• No results found

POLITIEK EN CULTUUR

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "POLITIEK EN CULTUUR "

Copied!
108
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

POLITIEK EN CULTUUR

1918 1988 .

(2)

70

POLITIEK EN CULTUUR

48ste jaargang nr. 5 november 1988

Redactie Max van den Berg Jeannette van Beuzekom Jan de Boo

Pim Juffermans

Leo Molenaar !hoofdredacteur) Wiky van Rijssel lredactiesecretaris) Jos van Dijk

Lay-out Herman Zwennes Correctie Eric Mol

Ons gironummer is: 173127 De abonnementsprijs is f 32,50 per jaar

Een )os nummer kost f 5,- en is te bestellen door f 6,50 (incl.

porto) over te ma ken op postgiro 173127 t.n.v. uitgeverij Pegasus, met vermelding van het gewenste nummer.

Correspondentie over betaling en verkoop s.v.p. zenden aan de administratie van P en C, p/a uitgeverij Pegasus, Leidsestraat 25, 1 0 1 7 NT Amsterdam.

Alle correspondentie over de inhoud richten aan Redactie P en C, Hoogte Kadijk 145, 1018 BH Amsterdam.

ISSN 0032-3349

Jaar . CPN

i n h

0

u d

SDP en Tribune- wegbereiders van het Nederlandse communisme.

Jaap Wolff 187

De revolutie van Troelstra en de CPN (SDP)

Dirk Akkermans 199

Het anti-racisme en de CPN Matthijs Hisschemöller

Meindert Fennema, 216

Bij de herdenking van dè Kristallnacht, met zwart-wit-tekeningen uit

'In nacht verloren' van Clara de Jong.

Max van de Berg 225

De CPN en 'De geschiedenis van het Koninkrijk'

Joop Morriën 240

De CPN tusen wederopbouw en oproer- impressies uit het begin van de jaren zestig

Jos van Dijk 255

Bouwstenen voor de toekomst- 10 jaar:

een blik terug

Henk Hoekstra 263

Kanttekeningen bij de WSBZ-actie

Henk Clerx 214

Voorwaarts en niet vergeten ... ?!.

Interview met: Marius Ernsting, Marcus Bakker, Ton Regtien, San Verschuuren en

Rieme Wouters 280

(3)

In dit nummer

70JAAR CPN

We zijn een beweging, die veel data kan vieren, die met de ontstaansgeschiedenis van de CPN verbonden zijn. Het eerste nummer van De Tribune verscheen op 19 oktober 1907. De oprichting van de SDP vond plaats op 14 maart 1909. De naamsverandering naar Communistische Partij in Nederland had plaats op het SDP-congres van 16 en 17 november 1918. En dan was er nog de aansluiting bij de Communistische Internationale begin maart 1919. Maar voorlopig bestaan we deze maand 70 jaar en dat feit mag gerust gevierd worden gezien de rol die de CPN op wezenlijke momenten van de Nederlandse geschiedenis heeft gespeeld. Ook in de actuele geschiedenis.

De redactie van Politiek en Cultuur heeft een aantal mensen om bijdragen

1 gevraagd voor een speciaal nummer, en ook drie redacteuren hebben zich aan het schrijven gezet. Kennis en begrip van de

geschiedenis van strijd voor democratie en socialisme in Nederland en de eigen rol van de CPN daarin zijn een erg belangrijke inspiratiebron voor het han- delen in het heden. Maar wat moet je kiezen uit zo' n lange periode?

Leidraad is voor ons geweest het kiezen van een aantal perioden en onderwerpen, die wat gespreid liggen over die periode van 80 jaar communistische beweging.

Uiteindelijk denken we daar goed in ge- slaagd te zijn. De behandelde thema' s zullen misschien ook belangstelling wekken naar de wetenschappelijke geschiedschrijving over de CPN, die de C afgelopen 10 jaar een grote vlucht heeft

genomen. Alleen al het eigen weten- schappelijk bureau, het IPSO, bracht in tien jaar negen bundels artikelen uit als

"Cahiers van de geschiedenis van de CPN". En onlangs verscheen zelfs een

'I 200 pagina's dikke pocket, "Van bron tot

boek", over de plaats waar je artikelen en boeken van en over de CPN kunt vin- den. Het materiaal is overvloedig. Wat nog wel erg ontbreekt, zijn serieuze pogingen om de afgelopen 15 jaar te analyseren.

In dit nummer hebben we de bijdragen naar jaartal gerangschikt.

We geven een korte omschrijving.

Jaap Wolff begint met de start van De Tribunegroep in 1907, de oprichting van de SDP in 1909 en enkele activiteiten en vraagstukken die van belang zijn om de oprichting van de CPN te kunnen be- grijpen. Daarop sluit het artikel van Dirk Akkermans aan, die met name ingaat op de revolutiemaand voor West-Europa:

november 1918. Daarbinnen concen- treert hij zich op de gebeurtenissen van 11 november. In die spannendste week van de sociale geschiedenis van Nederland wordt de CPN opgericht.

En dan Meindert Fennema en Matthijs Hisschemöller over 'Anti-racisme en de CPN'. De schrijvers starten zo rond 1907 met publicaties van Gorter en vol- gen dit thema naar het heden. Daarbij kritiseren zij huns inziens onjuiste opvat- tingen over de verhouding tussen inter- nationalisme en nationale aanpak, met name tussen 1938 en 1980.

Het volgende artikel heeft weer een datum als uitgangspunt. 50 jaar geleden:

10 november 1938, Kristallnacht; het begin van de georganiseerde vernietiging van het Jodendom in bezet Europa.

Aanleiding voor Max van de Berg was dat het werk van de communistische kunstenares Clara de Jong een belang- rijke plaats heeft gekregen in de her- denking van de Kristallnacht in de DDR.

Op 4 november wordt in Berlijn een ten- toonstelling geopend van haar "In nacht verloren", die later naar Leipzig en Dresden zal trekken.

(4)

Het idee om enkele van de zwart-wit- tekeningen van deze serie in P&C af te drukken met wat commentaar , groeide uit tot een beschouwing over de gebeur- tenissen ten tijde van de Kristallnacht en later.

Dan het zeer grondige artikel van Joop Morriën over de manier waarop dr. Lou de Jong in de loop van zijn 12-delige

"De Geschiedenis van het Koninkrijk"

de CPN beschrijft. We denken dat veel lezers dit stuk met belangstelling zullen lezen.

Wat luchtiger is de aanpak van redacteur Jos van Dijk in zijn beschrijving van wat de partij deed en naliet in het begin van de jaren zestig. Het is een boeiende tijd, die naar zijn mening meer studie verdient.

Vervolgens een belangwekkend artikel van Henk Hoekstra die op ons verzoek terugblikt op de afgelopen tien jaar en wat ze wel en niet gebracht hebben. Er is nog erg weinig geschreven over deze periode, en dat wordt toch zo langza- merhand tijd. Hij houdt de grote lijnen aan en moet dus noodzakelijk algemeen blijven. De redactie beschouwt dit artikel als een soort uitgangspunt voor verdere discussie. We zullen mensen vragen om hierop door te gaan. We houden ons ook aanbevolen voor bijdra- gen van lezers, die naar onze mening bijdragen aan een nadere analyse van het recente verleden.

Dan zijn we blij met een artikel van Henk Clerx over de schoonmaak- stersstaking van de WSBZ van enkele maanden terug. Aan deze strijd zitten algemene aspecten: dat van de priva- tisering, van werk voor vrouwen en

migranten en van de kwaliteit van het werk en de arbeidsomstandigheden. Er zit ook de kant aan van het in eenheid optreden en het binnenhalen van voor- lopige resultaten. En tenslotte is er de kant van het samen optreden van com- munisten, die in de afgelopen tien jaar uit elkaar zijn gegroeid en hier weer gezamenlijk de handen ineen hebben geslagen. De resultaten zijn er naar.

En tenslotte een interview met vijf partij- genoten over de opgaven van de

komende tijd en de rol die de CPN kan spelen. Het werd een gesprek, waarbij Marius Ernsting vragen van de zijde van de redactie voorlegde aan Marcus Bakker, Ton Regtien, San Verschuuren en Rieme Wouters. Redacteur Pim Juffermans heeft het gesprek uitgewerkt, waarbij hij het op elkaar ingaan van de mensen zoveel mogelijk in tact heeft gelaten. Er komen probleemstellingen naar voren, die van de nu 70-jarige CPN een energieke aanpak vragen.

Als sommigen zich na het lezen van dit nummer "70 jaar CPN" afvragen waarom in Marx' naam de rol van de CPN in de strijd tegen kernbewapening er niet een meer prominente rol in speelt, mede gezien onze rol in de recente geschiedenis, moet het antwoord zijn dat er eind november een speciale uitgave van P&C uitkomt onder de titel "Nu alle kernwapens weg". Zowel de geschiede- nis van de afgelopen tien jaar als die vanaf 1945 zijn daarin aan de orde.

De redactie wenst

de abonnees veel leesplezier.

(5)

SDP en Tribune

Wegbereiders van het

Nederlandse Communisme

De Communistische Partij van

Nederland begon haar bestaan door een naamsverandering. Op 17 november 1918, op de tweede dag van het in Leiden gehouden congres van de Sociaal-Democratische Partij (SDP), werd na een korte toelichting door Louis de Visser, waarin hij uitriep 'Weg met de oude naam!' het besluit genomen zich voortaan communistisch te noemen.

Slechts in drie landen hadden de revolu- tionaire marxisten eerder tot het aan- vaarden van een nieuwe naam besloten:

in Sovjet-Rusland in maart 1918, in Finland en in Oostenrijk. Het besluit, waaraan gekoppeld was dat de partij zou deelnemen aan het oprichtingscangres van de Communistische Internationale, toonde zowel de wil op een strijdbare en internationalistische wijze deel te nemen aan de revolutionaire ontwikkelingen na de beëindiging van de eerste wereldoor- log, als ook de diepte van de breuk met de oude sociaal-democratie. Deze had zich in de oorlogsjaren in discrediet ge- bracht door zich aan de zijde te plaatsen van de heersende klassen in de elkaar bevechtende landen. In de neutraal gebleven landen, zoals Nederland, had ze eveneens de weg gekozen van een verbond met de regerende, aan het kapi- talisme verknochte partijen. De breuk trad internationaal in. In Nederland was hij echter reeds voordien een feit gewor- den. Organisatorisch kwam de breuk tot stand in 1909, toen de redacteuren van het weekblad De Tribune op 14 februari door het Deventer congres uit de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) werden geroyeerd. Een besluit, dat zijn bevestiging vond in een partij-

Eerste nummer van De Tribune van 19 oktober 1907.

David Wijnkoop en Sam de WolfT in een spotblaadje voor het SDAP-congres van april1907. De Hebreeuwse lettertekens spellen van rechts naar links: koosjer.

(6)

Spotprent van Louis Raemaekers op het Deventer-congres van de SDAP. Troelstra zegt Lodewijk XIV na: Het Congres?! ....

Dat ben ik.

referendum, waarin iets meer dan een kwart van de deelnemende leden zich evenwel tegen de uitstoting keerde.

Enkele weken nadien, op 14 maart, had in Amsterdam het oprichtingscongres van de SDP plaats. Op het gebied van de ideeën voltrok de scheiding zich eigen- lijk reeds eerder. Ze uitte zich zowel in de artikelen die sinds het verschijnen van het eerste nummer van De Tribune op 19 oktober 1907 in dit orgaan verschenen alsook in de woedende reac- ties van Troelstra, Schaper en

andere leiders van deSDAPen haar par- lementsfractie. De voortdurende harde kritiek, zij het soms in overdreven vor- men, op de koers van de leiding van par- tij en fractie richtte zich op het ont- breken van een consequente

marxistische koers, op het loslaten van het revolutionaire marxistische gedach- tengoed ofwel het aanpassen en onder- werpen daarvan ten gunste van een slechts op hervormingen binnen het niet meer als keurslijf beschouwde maar

Spotprent van Van Geldorp met een knipoog naar Raemaekers naar aanleiding van de ketterse Tribunegroep.

eerder als ongenaakbaar geziene kapita- listische stelsel. Men werd zo 'realis- tisch' dat men prompt door de knieën ging voor het feit dat de heersende klasse over een grote macht beschikte.

Beperkt prakticistisch redenerend en de blik zoveel mogelijk gesloten houdend voor wat er buiten de grenzen gebeurde, voelde de reformistische en revisionis- tisch gezinde leiding van de SDAP en de met haar verwante bestuurders van het NVV elke scherpe opmerking over het beleid als een ware aanslag op hun posi- ties. De verschillen van mening dateer- den al van het begin van de eeuw en met name uit 1903, toen het ging om de be- oordeling en de daaruit voortvlOeiende houding ten aanzien van de spoor- wegstaking. Ze zijn ongetwijfeld nog verdiept door persoonlijke tegenstel- lingen tussen de voornaamste persoon- lijkheden in het debat, met name tussen Troelstra en Wijnkoop. Bij de benade- ring van de verkiezingen van 1909 ver- scherpten de conflicten zich verder.

(7)

Troelstra's brief

Traelstra achtte toen het moment gekomen om op de scherpste en meest onverzoenlijke wijze te gaan optreden.

Hij deed dat in een brief aan zijn partij- bestuur (gedateerd 3 december 1908), die hij ook in zijn omstreeks 1930 uit- gekomen gedenkschriften (Derde deel:

Branding) karakteriseert als 'een der be- langrijkste documenten betreffende zijn interne partijleiding'. In deze brief stelt hij dat er reeds een scheur in de partij is.

'Het eenige redmiddel kan slechts een scheuring zijn.' Zijn eis is het royement van de leden van de Tribune-redactie, wat - zo voegt hij er cynisch en gelij- kertijd neerbuigend aan toe - zalleiden

'tot de oprichting van iets heel zuivers en intemationaals in ons land'. Handig manoeuvrerend, slaagde de SDAP-lei- ding erin, onder andere door de belofte een theoretisch bijvoegsel in de vorm van een weekblad bij het dagblad Het Volk te voegen, verdeeldheid onder de marxistische vleugel te zaaien. Het meer weifelende en verzoeningsgezinde getin- te deel daarvan nam genoegen met de toezeggingen en stemde in met het ver- jagen van de Tribune-redacteuren.

Historici twisten reeds lang over de vraag of de wil tot scheuring ook niet leefde onder de vaak jongere revolutio- naire marxisten en hoe het een het ander in de kaart heeft gespeeld. Afgezien van de vraag hoe alles in die tijd precies is verlopen en welke tactische, interne par- tij- en groepsoverwegingen een rol hebben gespeeld, kan er weinig twijfel aan bestaan dat een scheiding van we- gen, zo niet precies op dat moment dan wel op een ander ogenblik, onontkoom- baar was geworden. Politiek gezien is het evenwel duidelijk - en ook toen reeds herhaaldelijk uitgesproken - dat het beter zou zijn geweest als door een langer op- treden van De Tribune als marxistisch orgaan binnen de SDAP, meer invloed zou zijn uitgeoefend en de revolutionaire opvattingen meer verspreiding zouden hebben gevonden. Doch dat werd nu juist gevreesd en teneinde dat te verhin- deren, werd het royement doorgevoerd en de splitsing veroorzaakt.

Gericht op brede kring

Het was voor het eerst in West-Europa dat zich zo'n scheuring voordeed. Dat was voordien alleen geschied in Rusland

Prent van Van Geldorp van maart 1909 getiteld 'Het laatste bedrijf van het Deventersche drama'. Troelstra rekent af met SDP-groep (Wijnkoop, Ceton en Van Ravesteijn) èn met andere stromingen.

(8)

MEDEDEELING.

VERGADERING

ZONDAG 21 FEBR., I uur,

Oproep tot de oprichtingsvergadering van de SDP. De officiële oprichting vindt plaats 14 maart 1909.

en in Bulgarije. In de andere landen was er wel sprake van een scherper wor- dende strijd tussen opportunistische en marxistische opvattingen, maar daar kwam het niet tot een organisatorische afscheiding in de voor-oorlogse jaren.

Het ledental van de SDP bedroeg in 1909 iets meer dan vierhonderd en in

1910 steeg het tot iets boven de vijfhon- derd. Op dat niveau bleef het vrijwel sta- biel tot het begin van de wereldoorlog.

De oplage van De Tribune steeg na het royement uit de SDAP aanvankelijk tot tweeduizend en bleef daarna schomme- len rond de zeventien-, achttienhonderd.

Verloop in leden- en lezerstal dat vol- gens getuigenissen vrij hoog was, is dus steeds door het winnen van nieuwe leden en lezers opgevangen. Tot de ver- plichtingen die een nieuw lid op zich nam, hoorde ook dat hij of zij abonnee op de De Tribune moest worden! In deze periode waarin de nieuwe partij haar weg moest zien te vinden, werd haar steeds weer voorgehouden, van buitenaf maar ook soms door leden zelf, dat ze bescheiden moest zijn en haar plaats moest kennen. Sommigen wilden al di- rect dat ze zich zou beperken tot een al- gemene propaganda voor de marxisti- sche beginselen. Op het

oprichtingscongres zelf werd daar even-

Kiesrechtbetoging door de Amsterdamse Kinkerstraat van 1907.

(9)

wel al stelling tegen genomen en werd onderstreept dat de SDP een politieke partij was, die zich ten doel stelde te werken aan de machtsvergroting van de arbeidersklasse en ook deel te nemen aan verkiezingen. De artikelen in De Tribune moesten niet alleen dienen voor de ideologische opvoeding van een kleine kern, zoals Van Ravesteijn eens voorstelde, ze dienden zich te richten tot een brede kring van arbeiders. Ze moesten, zoals herhaaldelijk op con- gressen gezegd en verlangd werd, de marxistische principes niet in algemene abstracte uiteenzettingen maar in een concrete vorm duidelijk maken.

De eerste verkiezingsactie die de jonge partij moest volgen, had enkele maanden na de oprichting plaats. De verkiezingen verliepen volgens het districtenstelsel en met een beperkt kiesrecht. Zoals niet moeilijk te begrijpen was, werd het in de vier kieskringen waarin de SDP deel- nam, zelfs moeilijk enkele honderden stemmen te vergaren. Reden genoeg voor degenen onder de marxisten die in I' de SDAP waren gebleven, om 'de ver-

doolden' op te roepen terug te keren tot deze partij. De Tribune berichtte daarover dat 24 personen gehoor hadden gegeven aan de oproep. Bij gemeente- raadsverkiezingen ging het in hetzelfde jaar al beter, maar in de twee gevallen waar door een goed resultaat in de eerste ronde herstemming nodig was, bleef verkiezing toch achterwege omdat de SDAP weigerde SOP-kandidaten haar steun te geven. Toch drong enkele jaren later, bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1911, voor de eerste maal een SDP- lid in de raad door - het was P. Vader die in Weesp gekozen werd.

·~ Geen sectarisme

De moeilijkheden en teleurstellingen die het deelnemen aan de verkiezingen met zich meebracht, verhinderden de partij niet zich te blijven inzetten in de cam- pagnes voor het veroveren van het alge-

meen kiesrecht. Ook intern ging dit evenwel niet gemakkelijk. Herhaaldelijk kwam de vraag aan de orde of wel kon worden deelgenomen aan acties van die aard die onder leiding stonden van de SDAP; dit betrof bijvoorbeeld de handtekeningencampagne voor de petitie die in 1910 aan de orde was. Besluiten daarover werden soms met geringe meerderheid genomen, maar toch onder- streepte het feit dat zo'n stellingname uiteindelijk tot stand kwam, zij het na lange soms verhitte debatten, dat de SDP geen sectarische groep wilde zijn.

Hetzelfde gold voor de besluiten om deel te nemen aan de Derde Dinsdag- demonstraties bij de opening van de Staten Generaal, waartoe de SDAP het initiatief had genomen. Aandrang vanuit anarcho-syndicalistische kringen, waarmee in allerlei acties raakvlakken bestonden, om deelname aan de bewe- ging voor algemeen kiesrecht te staken, werd afgewezen. Het gemeenschappe- lijke optreden in de beweging voor alge- meen kiesrecht bracht evenwel ook met zich mee, dat zowel vanuit de SDAP als binnen de SDP stemmen klonken om met de zelfstandige partij en met De Tribune op te houden. Vanuit de SDAP geschiedde dit onder de leuze dat het om 'de eenheid' ging. In de SDP werd tezelfdertijd wel verlangd dat er een einde kwam aan de 'broederoorlog' en dat daartoe het blad moest worden opge- offerd en de partij diende te verdwijnen.

Eén keer heeft dit zelfs ertoe geleid dat een afdeling (Hilversum) een bijzonder congres verlangde om 'het vraagstuk van de eenheid' te behandelen. Zowel de leiding van de SDP als de meeste afdelingen wezen dit af; een van de be- langrijkste argumenten was dat de SDAP-leiding steeds eiste dat De Tribune zou moeten worden opgeheven.

De deelname aan de actie voor kiesrecht betekende niet dat daardoor automatisch betere verkiezingsresultaten konden worden behaald. Ook bij de Tweede Kamer-verkiezingen van 1913 werden

(10)

slechts weinig stemmen verkregen. Een reden voor sommigen om uit de SDP te stappen; ook een van de eerste

Tribunisten, S. de Wolff, behoorde tot hen. Ook toen stond evenwel tegenover deze tendens tot capitulatie voor de overheersende kracht van de opportunis- tische richting, de neiging zich volledig in eigen schulp terug te trekken. Op het SDP-congres van juni 1914 kwam aan de orde of elke samenwerking met de SDAP, op welk gebied dan ook, niet moest worden verbroken. De SDAP werd door een der sprekers 'nog schadelijker geacht dan de gewone bur- gerlijke partijen'. De partijleiding be- streed dit standpunt en verklaarder dat er 'geen muur tussen SDP en SDAP' moest worden opgetrokken. Bestrijding van het sectarisme nam, zoals uit deze enkele gegevens reeds blijkt, steeds een plaats in in de politieke besluitvorming in de SDP. Dat neemt niet weg dat in de om- standigheden van die periode de kritiek

op de SDAP op de scherpst denkbare wi- jze werd geformuleerd en dat men niet terugschrok voor een overdrijving meer of minder. Dat heeft dan weer een zekere afgeslotenheid en hooghartigheid ten aanzien van de leden en aanhangers van de SDAP bevorderd. Van tijd tot tijd klonken ook bittere woorden over de Nederlandse arbeiders die de inzichten van de SDP niet konden begrijpen.

Vakhondspolitiek

Van groot belang in deze zich voort- durend herhalende botsing tussen de wil om met de massa van de arbeiders en de aanhangers van de SDAP in contact te blijven en de voortdurend opduikende sectarische neigingen, was het standpunt dat inzake vakhondsvraagstukken werd ingenomen. Op het snel na de oprich- tingsvergadering gehouden congres van de SDP, in mei 1909, was een speciale resolutie over de vakbeweging

SDP-bestuur tijdens het congres in 1911. Achter de tafel van links naar rechts:

Mannnoury, Van Ravesteijn, De Visser, Wijnkoop, De WolfT, Gorter en Ceton.

(11)

WEG MET DEN HONGER!

De grootsche demonstr.,lie tegen den horgor <•p 4 Maert In het Shutlon te Amsterdam.

Bovenstaande foto geeft, meer dan een kolomrnen.lang verslag knn dnen, een ledruit van de geweldig" Ams•erdamsche demonstratie voor een hetero levenllmldd .. len-v<>or:r.ienJnJI.

M•n ziet hier "!echts een deel van het Stadion. De andere heltt van het SJii<)rtparll waa even dicht gev.uld met arbeiders en arbeldersvrouwen.

Uit de Notenkraker, 1918, nummer 10.

aangenomen, die de leden van de SDP moreel verplichtte om lid te zijn van een bij het Nederlands Verbond van

Vakverenigingen (NVV) - de door soci- aal-democraten geleide vakcentrale- aangesloten bond. Voor de SDP-ers die zich allen herinnerden hoeveel schade anarchistische denkbeelden in de Nederlandse arbeidersbeweging hadden aangericht en hoe deze hadden genoopt tot de afscheiding van de door Ferdinand Domela Nieuwenhuis geleide Sociaal- Democratische Bond (SDB), was dit op zichzelf geen probleem. De door anar- cho-syndicalisten geleide vakbonden, verenigd in het NAS (Nationaal Arbeidssecretariaat), spraken zich uit tegen alle politieke actie en stonden zo in duidelijke tegenstelling tot de marxis- tische opvattingen. Voor de anti-par- lementaire opvattingen van de NAS-aan- hangers - en dit was de andere zijde van de medaille - stelde de SDP echter de

reformistische opvattingen van de SOAP-Kamerfractie medeverantwoor- delijk. De SDP legde zich daarom niet neer bij de door de NVV-leiding ge- propageerde absolute scheiding tussen de twee centrales. Dit bleek uit de onder- steuning die gegeven werd aan de arbei- ders die deelnamen aan stakingen. In tegenstelling tot zowel de SDAP- en NVV-leidingen als ook de NAS-leiding, sprak de SDP zich uit voor steun aan alle stakers. In De Tribune (29 januari 1910) verklaarde David Wijnkoop dat de SDP geen grenzen in het proletariaat wenste te trekken. Bij de stakingen die in 1911 onder de zeelieden en havenarbeiders in Rotterdam en Amsterdam uitbraken, trad de SDP op voor het geven van financiële ondersteuning aan zowel de NVV-ers in Rotterdam als aandeNAS-stakers in Amsterdam. Ook op congressen van de SDP kwam herhaaldelijk tot uitdrukking dat eenheid in de strijd noodzakelijk was

(12)

en bevorderd moest worden, van welke bond de in strijd staande stakers ook lid waren. Het conflict dat in de SDAP naar aanleiding van deze staking uitbrak, leidde tot het uittreden van de voorzitter van de NVV-bond van spoorweg- en trampersoneel, Sneevliet, die daarna tot de SDP toetrad en kort nadien naar Indonesië vertrok.

Het oog gericht op verandering In de stellingname ten aanzien van het NAS speelde tevens een rol dat de SOP- leiding niet van mening was dat de op- vattingen in het NAS onherroepelijk dezelfde zouden blijven. Er was wel degelijk verandering zichtbaar, de anar- chistische ideeën werden onder de druk van de klassenstrijd minder dogmatisch beleden en overdreven standpunten, als bijvoorbeeld de afwijzing van collec- tieve arbeidsovereenkomsten, werden ingetrokken. Zonder de kritiek op de tegen het politieke optreden gerichte op- vattingen in NAS-kringen te vermin- deren, werden dergelijke standpuntver- schuivingen gesignaleerd en begroet.

Voor het voeren van de strijd achtte de SDP eenheid van optreden van belang.

Wat dit bevorderde, ondersteunde ze en

wat er tegen in ging, bestreed ze. Op het congres van 1911 werd in dit kader ook duidelijk uitgesproken dat er geen be- zwaar was dat NAS-Ieden tot de SDP toetraden. Doelstelling moest zijn het verrichten van socialistisch werk in de vakbeweging teneinde eenheid in de vakbeweging te bereiken. Een interes- sante uiteenzetting over de vakhonds- politiek van de SDP in de jaren 1901- 1911 is te vinden in het artikel van Joop Scheerman in de Cahiers over de geschiedenis van de CPN (nummer 9, januari 1983.) *)Opgemerkt moge nog worden dat pas in de periode van de oor- log, toen de NVV-leiders zich op dezelfde wijze als de SDAP-leiding opstelden en een klassenvrede afkondig- den, op het Utrechtse congres van de SDP (1915) het vakhondsbesluit van 1909 werd gewijzigd. Toen werd gesteld dat de SDP-leden zouden werken in ver- schillende vakbonden teneinde deze op een revolutionaire lijn te brengen. Het kwam evenwel niet tot een eenzijdige oriëntatie op het NAS en ook op het congres van november 1918, waar deze neiging wel aanwezig was, is dat uitein- delijk niet geschied.

Arbeiders en Soldaten!

~,., '!Wc

TUI>Ml!'~;ti!i'~ ~~~ VMI hft N~c!la!!d!it- orolmr·!$11 ~ U ~~~ ~~Wüfd!Jf ~

~nrm!»r u z"'e ~ - -~~tW(>f,fln ~ q~lm~gm-.

óftl<w<ii!k~J1~> Ik!' Ouh$d:ê f;!t>'<lll.lflf 111 dü~~ #«ftll.

Mfdmtt Wild de Jtt'tt 1:H~ fJl'ldtt 1'111 -~ !'{,.,._

van mdml, dal ~tf al of

&Oilbl~%?fl•tt. l;<c!!~ll !!!!~, ~ lttt dt ~ w~ ~ 111 dmlft

nM g "* !ttt C!!!!l!lluiliit~~~ 11!~~g. ~~ lY dtf «4 A

Jtlilf.

.,.

Aanhef van een manifest uit november 1918 waarin de naamsverandering wordt meegedeeld.

(13)

Gemeenschappelijke actie

In het jaar 1911 kwam het ook tot een campagne tegen de duurte. Op initiatief van de SDP werd hiertoe een comité gevormd. SDAP en NVV weigerden deelname, maar het NAS en enkele an- dere organisaties besloten mee te werken. Tot aan mei 1912 organiseerde het comité, onder voorzitterschap van Wijnkoop, een fiks aantal vergaderingen en verspreidde het vele pamfletten.

Volgens Louis de Visser leidde de samenwerking in dit comité tot het weg- nemen van veel wantrouwen in de SDP.

Het gemeenschappelijk optreden in een actie voor staatspensioen en tegen een wetsontwerp van minister Treub dat vol- gens de SDP en de andere deelnemers de weg daartoe versperde, had dezelfde uitwerking. De houding ten aanzien van het NAS was verre van sectarisch. Ook zijn er geen concessies van principiële aard aan de anarchistische en syndicalis- tische opvattingen gedaan, zoals bleek uit de zich enkele malen herhalende geschillen over de actie voor het alge- meen kiesrecht. Voor de taak waarvan het belang in die jaren toenam - het gemeenschappelijk optreden tegen de dreigende oorlog - was het contact met syndicalisten, die toen internationaal nog geen onbelangrijke factor waren, zelfs zeer gewenst. Samenvattend: hoe leerstellig de SDP-ers, en met name haar gezaghebbende leiders, ook schreven en optraden, ze maakten zich ten opzichte van de groepen waarop de SDAP weinig invloed had, niet schuldig aan afgeslo- tenheid. Sectarisme was er eerder te be- speuren als het ging om de relatie met de SDAP en het NVV. De voortdurende uiterst scherpe kritiek op de leiders van deze organisaties, ongetwijfeld vaak ver- diend en gerechtvaardigd, maar gesteld in termen die de massa van aanhangers ervan afstootte, kon niet anders dan de toch reeds wijde kloof verdiepen en maakte samenwerking in toenemende mate moeilijk en zelfs onmogelijk.

Het restaureren van de jaargangen van De Tribune bij het I.I.S.G.

De eerste wereldoorlog

De positieve zijden van het werk van de SDP en De Tribune uitten zich op de duidelijkste wijze in de periode van de eerste wereldoorlog. Terwijl de SDAP een 'godsvrede' met de Nederlandse bourgeoisie aanging, weerden de SDP en de organisaties waarmee ze samenwerkte zich in het uit het anti-Treub-comité voortgekomen comité voor agitatie tegen de oorlog. 'Oorlog aan de oorlog' was de leuze van dit comité, waaraan naast SDP en NAS een reeks vakbonden en anti- militaristische verenigingen meewerk- ten. Ook het Revolutionair-Socialistische Verbond (RSV) van Henriëtte Roland- Holst, die na lang aarzelen de SDAP had verlaten, sloot zich daarbij aan. De strijd richtte zich aanvankelijk vooral tegen de mobilisatie die allerlei ontberingen voor de bevolking met zich bracht. De mobi- lisatie werd beschouwd als een middel voor de regering en de bourgeoisie om Nederland in de imperialistische oorlog te betrekken. De eis van demobilisatie werd gesteld teneinde te komen tot actie om dat te verhinderen. De SDP verbond de demobilisatie-leuze met de eis van volksbewapening, een verlangen dat door de anti-militaristen en anarchisti- sche elementen niet werd gedeeld en niet in de leuzen van het comité werd opgenomen. De demobilisatie-leuze

(14)

Politiek en Cultuur

keerde zich tevens tegen de samenwer- king die de SDAP met de regering had aangebonden en deze eis werd uit dien hoofde scherp door de SDAP - en door de met hen verbonden NVV-leiders aangevallen. De SDAP-fractie in de Tweede Kamer stemde voor de extra-uit- gaven die de regering voor de mobi- lisatie moest doen. Een in de SDAP gebleven marxist als R. Kuiper schreef toen een brochure onder de titel 'Geen man en geen cent'. Anderzijds keerde een marxist als Saks die zich bij de SDP had aangesloten, juist rondom de demo- bilisatie-eis de partij de rug toe. Veel verwarring dus, zoals ook in de oor- logvoerende landen in de arbeidersbe- weging te bemerken was. Moeilijkheden ontstonden er ook binnen het comité van samenwerkende organisaties als gevolg van interne tegenstellingen en botsende meningen. Het werd in maart 1916 ont- bonden. Doch de gebeurtenissen van de Eerste Wereldoorlog en de gevolgen die deze in Nederland had in de vorm van stijgende prijzen, gebrek aan vele goe- deren en verontwaardiging over oor- logswinsten, bevorderden dat snel - reeds in aprill916- een nieuwe samen- werkingsvorm ontstond, met nog meer deelnemende organisaties, in de vorm van een revolutionair-socialistisch comité. Het comité keerde zich fel tegen de politiek van de regering en het gebrek aan zorg voor de bevolking en

organiseerde tal van vergaderingen en demonstraties. Het gaf steun aan de be- weging die zich onder de bevolking ont- plooide en die in 1916 en in de loop van 1917 vooral tot uiting kwam in de eis tot verschaffing van meer en beter voedsel.

Tegelijkertijd groeide de SDP in ledental en ging De Tribune als dagblad verschij- nen. Het gelukte evenwel niet de massa van aanhangers van de SDAP en het NVV in beweging te brengen. Ook al waren de neutraliteit van het land en de maatregelen die daarmee samenhingen, een vorm van de heerschappij van de Nederlandse kapitaalskrachten die

daaruit allerlei voordelen trok, tegelij- kertijd toonde het geweld van de oorlog aan waarvoor men gespaard was gebleven. Deze moeilijke tegenstrij- digheid konden de SOP-redacteuren niet goed duidelijk maken. Mogelijk ver- klaart dit ook de tegenstelling in opvat- tingen die tussen leidende figuren van de SDP aanwezig was over de beoordeling van de verschillende oorlogvoerende staten en over de mate van arbeidsvijan- digheid van hun optreden. Hoeveel de SDP en De Tribune ook gedaan hadden om ideologische helderheid over de oor- log en over de taken van de socialisti- sche arbeidersbeweging te verschaffen en hoe gunstig dit ook door linkse krachten in andere landen - denk aan de lof van Lenin voor Gorters brochure over de wereldoorlog! - werd beoor- deeld, er bleven in hun opvattingen lacunes bestaan die hen zowel in interna- tionaal optreden als binnen de

Nederlandse grenzen belemmerden.

Oktober-revolutie bracht beslis- sende ommekeer

De socialistische Oktober-revolutie in Rusland bracht beslissende veranderin- gen in de situatie. De SDP en De Tribune beseften dat onmiddellijk. Vol vreugde werd de overwinning van de bolsjewiki begroet. In Nederland nam het verzet van de bevolking in het bij- zonder in de loop van 1918 in hevigheid toe. De regering probeerde het tij te doen keren door voor de eerste maal

verkiezingen te houden met algemeen stemrecht voor mannen. In een tijd die revolutionaire vormen begon aan te ne- men, was er weer een discussie of er wel of niet aan deze verkiezingen moest worden deelgenomen. Het terechte besluit was dat dit diende te geschieden.

En de uitslag was gunstig. De verkiezin- gen vanjuli 1918 brachten Wijnkoop en Van Ravesteijn in de Tweede Kamer. De partijen waarmee een lijstverbinding was gesloten - de Bond van Christen-

(15)

Socialisten en de Socialistische Partij, een pas opgerichte partij van syndicalis- tische huize - kregen beide een zetel.

Zonder lijstverbinding zou de SDP zelfs drie zetels hebben behaald, zo stelden ijverige rekenaars vast! Snel daarna zakte het front van Duitsland en Oostenrijk ineen. Een golf van revolu- tionaire gebeurtenissen sloeg over Europa. De bourgeoisie slaagde er uiteindelijk in haar macht te behouden, maar makkelijk viel dit haar niet. Ook in Nederland moest zij in haar 'bibberperi- ode' talrijke concessies doen en eisen inwilligen die door de arbeidersbewe- ging - en ook door het taaie en hard- nekkige werk van de SDP - aan de orde waren gesteld. Er was echter nog veel werk te volbrengen en makkelijk zou dat niet gaan. Dit besefte ook de SDP, toen zij zeventig jaar geleden haar naam ver- anderde en een nieuw tijdperk inging.

Hoe gecompliceerd en hoe moeilijk dat zou zijn, wist toen nog niemand. Maar het is een bewijs van de kracht van de revolutionaire marxistische ideeën dat SDP-ers van het eerste uur als Wijnkoop en De Visser tot hun dood in de periode van de Tweede Wereldoorlog vooraan bleven staan in de strijd en anderen steeds wisten te bezielen deze strijd voort te zetten.

Jaap Wolff

PC

*)Aan de geschiedenis van de SDP in de jaren tussen 1909 en 1918 en aan het werk van De Tribune in de twee jaren voordien, is de laatste jaren veel aandacht besteed. In de Cahiers over de geschiedenis van de CPN is een reeks studies gepubliceerd en ook diverse monografieën over afzonderlijke per- sonen bevatten omvangrijk materiaal. De houding van de SDP ten aanzien van de vrijheidsbeweging in Indonesië is in het bij- zonder belicht in een aantal werken van Joop Morriën. Zeer belangwekkend is ook de in de Sovjet-Unie gepubliceerde studie 'De Tribunisten - Nederlandse revolutionaire marxisten' van de hand van Herman Bauman (Rostow 1981). Nieuw licht op de geschiede- nis van de Tribunisten werpt dit artikel niet.

Er is in het verleden echter vaak onverdiende kritiek op hen gebracht, waardoor hun verdi- ensten onvoldoende aan de dag traden. De Communistische Partij van Nederland is hun echter veel verschuldigd voor de moed, waarmee zij in het begin van deze eeuw de strijd opvatten en de nieuwe vraagstukken behandelden die aan de orde kwamen. Deze moed kan nog steeds als een voorbeeld di- enen.

(16)

DEWMRHEID

\()1 1\'>ll\CBI \() IIIUH \ j PI Hl 1 '\I! -,",~~ "

T"ff<lt> Kamer J..<'url nietm koloniadl "tat11111 ~tx-d ,·,,.,. ... -~'''"'"'

(/,//'1!1/J~~~~~ \ [ I /d•/1>1<""'" o~m -.,1/o, "--

\j,,J.,~h

.,,.,,,!,,

DE TRIBUNE ~;~;~:t:!!

u.-.,,...,.,_,,..-z-:.:-u-::~;;:~-.... ,,...,.d~,:'~~..:'7'"'":":":~~:==-· ... •-••

Wti\G• un Jb~n• Oe Co.~~~~~tata&tle Bewegtl(l il \ndolesi6

. tlotiUt~I<-""Gntot~'i-

,..._ ...

_",..,.,,_,,.<••·-

-

.. ~."...-. ,._.,

OPROEP I

î;~;,~j, ~!:~~~..

. . ..

·:f~~:;~~~~

Al me:;"~ci~ ;~~·'~~; b~s~~~i" in Nederland d~ ~~~-~unistische pers. AIÎno 1988 is De een moderne communistische krant, die dagelijks duidelijk partij kiest in de strijd voor werk. vrede en socialisme. De Waarheid geeft goede, evenwichtige informatie over de ontwikkelingen in de socialistische landen en roept op tot internationale solidariteit met de bevrijdingsstrijd in de Derde Wereld.

In De Waarheid worden de opvattingen van de CPN en. andere progressieve mensen niet verdraaid of doodgezwegen. Integendeel. De Waarheid is de spreekbuis van het verzet tegen de ondernemers en hun regering-Lubbers en verbindt de dagelijkse belangenstrijd met het perspectief van een socialistisch Nederland.

WORDT DAAROM NU ABONNEE

EN BEL 020 • 262565

(17)

r

.".

De revolutie van

Troelstra en de CPN (SDP)

November 1918

11 november is een bekende datum in Nederland. In Groningen wordt op die dag Sint Maarten gevierd, in het zuiden wordt op deze dag het nieuwe camaval ingeluid.

11 november is echter ook een datum met een wereldwijde betekenis. Op 11 november 1918 des ochtends om 11 uur werd namelijk de wapenstilstand van kracht, die het einde betekende van de Eerste Wereldoorlog (WO 1).

Verder is dit speciaal voor de Neder- landse arbeidersbeweging een gedenk- waardige dag, omdat op de avond van maandag 11 november 1918 Pieter Jelles

tt I

Troelstra een rede hield in het

Verkooplokaal in Rotterdam, waarin hij de socialistische revolutie in Nederland afkondigde.

Wereldoorlog en arbeiders- beweging

De Eerste Wereldoorlog, de eerste grootscheepse poging tot herverdeling van de wereld door het kapitaal, was de oorzaak van een diepgaande scheuring in de arbeidersbeweging. Tot 1914 hadden sociaal-democratische partijen het stand- punt verkondigd, dat de arbeidersbewe- ging actief moest optreden tegen oorlog en oorlogsgevaar. Immers, een oorlog

Protesterende vrouwen met fabrieksaardappelen in het schort, juli 1917.

(18)

tussen kapitalistische landen was in feite niet meer dan een met wapens gevoerde concurrentiestrijd tussen verschillende kapitaalsfracties om grondstoffen en afzetgebieden. Arbeiders hadden geen belang bij een dergelijke oorlog en bovendien zouden zij gedwongen zijn om tegen andere arbeiders te vechten.

Op grond van het internationalisme wezen de partijen dat principieel af. Nog afgezien van de honger en ellende, die dit voor de burgeroorlog met zich mee zou brengen.

In 1914 gingen echter vele sociaal- democratische partijen overstag en stem- den voor de oorlogscredieten. Dit leidde in vele landen tot scheuring, nieuwe communistische partijen waren een feit.

Ook in Nederland stemden de sociaal- democraten voor de oorlogsbegroting.

Weliswaar nam Nederland niet deel aan de oorlog, maar het kabinet Cort van der Linden achtte mobilisatie noodzakelijk met het oog op een verdediging van de neutraliteit. Met de uitspraak 'De na- tionale eenheid overheerst de nationale verschillen' maakte Troelstra de steun van zijn partij, de SDAP, aan de oorlogs- credieten bekend. Naast dit nationalis- tische argument had de SDAP nog een andere reden voor haar steun aan het kabinet: de regering stond namelijk positief tegenover het algemeen (man- nen)kiesrecht. Om deze reden pleitte Troelstra dan ook op het SDAP-congres van 1914 ervoor om alles te doen om het kabinet te laten zitten, zelfs tot en met het ondersteunen van de militaire begroting.

Daar in Nederland de SDP (de voorloper van de CPN) al in 1909 ontstaan was, leidde deze uitspraak niet tot een scheu- ring. Wel werden de tegenstellingen bin- nen de arbeidersbeweging erdoor ver- scherpt.

Op het einde van de oorlog deden zich als gevolg van de honger en ellende in een aantal landen revolutionaire situaties voor. In Rusland grepen de bolsjewieken in oktober 1917 de macht; ook kwam

Abert Hahn in de Notenkraker van 17 juni 1916.

het in Finland en Polen tot opstanden. In Duitsland kwam het begin november tot revolutionaire opstanden: de matrozen in Kiel en Wilhelmshafen vormden raden en in Beieren werd de radenrepubliek gevormd. Alleen in Rusland wisten de bolsjewieken de macht te consolideren.

In enkele landen werd de opstand neergeslagen met de hulp van leiders van de sociaal-democratie, zoals in Polen (Pilsudski) en Duitsland

(Ebert,Scheidemann en Norske). In Nederland kwam daarentegen de oproep tot revolutie vanuit de sociaal-

democratische leiding, namelijk van Troelstra.

1914-1918 in Nederland

Het uitbreken van de wereldoorlog op 1 augustus 1914 en de mobilisatie van het leger hadden tot gevolg, dat veel bedrij- vigheid stil kwam te liggen en arbeiders ontslagen werden.Door gebrekkige werkloosheidsvoorzieningen kregen de arbeiders al gauw te maken met grote ar- moede en honger. Ook de ondersteuning van de gezinnen van gemobiliseerden

(19)

r

was verre van voldoende.

Vele levensmiddelenwinkels waren al op de eerste dag van de mobilisatie, 31 juli, leeggekocht. Er ontstonden tekorten, die overigens niet door misoogsten

veroorzaakt werden. Grote voedselvoor- raden werden onder het goedkeurend oog van de regering naar Duitsland uit- gevoerd. Zo ontstond in de zomers van 1916 en 1917 een groot tekort aan aard- appelen. In februari 1917 voerde de regering een omvangrijk rantsoener- ingssysteem in en zij verkleinde het broodrantsoen in 1918. Oudegeest van de SDAP omschreef de oorlogsjaren als volgt: in de winter van 1914 begon voor de arbeidersklasse een periode van chro- nische ondervoeding, die zou duren tot half 1919.

Het verzet van de bevolking hiertegen kwam naar voren in anti-oorlogs- en levensmiddelenacties. Een belangrijke rol hierbij speelden de begin 1916 opgerichte Revolutionair-Socialistische Comité's (RSC), waarin de SDP een wezenlijke positie innam. Wijnkoop was bijvoorbeeld actief in Amsterdam, en Louis de Visser zette zich in voor het RSC van Den Haag en nam deel aan acties onder de gemobiliseerden.

Zo werd op maandag 19 juni 1916 een grote demonstratie in Amsterdam geor- ganiseerd, waarbij onder andere als leuzen gevoerd werden 'De straat op tegen honger en duurte, op voor uw kinderen' en 'Met vrouwenkiesrecht vullen wij niet de magen van onze kinderen'. Die laatste leuze was een kri- tiek op de SDAP-politiek, die haar steun aan de mobilisatie had ingeruild tegen de invoering van het algemeen kiesrecht.

Een hoogtepunt in de acties vormde de 'bloedige juliweek' van 1917. Op maandag 2 juli werd in Amsterdam een grote demonstratie gehouden, waaraan voornamelijk vrouwen deelnamen.

Deelnemers aan de demonstratie haalden ook pakhuizen met

levensmiddelen leeg. De politie deed

Prent van Jorda;m. De oorlogsspeculanten protesteren tegen een voorstel tot

belastingheffing van 30%. De Notenkraker van 8 juli 1916.

charges en schoot met scherp. Wijnkoop, die de demonstratie toesprak, riep op tot staking en wees op het voorbeeld van de bootwerkers in Rotterdam, die op dat moment het werk neergelegd hadden.

Ook in Rotterdam was het namelijk tot ongeregeldheden gekomen; de politie was versterkt met marechaussee en zelfs het leger was ingezet. Er waren al doden en gewonden gevallen. Inderdaad brak

(20)

il

Politiek en Cultuur

ook in Amsterdam de staking uit: tussen de tien- en twintigduizend arbeiders gin- gen op 4 juli in staking.

Door dit soort gebeurtenissen werd de tegenstelling tussen SDAP en SDP gro- ter. De SDP koos de kant van de actie- voerders en gaf leiding aan de acties. De SDAP verdedigde de weg van 'wet en orde'. De reacties van beide partijen op de bloedige juliweek weerspiegelen dit.

De SDP riep de arbeiders op zich af te wenden van 'de verraders van de arbei- dersklasse, de moderne Ju dassen, de dienstknechten van het Kapitaal, de leid- ing van SDAP en NVV'. De SDAP daarentegen beschuldigde de SDP van ophitsing. Wibaut prees zelfs de politie en militairen om hun 'sterke beheer- sching' en schreef de plunderingen toe aan 'de opgeschoten jongens, andere uit- was van het kapitalisme, de losbandige jeugd'. Volgens hem waren het zeker geen mensen geweest, 'die door levens- zorgen tot opstandigheid waren gedreven'. Via het parlement, de legale weg, moesten verbeteringen tot stand gebracht worden, aldus de SDAP: van directe actie profiteren alleen de 'bru- taalsten'.

De SDP kwam door haar politiek duur- zaam versterkt uit de wereldoorlog, ter- wijl de positie van de SDAP minder sterk was geworden. Haar ledenaantal

was tijdens de oorlog teruggelopen. Bij de eerste verkiezingen op basis van alge- meen kiesrecht voor mannen op 3 juli 1918 behaalde de SDAP- enigszins teleurstellend - 22 zetels. De SDP kwam met Wijnkoop van Van Ravesteyn voor het eerst in het parlement.

De 'muiterij' in de Harskamp

Tegen deze achtergrond veroorzaakte de 'muiterij' van de soldaten in de

Harskamp behoorlijke opschudding. Op 25 en 26 oktober 1918 voerden de sol- daten daar actie voor betere voeding.

Ook de wens om met verlof te kunnen gaan speelde een rol. Bij de actie vlogen enige barakken in brand. Al gauw werd de actie bestempeld als een rel,

veroorzaakt door revolutionairen, die een harde afstraffing vereiste. Want ook al hadden de verschillende kapitalisti- sche regeringen de bevolking zelf onder de wapenen geroepen, men was tegelij- kertijd bang voor het leger. In 1917 had- den immers de in soldatenraden geor- ganiseerde dienstplichtigen in Rusland laten zien, dat de wapens ook voor revo- lutie gebruikt konden worden. En om dit als het ware nog eens te onderstrepen hadden de matrozen in Kiel op 4 novem- ber de macht in handen genomen. En dat was niet in het verre Rusland, maar vlak

T ei'II'IIR aan luin. 1 ..

Oe R~ vaa n0e Tttlhml• Md ç"

1111 l.kllia - lllqrala .om. .. - , ..

.. ." ..,..,. lllllwclt I•

,.De Tribu.,..., lltt ru<>!utloolrt 4a&· !:

Mt4 ••, tlo.lltM. mlltu&t lick 111 ée , "' -··"'"' - bet prol<tlai\U;t .. f't'tm-1

l>•fl.. '*" unn t• k0111en 1o1 n a~..,_ I - vrm. n -..~~c~~Appelijll• Yf'ij· 1

llti11 vu ~ u ll<mU, ca n i

-..loti_,. KoMI!t- jt

1114 oon~ 11i1ltft aveMIIeipu!:.:

- Mze Rn<ll•.ti< """ Eut""""'llt 111 .I' ûol<tl'kttl<llLllt te m•1<u ~~-lltt tlo!· 1 "'

~t pmltWWII I< rn<>Ml<>-tD. ~'

~- ~n onn tlllta lmpVlal!tlttch• ';:

~n•t; 1t agunn.a. tn ~-tt tltf· oe

m - .. ~.kc ... vol$\~tll '::

De Tribune van 7 november 1917 feliciteert Lenin.

(21)

Louis de VISser en David Wijnkoop in de jaren dertig.

over de Nederlandse grens. De vraag die velen bezighield was dan ook, of het Nederlandse leger ook een revolutio- naire rol zou gaan spelen.

In de vergadering van de Tweede Kamer van 7 november werd hierover stevig gedebatteerd. De SDP juichte bij monde van Wijnkoop de actie van de soldaten toe: 'Wat is er nu al niet op de

geschiedenis van de Harskamp, waarop ik niet verder zal ingaan, gevolgd.

~veel, dat wanneer het verzet er niet was geweest, wij hadden moeten zeggen: Was het maar gekomen! Sedert de soldaten hebben gedurfd, wat zij vier jaar lang niet hebben gedaan, is er meer gebeurd, dan tijdens vier jaren van par- lementaire debatten en regeeringsmaat- regelen, en het optreden - dat zoo geroemd wordt- van de SDAP, van de anti-revolutionairen en van anderen, die probeeren het volk onder hun leiding te houden.' Wijnkoop noemde vervolgens

een viertal maatregelen, die het resultaat waren van de actie van de soldaten: het afzetten van de opperbevelhebber, open- stelling van de militaire voorraden voor de burgerbevolking, de vervroegde ver- hoging van het broodrantsoen en de verloven van militairen.

Uit deze rede van Wijnkoop wordt verder duidelijk, dat de angst van de regering voor de politieke opstelling van de soldaten aangewakkerd is door het bestaan van soldatenraden. Op dat tijd- stip zijn er een twintigtal opgericht, die voortdurend dwarsgezeten worden:

'Weet men dan niet, dat de heeren, die zoo voor de vrijheid opkomen, het goed- vinden, dat de mobilisatieclubs de vrij- heid hebben en onze soldatenraden niet, zoodat, willen onze soldatenraden blij- ven bestaan, alles in het geheim moet gebeuren, wil men niet, dat de personen, die daarin zitten, voortdurend aan allerlei straffen en kwellingen blootstaan? En dan beteekenen 20 soldatenraden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hij had ons eerder al verteld dat we bij het benaderen van mishandelende mannen in hun positie van vaders instrumenten nodig hebben om zorgvuldig en gedegen geweld te kunnen meten

Ook loont het om een theoretische vergelijking te maken naar het gebruik van theorieën bij huiselijk geweld en theorieën bij gewelddadig crimineel gedrag in de openbare sfeer en

Een specifiek programma, BORG, is ontwikkeld voor zowel plegers als slachtoffers (huidige of voormalige partners) en is bedoeld om het risico op herhaling te

Mannenmishandeling is een vorm van partnergeweld, het betreft huiselijk geweld jegens mannen, zie de factsheet (ex)- partnergeweld.. Geschat wordt dat in 40% van de huiselijk geweld

Aan de andere kant zijn er mensen met zogenaamd ‘verward gedrag’ die helemaal geen psychische stoornis hebben maar bijvoorbeeld door een ontregelde suikerspiegel in het bloed,

Erik heeft weer een keer een slecht cijfer terug gekregen en is bang om het aan zijn ouders te laten zien.. Uit pure woede en angst slaat hij zijn buurman met een dikke ordner op

Het Verdrag heeft verder een duidelijke genderdimensie: Geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld worden gezien als vormen van discriminatie en

In zijn stuk over de ervaring met counterinsurgency van de koloniale legers van voor 1940 laat Schellens zien dat de meeste elementen van de bestrijdingswijze die nu met veel