Toelichting 5.8.1
Naast beleidsmatige relevantie is deze tabel met name van belang om vast te stellen of de corporatie aan de passendheidsnorm voldoet. Dus of minstens 95% van de huishoudens met een recht op huurtoeslag zijn gehuisvest in een woning met een huur tot maximaal de voor het huishouden toepasselijke aftoppingsgrens. Om die reden voert de accountant ook werkzaamheden uit om de juistheid en de volledigheid van de verantwoording op dit punt vast te stellen.
Welke woningen tellen niet mee voor de norm?
Voor die norm tellen de toewijzingen niet mee van woningen met een zodanige huur dat er geen recht is op huurtoeslag. Dat geldt ten eerste voor woningen met een huurprijs van meer dan € 710,68. De corporatie hoeft over deze categorie hier geen verantwoording af te leggen. Daarnaast geldt dit voor woningen met huren die lager zijn dan de basishuur. Dus zo laag dat er ook geen recht is op huurtoeslag. Die basishuur is afhankelijk van leeftijd en inkomen. Om inzicht te behouden in de toewijzing van dit goedkoopste deel van de sociale voorraad, dienen de toewijzingen in dit segment in de kolom geheel links nog wel te worden verantwoord.
Basishuur:
Leeftijd Alleenstaand Meerpersoons
Jonger dan AOW leeftijd € 225,08 € 225,08
Ouder dan AOW leeftijd € 223,26 € 221,45
Onzelfstandige eenheden:
Verder is van belang dat huurders van onzelfstandige woongelegenheden in de regel geen recht hebben op huurtoeslag. Het is van belang dat deze toewijzingen NIET worden verantwoord onder 5.8.1. Anders treedt er in voorkomende gevallen vervuiling op bij de berekening van de norm.
Uitzondering op deze regel betreft onzelfstandige woongelegenheden waarvoor geldt dat een verzoek van de corporatie/intermediaire verhuurder aan de Belastingdienst is gehonoreerd om deze woningen voor begeleid wonen (bijvoorbeeld Thomashuizen) of groepswonen voor ouderen te laten aanwijzen, zodat bewoners wel in aanmerking komen voor huurtoeslag. Dat geldt ook voor
studentenwoningen die in het verleden door de Belastingdienst in dit kader zijn aangewezen. De toewijzingen in de aangewezen complexen dienen WEL onder 5.8.1 te worden verantwoord, omdat ze ook meetellen voor de passendheidsnorm.
LET OP: de woningcorporatie is verantwoordelijk voor het verantwoorden van alle toewijzingen van de corporatie middels de dVi applicatie. Hieronder vallen ook de intermediaire verhuren.