• No results found

NOTULEN van de openbare vergadering van de raad der gemeente Oosterhout, gehouden op maandag 15 juni, om uur, ten stadhuize van Oosterhout.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "NOTULEN van de openbare vergadering van de raad der gemeente Oosterhout, gehouden op maandag 15 juni, om uur, ten stadhuize van Oosterhout."

Copied!
42
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Notulen raad 15-06-2015

NOTULEN

van de openbare vergadering van de raad der gemeente Oosterhout, gehouden op maandag 15 juni, om 19.30 uur, ten stadhuize van Oosterhout.

mr. drs. S.W.Th. Huisman, burgemeester, voorzitter.

mevrouw R. Verschuren, plv.griffier.

De raadsleden: de heer J.P. Alkema (CDA), mevrouw G. van Alphen-van den Dungen (VVD), mevrouw M. Barendregt (SP), mevrouw A.M. Beekers (SP), P. J.

Bogerd (GBV), C.J. Driesse (SP), mevrouw M.C.J.A. Dujardin-Rombouts (GB), H.C.

van Ginneken (GBV) , A.S. Heesakker (VVD), G.A.M.C. Heintjes (VVD), R.P. van der Helm (VVD), mevrouw M.E. Hemmer (D66),W.P.J.M. Hoosemans (GB), B.F.J.

Jacobs (CDA), A.P.M. Jespers (GB), A.P.H.M. Kamps (CDA), A.A. Kastelijns (GB), J.E.A. Koumans (SP), P.T. de Laat (GB), M. Louwerens (GroenLinks), D.F.J. Melsen (VVD), mevrouw G. Nanda-Mangon (D66), C.J. Noltee (GrBr), A. van Opzeeland (PvdA), C. Piena (GB), A.H.K.M. van der Pluijm (GroenLinks), J.J.G.M. de Ridder (VVD), mevrouw T.P.M. Roovers-Huijben (CDA), A.P.M. Strack van Schijndel (GBV), M.F. Velds (D66), W.J.W.A. van der Zanden (GroenLinks).

Tevens zijn aanwezig als wethouder: mevrouw M. Janse-Witte (GB), J.W.M. Peters (VVD), M.P. Vissers (SP), mr. M.P.C. Willemsen (CDA) en mr. P.J. de Ridder, gemeentesecretaris.

Afwezig met kennisgeving: J. Frankevijle, griffier

Aldus vastgesteld in de vergadering van

Voorzitter

Raadsgriffier

(2)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 2 van 42

AGENDA DEEL D: BESLUITVORMENDE BEHANDELING

1. Raadsnota BI. 0150214 Perspectiefnota 2016

2. Raadsnota BI. 0150227

Ontwerpbegroting verbonden partijen 2016

NB.

Alle ingediende amendementen en moties zijn als bijlage opgenomen bij het verslag

(3)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 3 van 42

DEEL D: BESLUITVORMENDE BEHANDELING

De voorzitter: “Dames en heren, goedenavond. Hartelijk welkom allemaal, ook de belangstellenden op de tribune en natuurlijk de luisteraars van de ORTS. De

vergadering is geopend. Er zijn geen berichten van verhindering. Wij gaan vanavond in eerste termijn spreken over de Perspectiefnota en over de Begrotingen van de verbonden partijen. Dat zijn twee agendapunten. Wij hebben afgesproken dat wij ze gewoon samen nemen. Ik weet dat er sommige partijen zijn waarbij een spreker beide onderwerpen behandelt, bij anderen zijn er twee sprekers. Dat vraag ik u gewoon per keer. Als een fractie is uitgesproken dan mag u vragen stellen. Dan mag u ook uiteraard onderling in debat gaan. Het college komt vanavond niet aan het woord. Het college antwoordt donderdagavond, dan beginnen wij met de

beantwoording. Wij hebben een tijdstermijn afgesproken. U heeft voor beide onderwerpen tien minuten. U mag onderling inruilen. Dus als u twaalf minuten

spreekt over de Perspectiefnota dan heeft u nog acht minuten over voor het volgende onderwerp. Voor diegenen onder u die nu niet op zitten te letten, de griffier houdt het allemaal in de gaten met de tijd. Wij doen dat niet via onze veilingklok. Dat doet de griffier, de plaatsvervangend griffier, die doet dat gewoon via haar telefoon om u te verrassen. Daarmee heb ik denk ik de setting voor vanavond goed uitgelegd. Wij gaan beginnen, met als laatste natuurlijk, u hoeft niet per se 20 minuten te spreken.

Zoals u weet wordt u niet per minuut betaald.”

3. Raadsnota BI. 0150214 Perspectiefnota 2016 4. Raadsnota BI. 0150227

Ontwerpbegroting verbonden partijen 2016

De voorzitter: “Ik stel aan de orde raadsnota’s BI. 0150214, Perspectiefnota 2016 en BI. 0150227, Ontwerpbegroting verbonden partijen 2016. Wij gaan beginnen met de fractie van Gemeentebelangen. Wie mag ik het woord geven? Mijnheer Hoosemans.

Mijnheer Hoosemans, spreekt u over beide onderwerpen? U spreekt over de Perspectiefnota en over de andere spreekt u überhaupt niet. Kijk eens aan. Oké, prima. U gaat spreken over de Perspectiefnota en niet over de verbonden partijen.

Gaat uw gang.”

De heer Hoosemans: “Voorzitter, dank u wel. De Perspectiefnota 2016. Ik durf te zeggen dat de voorliggende Perspectiefnota dat daar durf en initiatief van uitstraalt.

Waarom durf ik dat te zeggen, het is investeren in de stad, in de kerkdorpen en de voorzieningen in onze mooie gemeente op orde houden. In deze toch wel moeilijke tijden, vind ik dat dat durf uitstraalt, initiatief en enthousiasme. Dat mag ook wel een keer hier gezegd worden in de richting van ons college. De fractie van

Gemeentebelangen kan vanavond kort zijn. We zijn tevreden met deze voorliggende Perspectiefnota en de daarin beschreven investeringen. Doch over drie onderwerpen willen we het toch graag met u als college en als raad over hebben. Dat is een kunstgrasveld bij Irene ‘ 58 op Den Hout. Herbezinning over de tarieven van de rioolheffing en het investeren in de stad. In het voorstel saldobestemming Jaarrekening 2014, is een bedrag meegenomen van 106.000 euro voor het

vervangen van de toplaag van het hoofdveld van Irene ’58. Ik kan nu al zeggen en ik zal er direct op terugkomen in mijn bijdrage, dat is een slechte investering. Dat is een slecht voornemen. Daar zijn wij het ook niet mee eens. De fractie van

Gemeentebelangen heeft zich goed laten voorlichten en ter plaatse kennis genomen

(4)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 4 van 42

van de toestand van de het hoofdveld van VV Irene ‘ 58 op Den Hout. Een vereniging met 303 leden, met zeven senioren elftallen en elf jeugdelftallen. Dat alles op een veld. Waarom spreken wij hier van een veld? Dat doen we om redenen dat het trainingsveld gedurende het seizoen regelmatig in een erbarmelijke toestand verkeert. Ik ben ter plaatse geweest. Ik heb het gezien. Ze hebben mij foto’s toegestuurd. Dan ben je echt overtuigd in welke erbarmelijke toestand dat veld al snel na aanvang van de competitie verkeert. Dan hebben wij het over oktober, november. Zodanig dat dit niet bruikbaar is en dat alles moet plaatsvinden op het hoofdveld. Dan hebben wij het weer over dat ene veld. Nu de toplaag vervangen, tegen een prijs van 106.000 euro is wat de fractie, ik heb het net ook al aangehaald, van Gemeentebelangen betreft een slechte investering. Als ik kijk naar de

voorgaande jaren dan is het niet de eerste keer dat wij bij Irene de toplaag

vervangen. Wij hebben daar al vele malen de toplaag vervangen. Vele malen komen wij toch weer terug op het punt dat het veld geen grote belastbaarheid aan kan. Ook nu is dat weer het geval. Investeren in een veld met een zeer hoge mate van

belastbaarheid is maar op een manier mogelijk en dat is de aanleg van een kunstgrasveld. Ik benadruk met name een kunstgrasveld. De meerjaren

investeringen kunnen worden aangewend om de kosten te dekken. De meerjaren investeringen geven toch weer aan dat wij om de zoveel jaar toch de toplaag weer moeten gaan vervangen. Haal dat naar voren, dan is er geld beschikbaar. De fractie van Gemeentebelangen zal om die redenen ook een motie indienen, die kondig ik nu wel aan. Ik zal die indienen in tweede termijn, aanstaande donderdag, als wij het antwoord van het college hebben ontvangen. De motie gaat in om niet over te gaan tot renovatie van de toplaag, dus het vervangen daarvan, maar toch om te zetten in de realisatie van een kunstgrasveld. Ik kondig bij deze de motie aan. Dat is niet het enige. Wij hebben goede voorzieningen, waaronder een goede en bruikbare

sportaccommodatie, dat geeft een bijdrage aan de leefbaarheid van Den Hout. Maar ook de maatschappelijk zorg is daarmee gediend, schoolsportactiviteiten van het dorp Den Hout. Kinderen gaan nu met bussen, worden die vanaf de school vervoerd naar Oosterhout om daar te kunnen sporten. Dat is dan niet meer nodig als wij een veld aanleggen wat een hoge mate van belastbaarheid heeft dan is dat niet meer nodig. De fractie van Gemeentebelangen wil niet wachten op de Nota

Sportaccommodatiebeleid. Het is nu vijf voor twaalf voor VV Irene ’58.

Voorzitter, we zijn de ondernemers in deze gemeente wat verschuldigd. Dat is, ons herbezinnen op de tarieven van de rioolheffing. Voortschrijdend inzicht leert ons dat het besluit wat we eerder hebben genomen en ook opgeschreven hebben in het coalitieakkoord, andere uitkomsten geeft dan die we voorzien hadden. Wij durven daarop terug te komen. De fractie van Gemeentebelangen durft daarop terug te komen. Wij durven ook aan te geven wij moeten ons herbezinnen. Want

ondernemers die spreken ons aan en die komen inderdaad in zwaar weer als wij dit zo doorzetten. De uitkomsten die we nu zien, zijn de uitkomsten zonder de inzet van de reserves, de matiging. Daar hebben we op het moment van opschrijven geen of niet voldoende rekening mee gehouden. De gevolgen van een genomen besluit en dat blijkt nu wel weer, ervaar je vaak pas veel later en dat is nu hier het geval. Vele ondernemers, 359 in getal, worden te zwaar belast met de huidige wijze van berekenen van de rioolheffing. De fractie van Gemeentebelangen heeft aan een aantal knoppen gedraaid en heeft daarbij een ander voorstel. Nu hanteren we een verdeling van 80 : 20. Dat hebben wij afgesproken en opgeschreven met elkaar. De verdeling woningen, niet woningen en bedrijven kan anders. Ik ga u hier niet

vermoeien met cijfers en met berekeningen. We roepen het college op, als fractie van Gemeentebelangen, om hiermee aan de slag te gaan en ook aan de knoppen te gaan draaien. Aan deze raad voorstellen te doen bij de begrotingsbehandeling 2016 en het vaststellen van de tarieven in het najaar van 2015. We kennen immers

(5)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 5 van 42

allemaal de brieven van de Katjeskelder en ’t Haasje. Zo zijn er nog meerdere te noemen. U heeft ze ook allemaal kunnen lezen in de griffiemail die u toegestuurd krijgt. Het aantal bedrijven dat hiermede lager uitkomt is, zoals wij aan die knoppen gedraaid hebben, ik noemde al 359. Dat is toch een behoorlijk aantal. Een goede investering in ondernemend Oosterhout en tevens een stimulering van de economie, het vestigingsklimaat en de werkgelegenheid bevorder je hier wel mee. Laat nog eens goed kijken naar de tarieven van de ondernemers. Dan als aanvulling en die kunt u allemaal zelf opvragen of als u daar interesse in heeft dan hebben wij die uitgewerkt. De tarieven in onze direct omliggende gemeenten, die liggen stukken lager dan die van de gemeente Oosterhout. Dan het versterken van de binnenstad, ons derde onderwerp. De jaarlijkse uitgaven vanaf 2016 van 100.000 euro voor het versterken van de binnenstad, dat spreekt ons wel aan. De fractie van

Gemeentebelangen kan hieruit concluderen dat de brandbrief die u dit voorjaar heeft bereikt en ontvangen, dat u daar ook daadwerkelijk mee aan de slag wil gaan. Ga er dan ook daadwerkelijk mee aan de slag. In die zin dat we in 2016 de contouren daarvan zelf kunnen ervaren. Een versterkte binnenstad, waar de bezoekers graag terug komen omdat winkelen een beleving is. Benoem de ingrepen en maatregelen waar het college mee aan de slag gaat. Houd ons als raad, deze raad daarvan op de hoogte. Voorzitter, samenvattend. Kunstgrasveld voor Irene ’58, aanpassing van de tarieven of herbezinning van de rioolheffing en het versterken van de binnenstad. Tot zover, mijn eerste termijn.”

De voorzitter: “Dank u wel, mijnheer Hoosemans. Wie wenst, de spreker, een vraag te stellen? Mijnheer Noltee, ik zie meer vingers. Wij beginnen met mijnheer Noltee.”

De heer Noltee: “Dank u wel, voorzitter. Mijnheer Hoosemans, u heeft het over de kunstgrasvelden voor Irene op Den Hout. Jaarlijks moet dat gewone veld opgeknapt worden. De vraag is, hoe doe je dat natuurlijk? En wat kost dat? Weet u wat een kunstgrasveld op jaarbasis kost?”

De heer Hoosemans: “Ik heb me daar over laten voorlichten, ik neem aan dat u bedoelt de onderhoudskosten van…..”

De heer Noltee: “Ja, de totale kosten.”

De heer Hoosemans: “Van een grasveld en een kunstgrasveld, dan liggen de

verhoudingen niet zover uit elkaar. Als er maar door verenigingen en die voorbeelden zijn er in Oosterhout, als er door verenigingen maar goed zelfonderhoud gepleegd wordt aan het kunstgrasveld en die voorbeelden die zijn er.”

De heer Noltee: “Er zijn ook voorbeelden in de nabijheid, voorzitter, als ik nog even mag? Bijvoorbeeld Breda, die duidelijk uitgerekend hebben wat een kunstgrasveld op jaarbasis kost en dat is 40.000 euro. Een gewoon speelveld om te voetballen dat kost 16.000 euro op jaarbasis. Dat wil ongeveer zeggen dat je een kunstgrasveld aanlegt en tweeëneenhalf jaar voor dat geld dat veld op kan laten knappen. Dus ik denk dat dat nogal een groot verschil maakt natuurlijk. In het verleden was het zo dat

verenigingen, maar ja ik weet niet meer hoe dat verenigingen nu nog zijn, maar dat hoor ik wel graag van u dat verenigingen haar grasvelden zelf nog een klein beetje onderhielden. Maar dat is volgens mij ook niet meer aan de orde, als ik de foto’s heb gezien van Irene?”

De heer Hoosemans: “Dat gebeurt ook nog wel. Maar u moet ook wel hier bij betrekken, mijnheer Noltee, dat een kunstgrasveld een hoge mate van

(6)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 6 van 42

belastbaarheid heeft. Dat betekent dat het andere veld dan minder belast wordt en dan ook minder onderhoud nodig heeft. Je moet het in z’n totaliteit zien. Je moet het in z’n geheel zien. Je moet niet alleen naar het kunstgrasveld kijken. U maakt ook nog een vergelijking met Breda. Breda en dat hebben wij allemaal kunnen lezen, dat die aan het experimenteren zijn geweest met een mindere kwaliteit van

kunstgrasvelden. Daar zijn ze op terug gekomen omdat daar die hoge onderhoudskosten aan verbonden zijn. Ik ben er van overtuigd dat hier het sportbedrijf in Oosterhout, dat deskundige mensen heeft en waar ik ook mee gesproken heb, dat wij dusdanige kunstgrasvelden hebben liggen die die grote bedragen aan onderhoud niet nodig hebben.”

De heer Noltee: “Bent u het dan met mij eens dat, voordat u een motie in gaat dienen naar de raad toe donderdag zonder dat dat de raad het een en ander van zaken af weet wat het gaat kosten etc. etc., dat er eerst donderdag een antwoord op moet komen van het college? Of zegt u, nee, wij willen sowieso een kunstgrasveld bij Irene, ongeacht wat de raad dat gaat kosten?”

De heer Hoosemans: “Ik heb het in mijn bijdrage gezegd. Ik kondig nu de motie aan.

Ik wacht de antwoorden af van het college aanstaande donderdag. Dan in tweede instantie zullen wij met een motie komen.”

De heer Noltee: “Dat antwoord gaat voor mij zover, willen wij daarin mee kunnen stemmen, dat wij op een rij hebben staan wat de kosten zijn.”

De heer Hoosemans: “Ja. Ik heb de motie rondgestuurd. U heeft kennis kunnen nemen van de inhoud van de motie.”

De voorzitter: “Dank u wel. Mijnheer Van der Zanden, GroenLinks. Gaat uw gang.”

De heer Van der Zanden: “Voorzitter, mijnheer Hoosemans is uitgebreid ingegaan op de rioolheffing. U heeft het daar gehad over wat dat gaat betekenen voor de

ondernemers in Oosterhout. Nu heeft rioolheffing natuurlijk twee kanten. Want als er bij de ondernemers wat af gaat, komt dat er bij de burgers bij, de huishouding. Mijn vraag is eigenlijk of u hier aan zou kunnen geven wat het voorstel van

Gemeentebelangen betekent voor een huishouden in Oosterhout qua rioolheffing?”

De heer Hoosemans: “Ja, ik kan u dat in grote lijnen wel aangeven. Want zoals ik aangekondigd heb, heb ik aan de knoppen gedraaid. Het is nu zo dat wij in 2015 zonder de matiging, want de reserve is op, dus dat is zonder matiging, dan betaalt een tarief woning 228 euro. Maar wanneer wij aan die knoppen gaan draaien, dat is dan op 80 : 20 en wij gaan naar 85 : 15, dan betekent dat een huishouden een tarief van een woning dat gaat naar 244 euro. Dan hebben wij op jaarbasis 16 euro

verhoging. Dat houdt wel in dat de ondernemers, die 359 ondernemers, die gaan niet naar 1,15 euro per m3 , maar die blijven dan op 0,70 euro per m3 . Dus daar bereik je voor de ondernemers, bereik je een groot voordeel mee. Voor de woningen is het niet zo hoog. Als je dan nog een keer meer draait aan die knoppen en je gaat naar 84 : 16, of naar 83 : 17, dan kom je op 238 euro, dan praten wij over 10 euro meer. Dus het valt allemaal nogal mee. Maar ik vraag aan het college om aan die knoppen te draaien. Ik vraag aan het college om hier met voorstellen te komen in deze raad bij de behandeling van de begroting.”

De heer Van der Zanden: “Voorzitter, kijk mijnheer Hoosemans zegt dat het allemaal niet zoveel is voor de huishoudens. Maar wij hebben dit jaar een verhoging gehad

(7)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 7 van 42

voor de huishoudens van rond de 30 euro. Daar zou volgens uw voorstel nog eens 16 euro bijkomen. Dat betekent dat in twee jaar de rioolheffing voor huishoudens met 25 procent gaat stijgen. Dat zou ik niet een beetje willen noemen. Dat vind ik

behoorlijk wat. Het is een flinke lastenverzwaring voor de meer dan 20.000

huishoudens in Oosterhout. Dat is denk ik toch de andere kant van het verhaal, van het voorstel van Gemeentebelangen.”

De heer Hoosemans: “U moet er wel rekening mee houden dat wij een aantal jaren de matiging hebben gehad. De reserves hebben wij ingezet om de tarieven lager te houden. De matiging is nu op. Dus die verhoging is gekomen ook door het wegvallen van die matiging, het wegvallen van de reserves.”

De heer Van der Zanden: “Voorzitter, de verhoging van dit jaar 30 euro en volgend jaar 16 euro, komt volledig door het aanpassen van de verhouding van 70 : 30 naar 80 : 20. Als het aan Gemeentebelangen ligt aan 85 : 15. Daar zit dus niet in die 25 procent die ik noemde, die matiging vanuit de reserves, die 25 procent is puur vanwege het verschuiven van de verhoudingen. Dan constateer ik dat

Gemeentebelangen dus twee keer op een rij met voorstellen komt om de rioolheffing voor burgers in een periode van twee jaar tijd met 25 procent te verhogen. Dat vind ik nogal wat.”

De heer Hoosemans: “Nee, wij komen met voorstellen om het voor de ondernemers in deze gemeente, 359 ondernemers in deze gemeente, zodanig te regelen dat er een beter vestigingsklimaat is en een betere werkgelegenheid. Dat gaat dan ten koste van een woning. Dat zou kunnen. Maar ik vraag, ik verzoek het college aan de knoppen te gaan draaien en met voorstellen te komen.”

De heer Van der Zanden: “Dat gaat niet ten koste van inwoning, dat gaat ten koste van alle woningen hier in Oosterhout, 21.000 huishoudens, die dus met dank aan Gemeentebelangen 25 procent meer voor de rioolheffing gaan betalen.”

De heer Noltee: “Voorzitter, bij interruptie. In het verleden was dat vergeten. In het verleden, of vorig jaar heeft Groen Brabant aangekaart naar het college om eens te kijken naar de compensabele BTW. Dat kan u zich nog herinneren. De BTW die wij van het Rijk betaald krijgen en die wij vervolgens nog eens een keer doorrekenen aan de burgers om daar wat aan te doen. Wij hebben daar ooit een briefje over gehad, een nietszeggend briefje. Dat kan ik me nog herinneren. Er is eigenlijk verder niets mee gedaan. Bent u het met mij eens dat wij daar eens naar moeten kijken, zonder dat dus de burger, zoals de snelle rekenaar onder ons aangeeft, ineens 25 procent meer moeten gaan betalen, of dat wij het gaan proberen en, en/of wij het met die compensabele BTW proberen op te lossen?”

De heer Hoosemans: “Ik ben het volledig met u eens, mijnheer Noltee. Wij moeten alle mogelijke middelen inzetten om te kijken hoe dat wij tot een lastenverlichting komen voor onze ondernemers. Want die gaan van 0,98 euro dit jaar naar 1,17 euro volgend jaar. Dus dat is een behoorlijk bedrag voor die 359 bedrijven. Als hetgeen wat u noemt daar in betrokken kan worden en wij kunnen een goede regeling daar met elkaar voor afspreken, dan sta ik daar volledig achter.”

De heer Noltee: “Dat moet dan wel benoemd worden, ook door de grootste partij van Oosterhout. Niet alleen nu even bij interruptie.”

(8)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 8 van 42

De heer Hoosemans: “Ja, maar ik benoem het. Ik zeg nu tegen u dat dat ons wel in de oren klinkt. Dat wij daar best mee naar willen kijken. Want elke oplossing voor de ondernemers en een zo’n min mogelijke lastenverhoging voor de burgers, daar staat Gemeentebelangen ook nog steeds voor.”

De voorzitter: “Dank u wel. Mijnheer Van Opzeeland, Partij van de Arbeid.”

De heer Van Opzeeland: “Dank u wel, voorzitter. Ik weet niet of mijnheer Van der Zanden klaar was met zijn vragen, want er werd geïnterrumpeerd?”

De heer Van der Zanden: “Ik zou eigenlijk nog een vraag willen stellen, die was ik nog vergeten. In het coalitieakkoord is 80 : 20 afgesproken. Mijnheer Hoosemans zegt, dat hebben wij niet helemaal goed gezien. Dus wij gaan naar 85 : 15. Houdt het daar dan ook op? Of gaan wij nog verder? Wij kunnen tot 100 : 0.”

De heer Hoosemans: “Dat eerste dat klopt. Dat heb ik gezegd dat wij dat

opgeschreven hebben die 80 : 20. Wij zien nu dat de uitkomsten anders zijn dan dat wij verwacht hadden. Het laatste wat u zegt dat wij naar 100 : 0 gaan, zover zullen wij niet gaan.”

De heer Van der Zanden: “U had het over omliggende gemeenten die op 95 : 5 zitten. Dan zit er nog aardig wat ruimte.”

De heer Hoosemans: “Die kant willen wij niet op. Want u weet net zo goed als ik, dat Oosterhout bijna het beste jongetje van de klas is wat betreft de riolering in

Nederland. Wij houden hier steeds droge voeten als ze in ons omliggende gemeenten vaak natte voeten hebben. Daar moeten wij ook zuinig op zijn en dat moeten wij op orde houden.”

De voorzitter: “Dank u wel. Dan gaan wij nu door naar mijnheer Van Opzeeland, Partij van de Arbeid. Gaat uw gang.”

De heer Van Opzeeland: “Dank u wel, voorzitter. Even doorvragen over het voorstel van die rioolheffing. U zegt de 359 ondernemers die zijn wij iets verschuldigd, blijkbaar de andere niet en heel veel huishoudens, hoor ik net, ook niet. Maar u brengt het alsof het werkgelegenheid zal bevorderen. Nu ben ik wel heel erg benieuwd wat u zich daar bij voorstelt. Wat voor effect heeft het op de

werkgelegenheid? Wat hebben wij dan gemist in de Perspectiefnota? Want die spreekt er helemaal niet over dat wij werkgelegenheidsbevorderende maatregelen nemen, waaronder dus het terugdringen van rioolheffing. U noemt, heel trots, de brandbrief daar wordt mee aan de slag gegaan voor de binnenstad. Ik ben toch even benieuwd, welke kant wilt u uit met die binnenstad? Is dat alleen het aanstellen van een stadsmanager en dan zien of wilt u verder gaan? Dat mis ik toch een beetje in uw verhaal en ook in de Perspectiefnota.”

De heer Hoosemans: “Om op dat eerste in te gaan, werkgelegenheid. Ik heb niet alleen gezegd werkgelegenheid, het zijn ook drie andere zaken die hiermee gediend zijn. Kijk, als ondernemers, het zijn er in totaal 1.292 bedrijven tot 500 m3 en dan hebben wij er nog 359 die zitten de 500 m3 en 50.000 m3 . Dat zijn de grotere bedrijven die veel heffingen moeten betalen. Als die heffingen minder worden dan kan dat geld ingezet worden in investeringen in het bedrijf. Dan kunnen zij mogelijk uitbreiden. Er kan mogelijk personeel bij komen. Je moet het in het verlengde daarvan moet je het steeds blijven zien.”

(9)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 9 van 42

De heer Van Opzeeland: “Bij interruptie, u haalde aan de Katjeskelder. Toevallig was ik afgelopen weekend daar. Er staat heel veel leeg op dit moment op de Katjeskelder.

Het begint langzamerhand ook een beetje te verpauperen. Dat is wel zonde. Maar wat is nu daar het effect. Want volgens mij is het probleem nu anders. De

economische tijd die zorgt er voor dat juist die grote huizen die er staan, niet meer verhuurd worden. Hoe gaat u dan, met uw voorstel, daarmee werkgelegenheid creëren?”

De heer Hoosemans: “Kijk, die grote huizen, u noemt ze de grote huizen op de Katjeskelder, ik vind ze niet zo heel groot die er staan. Dat die leegstaan dat heeft een andere oorzaak. Dat heeft niet de oorzaak van de rioolheffing die De Roompot betaalt. Het kan er wel toe bijdragen dat wanneer er minder heffing is in de richting van de gemeente Oosterhout, dat wel de tarieven, de verhuurtarieven van de woningen, naar beneden kunnen. Dat ze daardoor dan wel meer mensen aantrekken. Dus het werkt aan alle kanten door.”

De heer Van der Zanden: “Voorzitter, bij interruptie. Wat mijnheer Hoosemans nu zegt dat vind ik niet juist. Kijk De Roompot heeft al een aantal jaren niet echt meer geïnvesteerd in de Katjeskelder. Dat was ook al in de jaren dat de rioolheffing nog gewoon volgens het oude systeem werd geheven en ze dus heel erg weinig betaalde. Dus het is niet een probleem wat sinds vorig jaar bestaat. Het punt is dat de Katjeskelder is overgenomen een aantal jaren geleden door een

investeringsmaatschappij. Het kenmerk van investeringsmaatschappijen is dat zij weinig in een bedrijf investeren en het vooral leeg proberen te trekken. Dat gaan wij nu bij de Katjeskelder zien. Dat ligt absoluut niet aan de rioolheffing van de

gemeente. Dat is een niet juiste voorstelling van zaken.”

De heer Hoosemans: “Dat is een uitspraak van u. Dat is geen vraag. Dus ik geef er ook geen antwoord op.”

De voorzitter: “Dank u wel. Mijnheer Van Opzeeland, had u verder nog vragen?

Niet?”

De heer Van Opzeeland: “Ik had een tweede vraag ook gesteld en daar heb ik geen antwoord op gekregen. Namelijk, waar wilt u naar toe met de binnenstad met alleen een stadsmanager en…?

De heer Hoosemans: “Waar willen wij naar toe met de binnenstad? Kijk, wij weten allemaal dat de binnenstad, de winkels, geweldig onder druk staan momenteel. Het woord is binnen onze fractie ook weleens gevallen, dat moeten wij goed uitwerken, daar moeten wij goed naar kijken, dat je komt tot een soort van ruilverkaveling in die binnenstad. Maar daar heb je niet de gemeente alleen voor nodig. Daar heb je de ondernemers voor nodig. Daar heb je andere disciplines voor nodig. Dan moet je ook heel goed kijken naar de aanloopstraten. Wat ga je met de aanloopstraten doen? Als er in de aanloopstraten winkels vrijkomen, moeten wij daar dan winkels terug in laten komen? Of moeten wij dan met die winkels naar de binnenstad? Moeten wij dan in de aanloopstraten, moeten wij daar dan niet een andere bestemming in laten gaan zodat mensen daar kunnen gaan wonen? Daar versterk je een binnenstad mee. Daar moeten wij mee aan de slag.”

De heer Van Opzeeland: “Dat is een helder verhaal. Dat hebben wij vaak genoeg ook met elkaar besproken. Het is ook zo. Maar als ik dan kijk naar het investeringenlijstje

(10)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 10 van 42

van het college wat erbij zit bij de Perspectiefnota, dan zit dit soort bewegingen en ook zal maar zeggen de locatie van gelden staat er niet in.”

De heer Hoosemans: “Vandaar mijn bijdrage ook in deze zin.”

De heer Van Opzeeland: “Wat stelt u dan voor? Want als het dan blijft bij 100.000 euro voor een stadsmanager, bij wijze van spreken en verder niets, dan schiet u daarin tekort.”

De heer Hoosemans: “Nee, ik heb ook gezegd, college ga aan de slag. Laat zien welke stappen jullie zetten. Laat de contouren ons zien, hier de raad, welke stappen dat je maakt en waar je mee bezig bent. Dat willen wij. Wij willen stappen maken. Het moet niet zo zijn dat er alleen maar een stadsmanager komt die een x-bedrag kost en die allerlei evenementen gaat organiseren. Nee, die binnenstad moet versterkt

worden. Daar moet aan gewerkt worden. Ook hier in huis bij de afdeling Economie.

Daar moet aan gewerkt worden.”

De heer Van Opzeeland: “U draait een beetje om mijn vraag heen. Waarom is er dan geen voorstel vanuit Gemeentebelangen, dan wel vanuit de coalitie om daar juist meer geld beschikbaar voor te stellen?”

De heer Hoosemans: “Wij geven nu het college de gelegenheid om met voorstellen te komen. Hier staan wij met de Perspectiefnota. In november hebben wij de begroting voor ons liggen. Dan verwachten wij van het college en dat heb ik ook gezegd in mijn bijdrage, dan verwacht ik van het voorstellen of een tussentijds rapport wat ons gaat bereiken wat er met die binnenstad gaat gebeuren. Dat is een duidelijke boodschap in de richting van het college.”

De voorzitter: “Dank u wel. Socialistische Partij, mevrouw Beekers, ga uw gang.”

Mevrouw Beekers: “Dank u wel, voorzitter. Ja, wij zitten hier toch wel een beetje met stomheid verslagen. Want die onderhandelingen over die rioolheffing die waren niet al te makkelijk. Op moeizame wijze is die verdeling 80 : 20 tot stand gekomen. Nu wil Gemeentebelangen aan deze afspraak uit het coalitieakkoord gaan tornen. Wij vragen ons dan af, wat is dan het coalitieakkoord nog waard?”

De heer Hoosemans: “U zet het nu wel heel erg zwaar weg natuurlijk, van wat is dan het coalitieakkoord nog waard? De waarde van het coalitieakkoord die blijft gewoon overeind. Wij gaan alleen, met ons allen, met die coalitie en vooral het college die gaat aan de slag om aan bepaalde knoppen te draaien om te kijken hoe dat wij het voor de ondernemers wat gemakkelijker, wat gunstiger kunnen maken en waar de burgers er zo min mogelijk van merken. Dat is ons uitgangspunt. Daar moeten wij voor openstaan.”

De voorzitter: “Mijnheer Van der Zanden.”

De heer Van der Zanden: “Voorzitter, bij interruptie. Mevrouw Beekers heeft natuurlijk helemaal gelijk. Kijk, de redenering van mijnheer Hoosemans volgende, hij zegt eigenlijk er is toen iets afgesproken wat anders uit heeft gepakt dan wij verwacht hadden. Daarom willen wij nu aan die knoppen gaan draaien,. Dat lijkt mij een mooie kans voor de SP, maar ook voor andere coalitiepartijen, om over zaken die hen niet erg lekker liggen daar ook weer opnieuw over te gaan onderhandelen als het toch anders is uitgepakt dan men vooraf gedacht had.”

(11)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 11 van 42

De heer Hoosemans: “Ja, mijnheer Van der Zanden, dat is weer hetzelfde als daarnet. U zegt iets. U stelt geen vraag. Dus ook daar geef ik geen antwoord op.”

De heer Van der Zanden: “Ik snap dat u daar geen antwoord op geeft, mijnheer Hoosemans.”

De heer Van Opzeeland: “Bij interruptie, voorzitter. Dan zal ik de vraag wel stellen.

Klopt mijn beeld dat u bereid bent verder te gaan dan 80 : 20. En is dat niet in de coalitie afgestemd, klopt mijn beeld?”

De heer Hoosemans: “Er is in de coalitie over dit voorstel gesproken. Ik heb ook in de coalitie melding gemaakt, die is daar ook van op de hoogte, dat Gemeentebelangen met dit voorstel komt en met dit verzoek komt aan het college om eens te kijken en aan die knoppen te gaan draaien. Daar is over gesproken.”

De voorzitter: “Dank u wel. Wij gaan even terug naar mevrouw Beekers, Socialistische Partij, gaat u verder.”

Mevrouw Beekers: “In principe is dit voor ons onbespreekbaar. Zo simpel is het. Wij vragen ons wel af, komt u ook nog met een motie eventueel of met een

amendement?”

De heer Hoosemans: “Die heb ik niet aangekondigd. Als u dat wel gehoord heeft dan bent u in een andere zaal geweest.”

De voorzitter: “Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Velds van de fractie D66.”

De heer Velds: “Voorzitter, na de inbreng van de SP is het wel leuk wat ik wou vragen. Want ik had ook in mijn hoofd ongeveer een vraag van die 80 : 20 dat was toch afgesproken? Is het nu niet mogelijk om gewoon in ieder geval binnen die afspraken te blijven en te zorgen dat je binnen het ondernemersgedeelte de

verschuiving tot stand brengt. Dus niet ten koste van de inwoners, maar gewoon ten koste van andere ondernemers en dat je daar een eerlijke verdeling tot stand brengt.

Want dat lijkt mij voor de hand liggen als je zulke duidelijke afspraken maakt. Ik vind het overigens wel opvallend dat de SP hier zo duidelijk nee tegen zegt, dat kan nog wat opleveren. Dat was in ieder geval mijn eerste vraag. Hebt u daarover nagedacht over een andere verdeling binnen dat ondernemersgedeelte? Dan over het

versterken van die binnenstad, nog even want er is al een heleboel over gezegd, u wilt daar het college heel duidelijk een rol in geven in het versterken van de

binnenstad. Dan vraag ik mij toch af, hoe ziet u dat buiten een ondersteunende rol in ja, een beetje wat aangeven misschien, om bestemmingsplan technisch wat te doen, ziet u daar een grotere rol voor het college dan alleen dat?”

De heer Hoosemans: “U benoemt hem, om met uw tweede vraag te beginnen, u benoemt natuurlijk al een aantal zaken. Dat laatste vooral, het wijzigen van de bestemmingen, daar zal het college met voorstellen naar de raad komen. Dan kun je in die aanloopstraten, wat ik ook genoemd heb, kun je dan al een wijziging inbrengen van detailhandel naar wonen of van kantoor naar wonen. Dan kun je toch je kern winkelgebied versterken door daar die winkels naar toe te verplaatsen. Dus er ligt echt wel een sturende rol ook voor het college.”

(12)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 12 van 42

De heer Velds: “Daar ziet u dus, want winkels verplaatsen gaat geld kosten, daar ziet u een rol voor de gemeente weggelegd?”

De heer Hoosemans: “Niet alleen voor de gemeente. Maar ook voor de ondernemers in de binnenstad, in zijn totaliteit, die zullen dat ook mee moeten dragen. Want het belang van een sterke binnenstad is niet alleen voor de gemeente van belang, maar is zeer zeker van belang voor de ondernemers die wij in onze binnenstad hebben.”

De heer Velds: “Het is duidelijk dat wij het daarover eens zijn. Ik vraag mij alleen af of u inderdaad bereid bent om dus geld er bij te leggen als dat noodzakelijk is door maatregelen van de gemeente.”

De heer Hoosemans: “Wij zullen de voorstellen, zoals die door mij gevraagd zijn aan het college, die zullen wij beoordelen. Als daar budget voor nodig is dan zullen wij daar naar kijken. Dan nog uw eerste vraag.”

De heer Velds: “De eerste vraag is of u niet heeft gedacht aan het verdelen van de verschuiving van de verdeling van de gelden het rioolrecht binnen het

ondernemerschap?

De heer Hoosemans: “Ja, er mag aan alle knopjes in dat systeem gedraaid worden.

Het is een heel ingewikkeld systeem. Er mag aan alle knopjes gedraaid worden. Ook wat mijnheer Noltee ingebracht heeft met het BTW Compensatiefonds, dat moet daar ook bij betrokken worden. Je moet het heel breed bekijken. Je moet zorgen dat je het meeste rendement er uithaalt, zonder dat de inwoners het treft. Dat moet het

uitgangspunt zijn.”

De heer Velds: “Nu zegt u iets anders dan zonet. U zegt nu zonder dat de inwoners het treft. Ik heb u zonet alleen maar horen zeggen, met zo weinig mogelijk gevolgen.

Dat zijn twee hele verschillende dingen.”

De heer Hoosemans: “Ik heb genoemd 85 : 15. Ik heb ook 86 : 14 genoemd, 87 : 13.

Je kan nog andere berekeningen loslaten en dan kom je bij niet bij de woningen, bij de burgers, kom je dan op een 0 uit, dat het voor hen hetzelfde blijft. Je hebt dan voor de ondernemers nog steeds een lagere m3 prijs als die 1,17 euro die in 2016 op hen af gaat komen. Dus je kunt aan heel veel knoppen draaien. Maar die opdracht die geef ik graag mee aan het college dat zij daarmee aan de slag gaan.”

De heer Van Opzeeland: “Bij interruptie, voorzitter.”

De voorzitter: “Mijnheer van der Zanden.”

De heer Van Opzeeland: “Nee, die zit daar.”

De voorzitter: “Maar ik kijk u aan. Mijnheer Van Opzeeland.”

De heer Van Opzeeland: “Dat zien de luisteraars niet op de radio. Toch even een vraag. Vanwaar deze draai van Gemeentebelangen? Want wij zijn het uitvoerig met elkaar hier over oneens geweest in de debatten. Op zich was dat voor ons niet leuk, maar wel helder. Van waar nu die draai van ga nu toch nog eens zoeken, bij die knoppen,…”

(13)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 13 van 42

De voorzitter: “Sorry, ik ga nu toch interrumperen, wij vervallen nu in herhaling. Deze vraag is al eerder gesteld. Ik wil afscheid nemen van dit onderwerp. Wij hebben nog staan mijnheer Strack van Schijndel van Gezond Burger Verstand en die gaat nu zijn vragen stellen. Gaat uw gang.”

De heer Strack van Schijndel: “Dank u wel, voorzitter. Ja, zo gaat het nu altijd. Als ik aan de beurt ben dan heeft iedereen genoeg van dat onderwerp. Maar ik heb toch nog een vraagje. Volgens ons zijn die knopjes helemaal lam gedraaid en heeft dat geen zin en is het probleem dat de kosten te hoog zijn. Is mijnheer Hoosemans ook bereid om daarnaar te kijken? U zegt net dat wij het braafste jongetje van de klas zijn. Is het dan niet gewoon de oplossing om het budget daarvoor omlaag te brengen?”

De heer Hoosemans: “Ook dat zal een punt zijn wat daarbij betrokken wordt. De kosten, maar ook wat mijnheer Noltee noemt en ook andere zaken. Ze moeten aan alle knoppen draaien en ze moeten met voorstellen komen bij de

begrotingsbehandeling aan het eind van dit jaar en bij het voorstel van de tarieven voor 2016. Dat is mijn boodschap.”

De voorzitter: “Dank u wel. Als dat alle vragenstellers waren en als dat de discussie was dan dank ik u voor uw bijdrage. Geef ik graag het woord aan de fractie van de VVD. Ga uw gang, mijnheer Melsen.”

De heer Melsen: “Dank u wel, voorzitter. Vorig jaar is een nieuwe koers met een nieuwe coalitie ingezet. Voortbordurend op de besluiten en visies van de vorige periode, maar met een nieuwe partner, de SP. Ik hoop na vanavond ook nog, mevrouw Beekers. Het aanhouden van een koers geeft aan dat je een doel voor ogen hebt. Wat de VVD betreft is dat doel Met Oosterhout, Voor Oosterhout en waar mogelijk door Oosterhout en de Oosterhouters. Naast het koers houden, komt het ook aan op koers bepalen. Met de voorliggende Perspectiefnota worden keuzes gemaakt die de bakens vormen voor de komende bestuursperiode. De VVD wil in deze bijdrage naast de koers, ook enkele schoten voor de boeg geven. De VVD is van mening dat de financiële basis op orde is. Er is een goed overzicht van de financiële ontwikkelingen, risico’s en ambities. De praktijk van afgelopen periode van anticyclisch opereren was een goede. Maar die goede basis moeten we ook zien te behouden. Dit betekent ook terughoudend zijn met nieuw beleid. De noodzaak hiervoor is aanwezig door de krappere bestedingsmogelijkheden, reserves en de kosten van financiering die met een aantrekkende economie ongetwijfeld gaan oplopen. Het automatisme van flink geld verdienen met grondverkoop is weg. Dit betekent niet dat de VVD vindt dat Oosterhout af is na De Contreie, maar de rol van de overheid in de ontwikkeling van de stad is veranderd en blijft veranderen. Een kleinere overheid, meer ruimte voor de Oosterhouters om te participeren en meer verbindend bestuur. Verantwoord omgaan met de beschikbare middelen is het uitgangspunt. Oude bronnen drogen op en nieuwe dienen zich nog niet in dezelfde mate aan. De onzekerheid rond de financiën zal nog een tijd duren. De transities moeten zich kunnen zetten zodat ook de financiële consequenties duidelijker worden.

De Perspectiefnota is ambitieus, ook qua nieuw beleid. De VVD vindt dat we

realistisch moeten blijven, de ontwikkelingen moeten volgen en moeten kijken hoe we partijen samen kunnen brengen en kunnen stimuleren. Als er financieel geen ruimte is, dan zullen we ambities moeten bijstellen of even niets doen. Een kleine overheid hangt voor de VVD samen met lage lasten. Als de OZB noodzakelijkerwijs stijgt, dan met maximaal het inflatiepercentage. Dat betekent dat we voor de jaren na 2016 inzetten op gelijkblijvende OZB. Het meerjarenbeeld laat zien dat dat mogelijk is. We

(14)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 14 van 42

vragen het college bij het opstellen van de begroting de voorgestelde ombuigingen zo concreet mogelijk in te vullen en de OZB-verhoging ook voor 2016 nog eens te heroverwegen. Een ander punt waar we graag bij stil willen staan is de

afvalstoffenheffing. We hebben eerder in de raad discussie gehad over het

serviceniveau. Een onderzoek wordt door Oosterhout op dit moment uitgevoerd. De raad zou hierin in en vroegtijdig stadium worden meegenomen. Hoe staat het

daarmee? Vervolgens kan de vraag van privatisering of uitbesteding – dat is ook een mogelijkheid - aan de orde komen. Oosterhout dient wat de VVD betreft voorop te blijven lopen na de grondige veranderingen op dit terrein die het voor burgers veel voordeliger hebben gemaakt en het milieu een belangrijke dienst hebben bewezen.

Voor wat betreft overige financiële punten, zien wij de verlegregeling met

belangstelling tegemoet. Misschien zit er meer in het vat? Een compliment voor het college voor het uitwerken van de PM-posten, dat verdienen ze. Hierdoor kunnen we als raad beter sturen en bakens verzetten. Naast de financiële verkenning en

uitgangspunten hebben wij nog enkele suggesties voor de inhoudelijke programma’s.

Economie. Het versterken van de binnenstad. Daar hebben wij het net ook al over gehad. Het versterken van de economische positie van Oosterhout heeft prioriteit.

Naast de voorstellen uit de Perspectiefnota, vragen wij extra aandacht voor de binnenstad. De VVD vindt dit een belangrijk kerndossier en vindt dat de raad goed betrokken moet zijn. Wij zien dan ook de voorstellen graag apart terugkomen in de raad zodat wij er met u over van gedachten kunnen wisselen. Een concreet punt wil de VVD alvast meegeven. De Heuvel is momenteel volop in ontwikkeling. Nieuwe bedrijven, het Filmhuis en horeca hebben zich er gevestigd. Er zijn wensen voor de aanpak van de Heuvel: meer plein, minder auto. Wij vragen u dit mee te nemen in de plannen voor de binnenstad. De betrokken partijen op de Heuvel willen aan de slag en meedenken over de invulling. Dan nu het onderwijs. Voor onderwijs is het huisvestingsplan in 2016 het belangrijkste onderwerp. Er ligt een concreet voorstel om het IHP op te hogen. Voor de VVD is dit een taakstellende verhoging. Het

totaalpakket aan huisvestingszaken voor het onderwijs in de planperiode moet uit dit budget gedekt worden. Voor de huisvesting van het Mgr. Frencken College betekent het budget in het IHP het uitwerken van sobere maar doelmatige plannen met een blik op de toekomst. Het Mgr. Frencken College heeft ook zelf een

verantwoordelijkheid, dat wil ik nogmaals benadrukken, voor hun ambities en mag daarvoor ook om een inbreng worden gevraagd. Wij wachten de voorstellen van het college in het IHP met belangstelling af. Sport en cultuur. De VVD vraagt al langere tijd om een sportaccommodatiebeleid. In de Perspectiefnota zijn voorstellen

opgenomen voor extra geld. De VVD is van mening dat er een goed beleid moet zijn om op basis daarvan middelen beschikbaar te stellen en duidelijke afspraken te maken met de verenigingen over onderhoud en verantwoordelijkheden. De zoektocht naar effectieve coproducties en eigen kracht is ook hier aan de orde. Wij vragen van de wethouder dan ook de toezegging dat het sportaccommodatiebeleid voor de begroting aan de raad wordt aangeboden. Naast sport wordt er ook volop gewerkt aan het nieuwe cultuurbeleid. De Rekenkamer heeft de evaluatie van de Cultuurnota net afgerond. Er wordt onderzoek uitgevoerd naar het culturele vastgoed en het beleid rondom cultuur krijgt invulling. Het onderwerp leeft en dat is goed. De VVD vindt het nu echter nog te vroeg voor het aanstellen van een kwartiermaker cultuur middels additionele middelen. We bevinden ons immers midden in een proces naar een nieuwe visie op cultuur en de verschillende rollen en taken. Daarnaast vormt H19 momenteel het centrum van de kunst en daarmee de uitgelezen verbindende partij om een dergelijke taak binnen de subsidie uit te voeren. Hier hebben zij immers ook extra geld voor ontvangen. De VVD vraagt het college om de discussie over de kwartiermaker cultuur mee te nemen in de Cultuurnota. Mogelijk kan dit op een andere manier ingevuld worden of blijkt straks er andere rol te zijn voor de gemeente.

(15)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 15 van 42

Hetzelfde geldt voor de Pannehoef. Ik zag dat er een nieuw bord hing, maar ook daarvoor zijn wij nog even in afwachting wat er nu gaat gebeuren. Wij willen hier in het kader van de onderzoeken nog eens kritisch naar kijken. Het onderwerp cultuur staat in ieder geval voor dit jaar op de agenda. Sociaal domein. Het jaar 2016 zal in het teken staan van doorontwikkeling in het sociaal domein. De taken en

verantwoordelijkheden zijn verschoven en de effecten worden duidelijker. De komende periode zullen rondom WAVA/!Go beslissingen genomen worden die ook financieel de nodige effecten kunnen hebben, maar zullen ook nieuwe kansen ontstaan voor betere participatie. Het belang van monitoring van de transities staat nog steeds. Wij zien dit graag terug in de concernrapportages en begroting. Dan het onderwerp verkeer. In de Perspectiefnota zijn een fors aantal voorstellen opgenomen voor aanpak van de infrastructuur. Bereikbaarheid van Oosterhout heeft prioriteit voor de VVD. Wij zijn dan ook tevreden om te zien dat er een fors aantal projecten in de stroomversnelling zit en er geld beschikbaar komt. In het nieuwe mobiliteitsplan dat wordt opgesteld in 2016 kunnen we als raad ons beleid vaststellen. Dat biedt mogelijkheden om naast wegen, ook te kijken naar de fietspaden. Misschien kunt u nog eens met de Provincie kijken naar de mogelijkheden voor verlichting langs de Vijf Eikenweg. Voor het fietspad naar Dorst vragen wij het college bij de uitwerking goed te kijken naar subsidies, bijdragen vanuit recreatie en toerisme en de inpassing in combinatie met de huidige verbindingen. De VVD vindt het belangrijk dat er geld beschikbaar blijft voor de uitvoering van het mobiliteitsplan. Naar aanleiding van onze vraag over de aansluiting Weststadweg op de A59 vinden wij het te overwegen om dit budget om te labelen naar maatregelen mobiliteitsplan. Dan is er budget

beschikbaar voor projecten zoals deze, maar ook de fietsoversteek Haasdijk of fietsbrug Zwaaikom. In het mobiliteitsplan kan dit dan door onze raad

geconcretiseerd worden. Bij de behandeling is door u aangegeven dat in 2015 het nieuwe parkeerbeleid wordt vastgesteld. Dit heeft mogelijk ook consequenties voor de begroting. Is het duidelijk wanneer wij dit kunnen verwachten en of dit nog

meegenomen kan worden in de begroting? Nu het onderwerp ruimte en ontwikkeling.

In de Perspectiefnota wordt voorgesteld om extra geld uit te trekken voor onderhoud van woonwijken en bedrijventerreinen. De VVD vindt het belangrijk om hier een kwaliteitsimpuls te maken. Pak dit wel op vanuit de rol verbindend besturen. Er zijn burgers en ondernemers met ideeën die dan meegenomen kunnen worden.

Bijvoorbeeld extra parkeerplaatsen of juist beplanting in plaats van gras. Burgers kunnen dit dan bijvoorbeeld zelf onderhouden. Neem dit mee bij de

kwaliteitsimpulsen die mogelijk worden. De aankomende Omgevingswet zal voor de ruimtelijke ordening in Oosterhout het nodige betekenen. Het aantal regels zal verminderen, er komt één wet en er komt meer ruimte voor eigen keuzes. In de Perspectiefnota lezen we hier niets over, terwijl gemeentes nu al volop met de voorbereidingen bezig zijn. De VVD ziet graag in de begroting meer ambitie. De gemeente kan nu al voorsorteren op de nieuwe wet. De actualisatie van

bestemmingsplannen is hiervoor een goede aanleiding door verbrede

bestemmingsplannen en omgevingsplannen te maken. Actualiseer het huidige handboek met alle regels, schrap en geef ruimte. Betrek burgers tijdig bij plannen en geef ruimte aan initiatief. Minister Schultz zei dat treffend in de Tweede Kamer:

participatie is een kwestie van aanvonken, en niet van aanvinken. Eerder hebben wij aandacht gevraagd voor het afschaffen van de velvergunning voor bomen op eigen terrein. Wij vragen het college nu eindelijk eens de lijst uiterlijk 1 november vast te stellen zodat de vergunning alsnog verdwijnt. De ombuiging uit de Perspectiefnota kan dan ingevuld worden. Wij vragen het college hierover een toezegging? Voor wat betreft duurzaamheid geeft u aan dat een nieuw windmolenpark op eigen grond nog steeds een serieuze optie is. De VVD is voorstander van duurzame energie, maar is sceptisch over de effectiviteit en financiële haalbaarheid van een windmolenpark.

(16)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 16 van 42

Alternatieve vormen zoals zonne-energie en akker, maar ook andere vormen, hebben dan ook onze voorkeur. Voor wat wonen betreft, blijft de focus op bouwen liggen. De VVD vindt het belangrijk om de productie op peil te houden. Dit geldt voor De Contreie, maar ook voor andere plannen en initiatieven. Wij vragen het college de komende periode vervolgstappen te zetten in het plan Zwaaikom. Wij horen graag van het college wat de ontwikkelingen zijn. Voor het woonbeleid zal de nieuwe woonvisie belangrijk zijn. Mogelijk zal er naar aanleiding hiervan, voor bijvoorbeeld de starterslening of andere maatregelen, extra budget nodig zijn dat overigens revolverend is. Mogelijk kan het college dit nog meenemen in de begroting.

Voorzitter, ik kom tot een afronding. De VVD vindt dat met voorliggende

Perspectiefnota invulling gegeven wordt aan de ambities voor de komende periode.

We varen een degelijke financiële koers en kunnen mede daardoor keuzes maken en investeren in de stad en kerkdorpen. Dit doen we niet als gemeente alleen, dit doen we samen met burgers, ondernemers en verenigingen. Dit zal, nog meer dan tot op heden, vragen om een andere aanpak en uitwerking. Wij kijken met vertrouwen uit naar de uitwerking van de Perspectiefnota, maar helemaal naar het realiseren van deze plannen samen met, voor en door Oosterhout. Tot zover, voorzitter.”

De voorzitter: “Dank u wel, mijnheer Melsen. Wie wenst, de spreker, een vraag te stellen? Mijnheer Noltee, Groen Brabant.”

De heer Noltee: “Dank u wel, voorzitter. U had het over het fietspad naar Dorst. Had u daar nu wel of geen moeite mee? Mag dat van u datgene kosten wat het college aangeeft, 1 miljoen euro per kilometer?”

De heer Melsen: “Voorzitter, wij hadden minder moeite gehad als het 1 miljoen euro voor de rondweg was ten westen van de stad, want dan had hij er al gelegen. Nee, maar even serieus, het fietspad naar Dorst. Ik heb daar bewust gezegd, kijk nog eens goed naar de inpassing. Kijk nog eens goed naar de mogelijkheden voor subsidie en voor een bijdrage vanuit Recreatie Toerisme. Want ook wij vinden het een fors bedrag. Wij denken dat er toch wel mogelijkheden zijn om dat bedrag misschien wat te verlagen. Wat dat betreft vinden wij het ook een fors bedrag. Maar wij willen nog weleens goed kijken naar de uitwerking van de plannen.”

De voorzitter: “Even het knopje alstublieft.”

De heer Noltee: “Dan bent u afhankelijk van subsidieverstrekkers?”

De heer Melsen: “Dat kan, maar wij kunnen ook kijken hoe het fietspad er ligt. Er ligt momenteel al een deel van het fietspad via de Vijftig Bunderweg. Nu ja, als het gaat om een sociaal veilig fietspad, zouden wij daar ook nog eens goed naar kunnen kijken of wij dat kunnen opwaarderen. Dus wat dat betreft zijn alle opties wat ons betreft nog eens goed om te bekijken. Dan zullen wij kijken wat de financiële effecten daarvan zijn.”

De voorzitter: “Dank u wel. Andere vragenstellers nog? Mijnheer Hoosemans, Gemeentebelangen, ga uw gang.”

De heer Hoosemans: “Ik had nog een vraag aan mijnheer Melsen. Ik hoor u zeggen met betrekking tot het fietspad naar Dorst en u zult er niet versteld van staan dat ik daar vragen over stel natuurlijk, maar hoor ik u zeggen dat als er onvoldoende subsidies gevonden worden en andere middelen, dat u dan zegt van dan moet het

(17)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 17 van 42

oude fietspad maar blijven lopen langs de Vijftig Bunderweg, hoor ik u dat goed zeggen?”

De heer Melsen: “Nee, ik zeg dat wij er nog eens goed naar moeten kijken van wat wij aan bestaande verbindingen hebben. Het gaat smet name om de Hoevestraat waar een probleem zit. Als wij daar dan een stuk parallelstructuur kunnen aanleggen naast de bestaande weg en mogelijk het bestaande fietspad Vijftig Bunderweg op kunnen waarderen, kunnen verlichten, dat dat misschien wel voor subsidie in aanmerking komt en het tot een lager bedrag komt, dan denk ik dat wij het doel wel bereiken van een sociaal veilige fietsverbinding naar Dorst. Dus daar zouden wij nog eens goed naar moeten kijken. Dus ik kan op voorhand niet zeggen van, het moet langs de bestaande Hoevestraat, laten wij dat nog eens heel goed bekijken. Het is een heel fors bedrag. Wij zijn wel bereid het eventueel beschikbaar te stellen. Maar wij vinden wel dat wij er kritisch naar moeten kijken of het tegen minder geld kan.

Zodat wij geld overhouden om het aan andere ambities van de stad te besteden.”

De heer Hoosemans: “Dat laatste vind ik al een mooie toezegging die u doet, van wij zijn wel bereid om het bedrag daarvoor te besteden. Maar wij moeten goed kijken, nu draait u het een beetje om en daar ben ik mee tevreden.”

De voorzitter: “Dank u wel. Andere vragenstellers nog? Niet? Heeft de VVD nog een andere spreker wat betreft de verbonden partijen? Niet? Dan dank ik u voor uw bijdrage, mijnheer Melsen. Geef ik het woord aan mevrouw Roovers van het CDA.

Spreekt u over beide onderwerpen? Niet? Mijnheer Alkema doet de

gemeenschappelijke regelingen. Dank u wel. Gaat uw gang, mevrouw Roovers.”

Mevrouw Roovers: “Dank u wel.De Perspectiefnota 2016. Financiën is niet echt mijn specialisme niet eens mijn portefeuille. Maar iedereen moet in staat zijn om zijn of haar huishoudboekje op orde te houden. Of je nu een specialist in financiën bent of niet. Het is meteen een goede check of de gemeentefinanciën transparant en overzichtelijk zijn. In onze bijdrage over deze Perspectiefnota willen we even kort terug kijken naar de Begroting 2015, maar vooral vooruitkijken naar 2016. Deze Perspectiefnota laat veel ambitie zien, maar veel dingen moeten het komende half jaar nog duidelijk worden. Denk hierbij aan de Cultuurnota,

Sportaccommodatiebeleid, IHP, mobiliteitsplan en zo zijn er nog wel meer. Samen zijn deze goed voor een fors deel van de Begroting 2016. Dus op een aantal zaken komt de stempel wordt vervolgd. Voor nu willen we verdergaan met de punten die er voor het CDA uitspringen. Daaronder zitten complimenten, maar ook

aandachtspunten. Tijdens de begrotingbehandeling van 2015 heeft de fractie van het CDA gesproken over de duidelijkheid van de zes programma’s van het

coalitieakkoord. In de programma’s staan de doelen en het moet duidelijk zijn hoe we naar die doelen gaan werken. Wat de risico’s zijn en hoe de metingen uitgevoerd worden om de resultaten te bepalen. Over de manier van het meten van de resultaten, daar is wat ons betreft nog wel een verbeterslag te maken. Wij hebben hierover al eerder gesproken. Het is voor het CDA heel belangrijk dat dit voor de begroting van 2016 opgepakt wordt. Hiervoor moeten ook de gemeenschappelijke regelingen meegenomen worden. De risico’s hiervan moeten ook in onze

Perspectiefnota voorkomen en de PM posten verder uitgewerkt worden om meer inzicht te krijgen op het werkelijke weerstandsvermogen. Er staat nu een getal van 2,3 maar het is ons niet duidelijk of als alles uitgewerkt en ook de

gemeenschappelijke regelingen meegenomen worden, of er nog een getal boven de 1 staat. We gaan nu de bedragen bestemmen tot we bij een weerstandsvermogen van 1.5 komen. Terwijl wij nog steeds niet weten of dat dat wel het

(18)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 18 van 42

weerstandsvermogen is. Dat houden wij zeker in ons achterhoofd. We horen graag de reactie van de portefeuillehouder en anders hebben we hiervoor nog een motie achter de hand. We zullen dit ook in september, bij de behandeling van de

gemeenschappelijke regelingen, nogmaals controleren. Ook bij de begroting zullen wij hier zeker op terugkomen. Het CDA is de partij van werk, werk, werk. In de begrotingsbehandeling hebben we onze zorgen geuit over de samenstelling van de beroepsbevolking en dan met name over de werkeloosheid van de groep 55-jarigen tot de AOW leeftijd. We zijn blij dat er extra geld uitgetrokken wordt om mensen weer aan het werk te krijgen. We zien de noodzaak dat het accent gelegd kan worden op de groep 55+. Kan de portefeuillehouder toelichten hoe hij denkt dit voor elkaar te gaan krijgen en waar het accent gelegd gaat worden? Cultuurnota 3.0. Een van de dossiers die nog moeten komen. Toch staat er al heel concreet een bedrag genoemd voor een kwartiermaker. Dit is voor de fractie van het CDA niet de juiste volgorde. Ga eerst de Cultuurnota uitwerken en kijk dan wat je nog nodig hebt. Hiervoor hebben we indien nodig in tweede termijn nog een amendement achter de hand. We roepen het college vooral op om cultuur in de breedste zin van het woord te betrekken bij de Cultuurnota. Om een paar voorbeelden te noemen, denk ook aan de kerkgebouwen en denk ook aan evenementen zoals het parkfeest. We denken hier als CDA graag ver mee. Al eerder genoemd vanavond het sportaccommodatiebeleid. Sport is heel belangrijk en heeft een preventieve werking op diverse sociale en medische

problemen. We vinden het heel belangrijk dat er verdeeld over de wijken en kerkdorpen van Oosterhout verschillende sporten uitgevoerd kunnen worden op faciliteiten die aan de normen voldoen. Maar hiervoor is geld nodig. De fractie van het CDA vindt dat het eerst duidelijk moet zijn welke faciliteiten opgeknapt moeten

worden en hoeveel geld hiervoor nodig is. Bij de begroting is dit seizoen alweer voorbij. Dus hoe eerder het sportaccommodatiebeleid naar ons toe komt hoe liever.

Tot die tijd kunnen we eigenlijk geen goede beslissingen nemen. Wij horen graag van de portefeuillehouder wanneer we het sportaccommodatiebeleid kunnen verwachten en of er ter voorbereiding hierop al een scan naar de raad toe kan komen? Het IHP.

Het komende jaar staat in het teken van keuzes. Keuzes voor het Frencken, maar ook keuzes voor de andere scholen wat er kan gebeuren. Deze keuzes drukken zwaar op onze begroting. We snappen best dat het misschien veel gevraagd is, maar ook hier hopen wij dat er voor de Begroting 2016 er al meer bekend is over de

keuzes die gemaakt kunnen worden. Omdat de diverse scholen voor het IHP met elkaar en de gemeente aan tafel zitten, hopen we dat er ook van de gelegenheid gebruik wordt gemaakt om ook andere onderwerpen aan te snijden zoals; hoe kan de aansluiting met de arbeidsmarkt verbeterd worden, kunnen we meer beroepsgericht en/of middelbaar onderwijs naar Oosterhout halen? Het mobiliteitsplan. Ondanks dat we hier al een voorschot nemen op een aantal projecten, zullen er ook in de

toekomst nog keuzes gemaakt moeten worden. Ook hier willen wij een bredere aanpak. Denk aan de PRIO-buurten, waar al iets meer geld beschikbaar voor komt en het JOR. Vooral voer geen onderzoek uit om te onderzoeken. Het fietspad naar Raamsdonksveer is daar een voorbeeld van. Als er geen middelen zijn om het uit te voeren dan heeft het onderzoek, wat ons betreft, voorlopig ook even geen zin.

Duurzaamheid, de gemeente heeft hier een voorbeeldfunctie. Daar willen wij alleen maar kort over zijn. Want het is al heel vaak genoemd. Zorg dat er bij de aanpak van het stadhuis gekeken wordt naar duurzame oplossingen met minder fossiele

brandstoffen. Trek dit vooral door naar al het gemeentelijk vastgoed. Wij zijn blij dat het college voornemens is om het Winkelcentrum Arkendonk aan te pakken. Hier willen wij vooral ook dat de buurtbewoners en de ondernemers erbij betrokken worden. Denk, wat wij ook eerder genoemd hebben, ook nog eens aan een

respijthuis zodat de mantelzorgers hun zorg kunnen blijven geven en kunnen blijven

(19)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 19 van 42

doen waar ze goed in zijn. Want wij hebben ze daarvoor heel hard nodig. Voor de Begroting 2016 en de aanloop daar naar toe hebben we vooral veel verwachtingen.

Hoe gaat het met de ontwikkelingen van de transities, kunnen we al inzetten op verbetering van de zorg door met creatieve oplossingen te komen en flexibel te blijven? Is de organisatie klaar voor de participerende burgers? Wordt er standaard gedacht aan verdienmodellen? Dit is ook in de begroting, op welke manier dan ook, lastig te meten. Dus we hopen dat wij dat terug gaan zien. In de nota’s en in de reacties van de burgers. Wij willen ook graag een paar concrete complimenten maken. Een compliment voor de medewerkers van de milieustraat. Van diverse kanten bereiken ons geluiden dat de medewerkers daar onze burgers op een zeer positieve manier benaderen. Dat het daarom erg prettig is om gebruik te maken van de milieustraat en afval op de juiste manier te scheiden. Maar wij willen ook graag onze complimenten overdragen aan diegenen die bijgedragen hebben aan deze Perspectiefnota en al onze vragen beantwoord hebben. Het CDA staat voor veel ruimte voor eigen initiatief, een faciliterende en behulpzame overheid en minder regels. Dit is ons inziens al tot uiting gekomen bij het archeologiebeleid en

welstandsbeleid. Maar ook wij vragen de portefeuillehouder wat de status is van de monumentale bomenlijst. Want dan zouden we ook voor de velvergunning de

regeldruk kunnen verminderen. Niet de velvergunning laten verdwijnen, zoals eerder genoemd werd, maar verminderen. We roepen het college ook op om in de toekomst daar waar mogelijk de regeldruk te blijven verminderen, initiatieven serieus te

behandelen en zelf minder te regelen en meer te faciliteren. Dan kom ik ook op onze rol. Wat is de rol van de raad? Een aantal raadsleden is al druk bezig geweest met wat onze rol is, maar daarmee zijn wij er nog niet. We zijn blij dat eraan gewerkt wordt, maar zien hier voor onszelf nog wel een taak liggen. Wij moeten een rol pakken in een netwerk van participerende burgers, regionale samenwerking, wijkteams, combifunctionarissen, het college en ieder die daar nog in participeert.

Deze Perspectiefnota lijkt wat de fractie van het CDA betreft niet tot zorgen, maar vooral tot verwachtingen. We horen graag de reactie van het college op onze bijdrage. Zoals al gezegd hebben we eventueel in tweede termijn nog een motie om programma’s met hun doelen, resultaten en risico’s nog beter in de Planning en Controlcyclus te verwerken en een amendement om de kwartiermaker cultuur nog niet concreet te benoemen, maar om de uitwerking van de Cultuurnota af te wachten.

In onze bijdrage willen we laten zien dat we verder moeten met een flexibel beleid en waar iedereen kan komen met creatieve oplossingen. Tot zover.”

De voorzitter: “Dank u wel, mevrouw Roovers. Wie wenst, mevrouw Roovers, een vraag te stellen? Niemand? Dan dank ik u voor uw bijdrage. Geef ik het woord aan de heer Alkema, eveneens van het CDA over de verbonden partijen. Gaat uw gang, mijnheer Alkema.”

De heer Alkema: “Voorzitter, wat heeft het CDA nog te zeggen over de verbonden partijen nadat de Perspectiefnota besproken is. Dat is de reden waarom wij er iets over zeggen. Wij denken dat het wel degelijk een eigen plaats verdient en van belang is. Wij hebben gekeken naar de begrotingen van al onze verbonden partijen. Wij komen tot de ontdekking dat dit van groeiend belang is voor de gemeente Oosterhout zelf. Waarbij de doelen die wij ons stellen in de zes programma’s in de begroting voor een steeds groter deel verwezenlijkt worden via bijvoorbeeld verbonden partijen.

Terwijl die begrotingen van die verbonden partijen eigenlijk heel moeilijk in te passen zijn op de begroting zoals wij die zelf gesteld hebben of op de Perspectiefnota zoals die gepresenteerd is. Dus het pleidooi van dat inpassen van de verbonden partijen in die zes programma’s, de doelen daarop goed matchen, is wat ons betreft de reden waarom dat ik hier nu sta na het excellente betoog van mijn voorzitter. Een concreet

(20)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 20 van 42

voorbeeld. Net werd ook genoemd de PM posten die in de Perspectiefnota genoemd worden. Maar als PM en dat is nul mee rekenen voor ons risico, als een nul mee rekenen voor ons risico en dus ons weerstandsvermogen kunstmatig hoog laten lijken, zo zit in de begrotingen van de verbonden partijen een dergelijk risico. Ik noem er eentje. Het is maar eentje die ik begreep. Want als ik ze echt allemaal zou

doorspitten, deze verbonden partijen begrotingen, dan zou ik inderdaad per minuut betaald willen worden, voorzitter. Maar voor dat ene ding, dat begreep ik en dat kon ik goed benoemen, de Veiligheidsregio Brandweermannen. Brandweermannen werden altijd met functioneel leeftijdsontslag weggestuurd op hun 55. Nu zeggen wij dat kan niet meer, ze moeten later. Eerst zeiden ze tot 65, toen werd het 67, nu is het 70 en misschien nog wel meer. Want immers wij worden op grond van onze

levensverwachting met AOW gestuurd. Wij hebben ons verbonden aan een

overeenkomst met deze brandweerlieden dat op het moment dat zij 20 jaar in dienst zijn geweest bij de brandweer, een tweede loopbaan krijgen aangeboden vanuit de Veiligheidsregio, maar betaald door Oosterhout, voor zover ik het begrijp, in een carrière. Ik ben heel benieuwd hoe dat er uit gaat zien? Hoe wij dat daadwerkelijk gaan bekostigen? Of wij daadwerkelijk die brandweerlieden een tweede loopbaan kunnen bieden? Of er anders een risico is dat wij misschien niet begroot hebben?

Dat was de bijdrage, wat ons betreft, voorzitter.”

De voorzitter: “Dank u wel, mijnheer Alkema. Wie wenst de spreker een vraag te stellen? Niemand? Dan dank ik u voor uw bijdrage. Dan schorsen wij, dames en heren, tot 20.50 uur. De vergadering is geschorst.”

SCHORSING

De voorzitter: “De vergadering is heropend, dames en heren. Mag ik u vragen te gaan zitten? Want dan zou ik graag het woord willen geven aan de Socialistische Partij, bij monde van mevrouw Beekers. Mevrouw Beekers, ga uw gang. Doet u allebei de onderwerpen?”

Mevrouw Beekers: “Ik doe allebei de onderwerpen.”

De voorzitter: “Dank u.”

Mevrouw Beekers: “Voorzitter, de Perspectiefnota geeft ons inzicht in hoe we de komende jaren onder meer de afspraken uit het coalitieakkoord verder willen invullen.

Dat de rijksoverheid ondertussen alsmaar verder beknibbelt op beschikbare budgetten, is een gegeven waarmee we dus voorlopig helaas mee zullen moeten leven. In de Perspectiefnota wordt gesteld dat de gemeente anticyclisch begroot en dat juichen wij toe. Hoewel er ook gesuggereerd wordt dat de rijksoverheid dit ook doet is hiervan ons inziens natuurlijk geen sprake. Het tegendeel is waar, getuige het aantal werklozen, steeds meer mensen met een bijstandsuitkering, etc. etc. En dat terwijl er naar onze mening genoeg is voor iedereen, maar dat terzijde. Een

uitgesproken omissie in deze nota is in onze ogen het niet vermelden van het adagium uit het coalitieakkoord bij de uitgangspunten voor deze nota terwijl dit wel expliciet in de inleiding is genoemd. U zult misschien denken wat een pietlutterij, maar wij nemen alle afspraken uit het coalitieakkoord zéér serieus en dus óók de wijze waarop dit in de beleidsstukken wordt gecommuniceerd. Als het budget op is en mensen hebben zorg in welke vorm dan ook nodig, dan mag die vraag niet worden afgewezen op grond van budgettaire redenen alleen. Voorzitter, wij als SP laten in dit soort zaken liever niets aan toeval over, want uiteindelijk the devil is in the details. Wij vertrouwen er weliswaar op dat het college dit onderschrijft, maar we hebben

(21)

Notulen raad 15-06-2015 / pagina 21 van 42

volledigheidshalve toch maar een amendement voorbereid. Want vertrouwen is goed, vastleggen is beter. Als we het nu toch over het sociaal domein hebben, wij

onderschrijven van harte de stelling, dat het een illusie is, dat na een succesvolle uitvoering van de drie transities, het lokaal bestuur uit veranderd is. Zo wordt er bijvoorbeeld structureel overgehouden op het budget voor individuele voorzieningen.

Voorgesteld wordt dan ook om deze budgetten beperkt af te ramen. Voorzitter, wij vragen ons af of bij burgers wel goed genoeg bekend is welke regelingen er allemaal zijn en hoe ze die kunnen aanvragen? Om het maar meteen in een breder

perspectief te plaatsen. We krijgen namelijk signalen dat dit nog niet geval is. Het betreft bijvoorbeeld het kastje naar de muur fenomeen. Iemand met een hulpvraag krijgt niet de antwoorden die gevraagd worden en wordt hiervoor verwezen naar anderen die ook het antwoord niet kennen. Het citaat van Jan Rotmans dat in dit stuk is opgenomen past hier goed bij. Een dergelijke overheid is proactief en makelt, schakelt, stimuleert, agendeert en verbindt. Ons voorstel zou dan ook zijn dat alle ketenpartners, proactief meedenken en meehelpen met het vinden van antwoorden.

Als er niet direct een antwoord beschikbaar is, ga er dan als ketenpartner ook zelf mee aan de slag. Als je deze antwoorden vervolgens centraal registreert, dan weet je in de toekomst hoe je mensen kunt helpen om zelf oplossingen te vinden. Dat is ons inziens de aangewezen manier om op heel pragmatische wijze, invulling te geven aan optimalisatie van het proces. Een hulpmiddel hierbij zou kunnen zijn om een fysiek Wmo infoloket in de activiteitencentra in te richten waarbij hulpvragers op een coachende wijze kunnen worden ondersteund. Zo kun je een verbinding leggen tussen de vragen uit de praktijk en het beleid. In korte tijd kun je middels dit

leerproces een prima instrument creëren om burgers te faciliteren zelf hun hulpvraag te beantwoorden. Het is natuurlijk maar een suggestie. Wellicht heeft het college een betere. Daarnaast vinden wij het van belang dat alle burgers ook daadwerkelijk worden bereikt. Dus niet alleen via weekkrant en website, nee, belangrijke informatie moet voor iedereen beschikbaar zijn. Ook voor mensen die minder vaardig zijn met computers en voor mensen die bijvoorbeeld een nee, neesticker op hun brievenbus hebben zitten. De financiële ruimte is er. Kijk maar naar de Jaarrekening 2014 waar een positief resultaat is behaald. Ook na de, in onze ogen noodzakelijke

ombuigingen, is er, ons inziens voldoende ruimte om hiernaar onderzoek te doen. En zoals u weet zijn linkse hobby's per definitie niet duur. Deloitte sprak tijdens de recente presentatie van de managementletter expliciet uit dat een weerstandsratio van 1 à 1,5 zelfs comfortabel te noemen is. Graag een reactie van het college in deze. Eventueel zullen wij hiertoe een motie indienen. Wat betreft de post

schuldhulpverlening, daar wordt structureel overgehouden onder meer door inzet op preventie. Dit is natuurlijk een positieve ontwikkeling, want wij als SP vinden

preventie erg belangrijk. Echter, de jaarcijfers van de NVVK, Brancheorganisatie voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren, geven toch een iets ander beeld. Het aantal aanmeldingen voor deze vorm van hulpverlening is juist gestegen. De

gemiddelde omvang van de schuld is ook toegenomen. Wij zijn dan ook van mening dat de cijfers die in de Perspectiefnota genoemd worden, hiermee niet helemaal corresponderen. Van belang is naar onze mening dat een vangnet noodzakelijk blijft.

Ook als het hiervoor bestemde budget moet worden overschreden. Desnoods wordt hiervoor een beroep gedaan op de reserve. Ook hier willen we nog even het adagium uit het coalitieakkoord benadrukken. Graag een reactie van het college. Dan kunnen we daarna beslissen of we eventueel een amendement hiertoe zullen indienen.

Voorzitter, als we kijken naar de Jaarrekening 2014, zien we dat de grondexploitaties als grote risicopost zijn vermeld. Gezien de huidige woningbouwmarkt lijkt ons dit volkomen terecht. De bijstelling van opbrengsten van De Contreie naar beneden is hiervan getuige. Wat we dan ook missen in de Perspectiefnota is een toekomstvisie op de GREX. Het verdienmodel levert niet meer de gouden bergen waarvan vroeger

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De heer Wiss (PvdA) stelt voor om agendapunt 2a, Vaststellen zienswijze begroting en jaarstukken Tomingroep, naar de besluitvormende raad te verschuiven aangezien

Wat het amendement van het CDA betreft over de doeltreffendheid kan het zo zijn dat er subsidie wordt gegeven voor een evenement in de gemeente Wijdemeren, omdat veel inwoners

Mevrouw Boudewijnse zegt dat GroenLinks het amendement overbodig vindt en het daarom niet zal steunen2. Het amendement wordt in stemming gebracht en met 21 tegen 2

De heer Boekhoff geeft aan dat het de PvdA niet om de kundigheid gaat, maar of er de intentie is om te verhuizen naar de gemeente aangezien de raad

De heer VAN GEELEN (Progressief Woerden): Voorzitter, bij interruptie: er is hier een principiële denkfout gemaakt: ambtenaren kosten op een gegeven moment als ze iets anders gaan

Het CDA gaat ervan uit dat in de komende evaluatie van de afgekomen 4 jaar Wmo-beleid daar nog op teruggekomen wordt. Het tweede onderdeel van het raadsvoorstel is het verzoek om

Toch, wethouder Schreurs: ik hoop dat u wel gehoord heb dan ik meer heb gezegd dan die ene opmerking, en ik wil benadrukken: ik denk en hoop van harte dat niet alleen

De heer DROOGERS (CDA): Met deze motie moet de ruimte gezocht worden in revitalisering en herstructurering, op zich een goede zaak maar in het STOGO-rapport staat dat dat niet