• No results found

REPLIEKEN EN AMENDEMENTEN .OP

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "REPLIEKEN EN AMENDEMENTEN .OP "

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VRIJHEID IN DEMOCRATIE

Zateriag 19 Fet.r. 1955- No. U9

Beschrijvingsbriel congres V. V.D.

(Zie pag. 7)

WEEKBLAD VAN DE VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRAtiE

KWADE DAG VOOR DE VRIJHEID

Het thans door de Tweede Kam~r aangeno~

men wetsontwerp tot wijziging van de

Begrafeniswet~ 1869 is een . misbaksel als. men al~

leen uit de legislatieve keuken van een ,.rechts"

kabinet~oude stijl had kunnen verwac"hten. De crematiegedachte ..- zo zou· zulk een kabinet ge~

redeneerd kunnen hebben ..- heeft nu eenmaal hand over hand veld gewonnen. Welnu, laat ons dan wat oogluikend toegestaan werd nu maar legaliseren. Maar van gelijkheid of vrijheid kan hier naar onze opvatting geen sprake zijn. Inte~

gendeel, we zullen het de voorstanders van ere~

rnatie zo lastig en zo pijnlijk mogelijk ~aken en we gaan zeker geen stap verder dan waartoe de historische ontwikkeling der dingen zelf ons strik~

telijk noopt.

Zo zou een rechts kabinet~oude stijl hebben kunnen redeneren.

.. .. ..

Het huTdige kabinet is er echter niet een van rechtse signatuur, het is er een waarin de Partij van de Arbeid een sterke positiè in~

neemt. Een wat geestelijke structuur betréft g-e~

mengd rechts~links kabinet dqs. :f:en kabinet, dat op het compromis is aangewezen, (ook) wan~

neer het vraagstukken ter hand wil nemen, waar~

bij geestelijke beginselen aan de orde komen.

_ Hoever men dan met beginselen wil transigeren blijft voor ieders persoonlijke verantwoordelijk~

heid. Wij noemen het met onze partijleider pro(.

Oud een erbarmelijk compromis, waartoe in dit geval de twee socialistische ministers, de heren Do"nker en Suurhoff, die de Memorie van Ant~

woord mede~ondertekend hebben, zich lieten ver~

leiden.

oe heer Scheps, die voor de P.v.d.A. bij de openbare behandeling van het wetsont~

werp als officieel woordvoerder optrad, verdedig~

de het op de wijze als men van een socialist van rechtsen huize meer begrijpelijk kan achten dan van de woordvoerder van een partij, die nog bij de Mandementskwestie had laten weten, dat zij eventueel samenwerking met ,.conservatieven" die de geestelijke vrijheid voorstaan wel eens zou kunnen prefereren boven een samenwerking met wie de geestelijke vrijheid belagen. Uit zijn be:- toog werd het duidelijk dat de structuur van de P.v.d.A. in kwesties als deze leidt tot een politiek van compromis in het kwadraat .

.. .. ..

Bedenkeiijk als dit op zichzelf reeds moge zijn, ernstiger was het toekomstbeeld dat voor ons oprees uit het betoog van de socialisti~

sche fractieleider, Mr. Burger, toen deze zich door de zeer principiële critiek van de heer Oud genoopt zag aan de discussies deel te nemen. Im~

mers zijn betoog was een pleidooi voor dezelfde ,.tolerantie", die de rechterzijde ten aanzien van de voorstanders der crematie wel wilden betrach~

ten, die ook volgens mr Burger wel dienen te he~

seffen dat ze .,maar" een minderheid zijn.

+ .. *

Welk toekomstbeeld voor ons volk uit mr Burgers betoog voor ons volk oprees?

Wij kunnen dit niet raker schetsen dan de .. N.R.C." het in haar hoofdartikel van 10 dezer ' onder het opschrift ,.Om de vrijheid" deed. Onze plaatsruimte laat niet toe, er grote stukken uit over te nemen, maar wij kunnen niet nalaten onze lezers althans het slot van deze zeer prin~

cipiële beschouwing voor te leggen.

De .. N.R.C." dan concludeert:

.. Teleurstellend en beklemmend is deze hou~

ding van de socialisten vooral hierom, omdat zij blijkbaar niet inzien, dat zij a 11 e democratische

(cZie vervc>lg .pag. 4~

EEN LEIDER VALT AF

De troep jaagt verder

De eeuwen door hing er om Rusland iets vaf!. een rijk breidde het land zijn macht onder communistisch.

mysterie, voor het zo anders geaarde Westen ondoor- bewind nog steeds verder uit. Het IJzeren Gordijn ont;.l grondelijk. De grote schrijvers die het land in de laatste trok het radicaal aan onze Westerse ogen. Nu kunnt"l\

honderdvijftig jaar voortbracht mogen ons iets van dt" we slechts gissen wat er omgaat en nog slPchts vage.

Russische ziel - een raadsel op zichzelf! - hebben lijki>r gissen naar zin en bedoeling van wat er omgaat.

onthuld, in wezen bleef zij ons vreemd. Buitenlandse Het commî'misme heeft er zich g·enesteld in een to- auteurs, die beweren Rusland en de Russen te .kennen, talitair regime. Elke spectaculaire. wijziging· die er zich komen tot de meest uiteenlopende beoordelingen. in voltri>kt, is voor ons Westen een ·raadsel te meer, En zoals de ziel van de individuele Rus ons een vt"r- waarvoor ht"t enigmatisch land bij uitstek dat Rusland borgenbeid bleef, zo is het de eeuwen door ook met de

Russische staatkunde. Ook daar die mengeling van primitief-aandoende mystiek en glashard realisme. Rus- lands ges~hiedenis weet van verlichte despoten difl ty- rannen, van "Vadertjt"s" die beulen waren. Het laml is geregeerd door vrouwen, die in wreedheid voor de mannelijke heersers niet onderdeden, de troon der tsaren is bezet geweest door barbaren die zich in weel- de baadden. Er waren ·tsaren, die wereldvrede-dromen koesterden en ze hielpen wereldoorlogen ontketenen.

Woei er soms een liberale geest, de reactie stak tt" fel- ler op. Maar "moedertje Rusland" werd onder dat alles .dQor, hèt onmetelijke rijk dat zich uitstrekte van de Oostzee tot de Gele Zee en van het Poolgebietl tot over (l.e Kaukasus. Na de ineenstorting van het oude Tsaren-

heet, ons plaatst.

Is het een teken van aarzeling en zwakheid, wanneer een totalitair reg·ime zich ontdoet van de man wie het kort geleden het hoogste gezag toekende?

Of is het een teken van machtsbewustzijn en kracht'?

Wij hier in het Westen horen alleen, dat een "leidN'"

uit zijn ambt ontzet is, neen, vrijwillig heengt"gaan op een conferentie, welker beklemmende dramatiek dáárin gelegen was dat zij van alle dramatiek gespeend scheen.

En we wéten aUeen, dat het regime voortgaat. Even enigmatisch als bet sinds 1917 voortgegaan is.

De Westerse wereld ziet toe: onderschat zij de bete- kenis van Malenkofs heengaan of overschat zij die?

deB.

(2)

, VRIJHEID EN · D.F.lMOOBATIE 11 FEBRUARI 19M ~ PAG. Z

* *

Prof. Oud verdedigde de beginselen van vrijheid

en verdraagzaamheid in grote stijl

Ontwerp van Wet op de Lijkbezorging tn de Tweede Kamer

Het KAmerdebat over het ontwerp van Wet op de Lijkbezorgïn&" is tot een groot

·pri~leel cJé1Jai p-rden · over de geestelijke vrijheid ~n de verdraagzaamheid, waarbij onze fractievoorzitter, prof. 0 u d, een strijd heeft gevoerd, welke appelleert aan de beste tradities van ons volk.

Strijd met Conventie van Rome

E n nu was er dan dit wetsontwerp, dat onze fractievoorzitter in lijn- rechte strijd achtte met die Conventie.

T-n de heer Oud ep dit punt telkenmale gehinderd werd door de bestrijding van de zijde der socialistische woordvoerders, de heren Scheps en Burger, riep hij op een gegeven ogenblik uit: ",k weet, dat het geluid, dat ik hier laat horen, dat van een roepende in de woestijn is, maar dat geluid vindt in het land meer weerklank daa 4e heer Burger delikt".

Hij dacht daarbij met name aan de bepalingen van dit wetsontwerp, waar- bij zekere bele:mmeringen worden in de weg gelegd aan de oprichting van cre- matoria, op grond van bezwaren, die ontleend worden aan de opvattingen omtrent de godsdienst van mensen, die in de omgeving van het .)p te richten crematorium wonen.

Hoezeer hij hiermede de spijker ep de kop sloeg, blijkt wel uit het artikel daags na :het einde van dit debat in het onafhankelijk socialistische dagblad ,.Het Parool" ver- :schenen, dat hemender de titf!l: "Eresaluut" grote hulde bracht; zijn betoog ,,libera- 'isme in de beste en diepste zin van het woord" noenide en het betreurde, dat hij o.a.

aan socialistische kant niet meer bijval had gevonden. Is dit in overeenstemming met hd- geen wij bijvoorbeeld in het boven reeds

aangehaalde artikel 9, al. 1 van de Conventie plechtig hebben aangeno- men?

Het blijkt óók uit het telegram, dat niet alleen namens het hoofdbestuur van de Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding, maar ook door de Vereniging voor (lrematle A.V.L.L. (een arbeiders-erematievereniging) werd gezonden aan de leden van de Kamerfractie der P.v.d.A., waarin deze "ter wiUe van de gewetensvrijheid"

aandrongen op wijûging van de door de P.v.d.A. ingediende amendementen, dan wel te stemmen vóór de amendementen van de heren Oud--Ritmeester.

Het is begrijpelijk, dat enkele buiten- staanders, die de tekst van het ontwerp dat volledig heet: "Wet bepalingen met betrekking tot de verbranding, de bal- S>eming en de schonwing van lijken") niet kenden, aanvankelijk geneigd zijn geweest te redeneren: Tot nu toe was de erernatie toch eigenlijk formeel in strijd met de Begrafeniswet; nu komt

~r een nieuwe wet, die de crematie

"legaliseert"; ·dat if dus in ieder geval een verbetering.

· Zo ïs het echter beslist' niet en 'Iet is de grote verdienste van de heer Oud, dit zo glashelder te hebben aange-

toond. ·

De praktijk van veertig ja::tr was, dat de crematie geen strobreed in de weg werd gelegd, maar na aanvaarding van dit ontwerp zal er een wet zUn, welke een duidelijke discriminatie ten aanzien van de voorstanders der lijk- verbranding in.wudt en welke de cre- matie aan allerlei belemmerende b8pa- lingen onder,verpt.

Er bestaan - zo kon prof. Oud al direct mededelen - ~ mijn politieke vrienden en mij tegen verschillende be- palingen van dit wetsontwerp zeer ern- . stige bezwaren en ten dele zijn die be- zwaren van een zeer principiële aard, omdat er in het wetsontwerp een aan- tal bepalingen is, die in strijd zijn met het begin~el van de geestelijke vrijheid, dat tot de "rechten van de mens" be- hoort.

Wij staan hier voor een materie, waarin de gewone wetgever geen vol- strekte vrijheid van regelen heeft, om- dat hij gebonden is aan hogere wette- ]ijke voorschriften; omdat hij getonden is aan de voorschriften van de Grond- wet, · maar óók aan voorschx:iften, die behoren tot het internationale recht.

Wij zijn verplicht, dit wetsontwerp in de allereerste plaats te toetsen aan internationale regelen, die in de laatste jaren op het stuk van de rechten van tie mens zijn gesteld.

De heer Oud kwam dan eerst tot de Universele Verklaring van de Rechten Ya.n de Mens, die op 10 December 1948 tloor de Derde Algemene Vergadering van de Verenigde Naties is aangeno- men. Uit die verklaring gaf de heer Oud uitvoerige citaten.

Wij halen hier alleen aan, dat dege- nen, die zich daar achter hebben ge- steld, verklaren ,,er ,naar te zullen stre- ven, door onderwijs en opvoeding de eerbied voor deze rechten en vrijheden te bevorderen, en door vooruitstreven- de maatregelen, op nationaal en inter- nationaal terrein, deze rechten alge- meen en daadwerkelijk te doen erken-

nen en toepassen".

Nu wist prof. Oud natuurlijlt wel, dat deze Universele Verlriaring nog niet meer is dan inderdaad: een Ver- klaring. Wij hebben ons alleen verbon- den, bij ons beleid deze regeling, deze richtlijn, in acht. te nemen.

Maar in ons land zijn wij nog een stap verder gegaan. Wij hebb~n ons aangesloten verleden jaar is het

;-oedkeuringsontwerp behandeld - bij

de Conventie van Rome, en die gaat verder.

In artikel 9, lid 1, van deze Conventie kan men lezen: "De vrijheid van gods- dienst of overtuiging te belijàèn kan aan geen andere beperking onderwor- pen zijn dan die bij de wet zijn voor- zien en die" - en daar komt het op aan - "in een demoçratische samen- leving nodig zijn voor de openbare orde, gezondheid of zedelijkheid of de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen".

Prof. Oûd bracht nog eens in herin- nering, dat er bij de behandeling. van het goedkeuringsontwerp een gedach- tenwisseling in de Kamer was gevoerd over het individuele klachtrecht.

Van de zijde der Regering is toen als een van de argumenten, dat dit recht hier niet nodig was, gebezigd, dat hier op dat punt alles toch zo goed in orde is; dat de rechten van de mens hier, in ons land, zozeer worden geëerbiedigd, dat het helemaal niet nodig is, dat indi- vidUele klachtrecht hier te introduceren.

Toen· al had de heer Oud twijfel uit- gesproken, of Y.'ij wel zoveel reden hadden, ons op de borst te slaan en te zeggen: Het is bij ons zo voortreffelijk in orde.

Hij had toen ten aanzien van een aantal regelingen, die hier gelden, al zijn twijfel uitgesproken of die wel in overeenstemming zijn met de Conventie van Rome.

PROF. OUD

pleidooi voo~ de geestelijke vrijheid ...

De Regering, zo betoogde de heer Oud, zou dan ook wel eens met een wetsontwerp kunnen komen, waarbij het bouwen van kerlren van de toe- stemming van de Kroon afhanltelijk zou worden gemaakt en waarbij die toestemming zou worde:' afhankelijk gemaakt van de vraag, of er in de ge- meente van oprichting of haar naaste omgeving daartegen overheersende be- zwaren bestaan, ontleend aan opvattin- gen omtrent de godsdienst.

In een in meerderheid staatkundig-ge-

DEZE BURGER

was er nog fierder dan anders op liberaal te zijn toen hij van Ouds "grote crematie-rede" kennis nam. Deze trotse rede aanhorende op een bescheiden plaatsje op de publieke tribune in de Tweede Kamer, doorstroomde mij - - en dit is geen pathetische "journalistieke" constatering - een warm ge- voel. Ge gevoelt bij zo'n rede, die in wezen niet slechts een beginselverkla- ring, doen de weer- en neerslag van een diepe levensbeschouwing is, dat ge .. erbij behoort" en dat h ie r de dingen worden gezegd, die de waarden be- palen waaruit en waarvóór ge 1 e eI t. Niet minder.

Om een gewaagd beeld te gebruiken: dit ging hoog boven het hoogst·

denkbare crematorium uit. Dit werd gezegd naar aanleiding van een actuele aangelegenheid, doch het omvatte een ganse denkwereld.

De lol die het socialistische PAROOL aan Oud en dus aan de kern der liberale geloofsbelijdenis bracht, was hierom onthullend: niet omdat het blad de liberale woordvoerder voor één keer en in é~n geval gelijk gal, doch omdat het socialistische blad ermee bewees, dat de liberale levensbeschou- wing niet alleen onsterlelijk is, omdat de zin-der-vrijheid onsterfelijk is, doch ook omdat in iedere vrije mens, dat is: in iedere mens die de menselijke waar- :ligheid erkent, een ononderdrukbaar stuk liberalisme ]eelt, al is dat dan op :s harten bodem.

Rechter Leamed Hand, de grote Amerikaanse jurist, heeft in een rede die hij, in 1930, in de Universiteit van Pennsylvanië uitgesproken heeft, de poli- tieke vrijheid gedefinieerd als "die mate van vrijheid welke de sterken den zwakken verkiezen te laten".

Aan dát, voor de kwasi-democraten en hun "democratische" waan, zo' be- schamende woord, dacht ·ik toen ik tenslotte Oud met de onzen en met te weinige anderen, het onderspit zag delven_

Het onderspit delven, maar niet: de strijd verliezen_

Er was t6ch een overwinning_ "Slechts" van den geest

Dat was méér dan voldoende voor DEZE BURGER.

reformeerd dorp Oli de Veluwe bijvoor- beeld zou dan geen R.K. kerk kunnen worden opgericht, want de Heidelberg- se Catechismus noemt immers de mis, die in zulk een kerk wordt gecele- breerd, "een vervloekte afgoderij".

Discriminatie

H oofd~ezwaar van de heer Oud te- gen het ontwerp was, dat de voorstandeJ;S van crematie, degenen, die van oordeel zijn, dat hun stoffelijk overschot gecremeerd zal moeten wor- den, geplaatst wo~den in de positie, dat de wet de crematie discrimineert.

Het karalüer van dit wetsontwerp is niet, dat begraven en cremeren worden gelijkgesteld. Het beginsel van de rech- ten van de mens vordert echter, dat er gelijkstelling is, dat er geen onder- scheid wordt gemaakt op grond van persoonlijke opvattingen - de een is voor lijkverbranding, de ander is er te- gen - , dus: dat er geen discriminatie plaats heeft.

En terecht stelde de heer Oud de vraag: waarom zijn al deac voorschrif- ten nodig?

Er wordt in Nederland al 40 jaar lang gecremeerd en dat gebeurde zon- der dat er behoefde te zijn een uit- drukkelijke uiterste wilsbeschikking en zonder dat er een speciale bepaling in de wel stond, wie er besliste protrent de crematie van minderjarigen. En moeilijkheden hebben zich nimme'· voor- gedaan.

De Regering eist van degenen, die begraven willen worden, niet, d!:t zij dit vastleggen, maar vr...n degen"n, die gecremeerd willen worden, eist zij dat wel. En wat, als iemand plotseling overlijdt, geen testamentaire bepaling of codicil heeft gemaakt, doch zijn na- bestaanden uit talrijke persoonlijke uit- latingen ervan overtuigd zijn, dat hij gecremeerd wenste te worden?

Men stelle het zich eens voor: het is de wens van vader of moeder geweest, gecremeerd te worden, maar het was (nog) niet schriftelijk vastgelegd. Het ls een van de eerste plichten, tegen- over vader en moeder piëteitvol te zijn en te doen, wat hun wens is .

Neen, zegt de Nederlandse wetgever met de strafrechter erachter, gij moogt niet doen· waartoe gij u in uw geweten verplicht voelt; ik zal u dat beletten en als gij probeert, het toch te doen, komt gij met d·e strafrechter ( ! ) in aan- raking.

Nog erger bijna is het met de min- derjarigen. Om te beginnen Is het· zo, dat iedere minderjarige van 18 jaar of

•mder een testament of codicil moet maken, wanneer hij gecremeerd wil worden. Welke minderjarige doet dat?

Ook al past crematie geheel in de sfeer van het gezin, de minderjarige mag nochtans niet gecremeerd worden, wanneer hij de wens da:1rtoe niet in testament of codicil heeft opgenomen.

Het allerergste is - terecht zei de beer Oud: ik vind dit een van de af-

!llobuwelijkste voorschriften van het ge- hele wetsontwerp - , dat men een ouder het recht ontneemt een kind te :.~.•.ea

eremeren, wanneer dit kind is opgevoed ln een omgeving, waarin men - om het koft te zeggen - tegen de cremati~ is.

Zouden de ouders het kind dan toch willen doen cremeren, dan kan de op- voeder hen dagv2.arden. Men stelle het zich eens voor: ouders, die In diepe rouw zijn over het overlijden van hun kind, krijgen een dagvaarding thuis.

Ik acht - zo verklaarde de heer Oud - deze dingen zozeer in strijd met wat tk primaire rechten van de mens noem, dat, indien deze bepaling in het wets- ontwerp zou blijven gehandhaafd, dit wetsontwerp reeds op deze grond niet tot wet mag worden verheven.

Er bestaat voorts ook een discrimi- natie ten aanzien van de publiekrech- telijke lichamen. Moeten wij werkelijk verbieden, dat bijv. een gemeente een erematoriu,n opricht'?

<Vervol& op pa&. 4)

(3)

VJUJHEID EN DEMOOBATDC-

*

~ WEEK to.t WEEK

*

Luistert naar Uw collega, Excelkntie!

B ij de behandeling van de begroting van Buitenlandse Zaken in de Tweede Ka- mer, vlak vóór .Kerstmis, heeft de woordvoerder der V.V.DAractie, drs Korthals. gepleit voor een uitbouw van de Noord~Atlantische Verdrags•

organisatie. De heer Korthals wees op het sterke militaire karakter van de N.A.V.O ... Reeds enige jaren lang," zo zeide hij letterlijk, .,heb ik uiteen•

gezet te betreuren, dat de N.A.V.O. is geworden tot een vrijwel zuiver militair geheel." Onze woo~dvoerder drong er op aan, dat de Regering initiatief zou ontplooien om de economische, so•

ciale es culturele samenwerking tussen de landen -van de Atlantische Gemeenschap te bevorderen.

In het bijzonder de economische samenwerking in het Atlantische kader werd door de heer Kort~

hals bepleit, omdat daardoor de economische · kracht der Westerse wereld zou worden versterkt waarbij de heer Korthals er op wees, dat artikel 2 van het Noord~Atlantisch. Verdrag de econo~

mische samenwerking ook vordert.

Onze woordvoerder herinnerde er terloops aan, dat mr Stikker destijds als minister van Buiten- landse Zaken ook een poging gedaan heeft om het economische, .sociale en culturele in het At- lantisch verband wat meer op de voorgrond te krijgen.

Wij willen over het antwoord van minister Beyen op de suggesties va~ de woordvoerder der

V.V.D.~fractie niet veel zeggen. Minister Beyen zei, dat hij het er mee eens was, dat de N.A.V,O.

niet uitsluitend een militair orgaan moest zijn, maar hij zag toch niet wat onze Regering nu voor initiatief kon nemen om in het_N.A.V.O.~verband

ook het economische naar voren te brengen.

Erg bemoedigend was dit voor onze woord- voerder dus niet, maar de heer Korthals zal wel weer opgeknapt zijn, toen hij nog geen anderhal- ve maand later kennis nam van de rede, die mi~

nister Zijlstra heeft gehouden voor de Buiten•

landse Persvereniging.

Boven het verslag dezer rede in de .,Nieuwe Rotterdamse Courant" had de redactie geplaatst:

Minister Zijlstra pleit voor: ,.Een economische N.A.V.O." En verder citeren wij uit dat verslag de volgende passage:

.,De continuïteit van de militaire inspannin- gen, die de vrije landen zich daarvoor moeten getroosten, kan échter alleen worden gewaar~

borgd, indien achter deze inspanningen een machtig economisch· potentieel staat. De con- sequentie hiervan kan volgens spréker géen andere zijn dan een uitbouw van de samen•

werking in Noord~Atlantisch verband. Deze samenwerking cliënt derhalve zijn te eenzijdig militair karakter te verliezen; zij dient zich tevens bezig te houden met de regeling van de economische vraagstukken''.

Ziet, dit door minister Zijlstra gesprokene lijkt wel heel veel op het door de heer Korthals he~

pleite, maar door minister Beyen afgewezene. Nu gaat het ons alleen om de zaak. Wij zouden daar~

om minister Beyen willen adviseren om wat hij tegenover onze V.V.D.~woordvoerder in de Ka~

mer afwees nog eens te bespreken met zijn col~

lega Zijh~tra. Hij komt dan misschien tot andere, betere, inzichten. Het is overigens niet onverma~

keiijk om te zien, dat wat in de ene maand door een minister wordt afgewezen, in de volgende maand door zijn collega~minister wordt aanbevo- len. Wij zouden alle ministers willen aanbevelen:

.. Luistert naar Uw collega, Excellentie".

Het maakt namelijk niet zo een goede indruk als twee ministers uit één Kabinet zo tegengestel•

de opvattingen :verkondigen!

Eindelijk scherper verkeerscontrole

Nadat van verschillende zijden dringende wensen zijn geuit om de controle op ver- keersovertredingen te verscherpen - ook wij mochten in deze kolommen bij voortduring op dit aambeeld hameren - heeft de minister van J usti- tie, mr Donker, alle gemeentelijke en rijkspolitie- autoriteiten de instructie gezonden om binnenkort over te gaan tot een verscherpte controle.

Met een waarschuwing zal in het vervolg niet meer worden volstaan. Bij het constateren van verkeersovertredingen zal aanstonds proces~ver­

baal worden opgemaakt.

· Voorwaar, een harde, maar een noodzakelijke maatregel, waardoor niet de behoorlijke en he- - schaafde weggebruiker behoeft te worden getrof- fen, maar juist de wegpiraat, die mede het leven van de behoorlijke weggebruikers in de waag- schaal stelt.

Wij kunnen in dit verband de verzuchting sla- ken: eindelijk. Het is wel merkwaardig, dat deze maatregelen vrijwel onmiddellijk bekend zijn ge- maakt na de treffende radio~rede van Prinses Wilhelmin a.

Naar .. De Telegraaf" weet te melden, zou mi- nister Donker de amötenaren van het Openbaar Ministerie opdracht hebben gegeven strengere straffen te eisen tegen verkeersdelinquenten.

Tot zover kunnen wij ons volkomen met de door de minister in het vooruitzicht gestelde maatregelen verenigen.

Toch hebben wij enige bedenkingen in verband met het navolgende:

Gebleken is, dat de politie in het bijzonder zal letten op de verlichting van alle rijdend verkeer.

Speciale aandacht zal de politie daarbij wijden aan de voor- en achterverlichting, aan de stand van de koplampen, aan de stoplichten en reflec~

toren en of bij het voeren van gedimde koplichten beide lampen gedimd worden.

Dit is een zeer belangrijke maatregel. Alleen is het ons, niet duidelijk, waarom de controle op die verlichting- een zekere voorrang heeft boven het controleren van verkeershandelingen, die tot de overtredingen behoren.

Immers, bij het constateren van een verkeerde verkeershandeling is de schuldvraag meteen aan~

toon~ en oplosbaar. Bij het niet juist functionne~

ren van de verlichting is dit niet altijd het geval.

Het kan b.v. voorkomen, dat het lampje van een stoplicht het onder het rijden plotseling he~

geeft zonder dat de bestuurder daar enige erg in heeft.

Wij vragen ons af, .of het nu niet te drastisch is, bij het constateren daarvan onmiddellijk pro~

èes-verbaal op te maken. Iets anders is het van- zelfsprekend als kan worden geconstateerd. dat het niet goed functionneren van de verlichting het gevolg is van een nalatigheid, die reeds weken lang heeft geduurd.

Wij vragen ons daarom af. of het niet beter zou zijn bij kleine defecten, die plotseling onder het rijden zijn opgekomen en door de bestuurder niet konden worden geconstateerd, in dergelijke gevallen te volstaan met een waarschuwing be- nevens een meldingsplicht om de volgende dag de politie te tonen, dat het euvel inmiddels is ver- holpen.

Wellicht ware in dit geval nog beter, het door~

rijden te beletten en voor te schrijven onmiddellijk garagehulp in te roepen. · ·

Het onmiddellijk beboeten van elke ondeugde~

lijke verlichting, die de bestuurder van een motor- rijtuig niet heeft kunnen constateren, lijkt ons toch wel al te kras.

Nogmaals, laat men dit strenge optreden voor- namelijk beperken tot de verkeersfouten, waaraan de bestuurder zich schuldig maakt.

Communist Brandenburg was nog niet "bij de tijd"

o e parlementaire verslaggever van .. De Volkskrant" vermeldt het navolgende niet onvermakelijke incident, dat zich afspeelde tijdens de jongste begrotingsdebatten in de Eerste Kamer:

.. De economische toestand in Nederland is niet gezond. zei de communist Brandenburg in de Eerste Kamer, want de economie is gebasee,.-d op de wapenproductie.

19 FEBRUARI 1955 - PAft.· I

r

AGENDA

Van de Jaarlijkse Alg~mene Vergadering van de Vereniging van Staten- en Raadsleden van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie; te

· houden op Zaterdag 26 Februari a.s. in Hotel Wittebrug, Badhuisweg te 's-Gravenhage.

Ochtendvergadering, aanvang 11 uur:

1. Opening door de voorzitter.

!. Notulen van de Jaarlijkse Algemene Ver- caderlog van 20 Februari 1954.

S. Jaarverslag van de secretaresse.

4. Jaarverslag van de penningmeesteresse, ö. Verslag van de Kascommissie over het jaar

1954.

I. Benoeming van de Kascommissie voor bet jaar 1955,

"1. Verkiezing van bestuursleden.

Aan de beurt van periodieke aftreding zijn:

D. W. Dettmeljer te 's-Gravenhage (voorz.):

Mevrouw J. van Nispen-van Wely te Heem- stede;

S. Breebaart, te Mlddenmeer;

W. D. Janzen te Harlingen. .

Mevrouw · I. van Nispen-van Wely stelt zich niet herkieSbaar; de andere aftreden::!.

den zijn bereid een nieuwe benoeming te aanvaarden.

8. Rondvraag.

Middagvergadering, aanvang 2 uur:

t. INLEIDING OVER HET POLITIIl- VRAAGSTUK, te houden door: Prof. mr p, J. Oud, voorzitter van de V.V.D,, en mr D.

J. van Gilse, procureur-generaal bU. het Gerechtshof te 's-Gravenhage.

N.B. Introductie op beperkte schaal van

· leden der Partij is toegestaan. ~vragen

dienen schriftelijk te worden gericht aaa bet Algemeen Secretariaat van de V.V.D., - Koninginnegracht 61 te 's-Gravenbage.

lt. Sluiting.

Hij had kennelijk de jongste veranderingen in zijn Moskouse hoofdkwartier nog niet volledig verwerkt.

Minister-president Drees maakte daar - me,t een smalend glimlachje - handig gebruik van:

,.Mag ik de heer Brandenburg de raad geven om tijdig de heer Boelganin te waarschuwen?" zei hij.

,.Anders wordt ook die wegens onervarenheid ontslagen". (De nieuwe Sovjetregering legt meer

·dan de "onervaren" Malenkof de nadruk op de wapenproductie.)

Bureaucratius doet opnieuw van zich horen

0 ver de gang van zaken bij onze rijksinstel...

lingen zijn weer nieuwe klachten.

Thans werden deze geuit door de heer Weege~

reef. voorzitter van de Vereniging Technische Ambtenaren van het Kadaster.

De technische ambtenaren van het Kadaster zijn onvoldaan over de situatie van heden, omdat men de consequenties van de gewijzigde perso~

neelsverhoudingen, de taakverdeling en de ach.,.

terstand van het ·werk in zeer onvoldoende mate heeft aanvaard, aldus de heer Wegereef tijdens het de vorige week te Jtrecht gehouden congre~

van middelbaar landmeetkundigen van rijk, pro-:- vincie, gemeente en particuliere instellingen.

Over deze gang van zaken aldus spr. heerst grote ontevredenheid en die is goed merkbaar als men weet, dat na 1942 honderdvijftien en na 1 Januari 1954 vijf~en~dertig personen het Kadas~

ter hebben verlaten.

Bij de ~ijksinstellingen in het algemeen en bij het Kadaster in het bijzonder, aldus de heer We~

gereef. wordt niet voldoende gepoogd efficiency te betrachten; waardoor een economische ont ...

plooiing van de arbeidskrachten wordt belem~

merd.

Niettegenstaande een grote uitbreiding van het middelbaar personeel is er een belangrijke ach-- terstand in het werk, dat nog steeds toeneemt.

groeien in verband met de geschatte bevolkings- Verwacht wordt, dat de omvang van het land~

meetkundig werk de komende jaren zal blijven:

groeien in verband met de geschatte bevolkings~

aanwas van 231 millioen gedurende de eerstko ..

mende 25 jaar.

Deze klachten gevoegd bij die welke wij de vorige week publiceerden met betrekking tot de gang van zaken bij het ministerie van Oorlog, wij~

zen er wel op, dat Bureaucratius bij de rijksinstel~

Jingen vast in het zadel zit.

Het \rordt tijd om aan deze zadelvastheid snel Jtl afdoend een definitief· einde te maken.

(4)

' VRIJHEID EN DEMOORATIE

(Vervolg van pag. 2)

Wanneer men eens ziet naar het bui~

tenland, blijlü, dat daar tal ~an gemeen- tebesturen, in het bijzonder van de gro- tere gemeenten, zich de oprichting van een crematorium tot plicht hebben ge- rekend omdat er in hun gemeenten een groot ~antal personen is, dat op lijk- verbranding prijs stelt.

Dit mag in Nederland niet. In Neder- land mag geen enkele gemeente direct noch indirect aan de oprichting van een crematorium deelnemen.

Prof. Oud was van mening, dat een der1l'elijke houding de overheid, die ge- lijkheid moet betrachten tegenover alle burgers, niet past. Het gehele streven is er op gericht, de crematie moeilijk te maken en te zorgen, dat er zo min mo- gelijk wordt gecremeerd.

Men wil bereiken, dat een zo. groot mogelijk aantal mensen, dat op crema- tie prijs stelt, in de pralttijk toch niet

· in de gelegenheid Zal zijn te doen wat door hen juist wordt geacht.

Erbarmelijk compromis

H et wetsontwerp, zo is gezegd, is een compromis. Ook de heer Scheps beriep zich. daarop voortdurend.

Dè heer Oud antwoordde hierop: dan is

" het een e r b a r m e I ij k compromis.

Het was hem dan ook onbegrijpelijk, hoe destijds een man als mr Joekes de

· memorie van toelichting mede had kun- , nen ondertekenen en dat thans de mi- nisters Donker en . Suurhoff hun hand~

'tekening onder de memorie van ant·

woord , hadden kunnen plaatsen.

' Geen van beide ministers zat naast minister Beel tijdens de behandeling yan , pet ontwerp. Voor de heer Suurhoff was .er een verklaring; hij verbleef op dat ogenblik nog in Australië. Maar ook ten , aanzien van minister Donker kon de heer Oud het wel begrijpen dat hij maar . liever wegbleef: ,hij laat dit varkentje liever wassen door zijn ambtgenoot van Binnenlandse Zaken".

1 De heer Oud had een ogenblik zelfs overwogen of hij gebruik zou maken van

· de bevoegdheid, aan de Kamer een voor- stel te doen. waarbij de minister van . Justitie zou worden uitgenodigd deze beraadslaging bij te wonen, omdat hij

· enkele algemene opmerkingen had te maken, die de minister van Justitie ten

· minste evenzeer raken als de minister

·. van Binnenlandse Zaken.

Dit gemengde Kabinet had deze zaak moeten laten rusten. Blijkens een adres 'van de Verenigingen voor Lijkverbran-

. ding wilden deze wel bepaalde verbete- . ringen in het ontwerp, maar het com- promis meenden zij te moeten aanvaar- , den, omdat een legale gelegenheid tot

crematie werd geschapen.

De heer Oud achtte dat een onbegrij- pelijke uitlating, gevolg van een zich onvoldoende verdiepen in het probleem van de verhouding tussen wet en recht.

Het is volstrekt niet zo, dat alleen recht zou zijn in Nederland wat in de wet .. staat. Er is . veel meer rechtsvorming dan de rechtsvorming alleen bij de wet.

Rechtsvorming

De overheid heeft natuurlijk een belangrijke taak bij de rechtsvor- ming, maar, wanneer men ervan uit zou

gaan, dat h~t alleen de overheid zou zijn, die beslist wat recht is, gaat men naar de mening van onze fractievoorzitter uit van een volstrekt verwerpelijk beginsel.

Wat wij - zo betoogde hij met na- druk - als overheid, als wetgever, heb- ben te doen, is inderdaad, dat wij ons best doen, onze wetgeving zoveel moge- lijk aan te passen bij de rechtsontwikke- ling.

Uitvoerig zette spreker hierna uiteen, hoe het nu gesteld was met onze van 1869 daterende Begrafeniswet. Velen we- ten het wellieht, maar wij willen het hier in enkele regels samenvatten.

In die wet van 1869 was het b e g r a - v e n geregeld, omdat er destijds in het geheel geen behoefte aan regeling van crematie bestond. Omstreeks 1913 - in dat jaar was 't crematorium Westerveld gereed - is men begonnen met creme- ren.

MINISTER BEEL .. .... dreigement~ ...

De vraag is toen voor de rechter ge- komen of wat in Westerveld gebeurde in strijd met de wet of strafbaar was . En toen hebben we gekregen, . dat be- kende arrest van de Hoge Raad, waarbij kortweg werd gezegd: Er is een plicht tot begraven, maar als men die plicht niet nakQmt, is dat niet strafbaar.

Wij hebben inmiddels een ontwikke- ling van 40 jaar gehad. gedurende welke die lijkverbranding rustig is doorge- gaan. Waarom? Niet omdat de overheid geen middel had om de lijkverbranding te beletten.

Het is waar: zij was niet strafbaar, maar het middel van politiedwang stond de overheid volledig ten dienste. Het liberale Kabinet Cort van der Linden was er zich volledig van bewust, dat het maar een paar politiemensen naar W esterveld had te sturen en te zeggen:

het is in strijd met de wet; het wordt be- let. Daarover heeft de Regering echter niet gedacht en ook niet de gehele reeks rechtse Regeringen (Ruys de Beeren- brouck, e.a.) die wij daarna gekregen hebben.

Minister Ort heeft enkele weken na- dat genoemd arrest was verschenen, aan

het hoofdbestuur van de Vereen. voor Facultatieve Lijkverbranding zelfs schrif- telijk medegedeeld, dat uit justitieel oog- punt tegen het toel;;tten van lijkverbran- ding in de oven dier vereniging onder nauwkeurige handhaving van de door het bestuur omschreven waarborgen geen bezwaar bestond en dat het voors- hands niet in de bedoeling der Regering lag, de politie tegen de lijkverbranding vanwege de vereniging te doen optreden.

Nu ging de heer Oud er terecht van uit, dat een Nederlandse Regering nog altijd wel zoveel eerbied voor · de wet heeft, dat, a~s zij dit doet, zij het doet uit de overtuiging: die wet. mag aldus geluid hebben, maar wat in die wet stond is niet meer in overeenstemming met het recht-

Dat, zo kon de heer Oud in herinne- ring brengen, hebben we meer gehad.

Wij hebben dat ook gehad bij de oude Zondagswet van 1815. Deze werd óók niet g(lhandhaafd, omdat men zei: deze wet is niet meer in overeenstemming met de heersende rechtsovertuiging. Op die grond is dat optreden van die Rege- ring en van de volgende Regeringen ge- rechtvaardigd.

Kort en goed was dus de conclusie van de heer Oud, dat de crematie in Nederland door de rechtsontwikkeling in deze 40 jaar recht is geworden en wel onder de omstandigheden en op de voor- waarden, die op het ogenblik in de prak- tijk worden toegepast.

De taak van de overheid en met name van dè wetgever is in dit gevai dan, dat wij, als we wat gaan doen, de wet aan- passen aan het recht. En dan gaan we geen wet maken, die ten opzichte van het recht, dat zich in de maatschappij in die veertig jaar heeft gevormd, een zeer belangrijke terugtred betekent.

Er wordt, zo merkte de heer Oud spits op, in deze Kamer nog weleens gaarne het woord .,progressief" gebezigd. Het ligt mij niet zo dikwijls in de mond be- storven, maar in dit geval wil ik het woord progressief wel gebruiken en wil ik zeggen, dat deze wet niet p r o g r e s- s i e f is, maar r e g r e s s i e f is.

Deze wet gaat teruggrijpen op een ont- wikkeling, die wij dóór zijn, en daardoor zal deze wet niet zijn in overeenstem- ming met het rechtsbewustzijn van een groot deel van het Nederlandse· volk.

Dat betreft volstrekt niet alleen de voorstanders van crematie; daar zijn tal- lozen onder, die voor zichzelf geen be- hoefte· aan crematie hebben, doch die zeggen: Ik wens, dat mijn medeburgers, die er wel vóór zijn, dezelfde rechten krijgen als anderen. Nu gaan. wij tegen die ontwikkeling in.

Onze woordvoerder wilde minister Beel op dit punt nadrukkelijk waarschu- wen. De minister heeft een heel goede les gehad met de Zondagswet. Heeft de minister .aan één Zondagswet niet ge- noeg? De minister· is nu precies in bot- sing gekomen met zijn eigen geestver- wanten in Limburg!

Er is niets gevaarlijker dan wetten te maken die ingaan tegen de rechtsover- tuiging van een belangrijk deel van het volk. Zonder de medewerking van dè P.v.d.A. was de nieuwe Zondagswet er niet gekomen.

Ik weet, zo kon de heer Oud op dat ogenblik nog zeggen, niet, hoe het met dit wetsontwerp zal gaan. Hij kon ech-

1'9 FEBRUARI 1955 - PAG. 4

MINISTER DONKER ... afwezig ...

ter w e 1 zeggen: Ik weet, dat er in de P.v.d.A. zijn, die in deze zaak -op precies hetzelfde standpunt staan als mijn poli•

tieke vrienden en ik, en ik heb de over- tuiging, dat er velen in de P.v.d.A. zijn, bij wie dat woord, dat ik nu heb gespro- ken, weerklank vindt.

T .!1 draagzaamheid

Aan 't einde van zijn met grote gloed uitgesproken rede herinnerde prof.

Oud aan een grondregel uit de oude Staatsregeling . van 1798, ongeveer aldus luidend: .,Doe een ander in de maat- schappij niet, wat gij niet wilt, dat u wordt gedaan en doe een ander te allen tijde zoveel goeds als gij onder gelijke omstandigheden van hem zoudt willen ontvangen".

Dat is een adagium van verdraagzaam- heid en op dit adagium wilde hij aan h-et slot van zijn rede een beroep doen.

Voorlopige conclusie

In een conclusie samenvattend het- geen de houding van de V.V.D.- fractie tegenover het wetsontwerp zou zijn, kon de heer . Oud opmerken, dat zijn fractie zich op het standpunt had kunnen stellen, dat zij bij de Zondagswet hád ingenomen. Het standpunt n.l., dat dit een stuk wetgeving was, dat zó ver- werpelijk was, dat zij er zelfs niet aan wilde dokteren en het eenvoudig af- stemde.

Wij menen echter, zo zei de heer Oud thans, dit h i e i: niet te moeten doen.

Dit wetsontwerp is van dieper ingrijpen- de aard dan de Zondagswet. Bovendien was het naar zijn mening mogelijk om de ergste giftanden uit het ontwerp te trekken.

Dat zullen wij, zo kondigde hij aan, dan ook proberen: Vandaar dat hij, met zijn fractiegenoten als mede-onderteke- naars, een aantal amendementen had in- gediend. Een aantal artikelen, waa1·op geen ámendementen konden worden in- gediend, zou in dit verband in zijn ge- heel moeten worden afgestemd.

Onze houding ten opzichte van dit ontwerp - zo eindigde hij - zal af- hangen van hetgeen er met deze amen- dementen en met de amendementen, die van andere zijde zullen komen, gebeurt.

Bij de eindstemming zullen. wij dan zien, hoe het ontwerp er d a n zal uitzien en aan de hand daarvan zullen wij bepalen, of wij menen onze stem al dan niet aan het ontwerp te kunnen geven.

In een afzonderlijk overzicht, elders in dit blad, kan men vinden, hoe het ver-

der is gelopen. A.

(Vervolg van pag. 1)

vrijheden hebben helpen ondergraven. De rede~

. nering, dat een minderheid soms moet beseffen

oplossing kon brengen - die liberale vrijheid bleek in het crematiedebat schrikwekkend onder~

mijnd."

discussies over de crematie prof. Oud de woord~ . voerder bleek te zijn."

een minderheid te zijn ontneemt hun bijv. het re~;:ht om zich nog ooit te heklagen over .,zaal~

afdrijving" in het r.k. Zuiden; Het mandement

·immers heeft de principiële verwerping van het . socialisme nog weer eens in de sfeer van de r.k.

godsdienstige opvattingen getrokken; als een so~

cialistische vergadering in een r.k. streek _de meer~

derbeid aldaar wegens ,.opvattingen omtrent de

·godsdienst" een doorn in het oog is, heeft men zich daar voortaan in te schikken. Een eventueel beroep op de grondwettelijke vrijheid van verga~

· dering hebben de ·socialisten zelf ontkracht, nu zij er aan hebhen meegewerkt met het gezag van de w e t de geestelijke vrijheid uit te hollen. Voor de schotel linzenmoes van het politieke compromis hebben de d e m o c r a t i s c h e socialisten, zoals zij zich na de oorlog noemen, het eersfgeboorte- ' recht op verdediging van de vrijheid, dat zij zo

gaarne voor zich opeisen, verspeeld.

In de discussie rondom het mandement· der r.k.

bisschoppen is wederzijds door liberalen en so·~

cialisten wel gezegd: hier, waar het te doen is om :de vrijheid, vinden wij elkaar. De parlementaire . discussie rondom de crematie wekt helaas andere gedachten. De liberale vrijheid ~ die minister Beel gisteren "erbarmelijk" durfde noemen, maar -die in 1853 herstel van de bisschoppelijke hiërar~

ebi~ mogelijk maakte en die de schoolstrijd tot

* * *

o a t de P.v.d.A. bij de behandeling van deze .,crematie~wet" een wel zeer slechte beurt gemaakt heeft, bleek te allen overvloede ook uit het ,.Eresaluut", door het socialistische dagblad .. Het Parool" aan prof. Oud gebracht. Anders dan het officiële socialistische partijblad .. Het Vrije Volk" verklaart ,.Het Parool" ronduit te betreuren, dat "prof. Oud niet meer bondgenoten vond waar hij ze had mogen verwachten. Bij de socialisten, maar ook bij diegenen van Protestants Christelijke huize, die zich .,geroepen weten tot de vrijheid". Het blad noemt prof. Ouds uiteen~

zettingen over de geestelijke vrijheid gelijk hij die bij dit debat heeft geformuleerd .,liberalisme in de be.ste en diepste zin van het woord" en het denkt daarbij aan die stroming die de eeuwen door haar geestesmerk heeft gedrukt op het Nederlandse volk en in menig opzicht haar edelste vertegen~

woordiger vond in de grondlegger van onze staat,

·Prins Willem. De latere ontwikkeling van de Re~

publiek - aldus .,Het Parool" - mag ons niet blind m'aken voor het feit, dat zijn denkbeelden juist op het gebied der godsdienstige verdraag~

zaamheid eerst eeuwen later verwezenlijkt zijn, o.a. dank zij Thorbecke. Het is deze geest, die aan Nederland bijv. ook de emancipatie van onze katholieke landgenoten bracht, waarvan bij de

.. .. ..

W ij mogen voor de discussies over het on~

derhavige wetsontwerp, welks aanne~

ming wij betreuren, verwijzen naar de "Flitsen"

van onze parlementaire medewerker. Wat prof.

Oud ook bij deze gelegenheid weer gezegd heeft verdient niet alleen de aandacht van al onze geestverwanten, het worde door hen ook gebruikt om het. aan anderen duidelijk te maken, dat hier inderdaad alleen de liberale Kamerfractie gestre~

den heeft-. voor het grote goed der geestelijke vrijheid, een goed dat naar thans ten duidelijkste bleek niet veilig is bij een compromis-politiek als waartoe de P.v.d.A. zich liet verleiden.

Niet dat de P.v.d.A. bij 't jongste Kamerdebat een slechte beurt maakte is het belangrijkste, doch dit: het gaat er voor de geestelijke vrijheid in Nederland kwaad uitzien, wanneer .. rechts" en rood elkaar vinden in een compromis dat, om nog eens de woorden van de .. N.R.C." tot de onze te maken, de liberale vrijheid schrikwekkend onder~

mijnt.

De liberale vrijheid ...

Dat is het geestelijk fundament waarop ons staàtsbestel tot nu toe rustte.

Dat het Nederlandse volk dit begrijpel

de~.

..

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Nieuwe cultuuruitingen kunnen door de overheid worden bevorderd voor zover deze niet strijdig zijn met Gods Woord.. GEZONDHEIDSZORG EN MILIEU

Nieuwe cultuuruitingen kunnen door de overheid worden bevorderd voor zover deze niet strijdig zijn met Gods Woord.. Gezondheidszorg

Want indien hun de macht is gegeven om de rust van hun heerschappij te beschermen, om oproerige bewegingen van onrustige mensen te onder- drukken, om hen, die door geweld

Nieuwe cultuuruitingen kunnen door de overheid worden bevorderd voor zover deze niet strijdig zijn met Gods Woord.. GEZONDHEIDSZORG

Haar ambt oefent de overheid uit onder medewerking van het volk. Die medewerking wordt verkregen door het kiesrecht zoveel mogelijk aan alle kringen van ons volk toe te kennen.

(bijv. Het Hofvan Justitie staatechter dat aan motivering van regelgevende besluiten minder te worden dan aan die van beschikkingen: het moet daarbij, aldus het Hof, niet

slechts zuiver behandeld w orden als men er van uit gaat, d at de overheid zich bezig moet houden m et economische- en sociale politiek; zijn er nu, daarvan

Dat uit elke overeenkomst een rech- tens afdwingbare verbintenis voortkomt is niet in overeenstemming met het op een Corpus iuris tekst teruggaande adagium 'Ex nudo pacto