• No results found

COMMISSIE ZORGVULDIG BESTUUR

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "COMMISSIE ZORGVULDIG BESTUUR "

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

CZB/V/KSO/2005/91 – 14/02/2005 - 1

COMMISSIE ZORGVULDIG BESTUUR

CZB/V/KSO/2005/91

BETREFT: Verkoop van producten na onderwijsprogramma.

1. PROCEDURE

1.1 Ontvangstdatum: 03.02.2005

1.2 Verzoeker

directeur, Technisch Instituut

1.3 CZB

Een mail werd ontvangen op het secretariaat van de Commissie zorgvuldig bestuur op 3 februari 2005.

2. STANDPUNTEN VRAGENDE PARTIJ

Een leerling uit een uitgangsjaar houtbewerking maakt als geïntegreerde proef voor hemzelf een waardevolle eetkamer in beuk. Een andere leerling maakt een volledige tuinmeubelenset in teak. Kan of mag de school hier enige tussenkomst als "onkostenvergoeding" aanrekenen?

Zo ja, volgens welke berekeningsnorm?

Veronderstel dat soortgelijke werken gerealiseerd worden op vraag voor 'derden'. Wat mag de school dan aanrekenen?

Vroeger bestonden hiervoor formules op basis van grondstofvoorwaarde t.o.v. de handelswaarde. Mogen deze formules nog gebruikt worden als houvast? Dit gezien het ontbreken van vervangende regelgeving.

3. ZITTING VAN DE COMMISSIE 3.1 Datum en uur

14 februari 2005, 13.30 uur.

3.2 Kamer

Kamer bevoegd voor secundair onderwijs, deeltijds kunstonderwijs, volwassenenonderwijs,

centra voor leerlingenbegeleiding.

(2)

CZB/V/KSO/2005/91 – 14/02/2005 - 2

3.3 Commissieleden

De Commissie is overeenkomstig artikel V. 22 van het Onderwijsdecreet XIII en artikel 1 tot en met artikel 3 van het ministerieel besluit van 27/09/2002 betreffende de Commissie zorgvuldig bestuur als volgt geldig samengesteld:

De heer Ernest Duys, voorzitter.

Walter Cools, Nele Willems, Raf Verstegen, Ann Beckers.

4. ADVIES VAN DE COMMISSIE 4.1 Regelgeving

* 13 juli 2001 - Decreet betreffende het onderwijs-XIII-Mozaïek

Art. V. 11. Een schoolbestuur kan handelsactiviteiten verrichten, voor zover deze geen daden van koophandel zijn en voor zover ze verenigbaar zijn met haar onderwijsopdracht.

4.2 Stemming

De Commissie heeft na beraadslaging en met eenparigheid van stemmen de volgende conclusies opgesteld inzake bevoegdheid en advies.

4.3 Bevoegdheid

De Commissie is van oordeel dat zij bevoegd is rekening houdende met de aangehaalde feiten en de geldende regelgeving.

4.4 Advies

De onderwijsregelgeving stelt dat scholen handelsactiviteiten mogen organiseren voor zover de opbrengst besteed wordt aan onderwijs en verenigbaar zijn met de onderwijsopdracht.

De Commissie bevestigt dat de verkoop van producten van de leerlingen als gevolg van het noodzakelijke lesprogramma verenigbaar is met de onderwijsopdracht. Het kadert in een goed beheer om die eindproducten aan te bieden aan een ruimer publiek. Er wordt wel benadrukt (CZB/V/KSO/2003/26) dat het voorziene onderwijsprogramma steeds voorrang heeft op de vraag van derden inzake diensten en goederen geproduceerd door leerlingen.

De Commissie stelt dat het de uitdrukkelijke bedoeling is van de wetgever om de vroegere detailregelgeving inzake prijzen te laten vallen. In de plaats heeft de wetgever autonomie gegeven aan de scholen om een eigen beleid uit te werken, binnen bepaalde grenzen.

Bij het voeren van handelsactiviteiten zijn de onderwijsinstellingen verplicht de regelgeving

inzake handelspraktijken te volgen, zoals ondermeer de federale wetgeving betreffende de

handelspraktijken en bescherming van de consument. De onderwijsinstellingen dienen

eerlijke handelsgebruiken te respecteren, aandacht te hebben voor de rechten van de klant en

onrechtmatige bedingen uit te sluiten.

(3)

CZB/V/KSO/2005/91 – 14/02/2005 - 3

Bij de aankoop door de leerling van werkstukken wordt een bepaald goed geleverd door de school. Het is logisch dat hiervoor een bedrag aangerekend wordt. De Commissie stelt voor dat er tenminste een minimum dient aangerekend te worden: de kostprijs van de grondstoffen en een bijkomend surplus voor o.a. het transport, voorraad, opslag enz.

De Commissie is van oordeel dat dit geldt zowel ten aanzien van de leerling als ten aanzien van derden. Het staat de school evenwel vrij een onderscheid te maken. Daarbij komt dat voor de leerlingen de kostprijs van de aankoop van werkstukken dient vermeld te worden in de bijdrageregeling en dus te sprake komt in de participatieorganen.

De Commissie komt tot volgend advies:

Het verkopen van producten als gevolg van het voorziene onderwijsprogramma aan leerlingen of aan derden is een aanvaardbare handelsactiviteit voor een school. Het schoolbestuur dient de regels inzake eerlijke handelspraktijken na te komen, waarbij o.a. geen willekeurige prijzen aangerekend worden en er voldoende informatie verstrekt wordt. Het schoolbestuur kan geen verplichtingen tot aankoop opleggen aan leerlingen en hun ouders.

Brussel, 14 februari 2005

Willy Van Belleghem Ernest Duys

Secretaris Voorzitter

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Art. In het door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierd of gesubsidieerd voltijds secundair onderwijs en deeltijds beroepssecundair onderwijs kan geen direct of indirect

Art. In het door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierd of gesubsidieerd voltijds secundair onderwijs en deeltijds beroepssecundair onderwijs kan geen direct of indirect

In zoverre het een louter privé- initiatief betreft, waarbij de ouders een door hen aangezochte leerkracht vragen buiten de school tegen betaling bijles te geven, zijn de

De Commissie is van oordeel dat verwerende partij kan gevolgd worden waar zij stelt dat het bedrag voor de maaltijdkosten op school dat maandelijks door de internaatsverantwoordelijke

Art. In het door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierd of gesubsidieerd voltijds secundair onderwijs en deeltijds beroepssecundair onderwijs kan geen direct of indirect

Volgens de informatie bezorgd door de directie van het betrokken centrum heeft verzoekster bij haar inschrijving voor twee cursussen Nederlands tweede taal RG3 op respectievelijk 27

De school beseft dat dit een duurdere optie is, maar dit weegt niet op tegen de snelheid en de mogelijkheid om vele cursussen (i.p.v. duurdere handboeken) snel en efficiënt tegen

inschrijvingsgeld worden gevraagd. Na overleg binnen de participatieraad of de schoolraad bepalen de inrichtende machten de lijst van bijdragen die aan de ouders of aan