• No results found

Verslag werkbezoek huisvesting buitenlandse werknemers NHN, 14 februari 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verslag werkbezoek huisvesting buitenlandse werknemers NHN, 14 februari 2020"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Verslag werkbezoek huisvesting buitenlandse werknemers NHN, 14 februari 2020

Aanleiding

Buitenlandse werknemers zijn belangrijk voor de economie van Noord-Holland. Er is echter een dringend tekort aan goede huisvestingslocaties. De provincie Noord-Holland en de gemeenten in de regio Noord-Holland Noord overleggen hier al enige tijd over. Gedeputeerden Loggen (RO en Wonen) en Van der Hoek (Economie, Landbouw, Arbeidsmarkt) hebben het initiatief genomen om ook met grote werkgevers en uitzendorganisaties in gesprek te gaan. Met als doel te bespreken welke (on)mogelijkheden het bedrijfsleven ervaart en welke rol zij van de provincie verwacht ten aanzien van de huisvesting van buitenlandse werknemers.

De bijeenkomst vond plaats op vrijdag 14 februari 2020. Op uitnodiging van de gedeputeerden waren vertegenwoordigers van zes bedrijven en vier uitzendorganisaties aanwezig (zie bijlage 1).

De wethouder RO van de gemeente Hollands Kroon trad als gastheer op. De deelnemende bedrijven zijn werkzaam in de groente en fruitverwerking, in de distributie en logistiek, in de productie van hightech medische en biotechnische kunststoffen en in de tomatenteelt.

Gezamenlijk lenen deze zes bedrijven, via verschillende uitzendbureaus, serieuze volumes buitenlandse werknemers in. Ook werkt inmiddels een fors aantal buitenlandse werknemers bij hen in vaste dienst. Uitzendorganisaties hebben soms huisvesting in eigendom, maar meestal huren zij woningen op vakantieparken, reguliere woningen en accommodaties bij agrarische ondernemers.

De organisatie was in handen van het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord en de provincie Noord-Holland. Het Expertisecentrum Flexwonen leverde inhoudelijke bijdragen.

Rondrit per bus Rondrit

Het werkbezoek startte met een rondrit vanaf Agriport in de Wieringermeer (gemeente Hollands Kroon). De excursie voerde langs drie bestaande huisvestingslocaties en twee mogelijke locaties, alle in de gemeente Hollands Kroon.

(2)

Verschillende bestaande locaties Logiescentrum Agriport

Na de rondrit werd het gezelschap ontvangen op het logiescentrum Agriport, van NL Jobs. Dit centrum heeft 366 bedden in kamers voor twee en vier personen. Er zijn ook sportvoorzieningen en een winkel.

Het Expertisecentrum Flexwonen gaf een presentatie over de landelijke ontwikkelingen met betrekking tot de huisvesting van buitenlandse werknemers (bijlage 2). Hierna volgde een

inleiding door uitzendorganisatie NL Jobs (bijlage 3) en een rondleiding door haar logiescentrum.

Gesprek met de bedrijven en uitzendorganisaties Urgentie

Zonder de inzet van buitenlandse werknemers is de continuïteit van de bedrijfsvoering van veel bedrijven in het geding. Er is een tekort aan personeel, omdat er geen geschikte Nederlandse werknemers zijn te vinden. Er is bovendien veel verloop van werknemers, omdat goede

huisvesting ontbreekt. Goede huisvesting kan ertoe bijdragen dat bedrijven de mensen beter aan zich kunnen binden. Verloop wordt ook in de hand gewerkt door hogere lonen in het thuisland of door de zoektocht naar goedkopere huisvesting.

Het probleem van voldoende goede huisvesting manifesteert zich eigenlijk pas recent; anderhalf jaar geleden speelde dit minder. Grote bedrijven laten zich momenteel ontzorgen door

uitzendorganisaties, maar voor deze bureaus is het steeds moeilijker omdat er gewoon

onvoldoende huisvesting beschikbaar is. Ook laat de kwaliteit van de huisvesting vaak te wensen over. Naast goede arbeidsvoorwaarden is dit ook een cruciale factor. Bij kwaliteit gaat het onder andere om privacy, eigen kookgelegenheid en goed internet.

Procedures / wetgeving

De doorlooptijd van de wettelijke procedures om vergunning te krijgen voor het realiseren van accommodaties wordt als problematisch ervaren. Ook de opeenvolging van steeds nieuwe stappen in het proces werkt vertragend. Een voorbeeld is ecologisch onderzoek dat uitgevoerd moet worden in verband met de sloop van een boerderij1 (om op die plek nieuwe accommodatie te neer te zetten). Het onderzoek richt zich op de mogelijke aanwezigheid van beschermde

1Er wordt overigens vaak gedacht dat vrijkomende agrarische gebouwen geschikt zijn voor de huisvesting, maar dat is niet het geval. Bijvoorbeeld omdat schuren en stallen niet gebouwd zijn voor bewoning en daardoor hoge energiekosten met zich meebrengen.

(3)

3 diersoorten (Wet Natuurbescherming). Het gevoel leeft dat de Omgevingsdienst sneller

duidelijkheid kan geven, maar regelmatig om aanvullende informatie en onderbouwing vraagt.

De gedeputeerden verzoeken om deze casus toe te sturen, om te analyseren wat de provincie, samen met de gemeente, als opdrachtgever voor de OD kan doen. Om te leren om volgende procedures sneller te laten verlopen. Provincie en gemeenten dienen zich uiteraard te houden aan bestaande wetgeving. Maar ze kunnen er wel praktisch mee omgaan en elkaar sneller opzoeken om de kansrijkheid van specifieke locaties te bespreken. De voorspelbaarheid (geen “black box”) voor de initiatiefnemer kan worden vergroot door aan de voorkant een compleet beeld te geven van de (on)mogelijkheden van een locatie, plus wat daarvoor aan onderzoek en onderbouwing nodig is.

Presentatie in het logiescentrum Agriport Schaalniveau van de huisvesting

In Noord-Holland zijn weinig grootschalige locaties, zoals bijvoorbeeld in Flevoland.

Grootschaligheid maakt goed beheer (“hospitality”) mogelijk, inclusief voorzieningen. Maar een omvang van bijvoorbeeld 1500 bedden wordt als te groot beschouwd, indien de locatie bij

bedrijven of woningen ligt. Beter is het dan om 4 locaties van 350 bedden te hebben, bij voorkeur op fietsafstand van het werk.

Duur van de vergunning

Veel huisvesting wordt tijdelijk vergund, voor 10-15 jaar. Dat maakt de financiële haalbaarheid kwetsbaar. Een langere vergunningsduur is belangrijk voor de business case en daardoor aantrekkelijker voor investeerders. Veel accommodaties met een korte vergunning worden modulair gebouwd, zodat ze na 10 jaar weer opgeruimd kunnen worden. Maar met een korte duur kan er niet veel geïnvesteerd worden in de kwaliteit van de huisvesting.

(4)

Voor omwonenden geldt wellicht dat 10 jaar beter is dan permanente huisvesting. Maar de praktijk leert dat er vaak geen problemen zijn, als de huisvesting eenmaal gerealiseerd is. Sterker nog, in veel gevallen is de lokale gemeenschap blij met de bewoners, omdat ze er voor zorgen dat voorzieningen (winkels, sportclubs, kerk) in stand blijven.

Er wordt ook gewezen op de vergrijzing en de afname van de Nederlandse beroepsbevolking. Er zullen in de toekomst bijvoorbeeld veel meer werknemers in de zorg nodig zijn. Dus huisvesting voor werknemers blijft altijd nodig. Er is weliswaar een tendens van automatisering en

robotisering in de tuinbouw. Maar dat is een lange termijn kwestie (minimaal 10 jaar).

Mechanisatie levert nu nog geen positieve business case of verhoging van de arbeidsproductiviteit.

Appartementen in het logiescentrum Agriport Ligging van de locaties

Idealiter ligt een accommodatie dichtbij het bedrijf waar de mensen werken. De huisvesting hoeft overigens niet op het terrein van het bedrijf zelf te liggen; op fietsafstand is prima. Het

logiescentrum Agriport is een mooi voorbeeld. Werknemers kunnen vanaf hier snel op hun werk zijn. Er zijn weinig verkeersbewegingen en de korte afstand maakt het niet zo weersafhankelijk (de ervaring is dat meer werknemers bij slecht weer niet komen opdagen als de afstand tussen logies en werk langer is).

Verschillende doelgroepen

De huisvesting moet afgestemd zijn op de verschillende doelgroepen. Er is nu veel aandacht voor het accommoderen van short- en mid-stay. Vooral short-stayers willen zo min mogelijk geld kwijt zijn aan huisvesting. Zij zijn het minst geïnteresseerd in integratie. Maar ook voor hen is kwaliteit van huisvesting belangrijk. Er is een ontwikkeling dat Poolse werknemers niet meer zo meegaand zijn en steeds kritischer worden, ook ten aanzien van het werk en de beloning (nu de lonen in hun moederland stijgen).

Long-stayers moeten instromen op de reguliere woningmarkt. Zodra werknemers een vast

contract krijgen, moeten ze ook uit hun huisvesting, die gericht is op short- en mid-stay. Maar als long-stayers niet als woningzoekende zijn ingeschreven, kunnen ze alleen terecht in de vrije sector. Het is dus belangrijk hen goed voor te lichten over tijdige inschrijving. Bij sommige bedrijven krijgen werknemers alleen een vast contract als ze zelf voor huisvesting zorgen.

De provincie kan long-stayers ook geen voorrang geven, zoals dat wel het geval is bij

statushouders. Er moeten in ieder geval meer woningen gebouwd worden, zowel voor de eigen bevolking, als voor langdurig verblijvende buitenlandse werknemers.

(5)

5 Bij de bouw van de datacenters op Agriport worden ook veel buitenlandse werknemers ingezet.

Deze worden echter door de databedrijven vooral ondergebracht in reguliere hotels. Deze kosten meer dan de huisvesting die aan werknemers in de tuinbouw en distributie wordt aangeboden.

Weerstand bij de bevolking

Er is vaak weerstand bij de bevolking tegen nieuwe huisvestingslocaties. Dat heeft te maken met het beslag op de schaarse ruimte (die dus niet voor andere doeleinden ingezet kan worden), de nabijheid van woningen (NIMBY) en de overlast die men van buitenlandse werknemers ervaart.

Ook gebeurt het dat reguliere woningen aan de woningmarkt worden onttrokken om werknemers tijdelijk in te huisvesten.

Hoe verkleinen we NIMBY? De ervaring is dat omwonenden na realisatie van een locatie vaak geen overlast ondervinden, terwijl ze daar wel van uit gingen. Het helpt als de ondernemers ook met omwonenden gaan praten om uit te leggen hoe belangrijk de werknemers voor hun bedrijven zijn. De setting is ook belangrijk, want een inspraakavond voor een zaal met 300 man levert geen gesprek op.

Verder helpt het als bedrijven zorgen voor goede arbeidsvoorwaarden. “Een bedrijf moet goed zijn voor zijn werknemers. Dan zijn de werknemers ook goed voor de omgeving”.

Expertisecentrum Flexwonen gaat een landelijke campagne verzorgen om een ander beeld te laten zien van buitenlandse werknemers.

Rol van de provincie en gemeente

Wat kunnen de provincie en gemeenten doen? Vooral: zorgen voor huisvesting. Er sneuvelen te veel initiatieven omdat bestuurders geen rechte rug tonen bij weerstand. De gedeputeerden roepen de ondernemers op om invloed uit te oefenen op de fracties in gemeenteraden

(bijvoorbeeld door in te spreken bij raadscommissies) en wethouders te steunen die een locatie planologisch mogelijk willen maken. De ondernemers verschuilden zich soms achter de

uitzendbureaus, maar de bedrijven moeten zich zelf meer laten horen, omdat zij vaak lokaal en regionaal geworteld zijn en meer bekendheid genieten dan de uitzenders. De boodschap zou moeten zijn dat een migrantenhotel geen doel op zich is, maar een middel om de economie te stimuleren. Het maakt het dan wel moeilijk als er in een gemeenteraad vraagtekens worden gezet bij de noodzaak van economische groei.

Aangegeven wordt dat de politieke cyclus vaak voor een hick-up zorgt. Bij nadere verkiezingen maakt een wethouder zich niet geliefd door campagne te voeren voor meer en betere huisvesting voor buitenlandse werknemers. Ook staan de verschillende portefeuillehouders (Wonen, EZ, RO) vaak tegenover elkaar.

De gemeente kan bemiddelen tussen bedrijven, investeerders en uitzendbureaus en vraag en aanbod beter afstemmen. Maar iedere gemeente heeft eigen beleid, zie bijvoorbeeld het

beleidskader van Hollands Kroon. Er is een pleidooi dat er meer centrale regelgeving komt van de provincie om locaties mogelijk te maken. De stelling wordt geponeerd dat de provincie verder van de burger staat en het daardoor makkelijker kan regelen.

De oproep aan gemeenten en provincie is om planologische projecten zo goed mogelijk te laten verlopen. De vraag is om soepel om te gaan met regelgeving, bijvoorbeeld bij bestaande

bebouwing in een beschermingsregime. Provincie en gemeenten kunnen niet afwijken vanuit wetgeving, ook omdat omwonenden vaak bezwaar maken en de overheid het dan verliest bij de Raad van State. De provincie wil een dienstbare overheid zijn: het kan, tenzij regelgeving het niet toestaat. De provincie wil zeker naar verschillende kanten van een casus kijken en daar ook niet te lang over doen.

Aan gemeenten wordt ook gevraagd over gemeentegrenzen heen samen te werken. Nu is het soms beleid dat werknemers niet in gemeente x mogen wonen, als ze in gemeente y werken.

(6)

De provincie kan verder vooral agenderend zijn. De gemeenten zijn als eerste aan zet; de

provincie kan hen niet dwingen. De nieuwe Omgevingsverordening van de provincie gaat uit van:

lokaal wat kan en regionaal wat moet. Dus de provincie wil met de gemeenten, in regionaal verband, het gesprek aan gaan, ook om de samenwerking tussen de gemeenten te bevorderen.

Dat gebeurt al, bijvoorbeeld in het Bestuurlijk Afstemmingsoverleg (BAO). De gedeputeerden erkennen het grote belang van goede huisvesting en willen in Provinciale Staten vooral nut en noodzaak bespreken.

Conclusies gedeputeerden

• De provincie ziet het probleem van de huisvesting van buitenlandse werknemers. Ze zal dit onderwerp blijven agenderen in het regionale overleg met gemeenten.

• De provincie roept op om concrete gevallen door te geven waar procedures te lang lopen.

• De provincie wil hulp bieden om procedures beter te laten verlopen (in overleg met gemeenten).

• Over een half jaar organiseert de provincie opnieuw een gesprek, om de ontwikkelingen te monitoren en te horen welke vorderingen er gemaakt worden. De wens is om dan ook met buitenlandse werknemers zelf te spreken.

Winkel met buitenlandse producten in het logiescentrum Agriport

Logiescentrum Agriport, NL Jobs

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uit de projectoverzichten vanaf 1993 (de overzichten voor 1991 en 1992 waren niet beschikbaar) blijkt bovendien dat ook andere projecten dan de in 1991 noodzakelijk geachte

In 2019 hebben wij besloten om met de ondernemer van het pand Beneluxweg 21-27 opnieuw in gesprek te gaan over de mogelijkheden tot het verbouwen van het oud kantoorpand Oranjewoud

De gevolgen zijn voor Nederlandse burgers en bedrijven zijn beperkt, aangezien de regeling ziet op buitenlandse dienstverrichters en hun naar Nederland gedetacheerde

Van het totale aantal werkenden met een buitenlandse nationaliteit blijkt in 2015 ongeveer één op de tien tewerkgesteld als dienstenchequewerknemer (10,2% voor

Deze toename kan zowel worden waargenomen in de populatie uit een EU-land als in de populatie van buiten de EU, aangezien beide populaties ongeveer zijn

1° voor de tewerkstelling van de buitenlandse onderdanen, vermeld in artikel 17, met uitzondering van de personen, vermeld in punt 7°, voor wat betreft de aanvragen van toelating

De toelating tot arbeid voor onbepaalde duur verliest haar geldigheid als de onderdaan van een derde land gedurende een periode van meer dan een jaar uit het land afwezig

• In 2021 (tot en met september) zijn 7 vergunningen verleend voor het gebruik van een reguliere woning voor kamerbewoning door internationale werknemers, waarvan 1