowel de warmte als de leidingen. Een afnemer kan hierdoor niet kiezen voor een ander warmtebedrijf, er is geen keuzevrijheid voor de afnemers.

Omdat er doorgaans geen keuzevrijheid is voor afnemers van een warmtenet, hebben warmtebedrijven een ‘natuurlijk monopolie’. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) controleert de warmtebedrijven, zodat deze geen misbruik maken van hun positie. Deze bescherming is ook onderdeel van de Warmtewet.

De temperatuur van het warmtenet wordt meestal in de ontwerpfase gekozen. Belangrijk hierbij zijn de broneigenschappen, maar ook de temperatuur die de afnemers nodig hebben. Als het warmtenet een lage temperatuur levert, dan moeten de aangesloten woningen hier ook geschikt voor zijn.

Als het warmtenet alleen lauw water vervoert spreken we van een bronnet. In de woningen moeten dan ook warmtepompen staan om de temperatuur van dat lauwe water te verhogen. Op deze manier zijn de warmtepompen niet meer afhankelijk van de buitenlucht temperatuur en daardoor zuiniger.

4.2.3 Groen gas oplossingen

In het geval van een groen gas oplossing wordt ingezet op het blijven gebruiken van ons gasnet. Ons gasnet is geschikt (te maken) voor verschillende soorten gassen. Een voordeel is dat veel woningen in Valkenswaard op dit moment al zijn aangesloten op aardgas.

Het is de ambitie om per 2050 niet meer afhankelijk te zijn van aardgas. Het gas in ons gasnet moet dan of groen gas zijn, of het moet bijvoorbeeld waterstof worden.

- Groen gas kan worden gemaakt uit biogas. We maken in onze gemeente alleen niet genoeg biogas om alle huizen op groen gas aan te sluiten. Voor groen gas voorzien we daarom een verdeelvraagstuk waarbij we goed moeten kijken waar groen gas het best kan worden ingezet.

- Waterstof kunnen we maken uit aardgas of met duurzame elektriciteit. Om groene waterstof te produceren is er alleen wel veel meer duurzame elektriciteit nodig. Daarvoor zijn dus meer windmolens of zonneweides nodig.

Warmtewet

Nederland heeft een Warmtewet waarin de spelregels voor warmtenetten staan. Een nieuwe versie van deze wet is in de maak. De verwachting is dat de nieuwe Warmtewet bewoners het recht geeft om aan te sluiten op een warmtenet, maar geen verplichting. Een bewoner houdt dus de vrijheid om zelf voor de woning een andere oplossing te kiezen, mits deze minstens even duurzaam is.

Warmtenet in ‘t Gegraaf

In de wijk ’t Gegraaf in Valkenswaard zijn delen ooit aangesloten op een warmtenet. Dit was een samenwerking tussen Woningstichting Woningbelang en de gemeente. Sinds meerdere decennia is dit warmtenet buiten gebruik. Het merendeel van oude leidingen is verwijderd en het restant is in slechte staat. Dit oude warmtenet biedt dus geen kansen nieuwe ontwikkelingen in de toekomst.

(22)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 22

Zowel biogas als waterstof zijn bij uitstek geschikt voor gebruik in de industrie. Het is dan ook zeer de vraag wanneer en hoeveel er op termijn beschikbaar komt om onze huizen mee te verwarmen.

Groene waterstof is vooralsnog duur en schaars. Dat zal de komende 15 jaar waarschijnlijk zo blijven.

Waterstof is bij uitstek geschikt om hoge temperaturen te maken. Het is dan ook het meest logisch om waterstof in eerste instantie in te zetten daar waar hoge temperaturen noodzakelijk zijn, zoals in de industrie, zwaar transport of het balanceren van het elektriciteitsnet. De waterstofladder van Natuur en Milieu laat dit mooi zien.

Groene waterstof

Waterstof is een energiedrager. We moeten het speciaal maken en voor de ‘groene variant’ hebben we duurzame elektriciteit nodig. Als we kiezen voor groene waterstof moeten we dus ook in gesprek gaan over extra windmolens of extra zonneweides in Valkenswaard. Want als heel Nederland vindt dat windmolens en zonneweides niet in de eigen gemeente mogen komen, dan wordt de energietransitie een erg lastig verhaal.

Het ketenrendement voor de productie van groene waterstof is ongeveer 54%. De voorspelde warmtebehoefte van Valkenswaard is ongeveer 630 TJ (zie Tabel 1). Als we dat volledig met groene waterstof voorzien, dan hebben we bijna 1.200 TJ duurzame elektriciteit nodig om die groene waterstof te kunnen maken.

Om die 1.200 TJ duurzame elektriciteit te maken zijn nodig:

Of ongeveer 32 windmolens

Of ongeveer 910 voetbelvelden met zonneweide

Bovenstaande aantallen kunnen we nu vergelijken met het scenario waarin alle woningen gaan verwarmen met een warmtepomp. Warmtepompen zijn een stuk efficiënter qua elektriciteitsverbruik.

De figuur hieronder geeft weer hoeveel extra windmolens er per scenario bij moeten komen:

Warmtepompen voor heel Valkenswaard

+6 extra windmolens

Groene waterstof voor heel Valkenswaard

+32 extra windmolens

(23)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 23

4.2.4 Hybride oplossingen

Naast de hierboven genoemde oplossingen zijn er ook technieken die van verschillende mogelijkheden gebruik maken. Dit noemen we ‘hybride oplossingen’.

Een voorbeeld is de hybride warmtepomp. Deze maakt het grootste deel van het jaar gebruik van elektriciteit. Alleen op koude winterdagen valt deze techniek terug op aardgas. Ook voor het warme douchewater maakt de hybride warmtepomp gebruik van aardgas.

Met een hybride warmtepomp kan een deel van het aardgasverbruik dus worden vervangen door duurzame elektriciteit. Daarmee kan dus direct al een flinke stap worden gezet. Op termijn zou ook het aardgas kunnen worden vervangen voor een duurzaam alternatief.

Bij de hybride warmtepomp blijft men vooralsnog afhankelijk van aardgas. Daarvoor is ook een aansluiting op het gasnet nodig. De jaarlijkse kosten voor deze aansluiting (vastrecht gas) blijft daardoor ook bestaan.

Vanwege de aansluiting op aardgas zien we de hybride warmtepomp vooral als ‘tussenoplossing’ voor woningen met een uitdagende isolatieopgave. Voor buurten met een oudere panden (lintbebouwing) of monumentale panden kan het ook in de toekomst de meest interessante oplossing zijn waarbij het aardgas op termijn zal worden vervangen door groen gas.

4.2.5 Koppelkansen binnen de energietransitie

De totale energietransitie gaat over een breed aantal duurzame transities. We willen niet alleen onze warmtebehoefte verduurzamen, maar we moeten we ook kijken naar duurzame mobiliteit en verdere verduurzaming van onze elektriciteitsvoorziening.

Ook gaat het binnen de energietransitie niet alleen om ‘opwek’ of ‘hergebruik’ van duurzame energie.

Aspecten als transport en opslag van energie zijn evengoed belangrijk voor een succesvolle transitie.

Duurzame energie heeft immers geen meerwaarde als het niet op de juiste plek en tijdstip beschikbaar is.

Veel aspecten van de energietransitie vragen op enig moment om een investering en aanpassing van onze directe omgeving. Het is daarom slim op altijd te kijken naar koppelkansen, ook binnen de warmtetransitie.

Daarmee willen we kosten en/of overlast voor onze inwoners zoveel mogelijk beperken.

Om koppelkansen te herkennen en benutten is een actieve afstemming nodig tussen betrokken stakeholders. Het is dan ook verstandig om met een werkgroep van stakeholders aan de slag te gaan in bijvoorbeeld buurtuitvoeringsplannen. Met name Enexis zal een centrale stakeholder zijn waarmee het verstandig is om (on)mogelijkheden in een vroeg stadium af te stemmen.

Enkele voorbeelden van ‘koppelkansen’ zijn:

- Verzwaar elektriciteitskabels in één keer voldoende. Maak buurten direct klaar voor een toekomst waarin ruimte is voor zowel warmtepompen, koken op inductie als elektrisch autorijden.

- Maak elektrische laadpalen ook geschikt voor het terug levering aan het elektriciteitsnet. Mogelijk dat elektrische auto’s in de toekomst kunnen helpen bij het (lokaal) stabiliseren van ons elektriciteitsnet.

- Combineer werkzaamheden op een slimme manier zodat overlast en (maatschappelijke) kosten beperkt blijven. Kijk bijvoorbeeld of de aanleg van een warmtenet of het verzwaren van elektrische kabels kan worden gecombineerd met vervangingsmomenten van riolering, lokale (nieuw)bouwplannen en/of herbestrating.

- Onderzoek de mogelijkheid voor lokale benutting van biogas. Misschien is het interessanter om biogas lokaal te gebruiken dan om het over grotere afstanden te transporteren.

(24)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 24

5 Kansrijke warmtevoorziening per buurt

In het vorige hoofdstuk hebben we de warmtevraag en de warmtebronnen in Valkenswaard in kaart gebracht. In dit hoofdstuk brengen we alle informatie samen en maken we een start met het koppelen van de warmtebronnen en de warmtevraag.

Met de warmtevisie Valkenswaard ontstaat een uiteindelijk toekomstbeeld. Dit biedt houvast voor inwoners van onze gemeente.

Dit hoofdstuk geeft een visie op onze warmtevoorziening in 2050. Het is een eindbeeld voor de hele gemeente. Dit eindbeeld ligt nog niet vast. Het verder onderzoeken en bepalen van de uiteindelijke route is onderdeel van Buurtuitvoeringsplannen. In die buurtuitvoeringsplannen voorzien we veel afstemming met lokale inwoners.

Met deze warmtevisie kijken we alvast naar het eindbeeld zoals we die nu voor ogen hebben. Daarmee zorgen we ervoor dat we de schaarse bronnen ook op de slimste plekken inzetten. Elke 5 jaar willen we opnieuw kijken of we het eindbeeld moeten bijstellen.

5.1 Toets op betaalbaarheid

Eén van onze belangrijkste uitgangspunten is dat we zoeken naar de optie met de laagste nationale kosten7. We hebben hierbij ook gebruik gemaakt van de ‘Startanalyse’ van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Een toelichting bij de startanalyse is opgenomen in Bijlage E.

De Startanalyse geeft één voorkeursrichting per ‘CBS- buurt’. Wij zien echter dat elke buurt in Valkenswaard een grote variatie kent. Een voorbeeld hiervan is de variatie van energielabels. Die diversiteit van energielabels laten we zien in Figuur 11 en Figuur 12. We voorzien daarom dat we voor het eindbeeld niet een oplossing per ‘CBS-buurt’

kunnen kiezen. We moeten met meer detail kijken naar onze gemeente.

5.2 Visie Woonwijken

Onze inzichten voor Valkenswaard hebben we verwerkt in een eindbeeld voor Valkenswaard. Dit noemen we de ‘Warmtevisie’ We hebben hierin rekening gehouden met de warmtevraag, duurzame warmtebronnen, maar ook dichtheid van onze bebouwing en de benodigde temperatuur om comfortabel te kunnen verwarmen.

De warmtevisie laat voor verschillende gebieden in Valkenswaard nog in het midden welke oplossing het zal worden. Voor deze plekken is meer onderzoek nodig. Een uiteindelijke richting en keuze willen we later maken in overleg met inwoners.

7 Nationale kosten zijn inclusief de kosten en baten van energiebesparing en alle kosten en investeringen voor de opwek en distributie van stroom en warmte, maar exclusief belastingen, heffingen en subsidies.

De prijs van aardgas

In het najaar van 2021 is de prijs van aardgas sterk toegenomen.

Een variatie van factoren heeft hieraan bijgedragen. Een resultaat is dat de energierekening voor veel huishoudens (veel) hoger zal worden. Hierdoor ligt energiearmoede op de loer voor een aanzienlijk aantal huishoudens. De TvW Valkenswaard voorziet geen oplossing voor mogelijke energiearmoede.

Een keerzijde van de hoge aardgasprijs is dat alternatieven aantrekkelijker worden. Blijven verwarmen met aardgas is immers (veel) duurder geworden. Bovenaan staat het beter isoleren van gebouwen, dat laat zich direct vertalen in een lager gasverbruik.

(25)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 25

Isolatie

In alle gevallen is isolatie een belangrijke eerste stap. Isolatie zorgt voor comfort, verlaagt de energierekening en zorgt dat we meer woningen kunnen verwarmen met de kostbare duurzame energie- en warmtebronnen. De Rijksoverheid heeft bovendien aangekondigd om de aardgasprijzen met extra belastingmaatregelen te laten stijgen. Hierdoor kunnen duurzame warmteoplossingen op termijn beter concurreren met verwarmen via aardgas.

Figuur 11. Overzicht van de energielabels rondom het centrum van Valkenswaard.

Figuur 12. Overzicht van de energielabels nabij woonkern Borkel & Schaft.

(26)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 26

Aardgasvrije oplossing

Voor de aardgasvrije oplossingen is het beeld verschillend over de gemeente. Voor grote delen van Valkenswaard denken we aan individuele oplossingen. In sommige delen kan een warmtenet worden overwogen. Tot slot zijn er enkele oudere linten waar hybride systemen of duurzaam gas interessant is.

Het eindbeeld van de warmtevoorziening is te zien in Figuur 13 en Figuur 14. Op deze kaarten zien we:

Individuele oplossingen

Het buitengebied, buurten waar panden relatief ver uit elkaar liggen of waar het merendeel van de panden al een relatief goed energielabel heeft.

In gebieden met een lagere bebouwingsdichtheid zijn oplossingen per woning het meest voordelig. Dit zijn plekken waar bijvoorbeeld veel vrijstaande huizen of twee-onder-één-kap woningen staan. Of de meer landelijke buitengebieden. Een warmtenet is op deze plekken al snel te kostbaar om aan te leggen, omdat de huizen ver uit elkaar liggen. Als woningen goed geïsoleerd zijn, dan zijn een luchtwarmtepomp of bodemwarmtepomp geschikt. Voor redelijk geïsoleerde woningen ligt het voor de hand om eerst beter te isoleren. Daarna kan een warmtepomp worden ingezet.

In deze gebieden zijn ook klein-collectieve oplossingen een optie. Een voorbeeld is dan een gezamenlijke bodemwarmtepomp voor 3 tot 7 woningen. Via een mini-warmtenet of blokverwarming kunnen deze woningen dan gebruik maken van dezelfde bron.

Kansrijk voor een warmtenet

De kern van Valkenswaard dorp en enkele omliggende buurten.

Voor de kern van Valkenswaard dorp verdient een warmtenet een verdiepende evaluatie. Op deze plek lijkt een gemeentelijk warmtenet het meest kansrijk. Het centrum van Valkenswaard kent een mix van energielabels en vraagprofielen. Een midden temperatuur warmtenet lijkt daarom de logische keuze. De lokale potentie van warmtebronnen zoals aquathermie, restwarmte of geothermie is in theorie voldoende om zo een warmtenet te voorzien.

Overigens betekent de keuze voor een warmtenet niet dat alle woningen daaraan mee moeten doen. Bij goed geïsoleerde woningen kan het aantrekkelijker zijn om alsnog een warmtepomp te nemen.

Individueel of met warmtenet

Delen van Valkenswaard, Dommelen en Borkel & Schaft.

Voor delen van Valkenswaard is nog onzeker wat de meest rendabele oplossing is. Het kan individueel, maar ook met een warmtenet. In deze gebieden is meer onderzoek nodig naar de mogelijkheden.

Wanneer in een aangrenzend gebied een warmtenet gerealiseerd wordt, dan kan dit een kans zijn om een gearceerd gebied ook aan te sluiten op datzelfde warmtenet.

Individueel of groen gas

Lintbebouwing met oudere of lastig te isoleren panden, ofwel bebouwing waar ook in de toekomst een hogere temperatuur warmtebehoefte wordt voorzien.

In een aantal linten en buurten staan vooral oudere woningen en monumentale panden. Voor die gebouwen is de verwachting dat die ook in de toekomst een hogere temperatuur nodig hebben om comfortabel te blijven. Dit zijn met name de rode gebieden in Figuur 6 op pagina 16.

Voor deze gebouwen kan het interessant zijn om de optie van verwarmen met (groen) gas open te houden.

Relevant om daarbij te benoemen is dat daar dan wel een gasnet nodig blijft. Om de afhankelijkheid van aardgas zo veel mogelijk te beperken kan worden gekeken naar hybride warmtepompen en (economisch) haalbare isolatiemaatregelen.

(27)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 27

Figuur 13. Warmtevisie waarbij is ingezoomd op de dorpskernen Valkenswaard & Dommelen.

Figuur 14. Warmtevisie waarbij is ingezoomd op de dorpskernen Borkel & Schaft.

(28)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 28

5.3 Visie bedrijventerreinen

Bedrijven die gevestigd zijn in buurten met een mix van woningen, winkels en kantoren, gaan gelijk op met de rest van de buurt. Het gaat hier om winkels, kantoren, bedrijven die voornamelijk in en rondom het centrum van Valkenswaard liggen.

Voor bedrijventerreinen en kantorenparken zijn aparte plannen nodig. Het doel is om hier zoveel mogelijk aan te sluiten op natuurlijke ontwikkelingen van het bedrijventerrein zelf. Zoals te zien in Figuur 15 heeft Valkenswaard verschillende grotere bedrijventerreinen. De grootste liggen ten zuidoosten van het centrum. Er zijn ook enkele kleinere clusters van bedrijven.

Figuur 16 laat duidelijk zien dat de panden in Borkel en Schaft vooral in particulier eigendom zijn. Verspreid liggen hier ook nog enkele panden met een utiliteitfunctie.

Figuur 15. Verdeling van bezit in het centrum van Valkenswaard, inclusief locaties van bedrijventerreinen.

(29)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 29

Figuur 16. Verdeling van bezit in Borkel en Schaft, woningen zijn hier vooral in particulier eigendom.

5.3.1 Bedrijventerrein

Sommige bedrijven gebruiken aardgas ook in het bedrijfsproces. Ook hoeft niet elk bedrijfspand verwarmd te worden. Opslagloodsen bijvoorbeeld hebben meestal weinig verwarming nodig.

Bedrijventerreinen vragen daarom maatwerk. We voorzien dat er afzonderlijke trajecten nodig zijn om de specifieke behoeften in kaart te krijgen.

Naast technische en financiële argumenten speelt het ook mee in hoeverre bedrijven een gezamenlijke aanpak prefereren. Gezamenlijkheid kan ondernemers ontzorgen. Het kan ook financiële voordelen hebben, denk bijvoorbeeld aan gezamenlijke inkoop.

5.3.2 Kantoren

Kantoren hebben over het algemeen een grotere behoefte aan koeling. Bodemenergie is daarom erg interessant voor kantoren. Warmte die in de zomer aan de gebouwen wordt onttrokken, kan opnieuw worden gebruikt in de winter. Dit kan per gebouw, of voor een cluster gebouwen worden aangelegd. Ook luchtwarmtepompen en luchtkoelers behoren tot de mogelijkheden. Hierbij kan er gekozen worden voor een aanpak waarbij elk bedrijf zelf aanpak en tempo kiest, of voor een gezamenlijke aanpak.

Bij intensief gebruik van de ondergrond is het wel van belang om gezamenlijk op te trekken. Er zal namelijk een ordening nodig zijn van de warme en koude bronnen.

(30)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 30

5.4 Warmtevisie 2050

Als we de denkrichtingen zoals hierboven besproken combineren met de bronnenanalyse, dan kunnen we enkele combinaties opmaken. Het gebied waarvoor een warmtenet als kansrijk is aangemerkt heeft een jaarlijkse warmtebehoefte van ongeveer 135 TJ/jaar. Dit zou grotendeels kunnen worden geleverd vanuit één van de collectieve bronnen, zoals restwarmte, TEO of een geothermie doublet.

Echter, wanneer een warmtenet ook voor het gearceerde gebied in de kern van Valkenswaard wordt overwogen, dan neemt de jaarlijkse warmtebehoefte toe tot ongeveer 325 TJ/jaar. Eén restwarmte bron is dan wellicht niet toereikend om in deze totale behoefte te voorzien. Er zou dan een combinatie van bronnen nodig zijn. Dit maakt de eindoplossing complexer.

Grotere bronnen zoals aquathermie (TEO) zijn mogelijk wel toereikend om een groter deel van Valkenswaard van warmte te voorzien. Keerzijde is dat er dan grote WKO-systemen nodig zijn. Die WKO- systemen zijn niet nodig bij de inzet van geothermie.

Interessant om te vermelden is dat een warmtenet voor Dommelen mogelijk lijkt met restwarmte van de brouwerij. Daarnaast zou de rivier de Dommel kunnen voorzien in de warmtebehoefte van Dommelen.

Diezelfde rivier de Dommel zou ook een warmtebron kunnen zijn voor een klein warmtenet in Borkel &

Schaft. In die woonkern is de warmtevraag ongeveer 9 TJ/jaar.

Duidelijk is wel op te maken dat het voor grote delen van de gemeente het meest geschikt is om over te stappen naar een warmtepomp. Dit is vooral ook omdat de warmtenet of groen gas oplossingen op veel plekken niet haalbaar zijn. Het gaat daarbij vooral om gebieden buiten de bebouwde kom, maar ook enkele delen daarbinnen. Figuur 17 visualiseert de Warmtevisie 2050 voor Valkenswaard.

(31)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 31

Figuur 17. Overzichtskaart Warmtevisie 2050 Valkenswaard, waarin potentiële warmtebronnen worden gecombineerd met mogelijke afzetgebieden.

(32)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 32

6 Wanneer worden de buurten aardgasvrij?

Dit hoofdstuk beschrijft het tijdpad waarin de gemeente Valkenswaard aardgasvrij wil worden. Zo kunnen bewoners, bedrijven, woningcorporaties en de netbeheerder hun investeringen afstemmen op dit voorgesteld tijdspad.

We benadrukken dat de fasering en het tijdspad in dit hoofdstuk een globale planning is. Er blijft ruimte om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen, kansen, bewonersinitiatieven, of initiatieven van bedrijven. Parallel willen we inwoners doorlopend blijven aanmoedigen om gebouwen beter te isoleren.

In hoofdstuk 3 beschreven we wat voorwaarden zijn om een buurt interessant te maken als verkenningsbuurt. In het kader hieronder koppelen we verkenningen ook aan het Klimaatakkoord. Om tot een tijdpad te komen zijn de onderhoudsplanningen van wegen en riolering geïnventariseerd, net als geplande renovaties van bedrijventerreinen. Hiervoor is informatie vanuit gemeente en de werkgroep gebruikt. Ook is er afstemming geweest met inwoners en actieve bewonersgroepen.

Dit alles heeft geleid tot een tijdspad waarbinnen Valkenswaard van het aardgas af gaat. Dit tijdspad is weergegeven in Figuur 18. In paragraaf 6.1 t/m 6.6 geven we vervolgens aanvullende informatie.

Verkenningsbuurt (2022-2035) - Dit zijn buurten waar het mogelijk lijkt om op kortere termijn aardgasvrij te worden. Voor deze buurten starten we in de periode vanaf 2022 met de verkenning om te komen tot een buurtuitvoeringsplan. Hierin staan de haalbaarheid (technisch en financieel) en het betrekken van bewoners, ondernemers en andere lokale partijen centraal. We benadrukken dat we in deze buurten starten met onderzoek, en dat nog niet is besloten wanneer en hoe de buurt van het aardgas gaat. We verwachten dat deze buurten uiterlijk 2035 aardgasvrij kunnen zijn.

Natuurlijk tempo (2022-2050) - Voor deze buurten liggen individuele warmteoplossingen per gebouw voor de hand. De gemeente kiest hier voor een natuurlijk tempo. We pakken niet de hele buurt tegelijk aan, maar kiezen juist voor maximale vrijheid om het gebouw op een logisch moment anders te gaan verwarmen. Dit kan bijvoorbeeld bij een verbouwing of verhuizing of het vervangingsmoment van de aardgasgestookte cv-ketel.

Middellange termijn (2025-2040) - In deze buurten zien we kansen voor een buurtenergiesysteem. Of het is een buurt waar kansen liggen om gezamenlijk aan individuele oplossingen te werken en wijken als geheel aardgasvrij te maken. Op dit moment ontbreken echter directe aanknopingspunten om hier op korte termijn te beginnen. In vergelijking met de verkenningsbuurten is het minder zeker wat de beste oplossingsrichting is. De gemeente wil daarom eerst ervaringen opdoen in de verkenningsbuurten, voordat de focus naar deze buurten verschuift.

Lange termijn (2040-2050) - Voor sommige gebieden, vooral met oude bebouwing, is een combinatie van een (hybride) warmtepomp en groen gas een serieuze optie. De beschikbaarheid en prijs van groen gas is op dit moment nog erg onzeker. Deze gebieden zijn daarom later in de planning gezet:

we wachten de ontwikkelingen rond groen gas af. Wel wil de gemeente bewoners motiveren om eerder al de keuze voor een hybride warmtepomp te overwegen, bijvoorbeeld tijdens natuurlijke vervangingsmomenten van cv-ketels.

Klimaatakkoord &

Verkenningsbuurten

De ambitie in het Klimaatakkoord is om in 2030 minstens 1,5 miljoen huishoudens aardgasvrij te maken.

Dat is ongeveer 20% van alle woningen in Nederland.

Als Valkenswaard streven we er daarom naar om vóór 2030 voor ongeveer 20% van alle woningen te starten met een verdere verkenning van de mogelijkheden.

(33)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 33

Figuur 18 Tijdspad van de warmtetransitie in de gemeente Valkenswaard

(34)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 34

6.1 Verkenningsbuurten Valkenswaard

In dit hoofdstuk benoemen we de buurten waar een verdere verkenning op korte termijn interessant lijkt.

In de gemeente Valkenswaard zijn dit: Brouwershof, Schepelweijen, De Belleman, een deel van Keersopperbeemden, een deel van Agnetendal, het oude lint in Dommelen en een deel van Hoge Akkers.

Ook al lijkt 2050 nu nog ver weg, als gemeente kunnen wij de warmtetransitie van onze gemeente niet voor ons uitschuiven. Wij moeten het proces nú al uitdenken en vormgeven. En daarbij moeten we dat proces ook in de praktijk gaan doorlopen. Op die manier kunnen we actief leren en het proces stap voor stap verbeteren.

Wat gaat er gebeuren?

We starten met een buurtuitvoeringsplan. Daarmee bekijken we de haalbaarheid en financiële gevolgen van verschillende opties. Daarna kan met de bewoners een keuze worden gemaakt. Dit hoeft niet voor de hele buurt dezelfde oplossing te zijn.

Graag benadrukken we dat we in de genoemde verkenningsbuurten starten met onderzoek, zoals weergegeven in Figuur 19. Het ligt nu dus nog niet vast wanneer en hoe de buurt van het aardgas gaat.

In lijn met het Klimaatakkoord kan wel aan 2030 als richtpunt worden gedacht.

Figuur 19 Stappenplan van een buurtuitvoeringplan.

Wanneer?

In de genoemde buurten voorzien we een start van de verkenning tussen 2022-2025. Na het afronden van die verkenning is de buurt nog niet aardgasvrij! Het uitvoeren van de concreet gemaakte plannen neemt meer tijd in beslag. We houden rekening met een totale periode van 5 tot 15 jaar om aardgasvrij te worden, dit hebben we weergegeven in Figuur 20.

Figuur 20 Het aardgasvrij maken van buurten begint met een verkenning, we schatten dat het hele traject om aardgasvrij te worden 5 tot 15 jaar kan duren.

(35)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 35

Waarom hier starten?

De verkenningsbuurten zijn om meerdere redenen uitgekozen:

- Als gemeente willen we in het noorden van Dommelen (Brouwershof, Keersopperbeemden, De Belleman, Schepelweijen en Agnetendal) verkennen of en hoe een warmtenet hier haalbaar zou kunnen zijn. We willen kijken of er een combinatie mogelijk is met restwarmte van de brouwerij, maar ook warmte uit de Dommel kan verder worden onderzocht.

- In het oosten van de Hoge Akkers (bij de Stakenborgakker) willen we verkennen hoe inwoners kunnen worden ondersteund om over te stappen op een individuele oplossing zoals een warmtepomp. En wat er nodig is om de gehele buurt aardgasvrij te maken, zodat het gasnet niet langer nodig is.

- In de lintbebouwing rondom de Bergstraat in Dommelen willen we verkennen hoe deze bewoners kunnen voorbereiden op groen gas. Op korte termijn kan daar een hybride warmtepomp interessant zijn, waarna in de toekomst ook op duurzaam gas kan worden overgegaan.

Elke route richting een aardgasvrije warmtevoorziening vraagt om een maatwerk proces. Als gemeente kunnen we dit proces in de verkenningsbuurten vormgeven. In de jaren erna kunnen we de opgedane kennis gebruiken in de andere delen van onze gemeente.

Verhouding tot het Klimaatakkoord

Gecombineerd liggen er in onze verkenningsbuurten 2.821 woningen. Dat is ongeveer 19% van alle woningen in Valkenswaard. Met de selectie van deze verkenningsbuurten zit Valkenswaard dus op dezelfde lijn als de ambitie zoals gesteld in het Klimaatakkoord.

Disclaimer

We voorzien dat het uitwerken van de plannen voor verkenningsbuurten een aanzienlijke inzet vragen van de gemeentelijke organisatie. Wij zijn hierbij als gemeente grotendeels afhankelijk van de financiële middelen vanuit de Rijksoverheid.

Zonder of met beperkte middelen vanuit het Rijk voorzien we dat het tijdspad zoals geschetst is in deze Transitievisie Warmte moet worden bijgesteld. Dat zal dan ook invloed hebben op de onderzoeken in de voorgestelde verkenningsbuurten.

(36)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 36

6.1.1 Verkenningsbuurt Brouwershof & Schepelweijen

In het noorden van Dommelen zijn we er in de warmtevisie op uitgekomen dat een warmtenet hier interessant kan zijn. Als duurzame warmtebron denken we daarbij aan restwarmte afkomstig van de brouwerij of warmte uit de rivier de Dommel.

De volgende buurteigenschappen zijn aanleiding om hier te starten met een verkenning:

- Er is voldoende warmtevraagdichtheid en warmtevraag.

- Potentiële warmtebronnen zijn de brouwerij en rivier de Dommel, hier is extra onderzoek nodig.

- De bebouwing is relatief homogeen.

- Een midden temperatuur warmtenet lijkt een optie, er zijn dan minder gebouwaanpassingen nodig.

- Woningcorporatie Woningbelang heeft hier een aanzienlijk bezit.

In totaal liggen er in deze verkenningsbuurt 2.571 woningen, dat is 17% van alle woningen in Valkenswaard.

Figuur 21 Verkenningsbuurt voor een warmtenet oplossing

(37)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 37

6.1.2 Verkenningsbuurt Stakenborgakker

In de omgeving van de Stakenborgakker zijn we in de warmtevisie uitgekomen bij een individuele oplossing. Met een verdere verkenning willen we onderzoeken:

- Wat er voor inwoners nodig is om de overstap naar aardgasvrij te maken.

- Hoe de gemeente de inwoners bij deze overstap kan ondersteunen.

- Of het elektriciteitsnet lokaal moet worden verzwaard.

- Of het lokale gasnet op een gegeven moment uit bedrijf kan worden genomen.

De volgende buurteigenschappen zijn aanleiding om hier te starten met een verkenning:

- Er is sprake van relatief homogene bebouwing met een recent bouwjaar.

- Op korte termijn is er wellicht een vervangingsmoment van de huidige cv-ketel .

- Het zijn goed geïsoleerde woningen, er zijn daarom beperkt isolatie-/gebouwmaatregelen nodig bij een overstap naar individuele warmtepompen.

- Zowel een warmtenet als een groen gas oplossing lijken hier niet logisch haalbaar, op termijn voorzien we dat hier dus een individuele oplossing komt.

In totaal liggen er in deze verkenningsbuurt 140 woningen, dat is 1% van alle woningen in Valkenswaard.

Figuur 22 Verkenningsbuurt voor een individuele oplossing

(38)

Transitievisie Warmte Valkenswaard 38

6.1.3 Verkenningsbuurt Oude lint Dommelen

In het oude lint van Dommelen aan de Bergweg voorzien we in de warmtevisie dat groen gas op termijn de aardgasvrije oplossing zal worden. Omdat de panden relatief ouder zijn en een laag energielabel hebben is een individuele oplossing of een warmtenet hier niet direct logisch.

Dit zijn panden welke in aanmerking komen voor een groen gas oplossing. Het gasnet zal hier dus wellicht ook in de toekomst operationeel blijven. Wel kan het interessant zijn om te verkennen in welke panden en onder welke voorwaarden een hybride warmtepomp nu al een deel van het gasverbruik kan vervangen.

De volgende eigenschappen zijn aanleiding om hier te starten met een verkenning:

- Het is een duidelijk afgebakend stuk lintbebouwing met oudere panden.

- Het is interessant om te verkennen of en onder welke voorwaarden hybride warmtepompen kunnen worden ingezet.

In totaal liggen er in deze verkenningsbuurt 110 woningen, dat is bijna 1% van alle woningen in Valkenswaard.

Figuur 23 Verkenningsbuurt voor een groen gas oplossing.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

● Als er naar een individueel elektrische oplossing wordt gekeken dan willen we onze inwoners zoveel mogelijk de ruimte bieden om de overstap te doen wanneer

Op de meeste plekken in de gemeente lijkt een individueel elektrisch oplossing het best Een warmtenet lijkt een optie voor Valkenswaard, maar. mogelijk ook voor Dommelen

Op de meeste plekken in de gemeente lijkt een individueel elektrisch oplossing het best Een warmtenet lijkt een optie voor Valkenswaard, maar. mogelijk ook voor Dommelen

- Haalbaarheid en draagvlak voor een warmtenet in buitenwijken moet verder worden onderzocht. - Haalbaarheid en draagvlak

- Mogelijk dat er nog kansen zijn voor een kleinschalig warmtenet in Borkel. - Een duurzame warmtebron zou de rivier de Dommel kunnen zijn - Als er draagvlak zou

Wanneer het element “genetische” of “aangeboren” ontbreekt, dient geen scorepunt toegekend te worden.. Doctorow: The March tekst 6 http://books.guardian.co.uk tekst 7

[r]

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1