27 655 Verslag 2000
Nr. 3 WERKPROGRAMMA 2001
Inhoud
1 Inleiding 3
2 Actuele thema’s in 2001 4
3 Werkzaamheden in Nederland 6
3.1 Rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk 6
3.2 Rechtmatigheidsonderzoek bij instellingen 8
3.3 Doelmatigheidsonderzoek bij het Rijk 10
3.4 Doelmatigheidonderzoek bij instellingen 12
3.5 Kennis en ervaring dienstbaar maken 12
4 Nederlandse Antillen, Aruba en Nederland 13
5 Het werkterrein Europa 14
5.1 Europese Unie 14
5.2 Eurosai 15
6 Internationale activiteiten 17
7 De virtuele wereld 19
Bijlage Overzicht publicaties 2001, geordend naar behande-
lende kamercommissie 21
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2000–2001
1 INLEIDING
De Rekenkamer brengt jaarlijks een programma uit met de te verwachten onderzoekspublicaties in het komende jaar. Zo’n inventarisatie is ook in dit Werkprogramma 2001 te vinden. Maar tegelijkertijd wil de Rekenkamer in dit werkprogramma een beeld geven van haar ándere werkzaamheden.
Dat zijn activiteiten om de kwaliteit en de effectiviteit van haar onderzoek te verbeteren, maar ook activiteiten waarmee de Rekenkamer zich manifesteert in andere rollen dan de traditionele controlerende rol: als deelnemer in nationale en internationale discussies, als meedenker en stimulator van ontwikkelingen, als ondersteuner van zusterinstellingen.
Én als Rekenkamer in een veranderende wereld. Denk aan globalisering:
de Rekenkamer besteedt steeds meer aandacht aan haar contacten in Europa en de rest van wereld. Denk ook aan ontwikkelingen op het terrein van informatie- en communicatietechnologie (ICT): de Rekenkamer bezint zich op de veranderingen die deze ontwikkelingen voor het openbaar bestuur en voor haar rol daarbinnen betekent.
Om dat allemaal zichtbaar te maken is een overzicht van onderzoeken niet toereikend. Vandaar dat in dit werkprogramma inzicht wordt gegeven in activiteiten in Nederland en buiten Nederland, in controlerende en ondersteunende activiteiten, in onderzoeksactiviteiten en kwaliteits- bevorderende activiteiten.
2 ACTUELE THEMA’S IN 2001 Rekenkamer in verschillende rollen
Het afgelopen jaar heeft de veranderende omgeving en de plaats van de Rekenkamer daarin een belangrijke rol gespeeld in Rekenkamerbrede discussies over mogelijkheden om de effectiviteit van het werk te vergroten. Uit die discussies kwam onder andere naar voren dat met uitsluitend onderzoeksrapporten de diversiteit van het Rekenkamerwerk onvoldoende tot haar recht komt. De Rekenkamer wil ook op andere manieren naar buiten treden en daarmee de buitenwereld meer «naar binnen halen».
De traditionele Rekenkamerrol van controleur van de rijksuitgaven is de afgelopen 10 jaar uitgebreid met een meer ondersteunende en stimule- rende rol. Overleg en meedenken over oplossingen zijn vaste bestand- delen van het onderzoeksproces geworden. De Rekenkamer wil de komende jaren die ondersteunende kant van het Rekenkamerwerk beter zichtbaar gaan maken. Bijvoorbeeld door meer naar buiten te treden als discussiepartner, door zelf ook meer discussiebijeenkomsten en ronde- tafelconferenties te organiseren en door de resultaten van deze activi- teiten systematischer te verwerken in artikelen, lezingen, bijdragen aan congressen.
Rekenkamer als kenniscentrum
Er is bij de Rekenkamer heel veel kennis op zeer uiteenlopende terreinen aanwezig. Met de systematische ontsluiting van die kennis, zowel intern als extern, wordt in 2001 een begin gemaakt. Of de Rekenkamer verder wil gaan en op bepaalde terreinen als kenniscentrum wil gaan fungeren, is een vraag die intern nog in discussie is. Die vraag zal de komende jaren beantwoord moeten worden.
Toegankelijk gezicht
Uit de Rekenkamerbrede discussies over rolopvatting en effectiviteit die in 2000 zijn gehouden, is één ding wel heel duidelijk geworden: de Reken- kamer wil op alle niveaus meer naar buiten treden, contacten aangaan en zich transparanter en toegankelijker aan de buitenwereld presenteren. Een aardig voorbeeld van de manier waarop de Rekenkamer een «toeganke- lijker gezicht» wil laten zien is de zichtbaarheid van de onderzoekers. Zoals bij zoveel overheidsinstellingen zijn de onderzoekers bij de Rekenkamer anoniem. Dat strookt niet zo goed met de wens van de Rekenkamer om toegankelijker te zijn. Vandaar dat nu besloten is om in 2001 de namen van onderzoekers te gaan vermelden op de Rekenkamerrapporten. Omdat dat logischerwijze de aanspreekbaarheid van de onderzoekers vergroot, worden daarvoor eerst afspraken gemaakt.
Integratie onderzoeksstromen in voorbereiding
Het Rekenkameronderzoek is vrij strak in vakjes ingedeeld. Er is onderzoek naar rechtmatigheid en naar doelmatigheid, bij het Rijk en bij instellingen.
Deze onderzoeksstromen worden apart uitgevoerd, terwijl de principes, de normen en de begrippen eigenlijk steeds dezelfde zijn (zij het dat er sprake kan zijn van een faseverschil). Daarom zullen de komende jaren de
onderzoeksstromen met elkaar geïntegreerd worden. Een codificatie- systeem waarin alle normen en begrippen en de toepassing van normen worden opgeslagen en bijgehouden is hierbij onontbeerlijk. Zo’n systeem
is de afgelopen jaren opgebouwd en zal in de loop van 2001 in gebruik worden genomen.
Rekenkamer als onderdeel van het Rijk
Net zoals bij alle andere onderdelen van de rijksoverheid zal de Reken- kamer in 2001 tijd en energie moeten stoppen in de verdere ontwikkeling van haar VBTB-begroting, in de ontwikkeling van een VBTB-verantwoor- ding, in de invoering van de euro en in de voorbereiding van de invoering van het baten-lastenstelsel. Met name de ontwikkelingen rond VBTB kunnen vérstrekkende gevolgen hebben voor de aanpak en organisatie van het werk.
Aanvulling en herbeoordeling Collegeprogramma 2000–2004
De Rekenkamerbrede discussies over rolopvatting en effectiviteit, maar ook belangrijke ontwikkelingen in de buitenwereld (globalisering, ICT) maken het noodzakelijk om het Collegeprogramma 2000–2004 tussentijds te beoordelen en in ieder geval aan te vullen met andere activiteiten dan onderzoek. Dit krijgt in 2001 zijn beslag en het Werkprogramma 2001 weerspiegelt dit al.
Rekenkamer als werkgever
Voldoende goed gekwalificeerde mensen aantrekken, dat vergt anno 2001 extra inspanning. Vandaar dat arbeidsmarktcommunicatie bij de Reken- kamer het komende jaar veel extra aandacht zal krijgen. Omdat goede mensen behouden minstens even belangrijk is, zal het «human resource management» van de Rekenkamer verder ontwikkeld en uitgebreid worden. Hierin spelen met name maatregelen om het aanwezige
potentieel te herkennen, te waarderen en te benutten een belangrijke rol.
3 WERKZAAMHEDEN IN NEDERLAND 3.1 Rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk
Het rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk is erop gericht de deugdelijkheid te beoordelen van de financiële verantwoording en van de rechtmatigheid van de uitgaven, ontvangsten en verplichtingen bij het Rijk. Ook de ordelijkheid en controleer- baarheid van het financieel beheer moeten worden vastgesteld. In 2001 wil de Rekenkamer bereiken dat de huidige situatie op het gebied van rechtmatigheid wordt geconsolideerd. De kwaliteit van het financieel beheer moet op enkele punten worden verbeterd.
Accenten
De afgelopen jaren stond van bijna alle inkomsten en uitgaven de
rechtmatigheid vast. Dat is voor de Rekenkamer geen aanleiding om geen aandacht meer te besteden aan de rechtmatigheid, maar het betekent wel dat in het rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk andere doelen relatief meer gewicht gaan krijgen. Voor 2001 zijn dat:
• De «versnellingsoperatie»: 2000 was het eerste jaar waarin alle rapporten bij de financiële verantwoordingen op de derde woensdag in mei, Verantwoordingsdag, klaarlagen. Voor 2001 zal het een kwestie zijn van samen met de ministeries nieuwe tijdplanningen en gewoon- ten consolideren.
• Uitvoering financieel beheer: het afgelopen jaar schreef de Reken- kamer aan de ministeries dat nieuwe ontwikkelingen geen reden mogen zijn om het financieel beheer te verwaarlozen. Uit het rechtmatigheidsonderzoek 1999 was namelijk gebleken dat de aandacht voor het financieel beheer, met name bij de agentschappen, aan het verslappen was. In het rechtmatigheidsonderzoek over 2000 zal dit een aandachtspunt zijn. Er zullen in dit kader drie bezwaar- onderzoeken worden uitgevoerd, namelijk bij het Ministerie van Defensie (Koninklijke Luchtmacht), bij het Ministerie van VROM (Rijksgebouwendienst) en bij het Ministerie van Justitie (naleving van de regels voor Europese aanbesteding).
Publicaties
In 2001 zal de Rekenkamer de volgende onderzoeken publiceren:
• Interne controle van de financiële transacties van het Ministerie van Economische Zaken. Reeds gepubliceerd op 15 februari 2001 als rapport aan de minister;
• Fiscalisering Omroepbijdrage. Onderzoek op verzoek van de ministers van Onderwijs en van Financiën over een geschil tussen de Ministeries van Onderwijs (die de Omroepbijdrage eerst inde) en Financiën (die hem nu als onderdeel van de inkomensbelasting gaat innen) over de financiële afwikkeling van deze overgang;
• Invoering van de Euro. Rapport over de voorbereiding van het Rijk op de omwisseling van munten en bankbiljetten en over de voorbereiding op de euro door woningcorporaties (huursubsidie) en gemeenten (bijstandsuitkeringen);
• Veranderteams Rechterlijke Organisatie. Een beoordeling van de stand van zaken in de reorganisatie van de rechterlijke organisaties, die wordt uitgevoerd door veranderteams bij alle rechtbanken;
• M&O-beleid Douane. Onderzoek naar het beleid bij de Douane om misbruik en oneigenlijk gebruik van regelingen te bestrijden;
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van de ministeries en een aantal fondsen. Hierin zijn ook opgenomen:
– bezwaaronderzoek Rijksgebouwendienst;
– bezwaaronderzoek Koninklijke Luchtmacht;
– bezwaaronderzoek Europese aanbesteding Justitie;
• Planning en Control bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Een beoordeling van de planning- en controlcyclus op dit departement;
• Administratieve Organisatie Bestuurskosten. Onderzoek naar de invoering op de ministeries van de nieuwe regeling voor declaraties en onkostenvergoedingen.
Ondersteunen en stimuleren
Aparte aandacht besteedt de Rekenkamer aan de ontwikkelingen bij het Rijk naar een wijze van begroten en verantwoorden die de relatie tussen voorgenomen beleid, geld en beleidsresultaten duidelijk maakt, het zogenoemde VBTB-proces (Van Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoor- ding). Hier is de rol van de Rekenkamer niet een controlerende, zoals in het reguliere rechtmatigheidsonderzoek, maar een ondersteunende en stimulerende. Wanneer straks het proces is afgerond en de nieuwe verantwoordingen een feit zijn, zal de Rekenkamer deze weer als controleur beoordelen. Daarom wil de Rekenkamer nu al de gedachte- vorming inhoudelijk volgen en beïnvloeden. Met die bedoeling zal zij in 2001 de volgende rapporten uitbrengen:
• Tussenrapportages «Van Beleidsbegroting Tot Beleids- verantwoording». Het commentaar van de Rekenkamer op de voortgangsrapportages van het Ministerie van Financiën over dit proces;
• Beleidsinformatiesystemen. Een onderzoek naar de wijze waarop de beleidsinformatie bij ministeries tot stand komt, met name de werking van de geautomatiseerde informatiesystemen;
• Tussenbericht Bedrijfsvoering. Een verkenning van wat het begrip
«bedrijfsvoering» zou kunnen omvatten, onder andere op basis van een internationale vergelijking;
• Bedrijfsvoering. Drie pilotonderzoeken naar de bedrijfsvoering van drie overheidsdiensten;
• Beleidsparagraaf begroting 2002. Onderzoek waarin bij ieder ministerie de beleidsartikelen in hun begroting beoordeeld worden.
Commentaar op wetsontwerpen
De Rekenkamer zal in 2001 haar commentaar geven op de achtste, negende en tiende wijziging van de Comptabiliteitswet, over respectie- velijk de uitbreiding van haar eigen bevoegdheden, over nieuwe bepalingen om VBTB in wettelijke regels te vatten en over vermogens- vorming door zelfstandige bestuursorganen.
Ministers zijn verplicht om de Rekenkamer wetsontwerpen voor te leggen die haar bevoegdheid raken, bijvoorbeeld bij verzelfstandigingen (artikel 63 Comptabiliteitswet). In die gevallen beoordeelt en adviseert de Rekenkamer ook de wijze waarop in de nieuwe situatie verantwoor- dingsen toezichtsrelaties geregeld zijn.
Rechtmatigheidsonderzoek in de toekomst
Aansluitend op de ontwikkelingen bij het Rijk heeft de Rekenkamer een aantal projecten waarin de bezinning op de eigen positie in die ontwikke- lingen en gedachteontwikkeling rond actuele thema’s centraal staan.
Uiteindelijk zullen twee onderzoeksstromen die nu nog apart uitgevoerd worden (rechtmatigheid en VBTB) in elkaar op moeten gaan en daarvoor wordt in 2001 de basis gelegd.
In dit kader is de Rekenkamer aan het nadenken over:
• Een strategie voor het rechtmatigheidsonderzoek in de periode 2001–2005;
• De wijze waarop na afsluiting van het VBTB-proces de nieuwe verantwoordingen van de ministeries, de jaarverslagen, beoordeeld moeten worden. Het gaat dan om:
– het ontwikkelen van een beoordelingskader voor het jaarverslag van het Rijk en voor de departementale jaarverslagen;
– het ontwikkelen van kwaliteitscriteria voor beleidsinformatie;
– het ontwikkelen van een controlemethodiek voor niet-financiële informatie en het bepalen van de reikwijdte van de oordelen;
– het formuleren van normen voor de betrouwbaarheid van de niet-financiële informatie;
• Een plan van aanpak om te komen tot een visie op de overschakeling van het Rijk naar het baten-lastensysteem. Dit betekent onder andere de aanpassing van het rechtmatigheidsoordeel;
• Een visie op de rol van de departementale accountantsdiensten waar het gaat om de controle van beleidsinformatie;
• Verkenning van rol en betekenis van «forensic accounting» (gericht onderzoek naar fraude en corruptie) voor de rijksdienst en een oriëntatie op de relatie RekenkamerOpenbaar Ministerie.
3.2 Rechtmatigheidsonderzoek bij instellingen
De Rekenkamer wil bewerkstelligen dat in 2005 instellingen die met publiek geld een publieke taak uitvoeren in hun verantwoor- dingen inzicht geven in de rechtmatigheid van inning en
besteding en in het financieel beheer van het publieke geld. Ook wil zij bewerkstelligen dat in 2005 ministers deze verantwoor- dingsinformatie gebruiken om zich jaarlijks per sector, wet of publieke taak een oordeel te vormen over de rechtmatigheid en het financieel beheer en zich hierover te verantwoorden bij de Tweede Kamer.
In het komende jaar wil de Rekenkamer het inzicht dat zij in 2000 heeft opgedaan in de stand van zaken op het gebied van verant- woording door en toezicht op de instellingen, verder verdiepen.
Onderzoekreeks tot 2005
De Rekenkamer publiceert tot 2005 een reeks rapporten over verant- woording door en toezicht op instellingen die een publieke taak uitvoeren met publiek geld. Daarvoor doet zij onderzoek bij instellingen en bij ministeries. In 2000 is het eerste deel in deze reeks verschenen. In 2001 zijn de volgende onderzoeken te verwachten:
• Verantwoording en toezicht bij rechtspersonen met een wettelijke taak, deel 2. Hierin zullen onder andere zijn opgenomen:
– Financieel beheer Hoger Onderwijs. Onderzoek naar het financieel beheer bij tien instellingen voor hoger onderwijs;
– Kwaliteit reviews. Beoordeling van de reviews van de departe-
mentale accountantsdiensten op de accountantscontroles bij zelfstandige instellingen;
– Planning en control GAK. Onderzoek naar de planning- en
controlcyclus voor de uitvoering van de WAO door Gak Nederland BV (Gak), een erkende uitvoeringsinstelling voor de uitvoering van werknemersverzekeringen;
– Centraal Fonds Volkshuisvesting. Beoordeling van de rechtma- tigheid, het financieel beheer en de taakuitvoering bij het CFV en van de toezichtsrelatie tussen het CFV en het Ministerie van VROM;
• Kwaliteit informatievoorziening door rechtspersonen met een wettelijke taak. Onderzoek naar de verantwoording over geautomati- seerde uitvoeringsprocessen aan de hand van pilotonderzoeken bij Cadans (uitvoeringsinstelling in de sociale zekerheid) en bij de IB-groep (studiefinanciering);
• Rechtmatigheid verstrekkingen Ziekenfondswet. Onderzoek naar de modernisering van het toezicht door het Ministerie van VWS op de zorgsector;
• NS-Railinfrabeheer. Onderzoek naar het contractbeheer op verzoek van de Tweede Kamer.
Handreikingen
De Rekenkamer brengt behalve onderzoeksrapporten ook stukken uit die speciaal bedoeld zijn om de discussies over verantwoording en toezicht, zoals die door ministeries en instellingen momenteel gevoerd worden, te voeden. Dit zijn de zogenoemde «handreikingen». In deze serie zijn al een handreiking over verantwoording door instellingen en een handreiking over vermogensvorming door instellingen gepubliceerd. In 2001 komt de handreikingToezicht op rechtspersonen met een wettelijke taak uit, die gericht is op ministeries en toezichthouders.
Deelname aan rijksbrede discussies
Een andere bijdrage die de Rekenkamer aan de rijksbrede discussies wil leveren is het formuleren van haar reacties op belangrijke nota’s. In 2001 zal zij een standpuntbepaling over het ontwerp van de Kaderwet
Zelfstandige Bestuursorganen en een reactie op het rapportVertrouwen in onafhankelijkheid van de ambtelijke commissie-Borghouts uitbrengen.
In het kader van haar onderzoeksprogramma tot 2005 blijft de gedachte- vorming rond de thema’s «toezicht op zelfstandige instellingen» en
«ministeriële verantwoordelijkheid» actueel. Daarnaast wordt nagedacht over de onderwerpen:
• verhouding tussen horizontaal en vertikaal toezicht (door Raden van Toezicht respectievelijk de minister);
• aansluiting van de verantwoording door instellingen op het VBTB- proces.
3.3 Doelmatigheidsonderzoek bij het Rijk
De Rekenkamer wil bevorderen dat het regeringsbeleid zuinig (tegen zo laag mogelijke kosten), efficiënt (met zo min mogelijk middelen) en effectief (met het beoogde resultaat als gevolg) wordt ontwikkeld en uitgevoerd, met name in de sectoren waar basisvoorzieningen voor de burger in het geding zijn, zoals veiligheid, inkomen, zorg, onderwijs, wonen en milieu. In 2001 zal zij in de eerste plaats aandacht blijven besteden aan de kwaliteit van de beleidsinformatie en daarnaast de volgende stap in het doelmatigheidsonderzoek meer in beeld brengen: aandacht voor de realisering van het beleid zelf.
Beleidsprestaties meer aandacht
De Rekenkamer ziet in haar doelmatigheidsonderzoek drie stappen, die na elkaar gezet moeten worden: eerst onderzoek naar de formulering van de doelen van het beleid en naar de kwaliteit van de beleidsinformatie, vervolgens onderzoek naar de realisering van de voorgenomen beleids- prestaties, en ten slotte onderzoek naar de effecten van het beleid. De afgelopen jaren heeft de eerste stap in het Rekenkameronderzoek gestalte gekregen en zijn de daarop volgende twee stappen verkend.
In 2001 zal stap 1 nog steeds aandacht krijgen, evenals afgelopen jaren, maar zullen de stappen 2 en 3 langzamerhand meer in beeld komen. Dat zal resulteren in de volgende publicaties:
Veiligheid
• Rampenbestrijding. Rapport over de rampenbestrijdingsorganisatie waarvoor de minister van Binnenlandse Zaken verantwoordelijk is.
Inkomen en werk
• Efficiëntie arbeidsbureaus. Onderzoek naar de informatie die de Arbeidsbureaus aan Arbeidsvoorziening en het Ministerie van Sociale Zaken verschaffen over kosten en prestaties;
• Wet Sociale Werkvoorziening. Beoordeling van de toetsbaarheid van de doelstellingen, de informatie over de uitvoering en knelpunten in de uitvoering van de wet;
• Toeleiding arbeidsmarkt. Onderzoek naar beleidsinformatie over de reïntegratie van gehandicapten en over de duurzaamheid van de plaatsing van gehandicapten.
Zorg
• Hulpmiddelen in de zorg. Onderzoek naar de regelingen voor verstrekking van hulpmiddelen (bijvoorbeeld rollators, kunstlede- maten);
• Zorgkantoren. Rapport over de rol van de zorgkantoren in de
uitvoering van de AWBZ als schakel tussen patiënt en zorgaanbieders.
Onderwijs
• Bestrijding van onderwijsachterstanden. Op 30 januari 2001 gepubli- ceerd rapport over de beleidsinformatie waarop het onderwijs- achterstandenbeleid wordt gebaseerd en over de rechtmatigheid en doelmatigheid van de bestedingen op dit terrein;
• Onderwijs Allochtone Levende Talen. Onderzoek naar de problemen bij de uitvoering van de wet waarin dit onderwijs geregeld wordt;
• Regionale Meld- en Coördinatiefunctie. Onderzoek naar het beleid om voortijdig schoolverlaten te bestrijden door voortijdige schoolverlaters
individueel te benaderen en te wijzen op voor hen geschikte (onderwijs)mogelijkheden.
Wonen
• Beleidsinformatie huursubsidie, over de kwaliteit van de beleidsin- formatie waarmee het huursubsidiebeleid wordt onderbouwd en uitgevoerd. Gepubliceerd op 15 februari 2001 als rapport aan de minister.
Milieu
• Invoering Mineralen Aangiftesysteem. Beoordeling van de beleidsin- formatie rond de invoering van het Mineralen Aangiftesysteem, één van de middelen om het doel van het mestbeleid, beperking van de hoeveelheid nitraat in de grond, te bereiken.
Overig
• Grotestedenbeleid. Beoordeling van de vertaling van dit beleid in 25 grote steden en over de kwaliteit van de beleidsinformatie hierover;
• Instroom Beroepsmilitairen Bepaalde Tijd. Onderzoek naar de wijze waarop het Ministerie van Defensie tracht meer mensen binnen te halen die een contract voor een paar jaar willen tekenen;
• Betuweroute. Beoordeling van het toezicht van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat op de aanleg van deze spoorlijn, van het contractbeheer en van de voorbereiding op de private exploitatie van de Betuweroute;
• Stimulering Midden- en Kleinbedrijf. Onderzoek naar het pakket van stimuleringsmaatregelen van de overheid voor het MKB, (fiscale maatregelen, subsidies en deregulerende maatregelen zoals versoe- peling van de vestigingswet en de winkelsluitingswet).
Ondersteuning onderzoek
De ministeries zijn op grond van de Comptabiliteitswet verplicht hun beleidsevaluaties aan de Rekenkamer te melden. Om deze meldingen te stroomlijnen heeft de Rekenkamer voor ministeries een vragenformulier ontwikkeld. De informatie uit de meldingen wordt vervolgens geanaly- seerd en in een rapportage verwerkt.
Verder zijn de ontwikkelactiviteiten op dit terrein voornamelijk gericht op het ondersteunen van het eigen doelmatigheidsonderzoek.
De strategie voor het doelmatigheidsonderzoek wordt verder ontwikkeld, onder meer door na te gaan op welke wijze onderzoek naar prestaties en effecten nader vorm kan krijgen. In 2001 zal een handleiding efficiëntie- onderzoek worden geproduceerd voor intern gebruik. Overigens zijn de interne handleidingen van de Rekenkamer op aanvraag ook beschikbaar voor anderen.
Ontwikkelingen op doelmatigheidsgebied worden voorts gevolgd, zowel in Nederland als internationaal. Binnen Nederland gaat het vooral om ontwikkelingen bij het Rijk die invloed kunnen hebben op de wijze waarop doelmatigheidsonderzoek moet worden uitgevoerd. Eén van die ontwikke- lingen is de decentralisatie van beleid. Buiten Nederland is reeds een begin gemaakt met het monitoren van doelmatigheidsonderzoek bij andere rekenkamers. Goede toepassingen kunnen worden overgenomen.
In 2001 zal dit verder worden uitgewerkt.
3.4 Doelmatigheidonderzoek bij instellingen
De Rekenkamer wil bereiken dat in 2005 de instellingen in hun jaarlijkse verantwoording alle informatie verwerken over hun taakuitvoering die de verantwoordelijke ministers nodig hebben om zich te verantwoorden over de doelmatigheid van hun beleid.
In 2001 zal zij hiertoe onder andere aan de hand van onderzoeken bij enkele instellingen normen ontwikkelen voor de verant- woording door instellingen over hun taakuitvoering.
Pilots taakuitvoering instellingen
Als voorbereiding op de inventarisatie en beoordeling van verantwoordingsinformatie over taakuitvoering door instellingen onderzoekt de Rekenkamer bij een aantal instellingen de taakuitvoering zelf en de verantwoording daarover, namelijk bij:
• het Centraal Fonds Volkshuisvesting;
• het GAK;
• het RWD Centrum voor Voertuigtechniek en Informatie, voorheen de Rijksdienst voor het Wegverkeer.
De resultaten van deze onderzoeken worden deels opgenomen in Verantwoording en toezicht bij rechtspersonen met een wettelijke taak deel 2, deels in aparte rapportages.
Discussies met instellingen
Onder andere aan de hand van overleg en discussies met de instellingen bereidt de Rekenkamer een handreiking voor met richtlijnen voor een doelmatige taakuitvoering door de instellingen en de verantwoording daarover. Deze handreiking zal in 2002 uitkomen.
3.5 Kennis en ervaring dienstbaar maken
Door haar onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten en haar contacten bij ministeries en instellingen heeft de Rekenkamer kennis en ervaring opgedaan die zij ook dienstbaar wil maken op terreinen die buiten haar onderzoeksterrein vallen. In dat kader zijn in 2001 twee projecten actueel:
• Project «Rekenkamers bij lagere overheden»
De Rekenkamer ondersteunt desgevraagd gemeenten en provincies die een eigen rekenkamer willen oprichten;
• Project «Klokkenluiders»
In 2000 is voor de overheid een «klokkenluidersregeling» opgesteld, die bescherming biedt aan ambtenaren die aandacht vragen voor misstanden in hun eigen organisatie. Bekeken moet worden of de Rekenkamer op dit punt een rol moet spelen.
4 NEDERLANDSE ANTILLEN, ARUBA EN NEDERLAND
De Rekenkamer wil samen met de rekenkamers van de Neder- landse Antillen en Aruba een bijdrage leveren aan de deugde- lijkheid van het bestuur in elk van de landen van het Koninkrijk der Nederlanden, daarbij gebruikmakend van elkaars expertise. In 2001 zal in een ontmoeting van de drie Colleges de onderlinge samenhang in de positie van de drie rekenkamers binnen het Koninkrijk worden besproken. Ook ligt het in de bedoeling om enkele gezamenlijke activiteiten voor de komende jaren te initiëren.
Een bijzondere plaats onder de externe contacten nemen de rekenkamers van Aruba en de Antillen in, omdat het hier eigenlijk gaat om nationale contacten. Met deze twee rekenkamers heeft de Algemene Rekenkamer namelijk een samenwerkingsverband binnen het Koninkrijk der Neder- landen. Daarvoor is in 2000 door de drie rekenkamers een protocol ondertekend. Hierin is de basis gelegd voor gezamenlijke activiteiten, het uitwisselen van informatie en ervaring, het toegankelijk maken van interne opleidingen voor elkaars medewerkers, en voor de inzet van medewerkers voor elkaars onderzoekswerkzaamheden. Verder is afgesproken dat de Colleges van de drie rekenkamers elkaar eens in de twee jaar zullen ontmoeten. De eerste ontmoeting is gepland voor maart 2001. Dan zal onder andere worden gesproken over gezamenlijke standpunten voor het Intosai-congres in oktober 2001 in Seoel, het congres van de wereldorganisatie van rekenkamers.
Concrete resultaten die het samenwerkingsverband in 2001 zal opleveren zijn:
• een door de Arubaanse rekenkamer te publiceren onderzoek naar vergunningen, waaraan Rekenkamermedewerkers ondersteuning verlenen;
• afronding van het project op de Antillen om de achterstanden in de controle van de jaarrekeningen weg te werken.
In 2001 zal ook overleg worden gestart over een meerjarenprogramma, waarin de samenwerkingsactiviteiten op basis van het protocol tussen de drie rekenkamers wordt vastgelegd.
5 HET WERKTERREIN EUROPA 5.1 Europese Unie
De Rekenkamer wil bijdragen aan een sterk Europees comptabel bestel. Zij wil daaraan invulling geven dat door in eigen land de rechtmatige besteding en het financieel beheer van Europese gelden en de naleving van Europese regelgeving te beoordelen.
Daarnaast wil de Rekenkamer samen met andere EU-rekenkamers of de Europese rekenkamer grensoverschrijdende onderzoeken doen.
In 2001 zal de Rekenkamer in eigen land beginnen met het onderzoek op basis van de beoogde nieuwe bevoegdheden. Ook zal zij de samenwerking met andere EU-rekenkamers uitbreiden.
Controle EU-subsidies in Nederland
De Rekenkamer onderzoekt het beheer en de besteding van de Europese subsidiegelden in Nederland. In 2001 zal in dat kader gepubliceerd worden:
• Beheer Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).
Beoordeling van het beheer van een deel van de subsidiegelden uit dit fonds;
• Resultaten plattelandsprojecten. Onderzoek naar de resultaten van plattelandsprojecten op het gebied van natuur en milieu, recreatie, economie, werkgelegenheid en vorming en scholing, die gedeeltelijk uit het EFRO worden betaald.
Voorbereiding nieuw onderzoek in Nederland
Naar verwachting zal medio 2001 de uitbreiding van de Rekenkamer- bevoegdheden om ook onderzoek te kunnen doen bij bedrijven, instel- lingen en personen die een beroep of bedrijf uitoefenen en EU-subsidies uitgeven een feit zijn. Met name die laatste groep is nieuw voor de
Rekenkamer – en de Rekenkamer voor hen. Als voorbereiding hierop zal in 2001 een interne handleiding «Controle bij eindbegunstigden» verschijnen en een klachtenregeling voor de onderzochte instellingen of personen.
Samenwerking met Buitenlandse Zaken en Financiën
De Rekenkamer wil samen met de Ministeries van Buitenlandse Zaken en van Financiën bezien waar mogelijkheden liggen voor verbetering van het beheer en de controle van EU-gelden, vooral bij regelingen die in gedeeld beheer door de Europese Commissie en de lidstaten worden uitgevoerd.
Bepaling reikwijdte ministeriële verantwoordelijkheid
De reikwijdte van de verantwoordelijkheid van ministers voor de uitvoering van EU-beleid en voor de controle en het beheer van
EU-gelden in Nederland moet gedefinieerd worden. Hierbij moet worden betrokken het wetsvoorstel TES (Toezicht Europese Subsidies), dat ministers de bevoegdheid geeft om toezicht te houden op de besteding van EU-subsidies door provincies, gemeenten of zelfstandige instellingen en de achtste wijziging van de Comptabiliteitswet, die voorziet in de uitbreiding van de bevoegdheden van de Rekenkamer.
Financieel beheer EU
Activiteiten die gericht zijn op hetinternationaal op orde krijgen van het financieel beheer krijgen vanaf 2001 meer nadruk. Zo wil de Rekenkamer vaker gaan samenwerken met andere nationale rekenkamers binnen Europa.
Dit zal in 2001 resulteren in een publicatie over:
• Aanmelding van steunmaatregelenvoor bedrijven bij de Europese Commissie. Onderzoek uitgevoerd met de rekenkamers van het Verenigd Koninkrijk, Finland en Portugal.
Samenwerking Europese rekenkamer
Om het mogelijk te maken dat de Europese rekenkamer op den duur gebruik kan maken van reeds in Nederland verrichte controles (bijvoor- beeld door departementale accountantsdiensten), heeft de Rekenkamer een beschrijving van enkele bestaande nationale controlesystemen toegezonden. Daarnaast zal zij stimuleren dat controleurs in Nederland (bijvoorbeeld provinciale accountants) ten behoeve van de Europese Commissie kwalitatief goed certificeren.
Contacten met zusterinstellingen in de EU
Binnen de Europese Unie neemt de Rekenkamer deel aan het Contact Committee van rekenkamerpresidenten van de EU-lidstaten en die van de Europese Rekenkamer. Voornemens voor 2001 van dit Committee zijn:
• de instelling van een werkgroep structuurfondsen;
• verdere gedachtewisseling over de huidige en toekomstige samen- werking van rekenkamers van EU-landen met die uit Midden- en Oost-Europa, met speciale aandacht voor de landen die op de nominatie staan om toe te treden tot de EU.
Visitatie Franse rekenkamer
In 2000 heeft de Rekenkamer op verzoek van de president van de Franse rekenkamer een rapportage uitgebracht over mogelijkheden tot
vernieuwing van de organisatie, de procedures en de producten. In 2001 zal in dit kader een aantal werkbezoeken aan de Algemene Rekenkamer plaatsvinden, over publicatiebeleid, onderzoeksprogrammering en kwaliteitsbeleid.
Ondersteuning rekenkamers in kandidaat-EU-lidstaten
De landen die kandidaat zijn om in de komende jaren tot de EU toe te treden, moeten veel werk verzetten om straks aan de toetredingseisen te kunnen voldoen. Zij moeten onder andere beschikken over een goed functionerend nationaal controle-instituut. De Rekenkamer heeft een aantal projecten lopen om de rekenkamers in deze landen in hun voorbereidende werk te ondersteunen. In 2001 ondersteunt zij de zusterinstellingen in Bulgarije, Estland en Tsjechië.
5.2 Eurosai
Alle Europese rekenkamers zijn verenigd in Eurosai, één van de zeven
Environmental Auditing, waarvan de Algemene Rekenkamer voorzitter is.
De belangrijkste taak van deze regionale werkgroep is het bevorderen van gezamenlijk milieu-onderzoek. In dit kader neemt de Rekenkamer in 2001 deel aan een Eurosai-bijeenkomst in Oslo, voor en door onderzoekers die zich bezig houden met environmental auditing.
Zolang het voorzitterschap van de mondiale werkgroep nog duurt (tot ergens tussen 2001 en 2003) houdt de Rekenkamer haar werkzaamheden bij de regionale werkgroep beperkt. In 2001 is zij trekker van en neemt zij deel aan één onderzoek:
• Milieuvervuiling door zeeschepen. Dit is een onderzoek naar de naleving van het MARPOL-verdrag (Marine Pollution), dat wordt uitgevoerd samen met de rekenkamers van Cyprus, Frankrijk, Griekenland, Italië, Malta, Turkije, het Verenigd Koninkrijk en enkele rekenkamers van Länder in Duitsland. De eerste resultaten zullen worden gepresenteerd tijdens het congres van Intosai in Seoel in oktober 2001 (zie ook hoofdstuk 6).
6 INTERNATIONALE ACTIVITEITEN
De Rekenkamer wil bijdragen aan de verbetering van het functio- neren van het openbaar bestuur in ontwikkelingslanden, door haar kennis en ervaring aan de rekenkamers in die landen over te dragen. Ook wil zij meewerken aan de aanpak van grens-
overschrijdende vraagstukken met zusterinstellingen uit de hele wereld, onder het motto «Mutual experience benefits all». Voor 2001 heeft de Rekenkamer zich ten doel gesteld de onder- steuning aan en informatie-uitwisseling met buitenlandse rekenkamers verder te intensiveren, onder andere door digitale informatieuitwisseling op te zetten en door de kennisoverdracht aan rekenkamers in ontwikkeling te professionaliseren en te standaardiseren.
Externe controle bij internationale organisaties
De Rekenkamer verricht de externe controle bij twee internationale organisaties, namelijk de World Trade Organization en, onder verantwoor- delijkheid van de Engelse rekenkamer, het Hoge Commissariaat voor Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR). De Rekenkamer heeft zich kandidaat gesteld voor het extern controleurschap van de Food and Agriculture Organization (FAO) van Verenigde Naties; in 2001 zal blijken of dit wordt toegewezen.
Contact met zusterinstellingen
Het meedenken over actuele grensoverschrijdende thema’s gebeurt in een aantal internationale platforms. Dat zijn:
• Intosai: Dit staat voor International Organisation for Supreme Audit Institutions, de wereldorganisatie van rekenkamers. Binnen deze organisatie is de Rekenkamer actief in een aantal werkgroepen over:
– Environmental auditing. Hiervan is de Rekenkamer tot ergens tussen 2001 en 2003 voorzitter. Voor 2001 staat de voorbereiding van het Incosai in Seoel (oktober 2001) op het programma (zie ook hieronder). Deze voorbereiding gebeurt deels op een bijeenkomst van de werkgroep in Ottawa (Canada) in september;
– Internal Control. Bij het Incosai in Seoel in oktober 2001 zullen aanpassingsvoorstellen voor de internal-controlrichtlijnen worden gepresenteerd;
– Program Evaluation, voor informatieuitwisseling over evaluatie- onderzoek;
– Informatietechnologie (IT). Het IT-Committee heeft als doel nationale rekenkamers te ondersteunen bij de ontwikkeling van de kennis en vaardigheden die nodig zijn om informatietechnologie (IT) te benutten en om IT-audits te verrichten.
• Incosai XVII, het driejaarlijkse congres van Intosai, in oktober 2001 in Seoel. Hier zullen centraal staan:
– de rol van rekenkamers bij de planning, implementatie en controle van overheidsreorganisaties;
– de controle van internationale organisaties.
Als voorzitter van de werkgroep Environmental Auditing presenteert
• IDI Board. Dit is het bestuur van het Intosai Development Initiatiative, de ontwikkelingstak van Intosai. De Rekenkamer is lid van dit bestuur.
• IDI-satellietprogramma. Dit is het programma waarin de Rekenkamer ondersteuning verleent aan 21 rekenkamers in Engelssprekende Afrikaanse landen.
• Globalization Working Group. Hierin discussiëren veertien presidenten van toonaangevende rekenkamers, waaronder de Nederlandse, over globaliseringsvraagstukken.
• F-16-SAI. Hierin houden de rekenkamers van Noorwegen, Denemar- ken, België en Nederland zich bezig met de financiële controle op aankoop en onderhoud van F16-vliegtuigen.
Controle op ontwikkelingsgelden
In aansluiting op een afspraak tussen de ministers voor Ontwikkelings- samenwerking van Nederland, Noorwegen, Engeland en Duitsland over onderlinge afstemming van hulp aan ontwikkelingslanden zijn de
rekenkamers van deze landen een overleg begonnen over de afstemming van de verantwoording en controle over ontwikkelingsgelden. In 2002 zal dit overleg moeten leiden tot een gemeenschappelijk standpunt over de rol van rekenkamers hierin.
Ondersteuning ontwikkelingslanden
In 2001 staan twee nieuwe ondersteuningsprojecten op het programma, namelijk in Indonesië en in Rwanda. Verder worden de al eerder gestarte meerjarige programmas in Jemen en in de Engelssprekende Afrikaanse landen voortgezet. Gezien de hernieuwing van de contacten van de regering met Suriname, is ook de Rekenkamer bereid om de banden met de Surinaamse rekenkamer opnieuw aan te halen.
Extra aandacht wordt in 2001 besteed aan het professionaliseren van de internationale ondersteuningsactiviteiten. De Rekenkamer gaat onder- zoeken of er behoefte is aan een netwerk met andere instellingen in Nederland met internationale activiteiten op het terrein van good governance en bestuur, zowel overheidsinstellingen als particuliere instellingen. Verder zal gewerkt worden aan standaardisering en
vastlegging van cursusmateriaal, niet alleen voor eigen herhaald gebruik, maar ook voor gebruik, aanvulling en verbetering door andere instel- lingen. De Rekenkamer wil bezien of zij hiervoor en ook voor andere zaken waarover bij de Rekenkamer nagedacht wordt (bijvoorbeeld rolop- vattingen van rekenkamers, nieuwe vormen van onderzoek zoals forensic accounting) tot een vorm van samenwerking met universiteiten kan komen. Daar is immers over veel van de onderwerpen die ook voor de Rekenkamer van belang zijn wetenschappelijke kennis aanwezig.
7 DE VIRTUELE WERELD
De Rekenkamer wil meewerken aan het creëren van waarborgen voor de transparantie en de betrouwbaarheid van informatie die de «digitale overheid» aan de burger verstrekt. In 2001 gaat zij zich richten op het ontwikkelen van een visie op de conse- quenties van het toenemend gebruik van informatie en communi- catietechnologie (ICT) binnen de rijksoverheid en binnen de Rekenkamer.
Onderzoek bij het Rijk
De Rekenkamer stelt zich ten doel om de stand van zaken rond ICT bij de departementen in kaart te brengen. Het streven is om het onderzoek dat hiervoor nodig is geïntegreerd met ander onderzoek uit te voeren. In het financieel-beheeronderzoek, onderdeel van het rechtmatigheidsonder- zoek, is automatisering al een vast onderdeel.
Onderzoek bij instellingen
ICT wordt ook bij de uitvoering van publieke taken door instellingen steeds belangrijker. Sommige uitvoeringsprocessen zijn reeds volledig geautomatiseerd, of leunen zwaar op geautomatiseerde gegevens- uitwisseling. Moet dit gevolgen hebben voor de vorm of de inhoud van het toezicht van de minister? Als bijdrage aan de beantwoording van deze vraag publiceert de Rekenkamer in 2001 twee onderzoeken bij instellingen met geautomatiseerde uitvoeringsprocessen, te weten Cadans (uitvoe- ringsinstelling in de sociale zekerheid) en bij de Informatie Beheer Groep (studiefinanciering). In 2001 wordt ICT meegenomen in een onderzoek naar de taakuitvoering door het RDW Centrum voor Voertuigtechniek en Informatie (voorheen Rijksdienst voor het Wegverkeer).
Visie op veranderende overheid
De Rekenkamer is een visie aan het ontwikkelen op de gevolgen van ICT-ontwikkelingen voor de overheid en voor het werk van de Reken- kamer. Hierover is in 2000 een startnota geschreven, op basis waarvan in 2001 de eindnotaVirtueel maar niet ongrijpbaar gemaakt zal worden.
In de startnota wordt onder andere gewezen op de trend dat ICT-syste- men, en in hun spoor beleidsprocessen, grenzen tussen organisaties én landen overschrijden. Dit zal steeds meer speciale eisen stellen aan zowel overheid als rekenkamers, bijvoorbeeld waar het gaat om de bescherming van de burger tegen corruptie, aantasting van privacy en aantasting van rechtszekerheid.
Visie op interne en externe communicatie
Ook op de interne processen en de organisatie van de Rekenkamer zal ICT ingrijpende invloed hebben.
Zo zullen in 2001 met als aangrijpingspunt de ontwikkeling van een nieuwe internetsite en de parallelle ontwikkeling van een nieuw intern informatienet alle interne en externe informatiestromen van de Reken- kamer opnieuw geïnventariseerd en geëvalueerd worden. Een inventari- satie van deze informatiestromen is in 2000 gemaakt.
worden gezet aan de hand van twee pilots waarin het ontsluiten van dossiers centraal staat.
Visie op werkprocessen
In 2000 is een zogenoemde «Businesscase» opgesteld, waarin een aantal toekomstscenario’s wordt geschetst. Deze scenario’s bevatten elk een andere inschatting van de wijze waarop de Rekenkamer over vijf jaar zou kunnen functioneren en van de producten die de Rekenkamer dan zou kunnen maken, ieder gekoppeld aan een inschatting van de verschillende informatiebehoeften. Dat wil zeggen: de informatiebehoefte voor het onderzoek en andere activiteiten, de informatiebehoefte van het management voor de aansturing van de organisatie en de informatie- behoefte voor de bedrijfsondersteunende processen. Gekoppeld aan de verschillende informatiebehoeftes is aangegeven welke ICT-middelen daarvoor globaal nodig zijn.
Aan de hand van deze Businesscase is in 2000 besloten om het meest vérgaande scenario te kiezen, waarin wordt uitgegaan van de maximale flexibiliteit op ICT-terrein. Het gekozen scenario moet in 2001 vertaald worden in informatiesystemen op het gebied van onderzoek en andere activiteiten, personeel en financiën. Dat betekent in de eerste plaats:
aanpassing van het Informatieplan, waarin nog de oude situatie voor deze informatiesystemen beschreven staat, aan de eisen die het gekozen scenario in de toekomst gaat stellen. In het nieuwe Informatieplan zullen accenten komen te liggen op:
• de codificatie van Rekenkamernormen en -oordelen (zie ook het hoofdstuk «Actuele thema’s»);
• de basisregistratie die de bron gaat vormen voor nagenoeg alle geautomatiseerde toepassingen bij de Rekenkamer;
• een documentair informatiesysteem;
• Intranet, dat onder meer ruimte gaat bieden aan een persoonlijke homepage voor iedere medewerker;
• Internet;
• het planning- en controlsysteem.
Bijlage Overzicht publicaties 2001, geordend naar behandelende kamercommissie
Vooraf
De commissie voor de Rijksuitgaven fungeert als een belangrijke schakel tussen Rekenkamer en vakcommissies. Elk Rekenkamerrapport en
-rapportage gaat via deze Commissie naar de betrokken vakcommissie. De Rekenkamer biedt bij elk rapport dat zij aan de Kamer uitbrengt een briefing aan. Dit gebeurt via de Commissie voor de Rijksuitgaven; deze bekijkt welke vakcommissies geïnteresseerd zouden kunnen zijn, organiseert de briefing en zit de briefing voor. Enige tijd na het verschijnen van elk rapport verzamelt deze Commissie de vragen die kamerleden aan de Rekenkamer willen stellen naar aanleiding van het rapport en geeft ze door aan de Rekenkamer.
Vaste commissie voor Justitie
• Veranderteams Rechterlijke Organisatie
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van Justitie
Vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
• Grotestedenbeleid
• Invoering van de Euro
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het ministerie van BZK, Koninkrijksrelaties, Algemene Zaken, Provinciefonds, Hoge Colleges van Staat, Kabinet der Koningin, Huis der Koningin
• Administratieve Organisatie Bestuurskosten
• Verantwoording en toezicht bij rechtspersonen met een wettelijke taak, deel 2
• Rampenbestrijding
Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van Buitenlandse Zaken
• Planning en Control bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken
Vaste commissie voor Defensie
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van Defensie
• Instroom Beroepsmilitairen Bepaalde Tijd
Vaste commissie voor Financiën
• M&O-beleid Douane
• Invoering van de Euro
• Fiscalisering Omroepbijdrage
• Verantwoording en toezicht bij rechtspersonen met een wettelijke taak, deel 2
• Kwaliteit reviews departementale accountantsdiensten
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het ministerie van Financiën, Nationale Schuld, Gemeentefonds
• VBTB-rapportages:
– Tussenrapportages «Van Beleidsbegroting Tot Beleidsverant- woording»
Vaste commissie voor Economische Zaken
• Interne controle van de financiële transacties van het Ministerie van Economische Zaken (reeds gepubliceerd op 15 februari 2001)
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het ministerie van Economische Zaken en Fonds Economische Structuurversterking
• Stimulering Midden- en Kleinbedrijf
Vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
• Kwaliteit informatievoorziening door rechtspersonen met een wettelijke taak (Cadans)
• Planning en control GAK
• Efficiëntie arbeidsbureaus
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het ministerie van SZW en Spaarfonds AOW
• Wet Sociale Werkvoorziening
• Toeleiding arbeidsmarkt
Vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
• Bestrijding van onderwijsachterstanden (reeds gepubliceerd op 30 januari 2001)
• Fiscalisering Omroepbijdrage
• Financieel beheer Hoger Onderwijs
• Kwaliteit informatievoorziening door rechtspersonen met een wettelijke taak (IB-groep)
• Onderwijs Allochtone Levende Talen
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van OCenW
• Regionale Meld- en Coördinatiefunctie
Vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van VWS
• Rechtmatigheid verstrekkingen Ziekenfondswet
• Hulpmiddelen in de zorg
• Zorgkantoren
Vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
• Beleidsinformatie huursubsidie (reeds gepubliceerd op 15 februari 2001)
• Centraal Fonds Volkshuisvesting
• Rapport bij de financiële verantwoording 2000 van het ministerie van VROM
• Milieuvervuiling door zeeschepen, een onderzoek naar de naleving van het MARPOL-verdrag
Vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het ministerie van V&W en Infrastructuurfonds
• NS-Railinfrabeheer
• Betuweroute
• Centrum voor Voertuigtechniek en Informatie (voorheen Rijksdienst voor het Wegverkeer).
Vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
• Rapporten bij de financiële verantwoordingen 2000 van het Ministerie van LNV, Diergezondheidsfonds, Landbouw-Egalisatiefonds
• Invoering Mineralenaangiftesysteem
Algemene commissie voor Europese Zaken
• Beheer Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling,
• Resultaten plattelandsprojecten
• Aanmelding van steunmaatregelen voor bedrijven bij de Europese Commissie
• Milieuvervuiling door zeeschepen, een onderzoek naar de naleving van het MARPOL-verdrag
