• No results found

Reglement en procedure Klachtencommissie BOPZ voor Cliënten van Curium- LUMC

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Reglement en procedure Klachtencommissie BOPZ voor Cliënten van Curium- LUMC"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Reglement en procedure

Klachtencommissie BOPZ voor Cliënten van Curium-

LUMC

(2)

Inhoud

1 Reglement klachtencommissie Begripsbepaling

Artikel 1 3

Klachtenprocedure 5

Artikel 2: Indienen van een klacht 5

Artikel 3: Ontvangstbevestiging en 0ntvankelijkheid 5

Artikel 4: Behandeling van de klacht 6

Artikel 5: Beslissing commissie 7

Artikel 6: Beslissing Raad van Bestuur 8

Artikel 7: Beroepsprocedure bij de rechtbank 8

Artikel 8: Archivering en bewaartermijn klachtendossier 9

Overige bepalingen 9

Artikel 9: Overige klachtmogelijkheden 9

Artikel 10: Kosten 9

Artikel 11: Onvoorziene omstandigheden 9

Artikel 12: Werkzaamheden volgens reglement en statuut 9

2 Klachtencommissie

Statuut 10

Inhoud van het statuut 10

Artikel 1: Klachtencommissie 10

Artikel 2: Samenstelling, benoeming, ontslag 10

Artikel 3: Wijzigingen 11

Artikel 4: Overige bepalingen 11

(3)

1 Reglement klachtencommissie BEGRIPSBEPALING

Artikel 1: Begripsbepaling

Voor de toepassing van het bij of krachtens dit statuut en de bijbehorende regeling bepaalde, wordt verstaan onder:

Wet bopz Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen

Wkkgz Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg

Bestuur Het orgaan dat eindverantwoordelijk is voor de dagelijkse gang van zaken binnen de zorgaanbieder; de Raad van Bestuur van de zorgaanbieder.

Geneesheer–directeur De door de zorgaanbieder aangewezen arts, in dienst van de zorgaanbieder en verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken op het terrein van zorg en de verlening van verplichte zorg;

De geneesheer-directeur is vanuit de Raad van Bestuur gemandateerd voor de uitvoering van de vereisten met betrekking tot klachtrecht vanuit de WKKGZ , de Wet BOPZ, de Jeugdwet en WMO

Klachtencommissie De door de Raad van Bestuur ingestelde klachtencommissie die tot taak heeft klachten te onderzoeken en te behandelen, resulterend in een uitspraak over de gegrondheid van de klacht al dan niet voorzien van aanbevelingen.

Klachtenfunctionaris Door de zorgaanbieder aangestelde persoon die patiënten kan voorzien van advies en informatie en begeleiding met betrekking tot de klachtenprocedure en die zelfstandig en onafhankelijk kan onderzoeken of het mogelijk is om tot een oplossing van de klacht te komen.

Inspecteur De bevoegde regionale inspecteur van het staatstoezicht op de volksgezondheid.

Klacht (Bopz) Onder klacht, uit hoofde van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet bopz), kan worden verstaan:

Een op schrift gesteld en met redenen omkleed bezwaar dat zich richt tegen een beslissing jegens de cliënt als omschreven in artikel 41 van de Wet bopz te weten:

- De kwalificatie van wilsonbekwaamheid;

- Het toepassen van dwangbehandeling;

- Het toepassen van middelen of maatregelen;

- Het beperken van de fundamentele vrijheden in de zin van art. 40 Wet bopz;

- De beslissing tot het niet toepassen van het overeengekomen behandelingsplan.

Klacht (Wkkgz) Onder klacht, uit hoofde van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz), kan worden verstaan:

Een op schrift gesteld bezwaar tegen beslissingen of gedragingen in het kader van de zorgverlening door voor de

(4)

zorgaanbieder werkzame personen, of van de zorgaanbieder zelf.

Patiënt Ieder die door of vanwege de instelling wordt onderzocht, behandeld, begeleid, verpleegd of verzorgd.

Medewerker Ieder die werkzaam is voor de zorgaanbieder.

Klager (Bopz) Onder klager, uit hoofde van de Wet bopz, kan worden verstaan:

- de betreffende cliënt,

- diens ouders, dan wel één van hen, voor zover zij niet van het gezag zijn ontheven of ontzet,

- elke meerderjarige bloedverwant in rechte lijn, niet zijnde een ouder, en in de zijlijn tot en met de tweede graad,

- diens wettelijke vertegenwoordiger,

- elke andere in het ziekenhuis verblijvende patiënt.

Klager (Wkkgz) Onder klager, uit hoofde van de Wkkgz, kan worden verstaan:

- de betreffende cliënt,

- diens wettelijk vertegenwoordiger, - diens gemachtigde,

- diens nabestaanden.

Vertegenwoordiger De persoon of personen die een zorgaanbieder op grond van enige wettelijke bepaling in plaats van of naast de cliënt moet betrekken bij de nakoming van verplichtingen jegens de cliënt.

Verweerder De voor de zorgaanbieder werkzame persoon, dan wel de zorgaanbieder tegen wie de klacht zich richt.

(5)

KLACHTENPROCEDURE

Artikel 2: Indienen van een klacht 1. Een klacht uit hoofde van:

- de Wkkgz dient schriftelijk te worden ingediend bij de klachtenfunctionaris. De klachtenfunctionaris informeert over de klachtmogelijkheden en onderzoekt, indien klager dit wenst, of het mogelijk is om laagdrempelig tot een oplossing te komen voor de klacht. Indien het niet gelukt is om in de informele fase tot een oplossing te komen, of indien de patiënt dit direct wenst, kan de klacht worden voorgelegd aan de onafhankelijke klachtencommissie met een verzoek te komen tot een bemiddeling of behandeling van de klacht. Bij het indienen van een klacht kan klager zich laten ondersteunen door een patiëntenvertrouwenspersoon, familievertrouwenspersoon of andere vertrouwenspersoon.

- de Wet Bopz wordt schriftelijk ingediend bij het secretariaat van de klachtencommissie.

2. Het klaagschrift bevat minimaal:

- Naam en contactgegevens van klager (tenminste adres en telefoonnummer), - Naam van de zorgerverlener(s) tegen wie de klacht zich richt,

- Omschrijving van de klacht, voorzien van data en feiten rond de gedragingen waarover wordt geklaagd.

3. Met indiening van een klacht uit hoofde van de Wkkgz bij de klachtencommissie gaat klager akkoord met verlenging van de wettelijke termijn voor klachtbehandeling met ten hoogste vier weken, ten einde een zorgvuldig onderzoek van een Wkkgz-klacht mogelijk te maken (zoals bepaald in artikel 17 Wkkgz). De klager maakt bij indiening van de klacht kenbaar op welke wijze hij zijn klacht behandeld zou willen zien (bemiddeling of hoorzitting).

Artikel 3: Ontvangstbevestiging en ontvankelijkheid

1. De klager ontvangt binnen drie werkdagen na ontvangst van de klacht een schriftelijke ontvangstbevestiging.

2. Een afschrift van de klacht wordt binnen drie werkdagen nadat de klacht ontvankelijk is verklaard toegezonden aan degene op wie de klacht betrekking heeft.

3. Klachten worden in behandeling genomen tot uiterlijk 5 jaar na de gedraging waarover geklaagd wordt. Op gemotiveerd verzoek van klager kan de commissie, indien zij daartoe gronden ziet, voornoemde termijn verlengen.

4. Een klacht wordt buiten behandeling gelaten indien blijkt dat een gelijke klacht (van dezelfde klager) nog in behandeling is of reeds behandeld is.

5. Een klacht kan niet ontvankelijk worden verklaard indien:

- de klacht niet valt onder het begrip ‘klacht’ zoals bepaald in artikel 1 van dit reglement,

- de klacht de termijn genoemd in artikel 3 lid 4 overschrijdt,

- de klacht wordt ingediend door een persoon die geen klager is in de zin het begrip

‘klager’ zoals bepaald in artikel 1 van dit reglement.

6. Indien een klacht wordt ingediend namens een cliënt (en niet door cliënt zelf), staat het de commissie vrij om te toetsen of de klacht wordt ondersteund door de betreffende cliënt en of de cliënt kan instemmen met behandeling van de klacht door de commissie. Als de cliënt de klacht niet ondersteund en/of niet instemt met behandeling door de commissie, kan de commissie de klacht aanmerken als niet ontvankelijk.

Wanneer de cliënt instemt met behandeling van de klacht door de commissie, maar niet instemt met dossieronderzoek ten behoeve van de klachtbehandeling, kan de klachtencommissie beslissen de klacht niet in behandeling te nemen.

7. De commissie behandelt een klacht niet indien:

- de klacht betrekking heeft op het vaststellen van een schadevergoeding, - de klacht betrekking heeft op financiële aspecten van de zorgverlening,

(6)

- - de klacht dusdanig van aard is dat de klachtencommissie van mening is dat een zorgvuldig onderzoek niet mogelijk is.

8. Indien een klacht of de klager niet ontvankelijk wordt verklaard of indien de commissie zich niet bevoegd verklaart om de klacht in behandeling te nemen, doet zij hiervan met redenen omkleed mededeling aan de bij de procedure betrokken partijen.

Artikel 4: Behandeling van de klacht

1. De klager en verweerder(s) worden in alle stadia van de klachtenbehandeling door de commissie geïnformeerd over de voortgang van de behandeling.

2. In het belang van de behandeling van de klacht door de klachtencommissie dient de verweerder, of een door de zorgaanbieder aan te wijzen waarnemer, schriftelijk een toelichting te geven op de ingediende klacht binnen een door de commissie te bepalen termijn.

3. De klager ontvangt bij de behandeling van de klacht het verzoek de commissie schriftelijk te machtigen voor inzage en afschrift van het patiëntendossier voor zover dit voor de behandeling van de klacht nodig is.

Bij de start van de behandeling van de klacht geven klager en verweerder desgevraagd aan het secretariaat door op welke momenten zij absoluut verhinderd zijn, opdat zo spoedig mogelijk kan worden aanvangen met de planning van een bemiddeling of hoorzitting.

BEMIDDELING

4. Een klager uit hoofde van de Wkkgz kan bij het indienen van de klacht de commissie verzoeken om te onderzoeken of de klacht door middel van bemiddeling kan worden weggenomen.

a. Een onafhankelijke en gekwalificeerde bemiddelaar of lid van de klachtencommissie, niet in dienst van GGZ Rivierduinen, wordt, via het secretariaat van de klachtencommissie, ingezet om te komen tot een voor alle betrokkenen aanvaardbare oplossing van de klacht een bemiddelingsgesprek te voeren met als doel te komen tot oplossingen of afspraken waarmee de klacht kan worden weggenomen.

b. Een bemiddelingsgesprek dient binnen 14 dagen te hebben plaats gevonden.

c. Indien de bemiddeling tot een voor klager en verweerder bevredigend resultaat heeft geleid ontvangt de geneesheer-directeur hiervan bericht. De geneesheer-directeur stuurt klager, verweerder en de klachtenfunctionaris vervolgens een afsluitbericht.

d. Indien het resultaat van de bemiddeling niet naar genoegen van de klager is, kan hij verzoeken dat de commissie de klacht in een hoorzitting behandeld. Degene die optreedt als bemiddelaar neemt niet deel aan verdere behandeling van de klacht op een hoorzitting, informatie uit de bemiddeling wordt buiten beschouwing gelaten.

5. Bij klachten zoals vermeldt in artikel 41 Wet bopz, wordt geen bemiddeling aangeboden; deze klachten worden altijd door de commissie in een hoorzitting behandeld.

SCHORSING

6. Op een daartoe ingediend schriftelijk verzoek door de klager kan de commissie de beslissing waartegen een klacht, uit hoofde van de Wet bopz en Wkkgz, zich richt schorsen. De commissie beslist, gehoord hebbende de geneesheer-directeur van de instelling, zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen drie werkdagen na ontvangst van het schorsingsverzoek. De werking van de schorsing eindigt op het moment dat de klacht wordt ingetrokken of op het moment dat de commissie beslist op de klacht.

HOORZITTING

7. De commissie hoort klager en verweerder(s) in een gezamenlijke zitting.

a. Medewerkers zijn verplicht om aan oproepen van de commissie om ter zitting te verschijnen gevolg te geven of zich te laten waarnemen en hiervan de commissie in kennis te stellen.

(7)

b. De behandeling van de klacht door de commissie geschiedt met gesloten deuren. Het is verboden om beeld- en geluidsopnames te maken tijdens de zitting.

c. Bij de hoorzitting is niemand anders aanwezig buiten (vertegenwoordigers van) klager en verweerder(s), tenzij vooraf schriftelijk aangemeld en gehonoreerd door de commissie. Zowel klager als verweerder kunnen zich bij de behandeling van de klacht doen bijstaan door een door hen aan te wijzen vertrouwenspersoon. De naam van de vertrouwenspersoon wordt tijdig schriftelijk aan de commissie doorgegeven.

d. De hoorzitting vindt in de regel plaats op de locatie (of daarvoor aangewezen vergadercentrum) waar behandeling van klager plaatsvindt of heeft plaatsgevonden.

e. De commissie kan indien er sprake is van zwaarwegende redenen, al dan niet op verzoek van klager of aangeklaagde(n), betrokkenen buiten elkaars tegenwoordigheid horen. In dat geval wordt de zakelijke inhoud van hetgeen door de ene partij is verklaard aan de andere partij kenbaar gemaakt. Indien betrokkenen gescheiden zijn gehoord kan de commissie besluiten nogmaals te horen, al dan niet gescheiden. De beslissing tot het honoreren van een verzoek om gescheiden te horen ligt bij de voorzitter van de commissie.

f. Indien de klager de Nederlandse taal onvoldoende beheerst, voorziet de commissie in vertaling van de relevante stukken en zo nodig in bijstand van een tolk ter zitting.

7. Voor een hoorzitting wordt een zittingscommissie geformeerd, bestaande uit drie leden van de klachtencommissie.

a. De zittingscommissie wordt zodanig samengesteld dat een deskundige en zorgvuldige beslissing op de klacht gewaarborgd is. Een klacht wordt behandeld door ten minste drie leden van de commissie, waarbij in ieder geval een jurist/voorzitter, en in het geval van een klacht op grond van de Wet bopz een psychiater, deel uitmaken van de commissie.

b. Aan de behandeling van een klacht wordt niet deelgenomen door een persoon tegen wiens beslissing of gedraging de klacht is gericht, of door een persoon die op een andere manier bij de klacht betrokken is.

c. Zowel de klager als verweerder worden geïnformeerd over de samenstelling van de klachtencommissie die de klacht gaat behandelen.

OVERIG

8. De persoonlijke levenssfeer van betrokkenen wordt zoveel mogelijk beschermd.

9. De leden van de commissie en de ambtelijk secretaris hebben een geheimhoudingsplicht ten aanzien van hetgeen hen in het kader van de klachtenbehandeling ter kennis komt.

10. De commissie is bevoegd een ieder die voor de zorgaanbieder werkzaam is te verzoeken inlichtingen te verstrekken ter zake van hetgeen waarover is geklaagd. Een ieder tot wie een dergelijk verzoek is gericht, verstrekt de gevraagde gegevens voor zover dit niet in strijd is met enige wettelijke plicht tot geheimhouding.

12. De commissie is bevoegd zich te laten adviseren door deskundigen.

13. Indien gedurende de procedure van klachtenbehandeling een oplossing is bereikt en/of de klacht is ingetrokken, stelt de commissie schriftelijk de klager, verweerder, klachtenfunctionaris en de geneesheer-directeur hiervan in kennis. Een klacht wordt niet verder behandeld wanneer zij wordt ingetrokken.

Artikel 5: Beslissing commissie

1. De commissie beslist zonder last of ruggespraak.

2. De klachtencommissie doet binnen de in dit reglement gestelde termijnen uitspraak over de gegrondheid van de klacht.

a. De commissie doet zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen twee weken na de ontvangst van een klacht uit hoofde van de Wet bopz uitspraak over een nog lopende toepassing en binnen vier weken voor klachten gericht tegen een reeds beëindigde toepassing. De commissie stelt de klager, de verweerder, de geneesheer-

(8)

directeur en de Inspecteur schriftelijk en met redenen omkleed in kennis van haar oordeel over de gegrondheid van de klacht.

b. De commissie stelt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken de klager, de aangeklaagde en de geneesheer-directeur schriftelijk en met redenen omkleed in kennis van haar oordeel over de gegrondheid van de klacht uit hoofde van de Wkkgz. Indien er geen bemiddeling heeft plaats gevonden geldt een termijn van zes weken.

3. Een klacht wordt gegrond verklaard:

- Indien de beslissing of gedraging in strijd is met een wettelijke regeling, een in de instelling geldend voorschrift of normen geldend binnen de betrokken beroepsgroep, dan wel,

- Indien de beslissing of gedraging bij afweging van alle in aanmerking komende belangen en omstandigheden onredelijk of onbillijk of onzorgvuldig moet worden geacht.

4. Indien de commissie de klacht, ingediend op grond van de Wet bopz, gegrond verklaart, vernietigt zij de bestreden beslissing geheel of gedeeltelijk. Gehele of gedeeltelijke vernietiging brengt vernietiging van de rechtsgevolgen van de beslissing of het vernietigde gedeelte met zich mee. In dat geval kan zij de voor de behandeling verantwoordelijke persoon opdragen een nieuwe beslissing te nemen of een andere handeling te verrichten met inachtneming van haar beslissing en zij kan een termijn stellen waarbinnen dit dient plaats te vinden.

5. De commissie kan aanbevelingen doen aan de Raad van Bestuur

6. Een afschrift van de uitspraak op de klacht wordt toegezonden aan de degenen die bij de behandeling van de klacht zijn betrokken, de geneesheer-directeur en in ieder geval bij klachten uit hoofde van de Wet Bopz, aan de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

.

Artikel 6: Beslissing zorgaanbieder

1. In geval van een uitspraak op grond van de Wet Bopz bevestigt de geneesheer-directeur schriftelijk aan klager, verweerder en klachtencommissie de ontvangst van de bindende beslissing van de commissie en op welke wijze gevolg wordt gegeven aan het besluit en aan eventuele aanbevelingen.

2. Indien een klacht uit hoofde van de Wkkgz tot een uitspraak van de klachtencommissie over de gegrondheid van de klacht heeft geleid, zal de geneesheer-directeur een afsluitbericht aan klager, verweerder, klachtencommissie en de klachtenfunctionaris toezenden binnen een termijn van twee weken. Dit bericht bevat in elk geval een oordeel over de klacht, eventueel te nemen of genomen maatregelen en de mogelijkheden voor een vervolg op de behandeling van de klacht.

Artikel 7: Beroepsprocedure

1. Indien de commissie niet tijdig een beslissing heeft gegeven of indien de beslissing van de commissie inhoudt dat de klacht (gedeeltelijk) ongegrond is, kan de klager binnen zes weken na de uitspraak op een klacht op grond van de Wet Bopz, van de Inspecteur schriftelijk vragen een verzoekschrift in te dienen ter verkrijging van een beslissing van de rechter over de klacht.

a. Indien cliënt de klager is, kan hij ook zelf een verzoekschrift bij de rechter indienen ter verkrijging van diens beslissing over de klacht.

2. Een klacht uit hoofde van de Wkkgz waarop klager niet binnen de termijn van de regeling een reactie heeft ontvangen, dan wel een afwijzende of in zijn beleving onbevredigende reactie heeft ontvangen kan ter beoordeling worden voorgelegd aan de externe geschillencommissie.

Artikel 8: Archivering en bewaartermijn klachtendossier

1. De registratie en de dossiers van klachten worden gedurende vijf jaar na afsluiting bewaard.

Hierna kan bewaring plaats vinden van geanonimiseerde kerngegevens en stukken.

(9)

2. In het patiëntendossier worden geen aantekeningen bijgehouden over door een patiënt ingediende klachten en de afhandeling daarvan, met uitzondering van uit de klachtafhandeling volgende afspraken over de zorg.

OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 9: Overige klachtmogelijkheden

Het in dit reglement gestelde laat onverlet de mogelijkheid van klagen en/of melden bij de civiele rechter, het Tuchtcollege of overige organen die daartoe bevoegd zijn.

Artikel 10: Kosten

1. Voor de behandeling van klachten zullen door de commissie noch door het bestuur, aan klager en verweerder(s) kosten in rekening worden gebracht.

2. Kosten gemaakt voor het horen van externe deskundigen en getuigen door de commissie komen voor rekening van de zorgaanbieder. Dit geldt eveneens voor het inschakelen van tolk diensten, indien na navraag blijkt dat de klager over onvoldoende middelen of vertegenwoordigers beschikt om zelf hierin te voorzien.

3. Kosten gemaakt voor eventuele juridische bijstand aan klager komen niet voor rekening van de instelling ongeacht de beslissing op de ingediende klacht. Dit geldt eveneens voor eventuele reiskosten of reistijd.

Artikel 11: Onvoorziene omstandigheden

In situaties waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter van de klachtencommissie.

Artikel 12: Werkzaamheden volgens reglement en statuut

De commissie verricht haar werkzaamheden volgens dit reglement en het statuut.

(10)

2. Klachtencommissie Statuut

Dit is het statuut van de gezamenlijke klachtencommissie van GGZ Rivierduinen. De commissie is genaamd: Klachtencommissie Cliënten Rivierduinen. Curium-LUMC maakt voor BOPZ gerelateerde klachten gebruik van deze commissie.

De Klachtencommissie werkt volgens wettelijke richtlijnen en door de Raad van Bestuur van de instelling vastgestelde reglementen.

Daarmee verplicht de zorgaanbieder zich tot het doen behandelen van klachten volgens een vaste, uniforme wijze en wel zo objectief mogelijk.

In dit statuut zijn regels vastgelegd betreffende:

- de instelling van de klachtencommissie, - de samenstelling ervan,

- de wijze van benoeming en ontslag, - enkele kerntaken en –bevoegdheden.

INHOUD VAN HET STATUUT Artikel 1: Klachtencommissie

1. De commissie is ingesteld door de Raad van Bestuur.

2. De instelling draagt er zorg voor dat er jaarlijks een openbaar en geanonimiseerd verslag wordt uitgebracht waarin wordt aangegeven:

- Een beknopte beschrijving van de klachtenregeling;

- De samenstelling van de commissie;

- Het aantal en de aard van de klachten;

- De strekking van de oordelen en de aanbevelingen van de commissie;

- De aard van de maatregelen zoals deze door de instelling zijn genomen naar aanleiding van de maatregelen. De Raad van Bestuur zendt het jaarverslag van de commissie voor 1 juni van het daar op volgende kalenderjaar aan de bevoegde Regionale Inspecteur voor de Gezondheidszorg e.a.

Artikel 2. Samenstelling, benoeming, ontslag

1. De commissie bestaat uit tenminste vijf leden en hun plaatsvervangers, waarvan in ieder geval de voorzitter, en zijn plaatsvervanger, jurist zijn. Een ander lid, en zijn plaatsvervanger, moeten psychiater zijn.

2. Geen van de commissieleden mag werkzaam zijn voor de zorgaanbieder.

3. De Raad van Bestuur benoemt de leden van de commissie en wijst de voorzitter en zijn plaatsvervanger aan.

4. De Cliëntenraad heeft het recht van voordracht van twee leden, niet zijnde de (vice-)voorzitter, op basis van de door de Raad van Bestuur vastgestelde profielschets.

5. De leden en de plaatsvervangende leden worden benoemd voor een periode van drie jaar. Zij zijn tweemaal voor een zelfde periode opnieuw te benoemen.

6. De leden worden geschorst of ontslagen door de Raad van Bestuur.

7. De leden en de plaatsvervangende leden kunnen slechts worden geschorst of ontslagen wegens verwaarlozing van hun taak naar het oordeel van de commissie, of wegens andere dringende redenen genoemd in artikel 678 boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, op grond waarvan handhaving als lid of plaatsvervangend lid redelijkerwijs niet kan worden verlangd.

(11)

8. De Raad van Bestuur zorgt in overleg met de voorzitter voor ambtelijke ondersteuning, ten behoeve van het verrichten van feitenonderzoek en secretariële ondersteuning aan de commissie.

Artikel 3: Wijzigingen

1. Dit statuut en de bijbehorende reglementen worden vastgesteld en gewijzigd door de Raad van Bestuur, nadat de Cliëntenraad en de Ondernemingsraad tijdig om advies zijn gevraagd.

De Cliëntenraad heeft instemmingsrecht over de vaststelling of wijziging van een klachtenreglement over de aanwijzing van personen die met de klachtenbehandeling belast worden (art. 3:1:k en 4:2 WMCZ). De Cliëntenraad kan ook ongevraagd advies uitbrengen over de wijze waarop binnen de instelling met klachten wordt omgegaan. Ook de Ondernemingsraad heeft instemmingsrecht over de regeling op het gebied van de behandeling van klachten (art.27:1:j WOR)

2. Voorstellen tot wijziging van het statuut en/of de reglementen worden ter advisering voorgelegd aan de commissie.

Artikel 4: Overige bepalingen

1. De Raad van Bestuur ziet erop toe dat de commissie haar werkzaamheden verricht volgens dit reglement.

2. De Raad van Bestuur ziet erop toe dat de commissie zo nodig nadere regels opstelt omtrent haar werkwijze.

3. Alle schriftelijke documenten inzake de klachtenbehandeling worden volgens aanwijzing van de Raad van Bestuur beschermd gearchiveerd conform wet- en regelgeving.

4. De klachtenbehandeling wordt geregistreerd en er wordt en dossier gevormd.

5. Cliënten en klagers worden geïnformeerd over het bestaan van de klachtenregeling.

Rivierduinen beschrijft de regeling in begrijpelijke taal in een speciaal daarvoor gemaakte folder.

6. Dit statuut en de reglementen liggen ter inzage bij het secretariaat van de Raad van Bestuur, de Cliëntenraad, de patiëntenvertrouwenspersonen en de ambtelijke ondersteuning van de commissie. Mededeling van het bestaan van het reglement wordt gedaan in de cliënteninformatiefolder.

7. Dit Reglement wordt aan alle medewerkers en patiënten bekend gemaakt.

8. Dit statuut treedt met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2017 .

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uit het onderzoek dat door de afdeling klachtbehandeling is verricht, blijkt dat in het personeelsdossier zich alleen gegevens van klager bevinden met betrekking tot de twee

Indien de zorgaanbieder en de cliënt of zijn vertegenwoordiger bijvoorbeeld niet tot overeenstemming komen over vrijwillige zorg, moet de zorgaanbieder een stappenplan

• De Wzd vanaf 1 januari 2020 direct van toepassing wordt op alle rechterlijke machtigingen (RM), inbewaringstellingen (IBS) en artikel 60 Wet Bopz besluiten die zijn afgegeven

In de Wet Bopz staat dat de geneesheer-directeur de kennisgevingen aan de inspecteur moet doen op formulieren die overeenkomen met de modellen die zijn opgenomen in de

Aansluitend op de belangrijkste conclusie van het onderzoek van de Algemene Rekenkamer - de kloof tussen de strekking en bepalingen van de Wet BOPZ enerzijds en de werkbaarheid

dementerenden in de nabije toekomst steeds groter zal worden en steeds meer dementerende ouderen langer in verzorgingshuizen verblijven, bestaat de kans dat – omdat instellingen

Het stappenplan moet in bepaalde situaties altijd worden gevolgd als u niet begrijpt wat de onvrijwillige zorg is en u en/of uw vertegenwoordiger zich niet verzet(ten).. Dat is

Dat verweerder in zijn beslissing van 17 juli 2020 ten onrechte het verrichten van het bloedonderzoek aanmerkt als ‘het verrichten van andere medische handelingen’, heeft niet