• No results found

Gemeente Amsterdam

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Gemeente Amsterdam "

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vervoerkamer

Aan

Gemeente Amsterdam

T.a.v. het College van Burgemeester en Wethouders Postbus 202

1000 AE Amsterdam

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)

11 juli 2005 200003/67.B612

Onderwerp

Handhaving van artikel 69, eerste lid, Wp2000

Postbus 16326 Wijnhaven 24 T: [070] 330 33 30 E-mail: info@nmanet.nl

2500 BH Den Haag 2511 GA Den Haag F: [070] 330 33 70 Website: www.nmanet.nl

Geacht college,

Naar aanleiding van de geconstateerde overtreding van artikel 69, eerste lid, Wp2000 met betrekking tot de exploitatie van de IJ-veren heeft de NMa op 25 maart 2005 een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom aan het GVB doen toekomen.

Ingevolge artikel 95, eerste lid, Wp2000 heeft het GVB op 18 april 2005 een schriftelijke zienswijze ingediend bij de NMa. Tijdens de hoorzitting van dinsdag 26 april 2005 heeft het GVB deze schriftelijke zienswijze nader toegelicht. Tevens zijn naar aanleiding van de schriftelijke zienswijze ter zitting door de NMa enkele vragen gesteld aan het GVB. De beantwoording van deze vragen door het GVB heeft op 17 mei 2005 en op 20 mei 2005 plaatsgevonden.

In de zienswijze heeft het GVB verwezen naar een brief van het GVB d.d. 7 maart 2005 met het verzoek aan de minister van Verkeer en Waterstaat de Wp2000 aan te passen. De minister heeft bij brief met als kenmerk DGP/MDV/u.05.01084 aangegeven de wet niet te wijzigen.

De NMa heeft daarom op basis van de vigerende wetgeving en de door het GVB aangeleverde informatie beoordeeld:

- of er sprake is van een overtreding van artikel 69, eerste lid, Wp2000;

- indien dat het geval is, of de NMa over zal gaan tot het opleggen van een last onder

dwangsom om het GVB een einde te laten maken aan de overtreding.

(2)

2 Overtreding van artikel 69, eerste lid

Artikel 69, eerste lid schrijft voor dat een gemeentelijk vervoerbedrijf als bedoeld in artikel 64, tweede lid, onderdelen a tot en met d, geen andere werkzaamheden verricht dan openbaar vervoer, vervoer waarop bij algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 2, tweede lid, dit artikel van toepassing is verklaard, alsmede de werkzaamheden die rechtstreeks samenhangen met het verrichten van dat vervoer.

In het voornemen van de last onder dwangsom heeft de NMa reeds aangegeven dat de IJ-veren activiteiten zijn die op basis van de norm van artikel 69, eerste lid, niet uitgevoerd mogen worden door het GVB. Ook de informatie die het GVB nadien heeft aangeleverd, heeft niet geleid tot een andere conclusie. Met het verrichten van werkzaamheden door het GVB ten behoeve van de IJ- veren is sprake van overtreding van artikel 69, eerste lid. Daarnaast handelt het GVB met het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de IJ-veren niet in overeenstemming met artikel 119 Wp2000, waarin de verplichting is neergelegd de werkzaamheden die niet langer zijn toegestaan over te dragen aan een privaatrechtelijke rechtspersoon.

Noodzaak tot handhavend optreden

Met de afsplitsing van de activiteiten die niet voldoen aan artikel 69, eerste lid, is door de wetgever beoogd te voorkomen dat aanbieders van gemeentelijk openbaar vervoer, in dit geval het GVB, hun marktpositie misbruiken door inkomsten uit de onderhands gegunde concessie in te zetten op aanverwante markten (kruissubsidiëring).

Het bijzondere aan de situatie van het GVB is dat de werkzaamheden voor de IJ-veren niet voldoen aan de vereisten van artikel 69, eerste lid, maar er daarnaast geen sprake is van een concurrerende markt voor de exploitatie van de IJ-veren.

Het GVB heeft bovendien, naar aanleiding van de door de NMa gestelde vragen, informatie verstrekt op 17 en 20 mei jongstleden die niet eerder door het GVB is overlegd. Het betreft hier de jaarrekening van de afdeling Veren, met inbegrip van een accountantsverklaring. Deze jaarrekening wordt jaarlijks opgesteld en aan een accountant voorgelegd. Tot dusverre werd desgevraagd enkel de bijlage bij het jaarverslag van het GVB overlegd. Deze bijlage was ontoereikend om te kunnen beoordelen of er sprake was van een boekhoudkundige scheiding van de IJ-veren en of er sprake is van de inzet van OV-gelden ten behoeve van de exploitatie van de IJ- veren.

De door het GVB overlegde jaarrekening biedt een verdergaand inzicht in de financiële

verhoudingen tussen het GVB en de afdeling Veren. De separate verantwoording van de

financiële gegevens van de afdeling Veren stelt de NMa daarmee beter in staat te beoordelen of

er sprake is van ongeoorloofde kruissubsidiëring. Uit de jaarrekening blijkt dat de afdeling Veren

van het GVB functioneert als een zelfstandige organisatorische eenheid binnen het GVB. De

wettelijk beoogde transparantie wordt met het overhandigen van deze nieuwe financiële gegevens

dan ook geboden aan de NMa.

(3)

3

Op basis van de aangeleverde informatie blijkt vooralsnog geen sprake te zijn van het gebruik van OV-gelden voor de exploitatie van de IJ-veren, ook blijkt er met de commerciële activiteiten een geringe omzet gemoeid te zijn.

Omdat de gemeente niet genoodzaakt en voornemens is de exploitatie van de IJ-veren aan te besteden en uit de jaarrekeningen en bijbehorende accountantsverklaring niet blijkt dat OV- gelden gebruikt worden voor de exploitatie van de IJ-veren acht de NMa het thans niet opportuun om over te gaan tot het opleggen van een last onder dwangsom.

Nadeel voor derden van het niet handhaven is dat het voor derden minder transparant is of OV- gelden die het GVB ontvangt ingezet worden ten behoeve van de exploitatie van de IJ-veren.

De NMa zal in het kader van haar toezicht op artikel 69, eerste lid, Wp2000 de ontwikkelingen binnen het GVB actief volgen. Het gaat daarbij om de toets of OV-gelden niet ingezet worden voor de exploitatie van de IJ-veren en of het aandeel van de commerciële activiteiten niet toeneemt. Daarom verbindt de NMa aan haar beslissing om nu geen last onder dwangsom op te leggen een aantal voorwaarden.

Informatieverplichting

a. Het GVB legt jaarlijks voor 1 juli de jaarrekening van de afdeling Veren over;

b. Het GVB legt jaarlijks voor 1 juli de accountantsverklaring over de jaarrekening over;

c. Het GVB legt jaarlijks voor 1 juli een overzicht van de geldstromen tussen het GVB en de afdeling Veren over en geeft inzicht in de onderbouwing daarvan.

Deze informatieverplichting geeft invulling aan het toezicht op artikel 69, eerste lid, Wp2000. In dit verband wordt er op gewezen dat de NMa in kader van haar toezichthoudende taak op grond van artikel 5:16 Awb de bevoegdheid heeft om inlichtingen te vorderen.

Situaties waarbij de NMa in ieder geval de noodzaak tot afsplitsing opnieuw zal beoordelen d. als de gemeente voornemens is de exploitatie van de IJ-veren aan te besteden en/of

er een verplichting bestaat op nationaal en/of op communautair niveau om deze diensten aan te besteden;

e. in geval van verzelfstandiging van het GVB en het GVB nog beschikt over een onderhands gegunde concessie;

f. indien de omvang van de inkomsten uit commerciële activiteiten van de IJ-veren substantieel toeneemt.

Voor de goede orde merk ik op dat bovenstaande conclusie is gebaseerd op de gegevens zoals

die mij thans ter beschikking staan. Indien de beschreven situatie wijzigt, zal de NMa zonodig

haar oordeel eveneens wijzigen.

(4)

4

Mocht u naar aanleiding van deze brief vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de heer mr. ing. R. Leijenaar (070-3301977) of met mevrouw mr. I.A. van Houten (070-3301978).

Deze brief is in afschrift aan mevrouw Tillij van Houthoff Buruma verstuurd.

Hoogachtend,

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, namens deze:

G.J.L. Zijl

Lid Raad van Bestuur

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van

bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Raad van Bestuur van de

Nederlandse Mededingingsautoriteit, Juridische Dienst, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag. In dit bezwaarschrift

kan een belanghebbende op basis van artikel 7:1a, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, de Raad van

Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit verzoeken in te stemmen met rechtstreeks beroep bij de

administratieve rechter.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De inkomsten die de overheid op deze manier verkrijgt, zouden gebruikt moeten worden voor een campagne ter stimulering van gezonde eetgewoonten.. De eigenaren van

• Je kunt deze uitspraken niet zonder meer als een ‘koude oorlog‘ stemming voor beide blokken beschouwen, want hoewel de mening van Stalin wel voor het Sovjetblok geldt, is

De Verenigde Staten staan be- kend om hun kleine overheid, het Verenigd Koninkrijk zou veel ge- privatiseerd hebben en Frankrijk kent juist een grote staat.. In wer- rr

Op zo’n moment is iemand niet meer in staat om zijn impulsen te beheersen en verleidingen te weerstaan (Baumeister, 2003, Hagger, Wood, Stiff & Chatzisarantis,

Mensen die begeleid worden door een vrijwilliger lossen over het algemeen relatief (ten opzichte van het bedrag dat bij het begin berekend is) meer per maand af dan anderen: 2,4 keer

Daarnaast maakt een aantal monitors en informatiesystemen gebruik van elkaars gegevens (bijvoorbeeld IV3 informatie voor de Gemeentelijke monitor Sociaal Domein).. Stapelingsmonitor

„En dan te bedenken dat we met z’n allen – vorig jaar bezoch- ten nog 200.000 mensen Het Lam Gods – voor het schilderij ston- den, het prachtig vonden en niet beseften

In de begroting 2014 en verder zijn tevens de kosten opgenomen voor de uit- voering van de integrale jeugdgezondheidszorg voor de acht deelnemende Drentse gemeenten. De hoogte van