• No results found

Monitor basisexamen inburgering buitenland

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Monitor basisexamen inburgering buitenland"

Copied!
33
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Significant Thorbeckelaan 91 3771 ED Barneveld +31 342 40 52 40

KvK 3908 1506 info@significant.nl www.significant.nl

Monitor basisexamen inburgering buitenland

2018-1

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Barneveld, 31 oktober 2018

Referentie: MZ/000069 Versie: Definitief

Auteurs: Marjolijn Zwanepol, Robbie Schepers, Esther van de Kuilen, Patrick Tazelaar

(2)

Inhoudsopgave

1. Achtergrond en aanleiding 5

1.1 De monitor basisexamen inburgering buitenland 6

1.2 Kaders van de opdracht 6

1.2.1 Doelstelling 6

1.2.2 Aanpak 7

1.2.3 Indeling van het rapport 7

2. Voorlichting en voorbereiding 8

2.1 2.064 zelfstudiepakketten verkocht en 4.347 accounts aangemaakt door kandidaat-

inburgeraars 8

2.2 127 informatieverzoeken en 190 klachten binnengekomen 11

2.2.1 Vragen en klachten over de voorbereiding op het basisexamen inburgering 12 2.2.2 Vragen en klachten over het basisexamen inburgering buitenland 12

3. Uitvoering basisexamen inburgering 14

3.1 Het aantal eerste examens is stabiel gebleven, slagingspercentages zijn gestegen 14 3.1.1 Het gemiddelde aantal eerste volledige examens is stabiel gebleven 14

3.1.2 Het gemiddelde slagingspercentage is gestegen 15

3.2 3.252 eerste volledige basisexamens afgelegd 15

3.2.1 Slagingspercentage voor het eerste volledige examen met 11% toegenomen 17 3.2.2 Spreken heeft bij de eerste en tweede poging de laagste slagingspercentages ten

opzichte van de andere examenonderdelen, bij 3 pogingen of meer heeft Lezen de

laagste slagingspercentages 18

3.3 Examenresultaten afhankelijk van kenmerken van kandidaat-inburgeraars 19 3.3.1 Vrouwelijke kandidaat-inburgeraars behalen hogere slagingspercentages 19 3.3.2 Hogere slagingspercentages bij jongere kandidaat-inburgeraars 20 3.3.3 Verschil in slagingspercentage tussen hoog- en laagopgeleiden grotendeels te

verklaren door de examenonderdelen Lezen en Spreken 21

3.3.4 Resultaten verschillen tussen nationaliteiten 23

3.3.5 Taalvaardigheid in het Latijnse schrift van invloed op slagingspercentage 24

3.4 Eén fraudegeval in de eerste helft van 2018 26

3.5 Specifieke verzoeken omtrent de uitvoering van het basisexamen inburgering 26 3.5.1 Circa 270 verzoeken om ontheffing Wib, waarvan circa 40% gehonoreerd 26

A. Resultaten naar locatie 27

B. Resultaten naar nationaliteit 29

C. Achtergrondkenmerken meest voorkomende nationaliteiten 32

(3)

Voorwoord

Voor u ligt de monitor basisexamen inburgering buitenland over de eerste helft van 2018. In opdracht van de directie Samenleving en Integratie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voert

onderzoeks- en adviesbureau Significant een halfjaarlijks onderzoek uit naar het basisexamen inburgering buitenland. In deze monitor geven wij inzicht in de voorbereidingen van kandidaat-inburgeraars, hun vragen en klachten en hun examenuitslagen. Daarnaast beschrijven wij de relevante ontwikkelingen op het gebied van de Wet inburgering buitenland.

Deze monitor is mede mogelijk gemaakt door verschillende partijen die de noodzakelijke gegevens hebben aangeleverd. Wij willen dan ook het ministerie van Buitenlandse Zaken, DUO, Uitgeverij Boom en IND bedanken voor hun medewerking.

Daarnaast willen wij de medewerkers van de directie Samenleving en Integratie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bedanken voor de goede samenwerking bij het opstellen van deze rapportage.

Marjolijn Zwanepol (projectleider) Robbie Schepers

Esther van de Kuilen Patrick Tazelaar

(4)

i

Introductie

De monitor basisexamen inburgering buitenland geeft inzicht in de praktijk van het verloop van het basisexamen inburgering in het kader van de Wet inburgering in het buitenland (Wib). Bovendien draagt de monitor bij aan het signaleren van eventuele problemen in de uitvoering van de Wib. Daarmee vormt de monitor een van de instrumenten voor het verantwoorden en verder ontwikkelen van het inburgeringsbeleid. In deze monitor gaan wij in op de gegevens over het eerste halfjaar van 2018.

In de eerste helft van 2018 waren er 4.293 kandidaat-inburgeraars; in de eerste helft van 2017 waren dat er 4.105. Dit is een toename van 4,6%.

1. Kandidaat-inburgeraars in de eerste helft 2018

= 4.293

Meest voorkomende nationaliteiten:

Marokkaanse

Indonesische

Filipijnse

Russische

Braziliaanse

2. Voorlichting en voorbereiding

Aantallen

Zelfstudiepakketten

Vragen en klachten

Voorlichting en voorbereiding

Uitvoering basisexamen inburgering

Top 3 vragen en klachten Inloggen E-learning

Technische problemen E-learning

Inhoud zelfstudiepakket 1

2 3

Top 3 vragen en klachten Examenprocedure

Beoordelingstermijn

Inhoud examen 1

2 3

Getallen en cijfers Getallen en cijfers

2017-1 2018-1

klachten

vragen

205 150

159 99

2017-1 2018-1

klachten

vragen

45 37

65 18

In 2018-1 zijn 4.347accounts aangemaakt voor e-learning.

2.336 2.064

0 1000 2000 3000

Aantal verkochte zelfstudie paketten

3. Uitvoering basisexamen inburgering

In de eerste helft van 2018 zijn 3.252eerste volledige examens afgelegd.

Examenonderdeel Slagingspercentage Eerste volledige examens afgelegd

KNS

Spreken

Lezen

97% 98%

68% 80%

80% 82%

62%

73%

2017-1

2018-1

60%

69%

63%

74%

45%

50%

57%

75%

70%

84%

Man Vrouw Laag Midden Hoog

Geslacht Opleidingsniveau

Aantal geslaagden en aantal ontheffingen

0 1000 2000 3000 4000

Aantal geslaagden

2.728 3.263

0 50 100 150

Aantal ontheffingen

110 110

2017-1 2018-1

2017-1 2018-1

2017-1 2018-1

Monitor inburgeringsexamen buitenland 2018-1

Samenvattende infographic

Slagingspercentages eerste volledige examen

15.081

0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 10000 11000 12000 13000 14000 15000 16000

Aantal gedownloade werkboeken

(5)

1. Achtergrond en aanleiding

01 Op 15 maart 2006 is de Wet inburgering in het buitenland (hierna: Wib) in werking getreden. De

doelstelling van de Wib is nieuwkomers voorafgaand aan hun komst naar Nederland de Nederlandse taal op een basaal niveau te leren spreken en lezen en hen kennis te laten maken met de Nederlandse samenleving.

Het integratieproces zal hierdoor naar verwachting efficiënter en effectiever zijn.

02 De Wib heeft betrekking op vreemdelingen in de leeftijd van 18 jaar tot de AOW-gerechtigde leeftijd die een Machtiging tot Voorlopig Verblijf (MVV) nodig hebben voor toelating tot Nederland. Het betreft

vreemdelingen uit landen buiten Europa (met uitzondering van een aantal landen, zie www.ind.nl)1 die zich vrijwillig voor langere tijd in Nederland willen vestigen in het kader van gezinsvorming, gezinshereniging of als geestelijk bedienaar. De Wib verbindt een voorwaarde aan het verkrijgen van een MVV voor deze groep: de aanvrager dient het basisexamen inburgering in het buitenland succesvol af te ronden. Het basisexamen inburgering bestaat uit drie examenonderdelen: Kennis van de Nederlandse Samenleving (hierna: KNS), Spreekvaardigheid (hierna: Spreken) en Leesvaardigheid (hierna: Lezen). Het basisexamen wordt afgenomen op een Nederlandse ambassade of consulaat-generaal via een computer.

03 Kandidaat-inburgeraars zijn zelf verantwoordelijk voor het aanvragen van, voorbereiden op en het afleggen van het basisexamen. Ter voorbereiding kunnen zij bijvoorbeeld gebruikmaken van het zelf- studiepakket, online e-learning en een voorbeeldexamen maken.

04 Figuur 1 toont het proces van de aanvraag van het basisexamen in het buitenland tot en met de inwilliging dan wel afwijzing van een MVV-aanvraag. De MVV-procedure en uiteindelijke inburgering in Nederland vallen buiten de scope van deze monitor. De figuur bevat een overzicht van het inburgeringsproces in het kader van de Wib en de relaties tussen de deelaspecten van de wet.

Figuur 1. Proces van aanvraag van het basisexamen tot en met de beslissing van de MVV-aanvraag

1 De situaties waarvoor een basisexamen inburgering vereist is, zijn te vinden op www.ind.nl.

(6)

05 Het basisexamen inburgering in het buitenland valt onder de verantwoordelijkheid van het directoraat- generaal Sociale Zekerheid en Integratie, directie Samenleving en Integratie (S&I) van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: het ministerie van SZW).

1.1 De monitor basisexamen inburgering buitenland

06 Voor het kabinet is het van belang zicht te hebben op de uitvoering van de Wib. Sinds de invoering op 15 maart 2006 zijn daarom diverse onderzoeken uitgevoerd die een beeld geven van de uitvoering van de Wib (onder andere een kortetermijnevaluatie in 2008 en een wetsevaluatie in 2009 en 2014). Daarnaast vindt de halfjaarlijkse monitoring plaats met behulp van deze monitor basisexamen inburgering buitenland. De monitor basisexamen inburgering buitenland geeft inzicht in de praktijk van het verloop van het basisexamen inburgering in het kader van de Wib. Bovendien draagt de monitor bij aan het signaleren van eventuele problemen in de uitvoering van de Wib. Daarmee vormt de monitor een van de instrumenten voor het

verantwoorden en verder ontwikkelen van het inburgeringsbeleid. In deze monitor gaan wij in op de gegevens over de eerste helft van 2018.

1.2 Kaders van de opdracht

1.2.1 Doelstelling

07 De doelstelling van de monitor basisexamen buitenland is antwoord te geven op de volgende onderzoeksvraag:

Hoe verloopt het basisexamen inburgering in het buitenland in de praktijk?

08 De onderzoeksvraag is geoperationaliseerd in de beantwoording van een aantal deelvragen. Achter elke deelvraag staat vermeld in welk hoofdstuk de vraag wordt beantwoord:

1. Voorlichting en voorbereiding op het basisexamen inburgering:

a. Welke trend is zichtbaar bij de voorbereiding op het basisexamen inburgering (gebruik van zelfstudiepakketten en aantal aangemaakte accounts)? (H2.1);

b. Wat is het aantal en het soort vragen en klachten dat gesteld wordt gedurende de voorbereiding op het basisexamen inburgering in het buitenland? (H2.2);

c. Wat is het aantal en het soort vragen en klachten dat gesteld wordt over het basisexamen inburgering in het buitenland? (H2.2);

2. Uitvoering basisexamen inburgering:

a. Wat is de ontwikkeling van het aantal examens dat is afgelegd en het slagingspercentage sinds 2006? (H3.1);

b. Hoeveel personen hebben in de betreffende periode het basisexamen aangevraagd en afgelegd?

En wat zijn de behaalde resultaten per examenonderdeel en voor het gehele basisexamen?

(H3.2);

c. Wat zijn de kenmerken van de kandidaten van het basisexamen inburgering? (H3.3);

d. Zijn tijdens de uitvoering van het examen fraudegevallen aan het licht gekomen? (H3.4);

(7)

e. Welke specifieke verzoeken omtrent de uitvoering van het basisexamen inburgering zijn ontvangen? (H3.5).

1.2.2 Aanpak

09 Voor het beantwoorden van de onderzoeksvragen is gebruikgemaakt van diverse gegevensbronnen.

DUO levert de belangrijkste gegevens, namelijk de examenresultaten en kandidaatgegevens. Daarnaast zijn gegevens opgevraagd bij diverse ketenpartners zoals Uitgeverij Boom (voor de registratie van het aantal verkochte en gratis gedownloade zelfstudiepakketten, het aantal aangemaakte accounts en het aantal informatieverzoeken en klachten), het ministerie van Buitenlandse Zaken en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (voor de registratie van het aantal vragen en klachten) en de Immigratie- en

Naturalisatiedienst (hierna: IND) (voor het aantal beroepen op ontheffing). DUO registreert ook het aantal klachten met betrekking tot het examenproces en het aantal fraudegevallen. Sinds deze monitor levert Xerox gegevens aan over het aantal zelfstudiepakketten (uitgesplitst naar taal) dat gedownload wordt van de site NaarNederland.nl. De kandidaatgegevens zijn niet herleidbaar op persoonsniveau.

1.2.3 Indeling van het rapport

10 De indeling van dit rapport volgt het proces van een persoon die het basisexamen moet afleggen in het kader van de Wib. Hoofdstuk 2 gaat in op kengetallen met betrekking tot voorlichting van en voorbereidingen op het basisexamen inburgering. Ook behandelen wij de vragen en klachten met betrekking tot het

voorbereidingsmateriaal en het basisexamen. Hoofdstuk 3 beschrijft het examen zelf in termen van

examenresultaten, de kenmerken van deelnemers, het aantal fraudegevallen en het aantal ontheffingen. De bijlagen A en B bevatten de resultaten uitgesplitst naar Nederlandse ambassades en de resultaten uitgesplitst naar nationaliteit. Bijlage C geeft de achtergrondkenmerken weer van de vijf meest voorkomende

nationaliteiten.

(8)

2. Voorlichting en voorbereiding

2.1 2.064 zelfstudiepakketten verkocht en 4.347 accounts aangemaakt door kandidaat-inburgeraars

11 De kandidaat-inburgeraars bereiden zich naar eigen inzicht voor op het basisexamen inburgering, waarbij wordt uitgegaan van de eigen verantwoordelijkheid. Het ministerie van SZW raadt kandidaat-inburgeraars aan gebruik te maken van het zelfstudiepakket ‘Naar Nederland’. Dit zelfstudiepakket is beschikbaar in twee vormen: gratis digitaal te downloaden of een fysiek exemplaar aan te schaffen via de website

www.naarnederland.nl of in een boekhandel. De referent2 kan de kandidaat-inburgeraar ondersteunen bij de voorbereiding op het examen.

12 De pakketten ‘Naar Nederland’ zijn speciaal voor de voorbereiding op het basisexamen ontwikkeld. Er is in het zelfstudiepakket rekening gehouden met analfabeten en anders gealfabetiseerden door voor hen eigen studiemateriaal te ontwikkelen. Daarnaast is een gratis e-learningtool ontwikkeld, om kandidaat-inburgeraars de mogelijkheid te geven zich zelfstandig voor te bereiden op het basisexamen. Het zelfstudiepakket is beschikbaar in 34 talen.

13 Het zelfstudiepakket bestaat uit3:

a. Dvd met de film ‘Naar Nederland‘ ongekuist of gekuist (per pakket twee dvd’s: PAL/SECAM en NTSC)4; b. Fotoboek ‘Naar Nederland’ met audio-cd;

c. Werkboek ‘Naar Nederland’, Nederlands voor anderstaligen met vier audio-cd’s;

d. Handleiding zelfstudie in het Nederlands met vertaling in de hulptaal (ook op audio-cd);

e. Woordenlijst in de hulptaal (ook op audio-cd);

f. Dvd met het digitale oefenprogramma;

g. Inlogcode voor het online oefenprogramma.

2 De referent (bijvoorbeeld een echtgenoot) is de persoon die belang heeft bij de overkomst van de kandidaat-inburgeraar naar Nederland.

3 Bron: www.naarnederland.nl.

4 Deze film bevat in sommige talen een gekuiste en ongekuiste versie. De ongekuiste versie bevat beelden die in Nederland gewoon zijn, maar waarvan het in andere landen verboden is om een film met deze beelden in bezit te hebben. Daarom is voor die landen een film gemaakt waarin die beelden zijn weggelaten; de gekuiste versie.

(9)

14 Figuur 2 laat de trend van de verkoopaantallen van de zelfstudiepakketten zien van januari 2014 tot en met juni 2018. In de eerste helft van 2018 daalt het aantal verkochte zelfstudiepakketten lichtelijk. Het gemiddeld aantal verkochte zelfstudiepakketten ligt dan onder het gemiddelde van de eerste helft 2017, gemiddeld gaat het om zo’n 50 verkochte zelfstudiepakketten minder per maand. Daarentegen zijn er in de eerste helft van 2018 zo’n 30 kandidaat inburgeraars per maand meer dan in de eerste helft van 2017. Dit zou een indicatie kunnen zijn dat kandidaat inburgeraars meer gebruik van digitale voorbereiding boven papieren versies.

15 Naast het aantal verkochte zelfstudiepakketten laat Figuur 2 ook het aantal door kandidaat-inburgeraars aangemaakte online-accounts zien in de periode december 2015 tot en met juni 2018. In januari 2018 zijn 904 accounts aangemaakt door kandidaat-inburgeraars, evenals in 2016 en 2017 is er een piek aan het begin van het jaar. In tegenstelling tot het gemiddeld aantal zelfstudiepakketten, ligt het gemiddeld aantal nieuw

aangemaakte accounts voor e-learning in de eerste helft 2018 iets boven het gemiddelde van de eerste helft 2017, gemiddeld gaat het om zo’n 50 nieuw aangemaakte accounts meer per maand.

16 Er is geen zicht op het aantal kandidaat-inburgeraars dat zowel het zelfstudiepakket heeft aangeschaft als een online account voor de e-learning heeft aangemaakt. Naast de aangemaakte accounts door kandidaat- inburgeraars, zijn in 2017 ook 1.396 accounts aangemaakt door referenten (aantal niet opgenomen in figuur 2). Deze referenten maken een account aan om mee te kunnen kijken met de kandidaat-inburgeraar en ze te kunnen helpen met de voorbereiding op het basisexamen inburgering5.

Figuur 2. Aantal verkochte zelfstudiepakketten door Boom en aantal aangemaakte e-learning accounts door kandidaten per kwartaal.

5 Het kan zijn dat onder de gebruikers van de zelfstudiepakketten niet alleen gezinsmigranten zitten, maar dat ook andere typen migranten en statushouders gebruikmaken van hetzelfde materiaal om de Nederlandse taal machtig te worden.

(10)

17 Sinds 2018 is het mogelijk om ook inzicht te krijgen in de zelfstudiepakketten die gedownload worden via de website NaarNederland.nl. Het downloaden kan in delen, men kan namelijk het werkboek, het fotoboek en de audio apart van elkaar downloaden. Tabel 1 toont zowel de verkoopaantallen van zelfstudiepakketten door Uitgeverij Boom als het aantal downloads van werkboeken uitgesplitst naar taal.

Tabel 1. Verkoopaantallen van zelfstudiepakketten door Uitgeverij Boom en downloads van werkboeken in de eerste helft van 2017 en 20186.

6 Tabel 1 bevat alleen het totaal voor de eerste helft 2018 omdat de gegevens van het aantal downloads van de werkboeken in de eerste helft 2017 nog niet beschikbaar waren.

Totaal 2017-1 2018-1 2017-1 2018-1 2018-1

Engels ongekuist 463 387 - 4.973 5.360

Spaans 195 231 - 1.714 1.945

Russisch gekuist 125 154 - 1.180 1.334

Marokkaans Arabisch gekuist 191 229 - 793 1.022

Portugees 87 121 - 863 984

Chinees gekuist 131 83 - 817 900

Indonesisch gekuist 103 98 - 475 573

Thai gekuist 83 56 - 505 561

Farsi gekuist 71 73 - 360 433

Engels gekuist 175 187 - - 187

Egyptisch Arabisch gekuist 68 63 - 328 391

Libanees - Syrisch/Arabisch gekuist 97 21 - 275 296

Oekraïens gekuist 29 36 - 226 262

Frans ongekuist 36 22 - 252 274

Dari gekuist 32 33 - 187 220

Servisch ongekuist 33 22 - 199 221

Vietnamees gekuist 29 21 - 193 214

Urdu gekuist 34 18 - 201 219

Irakees Arabisch gekuist 71 31 - 159 190

Algerijns Arabisch gekuist 20 13 - 212 225

Bosnisch ongekuist 38 17 - 184 201

Tigrinya gekuist 75 19 - 169 188

Tunesisch Arabisch gekuist 16 18 - 118 136

Hindi gekuist 8 9 - 120 129

Tamil gekuist 22 15 - 76 91

Turks en Koerdisch gespr. taal 3 0 - 119 119

Punjabi gekuist 6 7 - 92 99

Standaard Somalisch gekuist 12 19 - 47 66

Pashto gekuist 9 15 - 49 64

Marokkaans Arabisch en Tarifit/Berber gekuist 15 11 - 46 57

Kroatisch ongekuist 2 2 - 65 67

Kantonees gekuist 7 5 - 40 45

Oost Armeens ongekuist 13 7 - 34 41

Frans gekuist 32 18 - - 18

Singalees gekuist 5 3 - 10 13

Totaal 2.336 2.064 - 15.081 17.145

Zelfstudiepakketten Downloads

(11)

18 In de eerste helft van 2018 zijn 2.064 zelfstudiepakketten verkocht. Dit is een afname van ruim 10% ten opzichte van de eerste helft van 2017, toen werden 2.336 zelfstudiepakketten verkocht. In de eerste helft van 2018 zijn in totaal 15.081 werkboeken gedownload. Deze cijfers zijn sinds 2018 beschikbaar en kunnen dus niet vergeleken worden met voorgaande jaren. De werkboeken worden meer dan zeven keer zo vaak gedownload als dat de zelfstudiepakketten verkocht worden. Engels wordt in beide gevallen het meest gekocht / gedownload. Daarnaast zijn Spaans, Russisch en Marokkaans/Arabisch populaire talen. De top vier talen hebben samen een aandeel van 56% in de eerste helft van 2018. Van de talen die minder vaak verkocht worden valt op dat in de eerste helft van 2018 geen Koerdische zelfstudiepakketten zijn verkocht en slechts twee zelfstudiepakketten in de Kroatische taal, maar dat het werkboek respectievelijk 119 en 65 keer is gedownload. Voor de werkboeken die gedownload zijn in het Engels en het Frans wordt geen onderscheid gemaakt naar gekuist en ongekuist.

2.2 127 informatieverzoeken en 190 klachten binnengekomen

19 Bij diverse instanties kunnen vragen en klachten ingediend worden. De instanties waar dit kan zijn Uitgeverij Boom, Edia (beheert de website van www.naarnederland.nl), DUO, het ministerie van SZW en het ministerie van Buitenlandse Zaken (hierna: het ministerie van BZ). In de eerste helft van 2018 zijn 127 informatieverzoeken en 190 klachten binnengekomen7. In Tabel 2 is dit uitgesplitst naar de instantie waar het informatieverzoek of de klacht is binnengekomen.

Tabel 2. Aantal vragen en klachten uitgesplitst naar de instantie waar het verzoek is binnengekomen

7 In enkele gevallen wordt een informatieverzoek of klacht naar meerdere instanties gestuurd waardoor sprake is van dubbeltellingen van vragen en klachten. Daarnaast staan in enkele gevallen twee verzoeken in een bericht, deze zijn dan apart opgenomen.

Instantie Aantal vragen

Aantal

klachten Totaal Type vragen en klachten Uitgeverij

Boom 113 26 139 Vragen over het voorbereidingsmateriaal en (voorbereiding op) het basisexamen inburgering Edia 13 126 139 Vragen over de E-learning tool en de website

www.NaarNederland.nl

DUO 1 29 30 Vragen over de inhoud van het basisexamen inburgering, de examenprocedure en examenresultaten

Ministeries

(SZW en BZ) 0 9 9 Vragen en klachten over de Wib

Totaal 127 190 317

(12)

2.2.1 Vragen en klachten over de voorbereiding op het basisexamen inburgering

20 De meeste vragen en klachten gaan over de voorbereiding op het basisexamen inburgering. Dit kan zijn over het voorbereidingsmateriaal zelf, maar ook over hóe kandidaten zich het beste kunnen voorbereiden.

Tabel 3 geeft het aantal vragen en klachten weer die zijn binnengekomen over de voorbereiding op het basisexamen inburgering.

Tabel 3. Aantal vragen en klachten over de voorbereiding op het basisexamen inburgering in de eerste helft van 2017 en 2018

21 In de eerste helft van 2018 zijn in totaal 249 vragen en klachten binnengekomen die te maken hebben met de voorbereiding op het basisexamen inburgering. Hiermee is het aantal binnengekomen vragen en klachten 32% minder dan in de eerste helft van 2017. Deze daling is terug te zien in zowel het aantal vragen als het aantal klachten en komt vooral door een daling van het aantal vragen en klachten over de inhoud van het e-learning programma.

2.2.2 Vragen en klachten over het basisexamen inburgering buitenland

22 Tabel 4 geeft het aantal vragen en klachten weer die zijn binnengekomen over het basisexamen inburgering. Dit kan gaan over de examenprocedure, de beoordelingstermijn of over hoe het examen is beoordeeld.

Tabel 4. Aantal vragen en klachten over het basisexamen inburgering in de eerste helft van 2017 en 2018.

23 In de eerste helft van 2018 zijn in totaal 55 vragen en klachten binnengekomen die te maken hebben met het basisexamen inburgering. Hiermee is het aantal binnengekomen vragen en klachten 50% minder dan in de eerste helft van 2017. Deze daling komt vooral door een forse daling van vragen (-72%), het aantal klachten is met 18% afgenomen. Er zijn in de eerste helft van 2018 beduidend minder vragen over het basisexamen inburgering, met name met betrekking tot de examenprocedure en de beoordeling.

24 In Figuur 3 zijn alle informatieverzoeken en klachten die zijn binnengekomen bij de diverse bronnen opgenomen en geclusterd naar: E-learning, Zelfstudie & voorbereiding, Basisexamen inburgering en Overig.

Vragen Klachten Totaal

2017-1 159 205 364

2018-1 99 150 249

Verschil -38% -27% -32%

Vragen Klachten Totaal

2017-1 65 45 110

2018-1 18 37 55

Verschil -72% -18% -50%

(13)

Figuur 3. Aantal informatieverzoeken en klachten binnengekomen bij diverse instanties in de eerste helft van 2018

25 In de eerste helft van 2018 gaan veruit de meest gestelde vragen en klachten over de e-learning. De klachten gaan grotendeels over niet kunnen inloggen in de online leeromgeving en technische problemen. De inlogproblemen hebben vooral te maken met het feit dat wijzigingen in inloggegevens via de ontwikkelaar moeten worden aangepast. De technische problemen die gemeld worden zijn uiteenlopend van aard, maar komen in de basis vaak neer op fouten in de software. Voorbeelden van deze fouten zijn: het niet opslaan van resultaten van oefenvragen, het programma blijft vasthangen of correcte antwoorden worden fout geteld. De fouten worden zo snel mogelijk verholpen door Edia.

26 Bij de zelfstudie en voorbereiding gaan de meeste vragen en klachten of de inhoud van het zelfstudiepakket. De inhoudelijke vragen en klachten gaan over de interpretatie van de oefeningen,

bijvoorbeeld: moet er bij de spreekvaardigheidsopdrachten geantwoord worden met volzinnen of volstaat een kort antwoord op de vraag, maar ook taalkundige fouten als spel- en grammaticafouten worden gemeld.

Verder blijkt het voor kandidaat-inburgeraars onduidelijk hoe en waar ze het zelfstudiepakket kunnen bestellen. Kandidaat-inburgeraars vragen ook veelvuldig hulp en suggesties bij de voorbereiding op het examen, bijvoorbeeld in de vorm van extra voorbeeldexamens.

27 Het aantal vragen en klachten met betrekking tot de examens is beperkt. De meeste vragen en klachten gaan over de examenprocedure. Deze vragen gaan voornamelijk over het tijdsbestek, bijvoorbeeld wanneer het mogelijk is om een examen af te leggen of hoe lang de geldigheidsduur van een behaald

examenonderdeel is. De meeste klachten gaan over de beoordelingstermijn. Veel kandidaat-inburgeraars vinden het lang duren voordat ze de uitslag van hun examen ontvangen. De meeste informatieverzoeken gaan over de inhoud van het examen, waarbij kandidaat-inburgeraars of referenten meer duidelijkheid vragen over diverse onderdelen van het inburgeringsexamen.

(14)

3. Uitvoering basisexamen inburgering

28 Dit hoofdstuk bevat de resultaten van het basisexamen inburgering in het buitenland. DUO levert de brongegevens waarop de in dit hoofdstuk gepresenteerde overzichten gebaseerd zijn. Het hoofdstuk begint met een overzicht van de beleidswijzigingen sinds 2006. Vervolgens geven wij de trends weer van het aantal afgelegde examens en de behaalde resultaten in de periode 2006 tot en met de eerste helft 2018. Daarna zoomen wij in op de resultaten van de eerste helft 2018 in vergelijking tot de eerste helft 2017 op basis van de eerste volledige examens. Het hoofdstuk sluit af met het aantal fraudegevallen en ontheffingsverzoeken omtrent de uitvoering van het basisexamen inburgering.

3.1 Het aantal eerste examens is stabiel gebleven, slagingspercentages zijn gestegen

29 Om een beeld te krijgen van de impact van beleidswijzigingen en wijzigingen in de exameneisen, is het zinvol om de examenresultaten en -aantallen in de tijd te beschouwen vanaf de invoering van de Wib in 2006 tot en met de eerste helft 2018. De belangrijke (beleids)wijzigingen zijn in een tijdlijn weergegeven. De verhoging van de exameneis voor de Toets Gesproken Nederland (voorheen TGN, nu Spreken) in april 2011 en de invoering van de gewijzigde vorm van afname van het basisexamen inburgering in november 2014 zorgen voor trendbreuken in de trendgrafieken.

Figuur 4. Tijdlijn van belangrijke (beleids)wijzigingen sinds de invoering van de Wib op 15 maart 2006

3.1.1 Het gemiddelde aantal eerste volledige examens is stabiel gebleven

Figuur 5. Trendgrafiek: Aantal eerste volledige basisexamens inburgering per maand vanaf 2006

(15)

Tabel 5. Gemiddeld aantal eerste volledige examens per maand naar halve jaren vanaf de tweede helft van 2011

30 Figuur 5 toont het aantal eerste volledige basisexamens per maand sinds de invoering van de Wib. Wij definiëren het eerste volledige basisexamen als ‘het moment waarop de kandidaat-inburgeraar voor de eerste keer alle drie de examenonderdelen heeft afgelegd (KNS, Spreken en Lezen)’. Vanaf 2016 is het aantal eerste volledige examens stabiel met enkele schommelingen over de maanden heen. In de eerste helft van 2018 zijn 3.252 eerste volledige examens afgelegd, in de eerst helft van 2017 waren dat er 3.092. Het gemiddeld aantal eerste volledige examens per half jaar sinds de tweede helft van 2011 geven wij weer in Tabel 5.

3.1.2 Het gemiddelde slagingspercentage is gestegen

Figuur 6. Trendgrafiek: Slagingspercentages van de eerste volledige basisexamens inburgering per maand vanaf 2006

Tabel 6. Gemiddelde slagingspercentages per maand naar halve jaren vanaf de tweede helft van 2011

31 Figuur 6 toont de slagingspercentages van de eerste volledige examens per maand sinds de invoering van de Wib. Sinds de eerste helft van 2017 zijn de slagingspercentages steeds wat verder gestegen, van 62%

naar gemiddeld 73% in de eerste helft van 2018. Tabel 6 geeft het gemiddelde slagingspercentage weer van de eerste volledige examens per half jaar sinds de tweede helft van 2011.

3.2 3.252 eerste volledige basisexamens afgelegd

32 In deze paragraaf geven wij inzicht in het aantal kandidaat-inburgeraars, het aantal eerste volledige examens, het aantal afgelegde examenonderdelen (KNS, Lezen en Spreken), de bijbehorende

slagingspercentages en het aantal geslaagde kandidaat-inburgeraars in de eerste helft van 2018.

2011-2 2012-1 2012-2 2013-1 2013-2 2014-1 2014-2 2015-1 2015-2 2016-1 2016-2 2017-1 2017-2 2018-1 Gemiddeld aantal eerste

volledige examens 363 428 372 366 391 408 388 487 453 521 495 515 509 542

2011-2 2012-1 2012-2 2013-1 2013-2 2014-1 2014-2 2015-1 2015-2 2016-1 2016-2 2017-1 2017-2 2018-1 Gemiddeld slagingspercentage

van de eerste volledige examens 78% 78% 80% 79% 80% 79% 76% 57% 61% 61% 63% 62% 68% 73%

(16)

33 Tabel 7 en Figuur 7 laten zien dat 3.252 kandidaat-inburgeraars in de eerste helft van 2018 voor de eerste keer een volledig examen hebben afgelegd. In totaal hebben 4.293 kandidaat-inburgeraars een of meerdere examenonderdelen afgelegd in de eerste helft van 2018. Het aantal unieke kandidaat-inburgeraars is hoger dan het aantal kandidaten dat eerste volledige examens hebben afgelegd omdat hierbij ook de kandidaat-inburgeraars meetellen die examenonderdelen herkansen, slechts een of twee examenonderdelen hebben afgelegd of in een ander jaar al hun eerste poging hebben gedaan. De aantallen eerste volledige examens en aantallen kandidaat-inburgeraars zijn licht gestegen in de eerste helft van 2018 ten opzichte van de eerste helft van 2017.

34 Tabel 7 laat ook het aantal afgelegde examenonderdelen zien. Een grafische weergave hiervan is te vinden in Figuur 8. Het aantal afgelegde examens in de eerste helft van 2018 voor de examenonderdelen KNS en Lezen zijn gestegen ten opzichte van 2017 (beiden met ongeveer 8%), het aantal afgelegde examens Spreken is nagenoeg gelijk gebleven. Het examenonderdeel Spreken wordt in beide jaren het meest

afgelegd, daarna komt het examenonderdeel Lezen. Het examenonderdeel KNS wordt het minst vaak afgelegd. In paragraaf 3.2.2 gaan wij hier verder op in. In de eerste helft van 2018 zijn 3.263 kandidaat- inburgeraars geslaagd, dit is een stijging van bijna 20% ten opzichte van de eerste helft van 2017.

Tabel 7. Aantal: kandidaten, eerste volledige examens, afgelegde examenonderdelen en geslaagden in de eerste helft van 2017 en 20188

Figuur 7. Aantal kandidaat-inburgeraars en aantal eerste volledige examens in de eerste helft van 2017 en 2018

8 Vanwege doorgevoerde verbeteringen in de analyses wijken de aantallen van deze tabel licht af van wat in de monitor over de eerste helft van 2017 is gepubliceerd.

2017-1 2018-1

4.105 4.293

3.092 3.252

3.246 3.502

4.458 4.531

3.975 4.315

2.728 3.263

Totaal aantal geslaagd Aantal kandidaten

Aantal eerste volledige examens Aantal afgelegde KNS examens Aantal afgelegde Spreken examens Aantal afgelegde Lezen examens

(17)

Figuur 8. Aantal afgelegde examenonderdelen in de eerste helft van 2017 en 2018

3.2.1 Slagingspercentage voor het eerste volledige examen met 11% toegenomen

35 De resultaten van de eerste volledige examens in de eerste helft van 2017 en 2018 staan in Tabel 8 en Figuur 9. Het slagingspercentage voor het eerste volledige examen is met 11% toegenomen in de eerste helft van 2018 ten opzichte van de eerste helft van 2017, namelijk van 62% naar 73%. Dit kan met name

toegeschreven worden aan de hogere scores op het examenonderdeel Spreken, waarbij het

slagingspercentage in de eerste poging is toegenomen van 68% naar 80%. Voor de examenonderdelen KNS en Lezen geldt dat de slagingspercentages vrijwel gelijk zijn gebleven.

Tabel 8. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering voor de eerste helft van 2017 en 2018

Figuur 9. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering voor de eerste helft van 2017 en 2018 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 3% 32% 20% 38% 2% 20% 18% 27%

Geslaagd 97% 68% 80% 62% 98% 80% 82% 73%

3.092

2018-1 2017-1

3.252

(18)

3.2.2 Spreken heeft bij de eerste en tweede poging de laagste slagingspercentages ten opzichte van de andere examenonderdelen, bij 3 pogingen of meer heeft Lezen de laagste slagingspercentages

36 Om meer inzicht te krijgen in het deel van de kandidaat-inburgeraars dat meerdere pogingen nodig heeft om uiteindelijk te slagen, hebben wij een analyse uitgevoerd naar het aantal pogingen per examenonderdeel en de slagingspercentages per examenonderdeel. Om een totaalbeeld te kunnen geven van het aantal pogingen dat kandidaat-inburgeraars nodig hebben om te slagen voor de drie afzonderlijke

examenonderdelen, hebben wij de analyses uitgevoerd op gegevens van januari 20159 tot en met juni 2018.

Een kandidaat-inburgeraar kan namelijk meerdere pogingen doen per examenonderdeel over de jaren heen.

Aangezien de aantallen kandidaat-inburgeraars na de derde poging sterk afnemen hebben wij deze per examenonderdeel geclusterd naar de categorie drie of meer pogingen.

37 Figuur 10 geeft weer dat het slagingspercentage voor het examenonderdeel KNS bij alle pogingen het hoogst is in vergelijking tot de andere examenonderdelen. De slagingspercentages voor de

examenonderdelen KNS en Spreken nemen minder sterk af over de verschillende pogingen heen (gemiddeld - 23%) dan het slagingspercentage voor het examenonderdeel Lezen (- 36%). Voor het examenonderdeel Spreken is het slagingspercentage het laagst voor de eerste poging (69%) in vergelijking tot de andere onderdelen, voor drie of meer pogingen is het slagingspercentage voor Lezen het laagst (45%). Voor de examenonderdelen Spreken en Lezen dalen de slagingspercentages het meest tussen de eerste en de tweede poging. Voor het examenonderdeel KNS is er een grotere daling tussen de tweede en drie of meer pogingen.

Figuur 10. Resultaten van de afzonderlijke examenonderdelen van januari 2015 tot en met juni 2018

38 Tabel 9 en Tabel 10 laten het aantal afgelegde examens per examenonderdeel en per poging zien in respectievelijk de eerste helft van 2018 en 2017. In beide jaren zijn de meeste pogingen gedaan voor het onderdeel Spreken, gevolgd door Lezen. Voor KNS hebben slechts enkele kandidaat-inburgeraars drie of meer pogingen gedaan.

9 Januari 2015 is niet het nulpunt voor de telling van het aantal pogingen. Het kan zijn dat een kandidaat-inburgeraar voor januari 2015 al twee pogingen heeft gedaan en dat zijn derde poging na januari 2015 plaats heeft gevonden. In de figuur is dan enkel de derde poging meegenomen.

(19)

Tabel 9. Aantal kandidaat-inburgeraars per poging en per examenonderdeel in de eerste helft van 2018

Tabel 10. Aantal kandidaat-inburgeraars per poging en per examenonderdeel in de eerste helft van 2017

3.3 Examenresultaten afhankelijk van kenmerken van kandidaat-inburgeraars

39 In hoofdstuk 3.2 beschreven wij dat op het totaal de slagingspercentages licht zijn gestegen. De achtergrondkenmerken van de kandidaat-inburgeraars hebben invloed op deze examenresultaten. In de volgende paragrafen beschrijven wij voor de achtergrondkenmerken: geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, nationaliteit en taalvaardigheid in het Latijnse schrift, wat het effect is op de slagingspercentages.

3.3.1 Vrouwelijke kandidaat-inburgeraars behalen hogere slagingspercentages

40 Ruim driekwart van de kandidaat-inburgeraars is vrouw. Door de jaren heen behalen de vrouwelijke kandidaat-inburgeraars hogere slagingspercentages dan de mannelijke kandidaat-inburgeraars. In de eerste helft van 2018 ligt het slagingspercentage voor het eerste volledige basisexamen inburgering voor vrouwen 5% hoger dan dat voor mannen. De slagingspercentages zijn voor zowel mannen en vrouwen gestegen. In de eerste helft van 2017 was het slagingspercentage voor vrouwen 63%, terwijl dit in de eerste helft van 2018 gestegen is naar 74%, voor mannen is het slagingspercentage ook gestegen, van 60% naar 69%. Op het niveau van de examenonderdelen hebben de vrouwen een iets hoger slagingspercentage voor Spreken en Lezen (respectievelijk 4% en 2% in de eerste helft van 2018). De examenresultaten naar geslacht staan in Tabel 11, Tabel 12 en Figuur 11.

Tabel 11. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar geslacht in de eerste helft van 2018

Tabel 12. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar geslacht in de eerste helft van 2017

1 2 3 of meer Totaal 1 2 3 of meer Totaal 1 2 3 of meer Totaal

80 23 14 117 661 320 237 1.218 582 286 221 1.089

3.221 154 11 3.386 2.607 445 262 3.314 2.689 376 162 3.227

Aantal pogingen Gezakt Geslaagd

2018-1 KNS Spreken Lezen

Aantal 3.503 4.532 4.316

1 2 3 of meer Totaal 1 2 3 of meer Totaal 1 2 3 of meer Totaal

81 27 10 118 1.004 392 309 1.705 605 238 170 1.013

3.018 103 12 3.133 2.092 412 255 2.759 2.492 324 152 2.968

Gezakt Geslaagd

2017-1 KNS Spreken Lezen

Aantal 3.251 4.464 3.981

Aantal pogingen

2018-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 2% 23% 19% 31% 2% 19% 17% 26%

Geslaagd 98% 77% 81% 69% 98% 81% 83% 74%

Vrouw Man

2.476 (76%) 776 (24%)

2017-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 3% 33% 20% 40% 3% 32% 19% 37%

Geslaagd 97% 67% 80% 60% 97% 68% 81% 63%

Man

2.334 (75%) 758 (25%)

Vrouw

(20)

Figuur 11. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar geslacht in de eerste helft van 2018

3.3.2 Hogere slagingspercentages bij jongere kandidaat-inburgeraars

41 Het merendeel van de kandidaat-inburgeraars is tussen de 18 en 35 jaar (69%). In zowel de eerste helft van 2017 als de eerste helft van 2018 heeft deze groep een hoger slagingspercentage dan de groep kandidaat-inburgeraars van boven de 35 jaar. In de eerste helft van 2018 behaalden de kandidaat- inburgeraars in de leeftijdscategorieën 18 t/m 25 jaar en 26 t/m 35 jaar de hoogste slagingspercentages, namelijk 76%. In lijn met de eerste helft van 2017, hebben de kandidaat-inburgeraars in de leeftijdscategorie 56 t/m 6610 jaar in de eerste helft van 2018 het laagste slagingspercentage (49%). Door de kleinere aantallen in de oudste leeftijdscategorie fluctueert het slagingspercentage per jaar in deze groep het meest. Voor alle leeftijdsgroepen geldt dat het slagingspercentage in de eerste helft van 2018 hoger ligt dan in de eerste helft van 2017. Resultaten van het eerste volledige examen naar leeftijd staan in Tabel 13, Tabel 14 en Figuur 12.

Tabel 13. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar leeftijd in de eerste helft van 2018

Tabel 14. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar leeftijd in de eerste helft van 2017

10 Hierbij bedoelen wij 56 jaar tot en met de AOW-gerechtigde leeftijd. In 2018 is de AOW-leeftijd 66 jaar.

2018-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 2% 17% 15% 24% 1% 17% 15% 24% 3% 24% 20% 30%

Geslaagd 98% 83% 85% 76% 99% 83% 85% 76% 97% 76% 80% 70%

5 6

Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 5% 34% 31% 42% 15% 41% 40% 51%

Geslaagd 95% 66% 69% 58% 85% 59% 60% 49%

26 t/m 35 36 t/m 45

56 t/m 66 18 t/m 25

723 (22%) 719 (22%)

46 t/m 55

41 (1%) 226 (7%)

1.543 (47%)

2017-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 2% 29% 18% 35% 2% 29% 16% 34% 2% 39% 24% 44%

Geslaagd 98% 71% 82% 65% 98% 71% 84% 66% 98% 61% 76% 56%

5 6

Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 11% 46% 36% 54% 10% 50% 44% 55%

Geslaagd 89% 54% 64% 46% 90% 50% 56% 45%

26 t/m 35 1.511 (49%)

36 t/m 45 663 (21%)

56 t/m 65 31 (1%) 18 t/m 25

677 (22%)

46 t/m 55 210 (7%)

(21)

Figuur 12. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar leeftijd in de eerste helft van 2018

3.3.3 Verschil in slagingspercentage tussen hoog- en laagopgeleiden grotendeels te verklaren door de examenonderdelen Lezen en Spreken

42 Figuur 13 geeft de verdeling van kandidaat-inburgeraars naar opleidingsniveau weer11. In 2017 is een systeemwijziging geweest in de vastlegging van het opleidingsniveau van kandidaat-inburgeraars, waardoor het voor een deel van de kandidaat-inburgeraars onbekend was wat hun opleidingsniveau was. Vanaf juni 2017 moet de kandidaat-inburgeraar of de referent bij aanmelding voor het examen zelf zijn opleidingsniveau aangeven. Voorheen werd dit ingevoerd door de ambassademedewerker op aangeven van de kandidaat.

Waar het percentage onbekend opleidingsniveau in de eerste helft van 2017 nog 22% was, is dit in de eerste helft van 2018 gedaald naar 9%. Of de nieuwe manier van vastleggen er daadwerkelijk voor zorgt dat het opleidingsniveau voor minder kandidaat-inburgeraars onbekend is, moet blijken uit toekomstige monitors.

Voor de 91% van de kandidaat-inburgeraars waarvan het opleidingsniveau bekend is in de eerste helft van 2018, zijn de verhoudingen qua opleidingsniveau soortgelijk aan de eerste helft van 2017.

Figuur 13. Verdeling van kandidaat-inburgeraars voor het eerste volledige examen over opleidingsniveau in de eerste helft van 2017 en de eerste helft van 2018

11 Gehanteerde definities voor opleidingsniveau: laagopgeleiden (basisschool onderwijs), midden-opgeleiden (al het onderwijs tussen basisschool en hbo) en hoogopgeleiden (hbo en universitair onderwijs).

(22)

43 De resultaten naar opleidingsniveau staan in Tabel 15, Tabel 16 en Figuur 14. Laagopgeleiden hebben het laagste slagingspercentage (50% in de eerste helft van 2018 en 45% in de eerste helft van 2017). In de eerste helft van 2018 is het verschil in slagingspercentage tussen laag- en hoogopgeleiden 34% (50%

laagopgeleiden; 84% hoogopgeleiden), in de eerste helft van 2017 waren de slagingspercentages lager maar was de verhouding tussen laag- en hoogopgeleiden vergelijkbaar.

44 Het verschil in slagingspercentage tussen de hoogopgeleiden en de laagopgeleiden wordt voornamelijk veroorzaakt door de onderdelen Spreken en Lezen. In de eerste helft van 2018 slaagt 93% van de

hoogopgeleiden voor het onderdeel Lezen tegenover 60% van de laagopgeleiden. Bij het onderdeel Spreken slaagt 86% van de hoogopgeleiden tegenover 67% van de laagopgeleiden. De slagingspercentages voor KNS zijn vergelijkbaar (99% voor hoogopgeleiden; 96% voor laagopgeleiden). Daarnaast is opvallend dat

laagopgeleiden een hoger slagingspercentage hebben voor Spreken (67%) dan voor Lezen (60%), terwijl dat voor midden- en hoogopgeleiden andersom is. Dit komt waarschijnlijk doordat de leesvaardigheden meer vragen van de laagopgeleiden dan van de midden- en hoogopgeleiden.

Tabel 15. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar opleidingsniveau in de eerste helft van 201812

Tabel 16. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar opleidingsniveau in de eerste helft van 201713

Figuur 14. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar opleidingsniveau in de eerste helft van 2018

12 Aantal telt niet op tot 100% omdat 9% van de kandidaat-inburgeraars het opleidingsniveau onbekend is.

13 Aantal telt niet op tot 100%, omdat 22% van de kandidaat-inburgeraars het opleidingsniveau onbekend is.

2017-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 4% 39% 43% 55% 2% 37% 22% 43% 1% 27% 7% 30%

Geslaagd 96% 61% 57% 45% 98% 63% 78% 57% 99% 73% 93% 70%

Laag 396 (13%)

Midden 943 (30%)

Hoog 1.065 (34%)

(23)

3.3.4 Resultaten verschillen tussen nationaliteiten

45 In de eerste helft van 2018 zijn de Marokkaanse (19%), Indonesische (5%), Filipijnse (5%), Russische (5%) en Braziliaanse (5%) nationaliteiten de vijf meest voorkomende nationaliteiten van kandidaat- inburgeraars die het eerste volledige examen hebben afgelegd. In de eerste helft van 2017 maakten de Chinese en de Thaise nationaliteit nog deel uit van de meest voorkomende nationaliteiten, deze plekken zijn in de eerste helft van 2018 verruild door de Russische en Braziliaanse nationaliteit.

46 Marokkaanse kandidaat-inburgeraars hebben met 66% het laagste slagingspercentage ten opzichte van de andere grote nationaliteiten. Voor de drie nationaliteiten die ook in de eerste helft van 2017 tot de top 5 meeste voorkomende nationaliteiten behoorden (Marokkaanse, Indonesische en Filipijnse) geldt dat zij allen een hoger slagingspercentage hebben in de eerste helft van 2018. Russische kandidaat-inburgeraars hebben met 94% het hoogste slagingspercentage van de vijf grootste nationaliteiten. Met uitzondering van de Marokkaanse kandidaat-inburgeraars geldt dat het slagingspercentage voor het examenonderdeel Spreken altijd het laagst is.

47 De resultaten van de eerste volledige examens in de eerste helft van 2018 voor deze vijf nationaliteiten zijn weergegeven in Tabel 17 en Figuur 15 en ter vergelijking staan in Tabel 18 de resultaten voor de meest voorkomende nationaliteiten in de eerste helft van 2017. In bijlage C zijn de achtergrondkenmerken leeftijd en opleidingsniveau voor de vijf grootste nationaliteiten in de eerste helft van 2018 opgenomen.

Tabel 17. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar nationaliteit in de eerste helft van 2018

Figuur 15. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar nationaliteit in de eerste helft van 2018

(24)

Tabel 18. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar nationaliteit in de eerste helft van 2017

48 Er zijn verschillen in slagingspercentages per nationaliteit. Tabel 19 laat de resultaten van de vijf nationaliteiten met de hoogste slagingspercentages in de eerste helft van 2018 zien. Kandidaat-inburgeraars met de Russische nationaliteit behalen de hoogste slagingspercentages; voor geen enkel afzonderlijk examenonderdeel ligt het slagingspercentage onder de 95%.

Tabel 19. Resultaten van het eerste volledige basisexamen van nationaliteiten met de hoogste slagingspercentages in de eerste helft van 2018

49 Tabel 20 toont de resultaten van de vijf nationaliteiten met de laagste slagingspercentages in de eerste helft van 2018. Van de nationaliteiten met de laagste slagingspercentages behaalden de Iraakse kandidaat- inburgeraars het laagste slagingspercentage van 49%. Voor de Iraakse en Thaise nationaliteiten geldt dat de slagingspercentages voor het onderdeel Spreken het laagst zijn, respectievelijk 58% en 65%. Voor

Gambiaanse, Afghaanse en Marokkaanse kandidaat-inburgeraars geldt dat de slagingspercentages voor het onderdeel Lezen het laagst zijn, respectievelijk 67%, 71% en 72%. Het slagingspercentage voor het

onderdeel KNS is voor alle nationaliteiten niet lager dan 95%.

Tabel 20. Resultaten van het eerste volledige basisexamen van nationaliteiten met de laagste slagingspercentages in de eerste helft van 2018

3.3.5 Taalvaardigheid in het Latijnse schrift van invloed op slagingspercentage

50 De resultaten naar taalvaardigheid in het Latijnse schrift staan in Tabel 21, Tabel 22 en Figuur 16. Voor dit achtergrondkenmerk geldt evenals bij opleiding dat door een systeemwijziging in de eerste helft van 2017 het voor een deel van de kandidaat-inburgeraars onbekend is of ze taalvaardig zijn in het Latijnse schrift of niet. Ook hier geldt dat vanaf juni 2017 de kandidaat-inburgeraar of de referent bij aanmelding voor het

2017-1 Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 5% 31% 30% 41% 1% 31% 11% 33% 2% 39% 18% 45%

Geslaagd 95% 69% 70% 59% 99% 69% 89% 67% 98% 61% 82% 55%

4 5

Aantal

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

Gezakt 3% 32% 15% 34% 1% 28% 9% 32%

Geslaagd 97% 68% 85% 66% 99% 72% 91% 68%

172 (6%) 210 (7%)

Thaise

157 (5%)

Indonesische 138 (4%) 611 (20%)

Filipijnse Marokkaanse

Chinese

89%

Totaal 94% 93% 92%

Lezen 96% 100% 99%

90%

92%

100% 93%

KNS 100% 100% 100%

90%

44

Aantal kandidaten 155 67 103

98% 100%

91%

Spreken 95% 93%

2018-1 Russische Zuid-Afrikaanse Oekraiense

41 Servische en

Montenegrijnse Mexicaanse

(25)

examen zelf zijn geletterdheid moet aangeven. Voor de 90% van de kandidaat-inburgeraars waarvan wij deze informatie wel hebben, is het percentage niet taalvaardig in het Latijnse schrift groter dan in de eerste helft van 2017, respectievelijk 21% en 5%.

51 In de eerste helft van 2018 zijn er 2.240 kandidaat-inburgeraars die taalvaardig zijn in het Latijnse schrift.

De slagingspercentages voor deze groep kandidaat-inburgeraars zijn gestegen in de eerste helft van 2018 ten opzichte van de eerste helft van 2017 (75% tegenover 62%). Het slagingspercentage voor de kandidaat- inburgeraars die niet taalvaardig zijn in het Latijnse schrift is met 48% gestegen. Waarschijnlijk is deze grote stijging slechts een effect van een extreem laag slagingspercentage in de eerste helft van 2017. In de eerste helft van 2015 en 2016 waren de slagingspercentages van de kandidaat inburgeraars die niet vaardig zijn in het Latijnse schrift meer vergelijkbaar met die van de eerste helft van 2018, respectievelijk 56% en 51%.

Tabel 21. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar taalvaardigheid in het Latijnse schrift in de eerste helft van 201814

Tabel 22. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar taalvaardigheid in het Latijnse schrift in de eerste helft van 201715

Figuur 16. Resultaten van het eerste volledige basisexamen inburgering naar taalvaardigheid in het Latijnse schrift in de eerste helft van 2018

14 Percentages tellen niet op tot 100% omdat voor 10% van de kandidaat-inburgeraars de taalvaardigheid in het Latijnse schrift onbekend is.

15 Percentages tellen niet op tot 100%, omdat voor 18% van de kandidaat-inburgeraars de taalvaardigheid in het Latijnse schrift onbekend is.

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

2% 19% 15% 25% 4% 25% 26% 34%

98% 81% 85% 75% 96% 75% 74% 66%

Niet taalvaardig in het Latijnse schrift 672 (21%)

2018-1 Taalvaardig in het Latijnse schrift

Aantal 2.240 (69%)

Gezakt Geslaagd

KNS Spreken Lezen Totaal KNS Spreken Lezen Totaal

2% 32% 18% 38% 15% 63% 63% 82%

98% 68% 82% 62% 85% 37% 37% 18%

Gezakt Geslaagd

2017-1 Taalvaardig in het Latijnse schrift

Aantal 2.385 (77%) 150 (5%)

Niet taalvaardig in het Latijnse schrift

(26)

3.4 Eén fraudegeval in de eerste helft van 2018

52 In de eerste helft van 2018 is één fraudegeval gemeld. Bij een spreekvaardigheid-examen had een kandidaat een lijst met voorbeelden en antwoorden bij zich. Dit examen is ongeldig verklaard.

3.5 Specifieke verzoeken omtrent de uitvoering van het basisexamen inburgering

53 Een kandidaat-inburgeraar kan ontheven worden van de verplichting om het examen met goed gevolg af te leggen indien de individuele omstandigheden daar aanleiding toe geven. De kandidaat-inburgeraar moet dit zelf aanvoeren, onderbouwen en aantonen. Het verzoek om ontheffing wordt voorgelegd aan het beslisteam van de IND.

3.5.1 Circa 270 verzoeken om ontheffing Wib, waarvan circa 40% gehonoreerd

54 Tabel 23 toont het aantal verzoeken om ontheffing vanwege bijzondere individuele omstandigheden (de cijfers zijn afgerond en zien op de eerste zes maanden van ieder jaar). Dit aantal is sinds de eerste helft van 2011 tot en met de eerste helft van 2016 elk jaar toegenomen met uitzondering van de eerste helft van 2017 en 2018. In de eerste helft van 2018 zijn circa 270 verzoeken ontvangen daarvan zijn circa 20 verzoeken niet inhoudelijk afgedaan16. Van de circa 250 inhoudelijk behandelde verzoeken is in circa 44% van de gevallen ontheffing verleend. Dit is in lijn met het algehele gemiddelde over de jaren heen.

Tabel 23. Overzicht verzoek om verlening ontheffing Wib vanaf de eerste helft van 2011 (cijfers zijn afgerond en zien op de eerste zes maanden van ieder jaar)

16 Dit zijn verzoeken die zijn komen te vervallen bijvoorbeeld doordat de kandidaat-inburgeraar een verzoek om ontheffing had ingediend maar alsnog is geslaagd.

Periode Ontheffing Geen ontheffing Niet inhoudelijk afgedaan Totaal ontvangen

2011-1 10 10 - 20

2012-1 30 30 - 50

2013-1 40 40 - 80

2014-1 70 50 - 110

2015-1 70 90 - 160

2016-1 150 110 20 270

2017-1 110 120 <10 240

2018-1 110 130 20 270

Totaal 590 580 40 - 50 1200

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor gemeente Midden-Groningen bedraagt de taakstelling voor de eerste helft van 2018 48 te huisvesten vergunninghouders.. De daadwerkelijke opgave is lager

In de eerste helft van 2018 bedroeg de taakstelling van de gemeente Midden-Groningen 48 te huisvesten vergunninghouders.. In de vorige taakstellingsperiode hadden de

De kosten in het kader van de Wet Inburgering zijn afgenomen ten opzichte van 2015, doordat we in 2015 vluchtelingen hebben opgevangen in de crisisopvang en in 2016 niet. Wanneer we

aantal in GEBWMOTAB maar niet in WMOBUS ∗ aantal in WMOBUS maar niet in GEBWMOTAB aantal dubbelingen in GEBWMOTAB en

De monitor basisexamen inburgering buitenland geeft inzicht in de praktijk van het verloop van het basisexamen inburgering in het kader van de Wet inburgering in het buitenland

31 In deze paragraaf geven wij inzicht in het aantal kandidaat-inburgeraars, het aantal eerste volledige examens, het aantal afgelegde examenonderdelen (KNS, Lezen en Spreken),

In artikel 8A.4 van de amvb is een aantal wijzigingen aangebracht ten opzichte van de versie van de amvb zoals die op 26 mei 2020 naar het parlement is gestuurd.. De

In de eerste helft van 2019 is het aantal inwoners met een indicatie voor ondersteuning vanuit de Wmo ongeveer 7% gestegen ten opzichte van dezelfde periode in 2018.. Naast toename