M200508
Hoe handhaven jonge bedrijven zich in de concurrentiestrijd?
Zoetermeer, november 2005
2
Hoe staan bedrijven ervoor, 10 jaar na de start?
Ruim 10 jaar na de start van hun bedrijf, is het belangrijkste doel van de ondernemers het handhaven van de positie die ze nu op de markt innemen. Groei komt bij de meeste ondernemers niet ter sprake, wel wordt het verbeteren van de kwaliteit van het aange- boden product en/of de dienstverlening als één van de doelen veelvuldig genoemd. De helft van de ondernemers verwacht voor het komende jaar problemen door concurren- tie. Men heeft zich tot nog toe met succes kunnen profileren ten opzichte van de con- currentie. Persoonlijke benadering en dienstverlening worden als de belangrijkste mid- delen gezien om zich te onderscheiden.
Inleiding
Deze minirapportage belicht de marktpositie van ondernemers die 10 jaar geleden met een bedrijf zijn gestart en van wie het bedrijf nu nog bestaat.
De eerste paragraaf brengt in beeld hoe volgens de ondernemers hun concurrentieposi- tie er uitziet en op welke wijze de ondernemers zich willen en kunnen profileren ten opzichte van de concurrenten. In de daaropvolgende paragraaf komen kort de proble- men aan de orde die de ondernemers ervaren op de weg naar een goed resultaat. Ver- volgens richt de aandacht zich op de vraag welke doelen de ondernemers zich stellen om te kunnen overleven in een minder gunstige economie. Op basis van de huidige en de nagestreefde marktpositie vormen ondernemers zich een beeld van de toekomst van het bedrijf. Met het beeld dat de ondernemers daarvan hebben, wordt deze minirap- portage afgesloten.
De informatie is gebaseerd op onderzoek in 2005 onder de deelnemers van het EIM Jongebedrijvenpanel, een groep ondernemers die EIM sinds de oprichting van het be- drijf in 1994 met jaarlijkse metingen volgt.
Concurrentiepositie onder druk in stagnerende economie
Omzet onder dr uk
De ondernemers die al ruim 10 jaar actief zijn, krijgen na een periode van een almaar toenemende omzet, te maken met de gevolgen van een verslechterde economische si- tuatie. In de afgelopen jaren is het aantal bedrijven met een omzetdaling fors toegeno- men. In 2000 nam bij 9% van de bedrijven de omzet af, terwijl in 2004 bij bijna 30%
sprake is van een lagere omzet dan in het voorgaande jaar. Bovendien neemt het per- centage bedrijven met een groeiende omzet jaarlijks af. In 2000 was bij ruim tweederde sprake van een omzetstijging: in 2004 heeft nog maar 44% een hogere omzet gereali- seerd dan in het voorafgaande jaar.
Voor dit jaar is men eveneens niet al te optimistisch. Nog minder ondernemers (37%) verwachten dat de omzet zal groeien. Daartegenover neemt het percentage onderne- mers dat een omzetdaling voorziet af, namelijk tot 20%. De grootste groep onderne- mers verwacht dat de omzet nauwelijks zal veranderen.
figuur 1 Omzetontwikkeling ten opzichte van het voorgaande jaar
61
54
48
44
37
24 23
28 26
29
43
9
16 18
24
27
20 67
0 10 20 30 40 50 60 70
2000 2001 2002 2003 2004 2005
percentage ondernemingen
toename gelijk afname
Bron: Jongebedrijvenpanel meting 2000 t/m 2005.
Bijna d e helft verwacht problemen door concurrentie
De helft van de bedrijven geeft aan op een stabiele markt te opereren. Volgens één op de vijf bedrijven is sprake van een krimpende markt.
Een grote groep bedrijven (53%) geeft aan dat de concurrentie voor het komende jaar nauwelijks of geen problemen op zal leveren. Daarentegen voorziet de overige 47%
enigszins of grote problemen omtrent de concurrentie.
Vooral ondernemers die in een krimpende markt opereren verwachten grote problemen op het gebied van concurrentie voor het komende jaar (32% groot en 41% enigszins).
De ondernemers die op een (sterk) groeiende markt actief zijn, verwachten nauwelijks of geen problemen te ondervinden.
4
figuur 2 Verwachte problemen omtrent de concurrentie voor het komende jaar, in procenten van het aantal ondernemers
11
32
6
6
36
42
36
30
53
26
56
64
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
totaal
krimpend
stabiel
groeiend marktontwikkeling
grote problemen enigszins problemen nauwelijks problemen
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
Succes met het onderscheiden van de concurrenten
In de strijd met de concurrenten speelt de positionering van het bedrijf een belangrijke rol. Waarmee wil de ondernemer zich onderscheiden van de concurrenten?
Als belangrijkste concurrentievoordelen van het eigen bedrijf ten opzichte van de con- currentie worden de dienstverlening/service en de persoonlijke benadering gezien (ge- noemd door respectievelijk 25 en 18% van alle ondernemers), gevolgd door de kwali- teit van de producten/dienstverlening. Daartegenover ziet men als belangrijkste concur- rentienadelen van het eigen bedrijf: de omvang (te klein) en de prijs.
‘Persoonlijke’ factoren worden door de jaren heen als belangrijke factoren gezien in de concurrentiestrijd. Zowel bij de start van het bedrijf ruim 10 jaar geleden als op dit mo- ment willen de meeste ondernemers zich nog steeds nadrukkelijk onderscheiden op het gebied van persoonlijke benadering en op het gebied van dienstverlening. Het concur- reren op prijs speelt bij veel ondernemers een ondergeschikte rol. Kwaliteit en service bieden in de ogen van de ondernemers meer mogelijkheden.
tabel 1 Gebieden waarop ondernemers zich nadrukkelijk willen onderscheiden van concurrenten
gebied
percentage ondernemers na 10 jaar (2005)
percentage ondernemers bij start
dienstverlening/service 87 87
persoonlijke benadering 84 96 kwaliteit van de producten 79 89 kwaliteit van het personeel 47 48
assortiment 41 67 innovatie/vernieuwend 40 niet bekend
prijs 35 36
goede locatie 24 niet bekend marktaandeel/omvang onderneming 20 niet bekend
reclame(budget) 16 niet bekend
Bron: Jongebedrijvenpanel meting 1994 en 2005.
Dat de inspanningen tot op heden ook tot de gewenste situatie hebben geleid, blijkt uit het gegeven dat tweederde van de ondernemers aangeeft dat men erin geslaagd is om zich te onderscheiden van de concurrentie. Volgens een kwart is dit gedeeltelijk gelukt en volgens slechts 3% helemaal niet.
Via str ategisch plan naar de g ewenste positie
De positionering van het bedrijf ten opzichte van de concurrenten is voor de onderne- mers een belangrijk aandachtspunt. Meer in het algemeen geldt dat de te volgen be- drijfsstrategie bij veel ondernemers wordt bepaald door de externe omgeving. Voor 16% geldt dat in sterke mate en voor 50% tot op zekere hoogte; 43% geeft echter aan dat de externe omgeving géén invloed heeft op de richting die men uit wil.
tabel 2 Mate waarin de externe omgeving de algemene strategie en richting van het bedrijf bepaalt
percentage ondernemers
in zeer sterke mate 16
tot op zekere hoogte 40
niet of nauwelijks 43
weet niet/w.n.z. 1
totaal 100
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
Eén op de vijf bedrijven heeft de strategie om de doelen te bereiken, schriftelijk vastge- legd. Bij de grotere bedrijven, ondernemingen met personeel, is dit meer regel (31%)1 dan bij de bedrijven zonder personeel (11%). Dit heeft te maken met het feit dat deze bedrijven anders georganiseerd zijn, en meer zullen moeten vastleggen om informatie voor meerdere personen beschikbaar te hebben.
Bijna driekwart van de ondernemers schakelt anderen in bij het vaststellen of wijzigen van de concurrentiestrategie. Het is niet verwonderlijk dat de ondernemers zonder per- soneel dit vaker geheel op eigen houtje doen (35%) dan de ondernemers die personeel in dienst hebben (19%)2. Vaak worden zakelijke partners en gezinsleden betrokken bij het vaststellen van de te voeren concurrentiestrategie of bij het inslaan van een andere richting.
1 Dit percentage ligt lager dan gemiddeld bij het totale MKB-bedrijven mét personeel. Bij de meting onder het MKB-Beleidspanel van EIM in 2004 bleek 41% van de bedrijven met personeel over een schriftelijk ondernemingsplan te beschikken.
2 Bij de start in 1994 begon 15% van de huidige paneldeelnemers met personeel. Het aandeel van de bedrijven met personeel is door de jaren heen gegroeid naar ruim 40%. De laatste jaren blijft dit aandeel stabiel.
6
tabel 3 Betrokkenen bij vaststellen/wijzigen concurrentiestrategie
percentage ondernemers
gezinsleden 32
werknemers 18
zakelijke partners 33
adviseurs 26
niemand 28
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
Belemmeringen op de weg naar een goed re- sultaat
R egelgev ing en administratieve lasten erg belemmeren d
De ondernemers ondervinden in belangrijke mate hinder van allerlei overheids- en ge- meentelijke regels en (mede daaruit voortvloeiende) administratieve lasten. Ook de prijsstelling en het betalingsgedrag van klanten zijn vaak genoemde problemen.
De ondernemingen met personeel ondervinden vaker problemen dan de ondernemin- gen zonder personeel. Vooral wat betreft de arbeidsregelgeving en het aantrekken van gekwalificeerd personeel ondervinden die ondernemingen veelal knelpunten.
figuur 3 Ondervonden knelpunten in de bedrijfsvoering, in procenten van het aan- tal ondernemers
24%
28%
35%
17%
17%
6%
21%
18%
12%
32%
30%
14%
9%
0% 10% 20% 30% 40%
regelgeving gemeente
regelgeving rijksoverheid
administratieve lasten
aantrekken personeel
arbeidsregelgeving
personeelsbeleid
ontwikkelen afzetgebieden
liquiditeitspositie
houding bank, financiers
prijsstelling
tijdige betaling klanten
omgaan met concurrentie
problemen vestigingspunt
percentage ondernemingen
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
Doelen voor de komende jaren
In komende jar en vooral handhaven huidige positie
De ondernemers kunnen diverse doelstellingen nastreven. Op de vraag welke doelstel- lingen men nadrukkelijk nastreeft op middellange termijn (zo’n 2 à 3 jaar), worden veel- vuldig aspecten aangegeven op het gebied van het verbeteren van de kwaliteit van de aangeboden producten en dienstverlening. Daarbij sluit aan dat veel ondernemers zich ten doel stellen het eigen vakmanschap te verbeteren. Groeidoelstellingen – nieuwe markten betreden, nieuwe producten ontwikkelen en groei personeel – scoren daaren- tegen laag. Veel meer zijn de ondernemers gericht op het handhaven van de huidige positie, zowel wat betreft de omzet als de marktpositie, van het bedrijf. Aan deze doel- stellingen geven de ondernemers zelfs de hoogste prioriteit.
figuur 4 Doelen voor komende jaren, in procenten van het aantal ondernemers
52%
59%
59%
52%
52%
56%
30%
25%
19%
56%
76%
71%
48%
67%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80%
vergroten omzet handhaven omzet verbetering winstpositie handhaven winstpositie versterken marktpositie handhaven marktpositie nieuwe markten betreden nieuwe producten ontwikkelen groei personeel gelijkblijven werkgelegenheid
verbeteren kwaliteit verbeteren vakmanschap verlagen kosten bedrijfsproces verbeteren service
percentage ondernemingen
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
Doelen afhankelijk van de marktsituat ie
De marktsituatie is duidelijk bepalend voor de doelen die de ondernemer nastreeft. De ondernemers die op een stabiele markt opereren, richten hun doelen meer op het handhaven van de huidige positie. De ondernemers die in een (sterk) groeiende markt actief zijn, willen nog beter scoren: groei van de omzet, ontwikkelen nieuwe producten en versterken marktpositie.
Naast het toch nog zien te handhaven van de huidige positie, zijn er ook veel onderne- mers die met een krimpende markt te maken hebben (10%), die aangeven dat het be- drijf in ernstige moeilijkheden verkeert of die geen toekomst voor het bedrijf zien en die met het bedrijf zullen stoppen.
Tussen de bedrijven met personeel en de alleen werkende ondernemers zijn eveneens verschillen in doelen te constateren. De bedrijven met personeel hebben duidelijk meer een groeistrategie voor ogen, terwijl de zelfstandigen zonder personeel de bereikte po- sitie willen handhaven.
8
Toekomst van de onderneming
Goede perspectieven onderneming
Op basis van de huidige en de nagestreefde marktpositie vormen ondernemers zich een beeld van de toekomst van het bedrijf. De meeste ondernemers zijn optimistisch ge- stemd over de toekomst van de onderneming: 78% voorziet een zeer succesvolle toe- komst of ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet. 18% is onzeker over de toe- komst, maar geeft aan dat de positie van de onderneming is te handhaven.
Ten opzichte van twee jaar terug zijn iets meer ondernemers onzeker over de toekomst van hun bedrijf of zien helemaal geen toekomst meer in het voortbestaan van de on- derneming en zijn van plan binnenkort te stoppen.
De ondernemers die in een krimpende markt actief zijn, zijn beduidend minder positief gestemd dan de ondernemers die op een stabiele of groeimarkt opereren.
figuur 5 Toekomstverwachting voor de onderneming naar type markt waarin de bedrijven actief zijn, in procenten van het aantal ondernemers
20 8 3
10
74 78 33
67
5 12 48
18
1 2 16
5
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
groeiend stabiel krimpend totaal
zeer succesvol met vertrouwen onzeker, maar te handhaven stoppen marktontwikkeling
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.
N a ruim 10 j aar o ndernemen willen de meeste ondernemers nog lang d oorgaan
De positieve verwachtingen omtrent de toekomst van het bedrijf vertalen zich naar het streven van de ondernemer om nog minstens 10 jaar als ondernemer actief te blijven (66%). Slechts een op de acht is van plan binnen 5 jaar te stoppen als ondernemer. De- genen die op deze termijn van plan zijn te stoppen, zijn overwegend minder positief over de toekomstmogelijkheden van het bedrijf.
Uit de meting in 2004 onder de paneldeelnemers1 bleek al dat de ondernemers over het algemeen zeer tevreden zijn over wat er van de onderneming is geworden. Men heeft plezier in het werk, en het werken als 'eigen baas' wordt als het meest positieve van het ondernemen ervaren. Dit geeft men niet gauw op.
1 In de rapportage ‘MKB-ondernemers 10 jaar na de start’ over de meting van 2004 wordt ingegaan op de ervaringen van 10 jaar ondernemerschap en wordt een blik in de toekomst geworpen.
Ondern emers blijven investeren
Dat de ondernemers vertrouwen hebben in de toekomst van hun bedrijf blijkt ook uit de investeringsgraad. De helft heeft in de periode mei 2004-mei 2005 investeringen gepleegd. Dit percentage ligt even hoog als een jaar geleden. De investeringsplannen worden wel voor een belangrijk deel ingegeven door de huidige conjunctuur en grote onzekerheden omtrent de uitwerking van het overheidsbeleid. De investeringsbereid- heid voor komend jaar ligt dan ook met 35% aanzienlijk lager.
Ook tussen bedrijven met en bedrijven zonder personeel is er een verschil in investe- ringsgeneigdheid. De bedrijven met personeel investeren vaker, en hebben duidelijk ook meer plannen om in het komende jaar te gaan investeren (bij ondernemers met perso- neel 46% versus 27% bij ondernemers zonder personeel).
Het investeren hangt voor een belangrijk deel ook samen met de markt waarop men opereert: niet-investerende bedrijven zijn voornamelijk op een stabiele of krimpende markt actief, terwijl de investerende bedrijven voor een groot deel op groeiende mark- ten actief zijn. Dit sluit aan bij hetgeen we hiervoor zagen wat betreft de relatie tussen de marktsituatie en de doelen die de ondernemer nastreeft. De ondernemers die op een stabiele markt opereren, richten hun doelen meer op het handhaven van de huidige po- sitie. De ondernemers die in een (sterk) groeiende markt actief zijn, willen nog beter scoren: groei van de omzet, ontwikkelen nieuwe producten en versterken marktpositie.
Bij zulke ambities past een hogere investeringsgeneigdheid.
figuur 6 Investeringen naar type markt waarin de bedrijven actief zijn, in procenten van het aantal ondernemers
67%
48%
40%
53%
46%
34%
20%
35%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80%
groeiend stabiel krimpend totaal
2004 2005
marktontwikkeling
Bron: Jongebedrijvenpanel 2005.