Vraag nr. 73
van 23 december 2004 van de heer SVEN GATZ
Gelijke onderwijskansen – Voorrang buurtkinde- ren
Tijdens de vorige legislatuur werden in het Gelijke- onderwijskansendecreet (GOK) een aantal maat- regelen genomen om een einde te maken aan de inschrijvingswachtlijsten bij de scholen. Als uit- gangspunt werd er gekozen voor gelijke kansen en voor het principe "wie eerst komt, eerst maalt".
Dit was en is nog steeds een goed uitgangspunt, maar een aantal terechte opmerkingen en decreets- wijzigingen volgden.
Zo werd een uitzondering gemaakt voor die kinde- ren wier broer of zus reeds op de school ingeschre- ven zijn en werd er voor Brussel in een regeling voorzien opdat kinderen van Nederlandstalige ouders een beperkte voorrang krijgen ten opzichte van de steeds groter wordende groep anderstalige kinderen.
Een vraag die echter tot op vandaag open blijft (cfr. de beleidsnota van de minister), is deze van een mogelijke uitzondering – lees voorrang – voor de kinderen die in de buurt van de gewenste school wonen. Op het eerste gezicht lijkt deze uitzonde- ring logisch, gezien de voordelen van de nabijheid van de school voor kind en ouder. Toch zou deze maatregel in de Brusselse context een ongewenst of onbedoeld effect kunnen hebben. We zouden ons immers kunnen afvragen of de meeste Vlaam- se kinderen in de eerste plaats naar de scholen uit de buurt gaan. Misschien speelt het netwerk waarin de ouders zich bevinden hier een grotere rol ? Zou het niet kunnen dat met "kinderen uit de buurt" vooral de kinderen van migranten en dus vaak anderstaligen in beeld komen ?
Veel vragen dus en ik denk dat het daarom wen- selijk is om op zoek te gaan naar de correcte antwoorden op deze vragen alvorens concrete dec- reetswijzigingen door te voeren.
Mag ik de minister dan ook vragen of er plannen zijn om, eventueel in samenwerking met de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), terzake preven- tief onderzoek te doen ?
Dit teneinde reeds bestaande maatregelen ter bes- cherming van de onderwijskansen van de Vlaamse kinderen én ten voordele van een evenwichtige klassamenstelling waar alle kinderen wel bij varen in Brussel, niet te ondergraven.
Tot slot lijkt het mij ook belangrijk om nu reeds te weten welke de hiërarchie van de uitzonderings- regels op het Gelijkeonderwijskansendecreet is en zou zijn indien een decreetswijziging ten voordele van de buurtkinderen in werking zou treden. Pri- meert deze uitzonderingsregel dan bijvoorbeeld op de beperkte voorrangsregel voor kinderen van Nederlandstalige ouders ?
Wanneer wordt terzake duidelijkheid verschaft ?
Antwoord
Het verlenen van voorrang aan kinderen uit de buurt was reeds een aandachtspunt bij de voorbe- reiding van het decreet betreffende gelijke onder- wijskansen.
In mijn beleidsnota (Stuk 156 (2004-2005) – Nr.
1 – red.) heb ik een aantal knelpunten met betrek- king tot de toepassing van het versterkte inschrij- vingsrecht, zoals ze uit tussentijdse evaluaties en ervaringen in het veld naar voren zijn gekomen, geïnventariseerd. De voorrang van kinderen uit de buurt is er daar één van.
Indien een dergelijke voorrangsregeling wenselijk zou blijken, dan is het duidelijk dat dit een sluiten- de en operationele definitie van het begrip "buurt"
vereist. We zouden daarbij kunnen uitgaan van een beschrijving van de schoolbuurt op basis van statistische sectoren of scholen toelaten een eigen procedure uit te werken waarop de overheid toe- zicht houdt. Deze mogelijkheden zijn niet meer dan eerste denkpistes waarover nog verder overleg en onderzoek nodig zijn.
We zullen hierbij zeker oog hebben voor de spe- cifieke Brusselse context en overleg met de VGC lijkt me in dit kader zeker aangewezen. Evenzeer zal moeten bekeken worden hoe de verschillende voorrangsregelingen zich tot elkaar moeten ver- houden.
Een werkgroep is ondertussen gestart met het verzamelen van de noodzakelijke gegevens over de toepassing van het inschrijvingsrecht en over mogelijke verbeteringen. De specifieke Brusselse context wordt daarbij zeker bekeken.
Verder heeft de Raad van de Vlaamse Gemeen- schapscommissie laten weten dat de Commissie voor Onderwijs van de VGC aan de Commis- sie Onderwijs van het Vlaams Parlement heeft gevraagd een vergadering te organiseren over de toepasbaarheid van het GOK-decreet in Brussel.
In het kader van deze gedachtewisseling zal het thema zeker aan bod komen.
