• No results found

Kwaliteitsbeoordeling. 58 bomen Bramengaarde en Amandelgaarde

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kwaliteitsbeoordeling. 58 bomen Bramengaarde en Amandelgaarde"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kwaliteitsbeoordeling

58 bomen

Bramengaarde en Amandelgaarde

(2)

OPDRACHTGEVER Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht

PROJECTCODE 17546

STATUS RAPPORTAGE Definitief

DATUM RAPPORTAGE 8 december 2017

PROJECTTEAM

A. Hoekstra, Projectcoördinator A. Lakerveld, Adviseur Bomen

H. L. Sloots, Adviseur Bomen

(3)

INLEIDING

In opdracht van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht, de heer B.M. Groeneveld, heeft Bomenwacht Nederland een kwaliteitsbeoordeling uitgevoerd bij 58 bomen aan de Bramengaarde en de Amandelgaarde te Hendrik-Ido-Ambacht.

Aanleiding van deze kwaliteitsbeoordeling vormt de ongelijkheid in de verhardingen aan de Amandelgaarde en Bramengaarde. Deze ongelijkheid wordt veroorzaakt door de

wortelopdruk van de Metasequoia’s die als lanen zijn aangeplant.

De doelstelling van de beoordeling is tweeledig. Ten eerste dient de kwaliteit van de bomen in de huidige situatie te worden vastgesteld. Ten tweede dient voor de bomen een

beheervisie te worden geformuleerd. Ten derde dient ten aanzien van de aspecten veiligheid en onderhoud een gericht advies te worden verstrekt.

De beoordeling is uitgevoerd op 22 november 2017 door A. Lakerveld, Adviseur Bomen bij Bomenwacht Nederland.

(4)

SITUATIE

De onderzoeksbomen staan in rijverband in de parkeerstrook tussen het trottoir en de rijweg in een klein beplantingsvak. Het betreft 58 watercipressen (Metaseguoia glyptostroboides) die in de jeugd- of halfwasfase van hun ontwikkeling verkeren.

Aan de Amandelgaarde en de Bramengaarde is sprake van bestratingsopdruk die wordt veroorzaakt door de bomen. Er zijn meldingen gedaan over de onveilige situatie als gevolg van de bestratingsopdruk, waarbij de gemeente aansprakelijk wordt gesteld. Tevens zijn er meldingen van overlast door naalden.

In bijlage A is een overzichtstekening van de locatie opgenomen, waarop de onderzoeksbomen genummerd terug te vinden zijn.

Niet aanwezig Niet te beoordelen

> 100 cm 50-100 cm 30-50 cm 20-30 cm

< 20 cm

0 10 20 30 40 50 60

Stamdiameterklasse

Aantal bomen

Stamdiameter

(5)

ONDERZOEKSMETHODE

Hieronder wordt de methode van het onderzoek beschreven.

KWALITEITSBEOORDELING

De kwaliteit van elke onderzoeksboom is vastgesteld aan de hand van drie aspecten:

conditie, veiligheid en beheerbaarheid.

Bij de conditiebeoordeling is met name gekeken naar de scheutlengte, de kroonstructuur en de knopgrootte en -bezetting. Tevens is er gelet op symptomen die wijzen op een

aantasting (bijvoorbeeld door een insect of bacterie).

Bij de beoordeling van de veiligheid is gekeken naar biologische en mechanische aspecten die van invloed kunnen zijn op de stabiliteit en breukveiligheid van de boom.

Voorbeelden hiervan zijn schimmelaantastingen, holten, zware takken en plakoksels.

Deze kunnen leiden tot een verhoogde kans op stambreuk, takbreuk en/of windworp.

De beheerbaarheid van elke onderzoeksboom is beoordeeld aan de hand van diverse factoren. Naast de conditie en veiligheid zijn onder andere ook de standplaats, de boomsoort, de resterende levensduur en het beoogde eindbeeld bepalend.

Naar aanleiding van de kwaliteitsbeoordeling is een advies opgesteld met veiligheids- en/of onderhoudsmaatregelen. Indien actieve veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn om de risico’s voor de omgeving te minimaliseren, is de boom benoemd als risicoboom. Vergen de afwijkingen in de huidige situatie (nog) geen actieve maatregelen maar is jaarlijkse inspectie wel gewenst, dan is de boom als attentieboom aangemerkt.

BEHEERVISIE

Bij de beheervisie zijn de onderzoeksbomen op basis van hun huidige kwaliteit en eventuele beheerproblemen ingedeeld in een aantal beheercategorieën. Er is daarbij vooral gekeken naar de toekomstkansen voor de bomen en de mogelijkheden om ze in het gebied een duurzame plaats te geven.

Binnen de beheervisie wordt onderscheid gemaakt tussen bomen met een goede en een slechte toekomstverwachting. Bij een goede toekomstverwachting is het zeer wenselijk de betreffende bomen te handhaven, zodat ze gedurende langere tijd een positieve bijdrage kunnen leveren aan het omgevingskarakter. Bij bomen met een slechte toekomst-

verwachting wordt handhaving tijdens en na de werkzaamheden als ongewenst beschouwd.

Door deze bomen te verwijderen, kan ruimte worden gecreëerd voor nieuwe ontwikkelingen.

Met het oog op de toekomstkansen van de bomen is aanvullend een bureaustudie verricht op basis van kaartmateriaal met daarop de ligging van ondergrondse kabels en leidingen en huisaansluitingen. Gekeken is naar de aanwezigheid van kabels en leidingen in relatie tot de beworteling en de bestratingsopdruk.

(6)

RESULTATEN

KWALITEITSBEOORDELING

Per boom zijn de resultaten terug te vinden op het registratieformulier in bijlage B.

Een foto-overzicht is opgenomen in bijlage C.

CONDITIE

De conditie is bij alle bomen als voldoende beoordeeld. Bij de bomen is sprake van een jaarlijks toenemend kroonvolume.

VEILIGHEID

De veiligheid is bij alle bomen als voldoende beoordeeld. Deze bomen vertonen geen noemenswaardige afwijkingen in het kader van de veiligheid en vereisen dan ook geen gerichte veiligheidsmaatregelen.

BEHEERBAARHEID

De beheerbaarheid is bij 3 bomen (nummers 322, 329 en 694) als voldoende beoordeeld.

Er zijn bij deze bomen geen beheerproblemen waargenomen.

Bij 55 bomen is de beheerbaarheid als onvoldoende beoordeeld. Bij deze bomen is lichte, matige of ernstige bestratingsopdruk waargenomen, veroorzaakt door boomwortels.

KWALITEITSBEPALING

Op basis van de conditie, veiligheid en beheerbaarheid is de kwaliteit van de onderzoeksbomen bepaald.

De volgende tabel laat zien hoe de bomen verdeeld zijn over de diverse kwaliteitscategorieën.

Kwaliteitscategorie Aantal bomen

Slecht 0

Matig 55

Voldoende 3

Totaal 58

(7)

RESULTATEN BEHEERVISIE

De onderzoeksbomen zijn op basis van de huidige kwaliteit en eventuele beheerproblemen ingedeeld in een aantal beheercategorieën. Deze worden hieronder besproken.

Per boom zijn de resultaten terug te vinden op het registratieformulier in bijlage B.

De volgende tabel laat zien hoe de bomen verdeeld zijn over de diverse beheercategorieën.

Beheercategorie Aantal bomen

Handhaving ongewenst vanwege slechte kwaliteit 0

Handhaving ongewenst vanwege beperkte toekomstverwachting (< 10 jaar) 0

Handhaving ongewenst vanwege concurrentie nevenstaande boom 0

Duurzaam beheer op langere termijn niet mogelijk 55

Handhaving gewenst vanuit boomtechnisch oogpunt 3

Handhaving gewenst, wel zijn gerichte maatregelen noodzakelijk 0

Totaal 58

Bij 3 bomen (nummers 322, 329 en 694) is handhaving gewenst vanuit boomtechnisch oogpunt. Deze bomen vertonen in de huidige situatie geen knelpunten op het gebied van conditie, veiligheid of beheerbaarheid.

Bij 55 bomen is duurzaam beheer op langere termijn niet meer mogelijk. Deze bomen veroorzaken bestratingsopdruk die zich niet meer blijvend laat verhelpen. De wortels zullen alleen maar in dikte toenemen, wat de problemen in de toekomst vergroot.

KABELS EN LEIDINGEN

Uit het kaartmateriaal blijkt dat in de trottoirs veel kabels en leidingen liggen, zoals

gasleidingen, datatransportkabels en laag- en middenspanningskabels. Ter hoogte van de kabels is eveneens bestratingsopdruk waargenomen. Wanneer boomwortels om de kabels en leidingen groeien en dikker worden, kunnen de kabels en leidingen beschadigd raken, wat tot een veiligheidsrisico kan leiden.

Huisaansluitingen

Tijdens de bureaustudie is gebleken dat de huisaansluitingen zich in het trottoir grenzend aan de voortuinen bevinden. Aan de Bramengaarde is dit circa 6 meter vanuit de woningen en aan de Amandelgaarde ligt de huisaansluiting over het algemeen op circa 4,5 meter vanuit de woningen. De bomen aan de Bramengaarde staan op circa 7,5 meter van de woningen. Aan de Amandelgaarde staan de bomen circa 6 meter vanaf de woningen. Dit houdt in dat de afstand tussen de bomen en de huisaansluitingen circa 1,5 meter bedraagt.

De afstand tussen de bomen en de huisaansluitingen is beperkt. De boomwortels kunnen de huisaansluitingen gaan wegdrukken en/of beschadigen. Dit veroorzaakt overlast voor de bewoners.

(8)

CONCLUSIE EN ADVIES

Op basis van de resultaten volgen hieronder de conclusie en het advies.

KWALITEIT

Bij 3 bomen is de kwaliteit als voldoende beoordeeld. Deze bomen vertonen geen veiligheids- of beheerproblemen.

Bij 55 bomen is de kwaliteit als matig beoordeeld. Deze bomen veroorzaken lichte, matige of ernstige bestratingsopdruk. Met reguliere maatregelen is de bestratingsopdruk niet blijvend te verhelpen.

BEHEERVISIE

Bij 3 bomen is handhaving gewenst vanuit boomtechnisch oogpunt. Bij deze bomen zijn geen veiligheids- of beheerproblemen waargenomen.

Bij 55 bomen is duurzaam beheer op langere termijn niet meer mogelijk vanwege de geconstateerde bestratingopdruk.

VEILIGHEID

Bij alle 58 bomen is de veiligheid als voldoende beoordeeld. Er zijn hier geen gebreken waargenomen die kunnen leiden tot veiligheidsrisico.

ONDERHOUD

De volgende tabel geeft een samenvattend overzicht van de snoeibehoefte. Per snoeiwijze wordt aangegeven op welke aantallen onderzoeksbomen deze van toepassing is, steeds in combinatie met het relevante boombeeld.

Snoeiwijze Boombeeld Totaal

Verwaarloosd Achterstallig Regulier Aanvaard Niet relevant

Begeleidingssnoei 0 0 2 56 - 58

Onderhoudssnoei - 0 0 0 - 0

Totaal 0 0 2 56 0 58

Het boombeeld bepaalt welke bomen daadwerkelijk gesnoeid dienen te worden. Zo hoeven bomen met een aanvaard boombeeld nu niet te worden gesnoeid, deze zijn ‘op beeld’.

Voor de andere boombeelden geldt dat snoei wenselijk is.

(9)

TOEKOMSTVISIE

De bomen op de onderzoekslocatie zijn van de eerste grootte. De bomen verkeren momenteel in de jeugd- of halfwasfase van hun ontwikkeling en hebben een voldoende conditie. Dat betekent dat de bomen nog in omvang zullen gaan toenemen, terwijl de groeiruimte zowel bovengronds als ondergronds beperkt is.

Groei van de beworteling zal leiden tot meer overlast door bestratingsopdruk en tevens tot problemen met de ondergrondse kabels, leidingen en huisaansluitingen. De bomen staan op beperkte afstand van de kabels en leidingen in het trottoir en de huisaansluitingen.

Wanneer de boomwortels de kabels en leidingen en de huisaansluitingen bereiken, kunnen ze deze door diktegroei gaan beknellen, wegdrukken en/of beschadigen. Dit kan een veiligheidsrisico opleveren voor de bewoners.

De afstand tussen de bomen en de woningen bedraagt 6 en 7,5 meter. In de huidige situatie is er nog geen sprake van schaduwoverlast omdat de bomen nog niet in de volwasfase verkeren. Maar met het oog op de groeikracht van de bomen zijn in de toekomst schaduwoverlast voor de tuinen en een beperkte lichtval in de woningen te verwachten.

DENKRICHTING VOOR VERHELPEN BESTRATINGSOPDRUK

Voor het verhelpen van de bestratingsopdruk op de onderzoekslocatie zijn verschillende mogelijkheden onderzocht, zoals een ophoging van het maaiveld of het toepassen van wortelsnoei. Op de onderzoekslocatie is een ophoging mogelijk van circa 10 tot 15 cm.

Gezien de kwaliteit en de sterke groeikracht van de bomen kunnen dergelijke maatregelen de problemen van de bestratingsopdruk echter niet duurzaam verhelpen.

Een duurzame oplossing zou zijn om een tweede maaiveld te creëren door de aanleg van een sandwichconstructie, maar dit is op de onderzoekslocatie niet mogelijk omdat er slechts minimaal kan worden opgehoogd.

De optie om 2 jonge bomen (nummers 392 en 694) te verplanten, is eveneens beoordeeld.

Op basis van het kaartmateriaal kan worden geconcludeerd dat een eventuele verplanting van deze bomen zal worden bemoeilijkt door de aanwezigheid van kabels en leidingen binnen de stabiliteitskluit.

Met het oog op de sterke groeikracht van de bomen, de beperkte beschikbare groeiruimte, de huidige problemen met bestratingsopdruk en de minimale mogelijkheden tot ophoging, zou het voor beide straten een duurzame oplossing zijn om de bomen te vervangen door nieuwe bomen van bijvoorbeeld de tweede of derde grootte. Bij vervanging zouden toekomstbestendige keuzes moeten worden gemaakt wat betreft sortiment en groeiplaatsinrichting. Om de mogelijkheden bij vervanging in kaart te brengen, is vervolgonderzoek nodig.

(10)
(11)

BIJLAGEN

BIJLAGE A Overzichtstekening

BIJLAGE B Registratieformulier

BIJLAGE C

Foto-overzicht

(12)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze eisen en randvoorwaarden zijn niet specifiek voor een bepaald lespakket, maar gelden voor al het lesmateriaal van de Stichting Nationale Boomfeestdag.. Hierin

Fokkema vraagt zich in het naschrift bij Zichtbare steden zelfs af of zijn hoofdpersoon `ook maar één oorspronkelijke gedachte heeft gehad'.. Zijn roman is, net als De sater

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

De VROM-raad heeft zich in dit advies niet in de discussie willen mengen waar het mogelijk naar toe gaat, maar vooral willen kijken (uitgaande van globale lijnen voor de toekomst)

Het kweken van sterke bomen die het goed doen, is volgens Leenders de formule waarmee niet alleen mediterrane, maar ook alle andere bomen in principe een klimaatboom kunnen

Zo moet een klacht/aan- vraag velling zorgvuldig onderzocht worden, mag de beslissing niet willekeurig worden genomen, er mag geen misbruik van bevoegdheid zijn en gelij- ke

Daarom kiest de gemeente Capelle aan den IJssel ervoor niet zomaar bomen te rooien, maar in de voorberei- dingsfase onderzoek te doen naar de mogelijk- heden om waardevolle bomen

Het proces toonde ook dat de wet op de patiëntenrechten niet nageleefd wordt: er is niet voorzien dat burgers een klacht kunnen indienen (behalve bij het gerecht) en er is dus