• No results found

Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1 | Fluvius

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1 | Fluvius"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1

1

Bijlage: Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1

V2.1 01-2015 PQ

1.1 Omschrijving:

Bijkomend aan de ontkoppelbeveiligingskast (NOB-netontkoppelbord) voor decentrale productie, kan de DNB een bijkomende exportbeperking opgelegd of door de klant zelf gevraagd worden.

Dit kan in de volgende gevallen gesteld worden:

− Indien blijkt dat het voorgestelde exportvermogen een negatieve invloed heeft op de spanningskwaliteit volgens de Europese norm EN50160.

− De netgebruiker wenst geen vermogenexport om zo vrijgesteld te worden van het EAN productie en het afsluiten van een leveringscontract met een leverancier. Zie mededeling van de VREG van MEDE-02 14augustus 2007.

1.2 Doel:

De spanningskwaliteiten op de distributienetten kwalitatief hoog houden.

Een elektrische garantie hebben dat er geen of beperkte injectie kan optreden.

Indien de exportbegrenzing is ingesteld op 0 kVA, dit wil zeggen dat er geen vermogenexport mogelijk is, dient de netgebruiker geen tweede EAN en bijhorende leverancier te zoeken voor de geïnjecteerde elektrische energie.

1.2.1 Gestelde voorwaarden:

Het uitschakelprincipe voldoet aan de C10/11 alinea 3.3.8:

Bij het overschrijden van het toegelaten geïnjecteerd actief vermogen (instelbaar van 0 tot x kW) volgt er een uitschakeling van de productie-installatie.

Het meettoestel beslist over de uitschakeling op basis van een driefasig gemeten actief vermogen (kW).

De exportbegrenzer dient het vermogen van de productie-eenheden steeds driefasig te schakelen.

De instelling of programmering van de exportbegrenzer wordt uitgevoerd door een erkend keuringsorganisme en volgens de parameters bepaald in de FAQ C10/11 van synergrid. Het erkend keuringsorganisme voorziet hierbij een attest dat enerzijds dient als instellingsbewijs en anderzijds als opleveringsattest van de exportbegrenzing.

Dit rapport dient bij de oplevering van de installatie aanwezig te zijn.

In het eigen belang van de installatie en de netgebruiker kan, vóór het bereiken van het kritisch uitschakelpunt waarbij de productie-installatie uitschakelt, de netgebruiker een interne vermogenregeling in verschillende stappen of trappen uitvoeren. Deze voor- regeling mag in hetzelde exportberenzingstoestel geprogrammeerd worden. Hierdoor kunnen verbruikstoestellen ingeschakeld worden of delen van de productie-installatie uitgeschakeld worden, nog vóór het kritieke uitschakelbevel gegeven wordt.

De uitschakelkring dient draadbreukveilig te worden uitgevoerd, waarbij het

uitgangscontact (NO) in serie staat met het trip-circuit van de netontkoppelschakelaar in het netontkoppelbord.

(2)

Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1

2

Bij de programmering van het relais is er een hysteresis voorzien waardoor ‘pompage’, het continue in- en uitschakelen van de productie-installatie, vermeden wordt. Deze hysteresis is steeds hoger ingesteld dan het schakelend vermogen.

Waar meten

Zoveel mogelijk eigen verbruik van de site dient opgenomen te worden in de meting.

Daarom wordt deze exportbegrenzing op de kop van de installatie, het aansluitpunt, van de klant geplaatst.

1) MIDDENSPANNINGSAANSLUITING KLANTCABINE

Ter hoogte van de TI en TP’s bij MS-meting of enkel de TI’s bij LS-indirecte meting die gebruikt worden voor de facturatiemeting, wordt door de netbeheerder de toestemming gegeven om een doorvoer TI /1A of /5A in serie op te nemen.

Plaatsen van terugwattrelais C10/25 in MS mits toepassen van doorvoer TI voor het meten van de totale verbruiksstroom.

(3)

Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1

3

Detail van de aansluiting U en I naar het terugwattrelais.

Hierbij wordt de stroom vanuit de facturatiemeter aangeboden aan een doorvoer TI 25/5A of 40/5A en maakt deze 5 of 8 primaire windingen, waardoor deze verhouding 1 blijft.

De uiteinden van deze wikkelingen zijn voldoende lang om ze nadien te koppelen op de aansluitklemmen van de facturatiemeter. Dit wordt steeds door de netbeheerder

uitgevoerd.

De spanning wordt genomen van de bestaande TP’s

110/V3

en afzonderlijk beveiligd met 4A.

Voor spanningen rechtstreeks van het ALSB genomen, dienen de zekeringen van het overeenstemmend kortsluitvermogen (HOV) te zijn.

Technische specificaties:

• Nauwkeurigheidsklasse: minimum cl 1

• Vermogen: 5VA

• Wikkeldraad: steeds 4mm²

(4)

Bijlage_Lastenboek - Export vermogen begrenzing_V2.1

4

2) LAAGSPANNINGSAANSLUITING:

Hier wordt het vermogen gemeten ter hoogte van de facturatiemeter na de algemene verliesstroomschakelaar. De spanning wordt uit de bestaande

zekeringkast genomen. Voor het meten van de drie stromen (L1, L2 en L3) worden ofwel nieuwe TI’s geplaatst in serie met voeding die het totaal vermogen levert ofwel kan het principe van de doorvoer TI’s toegepast worden bij indirecte LS- metingen.

Voorbeeld: Drietrapsvóórregeling (stap1, 2 en 3) met één uitgang die bij overschrijden van het export-vermogen de productie-installatie afschakelt.

1.3 Resume:

• Referentie: C10/11 alinea 3.3.8 : bij vermogenoverschrijding wordt de betreffende productie-installatie afgeschakeld.

• Referentie: C10/25: lijst met gevalideerde terugwatt-relais

• FAQ C10/11 : instellen van de stroom met de vertragende uitschakeltijd en de erkende AREI keuringsorganismen.

• De aankoop en de installatie wordt volledig door de klant uitgevoerd.

• De doorvoer TI’s en terugwatt-relais worden geplaatst in een 25S60 meterkast naast de facturatiemeter. De netbeheerder sluit de stroomdraden een indien deze vanuit de facturatiemeter gevoed worden.

• Instellingen van het terugwatt-relais wordt uitgevoerd in opdracht van de klant door een erkend AREI keuringsorganisme en voorzien van instellings-testrapport.

• Bij de oplevering van de productie-installatie dient het instelrapport ter beschikking te liggen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor samenwerkingsverbanden passend onderwijs werd het normatief eigen vermogen bepaald op 5 procent van de netto totale baten.. Dit onderzoek sluit

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Uit het onderhavige onderzoek blijkt dat veel organisaties in de quartaire sector brieven registreren (van 51% in het onderwijs tot 100% of bijna 100% in iedere sector in het

Een nadere analyse waarin naast de in de vorige regressieanalyse genoemde controlevariabelen ook alle individuele campagne-elementen zijn meegenomen, laat zien dat

Dergelijke inbedding (a) onderstreept de relevantie van integriteit in het dagelijkse werk, (b) draagt bij aan verdere normalisering van het gesprek over integriteit, (c) kan

Een groot deel van de gemeenten kent een hondenbelasting (zie kaart 43). Het is niet bekend voor hoeveel honden hondenbelasting wordt betaald. Daarom is de

een goed signaal betreffende het commitment van de uitvoeringsinstellingen zijn, wanneer het opdrachtgeverschap voor het programma niet automatisch bij BZK wordt neergelegd,

2000 Spider Veloce Aantal cylinders Boring