• No results found

Nationaal en internationaal duurzaam gebundeld

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nationaal en internationaal duurzaam gebundeld"

Copied!
33
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nationaal en internationaal duurzaam gebundeld

1. Samenvatting

Onder de noemer RIKZ Internationaal heeft de afdeling ABI in de periode april 2001 tot en met maart 2002 een RIKZ-breed proces aangestuurd en doorlopen om te komen tot een betere integratie van RIKZs nationale en internationale activiteiten. Inmiddels is dit proces afgerond en zullen vervolgstappen gezet moeten worden in de lopende reorganisatie van RIKZ. Bijgaand document beschrijft het proces, de verschillende overwegingen en de uiteindelijke voorstellen om :

• het huidige brede spectrum van internationale activiteiten te bundelen tot herkenbare speerpunten;

• het internationale werk binnen RIKZ op een andere manier te organiseren.

Kort samengevat zijn de aanbevelingen dat :

• het internationale werk aan de hand van de speerpunten Veiligheid, Integraal

Kustbeheer, Integraal Waterbeheer/Waterkwaliteit en Biodiversiteit/Inrichting & Gebruik, op een herkenbare en functionele manier is te clusteren;

• de integratie van het internationale werk het best gediend is door het instellen van een account Internationaal en de uitvoering van internationale activiteiten onder te brengen in de andere (hoofd)afdelingen

• tbv een sterkere rol van RIKZ ten aanzien van de EU één dienstbreed coördinerende senior projectleider dient te worden aangesteld.

Het daarmee ‘opheffen’ van de huidige afdeling ABI is een vergaande stap, zowel voor de mensen van de afdeling als voor de herkenbaarheid en coördinatie van de internationale werkvelden van RIKZ. Daarom zijn aan deze stap een aantal essentiële randvoorwaarden verbonden :

• de instelling van een accountmanager Internationaal (1 fte), belast met :

o aansturing van de uitvoeringsmanagers/coördinatoren van internationale projecten en/of programma’s; zowel in termen van het stuurmodel (AM <-> UM) als met het oog op het bewaken van de internationale dimensie in het werkpakket van de afdelingen;

o (het dienstbreed organiseren van) de afstemming tussen internationale projecten en/of programma’s zoals CZMC, OSPAR, ICES en EU door projectleiders met zowel coördinerende als uitvoerende taken.

De vier genoemde speerpunten zijn daarbij een prima hulpmiddel.

• de mensen van ABI stappen over naar andere (hoofd)afdelingen op basis van :

o een inhoudelijke relatie tussen het huidige werkpakket van de mensen en het profiel en takenpakket van de ontvangende (hoofd)afdeling;

o het zoveel mogelijk behouden van de huidige inhoudelijke samenwerkingsverbanden of clustering binnen ABI.

(2)

2. Inleiding

Middels de nota ‘Hoe de oester een parel bleek te bevatten; RIKZ inzet op internationaal watergebied’ werden onder andere de verschillende risico's geïdentificeerd in geval dat RIKZ niet voldoende zou anticiperen op internationale ontwikkelingen.

Naar aanleiding daarvan besloot het DT Hoofd ABI de opdracht te geven om bij RIKZ de integratie van nationaal en internationaal te versterken. Dit middels het volgende

stappenplan:

1. Bepaling van de uitgangspunten voor het internationale werk 2. Het in kaart brengen van alle internationale activiteiten

3. Formulering van voorstellen om te komen tot inhoudelijke synergie en prioritering 4. Het leggen van een relatie tussen de diverse activiteiten en het Strategisch

Bedrijfsplan (Stuurmodel)

Kortom: het verkennen en versterken van de synergie tussen nationale en internationale activiteiten, alsmede het daarin prioriteren en zoeken naar de optimale organisatie van het internationale werk binnen RIKZ, o.a. met het oog op internationale verplichtingen.

Naast een korte weergave van de eerste twee fasen van dit stappenplan (bovengenoemde punten 1 + 2), worden in deze nota voorstellen geformuleerd ten aanzien van de punten 3 + 4. Oftewel:

• hoe te komen van een breed spectrum van werkvelden naar RIKZ-speerpunten, die zowel door nationaal als internationaal werk gedragen worden?

• en welke organisatievorm past daar het beste bij?

waarmee (qua voorstellen) het proces "RIKZ Internationaal" wordt afgerond.

Daarbij dient echter wel de uitdrukkelijke vermelding te worden gemaakt, dat deze voorstellen een efficiëntere, inhoudelijk sterkere, organisatie voorstaan; een RIKZ waarin nationaal en internationaal daadwerkelijk met elkaar zijn geïntegreerd. In dat licht dienen dan ook de later in dit stuk genoemde opties tot bijvoorbeeld het opheffen van de afdeling ABI, in zijn huidige organisatievorm, te worden gezien. Deze voorstellen zijn namelijk vanuit de inhoud, en niet vanuit beheersmatig oogpunt, geformuleerd.

Daarnaast dient vooraf - aan dienstbreed bepaalde - randvoorwaarden te worden voldaan, om bepaalde voorgestelde opties daadwerkelijk te kunnen uitvoeren. Vandaar dan ook de term "randvoorwaarden".

Alhoewel, ten behoeve van de integratie nationaal-internationaal en vanuit de inhoud (zie bijlage 3), al wel in het AB brede (re)organisatieplan een voorstel wordt gedaan voor een andere organisationele positionering van het CZMC, worden (conform zoals geformuleerd in het HAP van AB) pas in een latere fase de rol, taken en criteria met betrekking tot het Coastal Zone Management Centre bepaald.

(3)

3. Historie

• Tav de risico's (DT van 19 mei 2001)

Ten tijde van deze DT vergadering werden de onderstaande risico's gepresenteerd, die RIKZ zou kunnen lopen indien er binnen RIKZ géén veranderingen ten aanzien van

"internationaal" zouden worden doorgevoerd:

* juridische risico's, o.a. als gevolg van het niet (voldoende) op de hoogte zijn van (Europese) richtlijnen

* opgelegde regelgeving, o.a. door onvoldoende deelname aan internationale, beleidsvormende, overlegorganen

* mislopen van potentiële opdrachten, o.a. door onvoldoende relevante opdrachtgevers te benaderen

* slechte externe beeldvorming, o.a. vanwege een niet goede aansluiting op bepaalde internationale ontwikkelingen

* verminderde functie voor consortia, o.a. tbv kennisontwikkeling

• T.a.v. het dienstbreed in kaart brengen en de uitgangspunten: Workshop RIKZ Internationaal (9 oktober 2001)

Conform het in het DT vastgestelde stappenplan werd dienstbreed een eerste aanzet gegeven voor een overzicht van alle internationale activiteiten van RIKZ. Het resultaat daarvan is terug te vinden in bijlage 2. Deze werd gepresenteerd ten tijde van de Workshop Internationaal op 9 oktober 2001, waarbij tevens de volgende uitgangspunten werden vastgesteld:

Uitgangspunt 1: mede gegeven de internationalisering van het beleid en de kennisontwikkeling (EU en mondiaal), is binnen RIKZ een verdere integratie van internationale en nationale activiteiten essentieel,

Uitgangspunt 2: RIKZs internationale werkvelden zijn een vertaalslag van in voorbereiding zijnde of bestaande EU regelgeving, door Nederland ondertekende conventies en afspraken, en regerings-, VenW cq RWS nota’s,

Uitgangspunt 3: de afdeling ABI stuurt en coördineert dit proces (zoals verwoord in de voorgaande uitgangspunten), om o.a. een optimale interne en externe communicatie te kunnen bewerkstelligen. De eindverantwoordelijkheid ten aanzien van de uitvoering ligt daarbij bij de HID, Hoofdafdelingshoofden en Afdelingshoofden, die de internationale dimensies strategisch vertalen in SBP (HID), Hoofdafdelingsplannen (HAH) en Afdelings- plannen (Afdelingshoofden),

Uitgangspunt 4: veel internationale activiteiten zijn een standaard onderdeel van ons werkpakket cq onze projecten en zullen daarom begrotingstechnisch op nationale (deel)projecten worden afgerekend,

Uitgangspunt 5: om het dienstbrede karakter verder vorm en inhoud te geven, alsmede tot een inhoudelijk vervolgproces (met o.a. een zwakte/sterkte analyse cq prioriteitsstelling van internationale werkvelden) te kunnen komen, dient er in deze een goede synergie te zijn tussen de (hoofd)afdelingen.

(4)

• Thematische workshops t.b.v. inhoudelijke synergie en het prioriteren (periode november 2001 – januari 2002)

Volgend op de Workshop "RIKZ Internationaal" zijn drie workshops gehouden over resp. de thema’s ‘kust en veiligheid’, ‘stoffen’ en ‘biodiversiteit’. Deelnemers waren de meest

betrokken afdelingshoofden en medewerkers van OS, IT en AB, inclusief een brede vertegenwoordiging van ABI.

Op basis van de discussies in de workshops en in bilaterale gesprekken kan geconcludeerd worden dat de hieronder genoemde speerpunten goed aansluiten bij de nationale en

internationale activiteiten. De geïdentificeerde speerpunten zijn:

1. Veiligheid; klimaat, zeespiegelstijging, risico i.r.t. water en ruimte 2. Integraal kustbeheer; tbv. duurzame ontwikkeling

3. Integraal waterbeheer / waterkwaliteit; t.b.v. duurzaam gebruik van water

4. Biodiversiteit / Inrichting & gebruik; t.b.v. behoud en herstel van ecosystemen en specifieke soorten en habitats binnen de context van duurzame ontwikkeling

Informatie-management is een belangrijk speerpunt voor RIKZ. Dit is echter faciliterend voor alle bovengenoemde speerpunten. Ook het thema ‘vermaatschappelijking’, met andere woorden hoe verkoop ik het aan de burger, speelt een belangrijke rol bij alle speerpunten.

Over het speerpunt biodiversiteit is afgesproken dat er een interne actie gestart wordt om de relatie tussen de nationale activiteiten - van Rijkswaterstaat/V&W en andere

departementen - en de internationale activiteiten nader te verkennen en waar mogelijk te versterken. Hiervoor zal Richard Eertman (vanaf 1 april werkzaam bij ABN) verdere initiatieven nemen.

De belangrijkste internationale werkvelden zijn: Europese programma's (Kaderrichtlijn Water, Europees kustbeleid en Europees Milieuagentschap), environmental assessments (QSR’s voor bijv. OSPAR), ecosysteemkennis en harmonisatie van datamanagement (o.a.

ICES), integrated coastal zone management (Europa en ontwikkelingslanden), data- uitwisseling (EuroGoos), internationale conventies (Klimaat, Biodiversiteit, UNEP-GPA), tri- lateraal waddenbeheer, internationaal beheer van de Schelde en Noordzee

Ministersconferentie.

De verwachting is dat de betekenis van Europa voor het waterbeleid en beheer steeds belangrijker gaat worden. Veel nieuw beleid waarmee Nederland te maken krijgt in de komende jaren zal vanuit Brussel komen. Dit betekent ook dat RIKZ zich moet beraden op haar inzet richting Europa. Willen we in Europa een herkenbare positie innemen en ook invloed uitoefenen op het toekomstige beleid, dan zullen ook keuzes moeten maken ten aanzien van onze inzet in ‘Networks of excellence’, grote Europese projecten en op het aanwezig zijn in Brussel.

Daarnaast verwachten we dat de samenwerking met andere Specialistische Diensten op internationaal gebied beter zal worden. Een voorbeeld hiervan is de samenwerking met RIZA op het gebied van training en de stroomgebiedbenadering in Europa en daarbuiten.

Ook de samenwerking met andere departementen in internationale projecten zal groter worden, zoals op het gebied van integraal water- en kustbeheer (flood management).

(5)

De verwachting is ook dat RIKZ vaker gevraagd zal worden bij de voorbereiding van de Nederlandse inbreng bij grote internationale conferenties, zoals dat nu gebeurt voor Rio+10 (WSSD), Wereld Water Fora (WWF3) en conventies (COP’s).

Nationale opdrachtgevers zullen zich ook steeds meer gaan realiseren dat kennis niet alleen in Nederland, maar ook in het buitenland te halen valt.

De huidige nationale en internationale werkvelden per speerpunt zijn uitgewerkt in de tabellen van bijlage 3.

4. Tussentijdse ontwikkelingen

Ontwikkelingen binnen RWS

In FBG kader wordt gedacht om de accountstructuur van de Specialistische Diensten te versterken door het vormen van ‘loketten’, waarvan het voortouw ligt bij één van de

diensten. De hoofdstructuur bestaat uit mobiliteit nat en droog en waterbeheer. De loketten zijn in onderstaande tabel weergegeven:

Water-beheer Product

Markt BE Verkenning Aanleg/

Planstudie Beheer Peilbeheer/

kwaliteit Veiligheid Monitoring Innovatie Beleid Peilbeheer – RIZA

Kwaliteit – RIZA/RIKZ Veiligheid – DWW

RIKZ/RIZA Kerend Tij

Uitvoering RIZA/RIKZ BD DWW RIZA/RIKZ DWW

Inspectie

1)

1) BD en DWW bewaken de samenhang binnen het thema Veiligheid.

Ontwikkelingen binnen RIKZ

Binnen het MT/DT van RIKZ is, in het kader van de reorganisatie, een discussie gestart over de structuur van de hoofdafdelingen. De lijn-structuur met de huidige hoofdafdelingen (AB, OS en IT) zal daarbij niet zal veranderen. De inhoudelijke aansturing van het werk van RIKZ via de accounts zal mogelijk wel veranderen. De huidige accounts zijn gebaseerd op de opdrachtgevende diensten, zoals Regionale Directies en Hoofdkantoor. De toekomstige structuur zou kunnen lopen via de in bovenstaande tabel genoemde loketten of via een andere thematische indeling (zie ook hieronder).

5. Account Internationaal

In de huidige situatie wordt het account Internationaal meegenomen in het account

‘Hoofdkantoor RWS’. De accountmanager is het hoofd OS en de deelaccountmanager is het hoofd ABI. Ook de overige (deel)accountmanagers hebben stukken ‘internationaal’ in hun portefeuille. Deze structuur zorgt voor een versnipperde benadering van het internationale werk bij RIKZ.

(6)

Voor het versterken van de aansturing van het internationale werk en de afstemming met het nationale werk bij RIKZ liggen er daarom twee opties voor het account ‘Internationaal’ voor de hand:

1. Een specifiek account Internationaal

2. Het account Internationaal verdelen over de thematische accounts

Ad 1. Gezien de ontwikkelingen en de toenemende betekenis van het internationale werk zal in de nieuwe organisatie voldoende aandacht gegeven moeten worden aan de internationale activiteiten. Dit kan het beste gerealiseerd worden door ‘Internationaal’ een herkenbare positie te geven in de nieuwe organisatie. Ook het instellen van een account ‘Internationaal’

kan hier positief aan bijdragen. De accountmanager kan gepositioneerd zijn als hoofd van de stafafdeling Internationaal, maar kan ook een speciale positie krijgen met andere

accountmanagers bij de hoofdafdelingen.

Er zou gestreefd moeten worden naar een gemeenschappelijk account Internationaal voor alle Specialistische Diensten om het draagvlak voor Internationaal binnen V&W/RWS te versterken. In de opzet van de FBG voor de accountstructuur is dit account (nog) niet opgenomen. Ook past het niet direct in de thematische indeling zoals hierboven is aangegeven.

Ad 2. Het onderbrengen van Internationaal onder de thematische accounts versterkt de synergie tussen het nationale en internationale werk. Voor de thema’s zouden dan de speerpunten in aanmerking kunnen komen zoals die in het vorige hoofdstuk geïdentificeerd zijn. De thematische accountmanagers hebben dan de taak om onderling het internationale werk af te stemmen. De organisatorische inbedding van een (staf)afdeling Internationaal vergt bij keuze voor deze optie wel extra aandacht.

6. (Re-)Organisatievoorstellen

Waarom de organisatiestructuur aanpassen?

• Betere integratie van nationale en internationale activiteiten binnen RIKZ,

• Betere afstemming van internationale activiteiten tussen de hoofdafdelingen,

• Versterking van de aansturing en inbedding van het internationale werk binnen RIKZ,

• Beter kunnen inspelen op internationale ontwikkelingen (o.a. vermindering van risico’s m.b.t. EU-ontwikkelingen),

• Versterking van de uitvoering van het internationale werk bij RIKZ.

Doel van de (staf)afdeling Internationaal:

Doel van de (staf)afdeling Internationaal is het sturen en coördineren van de internationale activiteiten van RIKZ, waardoor RIKZ optimaal kan bijdragen aan de taken die V&W op zich heeft genomen in regionale (Noordzeelanden, buurlanden), Europese en mondiale kaders.

Omgekeerd bevordert de (staf)afdeling internationaal ook het onderhouden van internationale netwerken om het nationale waterbeleid en -beheer te ondersteunen.

(7)

Dit doel kan ondermeer bereikt worden door:

• het verkennen van nationale en internationale ontwikkelingen,

• het participeren in internationale netwerken en het onderhouden van contacten met internationale organisaties,

• het bevorderen van de integratie van nationale en internationale activiteiten, alsmede van de interne communicatie.

Internationale activiteiten worden bij RIKZ bij verschillende (hoofd)afdelingen uitgevoerd.

ABI speelt bij veel van deze activiteiten een coördinerende en/of inhoudelijke rol. De meeste activiteiten worden samen met andere afdelingen uitgevoerd. Dit is ondermeer het geval bij OSPAR, als ook projecten van het CZM-C in specifieke landen, als Vietnam en

Mozambique. Ook zijn er netwerken waarvoor de contacten en de activiteiten geheel buiten ABI omgaan, zoals ICWS, ICBS, EuroGoos, ESEAS, etc. Bij de discussie over de beste organisatievorm en plaats van het internationale werk zal hiermee rekening gehouden moeten worden.

Omdat we een versterking willen van de relatie nationaal – internationaal, zal het

internationale werk dichter bij het nationale werk geplaatst moeten worden. Dit kan onder meer inhouden dat het beter is om een internationale taak en de betrokken medewerker onder te brengen bij een andere afdeling dan ABI. Door de aansturing van het internationale werk (via de accountlijn) en de uitvoering uit elkaar te halen zal het ook eenvoudiger worden om de Uitvoeringsmanagers aan te spreken op hun verantwoordelijkheden voor het leveren van adequate capaciteit en producten van goede kwaliteit. Naarmate de afdeling

Internationaal minder bij de directe uitvoering betrokken is, kan deze relatie ook scherper zijn.

Enkele uitgangspunten bij het opstellen van de alternatieve organisatiemodellen zijn:

• de omvang van een stafafdeling is gelimiteerd: maximaal 3 à 4 personen

• een stafafdeling doet geen inhoudelijk werk

• de coördinatoren zullen zoveel mogelijk inhoudelijke activiteiten combineren met hun coördinerende taken

De afdeling ABI heeft in de periode februari-maart 2002 een aantal discussiebijeenkomsten gehouden met als doel voorstellen te bespreken over de organisatie van het internationale werk bij RIKZ. Daarnaast zijn er een groot aantal bilaterale gesprekken geweest met

vertegenwoordigers van de (hoofd)afdelingen AB, OS en IT, om de ideeën te toetsen en om een gemeenschappelijk draagvlak te vinden bij RIKZ.

In bijlage 4 zijn een aantal alternatieven uitgewerkt met de desbetreffende voor- en nadelen van de gekozen structuur. Tevens is daar een korte taakomschrijving van mogelijke functies aangegeven.

(8)

7. Conclusies en aanbevelingen

Gegeven de doelen:

• RIKZ-brede coördinatie van internationale activiteiten,

• versterking van de integratie tussen nationaal en internationale activiteiten van RIKZ en de op basis hiervan gevoerde gesprekken met vertegenwoordigers van de (hoofd)af- delingen van AB, OS en IT, alsmede binnen de eigen afdeling, is er een duidelijke voorkeur voor de in bijlage 4 vermelde optie 6.

Daarbij wordt er een apart account internationaal gevormd, bij voorkeur in FBG-verband. De coördinatie van het internationale werk gebeurt door (project)coördinatoren bij de

(hoofd)afdelingen, die - zijnde uitvoeringsmanager - ook als taak hebben om de uitvoering van het werk met de accountmanager(s) RIKZ-breed af te stemmen. Dit op een reguliere basis.

De (project)coördinatoren hebben verder de taak om de kwaliteit van de internationale activiteiten van RIKZ te bevorderen. Zij overleggen regelmatig met alle bij internationaal werk betrokken medewerkers binnen de (hoofd)afdeling, maar ook met de andere (project)coördinatoren.

Het organigram daarbij zou als volgt zijn:

Hfd AM

Veiligheid

Internationaal

...

....

Basis Informatie

projectldr projectldr afd. hoofd

projectldr projectldr afd. hoofd afd. hoofd Hfd AB

projectldr projectldr afd. hoofd

projectldr ptrojectldr afd. hoofd Hfd OS

afd. hoofd

preojectldr projectldr afd. hoofd Hfd IT HID

(9)

De taken van de AM Internationaal zouden daarbij zijn:

Tav de opdrachtgevers

• het, naast HK/DG Water, onderhouden van de (klanten)contacten met de andere SDs (voorstel ABI), EU, andere Ministeries, etc.

Tav de inhoudelijke afstemming (= rode lijn)

• het, volgens de AM lijn, financieel/inhoudelijk, aansturen van de projectleiders (= uitvoeringsmanagers)

Waarbij:

* de projectleiders feitelijk de coördinatoren zijn, met daarnaast ook inhoudelijke taken . Voorbeelden daarvan: OSPAR, ICES, EuroGoos, etc.

* om het belang van de EU binnen RIKZ te versterken er ook één (dienstbreed

coördinerende) EU senior projectleider (ook met inhoudelijke taken) dient te worden aangesteld

* AM Internationaal en projectleiders/coördinatoren gezamenlijk, regulier overleg met elkaar hebben

De randvoorwaarden ten aanzien van deze optie zijn:

• er dient voldoende ondersteuning van de staf en het accountmanagement te zijn om het internationale werk goed te kunnen uitzetten en uitvoeren binnen RIKZ,

• de verandering(en) dienen een dienstbrede versterking van internationaal binnen alle Hoofdafdelingen te bewerkstelligen,

• om adequate sturing te kunnen geven aan het internationale werk moeten de coördinatoren in de gelegenheid gesteld worden om goede contacten te

onderhouden met de accountmanager(s) die het internationale werk aanstuurt (=

blauwe lijn),

• coördinatoren van internationale activiteiten zullen ook inhoudelijk werk moeten kunnen doen om voldoende binding te houden met het internationale netwerk.

• op het moment dat de mensen van ABI zullen gaan overstappen naar andere (hoofd)afdelingen dient dan te zijn op basis van :

o een inhoudelijke relatie tussen het huidige werkpakket van de mensen en het profiel en takenpakket van de ontvangende (hoofd)afdeling;

o het zoveel mogelijk behouden van de huidige inhoudelijke samenwerkingsverbanden of clustering binnen ABI.

Een tweede voorkeur is optie 4, waarbij de coördinatie van het Internationale werk van RIKZ herkenbaarder in de organisatie is ingebed door een stafafdeling onder de HID. Voorwaarde bij deze optie is de combinatie met het accountmanagement Internationaal.

(10)

Voor beide opties geldt dat specifieke werkvelden of organisatie onderdelen, zoals bijv. het CZM-Centre (incl. coördinatie), OSPAR-coördinatie, ICES-coördinatie en EU-coördinatie, ondergebracht dienen te worden bij die afdelingen binnen de hoofdafdelingen waar deze het beste aansluiten bij het profiel en takenpakket van de afdeling. Hiermee kan tevens bereikt worden dat de synergie tussen nationale en internationale activiteiten versterkt wordt. Dit sluit ook aan bij de voorkeuren van de Staf AB voor de structuur van de hoofdafdeling.

(11)

Bijlage 1

Afkortingen RIKZ Internationaal

BPN RWS Beheersplan Nat

CBD UN Convention on Biodiversity CIW Commissie Integraal Waterbeheer COP Conference of Parties

CZMC Coastal Zone Management Centre

DGIS Directoraat-Generaal Internationale Samenwerking Ministerie van Buitenlandse Zaken

EIONET Europees Milieu-informatie en Observatie Netwerk EMA Europees Milieu Agentschap

ESEAS Europese coördinatie waterstandsmetingen

EU Europese Unie

GPA UNEP Global Program of Action for the Protection of the Marine Environment from Land-based Activities

ICBS Internationale Commissie ter Bescherming van de Schelde ICES International Council for the Exploration of the Sea

ICZM Integrated Coastal Zone Management IDOK Informatie en Documentatie Centrum

IGBP/LOICZ International Geosphere Biosphere Program / Land-Ocean Interactions in the Coastal Zone Project

IMO International Maritime Organisation

IPCC Intergovernmental Panel on Climate Change IWS Internationaal Wadden Secretariaat (TWS)

KRW Europese Kaderrichtlijn Water

MOU Memorandum of Understanding

NOGEPA Netherlands Oil and Gas Exploration and Production Association NSCMG North Sea Coastal Managers Group

NW4 4e Nota Waterhuishouding NWP Netherlands Water Partnership

OECD Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling OSPAR Convention for the Protection of the Marine Environment of the

North-East Atlantic (Oslo-Paris Commission) POK Provinciaal Overlegorgaan Kust

QSR Quality Status Report PvW Partners voor Water

STAS Staatssecretaris van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat

SVSD Stormvloed Waarschuwingsdienst

TMAG Trilateral Monitoring and Assessment Group (TWS) TWG Trilateral Working Group (TWS)

TWS Trilateral Co-operation on the Protection of the Wadden Sea UNCBD United Nations Convention on Biodiversity

UNEP United Nations Environmental Program

UNFCCC United Nations Framework Convention on Climate Change

WSV Watersysteem Verkenningen

WSSD World Summit on Sustainable Development (Rio+10) WvZ Wet Verontreiniging Zeewater

WWF Wereld Water Forum

(12)

Bijlage 2

Inventarisatie internationale activiteiten RIKZ september 2001

Gevraagd is om volgens het volgende stramien aan te leveren:

1. korte omschrijving van het mandaat/doelstelling, etc. van het desbetr.

Gremium

2. aan welke werkgroepen RIKZ deelneemt cq welke afdelingen/personen

3. het belang van RIKZs deelname aan het desbetreffende gremium

(13)

CBD

Doelstelling:

De Biodiversiteitconventie heeft als doel het veilig stellen van de Biodiversiteit wereldwijd.

In het Jakarta Mandaat en het bijbehorende werkprogramma is de mariene component van de Conventie vastgelegd.

RIKZ deelname:

ABI (Carien van Zwol) adviseert met betrekking tot mariene zaken en cross-cutting issues zoals indicatoren voor Nederlandse inbreng in de technische SBSTA vergaderingen en de Conference of Parties op verzoek van LNV. Zo nodig worden vergaderingen bijgewoond als dat op grond van de agenda noodzakelijk lijkt.

Verder wordt door RIKZ mede invulling gegeven aan de nationale en internationale

verplichtingen die het CBD met zich meebrengt (voortgangsrapportages en assistentie aan derden), uiteraard ook met de focus op mariene zaken.

RIKZ belang:

De Conventie is door Nederland ondertekend en LNV heeft de verschillende werkvelden ondergebracht bij de meest relevante instellingen. Het RIKZ participiceert daarom voor mariene zaken en cross cutting issues. Onze deelname vereenvoudigt afstemming met regionaal werk (Noordzee,OSPAR Annex V) gericht op behoud van Biodiversiteit.

CEN/TC318 Doelstelling:

Ontwikkelen en vaststellen van standaarden voor het meten in/aan water (hydrometrie) voor EU-landen;

deze standaarden zijn voor lidstaten verplicht (in tegenstelling tot ISO)

RIKZ-deelname:

* commissie TC318: Jan Bosman

* werkgroep Data-exchange formats: Jan van Schoonhoven

RIKZ-belang:

Bij uitvoering KRW zal Brussel waar mogelijk de eigen (CEN)normen opleggen. Dit raakt direct aan onze landelijke monitoringstaak

CoastBase Doelstelling:

CoastBase is a co-operative effort of several European institutes and organisations and its primary objective is to contribute to improved marine and coastal environmental assessment and policy development. It also aims to promote effective and sustained pan-European co- operation in information exchange.

RIKZ deelname:

Hugo Niesing, e.a.

RIKZ belang:

CoastBase will build a multilingual technical architecture that allows the search, access and retrieval of information derived from different sources. Within CoastBase, modules convert

(14)

and aggregate this information into European level ‘indicators’ and the built-in feedback module will provide automatic information flow and feedback to local sources and

information custodians. It will also focus on facilitating communication among different levels of authority in European organisations, as such communication is essential to put the newly developed techniques in to practice and make the system operational.

EMA

Doelstelling:

Het RIKZ is National Reference Centre voor wat betreft kust en zee voor het Europese Milieu Agentschap (EMA) en EIONET partner in relatie tot het ETC/WTR. In de periode 1995-2001 was RIKZ partner in het thema centrum Marine and Coastal Environment dat deel uit maakte van het EMA. RIKZ staat op de short list van het EMA voor tendering ter ondersteuning van de realisering van EEA producten.

In de huidige rol ondersteunt het RIKZ in opdracht van HK het Europees Milieu Agenschap in Kopenhangen in de uitvoering van haar doelstellingen:

de verdere ontwikkeling en coördinatie van het Europese Milieu-informatie en Observatie Netwerk (EIONET) met de bij het EMA aangesloten landen;

het verzamelen van data, gebruikmakend van EIONET, de vergelijkbaarheid van de data en informatie te verbeteren bij te dragen aan rapportages en implementatie van regelgeving

het voorzien van informatie aan de instituten van de EC en de bij het EMA aangesloten landen ,die deze nodig hebben om gezonde en effectief beleid te kaderen en te

implementeren

het regelmatig publiceren van status en trends rapporten over het Milieu van Europa het regelmatig publiceren van indicator rapporten en monografieën over speciale onderwerpen

het realiseren van brede verspreiding van en toegang tot milieu-informatie

samenwerken met andere EMA landen en EU instellingen en anderen om dubbelwerk te voorkomen en toegevoegde waarde te leveren.

RIKZ deelname:

De Management Board van EEA heeft een nationale vertegenwoordiging. Nl levert met Zoeteman de vz Management board. Vanuit RIKZ is Jannete van Buuren aanspreekpunt RIKZ belang:

RIKZ is National Reference Centre. Voor NL is er op het onderwerp Marine en Coastal Environment geen alternatief instituut om deze taak te behartigen. In verband met eigen database ontwikkelingen en de implementatie van de Kader Richtlijn Water is het belangrijk de lijnen naar het EEA kort te houden.

De belangrijkste taak voor het RIKZ in het jaar 2001 en 2002 is het aanleveren van een update van voor het EMA beschikbare basis gegevens; de parameters worden door het EMA gespecificeerd. Het betreft state en pressure indicatoren voor eutrofiëring en harmful substances. Hiervoor heeft ETC/WTR een aanzet voor een protocol geleverd.

(15)

ESEAS Doelstelling:

Het doel van ESEAS is het versterken van het gebruik van waterstandsgegevens en

gerelateerde gegevens zowel in wetenschappelijke als niet-wetenschappelijke toepassingen.

Tot de taken behoren de coördinatie van waterstandsmetingen langs de Europese kust, het instellen van standaards voor waterstandsmetingen en het bevorderen van de analyse van de waarnemingen en de productie van informatieproducten. Alle activiteiten van ESEAS zijn gebaseerd op vrijwillige bijdragen van de deelnemers en worden volledig gefinancierd door de deelnemende organisaties.

RIKZ deelname:

In het Governing Board zal Nederland worden vertegenwoordigd door hoofd ITB. Voorlopig wordt dit waargenomen door Nico Kaaijk.

RIKZ belang:

het vergroten van het inzicht in het fenomeen zeespiegelstijging zoals dat volgt uit waarnemingen

gebruik maken van kennis buiten Nederland en inbreng van Nederlandse expertise standaardisatie van meten, verwerken en analyseren van waterstandsgegevens ESODAE (European Shelf Seas Ocean Data Data assimilation and Forecast Experiment)

Doelstelling:

The ESODAE project is a collaboration between a number of European organisations, interested in the development of models to analyse and forecast the oceans of the North West European shelf, with a particular interest in the use of data assimilation techniques.

The project is being carried out within the framework of the Marine Science and Technology Programme (MAST-III), funded by the European Union, and presently takes the form of a Concerted Action, representing Phase 1, with the actual experiment being realised in future phases. The present objective is that some of these future phases will run in conjunction with the Global Ocean Data Assimilation Experiment (GODAE).

RIKZ deelname:

RIKZ is partner in the ESODAE project.

EUROCAT (European Catchments) Doelstelling:

The EUROCAT project is supported by the European 5th framework programme. The overall goal is the achievement of an integrated catchment management and sustainable use of water resources at a catchment scale. The project aims to integrate natural and social science to link the impacts affecting the coastal sea to the human activities developed along the catchments.

EuroGOOS Doelstelling:

Het operationaliseren van mariene observatiesystemen op regionale schaal (bijv. North West European shelf);

(16)

Het promoten van een effectieve en concurrerende Europese maritieme industrie;

Het ontwikkelen van een nieuwe ‘business’; operationele oceanografie;

Het bevorderen van integraal management van de maritieme resources;

Het beschermen van het milieu;

Introduceren van moderne technologie ter bescherming van onze natuurlijke bronnen.

RIKZ deelname:

Van de oprichting af is het RIKZ nauw betrokken geweest bij EuroGOOS.

EuroGOOS als centrale organisatie:

Van ’95 tot begin 1999 was Droppert (destijds hoofd IT) officer van EuroGOOS Sinds eind 1998 is Tromp (toen HID van RIKZ) Chairman van EuroGOOS.

Gedurende heel 2001 is Behrens voor 80% van zijn tijd uitgeleend als Technical Director aan het EuroGOOS Office.

TPWG

Voorgezeten door Bosman tot 1997; van Ruiten participeerde namens RIKZ.

NWSTT

Sinds begin 1999 en vervult Droppert de rol van Chairman van het NWSTT.

Behrens is secretaris, andere RIKZ deelnemers zijn: Borst en van Ruiten. Daarnaast zijn – afhankelijk van de agenda – van Schoonhoven, Philippart, Verlaan en de Ronde bij

vergaderingen geweest. Vanuit Nederland was er ook inbreng van Directie Noordzee (DNZ), het Waterloopkundig Laboratorium (WL), NWO/ALW, en KNMI.

RIKZ belang:

RIKZ speelt als voorzitter van de North West Shelf Task Team en voorzitter van EuroGOOS Nederland een belangrijke rol in EuroGOOS. Eveneens doet het RIKZ samen met

(internationale) partners mee in projecten die duidelijk verbonden zijn aan operationele oceanografie.

GPA (Global Programme of Action for the Protection of the Marine Environment from Land-based Activities)

Doelstelling:

In 1982, with the adoption of the United Nations Convention on the Law of the Sea

(UNCLOS), nations began to consider the problem of land-based sources of pollution from a global perspective. UNCLOS obligates Parties to protect and preserve the marine

environment by co-operating regionally and globally, and to adopt laws and regulations to deal with land-based sources of marine pollution.

The GPA was officially launched in November 1995, now considered an historic moment for the protection of the marine environment. At an intergovernmental conference in Washington DC, more than 100 countries declared their commitment to protect and preserve it from the harmful effects of land-based activities, and invited UNEP to act as the GPA Secretariat.

The agreement includes an action plan for curbing and controlling pollution, habitat destruction and other land-based activities affecting coastal and marine ecosystems.

Although it is not binding, it provides a framework for addressing some of the most significant threats to marine ecosystems.

RIKZ deelname:

Beljaars en Van der Star (host institution). De Jong, Coppoolse en Van Zwol (inhoud)

(17)

RIKZ belang:

RIKZ is “host institution” van GPA ICBS

Doelstelling:

Overleg in de diverse fora van de ICBS (Internationale Commissie voor de Bescherming van de Schelde). Oog-, oor- en mondfunctie m.b.t. de internationale ontwikkelingen van het Waterbeleid en dat in het stroomgebied van de Schelde in het bijzonder. Uitvoeren samen met Directie Zeeland, RIZA en andere betrokkenen van gemeenschappelijke of individueel voor Nederland geformuleerde acties zoals vermeld in het eerste Schelde Actieprogramma.

RIKZ deelname:

ICBS plenaire vergadering: M. Beljaars

Nationaal vooroverleg plenaire vergadering: M. Beljaars, B. van Eck ABD

Delegatieleidersoverleg: eerste vervanger bij afwezigheid van H. Dijk of W. Broeders is M.

Beljaars

Nationaal vooroverleg delegatieleidersoverleg: M. Beljaars, B. van Eck ABD

Werkgroep 1 Waterkwaliteit. Nederlands delegatieleider M. Beljaars. Secretaris B. van Eck ABD.

Werkgroep 2 Emissies. Delegatielid B. van Eck ABD

Nationaal vooroverleg werkgroep 1 en 2. Voorzitter afwisselend M. Beljaars HID RIKZ en P.

Donk hoofd AX dir. Zeeland. Secretarissen B. van Eck ABD en S. Borowski AXB dir.

Zeeland.

Werkgroep homogeen meetnet Nederlands delegatieleider B. van Eck ABD.

Nationaal overleg uitvoering homogeen meetnet Nederland. B. van Eck voorzitter. Secretaris F. Lefevre ABD. Leden O. Swertz, H. van Zeijl, W. Verlinde ITB, E. Evers, D. Bril, W.

Schreurs ITL

Werkgroep biologisch meetnet. Delegatielid Birgit Dauwe ABD

Uitvoering acties eerste Schelde Actieprogramma. F. Lefevre, B. van Eck, B. Dauwe ABD met soms kleine bijdragen (1-4 uur) andere RIKZ’ers.

Overige (sub)werkgroepen: geen RIKZ deelnemers of bijdragen.

RIKZ belang:

Voor het RIKZ en met name de vestiging Middelburg is het overleg in de diverse fora van de ICBS (Internationale Commissie voor de Bescherming van de Schelde) en de oog-, oor- en mondfunctie m.b.t. de internationale ontwikkelingen van het Waterbeleid en dat in het stroomgebied van de Schelde in het bijzonder van wezenlijk belang. Verder wordt het homogeen meetnet ICBS deel Nederland uitgevoerd onder de vlag van het landelijke monitorprogramma waarvan RIKZ en RIZA projectleiders zijn.

Verder is voor RIKZ essentieel om een bijdrage te leveren aan het uitvoeren samen met Directie Zeeland, RIZA en andere betrokkenen van gemeenschappelijke of individueel voor Nederland geformuleerde acties zoals vermeld in het eerste Schelde Actieprogramma.

ICES

Doelstelling:

ICES is the oldest intergovernmental organisation in the world concerned with marine and fisheries science. Since its establishment in Copenhagen in 1902, ICES has been a leading scientific forum for the exchange of information and ideas on the sea and its living resources,

(18)

and for the promotion and co-ordination of marine research by scientists within its Member Countries.

Since the 1970s, a major area of ICES work as an intergovernmental marine science organisation is to provide information and advice to Member Country governments and international regulatory commissions (including the European Commission) for the protection of the marine environment and for fisheries conservation.

RIKZ deelname:

Delegate (M. Knoester), ACE (Jagtman, Janssen), SGPA (Lanters), ACME (Laane), WGITMO (Wetsteyn), WGECO (Lanters/Zevenboom), SGQAE (Latuhihin), SGBOSV (Wetsteyn), WGOH (de Kok), WGMDM (Kaaijk), WGPE (Bot), WGHABD (Peperzak), MHC (Jagtman), WGMHM (Jagtman en de Jong), BEWG (Essink), WGBEC (Vethaak), WGSAEM (Duin), WGMS (Smedes), MCWG (Evers), WGPDMO (Vethaak), SGEF (Walker) en

Projectleider (Scheffers) RIKZ belang:

Het domein wat ICES bestrijkt heeft vele raakvlakken met de gebieden waarop RIKZ competent is, en taken heeft

ICES stelt op basis van breed internationaal wetenschappelijk draagvlak adviezen op die van belang zijn voor opdrachtgevers van RIKZ

ICES is een forum voor het internationaal toetsen van wetenschappelijk inzicht en afstemmen van methodieken

IPCC

Doelstelling:

Het IPCC heeft als doel beleidsmakers te voorzien van beschikbare objectieve natuurwetenschappelijke, technische en sociaal-economische informatie over

klimaatverandering. Daarnaast geeft het IPCC aan wat de gevolgen van klimaatverandering zijn op het milieu en de maatschappij. Het IPCC is een intergouvernementeel lichaam dat ten behoeve van de meer dan 180 partijen van het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties bovengenoemde doelstelling nastreeft.

RIKZ deelname:

Deelname aan NL-se IPCC coordinatiegroep: T. Bucx (ABI)

RIKZ belang:

* gezien het belang van het IPCC voor beleidsvoorbereiding is het gewenst om tijdig en goed op de

hoogte te blijven en gebruik te kunnen maken van het IPCC-netwerk.

* Kennisontwikkeling en kennisoverdracht IWS

Doelstelling:

Betreft de trilaterale samenwerking (NL-D-DK) ten behoeve van het beheer van het internationale Waddenzeegebied. LNV is verantwoordelijk ministerie. VenW levert belangrijke bijdragen.

Rikz deelname:

>> TWG = Trilateral Working Group

RIKZ ondersteunt de VenW vertegenwoordiger in de TWG

(19)

>> TMAG = Trilateral Monitoring and Assessment Group RIKZ is voorzitter van de NL delegatie naar de TMAG

RIKZ levert inhoudelijke bijdragen en draagt bij aan de implementatie van het data management.

>> TDG = Trilateral Data Handling Group (werkt onder de TMAG)

RIKZ neemt deel in de TWG voor sturing en begeleiding van het data management proces RIKZ belang:

>> TWG: ondersteuning leveren vanuit gebiedskennis Waddenzee en vakinhoudelijke kennis

>> TMAG: onlosmakelijke relatie tussen TMAP( =Trilateraal Monitoring and Assessment Programme) en het MWTL dat door RIKZ in de Waddenzee wordt uitgevoerd.

>> TDG: onlosmakelijke relatie tussen Trilateraal Data Management en DONAR/MWTL LOICZ

Doelstelling:

LOICZ is a Core Project of the International Geosphere-Biosphere Programme (IGBP) of the International Council of Scientific Unions (ICSU). IGBP’s goal is to describe and study the interactive physical and biological processes that regulate the Earth system, the unique environment that it provides for life, the changes that are occurring and how they are influenced by human actions. IGBP has established an integrated, multi-disciplinary research programme consisting of eight Core projects, like LOICZ, studying aspects of the Earth system, as well as three Framework Activities that address data management, modelling and capacity building. LOICZ is one of the core projects.

RIKZ deelname:

Maarten Scheffers: Liaison Officer tussen internationaal LOICZ projectbureau en CZM-C Remi Laane en Saa Kabuta: EUROCAT project

Incidenteel nemen RIKZ’ers deel in workshops RIKZ belang:

Internationaal ontwikkelde kennis kan toegepast worden in nationale projecten en ook in internationale CZM-projecten. Bijvoorbeeld: typologische indeling van kusten, ervaring met DPSIR-framework, catchment benadering. Ook het recent ontwikkelde informele netwerk m.b.t. “Modified Mega deltas” kan een belangrijk forum worden voor de uitwisseling van ervaring met het managen van delta’s. Het is ‘n vervolg op de Delta conferentie van 1998.

MEDCOAST Doelstelling:

1. Medcoast is an international network for Integrated Coastal Zone Management in the Mediterranean and Black Sea. It concerns science, policy and management. Medcoast will become an international Foundation this year. The Medcoast Secretariat is at the Middle East Technical University in Ankara, Turkey.

I have been one of the founding members of the network and still participate in the executive committee.

2. Medcoast has three main activities: (i) international conferences; (ii) Medcoast Institute, an international training programme, and (iii) workshops on specific items.

(20)

I participate in the Medcoast Institute. It concerns training and capacity building in ICZM to middle class-senior government officials, managers and scientists of countries around the Mediterranean and Black Sea.

RIKZ deelname:

RIKZ participation is of importance because Eastern Europe (and the Med) is priority region for CZM-C and RWS and because training and capacity building is one of the main activities of CZM-C. Some of the Medcoast countries are pre-accession countries to the EU

(Rumania, Bulgaria). RIKZ has done work in countries around the Black Sea in the recent past. The Danube Delta has seen a long cooperation with RIZA.

The participation in Medcoast gremium is low profile (ca 4 days per year on average, no funding).

Oceans2002 Doelstelling:

Algemeen technische innovatie m.b.t. studie van oceanografische processen, i.h.b.

stimuleren/publiceren van nieuwe technische ontwikkelingen in de meettechnieken.

Organisatie (Noord-)Amerikaans (IEEE).

RIKZ deelname:

Jan Bosman draait al enige jaren mee in het Technical Program Committee RIKZ-belang:

Profilering van RWS/RIKZ in USA/Canada op (meet)technologisch gebied OSPAR

Doelstelling:

Conventietekst: ‘The contracting parties shall, in accordance with the provisions of the Convention, take all possible steps to prevent and eliminate pollution and shall take the necessary measures to protect the maritime area against the adverse effects of human activities so as to safeguard human health and to conserve marine ecosystems and, when practicable, restore marine areas which have been adversely affected.’

RIKZ deelname:

RIKZ levert actieve bijdragen aan de committees ASMO (Assessment and Monitoring, Enserink), EUC (Eutrophication, Bot), en BDC (Biodiversity, van Zwol), en aan de werkgroepen SIME (Concentrations, Trends and Effects of Substances in the Marine Environment, Swertz), INPUT (Inputs to the Marine Environment, Stolwijk), MON (Monitoring, Swertz) en SPS (Priority Substances, Pijnenburg).

RIKZ belang:

De Conventie is door Nederland ondertekend en HKW heeft de verschillende werkvelden ondergebracht bij de meest relevante instellingen. Het RIKZ levert monitoringgegevens, en draagt bij aan de ontwikkeling en implementatie van o.a. trenddetectie, selectie van

prioritaire stoffen, quality assurance, en gegevensuitwisseling en –opslag. Tevens participeert het RIKZ in environmental assessments, zowel thematisch (eutrofiëring, biodiversiteit) als het gehele werkveld bestrijkend (Quality Status Reports).

(21)

NORTH SEA COMMISSION Doelstelling:

North Sea Commission Strategy 1999 – 2006: ‘The main objective of the NSC is to establish a framework for a future North Sea Region in Europe and to ensure recognition of this region as an area with numerous development potentials. This development must recognize the need for sustainability of the whole area as well as for more limited areas. The main objectives of the NSC includes the crucial importance of developing guarantees for a sustainable society and an improved quality of life.’

In maart 2002 wordt de vijfde Noordzeeministersconferentie gehouden.

RIKZ deelname:

In de voorbereidingen voor de vijfde Noordzeeministersconferentie is het RIKZ in de eerste plaats mede verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een set van Ecological Quality Objectives (EcoQOs). Daarnaast draagt het RIKZ bij aan de voortgangsrapportage, die als basis dient voor de Conferentie, en aan het opstellen van de ministersverklaring.

RIKZ belang:

Bovenstaande activiteiten vloeien voort uit de afspraken die zijn gemaakt tijdens voorgaande Noordzeeministersconferenties en die worden gecoördineerd door HKW en DNZ. Met de bijdrage aan EcoQOs maakt het RIKZ gebruik van de expertise die is opgedaan in het project GONZ en profileert het RIKZ zich op het gebied van ‘ecosystem approach to marine management’, een belangrijke, internationaal geaccepteerde beleidsdoelstelling.

QUASIMEME (Quality Assurance of Chemical and Biological Effects Measurement in Marine Environmental Monitoring)

Doelstelling:

Between 1993 and 1996 the European Union (EU) supported the development of an holistic quality assurance programme for marine environmental monitoring information in Europe. At its start 48 laboratories from 16 countries participated. As a result of this pioneering project it has been possible to build a marine network and maintain regular laboratory performance studies for most of the main chemical determinants measured in the marine environmental programmes, for both monitoring and research purposes. The information exchange encouraged by this scheme and the opportunity to verify the laboratory performance was clearly of significant value to those who participated. Now the programme is open for all laboratories that make chemical measurements in the marine environment through a simple subscription scheme.

RIKZ deelname:

RIKZ laboratory is participating and belongs to the top ten of best performers.

TWS (the Trilateral Co-operation on the Protection of the Wadden Sea) Doelstelling:

Since 1978, the responsible ministries of the Netherlands, Denmark and Germany have been working together on the protection and conservation of the Wadden Sea covering management, monitoring and research, as well as political matters:

RIKZ deelname:

Karel essink, e.a.

(22)

UNFCCC - The secretariat Doelstelling:

The COP, subsidiary bodies and Bureaux are serviced by a secretariat, whose mandate is laid out in general terms in Article 8 of the Convention. The main functions of the secretariat are to make practical arrangements for sessions of the Convention bodies, to assist Parties in implementing their commitments, to provide support to on-going negotiations and to coordinate with the secretariats of other relevant international bodies, notably the Global Environment Facility (GEF) and the Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC).

Specific tasks of the secretariat include the preparation of official documents for the COP and subsidiary bodies, the coordination of in-depth reviews of Annex I Party national communications and the compilation of greenhouse gas inventory data.

RIKZ deelname:

Contacten met UNFCCC secretariaat worden momenteel aangehaald, m.n. door in overleg met het secretariaat een side event op COP7 te organiseren: T. Bucx / F. v/d Meulen (ABI) RIKZ Belang:

bijdragen aan voorbereiden en implementatie klimaatverdrag (UNFCCC) gebruik kunnen maken van het UNFCCC-netwerk

kennisontwikkeling en kennisoverdracht

UNICPOLOS Doelstelling:

Informele werkgroep onder de Verenigde Naties met als onderwerp Oceanen en het

Zeerechtverdrag. Jaarlijks wordt door de VN een rapportage over Oceanen aangeboden aan de General Assembly, UNICPOLOS groep heeft als belangrijke taak dit rapport in de

aanloop naar de GA voor de landen te screenen op onderwerpen waarop de VN actie zou moeten ondernemen. Ook beter coordinatie van de activiteiten van verschillende VN

groepen is een belangrijke taak. De groep is tijdelijk ingesteld, in 2002 zal worden bezien of de groep verlengd wordt, een permanent karakter krijgt dan wel wordt opgeheven.

RIKZ deelname:

ABI (Carien van Zwol) bereidt de vergaderingen voor op verzoek van de hoofddirectie, afd AI, en woont samen met een afgevaardigde van de Hoofddirectie de vergadering bij.

RIKZ belang:

De onderwerpen die in UNICPOLOS aan de orde komen zijn van technisch/inhoudelijke aard, al zij dat op hoofdlijnen. Daarom is door de Hoofddirectie om assistentie gevraagd vanuit het RIKZ. Door onze aanwezigheid kan ook consistentie binnen CBD en andere VN organen worden veilig gesteld.

North Sea Coastal Managers Group (NSCMG) Doelstelling:

Informele werkgroep van kustbeheerders en beleidsmakers langs de Noordzee (België, Duitsland, Denemarken, Engeland en Nederland) met als belangrijkste doelstelling het

(23)

uitwisselen van kennis en ervaring en het gezamenlijk sturen van onderzoek en

verkenningen. Na een bescheiden begin (waarin vooral aan kennisuitwisseling en toetsing werd gedaan), krijgt het werk van de groep een steeds operationeler karakter, zowel ten aanzien van onderzoek als ten aanzien van beleid en beheer. Voor het onderzoek werpt de NSCMG zich op als internationale klankbordgroep voor een aantal INTERREG-projecten, die door de deelnemende zullen worden uitgevoerd. Bij beleid en beheer zijn voorzichtige pogingen in gang gezet om gezamenlijke standpunten en procedures te ontwikkelen voor bijvoorbeeld beleidsevaluaties.

RIKZ deelname:

Richard Jorissen bereidt in samenwerking met Bart Parmet (DWW) de NSCMG voor op verzoek van de hoofddirectie, afdeling AK. De Nederlandse delegatie bestaat uit van der Hoek, Parmet en Jorissen.

RIKZ belang:

NSCMG richt zich op de feitelijke praktijk van beleid en beheer en de sturing van

onderzoek(svragen). Voor RIKZ is dit netwerk van groot belang omdat er voor deze praktijk weinig praktische overleggen zijn tussen de verantwoordelijke overheden.

(24)

Bijlage 2 Conclusies van de workshops m.b.t. de inhoudelijk speerpunten en werkvelden

Thema Wat kunnen we uitdragen naar het buitenland?

Wat en/of hoe kunnen we leren van het buitenland?

Wat zouden we kunnen/moeten doen?

1. Veiligheid - lange termijn denken m.b.t. klimaat en kwetsbaarheid (o.a. scenario ontwikkeling)

- opzetten monitoring netwerken (kustmonitoring, SVSD)

- risicobenadering veiligheid - voorbeeldgebieden

(referentiegebieden) met vergelijkbare kusten in meer natuurlijke staat, die ook veilig kunnen zijn; welke landen?

- Uitdragen van ervaringen m.b.t. early warning

- Leren in buitenland m.b.t.

risicobenadering

2. Integraal kustbeheer - implementatie van concept van integraal kustbeheer (o.a.

stakeholder participatie)

- ruimtelijke ordening: de inpassing van grote infrastructurele werken

(concept Water & Ruimte) - ontwikkeling van modellen

(morfologische modellen,

hydraulische modellen (getij/golven), data-assimilatie); ook eenvoudige tools beschikbaar

- Stroomgebied benadering Internationaal:

- institutionele ondersteuning (ABK) - technische ondersteuning (o.a.

erosiebestrijding en modellen (OSF)) - kennismakelaar (ABK)

- bijeenbrengen van partijen (bijv.

stimuleren van samenwerking tussen departementen) (ABK)

Nationaal:

- begeleider van uitbestedingen aan andere kennisinstituten die betrokken zijn bij internationale projecten

(aanpak, kwaliteitsborging) (OSF) 3. Integraal waterbeheer

/waterkwaliteit

- monitoring

- uitwerking normstelling in

referentiewaarden en indicatoren - assessment (bijv. Joint

Assessment), methode-ontwikkeling, datamanagement

- (durf om te) vernieuwen (van meetmethoden tot normering)

- het functioneren in

internationale netwerken (bijv.

EMA o.a. communicatie/ICT) - participatie in kennisnetwerken

(bijv. ICES)

Internationaal:

- standaardisatie van meetmethoden - definiëren en harmoniseren van

referentiewaarden (KRW) Nationaal:

- Betere communicatie over de strategie van HK/V&W m.b.t. stoffen.

- Bij de voorbereiding van EU of andere internationale vergaderingen is beter vooroverleg gewenst.

(25)

strategie leidt ook steeds tot de situatie dat men zich elke keer moet

verdedigen van onder naar boven - Grote internationale/Europese

projecten (bijv. KRW) hebben soms een gebrekkige interne (binnen RIKZ en in NL) communicatie. Doordat de betrokkenen vaak slechts een

bepaald deel kunnen overzien is goed communicatie en een verdeling van taken essentieel.

4. Biodiversiteit / Inrichting & gebruik

- Ontwikkeling van indicatoren - parameters voor ecologisch

functioneren geïntegreerd weergeven

- monitoringprogramma’s - beheers- en herstelmaatregelen

bedenken en uitvoeren

- combineren van gebruiksfuncties - praktisch onderzoek (eutrofiërings-

/plaagalgenonderzoek, Jacobahaven)

- Het in kaart brengen van de kosten van integraal

waterbeheer

- Hoe gaan andere landen beleidsmatig met biodiversiteit om?

Internationaal:

- kennis exporteren op het gebied van beheersmaatregelen (inrichting en herstel)

- operationaliseren van ontwikkelde instrumenten (bijv. GONZ)

- toepassen van het voorzorgbeginsel - anticiperen op ontwikkelingen in de EU

m.b.t. te verwachten richtlijnen voor biodiversiteit

Nationaal:

- functionaliteit en belang van biodiversiteit helder maken

- het identificeren van zwakke schakels in de kustzone via een kwantificering van de biodiversiteit

- niet alleen soortendiversiteit maar ook kijken naar het niveau waarop

ecosystemen functioneren en de afwijkingen daarin waardering (valuation) van ecosystemen

(26)

Bijlage 3 Tabel met de speerpunten, werkvelden nationaal en internationaal en de betrokken nationale en internationale netwerken

RIKZs speerpunten Nationale werkvelden

(sterke kennis/beleidsgebieden)

Uitvoering bij RIKZ Overlegorganen

nationaal Internationale werkvelden Uitvoering bij RIKZ

(primair betrok.

Afd.)

Overlegorganen (internationaal / interdepartementaal)

1. Veiligheid

klimaat, zeespiegel, risico i.r.t. water en ruimte

Veiligheid

- bestrijding structurele erosie (morfologische modellen);

- hydraulische rvw t.b.v toetsing veiligheid waterkeringen (modellen golven en waterstanden) - stormvloed waarschuwingsdienst - risicobenadering bijv.

risicobeheersing kustplaatsen Klimaat

- ontwikkeling (klimaat)scenario’s t.b.v.

lange termijn beleid,

- effecten

klimaatverandering Monitoring

- handhaven basiskustlijn - klimaatmonitoring - operationele monitoring

waterbeweging (o.a. MSW)

ABK, ITB, OSFM (Kusthandhaving) OSFG

ITT (SVSD) ABK, OSFG (Zeespieg)

ABK, ABL, OSF (Kustbewust)

IT MSW, SVSD

RKB, RKO, POK’s Tcrand

KNMI

IDOK, RKB

Europees kustbeleid (vb. project EUROSION (EU Kusterosie)), concepten, bijv. veerkracht kust

surge warning / flood management (bv. Indonesië, Rusland)

kennisontwikkeling (IGBP/LOICZ)

implementatie klimaatconventie (UNFCCC) en review rapporten (IPCC)

kennisuitwisseling mbt implementatie ICZM (bijv. kwetsbaarheidstudies)

Europese waterstandsmeting (standaarden)

ABK, OSF, ITT

ITT

ABI

CZMC, OSF CZMC ITB

ICES, IPCC, UNFCCC, Eurogoos, IGBP/LOICZ, ICBS, DGIS

UK Wallingford

ESEAS (EDIOS)

2. Integraal kustbeheer, tbv duurzame

ontwikkeling

Water & ruimte

- integraal kustzone beheer (vb.

Kustbewust)

- inpassen grote infrastructurele werken (vb. 2e Maasvlakte, morfologische modellen)

- kustzonenota

- evakuaties Water & burger

(bestuurlijke aspecten en water bewustzijn)

ABK, ABL, OSF (kustactie)

ABN, ABK, OSC, OSF

ABK, ABL (kustzonenota) ABK

Stas & POK’s Projectorganisaties

• kennisuitwisseling mbt implementatie ICZM (bijv. kwetsbaarheidstudies)

• ICZM projecten in ontwikkelingslanden en landen in transitie

• ontwikkeling instrumenten, concepten en technieken (o.a. STREAM, en Coastbase)

• Opbouwen van “twinning” relaties

• kennisontwikkeling (IGBP/LOICZ),

• Internationale conferenties: o.a. Wereld Water Forum 3* MOU’s, PvW, etc.

• Indicatoren ICZM

CZMC CZMC CZMC ABI, CZMC ABI, OSC ABI, CZMC

OSPAR, ICES, NWP, IGBP/LOICZ, WWF3, OECD, MEDCOAST, NSCMG, EMA/EIONET

(27)

RIKZs speerpunten Nationale werkvelden

(sterke kennis/beleidsgebieden)

Uitvoering bij RIKZ Overlegorganen nationaal

Internationale werkvelden Uitvoering bij RIKZ

(primair betrok.

Afd.)

Overlegorganen (internationaal / interdepartementaal)

3. Integraal waterbeheer/

Waterkwaliteit, duurzaam gebruik van water

NW4:

Thema’s 1. Emissies

• EBP (emissiebeheers-plannen)

• Toestand van de Zee

• Wademissies

• Bekkenrapportages

• Atmosferische deposities

• Normstelling stoffen en effecten

• Modellen

• Beoordelingsinstrumentarium zoute bagger

• Ontwikkeling bioassays

• Stofstudies

• stofstroommodellen 2. Waterbodems

• Watersystemen

• Berging van baggerspecie 3. Kust en Zee

• Offshore en scheepvaart

• emissieregistratie scheepvaart

• Olie (opvolging Wiegert)

• Covenant Milieubeleid Olie- en gaswinning

• Afbouwen offshore industrie

• (Wet verontreinigingen schepen:

• Voortgangsnota Scheepvaart en Milieu. Mijnreglement Continentaalplat)

ABN, OSC ABN, OSC ABW ABD OSC OSC OSC ABN OSC OSC OSB OSC ABN OSC

INS, RON, emissiekader NW4

Werkgroep zoute bagger CIW

VROM soms?

Werkgroep ontwikkeling emissieregistratiesysteem scheepvaart

Oil based mud, productiewateronderzoek

8. Ad emissies en waterbodems UN POP stoffen?

OSPAR guidelines on dredged materials ICWS (Schelde)

TWG (Wadden)

EU kaderrichtlijn water en stoffenbeleid ICES ICES Marine chemistry working group NZ ministersconferenties

Afleiding EAC’s, bijdrage QSR, Technical guidance document voor risicobeoordeling

Stofstroommodellen t.b.v. assessments

Ad kust en Zee:

IMO (TBT)

Afbouwen offshore: Brits Noors initiatief met in Nederland: NOGEPA, Directie Noordzee

? ABL, OSC ABD ABW, OSC ABN, OSC ITL ABI

ITB, OSB

OSPAR ICWS ICBS TWG ICES IMO

9. Beleidsevaluaties ABN, OSC

• Milieubalans

• Milieuverkenningen

RIVM Quality Status Reports

Environmental signals/outlook reports ABL, OSC, IT OSPAR, EMA/EIONET 10. Calamiteiten OSC, ITL

• Verspreidingsmodellen

• Workshops en oefeningen

• Basiskennis stoffen en databases

• (meer inzet verwacht 2002)

• chemische bestrijding olieverontreiniging

(Noordzee, hoe internationalisering Nederlandse

ideeën?) IMO

11. Beoordeling

• BCI ((geïntegreerd) Biologisch/chemisch instrumentarium Monitoring

• Monitoring (stoffen)

ITB, ITL, OSC OSC

CIW Meten en gegevens leveren

Ontwikkeling van methoden, guidelines en quality assurance

Harmoniseren datamanagement Uitwisseling van kennis en ervaring met meetnetten

ITB, ITL, ITT EU: schelpdierwater, KRW.

ICBS, OSPAR, IMAP, ICES ICES, TWG

EuroGOOS, EDIOS Wet verontreiniging Zeewater (WvZ) en

Ontgrondingswet: vergunningverlening ABN Directie Noordzee, Werkgroep zoute bagger

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Belgische codex niet onverkort mogen worden toege- past – bijvoorbeeld in het namenrecht waar artikelen van de Belgische codex door sommigen in strijd worden geacht met de

Dat betekent dat veel mensen in Nederland een ‘liberaal hart’ hebben, maar zich niet officieel aan de VVD verbinden.. De commissie ‘Toekomst van de VVD-structuur’ kijkt hoe

Daar komt bij dat de nationale administratie als intermediair pleegt te fungeren tussen internationale organisatie en nationale rechtsorde; zij treedt op als boodschap- per die

vreemdelingenwetgeving. In de vreemdelingencirculaire Hoofdstuk B 1 1 en de Wet Arbeid Vreemdelingen zijn regels opgenomen met betrekking tot sleutelpersoneel. Hoofdstuk B 9 van

bedrijven die gebruik maakten van de belasting stimulerende maatregelen. Uit dit onderzoek bleek dat de technologische intensiviteit, dat wil zeggen de relatie tussen

Met die kennis kunnen per gebied instandhoudingsdoelstel- lingen opgesteld worden, die op hun beurt concreet vertaald kunnen worden naar maatregelen om lokale populaties te

Dit doet ver- moeden dat de dominantie van grote accountants- kantoren op zich geen bedreiging vormt voor de kwa- liteit van de accountantscontrole en dat kantoren die een

Uitgebreid internationaal vergelijkend onderzoek laat zien dat versoberingen in de sociale zekerheid en verhoging van de pensioenleeftijd een belangrijke verklaring vormen voor de