• No results found

Succes! 1 (2)Naam: Vraag 1 Zij f : X → Y een functie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Succes! 1 (2)Naam: Vraag 1 Zij f : X → Y een functie"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tussentijdse Toets Bewijzen en Redeneren 1ste fase Fysica en Wiskunde

woensdag 6 november 2013, 8:30–10:15 uur auditorium 200C Aud A en 200 C Aud B Naam:

Studierichting:

Naam van assistent:

(Liebrecht De Sadeleer of Niels Meesschaert)

• Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen.

• De toets bestaat uit 3 vragen. Begin het antwoord op het examenblad en vul eventueel aan met losse bladen.

• Elke vraag telt even zwaar mee.

• Succes!

1

(2)

Naam:

Vraag 1 Zij f : X → Y een functie.

(a) Bewijs dat

f (A ∩ B) ⊂ f (A) ∩ f (B) (1) geldt voor alle deelverzamelingen A en B van X.

(b) Laat door middel van een voorbeeld zien dat gelijkheid in (1) niet altijd hoeft te gelden.

(c) Bewijs dat

∀A ∈ P (X) : ∀B ∈ P (X) : f (A ∩ B) = f (A) ∩ f (B) als en slechts als f injectief is.

Antwoord:

2

(3)

Naam:

Vraag 2 In deze opgave is f : X → Y een functie en is R een equivalen- tierelatie op X.

We defini¨eren de relatie S op Y door

S = {(y1, y2) ∈ Y × Y | ∃x1 ∈ f−1(y1) : ∃x2 ∈ f−1(y2) : (x1, x2) ∈ R}.

(a) Is S reflexief? Bewijs of geef een tegenvoorbeeld.

(b) Is S symmetrisch? Bewijs of geef een tegenvoorbeeld.

(c) Is S transitief? Bewijs of geef een tegenvoorbeeld.

Antwoord:

3

(4)

Naam:

Vraag 3 De rij van getallen a0, a1, a2, . . . wordt gedefinieerd door a0 = 1, a1 = 1 en

an+2 = 1 2



an+1+ 2 an

 . Dus

a2 = 1 2



a1+ 2 a0



= 1 2

 1 + 2

1



= 3 2, a3 = 1

2



a2+ 2 a1



= 1 2

 3 2 +2

1



= 7 4, enzovoorts.

Bewijs met volledige inductie dat 1 ≤ an ≤ 2 geldt voor elke n ∈ N.

4

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Begin het antwoord op elke vraag op het examen- blad en vul eventueel aan met losse bladen.. • Kladbladen worden niet nagekeken en hoeft u niet in

Merk op dat we bij de bewijzen van symmetrie en transitiviteit ook steeds gebruik maken van het feit dat het samenstellen van functies associatief is.. (b) Zij (f, g)

(b) Laat door middel van een tegenvoorbeeld zien dat de andere uitspraak uit onderdeel (a) niet juist is.. (c) Bewijs dat beide uitspraken juist zijn als en slechts als f

Merk op dat we bij de bewijzen van symmetrie en transitiviteit ook steeds gebruik maken van het feit dat het samenstellen van functies associatief is.. (b) Zij (f, g)

(b) Laat door middel van een tegenvoorbeeld zien dat de andere uitspraak uit onderdeel (a) niet juist is.. (c) Bewijs dat beide uitspraken juist zijn als en slechts als f

• U mag gebruik maken van de cursus (Wiskunde I ´en Wiskunde II; g´e´en extra los toegevoegde bladen) en van een rekenmachine (grafisch is toegestaan, een symbolisch niet).. •

De stelling van Cantor-Bernstein-Schr¨ oder kan gebruikt worden om aan te tonen dat twee verzamelingen equipotent zijn.. Opdracht 2 (a) Formuleer en bespreek de stelling

Geef verwijzingen naar de literatuur en geef, indien mogelijk, ook een verwijzing naar het bewijs van de eigenschappen.. (b) Voeg een figuur toe in uw document met de grafiek van