• No results found

De landbouw en

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De landbouw en "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VliJBEID EN

DEMOCRATIE

Zaterdag 15 ·juni 1957 - No. 451

De landbouw en

·de P.B.O.

CZie pag. S>

'-~---"'

WIEKBLAD VAH 0·1 VOLKSPARTIJ VOOR YRUHfiD EN DEMOCRATII

DE SCHAPEN EN DE WOL VEN BIJ HET HUURDEBAT

"Qui se fait brebis, Ie loup Ie tnange".

Een scherper beeld dan de heer Oud met deze woorden precies op het juiste moment tijdens het huurdebat in de Tweede Kamer van de situatie tekende, was moei- lijk te geven geweest.

Ik zou dit gezegde, zo ongeveer liPrak onze fractievoorzitter, de heren ter rechterzijde in herinne- ring willen brengen; er zijn im- mers aan de linkerzijde (socialis- tische) wolven genoeg, die hen met genoegen willen verslinden.

De heer Oud sloeg de spijker 111et deze ernstige en laatste waar- schuwing wel recht op de kop.

Maar wat wil men? De heer Ti- IIanus i s nu eenmaal, politiek ge- sproken, een schaap en al zou men de heer Romme naar zijn na- tuur in dè politieke prentkunst waarschijnlijk eerder als een bok met stevige horens of als een

ste~

kelyarken met scherpe, opstaande pennen willen aanduiden, als het pat om zijn geliefde brede basis is de K.V.P.-leider bereid, zich in YOlle deemoed voor de rode wol- ven in de meest onschuldige aehaapsvacht te steken.

* * *

Die wolven kunnen tevreden zijn: wel bleek een dertig- fl:al van ·de kudde - de gehele A..R.-fractie, het grootste deel der e.H.'s en een negental K.V.P.-ers - de rechtse schaapskooi tijde- lijk te zijn ontvlucht, maar de

dlVerblijvenden waren toch nog U1llim voldoende in aantal om hen

&.t tevredenheid te stemmen en ban (socialisatie-) honger te stil- llm.

De strijd is, althans aan deze a.ijde van het Binnenhof, beslist.

Ons verder commentaar?

Eigenlijk zouden we kunnen vol- staan met hetgeen een inzender iia het "Algemeen Handelsblad"

Slthreef: "De blokkering moet dan Dilaar worden gezien als een boete, dDe het Nederlandse volk wordt opgelegd

va~wege

het succes, dat die Partij van de Arbeid bij de Uatste verkiezingen mocht boe-

ltwn". .

Inderdaad, in een parlementai-

• democratie heeft het volk de

~~&gering

en het parlement, die het wm:lient.

Wanneer er, zoals zelfs de heer 'lftlanus toegaf, in deze kwestie

6ell

discrepantie is opgetreden tus-

SIBI.

de volkswil en de meerder- Heid van de Kamer, dan zal ons

volk bij de volgende Kamerver- kiezing de correctie moeten aan- brengen, welke voor de hand ligt.

Wi~

. hopen, in de gelegenheid te zijn, tJanneer de tijd eenmaal daar is, brede . lagen van ons volk dit '!log eens duidelijk en met de mees- te nadruk onder het oog te bren- gen.

* * *

schuilt er, zo zal men wellicht hier en daar vragen, in die wolf-schaap verhouding niet eni- ge overdrijving?

Ons antwoord kan geen ander zijn dan: driewerf neen.

De socialisten hadden het de twijfelaars toch waarachtig ge- makkelijk genoeg gemaakt om eindelijk over hun vrees om als anti-socialist te worden "gebrand- merkt" heen te komen.

Onze eerste spreker bij het huurdebat, mr. To x o p e u s - d_ie zich als een voortreffelijk, hel- der en gevat woordvoerder heeft doen kennen, van wie wij voor de toekomst grote verwachtingen hebben- heeft er bij de replieken in de Kamer terecht de aandacht op gèvestigd, dat de socialisten er geen doekjes om winden.

Met prijzenswaardige openhar- tigheid heeft de heer Evert Ver- meer, drie dagen voor het Ka- merdebat omtrent de huren be- gon, sprekend voor de socialisti- sche studentenvereniging "Poli- teia" te Rotterdam, verklaard:

"Wil men het huurvraagstuk op- lossen, dan dient socialisatie van het woningbezit op de agenda te staan''.

Voordien had de voorzitter van de P.v.d.A. al eens verklaard: "Er zal een huurverhoging met blok- kering zijn, of er zal geen huur- verhoging zijn".

Welnu, men moet waarlijk wel politiek blind zijn om daaruit niet

~e

enig mogelijke conclusie te trekken, dat de socialisten die he- le bureaucratische rompslomp van het z.g. "Grootboek Woning- verbetering", met zijn nasleep van rijks- en gemeentelijke qverheids- controle, zien als een eerste, be- geerlijke stap in de richting van die openlijk aangeprezen sociali- satie van het woningbezit.

Aan die ·eerste stap heeft de grote meerderheid van de K.V.P.- fractie en hebben drie leden van de C.H.-fractie (de heren Tilanus en Kikkert en jkvr. Wttewaall van Stqetwegen) door hun stem aan het Grootboek-ontwerp te ge-

ven, dus welbewust medegewerkt!

Het is goed, dit vast te leggen en voor de naaste toekomst niet te vergeten.

* * *

ne anti-revolutionairen hebben het moeilijk gehad, met hun twee ministers in "het Kabfnet, die er bij de Kabinetsformatie zozeer prijs op hebben gesteld, beiden weer in de regeringsploeg te wor- den opgenomen.

Zelfs de op dit punt toch zeer voorzichtige "Nieuwe Rotterdam- se Courant" gewaagde

(5

juni) tijdens het huurdebat van steeds meer doordringende "geruchten over meningsverschillen tussen de anti-revolutionaire ministers en de kopstukken uit de anti-revolutio- naire fractie".

En "Het Vaderland" schreef diezelfde dag: "De gestage ach- teruitgang bij de verkiezingen en het ledenverloop bij de anti-rev.

Mr. E. H. TOXOPEUS

.... voort?·effelijk, helder, gevat ....

organisaties wijzen erop, dat deze partij zich niet al te veel meer kan veroorloven wanneer sociaal-eco- nomische principes in het geding zijn. De richting Zijlstra, is er niet in geslaagd, bij de jongste verkie- zingen de teruggang te stuiten en het is dus wel zeer de vraag of de anti-rev. fractie het zal aan- durven, vóór een zaak te stem- men, waar zij zich tegen heeft verklaard".

Het heeft maar weinig ge- scheeld of beide anti-rev.

bewindslieden hadden zich ge·

noopt gevoeld, het veld te ruimen.

Toen dr. Bruins Slot zich op een interruptie van mr. Burger, die hem eraan herinnerde, dat dr.

Schouten zich aan het Kabinet van 1952 wèl gebonden had ge- voeld, spontaan liet ontvallen:

" ... maar wij hebben geen enkele behoefte, ons aan d i t Kabinet ge- bonden te voelen" leek het er een ogenblik op, of het, in deze nach- telijke

b~jeenkomst,

spaak zou lo- pen.

In de volgende vergadering bleek minister Zijlstra de

"ont~

snappings-clausule" echter te heb- ben gevonden. Hij stelde vast, dat de heer Van Eibergen, de eerste .anti-.rev, . W()ord-yo,er~er, ~.IJ.1~~~ -~~··

praktische en geen principiële be- zwaren tegen de huurblokkering had aangevoerd en dat dr. Bruins Slot had toegegeven, dat zijn frac- tie in een vroeger stadium van de Kabinetsformatie de huurblokke- ring had aanvaard, onder voor- behoud van de praktische uitvoer-

baarheid. .

Op grond van deze aanvaard- baarheid, hadden de twee anti- rev. ministers zitting in het Ka- binet genomen en - aldus de mi- nister - "het is ons ook nu ge- bleken, dat wij ten aanzien daar- van niet hebben gedwaald".

Zo was de zaak voor het ogen- blik weer gekramd.

Maar wie de illusie heeft, dat dit huurontwerp geen grote barst heeft veroorzaakt in het reeds zo wankele getimmerte, dat men Ka- binet noemt, is wel een zeer groot optimist.

Tot d i e optimisten behoren wij bepaald niet!

A.W.A.

De voorzitter van onze redac- tie-commissie, de heer A. W. Ab- spoel, zal na het verschijnen van dit nummer tot 8 juli wegens verblijf buitenslands afwezig zijn.

Men wordt dus dringend ver- zocht, correspondentie of kopij, betrekking hebbend op ons week- blad, uitsluitend te zenden aan d~ redactie-secretaris: de heer G.

Stempher, Prinsengracht 1079, Amsterdam-C.

~~~~~~WD~~~~~~~~~~~~~-~-~~~~~

Zaterdag 14 september 1957 - Rotterd~m, stad van de V.V.D. ~

~~~~~*M~~~~~b~~~~~~~ . . ~~~~~~~~~~~6~~~~~~~~~

(2)

Flitsen van Het Binnenhof (I)

Tweede Kamer aanvaardt huurverh09ing en blokkering • Prof.

Oud over de dictatuur van de P.v.d.A. • Overgrote deel van de K.Y.P. en drie leden van de C.H.U. buigen het hoofd voor de wil van de socialisten. Compromis dat het huurprobleem niet oplost.

Z

oals te verwachten wà.s heeft de Tweede Kamer vorige week, dank Bij de steun van de P.v.d.A., het over- grote deel van de K.V.P. (I van de 48 uitgezonderd) en 3 leden van de C.H.U., onder wie de heer Tllanus, de wetsont- werpen tot verhoging van de "oude" hu- ren met 25 % aangenomen, gepaard gaande met blokkering van de helft van de verhoging.

Minister Witte juichte en prof. Rom- me was volgens zijn eigen woorden _zelfs

"gelukkig", want volgens hen was de blokkering (tot welke oplossing profes- sor Romroe het Initiatief heeft genomen) het enige middel om met de P.v.d.A. tot overeenstemming te komen over een huurverhoging en aldus de vastgelopen huurwagen vlot te krijgen.

* * *

W

at voor minister Witte en prof.

Romme een reden was tot jui- chen, vond prof. Oud juist het onbevredi- gende van de toestand. Indien de huur- voorstellen, inclusief de blokkering, ~

leen k~nden worden beoordeeld op zake- lijke gronden, zei hij, zouden ze geen meerderheid vinden in de Kamer.

De huurvoorstellen vormen een poli- tiek compromis. Die kunnen wij in de staatkunde niet missen, maar voorwaar- de is altijd dat ze een probleem oplossen.

We blijven echter, ook na aanneming van de huurvoorstellen, met het huur- probleem tobben. Een nieuw voorstel tot huurverhoging zal opnieuw moeilijkhe- den veroorzaken over al of niet blokke- ren, want de heer Andriessen heeft reeds gezegd, dat hij niets voelt voor verdere blokkering. Daarom Is het eom- promis verwerpelijk.

....

V

an de heer Bomroer (PvdA) heb- ben we het verwijt gehoord, dat sommige leden van de regeringspartijen hun woord niet houden, dat zij hebben gegeven tijdens de kabinetsformatie toen er een afspraak werd gemaakt over de huurverhoging. Prof. Oud maakte er ec:hter op attent, dat er bij een kabineta- formatie geen verbintenissen worden aangegaan. Dat Is volstrekt ongeoor- loofd.

We hebben te stemmen, aldus onze woordvoerder, naar eigen Inzicht op het moment, dat een regeringsvoorstel ter tafel ligt. Als men zich tevoren bindt trekt men zich niets aan van argumen:

ten, die later uit het maatschappelijk leven worden aangevoerd. Ik heb van het begin af aan tijdens de kabinetsformatie telkens gezegd: wij binden ons van te- voren niet.

De heer Van Rijckevorsel van d-e K.V.P heeft de huurvoorstellen een "wet- gevend wangedrocht" genoemd. Als men

~~h t;~oren bindt, zou men verplicht ZIJn voor het wangedrocht te stemmen, d_at men destijds niet voor zich heeft ge- /Zien.

De blokkering is geen voorstel .van de

~regering, maar een denkbeeld, dat is ge- boren in het politiek overleg. Men heeft toen . een afspraak gemaakt. Bij de ver- werpiii.g van de vlootwet in 1925, toen een aantal Katholieken tegenstemde tn strijd met de gemaakte afspraak, is ;,an Anti-Rev. zijde aan het adres van deze Katholieken het verwijt gemaakt van Woordbreuk.

Maar de Christelijk-Historische staats- man De Savornin Lobman heeft toen ge-

•chreve.~: dergelijke verbintenissen zijn fout; giJ verplaatst de besllesingen naar het overleg binnenskamers.

* • •

In het debat heeft de heer Andries-

d

PROF. OUD --·· dictatuur · -

De P.v.d.A. buigt niet als een compro- mis haar niet zint .. Zij wees in 1955 de kreupele huurverhoging af.

Zoals nu de verhoudingen in de Kamer zijn, buigt men het hoofd voor de dicta- tuur van de P.v.d.A. Wie van zichzelf een schaap maakt, wordt door de wolf verslonden, zegt het spreekwoord. Als de leden van de rechterzijde schaap willen zijn, zij besloot prof. Oud onder geJacht, liltten er "links" genoeg wolven om hen te verslinden.

De waarschuwing heeft niet verilin- derd dat de hUurvoorstellen toch zijn aanvaard.

• • •

O

ok onze geestverwant mr. Toxo- peüs had opgemerkt, dat niemand met het compromis tevreden is. Men kan het eens zijn met wat de heer Tilanus heeft gezegd op het congres van de CHU:

zouden wij een referendum houden, dan zou dit complex van wetsontwerpen on- getwijfeld met grote meerderheid worden verworpen. Wanneer nu bijna alle. bur- gers er tegen zijn, waarom zou dan de Kamer deze wetsontwerpen tot wetten.._

verheffen?

De huurden zijn niet oteYreden. Zij moeten alleen maar een verhoging beta- len. Zij kunnen voorlopig niet rekenen op aan te brengen verbeteeringen.

De vèrhuurders hebben liever 12,5 pro_

cent huurverhoging zonder alle narigheid en rompslomp van inschrijving op een grootboek enz.

Als men nagaat hoe de politieke par- tijen er tegenover staan, kan men ook bepaald niet van grote tevredenheid spreken. De P.v.d.A. wenst eigenlijk een huurbelasting. De andere groeperingen zijn er helemaal niet dol op, Negen man- nen van de CHU willen de huurverhoging halveren zonder blokkering. De anti-re- volutionairen hebben alleen maar be- zwaren laten horen tegen de huurwetten, waar de VVD ook niet enthouiaat voor is, integendeel, wij zijn er bijzonder enthou_

sia.st tegen.

• • •

I

n de2le merkwaardige situatie zijn we geraakt door het politieke com- promis. Twee groepen staan tegenover elkaar: de P.v.d.A. wil het huizenbezit socialiseren; de andere groep niet.

Ik wil vooropstellen, aldus de heer To_

xopeüs, dat die blokkering een diep in- grijpen in de rechten van de· eigenaar is, een zó diep ingrijpen, dat dFt alleen maar kan worden gerechtvaardigd door de har- de noodzaak. En die harde noodzaak ont.

breekt nu juist. Daarom 111 dit illgrijpen in de eigendomsrechten bepaald omeebt..

vaardig en oaaanvaardbaar.

Indien men, naar het lmicht van de VVD, de huren volgens een van tevoren vastgesteld plan telkenmale met een kieL ne verhoging omhoog zou hebben ge- bracht en dit tijdig had gedaan, zaten

w:l

nu zeer veel dichter bij de gewenste ren- dabele huur dan wanneer er nu 25 pro- cent bovenop komt.

• • •

N

a de bevrijding heeft de regering de huurprijzen gefixeerd. Daar hebt u nu een ingrijpen in de eigendomsrech- ten en in de economische situatie, de bui- tenwerkingstellen van een economische . wet, dat gerechtvaardigd was. De huren maken op de gezinsbudgetten een zoda- nig grote post uit, dat men niet kon toe- laten - het was sociaal onaanvaardbaar - dat de huren omhoog _zouden vliegen.

Men heeft deze huren echter te lang op hetzelfde peil gelaten en kansen tot ver- hoging voorbij laten gaan. Men had toen dus te maken met een harde noodzaak, hard voor de huiseigenaren, die bij de an_

dere beleggers achterbleven, omdat de waardedaling van het geld voor de huis- eigenaren niet

tot

gevolg had dat zij meer inkomen. kregen.

Door een te lange bevriezing van de huren heeft de regering de huiseigenaren onrechtvaardig behandeld. Dat men niet tot verhoging van de huren is overge- gaan, is begrijpelijk, aldus d.e heer Toxo- peüs, want de groep huurders is veel gro- ter dan die van de verhuurders. Ik heb mij afgevraagd of dat niet mede een van de redenen is waarom het zo lang heeft geduurd. De huurders leggen, politiek ge_

zien, natuurlijk meer gewicht in de schaal.

• • •

fl'hans wordt een huurverhogilig van

.1.

~5 procent voorgesteld. Nadrukke- lijk moet worden gezegd dat 25 procent noodzakelijk is om te komen in de rich- ting van een rendabele huur. Een derge- lijke huurverhoging schreeuwt echter om een directe compensatie. Dat kan niet an- ders. Men kan de mensen niet opleggen:

betaal een kwart van de huurprijs meer, maar je krijgt niet meer loon of inkomen.

Daarom zou een huurverhoging van 12.5 procent beter zijn omdat de compen.

satie dan minder moelijkheden oplevert.

Desgevraagd heeft de minister van Eco- nomische Zaken verklaard dat er door de compensatie 70 miljoen gulden meer \'Tij- komt voor besteding. Is dat in deze tijd van bestedingsbeperking verantwoord?

De minister van Economische Zaken zal niet ontkennen (hij deed dat ook niet) dat de prij2len inderdaad zullen gaan 9tijgen. Dat wordt een nare zaak voor ons allemaal, huurders en verhuurders.

• • •

Hoe meer ik de2le wetsontwerpen heb gelezen, aldus mr. Toxopeüs, en hoe beter ik de door de regering nog aangebrachte wijzigingen heb bestudeerd.

hoe meer ik tot de conclusie ben geko- men dat er geen zakelijke grond voor be- staat. Er is alleen een politieke noodzaak, zoals de heer Ándriessen <KVP> al heeft gezegd. Hij is niet eens zo verheugd over deze oplossing, al zal hij toch voorstem- men. Maar uit de omstandigheid, dat hij heeft gezegd, dat toekomstige huurver- hogingen niet mede mogen worden ge- blokkeerd, blijkt dat hij met de gevon- den oplossing niet tevreden is.

De negen KVP'ers, die hun ontevreden- heid tot uiting brachten door tegen de blokkering te stemmen, waren de heren:

Welter, Du:rnstee, Van Rijckevorsel, Lu- cas, Janssen, Visch, Van der Weijden, Groen en De Vreeze.

De drie leden van de CHU, die hun stem wel gaven aan de blokkering waren de heren Tilanus en Kikkert en jkvr.

Wttewaall van Stoetwegen.

sen van de K.V.P. gewaarschuwd dat als men niet vóórstemt, er niet~

komt van de huurverhoging. Want nog vorige week 'heeft de heer Evert Ver- meer, de voorzitter van de P.v.d.A., in een vergadering te Rotterdam gezegd:

"~r komt huurverhoging met blokke- nng of er komt géén huurverhoging"

De socialisten maken dat blijkbaar uit:

CELLOTHEN E

Voor vacuumver~akking gas· en vochtdiehiJ

Dat gaat lijken op dictatuur.

Wij leven gelukkig in eên vrij land, vervolgde prof. Oud. en de dictatuur van de P.v.d.A. is alleen mogelijk als de an- dere partijen die dictatuur aanvaarden.

Als men onder die dictatuur doorgaat, doet men dat vrijwillig.

LaminerinJan Cell.~p"~ane met

SIDAC

NY

p 0 L V E T H V L E E N

UTRECHT

ook in meer kleurendruk FILMS - ROLLEN - ZAKKEN - PlASTICS - FLESSEN

PAG. I

Alg. Assurantiekantoor van Asback

*

BeroepsllnA.Qderlng

*

lf7potbeken

*

LevellfJVerzekerlngen Offerte • o l l d e r verplichtingen.

Diepenheimaeweg 11, Goor (Ov.) Tel. K 5470-816, b.g.g.: boodschap- pendieDBt.

O

nze VVD-fractie heeft haar stem ook gegeven aan het amendement, dat negen leden van de CHU hadden in- gediend, om de huurverhoging te beper- ken tot 12.5 procent zonder blokkering.

Het werd echter verworpen met 46 tegen 97 stemmen. Onze fractie had daarna geen bezwaar zich te verenigen met een huur- verhoging van 25 procent, maar zij bleef zich verzetten tegen de blokkering, die - echter met 94 tegen 44 stemmen werd aangenomen.

Onze fractie heeft voorts -een amende- ment van de KVP gesteund, volgens het- welk de geblokkeerde gelden uiterlijk 31 december 1970 moeten zijn uitbetaald. Al- leen de PvdA en de communisten bleken daartegen te zijn.

Met uitzondering van de heer Van Leeuwen heeft onze fractie op grond van sociale overwegingen ook haar stem ge- . geven aan het amendement om de niet- verplichte huurverhoging van bedrijfs- panden in ieder geval te beperken tot 11 procent.

Een amendement van de heer AD- driessen, volgens hetwelk reeds gestorte gelden voor een woning, kunnen woJ'Io den gebruikt voor verbetering van an- dere woningen van dezelfde eigenaar vóór het einde 1tan de stortingsplicht, die tot 1 januari 1967 duurt, nam minister Witte over.

Onze fractie heeft ook nog haar steun gegeven aan een K.V.P.-amendement om de rente van 3 procent, die wordt Vel'o

goed over het geblokkeerde geld, te doen wisselen in overeenstemming met de stijging van het promesse-disconto van

de Nederlandsche Bank. Het amendement werd echter met 64 tegen ·78 stemmen verworpen.

Tenslotte heeft onze fractie nog mee- geholpen een amendement van de P.Y.

d.A. te verwerpen. Bij uitbetaling van ge- blokkeerde gelden, die nodig zijn voor aangebrachte verbeteringen, zal teveDII twee-derden van de kosten extra worden uitbetaald om de belasting te voldoen over het vrijgemaakte bedrag. De P.Y.

d.A. wilde voor belasting slechts "een vierde" van de kosten extra uitbetalen.

Bij zitten en opstaan werd het amende- ment verworpen. Alleen de communisten steunden de P.v.d.A.

PROF. ZIJLSTRA

-···· geen altreden ····- ·

Aan het slot van het huurdebat heeft de regering nog even de dreiging boven het hoofd gehangen, dat de Anti-Rev. minister Zijlstra zou aftre- den omdat de voorzitter van de Anti- Rev. tractie, dr. Bruins Slot, zich op be- paald onvriendelijke toon uitliet over het kabinet, waarin twee a.riti-rev. ministen zitting hebben genomén. Tot een uitbal-- sting is het echter niet gekomen omdat minister Zijlstra tenslotte constateerde, dat de Anti-Rev. Kamerfractie alleen zakelijke bezwaren had tegen de huur- voorstellen en geen principiële bezwaren.

Er heerst dus nog steeds gewapende vrede tussen de anti-rev. ministers en de anti-rev. Kamerfractie.

V. v.D.

(3)

* CUM WEEK to.t WEEK

Niet overbodige controle *

B ij haar controle op de boekhoudingen van de Rijksoverheid over 1956 is de Algemene ll.ekenkamer weer op heel wat merkwaardige dingen gestuit.

Aan het ministerie van Oorlog werd in haar ver- slag, dat 44 pagina's beslaat, wel de grootste aan- dacht besteed en dat bleek wel nodig te zijn ook.

Er werd o.m. een omvangrijk overschot aan leger- yoorraden ontdekt, hetgeen de Nederlandse gemeen- schap onnodig geld heeft gekost. Ook in andere op- zichten bleek men het met efficiency en zuinig en doelmatig beheer niet zo nauw te hebben genomen.

. De kranten hebben hierover reeds min of meer aitvoerig geschreven en wij willen er dus op deze plaats niet dieper op ingaan.

Wel blijkt telken jare weer hoe nuttig het werk un de Algemene Rekenkamer is.

De diverse ministeries worden steeds geducht aan de tand gevoeld en in vele gevallen leidt de kritiek

•an de Rekenkamer ook tot permanente bezuinigin- 3en, voortvloeiende uit een meer doelmatig beheer.

Uit de verslagen van de Algemene Rekenkamer JIJlijkt steeds weer, dat de roep om een efficienter werkwijze bij de overheid, een roep, die ons libera- len zeker niet vreemd is, geen kritiek vormt om der wille van de kritiek zelve, of een uitvloeisel is van de wens stokpaardjes te berijden.

Integendeel. Het gevaar, dat de overheid te non- dlalant ·met het geld van zijn burgers omspringt, IWijft latent aanwezig.

Hiertegen zal bij voortduring moeten worden ge- waakt. Vooral in deze tijd, nu de overheid de z.g.

JDestedingsbeperking alom propageert, zal zij zelf het goede voorbeeld dienen te geven.

Een halve eeuw Ned.

Spaarbankbond

O p 8 juni j.l. was het vijftig jaar

geled~,

dat de vertegenwoordigers van vijftien Nederland- se spaarbanken de Nederlandse Spaarbankbond op- .aichtten.

De bond stelt zich ten doel de belangen van de leden-spaarbanken te behartigen, het spaarbank- wezen in Nederland te verbeteren en het sparen te lllevorderen.

Welnu, dat deze bond in de loop van een halve

(f(WW

met groot succes heeft gewerkt, mag genoeg-

~m

bekend zijn.

Om hier slechts enkele sprekende cijfers te noe-

dllen:

In 1930 waren er 151 spaarbanken bij de bond awtgesloten, die aan het einde van dat jaar over een SJPWtrtegoed van haar ·spaarders beschikten van in ttflt2al ruim 341 miljoen gulden. Tien jaar later was 1:hrt aantal aangesloten spaarbanken gestegen tot 180 em het ingelegde kapitaal tot 371 miljoen.

Er was de vorige week dan ook alle aanleiding

~

het gouden jubileum van de Nederlandse Spaar- fuankbond in een feestelijke vergadering te berden-

~-

De voorzitter, onze partijgenoot, mr. J. J.

C.

R.

V'lRII.

der Bilt, opende deze bijeenkomst met een

l:hfhngrijke rede, waarin hij er o.m. bij de overheid

Olp

aandrong er voor te zorgen, dat de animo om te sparen niet tengevolge van fiscale maatregelen ver- slapt en dat het ruilmiddel stabiel blijft.

Een hoogtepunt van deze bijeenkomst was onge- ttwijfeld het feit, dat minister-president, dr. Drees, fuekendmaakte, dat koningin Juliana zich bereid had werklaard het beschermvrouwschap van de bond te awnvaarden.

Ook

wij

wensen de Nederlandse Spaarbankbond

'Vm' h'lrtc

geluk en wij hopen, dat vooral de om-

stl;rc-._.~en

gunstig mogen blijven om haar belang- rijjlk

"uk,

belangrijk voor zeer grote lagen van ons wolk. voort te zetten.

Menselijke vrijheid

iÎil de knel (I)

O nder het opschrift "Menselijke vrijheid in de knel door te veel reglementeringsdrift" gaf

"Hd! Vrije Volk" dezer dagen een verslag van een

rede, die oud-minister mr. dr. J. in 't Veld heeft gehouden op een conferentie, welke was belegd door de dr. Wiardi Beekman Stichting.

"De belaging van de persouolijke vrijheid door overheid en groepen daarbuiten," aldus "Het V rij e Volk", dat was het onderwerp, waarmee verschillen- de vooraanstaande juristen uit de socialistische be- weging zich bezighielden.

"Daarbij vielen keiharde woorden en uitdrukkin- gen", zo vervolgt het blad, "zoals: reglementerings- drift, onduldbare aantasting van de persoonlijke vrij- heid. Maar ook termen als: in het algemeen

r~hts­

bewustzijn levend beginsel van behoorlijk bestuur, discretionaire bevoegdheden'' •

De inleider, die zich een vurig voorstander ver- klaarde van de P.B.O., keerde zich vooral tegen, wat hij noemde, de reglemente.çingsdrift van sommige produkt- en bedrijfschappen. Hij gaf daarbij enkele aan de praktijk ontleende voorbeelden, die wij op deze plaats toch even willen aanhalen:

1.

Een man, die veertig jaar lang boter, kaas, margarine en eieren had verkocht en zijn handel wou uitbreiden met de verkoop van f I es s e n melk, kreeg een onverbiddelijk "neen" op zijn verzoek. Hij miste daarvoor de nodige vakbekwaamheid ...

2. Een 52-jarige boomkweker kreeg ge e n er- kenning (hoewel in het bezit van het vereiste diplo- ma!) omdat hij de laatste tien jaar niet, gedurende tenminste vier jaar· als zodanig werkzaam was ge- weest. De man had niet alleen een diploma, maar had bovendien van 1924 tot 1947 het boomkwekers- vak uitgeoefend.

3. Een Veluwse slager, die principieel bezwaar had tegen het verzekeren van door hem aangekocht vee, werd door het produktschap verplicht vee te

·kopen, dat door anderen was verzekerd. Waartegen hij al evenzeer principiële bezwaren had.

Menselijke vrijheid in de knel (ll)

H et is zeker van belang nader in te gaan op hetgeen mr. dr. In 't Veld verder te zeggen had.

Zo had hij een aantal stellingen geformuleerd, die hij nader toelichtte. Naar socialistische opvatting, zo zeide hij, behoort de overheid leiding te geven aan de maatschappelijke ontwikkeling in economisch- sociaal en cultureel opzicht, maar door deze ontwik- keling ontstaat het gevaar, dat het individu tussen de wielen raakt.,

Tegenover de vermaatschappelijking moet ruimte blijven voor vrije ontwikkeling van de menselijke persoonlijkheid, die niet alleen van de zijde van de overheid belaagd wordt, maar ook door bepaalde belangen kan worden bedreigd (pressure groups), waarbij inleider vooral produkt- en bedrijfschappen noemde, door discretionaire bevoegdheden van het bestuur, terwijl verantwoordelijkheid tegenover een vertegenwoordigend lichaam ontbreekt.

Spreker had niet alleen de bescherming van het individu tegenover de exerutieve op het oog, maar tevens tegenover de legislatieve macht. Ten aan- zien van het parlement is hij ook niet geheel gerust aangezien dit onder invloed van "pressure groups"

kan komen, die haar oordeel bij de afweging van belangen kan beïnvloeden. Mr. In 't Veld noemde hierbij als actueel voorbeeld het huurprobleem.

Twee "pressure groups", aldus spreker, zijn hier aan het werk: die van de huiseigenaren en die van de vakverenigingen. Wanneer men toegeeft aan pres- sure groups is er geen eerlijk afwegen van belangen.

Daar de rechter bij ons het toetsingsrecht aan de grondwet mist, verwacht hij het meest van de pu- blieke opinie ter bescherming van de individu tegen het parlement, waarbij hij er op wees, dat de "hu-

15 .JUNI 1H'7 - PAO, •

I 1917-1957 HULDIGING Mr. P.J. OUD

In de op 3 juni j.I. onder voorzitterschap van Mr.

J. J. Kamp te Rotterdam gehouden bijeenkomst, is een commissie gevormd, bestaande uit afgevaar- digden van de Zuidhollandse afdelingen, bènevens de Centrales Leiden en Dordrecht.

Deze organisatie- en adviescommissie zal in sa- menwerking met de afdelingsbesturen trachten een zo groot mogelijk aantal bezoekers naar de Rotter- damse Rivièra-Hal te brengen.

De commissie bestaat uit:

Ir. L. H. Jocabsen, Delft J. Key, Delft.

Drs. F. J. Hooftman, Gouda.

Jac. A. Hazelaar, Dordrecht.

J. van Dijk, Dordrecht.

Mr. F. Poriheine, Leiden.

J. C. Manssen, Den Haag.

M. J. Mispelblom Beyer, Den Haag.

Mr. J. J. Kamp, Rotterdam.

J. Reitsma, Rotterdam.

T. v. d. Berg Azn., Boskoop.

L. M. Brooshooft, Dirksland.

C. F. Schilling, Delft.

main rights" -con~entie het individuele klachtrecht kent.

Uitvoerig ging mr. In 't Veld in op de bescher- ming van individuele rechten tegenover P.B.O.-licha- men aan de hand van zijn praktijk (als lid van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven) waar- bij hij uiting gaf aan zijn twijfel of er wel voldoende tegenwicht is tegen excessen in de verordeningen.

De verordeningen zijn wel onderworpen aan de goedkeuring van de minister, maar het parlement zal goed doen meer op die verordeningen te letten en de minister ter verantwoording te roepen.

I

l

I

Menselijke vrijheid

in de knel (lil)

I .

I

W ij hebben de heer In 't Veld nogal uitvoerig . geciteerd, omdat het zeker van belang is kennis te nemen van de reacties van deze socialist ten aanzien van de bovengenoemde problemen.

Men kan zich over deze uitlatingen verheugen, omdat er een fors geluid van kritiek in doordringt, kritiek waarvoor zo vele socialisten volkomen doof zijn, tenminste als zij komt uit een niet-socialistische hoek.

Nogmaals, deze zelfbezinning is een opmerkelijk verschijnsel. Doch of het helpen zal?

Wij zijn bevreesd, dat deze kritiek het socialisti- sche streven als zodanig niet aantast en dan is een dergelijke kritiek niet al te veel waard.

Het uitgangspunt moet dan ook anders worden gekozen n.l. dat, als men eenmaal het stelsel kiest, dat de socialistien zo vurig voorstaan, de door mr.

In 't Veld genoemde fouten onvermijdelijk zijn.

Het is als met de tovenaarsleerling, die eenmaal krachten heeft opgeroepen, die hij niet meer vermag te bezweren. Daarom gaat het.

Dit is dan ook het wezenlijke verschil tussen de socialisten en ons.

Wij stellen de rechten van het individu en de vrije ontwikkeling van de persoonlijkheid centraal en ver- geten daarbij zeker de betekenis van de, gemeenschap niet.

Integendeel, zij wordt dienstbaar gemaakt aan de bescherming van de rechten van de individu en de vrije ontwikkeling van de persoonlijkheid.

De socialisten draaien de zaak om en stellen de gemeenschap primair. Dat daarbij in de praktijk de belangen van de individu en de vrije ontwikkeling van de persoonlijkheid noodzakelijkerwijs in het ge- drang moeten komén is duidelijk en o.m. met feiten door mr. In 't Veld aangetoond.

Doch klagen helpt in deze niet als men van een totaal verkeerd uitgangspunt uitgaat.

Dit zcl.l~n de socialisten nimmer toegeven, doch

het geweten knaagt toch ergens en dat is zeker niet

van belang ontbloot.

(4)

Flitsen van Het Binnenhof (11)

Mansholt-privé voorstander van socialisatie van de landbouw•

grond • De .. minister"' Mansholt volgt een andere politiek • H. D.

Louwes: flinke toeslag op de priizen goedkoper dan nationali•

seren • Motie inzake geblokkeerde eigenaarslasten aangenomen

• Zo spoedig mogeliik uitbetalen volgens vast te stellen betalings·

termiinen.

.t Is persoonlijk politicus en niet als

... '"i.

minister in een Kabinet dat een

bepaald landbouwbeleid voert, heeft minister Mansholt vorige week in de Eerste Kamer verklaard:

"Ik ben van mening dat het een wel- daad zou zijn voor de agrarische we- reld en ook voor het gehele Neder- landse volk, indien de grond gemeen- schapsgoed was en ter beschikking zou worden gesteld van de boeren. Ik meen, dat daardoor de structurele ontwikke- ling van de landbouw en ook de be- staanszekerheid en de continuïteit in hoge mate zouden worden gediend".

Als lid· van de regering heeft ,,mi- nister" Mansholt zich echter kunnen vinden in een beleid, waarbij het 'voort.

bestaan van het particuliere eigendom van de grond wordt aanvaard en waar- bij althans voor de gebouwen, zij het met een zekere beperking, de volledige eigenaarslasten worden vergoed.

*

* *

~gen de persoonlijke mening van

.1.

ir. Mansholt, dat de grond eigen- dom van de gemeenschap moet zijn, kwam vooral onze geestverwant, de heer H. D. Louwes, in het geweer. Men moet zich eens voorstellen, zei hij, welk een ommekeer in ons politiek be- stel het zou meebrengen. Alle boeren en tuinders worden dan pachters van de Staat en zij zouden een grote poli- tieke macht vormen, die als een geslo..

ten blok tegenover de Staat zou kun·

nen staan.

En wat zou het kosten wanneer men althans voor de grond een enigszins redelijke vergoeding zou geven. Het zou grote bedragen voor rente en af- lossing vragen. Als ik zaken met de·

minister kon doen, aldus de heer Lou- wes, zou ik zeggen: geef maar een flinke· toeslag op de pri1zen, want dat is heel wat goedkoper dan nationali.

se ren.

*

* *

V

eel belangrijker acht ik, zo ver- volgde de heer Louwes, dat aan een belangrijke bevolkingsgroep hun bezit wordt ontnomen. Misschien zou de minister in de leer kunnen gaan bij Mozes. Mozes was een van de grootste wetgevers voor alle tijden en men kan het een staatsman van heden niet euvel duiden als hij diens voorbeeld volgt. De Mozaïsche wetgeving is een groot pleidooi voor het bezit van de boer. Men kan het o.a. nalezen in Le-

H. D. lOUWBS bezit ontnomen

viticus 25. Ook I Koningen 21 spreekt over de geschiedeDis van de wijngaard van Naboth en laat zien hoe de Is..

raëlitische boer van toen - helemaal buiten de ook door mij verworpen leer van bloed en bodem - aan zijn grond als zijn bezit gehecht was en hoe hij zijn leven wilde geven om dat bezit voor zijn geslacht te handhaven.

Het zou een verarming van ons volks.

bestel zijn wanneer onze boeren. en tuindersstand onthecht zou worden van zijn bezit. Het is een conservatieve

?PVatting om in 1957 nog voor dit Ideaal op te komen, conservatief om- dat zij geboren is uit de rationalistische instelling, die ik in het begin van deze eeuw nog heb meegemaakt en ervaren.

Men dacht toen, zeer rationalistisch, met zijn verstand over deze dingen.

Daaraan ligt een mensbeschouwing, die niet werkelijk is, ten grondslag. Men gaat daarbij uit van mensen, die eco- nomisch goed en braaf handelen. Eén ding is ons echter na 1914 wel duide.

lijk geworden, n.l. dat die mensen niet zo goed en braaf handelen en dat wij daarom het systeem van overheidsbe·

heer als een gevaar moeten zien.

Eén van de gevaarlijkste dingen is macht; deze leidt altijd tot misbruik, zoals in het nationaal-socialisme en het communisme. Een grote macht van de overheid over de grond zou zelfs in ons democratisch bestel tot misbJ:'Uiken leiden en daarom was de heer Louwes m vrij te stellen: op dit punt zijn de minister en zijn partij, de PvdA, dui- delijk conservatief ingesteld. Wat een- maal een vooruitstrevend ideaal was, is door de veranderde omstandigheden geheel anders geworden.

* * *

V

erder vestigde de heer Louwes

er

de aandacht op welk een duur en bureaucratisch onderhoud er zou ko..

men wanneer alle boerderijen vanwege een staatsapparatuur. zouden moeten worden bekeken en wanneer reparaties eerst door zulk een staatsapparaat zou.

den moeten worden goedgevonden, Voorts moet men het gevaar niet voorbijzien dat het bezit in handen van de Staat zou verstarren. Een levende aanpassing van de structuur van de landbouw aan veranderende omstandig.

heden, wordt juist zeer sterk in ge- vaar gebracht wanneer de logge en bureaucratische overheid - iedere overheid - het beheer over de grond zou hebben. Dat mu een element van verstijving en conservatisme in dat be·

heer brengen.

* •

*

T

enslotte trok ~e heer Louwes de conclusie dat de warme sociali..

satie, zij het misschien, blijkens een interruptie, ook door de minister niet volledig bepleit, zeker . Ji(}g V<>orstáii- d~rs vindt; dat er althans mensen zijn, d1e zeer d1cht bij deze opvatting staan.

Daarover is een gesprek mógelijk maar dat is thans theorie. '

Werkelijkheid is echter - en wij mo- gen ~aarvoor niet blind zijn - dat de _koude socialisatie van de grond in vol- le gang is omdat de overheid over eni- ge tijd toch met alle mogelijke midde.

len moet bijspringen om het bestaande gebouwenkapitaal en grondkapitaal als grondslag van het agrarische krediet - want de grond als factor van de kre. · dietwaardigheid neemt in de zienswijze van minister Mansholt maar een zeer geringe plaats in - in stand te hou- den.

Wij moeten ons ervan bewust zijn dat wij ons op die weg bevinden en dat in wezen het landbouwbeleid niet in har- monie is met de gedachte van de be- zitsvorming en de bezitsspreiding. Wan- neer men die wil bevorderen, dan zal men vóór alles ervoor moeten zorgen dat het landbezit in stand wordt ge.

houden. Dat is gespreid bezit bij uit- nemendheid. Dat is in het geheel van ons volksleven zeer waardevol en waard om in stand te worden gehouden, even goed in het Nederland van 1957 als in het Israël van meer dan 3000 jaar ge- leden.

* * *

O

fschoon de heer Louwes de hele blokkering van de eigenaarslas- , ten in de landbouw verwerpt, onder- tekende hij toch mede de motie, waar- in de regering wordt uitgenodigd als..

nog middelen te beramen teneinde de betreffende bedragen zo spoedig moge- lijk tot uitkering te brengen volgens thans vast te stellen betalingstermij-

. I

nen.

Minister Mansholt verklaarde dat het eenvoudig onmogelijk is reeds na de oogst 1957 in begin 1958 deze bedragen uit te keren. Zeker is, dat het niet zal gebeuren voor 1 januari 1959. De uit- helaEng is een zaak van hoge urgentie want het is een verplichting die de overheid heeft aangegaan. Minister :Mansholt deed de toezegging de zaak nog eens met zijn ambtgenoot van Fli·

nanciën te zullen bespreken,

Met 37 tegen 11 stemmen werd de motie aangenomen. De socialisten stem- den tegen.

MINISTER MANSHOLT _ ... privé anders .... -

I

n het betoog ter verdediging van . zijn beleid, zei minister Mansholt over de structuurverbetering: "Indien het zo zou kunnen worden, dat na één generatie er geen bedrijven kleiner dan 10, 12, 15 hectare meer zouden zijn, dan zou dat betekenen dat bij die be-

lG iRJNI I9rt'r - PAG. &

drijven een verhoging van de arbeida- produktiviteit een veel reè1ere kans zou l1ebben dan bij kleine bedrijven van b.v. 7 ha. en minder".

Op de vraag of hij van oordeel was dat de bedrijven beneden 10 hectare binnen tien jaar moeten verdwijnen, ontwoordde de minister: "Neen, ik heb over tien jaar niet gesproken. Ik heb gezegd: er kan een generatie overheen gaan. Ik zou wel willen dat het in een kortere periode zou kunnen. Ik zie het echter helemaal niet als onmogelijk".

Laten wij hopen, zei minister Mans-- holt, dat het in zo'n snel tempo ge- beurt, dat in 20, 30 jaar die kleine be- drijven zijn verdwenen. Akkoord. Ik vrees dat het niet het geval is, aldus de minister, en op den duur niet het geval zal blijken te zijn, Dan ben ik van mening, dat ook langs niet vrij.

willige weg zal moeten worden gesa.

neerd. Dit wil niet zeggen, dat ik van mening ben, dat " degenen, die op een klein bedrijf zitten, moet worden mee- gedeeld dat hun bedrijf zal worden opgeheven en dat het zal uitsterven.

Er moet worden voorkomen dat nieu..

we bedrijven worden geschapen; ook splitsing moet worden voorkomen en kleine bedrijfjes moeten niet door een willekeurige boei' kunnen. worden voort;.

gezet.

Er z.ijn op dit gebied wetsontwerpen i11. voorbereiding. Voorts kan een wets.

ontwerp inzake vestigingseisen worden verwacht. Deze kwesties komen dus nog nader in het parlement aan de orde.

V.v.O.

HUURI{OMEDIE

Ir. G. P. J. E. M, van Weezenbeek schrijft ons:

De in de Tweede Kamer over huur- verhoging en blokkering in eerste in..

stanti~ ge~allen beslissingen zijn

te-

leurstellend.

Ten aanzien van de bezitters van woningen en bedrijfsruimten wordt een verhoging van «le 'bruto-huren van 12%

en 15% per 1 augustus a.s; in het voow..

uitzicht gesteld.

, . , pit l~k~ el!n yerbetedng

va.u

,beteke- · nis, maar bij ·nadere beschouwing blijkt ons slechts een ordinaire fopspeen van verouderd makelij te worden voorge- houden.

Alle na-oorlogse huul'Verhogingen zijn praktisch achterhaald of zelfs voorbijgestreefd door de steeds voort- gaande geldontwaarding.

Door geldontwaarding zijn de opvol- gende Kabinetten er in geslaagd alle tot nu toe ·plaats gehad hebbende m- genaamde huurverhogingen voor de bezitters van huizen te transformeren tot in rook vervliegende illusies.

De socialistische woordvoerder, de heer Bommer, wond er geen doekjes om, om te verhelen dat het in de be·

doeling van zijn partij ligt de zaken op de bestaande voet te blijven voort- zetten.

Zijn uitspraak dat één huurverhoging per vier jaren voldoende is, maakt het gemakkelijk vast te stellen dat ook de thans in het vooruitzicht gestelde

"huurverhoging" ruim de tijd zal krij- ,gen om te verdampen op de gloeiende

plaat van de voortschrijdende devalua- tie, alvorens tot een nieuwe stap zal worden besloten.

Bij het tempo waarin sinds 1945 huurverhoging is tot stand gekomen zorgt de devaluatie er geruisloos voor dat elke vorige stap die gedaan is ter verhoging van het huurpeil reeds ge.

heel is teniet gedaan alvorens met veel politieke bombarie tot de volgende stap wordt overgegaan.

De dode mus van de thans aanha.n..

gige huurverhoging zullen wij boven- dien moeten honoreren met het slikken van de blokkeringspil voor de tranche van de huurverhoging die de huiseige.

naren voor de Staat rouden moeten gaan innen;

De op zichzelf onder de huidige om- standigheden onbehoorlijk lage rente- vergoeding voor deze gedwongen le- ning, wordt van nominaal 3% tot reëel

nihil gereduceerd wanneer wij de te vel\.

wachten verdere geldontwaarding in rekening brengen.

E1.1 is geen redelijke grond aanwezig om te verwachten dat onder regerin..

gen van het type dat in de afgelopen jaren aan het bew~d

was,

in de ko..

mende jaren met een langzamer deva- luatie van de gulden mu Junmen wor.

den volstaan dan in het verleden onver.

mijdelijk bleek.

Al met al kan dus het complex van de in de Tweede Kam~r genomen be..·

slissingen zelfs ~et als een bescheiden stap in een goede richting worden ge- kwalificeerd.

In wezen wordt het in het verleden gevoerde wanbeleid gecontinueerd en zelfs verder verslechterd door de in.

voering van het kwalijke blokkerings.

element.

·Als lichtpunt in de schijnbaar som- ber, situatie mag gelden dat negen le- den van de K.V.P.-fractie door afwijzing der blokkering geweigerd hebben het il·

lussionistische regeringsbeleid· verder te volgen.

Na de demonstratie van onmacht van Kabinet en Tweede Kamermeer- derheid ter zake van het maken van een reëel begin met de oplossing van het huurprobleem, kunnen wij benieuwd zijn naar het standpunt dat de Senaat binnenkort ten deze zal blijken in te nemen.

Anno 1957 staat het hum·probleem, als een kwalijk monument uit de na- latenschap van Seyss Inquart, nog ogenschijnlijk goed geconserveerd in Hollands tuin.

Opvolgende Nederlandse regeringen hebben het gedrocht gekoesterd en nu en dan voor een kwastje camouflage- verf op de buitenkant gezorgd.

Maar het bederf van binnenuit is on- gehinderd voortgegaan en brengt de onvennijdelijke débacle elke dag Z4 uren dichterbij.

Dordrecht, 10 juni '57.

(5)

15 JUNI 1957 - PAG. 5

Ir. S. H. Visser rapport der

over de P.B.O.

Teldersstichting

en het (11)

Conclusie• feitelijk aldus de

onjuist inleider

-.. <WW vorige nummer gaven wij het eerste gedeelte van de kritische beschouwing

\Wle!JI;, welke ir. S. H. Vis s er, te Wassenaar, op zaterdag 1 juni voor de Partijraad vam cle V.V.D. en een aantal genodigden wijdde aan de conclusies en richtlijnen van hett aapport van de Prof. Mr. B. M. Teldersstichting over de publiekrechtelijke be- dliljjlliorganisatie in Nederland.

:or.nend tot zijn slotbeschouwing, stelde de inleider, dat de conclusies van het

r~ in meerderheid niet houdbaar zijn indien men zich plaatst op de basis van

ciQ., lllfal.iteit en bovendien onaanvaardbaar, wanneer men - hetgeen het rapport zijns

1~ verzuimd heeft - de P.B.O. plaatst tegen de achtergrond van onze veran- dèntle maatschappij.

Gblgetwijfeld, zo gaf ook de inleider tQel, i l het rapport een waardevolle com- pNàilfe. Jammer is het echter, dat het de indlrolk wekt, dat de gegevens met een zekere tendentie zijn samengebracht en wel! om

te

kun&en uitmonden in een ernutige waarschuwing tegen de P.B.O.

O};mlervlakkig krijgt men daardoor de ind.'ruk - inleider nam niet aan, dat het dè' bedoeling is geweest - dat het rap- pollt zich tegen de P.B.O. wil verklaren.

~merkelijk achtte hij in dit verband dè· reacties uit kringen, die zich steeds teges de P.B.O. hebben verzet. Enkele comDDentaren spraken te dien aanzien een1 dluidelijke taal, toen de inkt van het

ra~ nog nauwelijks was gedroogd.

Dè! grote fout, die de samenstellers van hete mapport naar zijn mening hebben be- ga;am,, Is, dat zij veel kritiek en vooral de- taUIN!itlek hebben geuit, maar dat zij hetilb!!n verzuimd, voldoende aandacht te gevem aan de grote wijzigingen, die zich in•> dle maatschappij hebben voltrokken se<limt de laatste halve eeuw.

Ziehier de vraag, welke de Telders- stichting z. i. had moeten beantwoorden.

Het rapport is ons dit antwoord echter schuldig gebleven en daarom zijn de con.

clusies van het rapport behalve feitelijk onjuist, ook onvoldoende gefundeerd.

* * *

Bij de uitvoering van de Wet op de bedrijfsorganisatie waren bezwaren te verwachten. Ook kon men rekenen op weerstanden van praktische en ideologi- sche aard. Voor zover mogelijk zijn in verband daarmede in de wet de nodige waarborgen opgenomen. Het wetsontwerp is met de grootst mogelijke meerderheid door de volksvertegenwoordiging aan- vaard.

Gedurende nog geen zeven jaar is de wet thans in werking. In deze korte pe- riode is met ernst gewerkt aan het op- richten van publiekrechtelijke organen.

Steeds heeft daarbij de v r ij w i 11 i g.

h e i d voorop g·estaan.

en onvoldoende gefundePrd, voor de Partijraad

In de afgelopen jaren hebben zich ook de kinderziekten geopenbaard. Deze kin.

derziekten zijn de onvolkomenheden, die wij uHeraard nauwlettend en kritisch moeten beschouwen, maar die wij in haar betekenis evenmin mogen overdrijven.

Daarvoor is de ervaring nog te kort en te gering.

Het grote probleem is niet dat van de onvolkomenheden van de P.B.O. - al wilde inleider het belang ervan niet on- derschatten maar het feit, dat de P.B.O. nog slechts weinig op gang is ge- komen.

Niet onbelangrijk is de ontwikkeling in de landbouw en de visserij en in de sector van de voedselvom;:ziening. Een zekere ontwikkeling is er te constateren in het midden- en kleiJtbedrijf. Zeer schuchter zijn de resultaft!'n in de krin- gen van de groothandel en de industrie.

Moeten wij, aldus inleider, ons over een gebrek aan belangstelling van arbei- ders en ondernemers verheugen? Naar zijn mening: niet. ·

Kunnen wij in de gang van zaken een te drii\tige QPtwikkeling zien, die ons tot de conclusie van afremmen voert? Naar inleiders mening: nog minder!

Wat wij moeten doen is nagaan - in- dien wij de P.B.O. niet willen (hetgeen

niet het standpunt is van de V.V.D.) of indien wij nog eer: eX<tra vertraging wil- len aanbrengen boven die, welke er reeds van nature is (hetgeen de Teldersstich- ting wil) - welk a 1 te r n at i e f wij kunnen stellen.

Welk ander antwoord, zo v,roeg de heer Visser, kunnen wij geven op een door- dachte schets van onze veranderde sa- menleving, dan die van een P.B.O.?

Men vers•ta mij goed: P.B.O. kan voor ons geen dogma zijn, evenmin dus het laatste woord, dat wij over de organisatie van onze samenleving kunnen geven.

We 1 is de P.B.O. ons antwoord op de problematiek, die de samenleving van t h a n s ons stelt.

Als wij on-s zo rieMen - en voor velen zal dit een llelfov:erwinning betekenen - dan kunnen wij met recht zegg.,.n, dat wij er het onze toe bijdragen, dat de maat- schappij zich in v rij h e i d de vormen kan kiezen, die de realiteit als eis stelt.

Daarvoor achtt·e inleider nodig bezin- ning en verdieping van inzicht en de moed, om versleten zaken naar de rom- melzolder te laten verhuizen.

Zo zullen wij moeten leren aanvaarden, dat er in de samenleving een behoefte en een g r o e i e n d e behoei\te bestaat aan economische en sociale ordening.

Bovenal is echter nodig een bezielende voorlichting door hen, die zich dit inzicht hebben verworven, opdat het liberalisme gediend zal worden!

Aldus onze geestverwant ir. S. H. Visser in zijn slotbetoog, waarna de vergadering van de Partijraad korte tijd werd ge- schorst, alvorens de gedachtenwisseling kon beginnen.

Het verslag daarvan laten wij voor de

volgende week. A.W. A.

lllwu"om, zo meende hij, hebben de kri- ticti - en dat zijn er velen, ook in eigen k!!litg" - met het rapport een nogal ge- maJèllr,elijk spel. De kritiek kan zich im·

me<m; baseren op . de studie en de opvat- til\lg van deskundigen, die het zich ten aamden van de maatschappelijke proble- metll minder g'emakkelijk hebben' ge- mlllát dan dè samenstellers van het rap-

pOQlli.

J)E t,ANllBOUW E·N ·f)E P.B.O. NADER BEZIEN

fu.. ViS~~,et: ~u . het . van belang hebben

ge..mt,

~di~n !,Ie ~elders!ltichting ons eem 11'1Sie llad gè'geven op het bestaan en oiWUJifaan van niáchtsgroeperingen, op so~Miaal en • ' economisch · tt;rrein in ·onze samlftllleving.

OGJk in onze kring bestaat de behoefte aalln-bezinning op de plaats en de be- teiJtlmiil; van bijvoorbeeld de vakbeweging delrrat~lbeiders ·en de invloedrijke groepe- riri~ der ondernemers; kortom: op de oiNWmling, die zich in onze maatschappij heedllt voltrokken en zich nog steeds vol- treldtt.

mv

wat belangrijker is - en dat is be- pawld een verwijt - men kan over de

Rmo.

n~t oordelen zonder deze visie en zoMller deze bezinning.

D2murom waren, naar de heer Visser vastilüelde, die liberalen; die de P.B.O.

eeJln gJIIed hart toedragen en er enige ke~~~lllliill van bt:zitten, onthutst toen zij vannHtet rapport kennis konden nemen.

* * *

W'Marom, zo vroeg _hij, wordt er bij- voovfureld met geen woord in het rapport get'e})llt over het fundamentele betoog dat het' llïd van het dagelijks bestuur va~ de V.W.ID., àe heer T. J. Twijnstra, indertijd ovoo· de P.B.O. heeft gehouden in een ledènwergadering van het Verbond van Ned~ndse Werkgevers? ·

Irln dlt>ze in 1952 gehouden redevoering schet$tte de heer Twijnstra de verande- ringg iin omstandigheden rondom de on- derl!J.Ii!m"lling. Ten aanzien van de P.B.O.

VOE:Irdh' dit hem

tot

conclusies, die wel hett tt!gendeel inhièlden van een pleidooi voorr afremmen - en dat, naar de me- niwg; van inleider, op goede gronden.

E!Wumnin had het rapport bijv. mogen V0001ltli,jjp.an aan de bescliouwingen van pl"IO't!. - · F. de Vries, de voorzitter van de '~I Economische Raad, he<t hoog- ste'<'OVg:Ran van de P.B.O.

Irldilmn men, zo betoogde inleider, een rappOt'tt . .schrijft over de P.B.O. in Neder- land(!. unoet men toch aandacht besteden aann ~ghebbende uitlatingen, vooral als • zijj het omgekeerde beogen van een afrenmmen van de P.B.O. In aansluiting hiera:mn citeerde inleider enige gedachten van'll)lrof. De Vries uit diens nieuwjaars- redec w.an 1957, waarvan de· N.R.Grt. in- der:tWjd roftreef, dat daarin ook een voor de libmaal behartigenswaardige visie was; geg,~ven.

VWlt hebben, zo vroeg de heer Visser vervollgens, deze en dergelijke gedachten ons,,.at}f; liberalen, ie zeggen?

Moeilijkheden:· ~ij het tot ltand ,komen · van

, • t ' ' • ~ ••

het Landbouwsch(tp

Naarmate de overheid .zich meer en meer met het economisch leven gaat be- moeien en daaraan richting tracht te ge- ven neemt het aantal overheidsmaatrege- len en -organen toe. Daardoor wordt de structuur van onze maatschappij steeds ingewikkelder.

Nieuwe woorden en begrippen doen hun intrede; waardoor de voorlichting voor de "man uit de praktijk" steeds moeilijker wordt en alleen een aantal in- gewijden nog enig inzicht hebben in de

"beleidsmachinerie". Dit houdt grote ge-

• varen in voor de voortgang van de demo- cratie.

Elke poging om de beleidsorganen te vereenvoudigen, betekent sneller beslui- ten en uitvoeren, grote besparing op per- soneels- en administratiekosten en beter begrip bij de burger.

Dat het in Nederland echter niet zo eenvoudig ligt, wordt wel duidelijk als men de structuur van de landbouworga- nisatie ziet.

Het gescheiden z( ' van de boerenstand in drie organisaties maakte een overkoe- pelend orgaan nodig. Ook met de geor- ganiseerde landarbeiders was overleg no- dig. Wilde ·men naast dit overkoepelend orgaan nog een publiekrechtelijke orga- nisatie bouwen, dan werd het dubbel in- gewikkeld, zodat men het Landbouw- schap maar tegelijkertijd tot publiek- rechtelijk orgaan van de landbouw en tot samenwerkend orgaan van boeren- en

landbouworganisatie~ heeft gemaakt.

Daardoor werd het tevens het raadgevend lichaam van de overheid op landbouw- gebied.

Was er een

Landbouwschap nodig?

Reeds voor de oorlog - in de crisis- jaren - was duidelijk waar te nemen, dat de overheidsbemoeiing met de land·

bouw moest en zou toenemen. Produktie- regelingen, kwaliteitsvoorschriften, ziek- tenbestrijdingsschema's en dergelijke kwamen er op grote schaal en het was niet te voorzien, dat deze zaken na de oorlog alle zouden vervallen.

· Integendeel, de eisen welke aan het landbouwbedrijf, aan de produkten, aan het transport en dergelijke worden ge- steld, worden steeds zwaarder; weten-

schap en techniek gaan steeds vooruit en het aantal regelingen houdt daarmee ge- lijke tred.

Het zou mogelijk geweest zijn deze re- gelingen alle door de overheid te laten uitvoeren. Dit zou echter betekenen, dat de macht en de invloed van de staat op het gehele landbouwbedrijf zeer groot zou worden en er een log staatslichaam zou ontstaan, hetge :n wellicht stroef en geheel volgens papieren richtlijnen zou werken.

Immers, niet •neen in de landbouw werden -de vraagstukken veelvuldiger.

ook in de andere bedrijfstakken was dit het geval.

Zo besloot men de bevoegdheden zoge- naamd functioneel te decentraliseren. Dat wil zeggen, iedere bedrijfstak zou een or- gaan krijgen, dat de voor deze tak nodige maatregelen zelf kan ontwerpen, uitvoe- ren en controleren. Het spreekt vanzelf, dat dit orgaan ook door deze tak van be- drijfsleven moet worden betaald.

Zou d~ overheid dit doen, dan was het orgaan te sterk afhankelijk en bovendien zou het een kwestie van belastingverho- ging of het invoeren van heffingen wor- den. Heffingen waren dus nodig. Het zou ons inziens onbillijk zijn om de huidige bedragen te laten betalen door de land- bouworganisaties en hun leden.

Immers, aan betalen willen velen zich gaarne onttrekken en daar het orgaan voor de gehele landbouw en tuinbouw was bestemd, zou iedereen mee moeten betalen.

De opbouw

Bij het tot stand komen van. het land- bouwschap traden echter grote moeilijk- heden aan het licht. De algemene organi- saties, verenigd in het K.N.L.C., wilden de boeren rechtstreeks laten aansluiten bij het Landbouwschap. Alle boeren en tuinders zouden dan "lid" zijn, zoals bij een waterschap de ingelanden en recht- streeks stemrecht hebben.

Het Landbouwschap zou daardoor rechtstreeks het vertegenwoordigend li- chaam worden van de Nederlandse land- bouw en ook namens boeren en tuinders kunnen spreken. Dit . stuitte echter ep groot verzet bij de andere landbouworga- nisaties en bij de landarbeidersbonden.

Zij wilden het Landbouwschap opbou-

wen op de bestaande organisatie~; Zij kregen gelijk en daarmede is ons inziens een groot deel van het leven aan het Landbouwschap ontnomen.

Daardoor is het contact met en de con- trole van de boeren veel minder gewor•

den. Het is echter een feit.

Het enige, dat men nu nog als boer kan doen is te zorgen voor goede vertegen•

woordigers in de besturen en' vele com- missies. Deze commissies zijn veelal groot en werken daardoor duur en stroef. Im- mers, iedere organisatie moet vertegen- woordigend zijn, meent men. Dit is ons inziens van minder belang.

Zet de juiste mensen op de juiste plaats;

welke organisatie ze vertegenwoordigen, doet er niet toe, als ze maar bekwaam zijn en een goede boerengeest bezitten.

De vertegenwoordiging

Hier stuiten we o: een moeilijk punt.

De arbeidersorganisaties zitten in elk be- stuur en in elke commissie, mensen die vroeger landarbeider zijn geweest, daar- na een orgamsatorische opleiding hebben genoten en na een strenge selectie tot vrijgestelde zijn benoemd.

Zij hebben een goede geest, weten uit ervaring hoe de landarbeider leeft en voelt en hebben de kennis en de tijd om zich aan hun bestuursfunctie te wijden.

Hoe is het bij de boerenvertegenwoordi·

gers? Tussen hun bedrijfsbeslommeringen door gaan ze de vergadering bezoeken.

Vele stukken hebben ze thuis :::êkregen, doch de tijd om te lezen ontbrak.

Wat zullen ze op de vergadering zeg·

gen? Meestal is het luisteren. De stem van de boer spreekt daar niet. Alleen en·

kelen hebben de tijd en de gave om van de bestuursfunctie wat de maken.

Een kaderopleiding voor boeren, die voor het organisatieleven voelen en er voor worden bekwaamd en dan door de landbouworganisa .ies in dienst worden genomen, zou de gewenste oplossing kuv- nen bieden.

D~ landbouw besteedt veel te weinig aandacht aan de vertegenwoordiging. Dit --is momenteel zeer gevaarlijk. Hierdoor mijdt men de invloed c - de voorlichting, die van de zijde van de landbouw zou kunnen worden gegeven.

I,.. G.O.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

lemmeringen, milieutekorten, aanpassingsmoeilijkheden, e.d. ten dele verantwoordelijk moeten worden ge!&gt;teld voor het falen van begaafde studenten. Vooral de fouten

Op 8 juni hebben wij de actualisatieverzoeken ingediend voor uw bestaande vergunning waarin we de volgende zin hebben opgenomen: “De verstrekte vergunningen voor de

Winter heeft nu het compro- mis gesloten dat iepen van PWN binnen 500 meter van een gemeentelijke boom wel worden beheerd, maar andere bomen niet. De afstand van 500 meter zou

Wij zijn van mening dat u het vanuit die rol en verantwoordelijkheid niet kunt maken de rekening bij deze werknemers te leggen en hen vervolgens geen enkel perspectief meer te

Er is bij betrokken partijen behoefte aan toezicht dat minder rigide is en meer ruimte biedt voor houder, toezichthouder en handhaver.. Omdat we de stabiele kindomgeving zo

Het voorstel van de PO-Raad en haar partners om als veld samen te zorgen voor integratie van de stelsels voor onderwijs en kinderopvang, vormt een goede basis voor een gesprek

» Een aanspreekpunt voor geven en vragen (in de popmuziek) zichtbaar maken - zoals een kennispunt of een loket waar makers terecht kunnen voor expertise en

Zijn gemeente en inwoners goed op weg naar inclusieve cliënt- en inwonerparticipatie?. Ga hierover samen in gesprek aan de hand van de vragen bij de vijf 'verkeersborden', de