• No results found

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden · dbnl"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der

Nederlanden

Hendrik Tollens

bron

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden. Johannes Allart, Den Haag 1815

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/toll003lier01_01/colofon.php

© 2011 dbnl

(2)

Mijn lier is maagd van poëzij, Waarin tirannen blonken.

ARNTZENIUS

.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(3)

[Lierzang]

‘Rijs op, te lang in smaad bedolven, ô Neêrland, rijs uit slijk en puin!

Verhef, van uit het graf der golven, De laag- de langvertrapte kruin.

Stijg op, verwonder nogmaals de aarde!

Blink uit in nooitbereikte waarde:

De louterproef is doorgestaan.

Hoe heerlijk eens in glans gezeten, Hoe smaadlijk uit uw' rang versmeten,

Een nooitgeziene dag breek aan!’

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(4)

Zoo sprak de Godheid. De aarde knielde En boog voor 't wonder raadsbesluit;

't Gedrogt, dat haar uit lust vernielde, Spoog magtloos gift en adem uit.

Zijn troon van puinen stoof tot asschen;

Des werelds vlek werd afgewasschen, De schandtooi haar van 't lijf gescheurd;

Gestild wat haar zoo fel deed schokken, Haar bouwval weêr in top getrokken

En Neêrland uit haar puin gebeurd.

Triomf! het licht is aangebroken!

De toekomst is in goud gehuld!

De orakelstem heeft waar gesproken:

Reeds de ochtend heeft haar woord vervuld!

Nog naauwlijks is de nacht vervlogen, De nacht, waaruit wij 't hoofd verhoogen,

Het hoofd, te lang bedekt met hoon;

Nog naauwlijks durft het oog vertrouwen Weêr Nederland nog eens te aanschouwen,

OfNASSAUdraagt de koningskroon!

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(5)

Triomf! laat al wat leeft het weten, Wat God aan Neêrland heeft gedaan!

Hoe heerlijk eens in glans gezeten, Een hooger glans breekt heerlijk aan.

Krimpt in, krimpt in, o Koningrijken!

Daar naakt, daar schittert uws gelijken:

Zij naakt met onbesproken eer!

Kort in uw schepters en uw kroonen, Schuift op, ô Vorsten, met uw troonen:

WantNASSAUzet zich naast u neêr.

Triomf! laat klinken stem en snaren!

De kelk des onspoeds is geleêgd!

De smaad van zoo veel bange jaren Is door Gods vinger uitgeveegd.

Verguisd, gemarteld, leêggezogen, Als ontuig nog in 't slijk bespogen,

Door wormen nog in 't wee bespot;

Geknaagd, verteerd, verscheurd inwendig...

Zoo koost ge ons, boven peil ellendig, Ten proefstuk van uw magt, o God!

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(6)

Triomf! in zoo veel duizendtallen

Van wondren, daar wij stom voor staan, Heeft God aan ons het grootst van allen,

Het zegenrijkst aan ons gedaan!

De stortvlaag, op ons neêrgedreven, Heeft wasdom aan een kiem gegeven,

Die dor en ongekoesterd lag;

De brand heeft, in 't verterend schroeijen, Een zegenrijker vrucht doen groeijen

Dan 't voorgeslacht ontluiken zag.

Snelt toe; onze armen zijn ontsloten:

o Broeders, komt! keert weer, keert weer!

Snelt toe, vervreemde landgenooten!

De slagboom viel vergruizeld neêr.

Snelt toe: u wacht de vaderzegen!

Het broederharte gloeit u tegen, Het welkom rolt u juichend aan!

't Vereeningsuur is aangebroken:

De orakelstem heeft waar gesproken:

Ons heil is uit ons wee ontstaan!

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(7)

't Is feest! laat al wat leeft het hooren En blozen wie ons juichen deert!

De broedren, al te lang verloren, Zijn in 't hereend gezin gekeerd!

Geen onzer, neen, zoo afgeweken, Die 't laag belang alleen hoort spreken,

Nu niets dan vreugde spreken moet;

Die 't in zijn afgunst niet kan zwelgen, Dat 's vaders liefde op al zijn telgen

Gelijken zegen stroomen doet.

Neen, neen! de feestzang aangeheven!

Het welkom wijd en zijd herhaald!

De broedren zijn ons weer gegeven, Twee eeuwen lang ons afgedwaald!

De grond, door vreemd geweld bezeten, Verdeeld, in stukken losgereten,

Hecht vaster zich aan een dan ooit;

En Neêrland, als in rook vervlogen, Weer 't pronkstuk in haar' scheppers oogen,

Staat trotscher op haar puin voltooid.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(8)

Helaas, gelijk door barre streken Een kudde zonder herder graast, En afdoolt, uit elkaar geweken,

Waar wolf en roofgier huilt en aast:

Helaas, zoo blind van een gescheiden, Verstrooiden we ons, onnooslen, beiden,

Voor roepstem en vermanen doof, Tot wolven, op ons afgezonden, Ons herderloos en weerloos vonden

En grepen tot hunn' martelroof.

God lof! dat leed is doorgestreden!

De Algoedheid zag genadig neêr:

De herder, haar zoo luid gebeden, Verzamelt wat verdoold is weêr.

Hij komt, hij komt, van God gegeven!

Zijn bijstand heeft de plaag verdreven, Zijn deernis droogt de tranen af:

Het vorstenbloed doorstroom' zijn aren, De koningskroon bedekk' zijn haren,

Zijn schepter is een herdersstaf.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(9)

o Koning! Herder! Vorst en Vader, Geliefd door uw vereend gezin!

Het treedt uw' troon vrijmoedig nader:

Uw aanblik stort vertrouwen in.

Het zwaait niet, in het stof gezegen, Een' afgepersten lof u tegen,

Maar kinderlijke eerbiedenis;

Het brengt geen walglijke offeranden, Maar d'eendragtseed in 's vaders handen,

Als offer, dat hem waardig is.

Ja, Broeders, zij die eed ons heilig, Zoo dier, zoo plegtig uitgestort:

Geen Vorst op aardschen zetel veilig, Waar ooit die eed een meineed wordt.

Aan Neêrlands gouden spreuk gedachtig, Zij Neêrland groot, gevreesd en magtig,

Vereend, hoe ver ook uitgebreid;

Vereend omNASSAUtrouw te zweren, Vereend in haat tot vreemde heeren,

In zucht tot onafhanklijkheid.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(10)

Dan beve en stoot geducht de tanden De dwaas, geblinddoekt door zijn' waan, Die Neêrland spoorloos aan wil randen

En klaauwen haar in 't harte slaan.

Dan staat zij, in den schoot der waatren, Een rots gelijk, die donders klaatren -

Orkanen rustig huilen hoort;

Die ongeschokt, waar duizend blijven, Hun wrakken om zich heen laat drijven

En 't hoofd door ieder springtij boort.

Triomf! duikt neder, Vorstendommen!

De toekomst gaat van wondren zwaar!

De morgen, uit den nacht geklommen, Voorspelt en toont het middagklaar.

De troon, zoo zeldzaam opgeslagen, De Vorst, zoo hoog ten troon gedragen,

De wrok, zoo heuglijk uitgewoed;

De broederbreuk, op eens genezen...

Zijn werken van een hooger wezen, Dat niet ten halve wondren doet.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

(11)

Daagt op, snelt aan, gewenschte stonden, Rolt Neêrlands luister heerlijk bloot;

Noem' Oost en West, uit duizend monden, Eerbiedig haar geducht en groot.

Snelt aan en laat de godspraak blijken, Die de aarde en haar onmeetbre rijken In Neêrland les en voorbeeld geeft; - In Neêrland, boven trotscher staten, Dat broeders tot haar onderzaten

En vaders tot haar Vorsten heeft.

Hendrik Tollens, Lierzang bij de verheffing van Zijne Koninklijke Hoogheid Willem Frederik, Prins van Oranje en Nassau, op den troon der Nederlanden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In een procedure waarin vreemde staat in de zin van artikel 2, eerste lid, onder b, van het te New York gesloten Verdrag van de Verenigde Naties inzake de immuniteit van

Indien de uitkering tot voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding op grond van artikel 404 door de rechter wordt vastgesteld en door beide ouders voor de bepaling van

Bij ministeriële regeling worden voor erkende diensten aanvullende eisen gesteld, die per erkende dienst als bedoeld in artikel 11, eerste tot en met derde lid, van de wet,

Het nieuw in te voegen zesde lid bewerkstelligt dat indien door een schadeveroorzakende gebeurtenis eerst ernstig en blijvend letsel is ontstaan en een in het voorgestelde tweede

Daarbij wordt de berekende overcompensatie voor het boekjaar 2018 geheel meegenomen, de berekende overcompensatie voor het boekjaar 2019 voor 2/3 deel (omdat deze laatste vanwege

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2020 (Zesde incidentele suppletoire begroting inzake.. Steunmaatregelen KLM) VOORSTEL

De in het tweede lid bedoelde verloven en ontheffingen voor vuurwapens als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel 1, in samenhang met bijlage I, van de Richtlijn worden

Wanneer een zaak van het landelijk parket of functioneel parket op grond van artikel 21c Wet RO wordt behandeld buiten het arrondissement van de rechtbank waar de zaak aanhangig