WERKEN IN BESLOTEN RUIMTE
Associated IOGP Life-Saving Rules 0
Werk veilig of werk niet
Leer de situatie op de installatie waar jij gaat werken, zo snel mogelijk kennen; wie/wat bevindt zich waar?
Lees je werkvergunning nauwkeurig en controleer of de beheersmaatregelen zoals omschreven, daadwerkelijk aanwezig zijn. Tref dan de voorzorgsmaatregelen die horen bij de werken dat jij gaat uitvoeren.
Blijf steeds alert op het voorkomen van verhoogde concentraties gevaarlijke stoffen. Bij twijfel: altijd vragen of leg de werkzaamheden stil!
Eenzelfde heldere taal spreken op gebied van Veiligheid, Gezondheid en Milieu en harmoniseren van regelgeving door primair te focussen op overeenkomsten tussen Maatschappijen en Contractors.
Dat is het doel dat de bij HSElife NL aangesloten partijen nastreven.
Naast de reeds geharmoniseerde informatie blijft er Locatie- of Maatschappij specifieke informatie van kracht. Vraag ernaar!
Let op: Controleer op hselifenl.com/nl/hse-items of je met de laatste versie werkt!
WERKEN IN
BESLOTEN RUIMTE
Voordat bepaalde werkzaamheden aan de installatie mogen beginnen, wordt de installatie (of een bepaald gedeelte daarvan) eerst veilig gesteld. Dit betekent, dat die wordt vrijgemaakt van vloeistof, gas, druk en spanning.
Desondanks kunnen, met name in besloten ruimten naast het meten van zuurstof, toxiciteit en Lower Explosion Limit (LEL) als basismetingen, zich bijzondere omstandigheden voordoen, die gevaarlijk en zelfs levensbedreigend kunnen zijn of worden. Dat betekent dat iedereen extra alert moet zijn op de risico’s van deze werkplekken.
KENMERKEN
• moeilijke ingang
• beperkte vluchtwegen
• relatief kleine inhoud
• vaak kans op dampen van gevaarlijke stoffen
• moeilijk te ventileren
• weinig bewegingsruimte
• lastig toegankelijk voor hulpverleners
VOORBEELDEN
• tanks
• ketels
• kolommen
• rookkanalen
• fornuizen
• rioolputten
• ondergrondse ruimten
• sleuven, putten, bakken, kelders, kruipruimten
• tijdelijke tentconstructies (bv. lastent)
• vaten
GEVAREN
• brand en explosie (overschrijden explosiegrens)
• mogelijk gebrek aan zuurstof wat leidt tot verstikking
• gevolgen voor de gezondheid / vergiftiging door overmatige blootstelling aan gevaarlijke producten
• elektrocutie (vochtige ruimte – elektrisch geleidend)
• beknelling (nauwe ruimte)
• verwonding (bewegende machinedelen; roerwerk)
• uitglijden; vallen, struikelen (vochtigheid; mosvorming;
obstakels)
• gehoorschade (lawaai)
De locatiebeheerder en/of supervisor bepaalt, samen met de aanvrager van de werkvergunning, of een ruimte een ‘besloten ruimte’ is. Samen bepalen zij ook, op basis van een TRA, welke beheersmaatregelen genomen moeten worden. De TRA wordt dan bij de werkvergunning gevoegd.
Wanneer je twijfelt aan de kwalificatie dat een bepaalde ruimte geen besloten ruimte zou zijn, laat je dan door de vrijgever/ verstrekker van de werkvergunning overtuigen.
VOORBEREIDEND WERK
Besloten ruimte:
• veilig stellen volgens veiligstelplan
• gereed maken volgens werkveiligheidsplan
• markeren als ‘niet betreden’
• directe omgeving markeren/afzetten
• ruimere omgeving vrij maken van obstakels (hulpverlening)
VOORDAT WERKZAAMHEDEN MOGEN BEGINNEN
Zorg voor voldoende ventilatie.
Meet (door geautoriseerde gastester):
1. zuurstofgehalte – min. 20 vol %, max. 21 vol % 2. explosief mengsel – 0,0 % LEL (Lower Explosion Limit) 3. toxische damp – < 50% van de grenswaarde (WIK-kaart) 4. H2S – 1.6 ppm (evacuatiewaarde)
5. temperatuur – max. 40° C
6. LSA – afwezigheid (indien mogelijk) moet zijn vastgesteld obv een LSA expert
Begin het werk niet wanneer één van deze zes waarden wordt overschreden! De resultaten van de metingen bepalen welke maatregelen er genomen dienen te worden.
VOOR JE AAN HET WERK GAAT
• een start/werk vergadering te houden met alle betrokken
• lees en controleer de werkvergunning (ook de achterkant indien aanwezig)
• controleer of je over de juiste pbm’s beschikt
• controleer of je het juiste gereedschap bij je hebt
• inspecteer je werkplek
• oriënteer je op vluchtroutes en verzamelplaats(en)
• controleer met de vrijgever dat de ruimte correct is veiliggesteld.
• dient er bij het betreden van een Besloten ruimte en werken aan risicovolle werkzaamheden vooraf een veiligheidsplan/cq een reddingsteam aanwezig te zijn (dit i.v.m. lange aanrij tijden naar onshore locaties van de brandweer)
• voer een LMRA (Laatste Minuut Risico Analyse) uit
TIJDENS HET WERK
Meet regelmatig op de zes variabelen.
Leg het werk onmiddellijk stil wanneer één van deze zes waarden wordt overschreden! Verlaat de ruimte ogenblikkelijk en waarschuw de locatiebeheerder en/of supervisor!
Aanvullende beheersmaatregelen:
1. Mangatwacht (communicatie check met mensen in besloten ruimte en de locatiebeheerder en/of supervisor) 2. Reddingsteam beschikbaar (min. 2 personen;
onafhankelijke adembescherming)
N.B. Instructie van 1. en 2. door de locatiebeheerder en/of supervisor
Let op!
• gebruik bij voorkeur luchtgedreven gereedschap
• geen 220V apparatuur in de besloten ruimte, alleen 50V wisselspanning toegestaan.
• houd, bij lassen en ander heetwerk, blusmiddelen binnen handbereik
• lasapparatuur moet goed worden geaard
• controleer branders, slangen en slangaansluitingen vóór het betreden van de besloten ruimte op eventuele lekkage.
• gebruik geen gekoppelde slangen in de besloten ruimte
• slangen tijdens pauzes verwijderen of drukloos maken
• plaats gas- en zuurstofcilinders die je gebruikt, niet in de besloten ruimte
• leg het werk stil bij onduidelijkheden, gevaar of afwijkingen van de werkvergunning
• improviseer nooit
• meld tekortkomingen, schade etc. aan installatie(delen) direct
• apparatuur in de ruimte (zoals roerwerken) is afgeschakeld en veiliggesteld d.m.v. LockOut-TagOut (LOTO)
• leidingen van en naar de ruimte zijn afgekoppeld en veiliggesteld d.m.v. LOTO/double block & bleed
N.B. Apart foldermateriaal is beschikbaar over:
• Veiligstellen van de installatie
• Elektrisch veiligstellen
• Werken op hoogte (in besloten ruimtes)
VRAGEN? MEER INFORMATIE?
Je kunt altijd terecht bij de locatiebeheerder en/of supervisor
Zorg voor goede ventilatie en afzuiging.
Controleer branders, slangen en aansluitingen op lekkage en zorg voor aarding (plaats cilinders nooit in de besloten ruimte).
Gebruik geen gekoppelde slangen in de besloten ruimte en maak slangen drukloos tijdens pauzes.
Laat niets achter in de besloten ruimte!
Gebruik de juiste PBM (zie folder),
1 2 3 4 5
Stel zeker dat de besloten ruimte is geïsoleerd van ontstekingsbronnen (vraag de Operator het te laten zien/aan te tonen) en volg altijd de instructies van de mangatwacht.
Werk veilig of werk niet!
hselifenl.com