• No results found

1 2 JULI 20013

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "1 2 JULI 20013 "

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ministerie van Economische Zaken

Aan

St. Antonius Ziekenhuis dhr. W. Corsten

Postbus 2500

3430 EM NIEUWEGEIN

Datum U)t.• kenmerk

- 2 JUL! 200

Ons kenmerk

E/EM/00043701

Bijlage(n)

OnderWerp

Verlening van een ontheffing ex artikel 15, lid 2, Elektriciteitswet 1998 van de plicht tot het aanwijzen van een netbeheerder

Geachte beer Corsten,

Bijgaand treft u mijn besluit aan tot verlening van cen ontheffing ex artikel 15, lid 2, van de Elektriciteitswet 1998 van de plicht een netbeheerder aan to wijzen voor het beheer van het net, niet zijnde het landelijk hoogspanningsnet, waarop uw bedrijf een recht van gebruik heeft. Bij de toetsing van uw aanvraag heb ik de door u verstrekte gegevens betrokken alsmede het advies van de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet (DTe). De relevante passages van dit advies treft u aan in de toelichting.

1k wijs u erop dat ik aan mijn ontheffingverlening een aantal voorschriften heb verbonden.

De Minister van Economische Zaken, voor deze:

ir. A.P.H. Hermans directeur Energiemarkt

Doorkiesnummer Telefax

(070) 379 64 75 (070) 379 78 41

X-400 adres S= EZPOSTIC =NL/A = 400NET/P= MIN EZ Internetadres ezpost@minez.n1

Verzoeke beantwoording van deze brief arts kenmerk re wermelden Bezoekadres

Bezuidenhoutseweg 20

Hoofdkantoor

Telefoon (070) 379 89 11 Bezuidenhoutseweg 30

Telefax (070) 347 40 81 Postbus 20101

Telex 31099 ecza n1 2500 EC 's-Oravenhage Telegramadres ecza gv

(2)

Aan

St. Antonius Ziekenhuis dhr. W. Carsten

Postbus 2500

3430 EM N1EUWEGEIN

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Billage(n)

1 2 JULI 20013

E/EM/00043781 1

0

Onderwerp

Verlening van een ontheffing ex artikel 15, lid 2, sub a, Elektriciteitswet 1998 voor de plicht tot het aanwijzen van een netbeheerder

De Minister van Economische Zaken,

Gelezen uw brief die ik op 22 oktober 1998 ontvangen heb;

Gelet op artikel 15 van de Elektriciteitswet 1998;

Gelet op de beleidsregel Ontheffing van verplichting tot aanwijzing netbeheerderi I I; Besluit voor het in boven bedoelde brief besch.reven net:

Een ontheffing te verlenen ex artikel 15, lid 2, sub a, van de Elektriciteitswet 1998 aan St.

Antonius Ziekenhuis. Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden, Artikel 1

De ontheffinghouder verstrekt aan de directeur van de dienst binnen redelijke termijn de gegevens en inlichtingen die de directeur redelijkerwijs kan vorderen ten behoeve van het toezicht op de naleving door de ontheffinghouder van het bij of krachtens de

Elektricitei-tswet 1998 bepaalde.

Artikel 2

Eventuele naam- en adres-wijzigingen dient de ontheffinghouder onverwijid aan de directeur van de dienst te melden.

III Beleidsregel van de Minister van Economische Zaken met betrekking tot de °Inhaling van de verplichting een netbeheerder aan te wijzon van 7 oktober 1998, Staatscourant 193.

Bezoekadres

Doorkiesnummer Telefax

(3)

Ministerie van Economische Zaken

Artikel 3

Op schriftelijk verzoek van een ieder die aangesloten is op het net van de

ontheffinghouder is de ontheffinghouder verpficht te onderhandelen met de aangeslotene over de voorwaarden waaronder het transport van elektriciteit zal plaatsvinden. De ontheffinghouder is verplicht om aan de bij de onderhandeling betrokken partijen een schriftelijk voorstel to doen met betrekking tot doze voorwaarden.

Artikel 4

Binnen drie maanden nadat een of meer van de bij de onderhandelingen betrokken partijen een schriftelijk verzoek heeft gedaan, dienen de onderhandelingen zoals bedoeld in artikel 3 te zijn afgerond.

De Minister van Economische Zaken, voor deze:

ir. A.P.H. Herinans directeur .Energiemarkt

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dag van verzending van het besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridisehe Zaken, Postbus 20101, 2500 EC 's-Gravenhage.

Dit is verzonden op de datum die is vermeld in de aanhef van de brief waarbij dit besluit aan de aanvrager is verzonden.

2

(4)

Overwegingen bij het besluit tot verIening van een ontheffing ex. artikel 15, lid 2, sub a, Elektriciteitswet 1998 van de plicht tot het aanwijzen van een netbeheerder Bevoegdheid

Ingevolge artikel 10, lid 3, Elektriciteitswet 1998 diem een rechtspersoon die het rccht van gebruik heeft van een ander net dan het landelijk hoogspanningsnet, een naamloze vennootschap of besloten vennootschap aan te wijzen als netbeheerder. Blijkens artikel

15, tweede lid, kan ik op aanvraag een ontheffing verlenen voor dit gebod, voor zover het een net betreft waarop eon beperkt aantal andere natuurlijke personen of rechtspersonen zijn aangesloten dan de aanvrager.

Procedure

Bij de in het besluit genoeinde brief heeft u een aanvraag ingediend orn voor ontheffing in aanmerking te komen. 1k heb de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht

Elektriciteitswet (DTe) verzocht mij over de aanvragen voor ()Whaling te adviseren. In het kader van haar advies heeft de directeur DTe de openbare voorbereidingsprocedure van de algemene wet bestuursreeht gehanteerd.

Toe/sing

Artikel 15, lid 1, Elektriciteitswet 1998 hevat een vrijstelling van de plicht voor het aanwijzen van een netbeheerder. In het tweede lid wordt een regeling gegeven voor eon ontheffing van die aanwijzingsplicht. De criteria met betrekking tot de verlening van de ontheffing zijn neergelegd in artikel 15 van de Elektriciteitswet 1998 en de Beleidsregel met betrekking tot de ontheffing van de verplichting een netbeheerder aan to wijzen l 12 . Geen ontheffing behoeft te warden aangevraagd door een eigenaar van

elektriciteitsverbindingen waarop slechts de eigenaar zelf is aangesloten. Dergelijke netten warden voor de toepassing van de regels voor het netbeheer aangemerkt als installaties zolang slechts de eigenaar daarop is aangesloten. Krijgt ook een d.erde een aansluiting op die verbindingen, dan wordt het net wel als net in de zin van de

Elektriciteitswet aangemerkt. Dan moet de eigenaar een ontheffing aanvragen op grond van het voorgestelde artikel 15, tweede lid, of anders een netbeheerder aanwijzen.

Het tweede lid geeft een aantal criteria voor het verlenen van een ontheffing, waarbij enige discretionaire ruimte bestaat voor de Minister van Economische Zaken. Het gaat daarbij om de volgende gevallen.

In de eerste plaats wordt bepaald dat eon ontheffing verleend kan warden als het net bestemd is voor de elektriciteitsvoorziening van de rechtspersoon die het recht van gebruik heeft van een ander net dan het landelijk hoogspanningsnet of ter ondersteuning

12 Beleldsregel van de Minister van Economische Zaken met betrekking tot de ontheffing van de verplichting een netbeheerder aan te wijzen van 7 oktober 1998, Staatscourant 193.

(5)

Ministerie van Economische Zaken

van zijn centrale bedrijfsproces. Eon voorbeeld hiervan kan zijn een luchthaven waar het net bedoeld is voor het functioneren van de luchthaven, alle ondersteunende nineties claarbij inbegrepen.

Het tweede criterium is dat een ontheffing verleend kan worden als een aantal rechtspersonen samenwerken om in hun vestigingen cen betrouwbaar, duurzaam, doelmatig en milieuhygienisch functionerende energiehuishouding tot stand te brengen die afwijkt van de voorziening op het algemene net.

Een derde, alternatief criterium is dat de kwaliteitseis van het net afwijkt van de voorwaarden die de directeur DTe op grond van artikel 36 Elektrieiteitswet 1998 heeft vastgesteld. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bedrijven, waar een net is aangelegd dat andere kwaliteitseisen heeft dan het openbare net, omdat op een aantal plaatsen een grotere betrouwbaarheid van de elektriciteitsvoorziening gewenst wordt geacht.

Ten slotte kan een ontheffing worden verleend als een samenwerkingsovereenkomst gesloten wordt met de netbeheerder van het net waarop het net van de aanvrager is aangesloten, en het net toegankelijk is voor afnemers. Bovendien is dan vereist dat degene die de ontheffing aanvraagt geen netbeheerder is en niet in een

groepsmaatschappij met een netbeheerder verbonden is. Het laatste criterium betekent ook dat het een energiebedrijf niet is toegestaan om enerzijds een dochtermaatschappij als netbeheerder aan te wijzen en anderzijds zelf deel te nemen of een dochtermaatschappij te laten deelnemen in het beheer van een bedrijfsterrein met een eigen net, waarvoor het een ontheffing aanvraagt.

De directeur DTe heeft in zijn advies een kader aangegeven ter beoordeling van de aanvragen voor ontheffing. Ik heb dit kader overgenomen en bij de toetsing gehanteerd.

Omtrent de aan ontheffingen te verbinden voorschriften heeft de directeur DTe mij geadviseerd. Essentieel bij het stellen van voorschriften is dat de ontwikkeling van de marktwerking ook op de netten waarvoor een ontheffing is verleend, wordt gewaarborgd.

In afwijking van dit advies heb ik besloten ontheffinghouders geen verpliehting op te leggen om aan een ieder die zich vestigt in het gebied waarin hij een net beheert en daar schriftelijk om verzoekt een aanbod te doen voor een aansluiting op zijn net. Hierbij heb

overwogen dat op twee manieren de positie van iemand die aangesloten wil worden gegarandeerd wordt. In de eerste plaats geldt er een algemene aansluitplicht voor de regionale netbeheerder. In de tweede plaats waarborgen de bepalingen van de Mededingingswet indien aansluiting bij een regionale netbeheerder geen redelijk alternatief is, dat de ontheffinghouder binnen redelijke voorwaarden gehouden is een aanbod te doen voor aansluiting. Overeenkomstig het advies heb ik besloten aan de ontheffingen die op basis van criterium a zijn verleend een voorsehrift te verbinden betreffende de onderhandelingen over de condities waarop gebruik gemaakt kan worden

4

(6)

van het net van de ontheffinghouder. Tussen de verschillende aangeslotenen en de ontheffinghouder bestaan er in een groot aantal gevallen organisatorische, historische of juridische relaties die een goede basis vormen voor deze onderhandelingen, Tevens heb ik

in afwijking van een redelijke termijn in het advies van de directeur DTe, in artikel 5 een termijn van drie maanden aangehouden waarbinnen de onderhandelingen zoals becloeld in artikel 3 dienen te zijn afgerond.

Bij de toepassing van de criteria van artikel 15, tweede lid, zijn de aanvragen eerst getoetst aan het criterium onder a, vervolgens aan het criterium onder c, daarna aan het criterium onder b en tenslotte aan het criterium onder d. Voor deze volgorde is gekozen omdat de voorschriften die aan een ontheffing worden verbonden afhankelijk zijn van het criterium op basis waarvan de ontheffing is verleend. Volgens de gehanteerde volgorde benacieren de voorschriften in toenemende mate de eisen die in de Elektriciteitswet aan de netten van netbeheerders zijn gesteld.

Aan de hand van bovenstaande overwegingen en criteria ben ik van oordeel dat de aanvrager voldoet aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een ontheffing en heb ik besloten de aangevraagde ontheffing onder voorschriften te verlenen. 1k wijs u er tenslotte op dat het niet meer voldoen aan de voorwaarden voor de verlening van een ontheffing grond kan zijn voor de intrekking van de ontheffing.

(7)

Ontheffingen 2000

De Minister van Economische Zaken heeft op advies van DTe aan onderstaande bedrijven ontheffingen verleend van de plicht een netbeheerder aan to wijzen.

ontheffingen op basis van artikel 15 lid 2 criterium a

Bedrijf Plaats

B.V. Academisch Ziekenhuis MAASTRICHT Maastricht

Academisch Ziekenhuis Groningen GRONINGEN Agri Centrum Eelde EELDE Air Products Nederland B.V. (locatie ROTTERDAM Europoort)

Air Products (locatie Pernis) ROTTERDAM Akzo Nobel Nederland B.V. ARNHEM Aluminium Delfzijl B.V. DELFZIJL Autoliv Automotive Safety Products AMSTERDAM

Bavaria N.V. LIESHOUT

Philips Components B.V. ZWOLLE Beheermaatschappij Poeldijk POELDIJK B.V. Bloemenveiling Aalsmeer AALSMEER Bloemenveiling Flora RIJNSBURG Bloemenveiling Holland B.A. NAALDWIJK Degussa Electronic Materials B.V. UDEN Dordrecht Energy Supply Company DORDRECHT (DESCO) B.V.

Dow Benelux N.V. TERNEUZEN

DSM Minera MAARSSEN

DSM Resins International HOEK VAN HOLLAND DSM Services, Utility Support Group GELEEN

DSM Special Products Rotterdam ROZENBURG

Elf Atochem Agri/Rotterdam B.V. VONDELINGENPLAAT/Rt Enecal Energy v.o.f. ROTTERDAM

Esso Nederland B.V. BREDA

EUROGEN ROZENBURG

Europe Combined Terminals B.V. ROTTERDAM (ECT)

Exxon Chemical Holland Inc. ROZENBURG Gevudo Afvalverwerking DORDRECHT Gist-Brocades B.V. DELFT Givaudan Roure B.V. BARNEVELD Hoogovens Staal B.V. IJMUIDEN

(8)

Ziekenhuis MCL, locatie Zuid LEEUWARDEN Nederlands Omroepproduktie Bedrijf HILVERSUM N.V.

Nedstaal B.V. ALBLASSERDAM Nerefco B.V. locatie Pernis ROZENBURG Netherlands Car B.V. SITTARD Overspecht B.V. OOSTERHOUT Philips Components B.V. Roermond ROERMOND Philips Components Sittard SITTARD Philips Research EINDHOVEN Philips Vastgoed Beheer en Diensten EINDHOVEN

Plukon Poultry WEZEP

Polynorm Holland B.V. BUNSCHOTEN Refaja Ziekenhuis STADSKANAAL Roompot Recreatie B.V. KAMPERLAND SCA Packaging De Hoop B.V. EERBEEK Amsterdam Airport Schiphol SCHIPHOL Sensus Operations C.V. ROOSENDAAL Shell Nederland Raffinaderij HOOGVLIET B.V./Chemie B.V.

Solvay Pharmaceuticals B.V. WEESP Amsterdam

Solvay Pharmaceuticals B.V. Weesp WEESP St. Antonius Ziekenhuis NIEUWEGEIN Technische Universiteit Eindhoven EINDHOVEN United Biscuits Netherlands ZAANDAM Universiteit Utrecht De Uithof Utrecht Vrije Universiteit Amsterdam AMSTERDAM Wavin Nederland B.V. HARDENBERG White Cap Nederland B.V. DOESBURG

ontheffingen op basis van artikel 15 lid 2 criterium b

Bedrijf Plaats

AVEBE b.a. (locatie Foxhol) VEENDAM

(9)

AVEBE b.a. (locatie Ter Apelkanaal) VEENDAM Berghuizer Papierfabriek N.V. WAPENVELD Dobbestroom vof VEENDAM Hunzestroom vof VEENDAM

Kwekerij Mostert Nieuwerkerk B.V. NIEUWERKERK a/d IJSSEL Schoonmansmolen Centrale Eerbeek EERBEEK

VOF

ontheffingen op basis van artikel 15 lid 2 criterium d

Bedrijf Plaats

Eerste Nederlandse Cement Industrie Maastricht (ENCI)

Maasvlakte Olie Terminal cv Maasvlakte

Univest Apeldoorn

(10)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

spanningsvariaties die hiervan een gevolg zijn, kunnen alleen worden opgevangen door de regeltransformatoren en andere regelapparatuur die onderdeel uitmaakt van het toekomstig

b) De b-grond: het GDS transporteert elektriciteit primair voor de eigenaar van dat systeem of de daarmee verwante bedrijven. Aanvrager doet, zo blijkt uit de verstrekte

Degene aan wie een vrijstelling of ontheffing als bedoeld in artikel 15, eerste en tweede lid, met uitzondering van het tweede lid, onderdeel b van de Elektriciteitswet 1998 zoals dit

Netcode artikel 2.7.5 schrijft echter geen systeem voor derdentoegang voor, maar zorgt er voor dat een particuliere netbeheerder gebruik kan maken van het elektronisch

getransporteerde elektriciteit af. Aanvrager heeft bovendien toegelicht dat het elektriciteitsnet oorspronkelijk voor aanvrager is aangelegd. Uit het “Ontwikkelingsplan

b) De b-grond: het GDS transporteert elektriciteit primair voor de eigenaar van dat systeem of de daarmee verwante bedrijven. Aanvrager doet, zo blijkt uit de verstrekte

b) De b-grond: het GDS transporteert elektriciteit primair voor de eigenaar van dat systeem of de daarmee verwante bedrijven. Aanvrager doet, zo blijkt uit de verstrekte

beoordeeld op basis van de bij ACM bekende feiten en omstandigheden. ACM vat haar beoordeling samen aan het eind van deze paragraaf. De aanhef van het eerste lid van artikel 15 van