• No results found

ARCHEOLOGISCHE EVALUATIE VAN HET ZOMERWEG WATERGANG VERSLAG VAN RESULTATEN BODEMARCHIEF IN DE HAVEN VAN ANTWERPEN TE ANTWERPEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "ARCHEOLOGISCHE EVALUATIE VAN HET ZOMERWEG WATERGANG VERSLAG VAN RESULTATEN BODEMARCHIEF IN DE HAVEN VAN ANTWERPEN TE ANTWERPEN"

Copied!
26
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Rapport opgemaakt door: Anouk Van der Kelen

Kontichsesteenweg 38 B-2630 Aartselaar

december 2019 Dossiernr. 27444 OE: 2019L191

A RCHEOLOGISCHE EVALUATIE VAN HET

BODEMARCHIEF IN DE H AVEN VAN A NTWERPEN Z OMERWEG W ATERGANG

TE A NTWERPEN

V ERSLAG VAN RESULTATEN

ABO Archeologische Rapporten 1131

(2)

2 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen — Watergang - Zomerweg te Antwerpen

C OLOFON

Titel

Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen— Zomerweg - Watergang te Antwerpen

Auteur

Anouk Van der Kelen Projectnummer

- 27444 (intern)

- 2019L191 (Agentschap Onroerend Erfgoed) Plaats en datum

Aartselaar, december 2019 Reeks en nummer

ABO archeologische rapporten 1131 ISSN 2406-3940

(3)

3 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen — Watergang - Zomerweg te Antwerpen

R APPORTFICHE

Template

Versies

Versie Datum Status

V0 17/12/2019 Interne draft

V1 18/12/2019 Externe draft

V2 19/12/2019 Definitieve versie

Projectteam

Functie Naam

Projectleider Anouk Van der Kelen

Business Unit Manager Toon Moeskops

Kwaliteitscontrole Anouk Van der Kelen

General Director Patrick Hambach

(4)

4 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen — Watergang - Zomerweg te Antwerpen

I NHOUD

DEEL 1 Verslag van Resultaten ...6

1 Inleiding ...6

1.1 Thesaurus ...6

1.2 Administratieve gegevens ...6

1.3 Doel van het onderzoek ...7

1.4 Aanleiding van het onderzoek ...7

1.5 Afbakening onderzoeksgebied ...7

1.6 Onderzoeksstrategie ...9

2 Aard van de bedreiging ... 10

2.1 Huidige situatie ... 10

2.2 Toekomstige situatie ... 11

3 Assessmentrapport: landschappelijke analyse ... 14

3.1 Topografische situering ... 14

3.2 Bodemkundige situering ... 18

4 Eerdere verstoringen ... 20

5 Datering en interpretatie ... 21

6 Besluit ... 24

6.1 Inschatting potentieel tot kennisvermeerdering ... 24

6.2 Samenvatting ... 24

7 Kwaliteitscontrole en ondertekening ... 25

8 Bibliografie ... 26

8.1 Literaire bronnen ... 26

(5)

5 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen — Watergang - Zomerweg te Antwerpen

L IJST VAN FIGUREN

Figuur 1: Luchtfoto (middenschalige winteropnamen, kleur, 2018) met aanduiding van het

studiegebied. ... 8

Figuur 2: GRB met aanduiding van het studiegebied. ... 9

Figuur 3: Orthofoto (middenschalige winteropname, kleur, 2018) met weergave van de bestaande toestand. ... 11

Figuur 4: Inplantingsplan nieuwe lood en verharding met nutsleidingen (Initiatiefnemer 2019) ... 12

Figuur 5: Overzichtstabel van de geplande werkzaamheden. ... 12

Figuur 6: Funderingsplan (Initiatiefnemer 2019). ... 13

Figuur 7: Topografische kaart met aanduiding van het studiegebied. ... 14

Figuur 8: DHM (1m) met aanduiding studiegebied. ... 15

Figuur 9: Ophoging in de Antwerpse haven. Bron: Havenbedrijf Antwerpen 2017. ... 16

Figuur 10: GRB met weergave van de hoogteprofielen. ... 16

Figuur 11: Hoogteprofielen ter hoogte van het onderzoeksgebied (Bron: Geopunt 2019). ... 17

Figuur 12: Skyviewkaart met aanduiding van het onderzoeksgebied (Bron: Geopunt 2019). ... 17

Figuur 13: Gedigitaliseerde bodemkaart met aanduiding van het studiegebied. (Bron: Geopunt 2019). ... 18

Figuur 14: Opspuitingsmodel (1:10000) van de Antwerpse Haven. (Bron: Haven Antwerpen 2019). ... 20

Figuur 15: Ferrariskaart (1:12000) met aanduiding van het onderzoeksgebied. (Bron: Geopunt 2019). ... 22

Figuur 16: Luchtfoto (1971) met weergave van het studiegebied. (Bron: Geopunt 2019). ... 22

Figuur 17: Orthofotomozaïek (kleinschalige zomeropname uit 1979-1990) met weergave van het onderzoeksgebied. ... 23

Figuur 18: Orthofotomozaïek (2018) met weergave van het onderzoeksgebied. ... 23

(6)

DEEL 1 V ERSLAG VAN R ESULTATEN

1 I NLEIDING

1.1 T

HESAURUS

Antwerpen, Noord Natie Terminals, haven, Leopolddok, Hansadok, Vierde Havendok, Vijfde Havendok, magazijn, sloopvergunning, ophoging, vrijgave, beperkte samenstelling.

1.2 A

DMINISTRATIEVE GEGEVENS

Projectcode: 27444 Onroerend Erfgoed:2019L191

ISSN-nummer 2406-3940

Erkend Archeoloog ABO nv

Erkenningsnummer OE/ERK/Archeoloog/2017/00167 Naam + adres onderzoeksgebied

- Straat + nr.: Watergang - Zomerweg

- Postcode: 2030

- Fusiegemeente: Antwerpen

- Land: België

Lambertcoördinaten 1972 (EPSG:31370)

Xmin, Xmax: 148 790,36 m - 149 459,62 m Ymin, Ymax: 218 795,80 m - 218 501,50 m Kadaster

- Gemeente: Antwerpen

- Afdeling: ANTWERPEN 15 AFD

- Sectie: B

- Percelen: 11815B0021/00T000

11815B0349/00A000

Onderzoekstermijn December 2019

(7)

7 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

1.3 D

OEL VAN HET ONDERZOEK

Het doel van de archeologienota is nagaan in hoeverre het archeologisch archief dat potentieel aanwezig is op een terrein is bedreigd door een nakende ingreep in de bodem, namelijk de sloop van een magazijn. Het onderzoek heeft drie objectieven. Ten eerste wordt een inschatting gemaakt van het archeologisch potentieel van de site. Daarnaast wordt nagegaan welke bewaring we kunnen verwachten van deze archeologische resten. Ten derde wordt nagegaan wat de impact van de geplande ingreep in de bodem zal zijn op deze resten. De gegevens voor deze analyse worden gehaald uit bestaande en ontsloten landschappelijke, bouwkundige en archeologische inventarissen en kaarten in combinatie met de bouwplannen.

De beoogde nieuwbouw van een loods en verharding met aanleg nutsleidingen vormen een ingreep in de bodem. In de directe omgeving van het onderzoeksgebied zijn reeds meerdere archeologienota’s opgesteld waaruit bleek dat in deze zone in de Antwerpse Haven zich een ophogingspakker bevindt tussen de 2, 5 en de 3,50 m-Mv. Dit zijn onder andere de archeologienota’s met ID: 2055 en 5487 die de contouren van het onderzoeksgebied overlappen. De aanwezigheid van een ophoging blijkt ook uit de archeologienota met ID: 5312. Deze archeologienota is geschreven voor het aangrenzende perceel direct zuiden van het onderzoeksgebied.

Verder zijn de mogelijke diepgaande verstoringen voor de fundering van de loods zeer beperkt aangezien er geopteerd zal worden voor paalfundering. De aanleg van de verharding en nutsvoorzieningen blijft beperkt in zowel diepte als omvang. Omwille van deze argumenten wordt een archeologienota met beperkte samenstelling opgesteld. De situering van het onderzoeksgebied en de argumenten voor een archeologienota met beperkte samenstelling worden in de volgende hoofdstukken in meer detail besproken.

1.4 A

ANLEIDING VAN HET ONDERZOEK

Deze archeologienota met beperkte samenstelling kwam tot stand naar aanleiding van de nieuwbouw van een loods en aanleg van verharding met bijhorende nutsleidingen ter hoogte van Watergang- Zomerweg te in Antwerpen. De beoogde werken worden beschouwd als een ingreep in de bodem, aangezien er een nieuwe loods op paalfunderingen evenals verharding en nutsleidingen worden aangelegd. Het onderzoeksgebied ligt ter hoogte van de Antwerpse Haven. Doordat de oppervlakte van de percelen waarop deze ingreep betrekking heeft (ca. 120.765 m²) de 3.000 m² overschrijdt en de ingreep in de bodem (zelfde oppervlakte als onderzoeksgebied) de 5.000 m² overschrijdt moet er, in het kader van het Onroerend Erfgoeddecreet in het kader van de aanvraag van een omgevingsvergunning (stedenbouwkundige aanvraag), een archeologienota worden opgemaakt om het archeologisch potentieel te evalueren (art. 5.4.1. Onroerend Erfgoeddecreet). Het bureauonderzoek moet uitwijzen of een onderzoek met ingreep in de bodem mogelijk en wenselijk is.

1.5 A

FBAKENING ONDERZOEKSGEBIED

Het onderzoeksgebied is gelegen ter hoogte van Zomerweg – Watergang, het dichtstbijzijnde adres is Wilmarsstraat 402 in de Antwerpse Haven. Dit gebied grenst in het noorden aan het Churchilldok, in het zuiden en westen omgeven door respectievelijk het Churchilldok, Havendoken zesde Havendok. In het oosten zijn andere bedrijventerreinen en de Zomerweg gelegen. Het onderzoeksgebied heeft een oppervlakte van ca. 120.765 m² en bestaat gedeeltelijk uit de volgende percelen: 11815B0021/00T000

(8)

8 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

en 11815B0349/00A000. De werkzaamheden betreffen de bouw van een nieuwe loods, verharding en nutsleidingen.

Figuur 1: Luchtfoto (middenschalige winteropnamen, kleur, 2018) met aanduiding van het studiegebied.

(9)

9 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 2: GRB met aanduiding van het studiegebied.

1.6 O

NDERZOEKSSTRATEGIE

Volgende twee stappen worden ondernomen om een archeologisch verwachtingsprofiel op te stellen:

1) Een analyse van de bestaande en ontsloten landschappelijke gegevens plaatst het studiegebied in een breder landschappelijk kader (hfst. 3). Hiertoe werden zowel kaartmateriaal als literaire bronnen geconsulteerd.

2) Een analyse van de bestaande en ontsloten historische en archeologische gegevens geeft inzicht in het archeologisch potentieel van het studiegebied (hfst 4). Hierbij werden voornamelijk inventarissen onroerend erfgoed en historische kaarten geraadpleegd.

Het archeologisch verwachtingsprofiel wordt vervolgens geconfronteerd met de aard van de geplande werken teneinde de impact van deze werken te bepalen en een advies te formuleren.

(10)

10 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

2 A ARD VAN DE BEDREIGING

2.1 H

UIDIGE SITUATIE

Het onderzoeksgebied bevindt zich in een sterk geïndustrialiseerde zone die deel uitmaakt van de Antwerpse haven. Oorspronkelijk was het onderzoeksgebied gelegen in de polders van de Schelde. De omgeving was dan ook afgedekt met afzettingen van deze rivier. Gedurende lange tijd waren de gronden er onbebouwd en in gebruik als akkers, velden of weilanden. In de 20ste eeuw veranderde het uitzicht van het onderzoeksgebied en de omgeving drastisch onder invloed van de uitbreidingen van de Antwerpse Haven. Zo werden er verschillende dokken uitgegraven en werden omliggende terreinen opgehoogd. Dit was ook het geval voor het onderzoeksgebied.

Volgens de grondmechanische kaart (1982) werd het onderzoeksgebied evenals het omliggende terrein gemiddeld 4mmv kunstmatig opgehoogd. De samenstelling van de aangevoerde grond varieert en omvat waarschijnlijk een mix van fijn zandig materiaal met slib- en kleihoudende lenzen. De werkelijke dikte van het ophogingspakket kan afwijken van de waarden op de kaart.

Het projectgebied (120.765 m²) is gelegen ter hoogte van de Watergang-Zomerweg in de Antwerpse Haven. Hier wordt een opslagterminal voor containers uitgebaat. De containers worden voornamelijk op- of overgeslagen. Tot 2017 waren er op het terrein twee structuren, loodsen, aanwezig op het terrein. Deze loodsen zijn ondertussen reeds afgebroken. Momenteel is quasi het volledige onderzoeksgebied verhard met betonasfalt verharding. De huidige werkzaamheden kaderen in de grotere plannen om een aantal vernieuwingen en veranderingen door te voeren op de terminal, zodanig dat deze beter en efficiënter kan functioneren en ook in betere verbinding staat met de andere terminals.

2.1.1 V

ERHARDING

Van de totaal aanwezige verharding ca. 118.316 m2 zal voor dit project ca. 4.900m2 worden uitgebroken voor de aanleg van de loods. Een deel van de nog onverharde zone binnen het projectgebied ca. 2.429m2 is momenteel onbebouwd

(11)

11 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 3: Orthofoto (middenschalige winteropname, kleur, 2018) met weergave van de bestaande toestand.

2.2 T

OEKOMSTIGE SITUATIE

De werkzaamheden zullen bestaan uit het opbreken van een deel van de verharding ca. 7.329m2. op de locaties waar er een nieuwe loods en verharding inclusief nutsleidingen zullen worden gerealiseerd.

o De loods zelf heeft een oppervlakte van 4.900m2 en zal voorzien worden van een vloerplaat over de gehele oppervlakte van ca. 0.5m-MV. De loods zelf zal gefundeerd worden op paalfunderingen. De fundering zal bestaan uit 36 betonnen funderingskoppen met 4 centrale (hei)palen per kop. Aan de randen worden 2-paalsmassieven aangelegd met een diameter van 0,5 m. De palen voor de funderingen zullen zich op 5 meter afstand van elkaar bevinden en ingeboord worden tot op de diepte van 6m-mv tot 8m-mv. In totaal zullen er een 104-tal palen worden geplaats met een diameter van 0.5m. Omgerekend komt dit neer op een mogelijke verstoringsgraad van circa 18.09m2of 0.014% van de totale oppervlakte die dieper gelegen is dan het aanwezige ophogingspakket Deze funderingspalen worden enkel voorzien onder de zijden en centraal van de vloerplaat in een rasterpatroon en dus niet over de volledige oppervlakte (Figuur 6). Het huidige loopvlak wordt voorzien van een vloer die zich op volle grond zal bevinden.

o De verharding zal worden aangelegd in een zone (ca. 2.429m2) waar momenteel geen verharding of gebouwen aanwezig zijn. De nieuw aan te leggen verharding zal bestaan uit asfalt en bereikt een diepte van ca. 0.5m-MV en zal uit asfalt/beton.

(12)

12 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

o Nutvoorzieningen zullen binnen de zone van de nieuw aan te leggen verharding worden gerealiseerd. Het betreft de aanleg van een gescheiden riool, trekbuizen en een brandbusleiding.

Figuur 4: Inplantingsplan nieuwe lood en verharding met nutsleidingen (Initiatiefnemer 2019)

Zone Oppervlakte Geplande diepte werkzaamheden

Loods met vloerplaat en paalfundering

4.900 m² 0.5m-MV (vloerplaat) 12,00 m-Mv

(paalfundering)

verharding en nutsleidingen 2.429 m² 0.5 m-MV (verharding) 2,00 m-Mv nutleidingen

Figuur 5: Overzichtstabel van de geplande werkzaamheden.

(13)

13 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

De geplande bodemingrepen zullen plaatsvinden in het reeds aanwezige ophogingspakket. Bijgevolg zal er dus geen verstoring zijn van eventueel archeologisch interessante lagen tijdens de geplande werken aangezien de zone voor de bodemingrepen samenvalt met een eerder afgegraven en opnieuw opgehoogd terrein waardoor het oorspronkelijke bodemarchief reeds werd aangetast. Afhankelijk van de diepte zullen enkel de funderingspalenpalen mogelijk onverstoorde bodem raken. Door de beperkte diameter van de heipalen zal de eventuele verstoring echter zeer beperkt zijn en kan deze gezien worden als een plaatselijke/lokale verstoring van het bodemarchief.

Figuur 6: Funderingsplan (Initiatiefnemer 2019).

(14)

14 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

3 A SSESSMENTRAPPORT : LANDSCHAPPELIJKE ANALYSE 3.1 T

OPOGRAFISCHE SITUERING

3.1.1 T

OPOGRAFIE

Het onderzoeksgebied is gelegen op de rechteroever van de Schelde in het havengebied van Antwerpen. Het bevindt zich in sterk geïndustrialiseerd terrein tussen de Churchilldok en de Zesde Havendok. Ten westen van de dokken stroomt de Schelde, die bereikbaar is via de nabijgelegen Kruisschans. Het gebied wordt doorkruist door verschillende spoorwegen die de verschillende dokken met elkaar verbinden. Naar het oosten liggen het dorp Ekeren en de A12, een autosnelweg van Brussel naar de Nederlandse grens. Het onderzoeksgebied bevindt zich ten noordwesten van Antwerpen.

Figuur 7: Topografische kaart met aanduiding van het studiegebied.

3.1.2 H

OOGTEVERLOOP

Op het digitale hoogtemodel is te zien hoe het onderzoeksgebied op vrij vlak terrein ligt in de Antwerpse haven. De havendokken en vooral de Schelde zijn de dieper gelegen gebieden in de regio.

Het is duidelijk dat het oorspronkelijke poldergebied langs de Schelde werd vervangen door een antropogeen landschap met ophoging, kaaien, gebouwen, transportwegen, etc. De dominante reliëfelementen zijn dan ook een gevolg van het menselijk ingrijpen. In het oosten, ter hoogte van

(15)

15 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Ekeren en de A12 kent het landschap weer een natuurlijk karakter en daalt het niveau naar ca. 0-2,00 meter TAW. De overgang tussen de industriezone van de haven en het omliggende oorspronkelijke polderlandschap is dus duidelijk te herkennen in het reliëf. Het hoger reliëf van de havengebieden valt te verklaren door de ophogingen die er hebben plaatsgevonden.

Figuur 8: DHM (1m) met aanduiding studiegebied.

Op de onderstaande kaart is de ophoging van het terrein weergegeven. Daaruit blijkt dat het onderzoeksgebied tussen 2,50 en 3,50 meter is opgehoogd. Dit opspuitingsmodel komt van het Havenbedrijf Antwerpen.

(16)

16 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 9: Ophoging in de Antwerpse haven. Bron: Havenbedrijf Antwerpen 2017.

Figuur 10: GRB met weergave van de hoogteprofielen.

(17)

17 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 11: Hoogteprofielen ter hoogte van het onderzoeksgebied (Bron: Geopunt 2019).

3.1.3 S

KYVIEWKAART

Op de Skyvieuwkaart zijn de dokken goed te onderscheiden van de meer grillig uitziende Terminal.

Figuur 12: Skyviewkaart met aanduiding van het onderzoeksgebied (Bron: Geopunt 2019).

(18)

18 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

3.2 B

ODEMKUNDIGE SITUERING

3.2.1 B

ODEMKAARTEN

Figuur 13: Gedigitaliseerde bodemkaart met aanduiding van het studiegebied. (Bron: Geopunt 2019).

In het noordelijk deel van het onderzoeksgebied komt veel matig gleyige zware kleibodem zonder profiel voor (Udp). Deze bodemsoort komt veel in de polderstreek voor. De bovengrond wordt gekenmerkt als zeer donker grijsbruin met kalkhoudende sedimenten. Vrij zwak afgetekende roestverschijnselen vertonen zich onder de Ap. Soms bedekt de kleilaag een Plioceen zandsubstraat.

Deze zware bodems leiden vlug aan wateroverlast, al zijn ze wel zeer geschikt voor gewassen als tarwe en suikerbieten.

Het zuidelijk deel van het onderzoeksgebied wordt gekarteerd als natte lemige zandbodem met een onbepaald profiel (Zdx). De bouwlaag bestaat hier uit bruin of roodbruin kleiig zand. Daaronder komt oranjeroestig tot groenachtig glauconietrijk zand voor. Omwille van hun hoge bodemvochtigheid zijn deze gronden niet geschikt als akkerland, maar wel als weiland.

In het uiterst oostelijke deel van het onderzoeksgebied komen sterke gleyige kleibodems zonder profiel voor (Eep). Deze bodems hebben geen profielontwikkeling ondergaan en zijn nat, sterk gleyig met een reductiehorizont.

In de directe omgeving van het onderzoeksgebied komen nog een aantal bodemprofielen voor. In het zuiden komen meer vochtige zandbodems voor (Zdx, Zdx(o)) die matig geschikt zijn voor weinig eisende gewassen en een donkerbruine bovengrond hebben. In het oosten en het noorden komen dan

(19)

19 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

weer meer zandleembodems zonder profielontwikkeling (sPep, Pfp) voor. Naar het noorden komt meer klei voor (sUep, Uep).

In de ruimere omgeving zijn bodemprofielen gekarteerd die van antropogene aard zijn. In het zuidoosten komt wat opgehoogde grond voor (ON) en is het bodemprofiel daarmee vernietigd. Het centrale deel van het onderzoeksgebied bestaat dan weer uit bebouwde zone (OB), waarbij de grond ook door bebouwing van de mens verstoord is.

(20)

20 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

4 E ERDERE VERSTORINGEN

Het onderzoeksgebied maakt deel uit van de Antwerpse Haven, waardoor de kans op bodemverstoringen reëel is. Het originele polderlandschap dat aanwezig was, werd in de 20e-eeuw omgevormd tot havengebied. Het Churchilldok werd in 1966 gerealiseerd, terwijl het zesde Havendok tussen 1960-1964 werd aangelegd.

Tijdens de graafwerkzaamheden voor deze dokken is het omliggende landschap sterk veranderd. Bij het graven van de dokken werden de omliggende gronden opgehoogd, zoals ook het geval is ter hoogte van het onderzoeksgebied. Uit het opspuitingsmodel dat een zeer gedetailleerde indicatie geeft van de ophogingen, blijkt dat de bodem ter hoogte van de werkzaamheden ongeveer 2,5 tot 3,50 meter is opgehoogd. Deze laag is artificieel en rust op de natuurlijke Quartaire bodem die er onder ligt. De Quartaire laag. Hieronder bevinden zich de Tertiaire Formaties van Lillo en Kattendijk. Het onderstaande opspuitingsmodel geeft de situatie ter hoogte van het onderzoeksgebied weer.

Figuur 14: Opspuitingsmodel (1:10000) van de Antwerpse Haven. (Bron: Haven Antwerpen 2019).

Naast de artificiële opbouw van het landschap is de bovenlaag van het onderzoeksgebied ook nog eens extra verstoord door de industriële activiteiten die er plaatsvinden. Zo is er momenteel een container terminal met bijhorende verharding aanwezig.

(21)

21 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

5 D ATERING EN INTERPRETATIE

Op basis van de landschappelijke ligging kan voorzichtig gesteld worden dat de locatie van het onderzoeksgebied waarschijnlijk weinig bewoond was in de periode voor de middeleeuwen.

het studiegebied bevindt zich in een polderlandschap ten noordwesten van Antwerpen. Het terrein situeerde zich tussen de reeds afgebroken dorpen van Wilmarsdonk en Oorderen, een relatief gunstige locatie voor het aantreffen van oudere archeologische resten. Omwille van de ophoging van het terrein (2,50 tot 3,50 meter), worden echter geen archeologische resten aangesneden omdat de ingreep plaatsvindt in kunstmatige gronden.

Uit de analyse van het huidige landschap blijkt dat het onderzoeksgebied en zijn omgeving in de tweede helft van de 20ste eeuw een grondige metamorfose heeft ondergaan. Het oorspronkelijke polderlandschap werd er omgevormd tot havendokken met aangrenzend opgehoogde terreinen. Het oorspronkelijke bodemarchief kan bewaard zijn onder dit ophogingspakket. De impact van de geplande werken en eventueel aanwezige archeologisch resten wordt zeer laag ingeschat aangezien hoofdzakelijk gewerkt zal worden in een ophogingspakket met een vermoedelijke dikte van minimum ca. 2,50 tot 3,50 meter. Dit houdt in dat er geen archeologisch interessante lagen verstoord zullen worden. Enkel de funderingspalen bereiken een diepte van ca.12 meter onder het maaiveld. Hun beperkte diameter en ruime spreiding zorgen er echter voor dat het gaat om een niet-significante lokale verstoringen.

De Ferrariskaart geeft een goed beeld van de omgeving van het onderzoeksgebied in de 18e eeuw. Het aanwezige polderlandschap is goed te onderscheiden, met enkele dorpskernen die op vrij dichte afstand gelegen zijn. Het gaat hier om de inmiddels verdwenen dorpen Wilmarsdonk, Oosterweel en Weeslent. In de eerste helft van de 20e eeuw namen havenuitbreidingen het landschap volledig over.

Op de othofoto van 1971 zijn er enkele grote veranderingen merkbaar. Zo hebben de dorpen Wilmarsdonk en Oorderen plaats gemaakt voor de industriële activiteiten van de Antwerpse haven die in 1965 uitgebreid werd. Getuige hiervan zijn de verschillende dokken en de opgehoogde landtongen die in het landschap verschenen zijn. Het onderzoeksterrein zelf is nog niet bebouwd, al is de directe omgeving al sterk onder invloed van containerbedrijven en opslagloodsen. De kerktoren van Wilmarsdonk staat als laatste getuige van de vroegere dorpskernen.

De orthofoto uit 1991 toont een verdere evolutie van het gebied. Op het onderzoeksterrein is reeds de verharding aanwezig die er vandaag nog ligt evenals twee structuren loodsen. Ook de omliggende percelen zijn volgebouwd met bedrijven en opslagplaatsen.

De orthofoto uit 2017 toont een iets andere situatie als in 1991. De eerder aanwezige structuren- loodsen zijn niet meer aanwezig. Er zijn nog wat meer bedrijven en loodsen bijgekomen en een stuk van de dok in het westen is opgevuld met aarde. Van het oorspronkelijke polderlandschap blijft dus door de 20ste -eeuwse havenuitbreiding nagenoeg niets meer over. De regio met een landelijk karakter en verschillende polderdorpen heeft plaats gemaakt voor een sterk geïndustrialiseerde zone.

(22)

22 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 15: Ferrariskaart (1:12000) met aanduiding van het onderzoeksgebied. (Bron: Geopunt 2019).

Figuur 16: Luchtfoto (1971) met weergave van het studiegebied. (Bron: Geopunt 2019).

(23)

23 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

Figuur 17: Orthofotomozaïek (kleinschalige zomeropname uit 1979-1990) met weergave van het onderzoeksgebied.

Figuur 18: Orthofotomozaïek (2018) met weergave van het onderzoeksgebied.

(24)

24 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

6 B ESLUIT

6.1 I

NSCHATTING POTENTIEEL TOT KENNISVERMEERDERING

Het potentieel tot kennisvermeerdering is erg laag. Hoewel het archeologisch potentieel van de directe omgeving matig tot hoog is, kunnen er geen structuren of sporen worden aangetroffen binnen kunstmatig aangelegde gronden. De archeologische lagen bevinden zich onder de artificieel opgehoogde lagen. De huidige ingrepen in de bodem zullen in deze ophogingspaken plaatsvinden. De bodemingreep wordt geminimaliseerd door het gebruik van heipalen, deze zullen, ondanks dat ze door het aanwezige ophogingpakket gaan slechts een minimale verstoring van 18.09m2 of 0.014% van de totale oppervlakte met zich meebrengen. De weinig invasieve beton/asfaltstorting (maximaal 50 centimeter diep) voor de aanleg van de nieuwe verharding gebeurd volledig binnen het aanwezige ophogingspakket. De aanleg van de nutsleidingen blijven volledig binnen het aanwezige ophogingspakket waardoor de kenniswinst zeer beperkt tot onbestaand is.

Op basis van bovenstaande argumenten kan geconcludeerd worden dat er geen archeologisch materiaal bedreigd wordt door de werkzaamheden. Daarom wordt er geen verder onderzoek geadviseerd.

6.2 S

AMENVATTING

Voor de bouw van een nieuwe loods, verharding en nutsleidingen (7.329m²) werd een archeologienota met beperkte samenstelling opgesteld. Het potentieel tot kennisvermeerdering is namelijk erg laag.

Omwille van een ophoging van minstens 2,50 tot 3,50 meter dikte over het hele onderzoeksgebied, kunnen er geen structuren of sporen worden aangetroffen binnen deze kunstmatig aangelegde gronden. De eventueel aanwezige archeologische lagen bevinden zich onder de artificieel opgehoogde lagen. Van de geplande huidige ingrepen in de bodem zullen enkel de paalfunderingen voor een zeer beperkte oppervlakte door deze ophogingspakketten plaatsvinden, de overige werken zullen allen binnen de bestaande ophogingspakketten plaatsvinden. De bestaande verhardingen hebben het onderzoeksgebied ook reeds verstoord. Er is dus geen kans op archeologische kenniswinst.

(25)

25 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

7 K WALITEITSCONTROLE EN ONDERTEKENING

Naam Functie Handtekening Datum

Patrick Hambach General Director 18 december 2019

Toon Moeskops Business Unit Manager 18 december 2019

Anouk Van der Kelen Archeoloog/

Kwaliteitsverantwoordelijke 18 december 2019

(26)

26 2019L191 (AOE) / 27444 (intern) / Archeologische evaluatie van het bodemarchief in de Haven van Antwerpen

— Watergang - Zomerweg te Antwerpen

8 B IBLIOGRAFIE

8.1 L

ITERAIRE BRONNEN

CadGIS 2019: Kadasterkaarten [online], http://ccff-test1.minfin.be/cadgisweb/?local=nl_BE (geraadpleegd op 02 december 2019).

DOV Vlaanderen Bodemverkenner 2019: Topografische kaarten [online],

https://www.dov.vlaanderen.be/portaal/?module=public-bodemverkenner#ModulePage (geraadpleegd op 02 december 2019).

Geoportaal onroerend Erfgoed: Centraal Archeologische Inventaris [online], geo.onroerenderfgoed.be (geraadpleegd op 02 december 2019)

Geopunt Vlaanderen 2019: Basiskaarten (Luchtfoto 2015, Stratenplan) [Online], http://www.geopunt.be/kaart (geraadpleegd op 02 december 2019).

Geopunt Vlaanderen 2019: Bodem kaarten (Bodemtypes, Bodemgebruik, Bodemerosie, WRB Soil Units, Tertiaire formaties, Quartaire formaties) [Online], http://www.geopunt.be/kaart (geraadpleegd op 02 december 2019).

Pelsmaekers, S. (2018). Archeologische evaluatie van het bodemarchief aan de Haven van Antwerpen 225-255

— Blauwe Weg 44 te Antwerpen. (ABO nv).

Inventaris Onroerend Erfgoed: Inventaris bouwkundig erfgoed [online],

https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/ (geraadpleegd op 02 december 2019).

Nationaal Geografisch Instituut (NGI): Topografische kaart (1:10.000), [Online],. www.ngi.be (geraadpleegd op 02 december 2019).

Van Ranst E & Sys C., 2000, Eenduidige legende voor de digitale bodemkaarten van Vlaanderen (Schaal 1:20 000), Laboratorium voor bodemkunde, Universiteit Gent, Gent

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze archeologienota werd opgesteld door ABO NV naar aanleiding van de uitbreiding van een serre en de oprichting van een inpakmagazijn aan de Duffelsesteenweg 111 te

Gezien het verstoren van eventueel bewaard archeologisch erfgoed niet kan worden uitgesloten wordt een deel van het projectgebied geselecteerd voor verder vooronderzoek dat

De landschappelijke ligging en podzolachtige ondergrond kent wel een hoger potentieel voor steentijdsites (alluviale site). Tot op vandaag werden rees enekel sites in op en in

RAAP België voerde een archeologisch vooronderzoek uit in het plangebied Bevrijdingsdok Nieuwe Westweg te Antwerpen. Dit gebeurde in functie van het verkrijgen van

Deze archeologienota werd opgesteld door ABO NV naar aanleiding van riolerings- en aanverwante infrastructuurwerken in Oud Gooreind, Noordheuvel en de Boterdijk te Wuustwezel. Het

De Vandermaelenkaart komt sterk overeen met de Atlas der Buurtwegen (Figuur 30). Het studiegebied is nog steeds gekarteerd als onbebouwd, maar verder is het terrein niet

Echter, gezien er uit het booronderzoek is gebleken dat er minimaal een verstoringslaag van 4,5 m dik aanwezig is, zal de beperkte nieuwe bodemingreep ter hoogte van de

Op basis van de beschikbare bodemkundige, historische en cartografische gegevens over het projectgebied en zijn ruimere omgeving kan gesteld worden dat het projectgebied