• No results found

Afdeling van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Afdeling van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Natuurlijk Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT

NatuurlijkDelfland@knnv.nl www.knnv.nl/NatuurlijkDelfland twitter: NatuurlijkDelfland facebook: NatuurlijkDelfland instagram: NatuurlijkDelfand

Afdeling van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging

9.8 WAARNEMINGREGISTRATIE

Geldig tot: juli 2022

Functionaris Naam Paraaf

Voorzitter Geert van Poelgeest wg

Secretaris Natuurstudie Cor Nonhof wg

Beheerder Waarnemingen Cor Nonhof wg

(2)

1. INLEIDING

Terugblik 1: Een aantal jaren is er een activiteit Natuurwaarnemer geweest waarbij mensen van buiten de KNNV als natuurwaarnemer een groene kaart kregen om waarnemingen op te schrijven. De hoop was dat men uiteindelijk lid zou worden. Bij de groene kaart elk kwartaal kregen zij ook het overzicht van de waarnemingen zoals dat ook in Veldbericht verscheen.

Deze activiteit leverde niet voldoende op om voort te zetten. Men leverde uiteindelijk heel weinig waarnemingen in en vrijwel niemand werd lid.

Terugblik 2: Tot 2003 werd de groene kaart standaard bij Veldbericht meegeleverd. Ook deze bron van waarnemingen is opgedroogd tot niet meer dan een handvol mensen nog waarnemingen inleverde. De bijbehorende Grote Inleveravond elk kwartaal werd op den duur ook nauwelijks meer bezocht. Deze activiteit is daarom gestopt.

Terugblik 3: Het aantal losse waarnemingen is in 2007 zo langzamerhand tot stilstand gekomen. We proberen nu de leden warm te krijgen voor waarnemingsprojecten waarvan de data gebruikt kunnen worden voor verwerking tot informatie en

natuurbeschermingsactiviteiten. Zo doen we elk jaar een project voor een grote

groenvoorziener en doen zo’n 20 mensen een kilometerhok. In Veldbericht proberen we elke aflevering de omzetting van data in informatie te belichten.

2017: Er doen nog maar een handvol mensen mee met het inventariseren van een kilometerhok.

2020: We zijn weer begonnen met 6 inventarisatie-excursies per jaar.

Terugblik 4: Sovon erg blij is met alle gerichte waarnemingen in haar projecten als BMP, midwintertelling en PTT, losse waarnemingen zijn ook waardevol en kunnen terecht bij www.waarneming.nl

Terugblik 5: De ervaringen met het gebruik van de waarnemingen heeft ons doen besluiten een beleid voor natuurstudie op te stellen. Dit gaat ervan uit dat niet de waarneming centraal staat, maar het gebruik daarvan in relevante informatie voor beheerders en

natuurbeschermingsactiviteiten. Dat betekent dat we sommige waarnemingen liever hebben dan andere. Zie hierover het natuurstudiebeleid dat is goedgekeurd door ledenvergadering.

Terugblik 6: Met de instelling van KNNV Nieuws, die elke week uitkomt, is het mogelijk geworden voor leden om losse waarnemingen snel en effectief met een grote groep te delen.

Net als bij Vroege Vogels blijkt dit in een grote behoefte te voorzien. Net als vroeger is het nuttig rendement van deze losse waarnemingen gering. Wij gaan er van uit dat de leden zelf hun waarnemingen via waarneming.nl invoeren.

Alternatieve waarnemingstrajecten: Het jaarthema en ook doelgerichte acties, zoals het project om de floristische waarden in ons gebied in Flor tussen 2000 en 2010 helemaal opnieuw te inventariseren, zijn in de plaats gekomen van de groene kaart met losse waarnemingen. Ook is er elk jaar een groot project waaraan alle disciplines binnen onze afdeling aan mee kunnen doen. Ook lopen er regelmatig kleinere projecten. Uiteindelijk is er aan actieve waarnemers en waarnemingen geen gebrek.

2017: Door de gerichte vragen van beheerders is er bij de coördinatoren geen capaciteit om multidisciplinarie inventarisaties op te zetten.

Nu: De streeplijsten worden uitgedeeld aan mensen die daar om vragen. Er is een groep mensen die elk jaar een streeplijst invullen van een kilometerhok. In 2010 is opnieuw met de complete inventarisatie van ons gebied begonnen. De groene kaart is ook digitaal

beschikbaar. Als je de ingevulde kaart of streeplijst of andere waarnemingen terugkrijgt, kijk je direct of alle nodige informatie aanwezig is. Is dat niet zo, dan vul je dat alsnog in. De gegevens worden verwerkt in de database.

(3)

De coördinatoren van projecten voeren de waarnemingen in via

https://knnvdelfland.waarneming.nl/index.php?g=1, via delfland en zaterdag Waarnemingen in een database zijn onleesbaar voor het grote publiek. Zorg dat in

Veldbericht met enige regelmaat een bijdrage komt over de waarnemingen en wat je ermee doet. De bijdrage van individuen in het grote geheel is daarbij van belang. Laat zien dat bijdragen aan een collectieve waarnemingsactie wezenlijk meer oplevert dan een losse waarneming buiten alle context om. Deze richting is ook neergelegd in het natuurstudiebeleid van de afdeling. Losse waarnemingen zijn uiteraard nog steeds welkom en komen wekelijks in KNNV Nieuws.

De streeplijsten bewaar je in een map op nummer. Laat bij twijfel een controle uitoefenen of de waarnemingen kloppen. Let dan op datum, soort, aantal, gebied, km-nummer en

bijzonderheden. De volgende personen controleren dit:

Planten: Cor Nonhof Mossen: Cor Nonhof Vogels:

Amfibieën: Marijke Heijne

Vissen: Marijke Heijne/ Frank Herfs Zoogdieren: Marijke Heijne

Insecten: Marian Barendtszen Overige: Geert van Poelgeest

De waarnemingen van planten (Floron) worden aan het begin van het nieuwe jaar aan de betreffende landelijke organisatie gestuurd. Dit zonder de persoonsnaam van de waarnemer.

Om het duidelijk een KNNV zaak te laten zijn.

Het jaaroverzicht stop je ook in het digitale waarnemingenarchief. Dan weet je wat je verstuurt hebt op het moment dat een instantie daarop terugkomt.

De instanties waar je de waarnemingen naar toe stuurt, kun je vinden op internet. De meeste hebben ook een speciaal format waaraan de waarnemingen moeten voldoen. Soms zullen dat de inventarisatienummers zijn en soms de jaren van waarnemen. Voor Floron en BLWG is daarvoor een uitvoermacro gemaakt in de database.

2. LOKATIE GEGEVENS

De ruwe data bevindt zich bij Cor Nonhof in het papieren archief in ordners voor zover het streeplijsten betreft. De verwerking in digitale bestanden is te vinden in de computer onder

 D:\Eigenaar\Documents\KNNV\Flor Data\Flora

 D:\Eigenaar\Documents\KNNV\Flor Data\Mossen

 C:\Turbowin\Data

Back-ups van de databasen worden gemaakt op een losse harddrive.

3. DATA-OPSLAG

Waarnemingen vormen de basis voor het gebruik van de natuurhistorische waarnemingen voor rapportages en adviezen. Er zijn een aantal Access-databases gebouwd om soorten van soortgroepen in te voeren. Dit zijn de databases voor flora, en mossen. De individuele waarnemingen zijn in het algemeen gekoppeld aan achtergrondinformatie over de soort volgens Biobase 2003 van het CBS en andere bronnen. Floron heeft de recentste soortenlijsten in exel-format op haar website staan.

(4)

4. GEGEVENS LEVEREN AAN FLORON

Er is een programmaatje gemaakt om de uitvoer voor de landelijke database Floron in het goede format aan te leveren. De gegevens worden overgezet in een excelformulier van Floron.

5. VAN DATA NAAR INFORMATIE EIGENBOUW

Met name voor flora en vogelwaarnemingen zijn in de databases en in Excel rekenbladen mogelijkheden voorzien om ruwe data tot bondige informatie te verwerken. Dit gebeurt veelal op basis van groeperingen volgens de gegevens in Biobase 2003 van het CBS.

Voor het gebruik van deze eigenbouw zaken zijn handleidingen te vinden in de map Flor/Handleiding

6. VAN DATA NAAR INFORMATIE TURBOVEG/ASSOCIA EN SYNBIOSYS

Van de Universiteit van Wageningen/ Alterra hebben we een licentie om niet gekregen van Turboveg en de module Associa. Turboveg is een programma om vegetatieopnamen in te voeren. Met Associa kun je opnames verwerken tot indicaties van vegetaties volgens de Vegetatie van Nederland. Deze zijn vervolgens over te zetten naar Synbiosys, een stuk vrije software, dat de opnamen kan verwerken volgens de de informatie van De Vegetatie van Nederland. Turboveg haalt zelf nieuwe updates naar binnen. In Synbiosys2 is nu ook een invoermodule ingebouwd. Van deze versie kun je in het welkomscherm zien of er nieuws is.

Van geen van beide programma’s bestaat een handleiding. Je moet je gezond verstand gebruiken en de helpfunctie. Met enige oefening is de werking in de vingers gekregen. Ook interessant is met de verkenner Synbiosys-bestanden te bekijken. Er zijn dan mogelijkheden die via de officiële weg niet benaderbaar zijn. Bekijk met name de Access-database

“Persoonlijke data” en de successieschema’s in het Nederlands. Tabellen uit “Persoonlijke data” worden gebruikt in de eigen database “Flora”.

De contactpersoon bij Alterra is Stephan Hennekens, Stephan.Hennekens@wur.nl.

7. GIS-DATABASE FLOR

Het is mogelijk met de GIS-database Flor verspreidingskaarten te maken. In 2012 is de laatste versie helemaal opnieuw geïnstalleerd.

De GIS-database Flor is geleverd door Bob de Roode. Zijn emailadres is: roodelec@wxs.nl.

Bij het programma hoort ook een sleutel achterop de computer om illegaal kopiëren tegen te gaan. We hebben geen jaarlijks onderhoudscontract; we doen een contract als we iets nodig hebben. (Het is de vraag of het programma nog wordt onderhouden.)

Van Flor zijn handleidingen beschikbaar in de map “Handleiding” van het programma.

8. GPS/ GARMIN

De afdeling heeft een GPS met de topografische kaart van de Benelux. Het is daarmee mogelijk waarnemingen van een locatie/ waypoint te voorzien. De coördinaten kunnen na wat bewerkingen worden overgezet in excel en daar kan er met de grafiekfunctie een verspreidingskaart van worden gemaakt. In Coreldraw kan er zelfs een kaart onder worden gelegd. Er kan natuurlijk ook een kaart gemaakt worden met de gratis programmatuur Basecamp van Garmin.

(5)

9. WAARNEMING.NL

Dit is de centrale database van Nederland, na validatie worden de waarnemingen openomen in de Database voor Flora en Fauna van Nederland, hierin komen alle databases bij elkaar.

De afdeling heeft een collectieve toegang tot Waarneming.nl.

http://knnvdelfland.waarneming.nl/index.php?g=1

Er is een brief om waarnemers op te roepen om hun waarnemingen hier te melden en tevens lid te worden van de onze afdeling op waarneming.nl Dit is geen lidmaatschap in de zin van onze vereniging.

Geert van Poelgeest is de regioadmin van ons deel van waarneming. Hij kan uitdraaien maken van soortgroepen, gebiedswaarnemingen, kaarten maken, extra menu’s, b.v. Soort van de Maand.

10. BIBLIOGRAFIE

 BioBase 2003; CD-ROM als bijlage bij Natuurcompendium 2003, RIVM, CBS en Stichting DLO, 2003

 Broedvogels en beheer, Henk Sierdsema, Sovon-onderzoeksrapport 1995/04

 De Vegetatie van Nederland, zoals verwerkt in het programma SynBioSys van Alterra Ecotopen zijn volgens de laatste inzichten van Alterra.

(6)

BIJLAGE; ARTIKEL IN VELDBERICHT; WINTER 1996

GROENE KAART EN STREEPLIJSTEN; WAAR DOEN WE HET VOOR?

DE JUISTE WAARNEMING OP DE JUISTE PLAATS!

Het begrip groene kaart hoort bij ieder lid bekend te zijn. Streeplijsten zullen voor de meerderheid ook niet vreemd zijn. Maar waar doen we het allemaal voor? Over dit

onderwerp en of deze manieren van waarnemingen registreren in alle gevallen wel zo goed is gaat dit stuk.

Om te beginnen de gebruikers van deze waarnemingen. Een aantal landelijke organisaties probeert in kaart te brengen waar in Nederland bepaalde planten, mossen, zoogdieren, paddestoelen, vlinders, vogels, enz. te vinden zijn. Deze instellingen tooien zich met namen als FLORON, SOVON, enz.. Zij zijn door hun grootschaligheid in staat in de tijd voor heel Nederland de soorten te volgen. Rode lijsten, waar de soorten in staan die sterk achteruit gaan, komen van hun hand. Nederland wordt door hen ingedeeld in kilometerblokken en soms zelfs in de grovere 5 bij 5 kilometerblokken oftewel uurhokken. De gegevens van onze groene kaarten worden jaarlijks aan hen doorgegeven en vandaar dat de plaatsbepaling in kilometerblokken gevraagd wordt. In het kilometerblokkenproject, AA- en BB-projecten met de streeplijsten wordt dezelfde doelstelling nagestreefd.

Een heel ander type gebruiker van waarnemingen zijn de instellingen die terreinen in beheer hebben. Terreinen zijn meestal veel kleiner dan een vierkante kilometer en waarnemingen moeten daarom ook veel kleinschaliger worden gedaan.

Het Hoogheemraadschap van Delfland, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en de Plantsoenendiensten hebben liever waarnemingen van specifieke terreinen. Niet alleen het voorkomen van een soort is hier belangrijk, maar ook hoe veel en waar precies. Het beste is hier met gedetailleerde kaarten te werken en de waarnemingen in te tekenen.

Verder zijn van een beperkt aantal groepen uit de natuur gegevens beschikbaar over de ecologie en de eisen die gesteld worden aan de bodem en het beheer. Van planten is goed bekend hoe zij reageren op maairegime en bemesting. Van vlinders is dankzij de

inspanningen van de Vlinderstichting ook bekend hoe zij reageren op beheer. Van

loopkevers, paddestoelen, mossen of slakken is dit bijvoorbeeld veel minder goed bekend.

Dit betekent dat sommige waarnemingen belangrijker zijn voor het opstellen van een beheersplan dan andere.

Grotere instellingen als Natuurmonumenten hebben graag de gegevens op een heel specifieke manier die past in hun computersystemen. Als voor een grote instelling ten behoeve van een beheersplan iets moet worden gedaan, is het raadzaam om met de klant contact op te nemen. Moet een totaalinventarisatie worden gedaan of alleen de rode lijst soorten? Het grote project Natuur in de Tijd dat wij doen voor de gemeente Delft en de nulinventarisatie voor Natuurmonumenten in de Polder van Noord Kethel zijn hiervan voorbeelden.

Overigens zijn grote instellingen blij met iedere waarneming, als hij maar gedetailleerd genoeg is. Wat gisteren een leuke, maar niet bruikbare, waarneming was kan morgen aanleiding zijn om het beheersplan om te gooien. Het werk van de Vlinderstichting in de afgelopen jaren heeft vele oude vlinderwaarnemingen op een hoger plan getild. Nu kan men er wat mee doen bij het opstellen van een beheersplan. Laat u dus niet tegenhouden, als een waarneming niet direct een nuttige toepassing vindt.

Het verbeteren van het beheer van een terrein begint met goede waarnemingen. Als u vindt dat een terrein verbetering behoeft, ga dan praten met de beheerder over welke

waarnemingen van belang zijn en hoe die op te schrijven. Nog leuker en misschien

(7)

doeltreffender wordt het als de afdeling meedoet. Ga ook eens praten met de secretaris Natuurstudie.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ad 4: Voor de plannenavond wordt het programma van het komende kwartaal voorbereid door de Algemeen Secretaris. De voorzitter doet ook

In Veldbericht worden artikelen geplaatst geschreven door leden, de redactie en het bestuur.. 3

DOELSTELLINGEN EN DE MOGELIJKHEDEN VAN NATUURLIJK DELFLAND Onze doelstellingen zijn natuurstudie, natuureducatie en natuurbescherming; dit zowel voor leden als niet-leden. De

Onder signaleren wordt verstaan dat er mogelijkheden worden geboden om veranderingen in de natuur in het gebied van de KNNV-contactpersoon waar te nemen. Een contactpersoon

3.4 IS VERTEGENWOORDIGER IN HET NATUUR- EN MILIEUNETWERK DELFT 3 3.5 GEEF LEIDING AAN, VERTEGENWOORDIG DE VERENIGING IN EN ONDERSTEUN ACTIES ROND NATUURBESCHERMING .... 3.6 ZORG

Deze zijn erg handig voor de plannen voor dat jaar, voor het overzicht financiën, voor een projectbeschrijving van een activiteit of voor verslagen van vergaderingen. Hiervoor

Eén voor de voorzitter, voor het ondervragen van de Vertegenwoordigers, en één voor secretaris Natuurstudie, voor het ondervragen van de projectleiders en coördinatoren.. Het

Zonder goedkeuring loopt de cursus op persoonlijke titel van de cursusleider; de naam Natuurlijk Delfland mag dan niet gebruikt worden en ook zijn de financiële risico’s voor