• No results found

kook boek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "kook boek"

Copied!
82
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

kook boek

apeldoorns stads

kook boek

apeldoorns stads

Apeldoorn combineert het beste van twee werelden. De dynamiek van een grote stad is geworteld in het landschap van de Veluwerand. Ze is een ‘buitenstad’.

Wat betekent dit voor bewoners, architecten, aannemers, projectontwikke- laars of gemeentelijke diensten? Wat kun je doen of beter laten als je een huis opknapt, een tuin aanlegt, een straat herinricht of een nieuw buurtje bouwt?

Dit DIK APELDOORNS STADSKOOKBOEK beschrijft de ruimtelijke kwaliteiten van de stad en geeft uitgaande van de ingrediënten van elk woongebied recepten en tips voor onderhoud, aanpassing en vernieuwing. Net als zijn voorgangers GROOT APELDOORNS LANDSCHAPSKOOKBOEK en KLEIN APELDOORNS DORPEN- KOOKBOEK – is het bedoeld ter inspiratie en om met elkaar het karakter van Apeldoorn uit te bouwen.

www.uitgeverijblauwdruk.nl

(2)

Dik Apeldoorns stadskookboek

Doesjka Majdandži´c

Gerrit van Oosterom

Gemeente Apeldoorn

(3)

3 2

Hoe lees je een kookboek? Bladerend vooral. Op zoek naar dat ene recept van die lekkere taart of de precieze bereidingswijze van die vergeten groente. Een kookboek is dan ook geen roman die je van voor naar achteren leest. Het is een naslagwerk waar je halverwege in kunt vallen of waarin je alleen de plaatjes bekijkt.

Het kookboek voor de stad is – net als zijn voorgangers voor de dorpen en het landschap – bedoeld om inspiratie op te doen en om met elkaar het bijzondere karakter van Apeldoorn uit te bouwen. Het boek is zo ingedeeld dat u er makkelijk in kunt zoeken. Op uw eigen woongebied of op een thema. Of u nu tips zoekt voor zonnepanelen of informatie over de historie van een wijk, u kunt het snel en ge- makkelijk vinden en daarna het boek weer dichtslaan. Om vervolgens aan de slag te gaan met uw huis, tuin of buurt.

De historie van de stad is ook een boeiend verhaal. Tussen de regels door is te lezen hoe ruim honderd jaar lang is geworsteld met het dorp dat uitgroeide tot een stad terwijl zij het eigenlijk niet wilde.

Apeldoorn is zo opeens ook een personage dat spannende avonturen beleeft. Dit kookboek is daarmee ook een beetje een biografie. Lees het boek dus toch maar een keertje helemaal door. Al is het van achteren naar voren....

Doesjka Majdandži´c (stedenbouwkundige) Gerrit van Oosterom (landschapsarchitect)

Leeswijzer Voorwoord

Nu al eenvoudig beter…

In Apeldoorn werken we hard aan een smaakvol landschap, streekeigen dorpen en een mooie stad. Het Groot Apeldoorns landschapskookboek (2011) en het Klein Apeldoorns dorpenkookboek (2012) laten al zien hoe u daar als kok zelf een bijdrage aan kan leveren. Het Dik Apeldoorns stadskookboek dat voor u ligt, vormt een prachtig sluitstuk van de reeks. Er is voor de hele gemeente Apeldoorn nu een waaier aan inspirerende voorbeelden.

Alle drie de kookboeken zijn gemaakt vanuit dezelfde gemeentelijke visie op ‘sturen’: meer de samenleving aan het stuur en minder de overheid. Een overheid die waar het voor de rechtzekerheid nodig is regels stelt, maar bovenal burgers wil uitdagen en inspireren om zelf aan de slag te gaan met hun woonomgeving.

We merken dat die aanpak aanslaat. In Hoenderloo is het kookboek voor de dorpen de inspiratiebron voor het planten van hagen en het verfraaien van belangrijke plekken tijdens doedagen. Bij uitbreidingsplannen voor Uddel, Lieren en Beekbergen zien we de ambities van beide kookboeken terug in de manier waarop nieuwe woonwijkjes vorm krijgen. En in het buitenge- bied wordt het landschapskookboek door vele architecten gebruikt voor een bij het Veluwse landschap passende architectuur. Al die voorbeelden inspireren ook weer anderen. Goed voorbeeld doet immers goed volgen en samen mooie dingen maken schept een band en een gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid.

Apeldoorn is daarmee ‘nu al eenvoudig beter’. Die eretitel kreeg onze gemeente in 2013 uit handen van de minister van Infrastructuur en Milieu.

Het project met kookboeken is een voorbeeldproject voor de Omgevingswet die het rijk voorbereidt. Het laat zien dat de weg die Apeldoorn is ingeslagen in het denken over ruimtelijk beleid aanslaat en als inspiratie kan dienen voor anderen.

Een kookboek alleen levert nog geen smakelijke maaltijd op. Daarvoor moet hard gewerkt worden. Er moet bedacht worden wat we willen maken, er moeten ingrediënten uitgezocht en ingekocht worden. Gekookt, geproefd en opgediend. We helpen u daar graag bij. Ik kijk uit naar het smakelijke resultaat.

Nathan Stukker Wethouder Ruimtelijke Ordening

(4)

5 4

Voorwoord 3

1. Om te beginnen 8

> Aan de slag in 10 stappen! 10

> De stad is nooit af 12

> Een aantrekkelijke buitenstad 14

> Een groene stad is een gelukkige stad 16

> Een mooie stad verdient meer geld 18

> De geschiedenis van de stad inspireert 20

> Wisselende perspectieven op de stad 24

> Behoefte aan structuur 28

2. De smaak van de stad 30

> Iedereen een eigen tuin 36

> Contrasten 39

> Historie 42

> Lange lijnen 44

IntErMEzzO Grind: een gift van de grond 48

> Beken en sprengen / 51

> Bedrijven en de stad 52

> Het Apeldoorns Kanaal 56

IntErMEzzO Grootstedelijke voorzieningen voor een grote stad 58

> Gebouwen voor de stad 61

> Stadsranden 62

3. Gebiedsrecepten 64

I - Hoog en droog 68

>

De Parken 70

IntErMEzzO Oranjepark - Wilhelminapark - Verzetstrijderspark -

Prinsenpark 86

>

Brinkhorst en Driehuizen 88

IntErMEzzO Het Apeldoorns huisje naar grootmoeders recept 98 IntErVIEW Adri rademaker ‘Ik wil bijen graag onder de mensen brengen’ 106

>

Indische buurt 108

>

De naald 120

>

Het Loo 130

>

Berg en Bos 140

IntErMEzzO Park Berg en Bos 160

>

Sprengenbos 162

IntErMEzzO Sprengenpark 174

>

De Heeze en Winkewijert 176

>

Metaalbuurt 186

>

Ugchelen 200

>

Oud zevenhuizen 214

IntErVIEW Mike van Woudenberg ‘Apeldoorn mag haar groene imago

nog meer uitdragen’ 226

II - De grote uitleg 228

>

Kerschoten 230

IntErMEzzO Park Kerschoten 244

>

Apeldoorn zuid 246

IntErMEzzO zuiderpark 270

>

Orden 272

IntErMEzzO Overgangen van Orden 286

>

zevenhuizen 288

IntErMEzzO Mheenpark 304

>

De Maten 306

IntErMEzzO Manieren om De Maten groen te houden 318 IntErMEzzO Matenpark 330 IntErVIEW Gurdev Singh ‘Samenleven is samen ondernemen’ 332

>

Osseveld West 334

>

Hommelbrink 346

>

Woudhuis 358

IntErMEzzO Park Woudhuis: 372 IntErVIEW Herman talstra ‘De straat heeft een boost gekregen’ 374

>

Osseveld Oost 376

IntErVIEW Henk Bulthuis ‘Het is belangrijk dat kinderen op het erf

kunnen scharrelen’ 392

>

zuidbroek 394

IntErMEzzO Park zuidbroek 408

III - De verbouwing 410

>

Binnenstad 412

IntErMEzzO Bouwstenen voor een mooiere binnenstad 428 IntErVIEW nicolette Klerk ‘Cascolab verlevendigt de stad met kunst voor

iedereen’ 434

>

Kanaaloevers, Welgelegen en Vlijt 436

IntErVIEW Harmen van der Meulen ‘Dit gebouw heeft precies de uitstraling

die ik beoogde’ 452

4. Huis-, tuin- en keukenrecepten 454

> Aanbouwen 458

> Dakkapellen en opbouwen 464

> Kleurgebruik 470

> Verduurzaming 474

> Erfafscheidingen 478

> Bedrijfskavels 484

rECEPt Onkruidensoep? Lekker! 490

Colofon 492

Inhoud

(5)

onderdeel hoofdstuk 7 6

I - Hoog en droog

> De Parken 70

> Brinkhorst en Driehuizen 88

> Indische buurt 108

> De naald 120

> Het Loo 130

> Berg en Bos 140

> Sprengenbos 162

> De Heeze en Winkewijert 176

> Metaalbuurt 186

> Ugchelen 200

> Oud zevenhuizen 214

II - De grote uitleg

> Kerschoten 230

> Apeldoorn zuid 246

> Orden 272

> zevenhuizen 288

> De Maten 306

> Osseveld West 334

> Hommelbrink 346

> Woudhuis 358

> Osseveld Oost 376

> zuidbroek 394

III - De verbouwing

> Binnenstad 412

> Kanaaloevers,

Welgelegen en De Vlijt 436

> De ParkeN

> BriNkHOrst eN DrieHuizeN

> iNDiscHe Buurt

> De NaaLD

> Het LOO

> BerG eN BOs

> sPreNGeNBOs

> De Heeze eN WiNkeWijert

> MetaaL- Buurt

> uGcHeLeN

> OuD zeVeNHuizeN

> kerscHOteN

> aPeLDOOrN zuiD

> OrDeN

> zeVeNHuizeN

> De MateN

> OsseVeLD West

> HOMMeLBriNk

> WOuDHuis

> OsseVeLD OOst

> zuiDBrOek

> BiNNeNstaD

> kaNaaLOeVers, WeLGeLeGeN eN De VLijt

Buurten en wijken

van Apeldoorn

(6)

1 beginnen om te

De stad is nooit af / Een aantrekkelijke buitenstad / Een groene stad is een

gelukkige stad / Een mooie stad verdient meer geld / De geschiedenis van de stad inspireert / Wisselende perspectieven op de stad / Behoefte aan structuur

8 9

(7)

> Aan de slag in 10 stappen!

1 >

Gaat u bouwen, verbouwen, iets herstellen of vernieuwen, een tuin of straat aanleggen of veranderen?

In alle situaties bouwt u mee aan de smaak van de stad. Dat biedt kansen maar geeft ook verantwoor-

delijkheden. Lees in dit hoofdstuk waarom.

2 >

Probeer eerst een gevoel te krijgen bij het begrip ‘buitenstad’

dat Apeldoorn hanteert om het karakter van de groene, ruime stad te typeren. In hoofdstuk 2

staat dat uitgelegd.

8 >

In het Groot Apeldoorns landschapskookboek en het

Klein Apeldoorns dorpen- kookboek staan meer tips

die kunnen bijdragen aan een mooiere stad.

7 >

Durf te experimenteren.

Kopieer niet iets bestaands, maar maak iets nieuws vanuit de voor- beelden van de omgeving. Besef

dat bouwen aan de buitenstad niet hetzelfde hoeft te zijn als

herhalen wat er al bestaat.

4 >

Ga naar buiten! Kijk niet alleen naar de plek waar u wat gaat doen, maar ook naar

de omgeving eromheen. Bij welke kwaliteiten kunt u aan- sluiten en welke kunt u

versterken?

3 >

Apeldoorn is opgebouwd uit heel verschillende gebieden, elk met een eigen sfeer en ka- rakter. Stem plannen af op de omgeving. Hoofdstuk 3 geeft voor elk gebied recepten die

houvast geven.

5 >

Historische kaarten en oude foto’s zijn een bron van inspiratie voor nieuwe ontwikkelingen en helpen te begrijpen waarom een

plek eruit ziet zoals hij is.

6 >

Een tuin- of landschapsarchi- tect of stedenbouwkundige kan u wellicht adviseren. Het inpassen

van nieuwe elementen in be- staand gebied is hun specialiteit.

Het is net als met het inschake- len van een goede kok: het

levert een smaakvoller gerecht op!

9 >

Met alle informatie die u hebt ingewonnen kunt u gaan kokkerel- len. Combineer de ingrediënten uit

de vorige stappen en proef welke recepten het lekkerst zijn. Ofwel:

concludeer welk plan het meest bijdraagt aan de smaak van

de stad.

10 >

Dit boek sluit af met basis- recepten voor veelvoorkomende ver(bouwingen). Ze zijn te gebrui- ken voor bijvoorbeeld dakkapellen,

uitbouwen en zonnepanelen en bij schilderwerk. Verras en ga

aan de slag!

11

10

(8)

12 Om te beginnen De stad is nooit af... en vraagt ook om onderhoud 13

Apeldoorn is decennialang onstuimig gegroeid. Die groei is in een rustiger vaarwater gekomen. De komende decennia, zo is de verwachting, zal het beduidend langzamer gaan. Dat betekent niet dat de stad zo goed als af is en eruit blijft zien zoals hij nu is. Ook de bestaande stad blijft zich ontwik- kelen. De stad zal inspelen op veranderingen in het klimaat, het milieu, de economie en de maatschappij. Soms gaat een verandering geleidelijk, zoals bij de introductie van tv-antennes. In de jaren zeventig verdwenen ze beetje bij beetje uit het stadsbeeld toen kabeltelevisie gemeengoed werd.

Andere ontwikkelingen voltrekken zich in korte tijd, zoals de opkomst van stadslandbouw. Die was er vijf jaar geleden nog niet, maar duikt nu overal op en vraagt ruimte.

Er zijn meer van dat soort ontwikkelingen gaande en soms is het moeilijk voor te stellen welke impact ze uiteindelijk zullen hebben op het stads- beeld. Hoe zal de stad er bijvoorbeeld uit zien als zonnepanelen een grote vlucht nemen? Hoe zien onze straten eruit als Apeldoorn echt klimaat- en hittestressbestendig wordt ingericht en maatregelen worden getroffen tegen extreme droogte maar ook extreme wateroverlast? Om dat soort ontwikkelingen een plek te geven, blijft de stad continu in verbouwing.

Daarom is het goed om erover na te denken hoe we de stad beter kunnen laten functioneren en tegelijkertijd ook mooier kunnen maken.

Naast alle vernieuwingen is het ook van belang het bestaande in de stad goed te onderhouden. Net zoals je dat doet met je eigen huis en tuin.

Er wordt gesnoeid en geschilderd, reparaties worden uitgevoerd en wat kapot gaat wordt vervangen. Gewoonlijk verandert daarmee niet zoveel aan het beeld en dat is prima. Anders is dat wanneer vervanging of herstel wordt aangegrepen voor een veranderslag. Bijvoorbeeld wanneer een rot houten raamkozijn wordt vervangen door een kunststof exemplaar. Of

De stad is nooit af...

en vraagt ook om onderhoud

wanneer het oude asfalt eruitgaat en de gemeente een nieuw soort asfalt aanbrengt dat langer meegaat.

Onderhoud richt zich altijd op onderdelen, los van elkaar. De eigenaar schildert zijn huis maar niet dat van de buurman. De gemeente vervangt wel het versleten asfalt maar niet de tegels, want die kunnen best nog mee. Zo wordt er in het beheer door eigenaren en de gemeente eindeloos gesleuteld aan details, maar zelden wordt gekeken naar wat die doen in het groter geheel van de straat, buurt, wijk of zelfs stad. Doen we dat wel, dan kunnen we mooie en samenhangende eenheden behouden en voorko- men dat ze uiteenvallen en verrommelen. Dit kookboek staat daarom vol met tips en recepten voor een zorgvuldig onderhoud, gericht op behoud van samenhang. Iedere zorgvuldig uitgedachte onderhoudsingreep is dan een stap in de goede richting.

> Woningen in de Metaalbuurt direct na aanleg: vol details

zoals luiken en roederamen (1919).

> Zeventig jaar technisch onderhoud heeft uiteindelijk

geleid tot een veel grover beeld (1995).

> Groot onderhoud en renovatie zijn aangegrepen om

de oorspronkelijke kwaliteiten terug te brengen (2010).

De woningen vormen inspiratie...

> ... voor nieuwbouw waar met dezelfde ingrediënten een nieuw

gerecht is gemaakt (2010).

(9)

14 Om te beginnen Een aantrekkelijke buitenstad: geen stamppot maar sushi 15

In 2013 stelde Apeldoorn een nieuwe structuurvisie vast, waarin het begrip ‘buitenstad’ werd geïntroduceerd als overkoepelende term voor de identiteit van de stad. Zo’n term suggereert dat de stad is te vangen in één beeld of recept: dit is Apeldoorn…. Iedereen die de stad een beetje kent, weet dat dit niet kan. De stad zit vol contrasten. Het is eerder een overvloedige reeks gerechten dan een bord met dezelfde hapjes. Dat is ook precies de essentie van het begrip ‘buitenstad’. Apeldoorn is ‘buiten’ maar ook stad. Een ‘buitenstad’ dus met een prachtige mix van kwaliteiten die hun waarde allang bewezen hebben.

Kijk eens goed naar de stad, dan blijkt dat de ingrediënten die gebruikt worden niet zomaar door elkaar heen gemengd zijn. Bepaalde ingrediënten komen vaker voor dan andere en ook in de combinaties zitten de nodige overeenkomsten. Apeldoorn heeft bijvoorbeeld veel groen en maar weinig water. Overal in de stad kom je huisjes tegen langs oude bebouwingslinten, maar de huizen zijn wel telkens net iets anders.

Het is te vergelijken met Japanse sushi. De basisingrediënten zijn vaak hetzelfde: rijst, vis en zeewier. Toch is de variatie aan gerechten die ervan gemaakt kunnen worden eindeloos. De ingrediënten worden niet gedach- teloos door elkaar heen geprakt. Dan wordt het stamppot, waarbij alle smaken zijn teruggebracht tot een soort gemiddelde: best lekker maar niet voor elke dag. Sushi zijn met zorg gemaakte kleine hapjes, waarbij de basisingrediënten steeds met andere ingrediënten en in andere verhoudin- gen worden gecombineerd. Door eindeloos te variëren ontstaan bij elkaar passende gerechten met perfect op elkaar afgestemde smaken.

Zo willen we Apeldoorn ook zien als buitenstad. Niet elke dag stamppot maar herkenbare gerechten uit de Apeldoornse keuken, die door hun ingre- diënten en bereidingswijze bij elkaar horen en elkaar versterken.

een aantrekkelijke buitenstad: geen stamppot maar sushi

> Het oog ‘eet’ eerst: een bord met kleurcontrasten en

herkenbare ingrediënten wekt de eetlust op.

> Met de stad is dat net zo. Eindeloos hetzelfde is al

snel saai. Variatie en contrast maken de stad spannend en interessant.

> Stamppot: welke ingrediënten je ook gebruikt, het eindresultaat lijkt steeds op elkaar: een beetje groen, een beetje rood,

versnipperd en structuurloos.

> Sushi: het variëren met dezelfde ingrediënten en bereidingswijze in kleine porties leveren steeds nieuwe gerechten op:

kleurrijk, contrastrijk en voor ieder wat wils.

(10)

16 Om te beginnen Een groene stad is een gelukkige stad 17

Het belangrijkste basisingrediënt van de buitenstad is het groen. Het groen van de Veluwse bossen net buiten de stad, het groen van de lange lanen die diep in de stad doordringen, het groen van de vele parken en het groen van de tuinen. Waarom is groen zo belangrijk? Natuurlijk, we zijn ervan afhankelijk voor ons voedsel, het levert schoon water en we vinden er beschutting op warme, zomerse dagen. Maar er is meer. Mensen zijn gelukkiger in een groene omgeving. Het vermindert criminaliteit en stress en vergroot de gezondheid. Daarnaast stimuleert een groene omgeving het gemeenschapsgevoel. Mensen die in een groene buurt wonen, zijn vaker tevreden met hun buurt en voelen zich er meer mee verbonden. Nu lost een beetje groen niet alle problemen op, maar het kan wel degelijk een positievere gemoedstoestand geven. In een park hoor je de vogels fluiten en de bomen ruisen, voel je de zon of de regen op je huid, zie je de bomen die er al stonden toen jij nog niet was geboren en de bloemen die vorige week nog niet bloeiden. En door te wandelen of fietsen ben je ook nog eens lekker in beweging. Groen zorgt ervoor dat mensen zich beter voelen en meer verbonden zijn met de wereld om hen heen.

De recepten in dit kookboek voor een groene tuin of een haag in plaats van een schutting hebben hier alles mee te maken. Met ons allen kunnen we werken aan een omgeving die ons gelukkiger maakt.

een groene stad is een gelukkige stad

> Mensen voelen zich gelukkiger in een groene omgeving. In Apeldoorn vind je volop groen, bijvoorbeeld in de vele parken

die de stad rijk is.

> Spelen is een manier om in contact te komen met de natuur. Er zijn in Apeldoorn veel plekken die dat stimuleren. Dat

maakt de stad bijzonder prettig voor jonge inwoners.

De structuurvisie Buitenstad is te downloaden van de gemeentelijke website www.apeldoorn.nl

Als u het landschap begrijpt, begrijpt u ook meer van de stad. In het Groot Apeldoorns landschapskookboek kunt u lezen over enken, beekdalen, bos- sen en beken. Leuk om te weten, maar het biedt ook handige tips om mee aan de slag te gaan. Juist in de stad.

Tips!

1 >

2 >

(11)

18 Om te beginnen Een mooie stad verdient meer geld 19

Heb je de keus, dan wil je in de mooiste stad, in de aantrekkelijkste wijk en in het leukste huis met de groenste tuin wonen. Een mooie stad bindt mensen en bedrijven, en verdient daarmee geld. Het stadsbeeld is een van de motoren onder de Apeldoornse economie en de moeite van het investe- ren waard.

Voor Apeldoorn is dat niets nieuws. Om kapitaalkrachtige westerlingen aan te trekken werd al in de negentiende eeuw halverwege het dorp en Paleis Het Loo het Oranjepark aangelegd. Dit vormde een aanjager voor de verkoop van omliggende villakavels. In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw werden rijksambtenaren uit Den Haag door de aanleg van ruim opgezette groene wijken vol moderne nieuwbouwwoningen verleid om naar Apeldoorn te verhuizen. Nog steeds reizen vele mensen iedere avond na hun werk in de Randstad terug naar hun huis met tuin in buiten- stad Apeldoorn.

Voor het in stand houden en verbeteren van het stadsbeeld is iedereen verantwoordelijk. De gemeente gelooft daarvoor sterk in het principe ‘goed voorbeeld doet goed volgen’. Met een mooie tuin is de buurman sneller geneigd ook aan de slag te gaan. Als de gemeente de openbare ruimte opknapt, zullen eigenaren en ondernemers sneller de verfkwast pakken om hun kozijnen een opfrisbeurt te geven. Zo kan iedereen op zijn eigen manier, in zijn eigen tempo en binnen zijn eigen mogelijkheden het funda- ment van de buitenstad verstevigen.

een mooie stad verdient meer geld

> Contrastrijk Apeldoorn op zijn scherpst: Kerschoten direct bij oplevering in de jaren zestig. Een voor Apeldoorn toen

revolutionair nieuw stadsbeeld vol contrasten tussen hoog en laag, open en besloten, hard en zacht. Dit alles tot in detail bedacht en ontworpen als aantrekkelijk woongebied voor nieuwe inwoners.

> De oorspronkelijke rijkheid van Kerschoten is nog duidelijk voelbaar en één van de redenen waarom de

totale wijk door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed is opgenomen in de landelijke top dertig van naoorlogs erfgoed uit de wederopbouwperiode.

> stadsbeeld?

Hoe de gebouwde stad met zijn gebouwen, groen, wegen en water eruit ziet, noemen we het stadsbeeld. Het gaat dan niet alleen over de hoeveelheid groen of de breedte van de wegen maar ook over abstracte begrippen als samenhang, contrasten, logica, bijzonderheid.

Dat beeld van de stad staat centraal in dit kookboek.

(12)

20 Om te beginnen Geschiedenis van de stad inspireert 21

De geschiedenis van Apeldoorn gaat veel verder terug dan de negen- tiende eeuw toen het dorp begon uit te groeien tot de stad zoals we die nu kennen. Apeldoorn is een eeuwenoude nederzetting met een even oud cultuurlandschap met akkers (enken), hooilanden (maten), beken, sprengen en zandwegen. En natuurlijk het paleis. Maar daarover later meer.

Om te begrijpen waarom Apeldoorn juist op deze plek op de Veluwe is ontstaan, gaan we terug naar de voorlaatste ijstijd 380 tot 130 duizend jaar geleden, toen er vanuit Scandinavië grote ijskappen in de vorm van gletsjers Nederland bereikten. Het ijs duwde de bodem die het tegenkwam voor zich uit als een bulldozer. Toen het klimaat opwarmde, kwam het landijs tot stilstand, smolt het en trokken de ijskappen zich terug. De opge- stuwde bodems bleven achter. De stuwwal van de Veluwe was ontstaan.

Al rond 8800 voor Christus woonden er rondtrekkende jagers op die grote zandberg. Omstreeks 3200 voor Christus vestigden de eerste mensen zich permanent op de Veluwe. Voor de boeren was de rand van de Veluwe ideaal om te wonen. Hier was het niet te nat en niet te droog. Ze profiteer- den van de voordelen van de hoge en droge Veluwe en van het natte, maar voedselrijkere IJsseldal. Van deze boeren is weinig meer zichtbaar dan de grafheuvels die zij op de stuwwal opwierpen. Een paar zijn in de stad bewaard gebleven, bijvoorbeeld in het Spainkbos, vlakbij de Loolaan.

Een van de kleine nederzettingen op de oostelijke rand van de Veluwe stond aan de basis van Apeldoorn. In een schenkingsakte uit 792 of 793 wordt gesproken van “villa ut marca Appoldro”. Het zal niet meer geweest zijn dan een buurtschap, maar wel een welvarende. In die tijd bloeide op de Veluwe de ijzerindustrie. Rond 1300 ging deze waarschijnlijk door con- currentie van elders teloor. Tegen die tijd was Apeldoorn een kerkdorp ge- worden met een eigen kerk op de plek waar nu het Raadhuisplein ligt. Bij het dorp lagen de akkers dicht bij elkaar op de iets hoger gelegen gronden, de zogenaamde enken: de Apeldoornse Enk, de Nieuwe Enk, de Orderenk, de Wormense Enk en de Loosche Enk. In de lager gelegen gebieden rond de beken lagen de hooilanden, terwijl de woeste heidegronden werden gebruikt om het vee – vooral schaapskudden – te weiden.

Apeldoorn ontwikkelde zich door de gunstige ligging aan een kruising van belangrijke wegen net iets beter dan de andere dorpen onderaan de stuwwal. De weg van Utrecht naar Deventer – twee van de oudste steden in ons land – kruiste hier die van Zwolle naar Arnhem. Deze plaatsen zijn nog altijd prominent aanwezig in de naamgeving van de uitvalswegen, al heeft Amersfoort de plaats van Utrecht ingenomen (Amersfoortseweg =

‘Utrechtseweg’). Bij de kruising lagen vanouds herbergen, waar reizigers konden rusten tijdens de reis, die vooral over de lege en zanderige Veluwe niet gemakkelijk was. De herbergen zijn verdwenen, maar de belangrijke kruispuntfunctie heeft Apeldoorn nooit verloren. Deze werd alleen maar versterkt. In de negentiende eeuw kwam het Apeldoorns Kanaal erbij en

De geschiedenis van de stad inspireert

later werd Apeldoorn ook een knooppunt van spoorwegen in vijf (!) richtin- gen. Nog steeds ligt Apeldoorn op de kruising van belangrijke wegen, al zijn dat nu de A1 en de A50 direct ten zuidoosten van de stad.

De beken die in de flank van de stuwwal ontsprongen en richting de IJssel stroomden, zorgden ook voor de groei van het dorp Apeldoorn. Watermo- lens werden gebouwd voor het malen van graan, het maken van papier en het pletten van koper. Vanaf de late middeleeuwen werden zelfs kunstma- tige sprengenbeken gegraven om nog meer molens aan te kunnen drijven en om de papierfabriekjes en wasserijen van schoon water te voorzien.

Van de tientallen molens in de stad zijn de meeste verdwenen. Veel sprengenbeken stromen nog, maar een aantal is minder zichtbaar omdat ze onder de grond zijn gebracht of omdat er overheen is gebouwd. De laatste jaren krijgen de beken die door de stad stromen, een hernieuwde rol in de waterhuishouding en worden ze bewust in het straatbeeld weer zichtbaar gemaakt. Dit vergroot de aantrekkelijkheid van de stad en versterkt de verbondenheid van Apeldoorn met het water.

De Oranjes drukken hun stempel op Apeldoorn sinds de aankoop van bui- tenplaats Het Loo in de zeventiende eeuw. Apeldoorn zelf was rond 1800 nog niet veel meer dan een straat met wat zijstraten en een stuk noorde- lijker een koninklijk paleis, als een gecultiveerde oase midden in de ruige

> Op de kaart van Christiaan Sgroten uit 1557 is goed te

zien hoe Apeldoorn eeuwenlang niet meer was dan een nederzetting op het kruispunt van wegen over de Veluwe.

Pas vanaf 1850 zou het dorp echt gaan groeien en zjin eigen gouden eeuw beleven.

> Precies op de rand tussen hoog en droog (Veluwe)

en nat en laag (IJsselvallei) kon ‘Appoldro’ ontstaan.

Ruim 1300 jaar later is de nederzetting een stad die

precies voor de helft op de stuwwal is uitgegroeid

en voor de andere helft zich richting de IJssel heeft

uitgebreid. Een perfecte cirkel en een voorbeeld van

zorgvuldige landschappelijke stedenbouw.

(13)

22 Om te beginnen Geschiedenis van de stad inspireert 23

wildernis van de Veluwe. Aangetrokken door de status en het aanzien om in de nabijheid van het paleis en vooral de koninklijke familie te wonen, kwam de rijke Amsterdamse koopman Jarman begin negentiende eeuw naar Apeldoorn. In 1840 liet hij een villa bouwen op een nog onontgon- nen heideveld van twee hectare aan de Loolaan. Die villa gaf onbedoeld de aftrap voor de gouden eeuw van Apeldoorn. De aantrekkingskracht van het vorstenhuis trok in de voetsporen van pioniers als Jarman meer welgestel- den uit het westen naar Apeldoorn. De verbeterde bereikbaarheid dankzij de nieuwe spoorlijnen droeg daar zeker aan bij.

Door die instroom van nieuwe welgestelden groeide Apeldoorn in hoog tempo uit van een dorp naar een forse nederzetting met stedelijke trekjes.

Eerst kwam er bebouwing aan weerszijden van de Loolaan en al snel ver- rees direct ten oosten ervan de chique villabuurt De Parken op de voorma- lige buitenplaatsen De Pasch en De Vlijt/Marialust. In het westen werden kleinere villa’s gebouwd op de Enk, in wat later de Indische Buurt ging heten. In het kielzog van de kapitaalkrachtige nieuwe inwoners groeide de middenstand en kwamen er steeds meer arbeiders en ambachtslieden naar Apeldoorn om zich er te vestigen. Langs de veldwegen ontstonden lange linten met vrijstaande huizen en huisjes. Op de hoger gelegen (akker) gronden ten westen, noorden en zuiden van het oude dorp bouwden kleine projectontwikkelaars vrijstaande en half-vrijstaande middenstands- en

arbeiderswoningen aan nieuw aangelegde zijstraten. De Dorpsstraat werd Hoofdstraat, omzoomd door luxe winkels. Er kwam een theater, een stad- huis en een nieuwe grote kerk, halverwege tussen het dorp en het paleis aan het begin van de Loolaan.

Ondanks duidelijke patronen in de groei was er nauwelijks sprake van regie door de gemeente. Het waren particuliere grondbezitters en later ook sociale woningbouwverenigingen die bouwden en bepaalden. Omdat dit overal in het land gebeurde werd in 1901 de Woningwet ingevoerd.

Voortaan moest er een samenhangend uitbreidingsplan gemaakt worden, waarmee gemeenten de regie konden voeren over de wenselijke ontwik- keling van hun stad of dorp. Het gemeentebestuur van Apeldoorn had lang moeite om die regie in handen te nemen. Pas in 1916 werd een bescheiden

‘uitbreidingsplan’ door de gemeenteraad goedgekeurd, dat echter nauwe- lijks richting gaf. Pas in de jaren twintig kregen het gemeentebestuur en de ambtelijke organisatie voldoende slagkracht om de groei planmatig aan te sturen. Onder leiding van wethouder Texeira de Mattos werd één van de meest ambitieuze structuurplannen voor Apeldoorn ontworpen.

1 > In 1807 zijn paleis en dorp nog twee aparte werelden met hun eigen waarden en normen. Dat is te zien in de verschillende manieren waarop het landschap is ingericht.

De Loolaan vormt de navelstreng tussen beide werelden en verbindt het paleis met de Mariakerk in het dorp (kaart Hendrik de Man, 1807).

2 > Het bebouwingsplan van landschapsarchitect Hogeweg uit 1876 voor het Oranjepark is vooral een strategie.

Door eerst een park te realiseren als hart van de nieuwe villawijk wordt het passende decor geschapen om kapitaalkrachtige kopers van buiten Apeldoorn te verleiden zich hier te vestigen. De strategie is zo succesvol dat ze tot op de dag van vandaag navolging krijgt. Zoals nu met Park Zuidbroek en Park Zonnehoeve.

3 > Het hart van het groeiende dorp bestaat tot 1900 uit een losse verzameling gebouwen rond de kruising van oude veldwegen. Er zit veel ´lucht´ in het dorp: er is zoveel ruimte dat de groei vooral gespreid plaatsvindt in plaats van compact.

1 2 3

(14)

24 Om te beginnen Wisselende perspectieven op de stad 25

Wisselende perspectieven op de stad

Apeldoorn is grotendeels ontstaan door planmatig aan de stad te ontwer- pen. Een rode draad in honderd jaar stadsontwerp is de worsteling met de vraag wat Apeldoorn is en zou moeten zijn. Dorp? Stad? Buitenstad? Het heeft Apeldoorn voor de stadsontwikkeling nooit ontbroken aan ambitie en daadkracht. Vol enthousiasme en met vertrouwen in de toekomst is meerdere keren begonnen met ambitieuze grootstedelijke plannen. Even zo vaak haalde de tijd plannen in en dwongen veranderende economische en maatschappelijke ontwikkelingen de stad om plannen halverwege af te breken. Apeldoorn zit daarom vol littekens en schrammen. Het zijn juist die plekken die vertellen waar Apeldoorn van droomde. Ze maken de stad tot een persoonlijkheid met een eigen verhaal en historie.

De structuurplannen sinds 1916, waarin werd vastgelegd waar wel en waar niet gebouwd mocht worden, zijn waardevolle tijdsdocumenten. Ze geven een beeld van hoe in opeenvolgende periodes gedacht werd over hoe de stad eruit moest zien en moest functioneren. Drie bepalende struc- tuurplannen passeren hier kort de revue.

Uitbreidingsplan 1923

Het meest tot de verbeelding spreekt het tot in detail uitgewerkte uitbrei- dingsplan uit 1923. De stad werd gezien als een geheel, dat je als een

‘Gesamtkunstwerk’ kon ontwerpen en bouwen. Bijvoorbeeld met grote reeksen pleinen, parken en wegen die het centrum verbonden met omlig-

gende wijken en bosgebieden. Stedelijke allure en monumentaliteit stonden centraal en ambitie werd niet geschuwd. Zo werd voorgesteld de spoorlijn en het station, die net vijftig jaar daarvoor waren aangelegd, in zuidelijke richting te verplaatsen, waardoor het centrum van het dorp uitgebreid kon worden in zuidelijke richting. Ook werd voor het eerst de stap over het Apeldoorns Kanaal gezet, wat de aanzet gaf voor de ontwikkeling van Zevenhuizen. Van de plannen kwam door de crisis in de jaren dertig van de vorige eeuw weinig terecht en de gedetailleerde manier van stadsplanning bleek na de oorlog niet meer aan te sluiten bij de flexibiliteit die nodig was om de groei te organiseren.

Structuurplan 1962

In de naoorlogse stadsplanning ging het niet meer om het gedetailleerd vastleggen van de vorm van de straten en pleinen, maar om het organise- ren van de stad als een machine. Het structuurplan van 1962 richtte zich daarom vooral op een paar hoofdprincipes zoals de verkeersstructuur met radialen en maar liefst drie verkeersringen, waarvan er uiteindelijk twee gerealiseerd zijn. Apeldoorn had haast en verwachtte een forse groei met wel 75.000 extra inwoners in veertig jaar tijd. Grote nieuwe woonwijken aan de oostzijde van het kanaal moesten dit opvangen en het centrum van de stad moest flink op de schop. Het stedenbouwkundige beeld van de huidige stad begon zich af te tekenen. Ondanks tegenvallende groei werd ruim twintig jaar vanuit deze visie aan de stad gewerkt.

> Het meest ambitieuze

uitbreidingsplan voor Apeldoorn ooit uit 1923, vernoemd naar verantwoordelijk wethouder Texeira de Mattos. De geplande verplaatsing van het station in zuidelijke richting en de ambitieuze verstedelijking van Berg en Bos en Orden laten zien dat Apeldoorn ook toen al vol zelfvertrouwen over de stad van de toekomst nadacht.

> Het beroemde en

beruchte Centrum- en

Cityplan uit de jaren

zestig vormde de basis

voor jarenlange sloop van

delen van het historische

dorpshart. Tot op de

dag van vandaag werkt

Apeldoorn aan het helen

van de wonden die op basis

van dit plan geslagen zijn.

(15)

26 Om te beginnen Wisselende perspectieven op de stad 27

Structuurvisie Buitenstad Apeldoorn 2013

De zevende structuurvisie vormt een breuk met alle voorgaande versies.

Het is een ander soort structuurvisie voor een andere tijd en een ander soort gemeente. De nadruk ligt niet langer op het vooraf inkleuren van de toekomstige stadskaart met functies en programma’s maar vooral op het benoemen van de ambities. De stad wil ruimte bieden en anderen inspireren om mee te bouwen aan de toekomst van de buitenstad. Op de kaart wordt daarom alleen het fundament van de buitenstad vastgelegd:

de kernkwaliteiten die Apeldoorn tot een aantrekkelijke stad maken, zoals de groene verbindingen tussen stad en buitengebied. Het accent verschuift van sturen op kwantiteit naar regisseren van kwaliteit. Ook gaat het vanaf nu meer om het herontwikkelen van de bestaande stad en veel minder dan vroeger om grootschalige uitbreidingen.

Zo zijn we na honderd jaar van lintbebouwing en fragmentarische uitbrei- ding via samenhangende planmatige uitbreiding weer terug bij een organi- sche stadsontwikkeling. Deze vindt meestal plaats binnen de al bestaande stad en noemen we daarom inbreiding. Dit soort herontwikkelingen bestaan al langer, meestal op voormalige bedrijven- en instellingster reinen maar ook op resterende agrarische gebiedjes in de stad. Denk aan de Kanaalzone, het oude Spartafabrieksterrein, de NUON-locatie en het oude Julianaziekenhuis.

> De structuurvisie

uit 2013 ‘Buitenstad Apeldoorn’ biedt de basis voor de stadsontwikkeling van de toekomst. De kanskaarten uit de structuurvisie zijn bedoeld om te inspireren, te verleiden en een ambitie weer te geven.

55 groen & water

kanskaart 2030

Toeristisch toplandschap

0 1.000 2.000 3.000 m noord

routes & knooppunten

voorzieningen

uitbouwen regionale netwerken: completeren fiets- en wandelcircuits toegankelijkheid Veluwezijde & robuuste verbindingen IJsselvallei opnemen in landelijk netwerk

ontwikkelen ‘Veluwe-knooppunten’ (mogelijke locaties) verbeteren informatievoorziening & ontwikkelen arrangementen koppelen van attracties en centrum, benutten VSM-lijn

Apeldoorns Kanaal bevaarbaar maken kansen voor jachthaven aan de rand van het centrum contrasten handhaven

ruimte voor rust en stilte

nieuwe recreatieve concentratiepunten realiseren waar mogelijk i.c.m. cultuurhistorie recreatief aanbod verbreden

benutten van kansen voor het ontwikkelen van zorgrecreatie versterken van de recreatieve aantrekkelijkheid van het centrum verbreden van het aanbod en verbeteren van de verblijfskwaliteit

vernieuwen van het recreatieaanbod regeling voor vrijkomende recreatiebedrijven (VRB) onderlegger

waardevolle landschappelijke en cultuurhistorische complexen o.a. De Parken, Indische buurt, Hoog Soeren, Radio Kootwijk enz.

beken, sprengen & molenlocaties afronden herstel beken en sprengen waardevolle (open) landschappen beekdalen & enken

bestaande recreatieve concentratiepunten

o.a. Radio Kootwijk, dorpen, Julianatoren, Paleis ‘t Loo, Omnisport ontwikkelen IJsselvallei tot een landschap van Buitenstadniveau met ruimte voor nieuwe recreatieve concentratiepunten A

A

A A

A A

A

A

(16)

28 Om te beginnen Behoefte aan structuur 29

In het eerste kookboek van deze serie – het Groot Apeldoorns landschaps- kookboek – wordt het landschap vergeleken met een kast vol boeken. De kast bestaat uit de grote landschappelijke structuren zoals bossen, lanen en houtwallen. Ze geven structuur aan het landschap zoals planken structuur geven aan een kast, en ze ordenen de losse elementen zoals huizen, boer- derijen en stallen (de boeken).

De stad is opgebouwd volgens dezelfde principes en dezelfde problemen liggen op de loer. Met het verdwijnen of versnipperen van grotere structu- ren zoals lanen, waterlopen of zichtlijnen valt de ruimtelijke structuur (de boekenkast) van de stad uiteen. De boeken (woningen, speelplekken, park- jes) die eerst netjes in de kast stonden, slingeren opeens los in de ruimte.

In de kast zijn de boeken een verrijking maar zonder kast, zonder struc- tuur, zijn diezelfde boeken rommel en kun je niets terugvinden. Verromme- ling komt dan ook meestal niet door de toevoegingen in de stad, maar door het ontbreken van een goede structuur.

In de structuurvisie voor Apeldoorn zijn de belangrijkste structuren vastge- legd: de hoofdwegen, de ring, de beken en de sprengen, het kanaal en de stadsrandzone waar stad en landschap in elkaar overgaan. Een aangenaam en contrastrijk (smakelijk) stadsbeeld ontstaat niet alleen door de mooie details (de boeken) maar ook door een stevige visie op de hoofdlijnen (de kast). Daarom beschrijft dit boek zowel de boeken als de structuur waaruit de ‘kast Apeldoorn’ is opgebouwd.

Behoefte aan structuur

> Het concept van alle

drie de Apeldoornse kookboeken: door het bouwen van een stevig ruimtelijk kader, de kast, worden het landschap, de dorpen en de stad (de boeken) geordend.

Het geheel wordt mooi en robuust.

recreatieve ontwikkeling VSM-lijntje

onthekken: verbeteren toegankelijkheid

& tegengaan versnippering Veluwe

verweving Buiten-Stad aan de Veluwse kant

hoofdwegen & ring snelwegen (met afslagen)

A1 / A50 ontwikkelen stadsentrees

passend in het landschap

spoorwegen

oplossen knelpunten & vergroten herkenbaarheid ring

fundament 2030

essentie van de Buitenstad

centrum Apeldoorn kernwinkelgebied, uitgaan

& vrije tijd

perifere detailhandel &

Omnisport

concentreren en uitbouwen pdv-clusters

toevoegen aanvullende centrumfuncties Veluwe(randen rond kernen)

Veluwe als uitloopgebied

Apeldoorns kanaal,

beken & sprengen herstellen beken en sprengen

behouden en versterken voorzieningen in de buurt

utilitair & recreatief netwerk lanen, linten & fietsassen (indicatief)

stadsdeel- en wijkcentra / dorpscentra

realiseren groene uitloopgebieden met ruimte voor verschillende functies versterken verweving Buiten-Stad met de IJsselvallei

uitbouwen op kwaliteit houden

routes en structuren oostzijde Apeldoorn ontwikkelen recreatieve arrangementen

0 1.000 2.000 3.000 m noord

recreatieve attracties Apenheul, paleis ‘t Loo enz.

stimuleren veelzijdige economie gevarieerde werklocaties

kantoren en bedrijven

parken en groen realiseren nieuwe parken & verbinden en benutten groene kwaliteiten overgangszone IJsselvallei

openheid beekdalen en enken

> De structuurvisie

Buitenstad Apeldoorn.

De hoofdstructuren van de stad zijn opgenomen in een ‘raamwerk’ dat niet alleen essentieel is voor het functioneren van de stad maar ook de etalage is van de buitenstad. Dat raamwerk is de kast van Apeldoorn. De woon- en werkgebieden zijn de boeken die er in staan.

recreatieve ontwikkeling VSM-lijntje

onthekken: verbeteren toegankelijkheid

& tegengaan versnippering Veluwe

verweving Buiten-Stad aan de Veluwse kant

hoofdwegen & ring snelwegen (met afslagen)

A1 / A50 ontwikkelen stadsentrees

passend in het landschap

spoorwegen

oplossen knelpunten & vergroten herkenbaarheid ring

fundament 2030

essentie van de Buitenstad

centrum Apeldoorn kernwinkelgebied, uitgaan

& vrije tijd

perifere detailhandel &

Omnisport

concentreren en uitbouwen pdv-clusters toevoegen aanvullende centrumfuncties Veluwe(randen rond kernen)

Veluwe als uitloopgebied

Apeldoorns kanaal,

beken & sprengen herstellen beken en sprengen

behouden en versterken voorzieningen in de buurt

utilitair & recreatief netwerk lanen, linten & fietsassen (indicatief) stadsdeel- en wijkcentra / dorpscentra

realiseren groene uitloopgebieden met ruimte voor verschillende functies versterken verweving Buiten-Stad met de IJsselvallei

uitbouwen op kwaliteit houden

routes en structuren oostzijde Apeldoorn ontwikkelen recreatieve arrangementen

0 1.000 2.000 3.000 m noord

recreatieve attracties Apenheul, paleis ‘t Loo enz.

stimuleren veelzijdige economie gevarieerde werklocaties

kantoren en bedrijven

parken en groen realiseren nieuwe parken & verbinden en benutten groene kwaliteiten overgangszone IJsselvallei

openheid beekdalen en enken

Beeld: Bureau Nieuwe Gracht

(17)

2 De smaak

van de stad

Een eigen tuin / Contrasten / Historie /

Lange lijnen / Beken en sprengen / Bedrijven / Apeldoorns Kanaal / Grote gebouwen / Stadsranden

30 31

(18)

In de discussies over het stadsbeeld stond de afgelopen honderd jaar de vraag centraal wat Apeldoorn moest worden. Gek genoeg lijkt die vraag nu pas te verschuiven naar wat Apeldoorn feitelijk is. Deels komt dat misschien, omdat de grote groei voorbij lijkt te zijn.

Maar misschien is het ook gewoon een logische vervolgstap naar volwassen- heid, waarbij het twijfelen aan de eigen identiteit omslaat in een nieuw zelfbe- wustzijn.

Hoe dan ook: Apeldoorn lijkt te ont- spannen en durft langzamerhand

zichzelf te zijn. Sinds 2013 draagt ze daarom met trots de term ´buitenstad´

uit. Een metafoor die aangeeft dat Apel- doorn voorbij de discussie gaat of ze nu een dorp of stad is. Apeldoorn is beide tegelijk: een stedelijke cultuur in een dorpse verpakking. Modern en historisch. Centraal in Nederland maar ook in de luwte. Dat zijn de basis-

ingrediënten die in ieder Apeldoorns gerecht thuishoren. Niet altijd evenveel.

Niet altijd in dezelfde verhouding. Maar wel altijd herkenbaar, eerlijk en puur.

In dit hoofdstuk laten we u kennismaken met die basisingrediënten en leggen

we uit wat iedereen – van huiseigenaar, huurder, aannemer, hovenier, (tuin)archi- tect tot projectontwikkelaar – ermee kan bij de (her)inrichting van de openbare ruimte, het (ver)bouwen van een huis of bij de (her)ontwikkeling van een heel gebied.

33

32

(19)

Groen en water zijn onmisbare ingrediënten van de buitenstad

Foto: I. Csany

34 hoofdstuk onderdeel onderdeel hoofdstuk 35

(20)

36 De smaak van de stad Iedereen een eigen tuin 37

In de buitenstad heeft elk gebouw een eigen of gemeenschappelijke tuin, stelt de structuurvisie. ‘Huis met tuin’ is al een eeuw lang hét basisingre- diënt van Apeldoorn. Een huis of werkplek met tuin is dan ook het ideaal waarmee Apeldoorn mensen aan zich bindt. Het is een basisingrediënt dat tot in elke uithoek van de stad voorkomt. De stad kent vele variaties: van het Apeldoorns huisje met zijn diepe kavel, de villa in Berg en Bos met zijn bostuin tot de Achmea Campus met zijn werkgebouwen in een parkland- schap. Altijd is er ruimte op of bij de kavel om te tuinieren of om simpel- weg te genieten van het groen, het water, de lucht en de rust.

Die tuinen maken dat mensen zich prettig en comfortabel voelen in hun omgeving, maar hebben ook praktisch nut. Bij overvloedige regenval neemt een groene tuin het water makkelijker op dan een verharde tuin. Dit helpt voorkomen dat wegen overstromen. Ook is een groene tuin een goed recept tegen hittestress. In stenige steden is het in de zomer al snel een paar graden warmer dan erbuiten, met de nodige nadelige gevolgen voor de gezondheid en het welbevinden. Daarnaast bindt groen het broeikasgas CO2, wat de opwarming van de aarde remt. Het groen dient zo vele doelen en is misschien wel het meest veelzijdige ingrediënt van de stad. Zelfs de- genen die nauwelijks een tuin hebben, kunnen bijdragen aan een groener beeld door bijvoorbeeld groen tegen de gevel aan te zetten of een kleine daktuin te maken.

> Basisingrediënten voor apeldoorn

Iedereen een eigen tuin

> Boven en onder: twee voorbeelden van hetzelfde ideaal. Huis met tuin waar het groen als een warme jas

om heen zit...

> ... en groen en water waar bewoners wel de lusten maar niet de lasten van ondervinden.

> De jeugd van de buitenstad heeft de toekomst. Hoe eerder ze met groen in aanraking komen hoe beter het is.

Wanneer kinderen al op school zaaien en oogsten leggen ze letterlijk de kiem voor een groenere stad.

Iedereen een eigen tuin / Contrasten / Historie / Lange lijnen / Beken en sprengen / Bedrijven / Het Apeldoorns Kanaal / Gebouwen / Stadsranden

(21)

38 De smaak van de stad

Contrasten maken het spannend

De buitenstad wordt, net als een goed gerecht, gekenmerkt door contrasten en verschillende smaken. Groot naast klein, hoog tussen laag, oud verwerkt in nieuw. De stad zit er vol mee en dat maakt haar bijzonder.

Juist die contrastrijkheid geeft ruimte om te experimenteren en nieuwe combinaties uit te proberen. Apeldoorn kan alle kanten op, in tegenstelling tot veel andere steden die ook mooi zijn maar vaster in een keurslijf zit- ten. Ter vergelijking: een middeleeuws stadscentrum is prachtig, maar elke verandering roept per definitie weerstand op, omdat het nieuwe weinig afwijking van het oude beeld verdraagt. In de buitenstad is dat anders.

Apeldoorn viert op elk schaalniveau het contrast en durft te experimen- teren. Het streven naar een contrastrijke stad is natuurlijk geen vrijbrief om alles maar toe te staan. Elke kok weet dat voor een goed gerecht de ingrediënten in balans moeten zijn. Ook in Apeldoorn zijn er voorbeelden te noemen van waar de balans zoek is. Te veel contrasten oogt chaotisch en maakt de omgeving daardoor onbehagelijk. Te weinig contrasten is saai en levert een eentonige omgeving op. De juiste mix van ingrediënten biedt afwisseling en variatie. Daar is Apeldoorn naar op zoek en daar wordt ze nog aantrekkelijker door.

Het is de kunst om met elkaar te proeven tot de balans gevonden is. Dat gebeurt bij elk bouwplan of project, waarbij de gemeente in gesprek gaat met een architect of stedenbouwkundige. Dat gebeurt ook aan het begin van een nieuw bestemmingsplan voor een wijk of als er een nieuwe struc- tuurvisie voor de hele stad wordt opgesteld. De gemeente legt vervolgens in een beeldkwaliteitsplan per gebied per project de bandbreedtes vast.

Hoe hoog mogen gebouwen worden? Tot hoever mag een gebouw worden uitgebreid? Elk project moet opnieuw bewijzen dat het goed is en in zijn omgeving past.

Contrasten maken het spannend 39

> De boomgrens is niet de grens waar je nooit bovenuit mag steken, maar het komt heel nauw of het eindresultaat past bij

de kwaliteiten van het gebied. Vaak zorgt een stevige groene omlijsting voor een beter resultaat dan het koud naast elkaar

zetten van hoog en laag.

(22)

40 De smaak van de stad Vijf tips voor een geslaagd contrast 41

> Vijf tips voor een geslaagd contrast

2 > Het buurtje vormt een eenheid: de woningen hebben dezelfde vorm, materiaal en kleur. Het is niet logisch om grote contrasten te maken. Subtiele tintverschillen passen wel.

2 > Contrasten zijn te vinden in de verschillende gebouwhoogtes en af en toe een afwijkend detail, zoals een balkon dat uit de gevel steekt of verschillen in gevelopeningen. Het materiaal zorgt voor samenhang.

4 > Oud en nieuw zijn samengevoegd tot een nieuw beeld volop subtiele contrasten.

Een lage rand versus een hoog gebouw, oud versus nieuw, gesloten versus open, hard versus zacht.

5 > Te grote contrasten binnen een rijtje geven snel een onrustig beeld, vooral als het rijtje oorspronkelijk ontworpen is met veel herhaling.

4 > Twee soorten contrasten in één beeld. Het grote contrast tussen het huis en de flat is spannend, maar moet niet te vaak voorkomen. De uitbreiding van het huis aan de achterzijde die wel in vorm maar niet in materiaal gelijk is aan het bestaande, is een voorbeeld van een subtiel contrast dat het vakmanschap van de architect en de opdrachtgever verraadt.

5 > Op elk niveau zijn contrasten en overeenkomsten ingebouwd.

De vorm en richting van alle gebouwen komen overeen (horizontaal) maar de hoogte verschilt. De materialen en kleuren van de flat en de laagbouw verschillen maar zijn binnen de laagbouw gelijk.

1 >

2 >

3 >

Alleen maar contrasten – hoog en laag, oud en nieuw, modern en traditioneel, harde en zachte kleuren – geven een onrustig beeld. Maak niet alleen contrasten, maar ook voldoende samenhang.

Een geslaagd contrast gaat altijd gepaard met samenhang op een ander vlak. Worden er verschillende vormen gebruikt, dan zijn de materialen misschien hetzelfde. Ga eerst op zoek naar wat bindt om pas daarna het verschil te maken.

3 > Het contrast tussen beide huizen is te groot. Hier is de helft van een twee-onder-een-kapwoning vervangen door een grotere en hogere woning in bovendien een heel andere bouwstijl en kleur houtwerk.

3 > Hier is het contrast zachter en natuurlijker. De nieuwbouw is compromisloos naast de bestaande bebouwing gezet. Door de verschillende architectuur behouden oud en nieuw hun eigen karakter, maar doordat de gebouwen in een rij staan, ongeveer even hoog zijn en verwante kleuren en materialen hebben, wordt het ondanks duidelijke contrasten toch een samenhangend geheel.

Een contrast is geslaagd wanneer deze met respect voor zijn omgeving is gemaakt. Zo’n contrast is bijvoorbeeld niet te groot of te bont. Zoals oma al zei: ‘Te’ is nooit goed.

4 >

5 >

Een subtiel contrast komt vaak geslaagder over dan een bruut contrast. Grote contrasten zijn te verzachten door afstand tussen gebouwen te scheppen of door groen aan te leggen.

Contrasten kun je op verschillende niveaus maken: tus- sen gebieden, tussen straten, binnen een rij woningen of bij een gevel. Stem al die niveaus op elkaar af. Elk contrast dat u inbouwt is dan een logisch vervolg op de andere en geeft – gek genoeg – ook een soort eenheid.

40 De smaak van de stad

(23)

42 De smaak van de stad

> De geschiedenis

van elke plek biedt aanknopingspunten voor de toekomst. Het zichtbaar maken van de historie in het straatbeeld maakt dat voelbaar. Apeldoorn heeft daar mooie voorbeelden van.

> Verdwijnen en verschijnen: oude

reclameborden van verdwenen Apeldoornse bedrijven komen terug in de nieuwbouw van Anklaar.

> Van Haeftenpark: oude kazerne wordt woongebied.

Bijzondere verhalen worden opnieuw verteld.

> Badhuisweg: grind geeft een historische sfeer.

> Ugchelen: nieuwbouw geeft de oude watermolen hernieuwde

aandacht.

Geworteld in historische grond 43

Apeldoorn is geworteld in historische grond met een geschiedenis die te- rugvoert tot de steentijd. Die historie is op veel plekken in de stad aanwe- zig, maar je moet vaak een kenner zijn om het te zien. Op diverse plekken wordt de historie beter zichtbaar gemaakt. De winkels in de binnenstad zijn daar een mooi voorbeeld van. Tot voor kort werden oude gevels vaak vervangen door een grote pui van glas en staal of bedekt door luifels en plaatmateriaal, waardoor je alleen nog op de bovenverdieping kon zien dat het om een prachtig oud pand ging. Een kentering is zichtbaar. Historische details worden door winkeliers weer gekoesterd en teruggebracht als er toch onderhoud gepleegd moet worden. De stad haalt stapje voor stapje zijn historische wortels naar boven.

Het zoeken naar verbinding met het verleden is een manier om de stad kleur en smaak te geven. De zichtbare historie van een plek zorgt voor binding met die plek. Opeens woon je niet alleen maar in een nieuwbouw- wijk maar ook op een prehistorische nederzetting. Voor de deur stromen historische beken en sprengen. Dit soort ontmoetingen met het verleden maakt het wonen in de buitenstad bijzonder.

De stad heeft kansen te over om de historie zichtbaar te maken. Bij archeologische opgravingen worden de vondsten die in de bodem zitten op een nieuwe manier verbeeld. De monumentale lanen die naar Paleis Het Loo leiden zijn al langer zichtbare historie middenin de stad, net als de beken en sprengen. Ook het Zwitsalterrein aan het Apeldoorns Kanaal of de Metaalbuurt in Apeldoorn Zuid vertellen delen van het verhaal over de jonge jaren van de stad. Zichtbare breuken met het verleden, zoals de Wilhelmina Druckerstraat die met zijn appartementengebouwen dwars door de Apeldoornse huisjes is gelegd, vertellen over de groeistuipen van de stad, de idealen die eens waren maar waar later weer vanaf is gestapt.

Het zijn projecten waar de meeste mensen niet direct aan denken als het over historie gaat, maar ze zijn voor de kennis over en waardering van de geschiedenis van de stad van net zo’n groot belang als de welbekende vil- labuurt De Parken. Bij het laten zien van de geschiedenis van de stad gaat het dan ook niet alleen over de mooiste dingen, over het oppoetsen van het duurste stuk antiek. Het gaat om het tonen van het hele verhaal: van de steentijd tot een paar jaar geleden. Het is misschien niet allemaal even mooi, maar het hoort er allemaal bij.

De historie verdient dan ook alle aandacht bij vernieuwing van de stad.

Niet door elk oud gebouw te bewaren of dingen terug te bouwen die verdwenen zijn. Apeldoorn is geen museum. Maar met respect voor de his- torie kan ervoor gekozen worden om logische verbindingen te herstellen, beken bovengronds te halen en ze in te zetten als klimaatbuffers en voor recreatie, of oude gebouwen een andere bestemming te geven. De beste manier om iets te bewaren is door het te gebruiken.

Geworteld in historische grond

> NUON-locatie: speelplek gebaseerd op vondsten van een

boerderij uit de steentijd.

Iedereen een eigen tuin / Contrasten / Historie / Lange lijnen / Beken en sprengen / Bedrijven / Het Apeldoorns Kanaal / Gebouwen / Stadsranden

(24)

44 De smaak van de stad Lange lijnen 45

De boekenkast van een stad bestaat grotendeels uit de hoofdwegen. Dat is logisch. Het zijn bijna altijd de wegen waarlangs een dorp groeit en die dus in lengte der dagen de structuur bepalen. In Apeldoorn is dat goed zicht- baar. Het begon met een patroon van veldwegen langs en over de stuwwal.

Op het eerste gezicht lijkt zo´n patroon willekeurig, maar op de reliëfkaart is te zien dat de oude wegen precies de plekken volgen waar mensen met de minste moeite de Veluwe over konden. Net als water zoeken mensen de makkelijkste weg.

Als je dat weet, zijn ook de jongere wegen makkelijk op de kaart aan te wijzen. Die zijn vaak bewust als praktische kortsluitingen tussen de oude veldwegen aangelegd. Vaak zijn ze rechter en volgen min of meer de kortste route van A naar B. Een pragmatische maar soms ook een bewuste ontwerpkeuze om een bepaald ruimtelijk effect te bereiken, zoals bij het lanenstelsel van het paleis. Die wegen vormen niet alleen directe, prakti- sche verbindingen maar zijn ook ontworpen om te imponeren. Hier wil de stad zich van zijn beste kant laten zien. Die dubbelfunctie, praktisch en representatief, maakt het verschil tussen hoofdwegen en de rest van de straten in de stad.

Altijd maatwerk gevraagd

Elke lange lijn – de lanen en de voormalige veldwegen – heeft zijn eigen geschiedenis maar ook zijn eigen (verkeers)functie. Daarom is er geen standaardrecept te geven voor aanpassingen aan de lijnen en de bebouwing erlangs. Dit kookboek roept dan ook iedereen die aan zo’n lange lijn woont op, oog te hebben voor de lijnen. Het zijn de toonzalen van de buitenstad.

Iedere ingreep zou daar een positieve bijdrage aan moeten leveren. De gemeente hoort te zorgen voor een mooi ingerichte openbare ruimte, woningcorporaties, projectontwikkelaars en particulieren voor kwaliteits- volle bebouwing en huiseigenaren en huurders voor groene tuinen.

Die opgave ligt er natuurlijk ook voor alle andere plekken, maar bij de lange lijnen (de boekenkast!) heeft een goed ontworpen gebouw en een mooie openbare ruimte het meeste effect op het totaalbeeld van de stad.

Dat vraagt van iedere betrokkene een onsje meer inzet, zorgvuldigheid en vaak ook een financiële investering. Net als in het theater betaal je meer voor de beste plekken. Waar ´dat onsje meer´ in zit is soms letterlijk in een groter of hoger gebouw, maar kan ook figuurlijk bedoeld zijn door histori- sche elementen zoals grote bomen of oude gebouwen bij vernieuwingen te behouden of terug te brengen.

Lange lijnen – oude veldwegen en rechte assen

> Rond 1800 waren de grote lijnen in de stad al getrokken (kaart van Hendrik de Man, 1807).

1 >

2 >

3 >

4 >

Maak eerst een ingrediëntenlijst

Maak een lijst met de basisingrediënten van de lijn waar u mee aan de slag gaat. Hoe staat de bebouwing op de weg gericht, hoe hoog zijn de gebou- wen, zijn er bomen nodig, wat voor bestratingsmaterialen worden gebruikt.

Is het los of strak etc..

Sluit aan op het bestaande

Ga met die ingrediënten aan de slag en ontwerp iets dat past binnen het bestaande beeld en het eigen karakter van die lijn versterkt.

Op bijzondere plekken kan er meer

Staat uw gebouw, huis of tuin op een bijzonder punt zoals een hoek, aan het eind van een zichtlijn, aan een groot park of op een kruising? Dan kan het mooi zijn om die plek net iets te verbijzonderen ten opzichte van zijn omgeving.

Vergeet de andere kanten niet

Vergeet de rest van de omgeving niet! Alles wat met zijn voorkant aan een lange lijn vastzit heeft een zij- en achterkant richting een ander gebied. Zorg dat er een goede overgang tussen die beide werelden ontstaat.

Iedereen een eigen tuin / Contrasten / Historie / Lange lijnen / Beken en sprengen / Bedrijven / Het Apeldoorns Kanaal / Gebouwen / Stadsranden

Tips voor lange lijnen!

(25)

46 De smaak van de stad

De ene lijn is de andere niet

Bewoners en bezoekers beleven de stad vooral vanaf de hoofdwegen. Wat je daar ziet, blijft hangen en bepaalt het beeld dat je van Apeldoorn krijgt.

Door een goede inrichting en mooie gebouwen erlangs wordt door de stad rijden en fietsen leuker maar kun je je ook beter oriënteren. Het is daarom belangrijk dat alle gebouwen, groot en klein, zich met hun beste kant naar de hoofdwegen – de verkeersring en de radialen – tonen.

Historisch gegroeide lijnen

Eeuwenlang bestond de hoofdwegenstructuur uit kruisingen van veldwe- gen, die in alle windrichtingen uitwaaierden naar de omliggende bouwlan- den en nederzettingen: de radialen. In de tweede helft van de negentiende eeuw groeide het dorp langs die lijnen uit, maar er kwamen ook nieuwe wegen bij. De oudste is de verbinding met Paleis Het Loo via de zogeheten

‘ganzenvoet’ die al in de achttiende eeuw werd aangelegd als stelsel van jachtwegen vanaf het paleis. In de twintigste eeuw werden de radialen uit- gebouwd tot hoofdwegen, maar er kwamen ook nieuwe radialen bij, zoals de Europaweg, de Kayersdijk en de Oost Veluweweg, als ontsluiting naar de eveneens nieuwe snelwegen A1 en A50.

De meeste radialen zijn breder dan de andere wegen, staan mooi in het groen en hebben vaak een wat hogere bebouwing. Wel is iedere radiaal anders ingericht. Sommige zijn heel stedelijk zoals de Deventerstraat en sommige bijna parkachtig, zoals delen van de Kayersdijk. Die verschillen vertellen een deel van het verhaal van de stadshistorie en zijn het waard om herkenbaar te houden.

Geforceerde ring

In tegenstelling tot de radialen is de Apeldoornse verkeersring een op de tekentafel bedachte oplossing om het autoverkeer beter over de stad te verdelen en tegelijkertijd de radialen onderling te verbinden. Al in de jaren twintig is het concept geïntroduceerd. In het structuurplan van begin jaren zestig was zelfs sprake van een drievoudige ring. De middelste ring uit dat plan bestond uit een compleet nieuwe rondweg dwars door bestaande stadsdelen zoals de Indische Buurt, De Parken en De Heeze/Brummelhof.

Van dat plan is (achteraf gelukkig) weinig terecht gekomen. De flats langs de Henri Dunantlaan en het enorm brede wegprofiel van de Sluisoordlaan herinneren nog aan dit plan en het ideaalbeeld van de grote moderne, op de automobilist gerichte stad.

De buitenring uit hetzelfde plan is met kleine aanpassingen uiteindelijk wel tot stand gekomen. Bij deze verkeersring ging het niet zozeer om een volledig nieuwe doorbraak door de stad maar meer om het aan elkaar kop- pelen van bestaande en nieuwe wegen. Dat verklaart waarom de ring op veel plekken niet overkomt als één geheel. Hij ziet er telkens verschillend uit. Aanzetten voor een meer samenhangend wegbeeld langs de ring zijn er wel. Zo wordt ruimte gegeven aan het groen en het mooie landschap waar Apeldoorn middenin ligt. In het westen van de stad is dat de Veluwe met losse dennen, krentenboompjes en ruig gras. In het oosten is het IJsseldal zichtbaar in waterpartijen, bloemenweides, essen en eiken. Bij elk stukje ring dat wordt aangepakt, wordt die samenhang versterkt.

> De Deventerstraat is een van de duidelijkst herkenbare radialen naar het centrum van de stad. Het is geen oude, natuurlijke

route maar een bedachte, kaarsrechte lijn. Dat is terug te zien in de bebouwing die in een strakke rooilijn langs de weg staat, maar ook aan de strak ogende haagblokken, bomenrijen, lichtmasten en hekwerken.

> De Laan van Zevenhuizen is een van de weinige delen van de ring die echt als samenhangende ruimte is vormgegeven.

Brede groene profielen worden begeleid door hogere bebouwing, op regelmatige afstanden onderbroken door groene plekken.

Lange lijnen 47

Iedereen een eigen tuin / Contrasten / Historie / Lange lijnen / Beken en sprengen / Bedrijven / Het Apeldoorns Kanaal / Gebouwen / Stadsranden

(26)

48 De smaak van de stad onderdeel 49

INTERMEZZO

> Grind: een gift van de grond

Grindbermen waren de eerste vormen van verharding langs de belangrijke wegen en zijn een typisch Apeldoorns fenomeen.

ze ontstonden langs de veld- wegen, waar het grind dat in de bodem zat steeds aan de opper- vlakte kwam. Dat zorgde voor een natuurlijke verharding van de wegen. Met de toename van het verkeer werden de wegen verhard met klinkers en kinder- kopjes, en werd de voetganger naar de berm ‘verdreven’. Om het voetgangersgedeelte wat minder zanderig en blubberig te maken werd het aanwezige grind naar buiten geharkt. De basis voor de grindbermen was gelegd. In Apeldoorn kom je nog

vooral grindbermen tegen in Ugchelen, de Indische Buurt, het Sprengenpark en de Metaal- buurt.

Soms wordt grind gebruikt in tuinen en voor opritten en parkeerplaatsen. Dat past erg bij de omgeving waar dat grind ook in de bermen ligt. Het houdt ook inbrekers op afstand omdat het knerpt. Grind past niet alleen in het beeld van Apeldoorn, het water kan er ook in de bodem zakken. Goed voor de vocht- voorziening van bomen en plan- ten en het voorkomt dat straten bij harde regen onderlopen.

Het Veluwse grind bestaat uit doodnormale kleine, grijzige

steentjes met af en toe een ander kleurtje ertussen. Die on- opvallendheid past bij het grijs van het asfalt en kleurt prima bij een goot in een grijze of bruine klinker. Grind eist niet de aandacht op, maar bepaalt toch het beeld. Ingetogen chique. Dat past bij de buitenstad.

Wenums Veld en Stadhoudersmolen

Ganzevoet en omgeving uitwegen Berg en Bos

Omgeving Apeldoorns kanaal

Metaalbuurt

Woongebied rondom Ugchelse beek > Een kaart met grind-

reservaten en wegen

met grindbermen. In

de grindreservaten van

Apeldoorn krijgt het grind

de ruimte die het verdient.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zeker op de plekken waar vaak kinderen spelen zodat binnen een paar dagen na de melding de plaag effectief bestreden wordt. Met vriendelijke groet, Arno

Veel vluchtelingen vinden momenteel een woning met steun van de ‘buren’: lokale vrijwilligers, vzw’s, huiseigenaars en besturen die een netwerk rond hen opbouwen en mee op zoek

De Groot onderstreept de woorden van Verhoeven en van Mart Hoppenbrouwers, com- mercieel directeur van Dolmans Landscaping Group, over het beeld dat vorig jaar ontstond over

Deze zaak gaat over de verhouding tussen het vorderingsrecht tot verwijdering van bomen die in de verboden zone tot de erfgrens (artikel 5:42 BW) staan, en de afwegingsbelangen

De drie andere toeslagen (Huurtoeslag, Zorgtoeslag, Kinderopvangtoeslag) vertonen het zelfde beeld. Voor het goed of fout vaststellen van de voorlopige toeslag maakt het

uiteindelijk gaat het er overal om de vraag hoe we kinderen, jongeren, volwassenen en gezinnen zo goed mogelijk kunnen ondersteunen zodat ze zoveel mogelijk zelf weer vooruit

Naast de inzet van de marechaussee kunnen we denken aan de inzet van UAV’s voor crowd management, het kritisch meedenken in de logistieke voorbereiding van de politie,

Als GGDrU spannen we ons in, samen met gemeenten en andere partners, om voor alle inwoners kansen op goede omstandigheden te creëren, voor een zo gezond mogelijk leven, thuis, in